Blaupunkt TravelPilot DX-V User Manual [nl]

TravelPilot Navigatie
TravelPilot DX-V
Inbouwhandleiding
http://www.blaupunkt.com
Aanwijzingen voor de veiligheid
Het doet ons genoegen dat u voor een Blaupunkt-product gekozen hebt en danken u voor het vertrouwen dat u daarmee in ons stelt. De volgende aanwijzingen voor de montage helpen u om het product optimaal te gebruiken, aangezien onjuiste montage tot ernstige
Inbouw- en aansluitvoorschriften
Voor de duur van het aansluiten en de montage van het apparaat moet de minpool van de accu worden losgekoppeld. Attentie! Houd u aan de aanwijzingen voor de veiligheid van de autofabrikant (alarminstallaties, wegrijblokkering, airbag)!
Overtuig u er vóór het boren van bevestigings- en kabeldoorvoergaten van dat er geen kabels of onderdelen (bv. tank, benzineleiding) kunnen worden beschadigd. Gebruik bij gaten met scherpe randen kabeldoorvoeringen. Alle kabels dienen ter voorkoming van storingen op voldoende afstand van kabelbundels te worden gelegd. De pluska­bel van de voeding moet op maximaal 30 cm van de accu worden voorzien van een zekering om de accu en de pluskabel van de voeding te beschermen in geval van kortsluiting.
De navigatie-eenheid is geschikt voor auto’s met:
Een accuspanning van 12 V
De minpool aan de carrosserie
2
Inhoudsopgave
Aanwijzingen voor de
veiligheid..............................2
Inbouw..................................4
Beschrijving ........................................ 4
Aanwijzingen voor de werking.......... 4
Voorbereidingen voor de montage...4
Inbouw van de navigatie-
eenheid.................................5
Montageplaats navigatie-eenheid.....5
Plusaansluiting ................................... 5
Minaansluiting.....................................5
Inbouw van de GPS-
antenne ................................5
Inbouw van het display
(monitor) ..............................6
Aanwijzingen voor de veiligheid.......6
Montage van het display.................... 6
Demontage van het display............... 6
Inbouw van het
bedieningsgedeelte.............6
Belangrijke aanwijzingen
m.b.t. het tachosignaal .......6
Aansluiting van het tachosignaal ..... 7
Aansluiting van de kabel
van het achteruitrijlicht.......7
Bezetting van de video-
ingang ..................................7
Systeemtest na montage....8
Calibrering ...........................8
Calibrering van de GALA-curve ........ 8
Technische gegevens.........9
Basisnavigatie-apparaat .................... 9
Geleverd pakket ................10
Montageafbeeldingen .......13
Aansluitschema’s..............14
DX-V en RC 09H voorin ....................15
DX-V in de kofferbak, TMC-tunerbox en
RC 09H voorin ...................................16
DX-V, TMC-tunerbox en
RC 09H voorin ...................................17
DX-V aansluiting op kamer A .......... 18
Allgemeines Kurzanlei- TourenZieleingabe Zielspeicher Einstellun-
3
Anhang
Inbouw
4
Beschrijving
Het navigatiesysteem TravelPilot DX-V is een autonoom sys­teem met geïntegreerde toerensensor (gyro). Het systeem le­vert na het invoeren en activeren van een reisdoel op beslis­singspunten tijdig en optische rijadviezen in de vorm van picto­grammen op een kleurenmonitor, alsmede akoestische geleiden­de informatie via een aparte luidspreker en geleidt de bestuur­der daardoor van zin startpunt op optimale wijze naar zin be­stemming. De omvang van de werking wordt steeds vastgelegd in de speci­ficatie van de gebruikte cd-rom.
Aanwijzingen voor de werking
De TravelPilot beschikt over een automatische kalibrering die noodzakelijk is om de positie van de auto te kunnen vast­stellen. Afhankelijk van de beschikbare GPS-ontvangst is deze voltooid na een traject van ca. 15 km. Het volgen van trajecten met veel bochten (stedelijk gebied), die op de mo­nitor als kaart worden weergegeven, bespoedigt de calibre­ring.
De lengte van het afgelegde traject wordt door het systeem be­rekend a.h.v. de aansluiting op het tachosignaal van de auto. Wanneer er geen tachosignaal beschikbaar is, moet een weg­sensor worden gemonteerd door een geautoriseerde klanten­service.
In dit geval moet u een sensorkit (wegsensor, magneet­strook, houder, stekkers en inbouwhandleiding) aanschaf­fen bij uw dealer. Best.nr.: 7 607 611 093
Voorbereidingen voor de montage
Controleer voordat u met het werk begint, of het
geleverde pakket volledig is. .................................. pagina 10
De volgende stappen moeten worden uitgevoerd:
Inbouw van de navigatie-eenheid
(computer) ......................................................... pagina 5
Inbouw van de GPS-antenne ........................... pagina 5
Inbouw van het display (monitor) ................... pagina 6
Inbouw van het bedieningspaneel .................. pagina 6
Inbouw van de kabel voor het tachosignaal .. pagina 6
Inbouw van de kabel voor het
achteruitrijlicht .................................................. pagina 7
Inbouw
Inbouw van de navigatie-eenheid
Montageplaats navigatie-eenheid
Attentie! Vóór het plaatsen van de TravelPilot DX-V moet de toeren­talsensor (gyro) horizontaal gezet worden (zie fig. 5, pagina
14).
De TravelPilot DX-V kan in de door de autofabrikant aange­brachte autoradio-opening (inbouwdiepte 218 mm) worden in­gebouwd. Hiervoor is een inbouwhouder noodzakelijk (best.nr. 8 601 310 555, zie fig. 1, pagina 13). Voor auto’s zonder DIN-opening is een universele behuizing mee­geleverd (zie fig. 1.1 pagina 13). Controleer hierom a.u.b. van welke inbouwsituatie er in uw auto sprake is en gebruik voor de inbouw evt. een typespecifieke inbouwset. Bij de bepaling van de inbouwlokatie moet erop worden gelet dat de navigatie-eenheid vast met de carrosserie moet worden verbonden.
Inbouwpositie:
rechts / links min. -5˚ / max. +5˚ helling naar achteren min. -3˚ / max. +100˚
Ter afkoeling bij overtemperatuur is een ventilator geïnte­greerd in de achterwand van het apparaat. De in- en uit­stroomopeningen voor de lucht moeten t.b.v. de luchtcircu­latie worden vrijgehouden. Bevestiging aan aanzetbouten mag alleen met geperforeerde strips worden uitgevoerd.
Houd bij de opening voor de cd rekening met voldoende ruimte voor het plaatsen van de navigatie-cd.
Plusaansluiting
De navigatie-eenheid moet worden aangesloten aan de conti­nue pluspool en op de plus via het contactslot. Leg de kabel van de continue pluspool (rood) naar de accu (leg de kabel niet direct langs kabelbundels). Sluit de zekeringhou-
der ter zekering van de pluskabel op max. 30 cm van de autoaccu aan op de pluspool (boor evt. een gat in het spat-
bord en gebruik een passende kabelgeleiding).
Sluit de geschakelde pluskabel (zwart) aan op de zekering­houder, klem 15 (plus geschakeld via contactslot) achter de zekering.
Minaansluiting
Schroef de minkabel (bruin) direct vast aan de carrosserie. Kras het metaal van het contactoppervlak van het massapunt blank en vet het in met grafietvet (belangrijk voor goede massa-aan­sluiting).
Inbouw van de GPS-antenne
De antenne moet worden ingebouwd volgens de meegeleverde inbouwhandleiding. Bij plaatsing van de GPS-antenne in het interieur kan geen ga­rantie worden gegeven voor probleemloos functioneren van het apparaat.
Allgemeines Kurzanlei- TourenZieleingabe Zielspeicher Einstellun-
5
Anhang
Inbouw
6
Inbouw van het display (monitor)
Aanwijzingen voor de veiligheid
De displayhouder mag niet worden ingevet of geolied. De monitorkabel moet zo worden gelegd dat deze vrij is van trekkracht en andere belasting.
Attentie! De monitor mag niet worden gemonteerd in het gebied
waar evt. airbags worden opgeblazen (bestuurder, pas­sagierszijde, zij-airbags) of plaatsen waartegen hoofd en knieën kunnen stoten!
Overuig u ervan, voordat u gaten voor bevestigingen en kabeldoorvoeren boort, dat er geen verborgen kabels, tank of brandstofleidingen worden beschadigd.
Montage van het display
1. Monteer de displayhouder op het display (fig. 2, pagina 13). Monteer het display met de houder op het dashboard of de
console (fig. 3, pagina 13). Sluit de aansluitkabel aan en leg deze naar de navigatie-
eenheid.
Demontage van het display
1. Duw de lip op de stekker omlaag en trek de stekker voor­zichtig los (niet aan de kabel trekken) (fig. 4, pagina 13).
2. Duw de houder bij de oren samen en trek het display naar boven toe los (fig. 4, pagina 13).
Inbouw van het bedieningsgedeelte
Monteer de houder van het bedieningsgedeelte op een zodani­ge plaats dat dit gemakkelijk toegankelijk is, bv. op de midden­console.
Attentie!
Het bedieningsgedeelte mag niet worden gemonteerd in het ge­bied waar evt. airbags worden opgeblazen (bestuurder, passa­gierszijde, zij-airbags) of plaatsen waartegen hoofd en knieën kunnen stoten! Let erop wanneer u gaten voor kabeldoorvoeren boort, dat er geen verborgen kabels of brandstofleidingen worden bescha­digd! Er dient op te worden gelet dat de bedieningselementen van de auto toegankelijk blijven en niet worden gehinderd in hun wer­king (schakelaars, handrem, gas-, koppelings- en rempedaal enz.)!
Let op: De monitor "wide screen" heeft een geïntegreerde infrarood­ontvanger. Hiermee kan de inbouw van de meegeleverde ont­vanger voor de RC 09H vervallen.
Belangrijke aanwijzingen m.b.t. het tachosignaal
Bij de aansluiting van het tachosignaal dienen de volgende aanwijzingen beslist te worden opgevolgd:
1. Lokatie: Bij veel auto’s bevindt het tachosignaal zich aan de typespecifieke autoradiostekker.
Loading...
+ 13 hidden pages