Het doet ons genoegen dat u voor een Blaupunkt-product gekozen hebt en danken u voor het vertrouwen dat u daarmee in ons stelt.
De volgende aanwijzingen voor de montage helpen u om het product optimaal te gebruiken, aangezien onjuiste montage tot ernstige
problemen kan leiden. U dient daarom de montage zo mogelijk over te laten aan de getrainde specialisten van de vakhandel.
Inbouw- en aansluitvoorschriften
Voor de duur van het aansluiten en de montage van het apparaat moet de minpool van de accu worden losgekoppeld.
Attentie!
Houd u aan de aanwijzingen voor de veiligheid van de autofabrikant (alarminstallaties, wegrijblokkering, airbag)!
Overtuig u er vóór het boren van bevestigings- en kabeldoorvoergaten van dat er geen kabels of onderdelen (bv. tank,
benzineleiding) kunnen worden beschadigd.
Gebruik bij gaten met scherpe randen kabeldoorvoeringen.
Alle kabels dienen ter voorkoming van storingen op voldoende afstand van kabelbundels te worden gelegd. De pluskabel van de voeding moet op maximaal 30 cm van de accu worden voorzien van een zekering om de accu en de pluskabel
van de voeding te beschermen in geval van kortsluiting.
Het navigatiesysteem TravelPilot DX-V is een autonoom systeem met geïntegreerde toerensensor (gyro). Het systeem levert na het invoeren en activeren van een reisdoel op beslissingspunten tijdig en optische rijadviezen in de vorm van pictogrammen op een kleurenmonitor, alsmede akoestische geleidende informatie via een aparte luidspreker en geleidt de bestuurder daardoor van zin startpunt op optimale wijze naar zin bestemming.
De omvang van de werking wordt steeds vastgelegd in de specificatie van de gebruikte cd-rom.
Aanwijzingen voor de werking
De TravelPilot beschikt over een automatische kalibrering
die noodzakelijk is om de positie van de auto te kunnen vaststellen. Afhankelijk van de beschikbare GPS-ontvangst is
deze voltooid na een traject van ca. 15 km. Het volgen van
trajecten met veel bochten (stedelijk gebied), die op de monitor als kaart worden weergegeven, bespoedigt de calibrering.
De lengte van het afgelegde traject wordt door het systeem berekend a.h.v. de aansluiting op het tachosignaal van de auto.
Wanneer er geen tachosignaal beschikbaar is, moet een wegsensor worden gemonteerd door een geautoriseerde klantenservice.
In dit geval moet u een sensorkit (wegsensor, magneetstrook, houder, stekkers en inbouwhandleiding) aanschaffen bij uw dealer.
Best.nr.: 7 607 611 093
Voorbereidingen voor de montage
Controleer voordat u met het werk begint, of het
geleverde pakket volledig is. .................................. pagina 10
De volgende stappen moeten worden uitgevoerd:
•Inbouw van de navigatie-eenheid
(computer) ......................................................... pagina 5
•Inbouw van de GPS-antenne ........................... pagina 5
•Inbouw van het display (monitor) ................... pagina 6
•Inbouw van het bedieningspaneel .................. pagina 6
•Inbouw van de kabel voor het tachosignaal .. pagina 6
•Inbouw van de kabel voor het
achteruitrijlicht .................................................. pagina 7
Inbouw
Inbouw van de navigatie-eenheid
Montageplaats navigatie-eenheid
Attentie!
Vóór het plaatsen van de TravelPilot DX-V moet de toerentalsensor (gyro) horizontaal gezet worden (zie fig. 5, pagina
14).
De TravelPilot DX-V kan in de door de autofabrikant aangebrachte autoradio-opening (inbouwdiepte 218 mm) worden ingebouwd. Hiervoor is een inbouwhouder noodzakelijk (best.nr.
8 601 310 555, zie fig. 1, pagina 13).
Voor auto’s zonder DIN-opening is een universele behuizing meegeleverd (zie fig. 1.1 pagina 13). Controleer hierom a.u.b. van
welke inbouwsituatie er in uw auto sprake is en gebruik voor de
inbouw evt. een typespecifieke inbouwset.
Bij de bepaling van de inbouwlokatie moet erop worden gelet
dat de navigatie-eenheid vast met de carrosserie moet worden
verbonden.
Ter afkoeling bij overtemperatuur is een ventilator geïntegreerd in de achterwand van het apparaat. De in- en uitstroomopeningen voor de lucht moeten t.b.v. de luchtcirculatie worden vrijgehouden. Bevestiging aan aanzetbouten
mag alleen met geperforeerde strips worden uitgevoerd.
Houd bij de opening voor de cd rekening met voldoende ruimte
voor het plaatsen van de navigatie-cd.
Plusaansluiting
De navigatie-eenheid moet worden aangesloten aan de continue pluspool en op de plus via het contactslot.
Leg de kabel van de continue pluspool (rood) naar de accu (leg
de kabel niet direct langs kabelbundels). Sluit de zekeringhou-
der ter zekering van de pluskabel op max. 30 cm van de
autoaccu aan op de pluspool (boor evt. een gat in het spat-
bord en gebruik een passende kabelgeleiding).
Sluit de geschakelde pluskabel (zwart) aan op de zekeringhouder, klem 15 (plus geschakeld via contactslot) achter de
zekering.
Minaansluiting
Schroef de minkabel (bruin) direct vast aan de carrosserie. Kras
het metaal van het contactoppervlak van het massapunt blank
en vet het in met grafietvet (belangrijk voor goede massa-aansluiting).
Inbouw van de GPS-antenne
De antenne moet worden ingebouwd volgens de meegeleverde
inbouwhandleiding.
Bij plaatsing van de GPS-antenne in het interieur kan geen garantie worden gegeven voor probleemloos functioneren van het
apparaat.
De displayhouder mag niet worden ingevet of geolied.
De monitorkabel moet zo worden gelegd dat deze vrij is
van trekkracht en andere belasting.
Attentie!
De monitor mag niet worden gemonteerd in het gebied
waar evt. airbags worden opgeblazen (bestuurder, passagierszijde, zij-airbags) of plaatsen waartegen hoofd en
knieën kunnen stoten!
Overuig u ervan, voordat u gaten voor bevestigingen en
kabeldoorvoeren boort, dat er geen verborgen kabels,
tank of brandstofleidingen worden beschadigd.
Montage van het display
1. Monteer de displayhouder op het display (fig. 2, pagina 13).
Monteer het display met de houder op het dashboard of de
console (fig. 3, pagina 13).
Sluit de aansluitkabel aan en leg deze naar de navigatie-
eenheid.
Demontage van het display
1. Duw de lip op de stekker omlaag en trek de stekker voorzichtig los (niet aan de kabel trekken) (fig. 4, pagina 13).
2. Duw de houder bij de oren samen en trek het display naar
boven toe los (fig. 4, pagina 13).
Inbouw van het bedieningsgedeelte
Monteer de houder van het bedieningsgedeelte op een zodanige plaats dat dit gemakkelijk toegankelijk is, bv. op de middenconsole.
Attentie!
Het bedieningsgedeelte mag niet worden gemonteerd in het gebied waar evt. airbags worden opgeblazen (bestuurder, passagierszijde, zij-airbags) of plaatsen waartegen hoofd en knieën
kunnen stoten!
Let erop wanneer u gaten voor kabeldoorvoeren boort, dat er
geen verborgen kabels of brandstofleidingen worden beschadigd!
Er dient op te worden gelet dat de bedieningselementen van de
auto toegankelijk blijven en niet worden gehinderd in hun werking (schakelaars, handrem, gas-, koppelings- en rempedaal
enz.)!
Let op:
De monitor "wide screen" heeft een geïntegreerde infraroodontvanger. Hiermee kan de inbouw van de meegeleverde ontvanger voor de RC 09H vervallen.
Belangrijke aanwijzingen m.b.t. het
tachosignaal
Bij de aansluiting van het tachosignaal dienen de volgende
aanwijzingen beslist te worden opgevolgd:
1. Lokatie: Bij veel auto’s bevindt het tachosignaal zich aan de
typespecifieke autoradiostekker.
Loading...
+ 13 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.