Behringer EUROGRAND User Manual [nl]

Gebruiksaanwijzing
00001
EG8180
EG2180
EUROGRAND
2
Dit symbool wijst u er altijd op dat er niet-geïsoleerde
*
gevaarlijke spanning binnen de behuizing aanwezig is – deze spanning is voldoende om gevaar voor elektrische schok op te leveren.
Dit symbool wijst u altijd op belangrijke bedienings - en
!
onderhoudsvoorschriften in de bijbehorende documen­ten. Wij vragen u dringend de handleiding te lezen.
Attentie
Verwijder in geen geval de bovenste afdekking (van het + achterste gedeelte) anders bestaat er gevaar voor een elektrische schok. Het apparaat bevat geen te onder­houden onderdelen. Reparatiewerkzaamheden mogen
uitsluitend door gekwalifi ceerd personeel uitgevoerd
worden.
Om het risico op brand of elektrische schokken te + beperken, dient u te voorkomen dat dit apparaat wordt blootgesteld aan regen en vocht. Het apparaat mag niet worden blootgesteld aan neerdruppelend of opspattend water en er mogen geen met water gevulde voorwerpen – zoals een vaas – op het apparaat worden gezet.
Deze onderhoudsinstructies zijn uitsluitend bedoeld +
voor gekwalifi ceerd onderhoudspersoneel. Om elektri-
sche schokken te voorkomen, mag u geen andere on­derhoudshandelingen verrichten dan in de bedienings­instructies vermeld staan. Reparatiewerkzaamheden
mogen alleen uitgevoerd worden door gekwalifi ceerd
onderhoudspersoneel.
Attentie
In de buurt van sterke radiozenders en hoog-frequente + bronnen kan er een negatieve beïnvloeding van de ge­luidskwaliteit ontstaan. Maak de afstand tussen zender en apparaat groter en gebruik afgeschermde kabels voor alle aansluitingen.
Lees deze voorschriften.1)
Bewaar deze voorschriften.2)
Neem alle waarschuwingen in acht.3)
Volg alle voorschriften op.4)
Gebruik dit apparaat niet in de buurt van water.5)
Reinig het uitsluitend met een droge doek.6)
Let erop geen van de ventilatie-openingen te bedekken. 7) Plaats en installeer het volgens de voor-schriften van de fabrikant.
Het apparaat mag niet worden geplaatst in de buurt van 8) radiatoren, warmte-uitlaten, kachels of andere zaken (ook versterkers) die warmte afgeven.
Maak de veiligheid waarin door de polarisatie- of aardings-9) stekker wordt voorzien, niet ongedaan. Een polarisatie­stekker heeft twee bladen, waarvan er een breder is dan het andere. Een aardingsstekker heeft twee bladen en een derde uitsteeksel voor de aarding. Het bredere blad of het derde uitsteeksel zijn er voor uw veiligheid. Mocht de geleverde stekker niet in uw stopcontact passen, laat het contact dan door een elektricien vervangen.
Om beschadiging te voorkomen, moet de stroomleiding 10) zo gelegd worden dat er niet kan worden over gelopen en dat ze beschermd is tegen scherpe kanten. Zorg zeker voor voldoende bescherming aan de stekkers, de verlengkabels en het punt waar het netsnoer het apparaat verlaat.
Het toestel met altijd met een intacte aarddraad aan het 11) stroomnet aangesloten zijn.
Wanneer de stekker van het hoofdnetwerk of een appa-12) raatstopcontact de functionele eenheid voor het uitscha­kelen is, dient deze altijd toegankelijk te zijn.
Gebruik uitsluitend door de producent gespeci-fi ceerd 13) toebehoren c.q. onderdelen.
Gebruik het apparaat uitsluitend in combinatie met de 14) wagen, het statief, de driepoot, de beugel of tafel die door de producent is aan­gegeven, of die in combinatie met het apparaat wordt verkocht. Bij gebruik van een wagen dient men voorzichtig te zijn bij het verrijden van de combinatie wagen/apparaat en letsel door vallen te voorkomen.
Bij onweer en als u het apparaat langere tijd niet gebruikt, 15) haalt u de stekker uit het stopcontact.
Laat alle voorkomende reparaties door vakkundig en 16) bevoegd personeel uitvoeren. Reparatiewerk-zaamheden zijn nodig als het toestel op enige wijze beschadigd is ge­raakt, bijvoorbeeld als de hoofd-stroomkabel of -stekker is beschadigd, als er vloeistof of voorwerpen in terecht zijn gekomen, als het aan regen of vochtigheid heeft bloot-gestaan, niet normaal functioneert of wanneer het is gevallen.
EUROGRAND
3
Inhoudsopgave
1. Inleiding ............................................................................... 4
1.1 Voordat u begint ........................................................... 4
1.1.1 Levering .............................................................. 4
1.1.2 Installatie ............................................................. 4
1.1.3 Online-registratie ................................................ 4
2. Snel starten ......................................................................... 4
2.1 Aan-/uitzetten ............................................................... 4
2.2 Geluidsvolume instellen ............................................... 4
2.3 Demo’s beluisteren ...................................................... 5
2.3.1 Klankkleurendemo’s beluisteren ......................... 5
2.3.2 Pianodemo’s beluisteren .................................... 5
2.4 Klankkleuren uitkiezen en spelen................................. 5
3. Bedieningselementen en aansluitingen ........................... 6
3.1 Bedieningsvlak ............................................................. 6
3.2 Aansluitingen ................................................................ 7
3.3 Voetpedalen ................................................................. 7
3.4 Stroomverzorging ......................................................... 7
3.5 Koptelefoonaansluitingen ............................................. 7
4. Basisbediening ................................................................... 8
4.1 Twee klankkleuren gebruiken (layer-modus) ............... 8
4.2 Klankkarakter veranderen ............................................ 8
4.2.1 Helderheid-equalizer ........................................... 8
4.2.2 Ruimte-effecten .................................................. 8
4.2.3 Modulatie-effecten .............................................. 8
4.3 Pedalen gebruiken ....................................................... 9
4.4 Koptelefoons gebruiken ............................................... 9
6. Aansluiten aan externe apparaten .................................. 17
6.1 Aansluiten van externe geluidsbronnen ..................... 17
6.2 Aansluiten aan externe versterker en
opnameapparaten ...................................................... 18
6.3 MIDI-functies .............................................................. 18
6.3.1 MIDI-koppeling met andere geluidsapparaten .. 18
6.3.2 MIDI-koppeling met een muziekcomputer met
sequencer-software .......................................... 18
6.3.3 MIDI-instellingen ............................................... 19
7. Het zoeken naar fouten .................................................... 20
8. Technische gegevens ...................................................... 21
9. Appendix ........................................................................... 22
9.1 Snoeren ...................................................................... 22
9.1.1 Onsymmetrische jack plugsnoeren ................... 22
9.1.2 Cinch-snoer ...................................................... 22
9.1.3 Jack plug/cinch-snoer ....................................... 22
9.1.4 MIDI-snoer ........................................................ 22
9.2 Presets van de EUROGRAND ................................... 23
9.3 Lijst van de geïntegreerde demomuziekstukken ........ 23
9.4 MIDI-Implementation .................................................. 24
9.5 EDIT-Parameter ......................................................... 25
5. Uitgebreide bediening ...................................................... 10
5.1 EDIT-modus gebruiken .............................................. 10
5.1.1 Snelle toegang tot de functies van de
layer-modus ...................................................... 10
5.2 Transponeren ............................................................. 10
5.3 Instellingen in de layer-modus ................................... 10
5.3.1 Geluidsvolumeverhouding .................................11
5.3.2 Ontstemming .....................................................11
5.3.3 Transponering ....................................................11
5.3.4 Aandeel effect ....................................................11
5.3.5 Terugzetten ........................................................11
5.4 Metronoom gebruiken .................................................11
5.4.1 Geluidsvolume van metronoom ........................ 12
5.5 Muziek-sequencer ...................................................... 12
5.5.1 Muziekstukken opnemen .................................. 12
5.5.2 Muziekstukken weergeven ............................... 13
5.5.3 Muziekpassages herhalen om te oefenen ........ 13
5.5.4 Geluidsvolume van mute-geschakelde sporen . 14
5.5.5 Instellingen muziek-sequencer veranderen ...... 14
5.5.6 Synchrone start ................................................. 14
5.5.7 De muziek-sequencer met de voetpedaal
starten ............................................................... 15
5.6 Systeeminstellingen ................................................... 15
5.6.1 Aanslagdynamiek .............................................. 15
5.6.2 Werking demperpedaal ..................................... 16
5.6.3 Fijnafstemming ................................................. 16
5.6.4 Stemmen .......................................................... 16
5.6.5 Parameter-geheugenfuncties ........................... 16
5.6.6 Fabrieksinstelling herstellen ............................. 17
EUROGRAND

Snel starten4

Inleiding1.

Van harte gefeliciteerd! Met de aanschaf van de EUROGRAND hebt u een digitale piano van de allerhoogste kwaliteit in handen gekregen, die wat klank en spelgevoel betreft in niets onderdoet voor akoestische instrumenten. Het klavier is met 88 uitgebalan­ceerde toetsen met hamermechaniek uitgevoerd, die een compro­misloze authentieke aanslag hebben en in verbinding met de RSM stereoklank een onvergelijkbare piano-ervaring mogelijk maken. De natuurlijke ruimtelijke klank wordt door hoogwaardige modu­latie- en ruimte-effecten en een 2 x 40-Watt luidsprekersysteem mogelijk gemaakt. Een 2-sporen sequencer met metronoom voor opnemen en oefenen rond het concept geslaagd af.

Voordat u begint1.1

Levering1.1.1

De EUROGRAND is in de fabriek zorgvuldig verpakt om veilig transport te waarborgen. Indien de verpakking toch beschadi­gingen vertoont, controleer het apparaat dan onmiddellijk op externe schade.
Stuur het apparaat bij eventuele beschadigingen NIET + naar ons terug, maar neem onmiddellijk contact op met de winkel en het transportbedrijf, omdat anders uw aan­spraak op schadevergoeding kan vervallen.
Gebruik alstublieft altijd de originele doos om schade + bij opslag en verzending te vermijden.
Laat zonder toezicht geen kinderen met het apparaat of + verpakkingsmateriaal omgaan.
Neem alstublieft de milieuvoorschriften in acht bij het + weggooien van het verpakkingsmateriaal.
Als uw apparaat, samen met de aankoopdatum, bij ons gere­gistreerd is, wordt het afhandelen van uw garantie aanspraken aanmerkelijk eenvoudiger.
Hartelijk dank voor uw medewerking!
* Voor klanten binnen de Europese Unie kunnen er hiervoor andere bepalingen geldig
zijn. Verdere informatie is voor EU-klanten via de BEHRINGER Support Deutschland verkrijgbaar.
Snel starten2.

Aan-/uitzetten2.1

Bij de EUROGRAND gaat het om een digitale piano, dus een elek­tronische piano. Daarom moet het instrument van stroom voorzien worden en om te werken aan- en uitgezet worden. In het volgende wordt uitgelegd, hoe u het apparaat van stroom voorziet.
De POWER-schakelaar (links naast het klavier) dient in + de stand „Uit“ te staan, wanneer u verbinding met het stroomnet maakt.
ZEKERINGENHOUDER / IEC-KOUDAPPARAATBUS
De verbinding met het stroomnet geschiedt via een IEC-koudap­paraatbus. Deze voldoet aan de vereiste veiligheidsbepalingen. Een passend netsnoer is meegeleverd. Bij het vervangen van de zekering dient u absoluut hetzelfde type te gebruiken.
Verbind het meegeleverde netsnoer met de daarvoor be-1) stemde aansluitbus op de onderkant van het instrument en een stroomaansluitdoos.
2) Druk op de netschakelaar (POWER) links naast het 2) klavier om het apparaat aan en uit te zetten. De LED op de voorzijde brandt, zodra de EUROGRAND bedrijfsklaar is.

Installatie1.1.2

Zorg voor voldoende luchttoevoer en zet het apparaat niet in de buurt van een verwarming, om oververhitting van het apparaat te voorkomen.
Doorgebrande zekeringen moeten onvoorwaardelijk ver- + vangen worden door zekeringen met de correcte waarde! De correcte waarde vindt u in hoofdstuk “TECHNISCHE GEGEVENS”.
De verbinding met het lichtnet komt tot stand dmv de meegele­verde voedingskabel met apparaataansluiting. De aansluiting op het lichtnet voldoet aan de vereiste veiligheidsvoorschriften.
Let er alstublieft op, dat alle apparaten geaard dienen + te zijn. Voor uw eigen veiligheid dient u in geen geval de aarding van de apparaten, resp. de voedingskabel, te verwijderen of onklaar te maken.

Online-registratie1.1.3

Registreer uw nieuw BEHRINGER-apparaat na aankoop zo snel mogelijk op onze website www.behringer.com en lees de garan­tievoorwaarden aandachtig door.
BEHRINGER geeft een jaar* garantie, gerekend vanaf de aan­koopdatum, op materiaal- en productiefouten. Zo nodig kunt u de garantievoorwaarden in de Nederlandse taal op onze website onder http://www.behringer.com opvragen of telefonisch onder +49 2154 9206 4131 opvragen.
Mocht uw product van BEHRINGER defect raken, willen wij het zo snel mogelijk repareren. Neemt in dat geval direct contact op met de BEHRINGER-leverancier waar u het apparaat gekocht heeft. Als uw BEHRINGER-leverancier niet bij u in de buurt gevestigd is, kunt u ook direct contact opnemen met een van onze vestigingen. Op de originele verpakking van het apparaat vindt u een lijst met de adressen van onze BEHRINGER-vestigingen (Global Contact Information/European Contact Information). Als er voor uw land geen contactadres vermeld is, kunt u contact opnemen met de dichtstbijzijnde importeur. Onder het kopje Support op onze web­site www.behringer.com kunt u ook de contactadressen vinden.
Zet het apparaat met de netschakelaar (POWER) weer + uit, zodra u het niet meer gebruikt. De POWER-LED op de voorzijde gaat weer uit. Let op: De POWER-schakelaar schakelt het apparaat, wanneer u het uitzet, niet vol­ledig los van het lichtnet. Haal daarom het snoer uit het stopcontact, wanneer u het apparaat gedurende langere tijd niet gebruikt.

Geluidsvolume instellen2.2

Het geluidsvolume van de ingebouwde luidsprekers van de EUROGRAND alsook van de koptelefoonaansluitingen kan als volgt geregeld worden:
Zet de volumeregelaar (MAIN VOLUME) in het midden tus-1) sen MIN en MAX.
Regel het geluidsvolume naar uw wens door de regelaar 2) naar rechts (harder) of links (zachter) te schuiven.
Let op
De EUROGRAND is in staat hoge geluidsvolumes te + produceren. Bedenk, dat een hoge geluidsdruk het gehoor niet alleen snel vermoeit, maar ook permanent kan beschadigen. Let daarom steeds op een passend geluidsvolume, vooral wanneer u met koptelefoons op speelt.
EUROGRAND
Snel starten 5

Demo’s beluisteren2.3

De EUROGRAND beschikt over 14 klankkleuren- en 15 piano­demo’s. Deze muziekstukken laten u de mogelijkheden qua klank en de veelzijdigheid van het instrument zien.

Klankkleurendemo’s beluisteren2.3.1

In het volgende wordt uitgelegd, hoe u de 14 klankkleurendemo’s afspeelt. Deze demo’s zijn speciaal op de mogelijkheden van de desbetreffende klankkleuren afgestemd en geven u een beeld, hoe u ze kunt inzetten.
Druk op de DEMO-knop.1)
Druk op een van de 14 knoppen in de SOUND SELECT-2) sectie om een klankkleurendemo voor de gekozen klankkleur af te spelen.
Om de DEMO-modus te verlaten dient u weer op de + DEMO-knop te drukken.
Tijdens de demo-weergave worden door de EUROGRAND + geen MIDI-gegevens ontvangen of gezonden.
Om in de DEMO-modus te wisselen, mag de muziek- + sequencer (zie hoofdstuk 5.5) zich niet in de weergave­of opnamestand bevinden.

Pianodemo’s beluisteren2.3.2

In het volgende wordt uitgelegd, hoe u de 15 pianodemo’s afspeelt. Deze demo’s maken de veelzijdige mogelijkheden qua klank van de GRAND PIANO-klankkleuren duidelijk.
Druk op de DEMO-knop.1)
Druk opnieuw op de START/STOP-knop, wanneer u de 4) weergave wilt beëindigen.
Om verder nog stukken te beluisteren dient u de stappen 5) 2 tot 4 te herhalen.
Om de DEMO-modus te verlaten dient u opnieuw op de + DEMO-knop te drukken.
Een overzicht van alle muziekstukken treft u aan in + hoofdstuk 9.3.
Om in de DEMO-modus te wisselen, mag de muziek- + sequencer (zie hoofdstuk 5.5) zich niet in de weergave­of opnamestand bevinden.
U kunt het tempo van de weergave van de pianodemo’s + instellen (zie hoofdstuk 5.4).
U kunt met een willekeurig gekozen klankkleur met de + pianodemo’s meespelen en daarbij het ruimte-, modu­latie- en helderheidseffect inzetten (zie hoofdstuk 4.2). De keuze en de instellingen voor de klankkleur dient u te doen, voordat u in de DEMO-modus wisselt.

Klankkleuren uitkiezen en spelen2.4

De EUROGRAND beschikt over 14 verschillende klankkleuren, die een breed spectrum qua klank afdekken. De keuze van een klankkleur geschiedt via de SOUND SELECT-sectie.
Druk op een van de 14 knoppen in de SOUND SELECT-1) sectie om de gewenste klankkleur uit te kiezen.
Kies met behulp van de -/NO- en +/YES-knoppen in de 2) VALUE/SONG-sectie het gewenste muziekstuk.
Het display toont:
1 ...15: Nummer van het uitgekozen muziekstuk. ALL: Keuze van alle muziekstukken. De weergave
geschiedt in chronologische volgorde.
ShF: Keuze van alle muziekstukken.De weergave
geschiedt in willekeurige volgorde.
Druk op de START/STOP-knop in de SONG-sectie om de 3) weergave te starten.
De LEDs boven de knoppen tonen de gekozen klankkleur door het oplichten van de betreffende LED bij de knop. De gekozen sound kan via de gehele claviatuur gespeeld worden.
U kunt door de kracht, waarmee u de toetsen aanslaat, + het geluidsvolume van de klankkleur bepalen (niet bij HARPSICHORD, CEMBALO, JAZZ-, CHURCH-, en PIPE ORGAN).
Tip: U kunt ook twee klankkleuren kiezen. +
EUROGRAND

Bedieningselementen en aansluitingen 6

Bedieningselementen 3.
en aansluitingen

Bedieningsvlak3.1

Bedieningselementen van de EUROGRANDAfb. 3.1:
Im In het volgende worden u de bedieningselementen van de EUROGRAND uitgelegd. Voor een beter overzicht werd het vlak in zinvolle secties opgedeeld.
START/STOP: Dient voor het starten en stoppen van de {8} weergave/opname van de muziek-sequencer.
REC: Dient voor de activering van de opname-modus.{9}
SELECT: Dient voor het uitkiezen van de TEMPO-parameter [10] en de menupagina’s van de EDIT-modus. In de EDIT­modus licht de EDIT MODE-Led op, in de TEMPO-modus de TEMPO-LED.
< >[11] : De beide knoppen dienen voor de invoer van het tempo of om te bladeren in de menupagina’s van de EDIT­modus, al naar gelang de modus die met de SELECT-knop geselecteerd is.
Display: Toont al naar gelang de functie het tempo, [12] menunummers of parameterwaarden.
-/NO, +/YES: Dient voor het verminderen en verhogen van [13] de in het display afgebeelde parameterwaarden. Met de +/YES-knop wordt bovendien de uitvoering van bepaalde EDIT-functies bevestigd.
MAIN VOLUME: Dient voor het instellen van het geluidsvo-{1} lume voor de interne luidsprekers, de koptelefoonuitgangen en de LINE OUT-jack pluguitgangen.
BRIGHTNESS: Dient voor het instellen van het klankkarakter {2} van zacht (links) tot helder (rechts).
SPEAKERS: Dient voor het aan- en uitzetten van de interne {3} luidsprekers van de EUROGRAND. De MUTE-LED brandt, wanneer de interne luidsprekers op mute gezet zijn. Bij ge­bruik van een koptelefoon worden de interne luidsprekers eerst automatisch uitgeschakeld.
DEMO: Dient voor het aan- en uitzetten van de DEMO-{4} modus.
METRONOME: Dient voor het starten en stoppen van de {5} metronoomtik.
TRACK 1: Dient voor het uitkiezen van spoor 1 voor weer-{6} gave of opname. De REC-LED brandt, wanneer het spoor voor een opname geactiveerd is. De PLAY-LED brandt, wanneer het spoor voor een weergave geactiveerd is en al muziekgegevens bevat.
TRACK 2: Dient voor het uitkiezen van spoor 2 voor weer-{7} gave of opname. De REC-LED brandt, wanneer het spoor voor een opname geactiveerd is. De PLAY-LED brandt, wanneer het spoor voor een weergave geactiveerd is en al muziekgegevens bevat.
SOUND SELECT: De 14 knoppen dienen voor de keuze [14] van een klankkleur. In de DEMO-modus kunnen daarmee de aparte klankleurendemo’s uitgekozen worden.
REVERB: Dient voor de keuze van een van de vier ruimte-[15] effecten (ROOM, HALL 1, HALL 2, STAGE) voor de gekozen klankkleur. Een brandende LED duidt het actieve effect aan. Brandt geen LED, wordt geen van de ruimte-effecten gebruikt.
EFFECT: Dient voor de keuze van een van de vier modulatie-[16] effecten (CHORUS, FLANGER, TREMOLO, DELAY) voor de gekozen klankkleur. Een brandende LED duidt het actieve effect aan. Brandt geen LED, wordt geen van de modulatie­effecten gebruikt.
VELOCITY: Dient voor de aanpassing van de aanslag-[17] dynamiek tussen een zachte (SOFT), middel (MEDIUM) en harde (HARD) aanslag. Een brandende LED duidt het actieve effect aan. Brandt geen LED, is de aanslagdynamiek uitgeschakeld en zet een druk op een toets onafhankelijk van de aanslagkracht een vaste waarde van het geluidsvolume in werking.
EUROGRAND
Bedieningselementen en aansluitingen 7
TRANSPOSE : Dient voor het instellen van de klavier/[18] toonhoogte-transponering.

Aansluitingen3.2

De aansluitingen van de EUROGRAND bevinden zich aan de onderzijde van de speeltafel.
Aansluitingen van de EUROGRANDAfb. 3.2:
LINE OUT: Twee verschillende LINE OUT-bussen staan [19] ter beschikking om de signalen van EUROGRAND uit te spelen.
Jack plugbussen: = Via de jack plugbussen worden aanvullend over de klanken van de EUROGRAND de signalen van apparaten, die via de LINE IN-bussen aan­gesloten zijn, verdeeld. Het niveau van het uitgangssig­naal is afhankelijk van de positie van de MAIN VOLUME­regelaar.
Cinch-bussen: = De cinch-bussen laten uitsluitend de klanken van de EUROGRAND met onveranderlijk niveau horen. Signalen, die via de LINE IN-bussen ingevoerd worden, worden niet doorgegeven.
LINE IN: Dient voor de aansluiting van externe apparaten [20] (bijv. cd-speler, geluidskaart, drum computer). Aangesloten signaalbronnen worden via de LINE OUT-jack plugbussen en de interne luidsprekers weergegeven.
MIDI: De drie MIDI-bussen bieden de mogelijkheid externe [21] MIDI-apparatuur, zoals bijv. synthesizers, sequencers etc. aan de EUROGRAND aan te sluiten.
Via de IN-bussen kunnen de MIDI-gegevens ontvangen = worden, waarmee het geluid van de EUROGRAND ge­stuurd kan worden.
Via de OUT-bus worden MIDI-gegevens, die door het = klavier, de pedalen en enige bedieningselementen van de EUROGRAND gegenereerd worden, gestuurd.
Via de THRU-bus worden MIDI-gegevens, die aan de = MIDI IN-bus aankomen onveranderd weer doorgegeven (doorlussen). De bus dient voor de aansluiting van extra MIDI-apparaten.
PEDAL S: Aans luiti ng voor de ped aalun it van de [22] EUROGRAND (EG2180).

Voetpedalen3.3

De EUROGRAND beschikt over drie pedalen, zoals men die ook bij akoestische vleugels aantreft.
Demper-/pianopedaal: Dient voor het spelen van bijzonder [23] zachte passages.
Sostenuto-pedaal: Dient voor het aanhouden van tonen, [24] die bij het trappen op de pedaal al aangeslagen waren en nog niet verklonken zijn. Alle volgende gespeelde toetsen worden normaal gedempt.
Aanhoud-/fortepedaal: Dient voor het aanhouden van tonen, [25] die al aangeslagen zijn en nog niet verklonken zijn. Alle volgende tonen worden eveneens aangehouden.

Stroomverzorging3.4

PO WE R: Die nt voo r he t aa n- en uitzet te n van de [26] EUROGRAND.
De POWER-schakelaar schakelt het apparaat, wanneer + men het uitzet, niet volledig los van het lichtnet. Haal daarom het snoer uit het stopcontact, wanneer u het apparaat gedurende langere tijd niet gebruikt.
LED: Brandt, wanneer de EUROGRAND bedrijfsklaar is.[27]

Koptelefoonaansluitingen3.5

De koptelefoonaansluitingen bevinden zich aan de onderkant van de speeltafel links vooraan.
De bussen dienen voor de aansluiting van koptelefoons. Het [28] geluidsvolume kan niet gescheiden geregeld worden.
EUROGRAND

Basisbediening8

Basisbediening4.
In het volgende wordt u geïnformeerd om aanvullend bij de al uitgelegde functies van uw EUROGRAND andere basisfuncties te kunnen bedienen.

Twee klankkleuren gebruiken (layer-modus)4.1

In plaats van een enkele klankkleur kunt u met de EUROGRAND ook twee klankkleuren tegelijkertijd spelen. Deze worden over elkaar gelegd (layer) en kunnen dan samen via het hele klavier gespeeld worden.
Druk in de SOUND SELECT-sectie tegelijkertijd op de 1) beide knoppen van de klankkleuren, die u over elkaar wilt leggen.
De gekozen klankkleuren worden door brandende LEDs boven de knoppen getoond.
In het voorbeeld worden de klankkleuren “GRAND PIANO 1” en “STRINGS” over elkaar gelegd.
Om de layer-modus weer te verlaten drukt u op een wil- + lekeurige knop in de SOUND SELECT-sectie. Zo kiest u weer een enkele klankkleur.
Het actieve effect wordt door een brandende LED voor de aan­duiding van het effect getoond.
Brandt geen van de vier LEDs, is het ruimte-effect + uitgeschakeld.
Houd de REVERB-knop ingedrukt, terwijl u met de -/NO- en 2) +/YES-knoppen in de VALUE/SONG-sectie de verhouding van het originele tot het effectsignaal instelt.
+
Het display toont:
0 ... 20: Aandeel effect
( 0 = geen effect, 20 = veel effect)
Druk, terwijl u de REVERB-knop vasthoudt, gelijktijdig op de 3)
-/NO- en +/YES-knoppen, voor het geval dat u de fabrieks­instelling weer wilt oproepen.

Klankkarakter veranderen4.2

U kunt het karakter van de klankkleuren door een ruimte-, een modulatie-effect en een helderheid-equalizer veranderen.

Helderheid-equalizer4.2.1

Met behulp van de helderheid-equalizer kunt u het karakter van de klankkleuren zachter of helderder maken.
Regel het klankkarakter met behulp van de BRIGHTNESS-1) regelaars als volgt:
Schuif de regelaar naar links (SOFT) voor een zachte, = donkere klank.
Schuif de regelaar naar rechts (BRIGHT) voor een zui- = vere, heldere klank.

Ruimte-effecten4.2.2

De EUROGRAND beschikt over ruimte-effecten voor de simulatie van vier verschillende grote klankweerkaatsende ruimtes. Bij de keuze van een klankkleur wordt automatisch een gepast effect voorgeselecteerd. Naar wens kunt u echter op ieder moment een ander effect uitkiezen. De volgende klankweerkaatsende ruimtesimulaties kunnen gekozen worden:
ROOM: Karakteristiek van een kleine ruimte HALL 1: Karakteristiek van een kleine concertzaal. HALL 2: Karakteristiek van een grote concertzaal. STAGE: Karakteristiek van een typische bühneomge-
ving.
Druk zo vaak op de REVERB-knop, totdat het gewenste 1) effect gekozen is.

Modulatie-effecten4.2.3

De EUROGRAND beschikt over een modulatie-effect met vier verschillende effecttypes. Voor enige klankkleuren wordt bij de keuze automatisch een passend effect voorgeselecteerd. Naar wens kunt u echter op ieder moment een ander effect uitkiezen. De volgende modulatie-effecten kunnen gekozen worden:
CHORUS: Kooreffect. Maakt de klank breder. FLANGER: Uitgestelde klankoverlapping. Veroorzaakt een
zwevende klank.
TREMOLO: Snelle, gestaag herhalende geluidsvolumever-
andering van de klank.
DELAY: Echo-effect. Produceert tijdelijk uitgestelde,
afgezwakte herhalingen van de klank.
Druk zo vaak op de EFFECT-knop, totdat het gewenste 1) effect gekozen is.
Het gekozen effect wordt door een brandende LED voor de aan­duiding van het effect getoond.
Brandt geen van de vier LEDs, is het modulatie-effect + uitgeschakeld.
Houd de EFFECT-knop ingedrukt, terwijl u met de -/NO- en 2) +/YES-knoppen in de VALUE/SONG-sectie de verhouding van het originele tot het effectsignaal instelt.
Loading...
+ 18 hidden pages