AEG ÖKO SANTO 1544-6TK User Manual [nl]

Page 1
SANTO ÖKO-SANTO
Tisch-Kühlautomat Réfrigérateur automatique
table top Tafelmodel koelkast
Gebrauchsanweisung Mode d’emploi Gebruiksaanwijzing
Page 2
41
Geachte klant,
Lees eerst aandachtig de gebruiksaanwijzing door voordat U Uw nieu­we koelapparaat in gebruik neemt. Hierin staat belangrijke informatie over een veilig gebruik, over het opstellen en over het onderhoud van het apparaat.
De gebruiksaanwijzing s.v.p. bewaren voor latere naslag. Aan eventuele volgende bezitters van het apparaat doorgeven. Deze gebruiksaanwijzing is voor meerdere, technisch vergelijkbare modellen in diverse uitvoeringen bestemd. S.v.p. alleen op de aanwij­zingen letten die op Uw apparaat betrekking hebben.
Met de waarschuwingsdriehoek en/of door signaalwoorden (Waarschuwing!, Voorzichtig!, Let op!) wordt de aandacht gevestigd op aanwijzingen die belangrijk zijn voor Uw veiligheid of voor het juist functioneren van het apparaat. Hier absoluut op letten.
Dit symbool leidt Uw stap voor stap door de bediening van het appa­raat.
Na dit symbool wordt uitleg gegeven over de bediening en het prak­tisch gebruik van het apparaat.
Met het klaverblad worden tips en aanwijzingen voor een economisch en milieuvriendelijk gebruik van het apparaat aangegeven.
Voor eventueel optredende storingen staan in de handleiding aanwij­zingen om deze zelf op te lossen, zie Hoofdstuk "Wat te doen als...". Als deze aanwijzingen niet voldoende informatie bieden staat onze klan­tendienst U te allen tijde ter beschikking.
Gedrukt op milieuvriendelijk vervaardigd papier
wie ecologisch denkt, handelt ook zo ...
Page 3
42
Inhoud
Veiligheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 43
Weggooien . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 44
Informatie over de verpakking van het apparaat. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 44
Weggooien van oude apparaten. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 45
Transportbescherming verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 45
Opstellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 45
Opstelplaats . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 45
Uw koeltoestel heeft lucht nodig . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 46
Bovenblad verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 47
Bevestiging aan een doorlopend werkblad. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 47
Overzetten van het deurscharnier . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 48
Voor ingebruikname . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 49
Elektische aansluiting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 49
Beschrijving van het apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 50
Voorkant apparaat. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 50
In gebruik nemen en temperatuurregeling. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 50
Interieur . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 51
Legvlakken/roosters . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 51
Glazen VARIO-legvlak . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 52
Variabele binnendeur . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 52
Op de juiste wijze indelen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 52
Ontdooien. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 53
De koelruimte wordt automatisch ontdooid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 53
Apparat uitzetten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 53
Reiniging en onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 53
Tips om energie te besparen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 54
Wat te doen als ... . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 55
Hulp bij storingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 55
Lamp verwisselen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 57
Klantenservice. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 57
Geluiden tijdens de werking . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 58
Doel, Normen, Richtlijnen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 58
Vaktermen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 59
Page 4
43
Veiligheid
De veiligheid van onze koelapparaten voldoet aan de erkende regels der techniek en aan de Duitse wet op de veiligheid van apparaten. Desondanks zien wij ons genoodzaakt U met de volgende veiligheids­aanwijzingen vertrouwd te maken:
Reglementaire toepassing
• Het koelapparaat is voor huishoudelijk gebruik bestemd. Het is geschikt voor het koelen van levensmiddelen. Als het apparaat voor andere doeleinden gebruikt wordt kan de fabrikant geen verant­woording nemen voor eventuele schaden.
• Het ombouwen van of veranderingen aan het koelapparaat aanbren­gen is uit veiligheidsoverwegingen niet toegestaan.
• Als het koelapparaat commercieel of voor andere doeleinden dan voor het koelen van levensmiddelen gebruikt wordt, s.v.p. letten op de hiervoor van kracht zijnde wettelijke bepalingen.
Voordat het apparaat voor de eerste keer in gebruik genomen wordt
• Controleer het koelapparaat op transportschaden. Een beschadigd apparaat in geen geval aansluiten! Wendt U in geval van schade tot de leverancier.
Koelmiddelen
Het apparaat bevat in het koelvloeistofcircuit de koelvloeistof Isobutan (R600a), een natuurlijk, zeer milieuvriendelijk gas, dat echter wel brandbaar is.
• Bij het transport en het opstellen van het apparaat erop letten dat geen onderdelen van het koelvloeistofcircuit beschadigd worden.
• Bij beschadiging van het koelvloeistofcircuit:
– open vuur en brandhaarden absoluut vermijden; – het vertrek waar het apparaat staat goed ventileren.
Veiligheid van kinderen
• Verpakkingsdelen (bijv. folieën, piepschuim) kunnen voor kinderen gevaarlijk zijn. Stikgevaar! Verpakkingsmateriaal van kinderen weg­houden!
• Oude apparaten voor het weggooien onbruikbaar maken. Stekker uit het stopcontact trekken, stroomkabel doorknippen, eventueel aanwe­zige snap– of grendelsloten verwijderen of kapotmaken. Daardoor wordt voorkomen dat spelende kinderen in het apparaat opgeslotenra­ken (stikgevaar!) of in andere levensgevaarlijke situaties terecht komen.
Page 5
44
• Kinderen kunnen gevaren die in het omgaan met huishoudelijke apparaten schuilen vaak niet herkennen. Zorg daarom voor de nodi­ge toezicht en laat kinderen niet met het apparaat spelen.
Bij dagelijks gebruik
• Containers met brandbare gassen of vloeistoffen kunnen lek raken door de inwerking van koude. Explosiegevaar! Leg geen containers met brandbare stoffen zoals bijv. spraybussen, aanstekers, navullin­gen van aanstekers etc. in het koelapparaat.
• Geen electrische apparaten (bijv. electrische ijsmachines, mixers etc.) in het koelapparaat gebruiken.
• Voor het schoonmaken het apparaat altijd uitzetten en de stekker uit het stopcontact trekken of de zekering in de woning uitschakelen c.q. er uit draaien.
• De stekker altijd aan de stekker zelf uit het stopcontact trekken, nooit aan het snoer.
Bij storing
• Als er een storing aan het apparaat optreedt eerst in de gebruiksaan­wijzing kijken onder “Wat te doen als ...”. Als de daar gegeven aan­wij-zingen niet verder helpen zelf niet verder aan het apparaat wer­ken.
• Koelapparaten mogen alleen door geschoold personeel gerepareerd worden. Door ondeskundige reparaties kunnen grote gevaren ont­staan. Wendt U zich bij reparaties tot Uw vakhandel of tot onze klantendienst.
Weggooien
Informatie over de verpakking van het apparaat
Alle gebruikte grondstoffen zijn milieuvriendelijk! Ze kunnen zonder gevaar weggegooid of in de vuilverbrandingsoven verbrand worden! De grondstoffen: de kunststoffen kunnen ook opnieuw gebruikt wor­den en worden als volgt gekarakteriseerd:
>PE< voor polyethyleen, bijv. bij de buitenste verpakking en de zakken binnen in. >PS< voor schuimpolystyrol, bijv. bij de bekledingsdelen, in principe FCKW-vrij.
De kartonnen delen zijn van oud papier gemaakt en kunnen ook weer bij het oudpapier gedaan worden.
Page 6
45
Weggooien van oude apparaten
Wegens milieuredenen dienen koelapparaten vakkundig ontmanteld te worden. Dit geldt voor Uw huidige apparaat en - als het ook aan ver­vanging toe is - ook voor Uw nieuwe apparaat.
Waarschuwing! Apparaten die hun tijd gehad hebben onbruikbaar maken voordat ze weggegooid worden. Stekker er afhalen, netsnoer doorknippen, eventuele snap- of grendelsloten verwijderen of kapot­maken. Hierdoor wordt voorkomen dat spelende kinderen in het appa­raat opgesloten worden (verstikkingsgevaar!) of in andere levensgevaar­lijke situaties terechtkomen.
Aanwijzingen voor het weggooien:
• Het apparaat mag niet bij het huis- of grofvuil gezet worden.
• Het koelvloeistofcircuit, in het bijzonder de warmtewisselaar aan de achterkant, mag niet beschadigd worden.
• Informatie over afhaaltijden of inzamelplaatsen zijn te verkrijgen bij de plaatselijke reinigingsdienst of op het gemeentehuis.
Transportbescherming verwijderen
Het apparaat alsmede de onderdelen van het interieur zijn voor het transport beschermd. Plakband links en rechts aan de buitenkant van de deur er af trekken. Eventuele plakbandresten kunnen met schoonmaak- of wasbenzine
verwijderd worden. Alle plakband alsmede bekledingsdelen uit het interieur verwijderen.
Opstellen
Opstelplaats
Het apparaat in een goed geventileerde en droge ruimte neerzetten. De omgevingstemperatuur heeft invloed op het stroomverbruik. Het apparaat daarom – niet aan directe straling van de zon blootstellen; – niet bij radiatoren, naast een kachel of andere warmtebronnen
plaatsen;
– alleen op een plaats neerzetten waarvan de omgevingstemperatuur
overeenkomt met de klimaatcategorie waarvoor het apparaat is ont­worpen.
Page 7
Uw koeltoestel heeft lucht nodig
Het koelaggregaat behoeft geen onderhoud. Wat echter nooit mag ontbreken is een goede ventilatie. De luchttoevoer geschiedt onder de deur, door de ventilatiesleuf tus­sen toestel en vloer. De luchtafvoer vindt plaats via het bovenste ven­tilatierooster. Let u erop, dat deze openingen niet door sokkelpanelen en dergelijke worden afgedekt. Als de koelkast onder een doorlopend werkblad ingebouwd wordt, moeten aan de achterzijde van het werkblad een ventilatie-opening van minstens 200 cm
2
en een bij het werkblad pas­send ventilatie-rooster (A/B) worden aangebracht. De snijvlakken van het werkbald (C) lakken, om inwerking van vocht te vermijden. De afstand tussen toestel en wand moet minstens 30 mm bedraagen: vóór inzetten van het ven­tilatierooster kontroleren. Extra leverbare accessoires: A ventilatierooster, bruin, B ventila­tierooster, wit
46
De klimaatcategorieën staan op het merken type-aanduidingsplaatje dat zich links aan de binnenkant van het apparaat bevindt. De volgende tabel geeft aan welke omgevingstemperatuur bij welke klimaatcategorie behoort:
Als het onvermijdelijk is het apparaat naast een warmtebron te plaat­sen, aan weerszijden minimaal de volgende afstanden aanhouden: – tot electrische kachels 3 cm; – tot olie- en kolenkachels 30 cm. Als men zich niet aan deze afstanden kan houden, is een warmteisol­tieplaat tussen kachel en koelapparaat aan te bevelen. Als het koelapparaat naast een ander koelof diepvriesapparaat staat, is een afstand van 5 cm aan weerszijden aan te bevelen, zodat zich geen condens vormt aan de buitenkant van de apparaten.
Klimaatcategorie voor een omgevingstemperatuur van
SN +10 tot +32 °C
N +16 tot +32 °C
ST +18 tot +38 °C
T +18 tot +43 °C
A/B
200 cm
2
105
C
570
550
93-103
Page 8
47
Bovenblad verwijderen
Na afnemen van het bovenblad kan de koelkast onder een doorlopend werkblad worden ingebouwd.
Daarbij gaat u als volgt te werk: Kruiskopschroeven (F) rechts en links
uitdraaien. Bovenblad iets optillen, ca. 20 mm
naar achteren schuiven en naar boven losnemen (G). Klembusjes (H) los­schroeven en bewaren.
AEG56
F
G
H
Bevestiging aan een doorlopend werkblad
Bij onderbouw onder een doorlopend werkblad wordt het toestel met een bevestigingsschroef (A) onder het blad bevestigd.
A
Page 9
48
Overzetten van het deurscharnier
De deurstuiter kan van rechts (stand waarin hij wordt afgeleverd) naar links gewisseld worden als dat voor de opstelplaats nodig is.
Waarschuwing! Bij het wisselen van de deurstuiters mag het apparaat niet op het lichtnet aangesloten zijn. Van te voren de stekker uit te stopcontact halen.
Toestel schuin naar achteren kantelen. Deurscharnierschroeven (K) uitdraaien
en deurscharnier (1) naar beneden uit de scharnierbus nemen.
Deur iets openen en naar beneden uit­nemen.
Bovenste scharnierstift (A) uitdraaien en op de tegenoverliggende zijde weer monteren.
Deur in de bovenste scharnierstift (A) zetten en deur sluiten.
Scharnierstift van het deurscharnier (1) in de linker scharnierbus van de deur zetten en deurscharnier met de schroeven (K) goed vastdraaien.
Deurgreep op de tegenoverliggende zijde monteren. Schroefgaten met plugjes afsluiten.
K
1
A
12
Page 10
49
Voor ingebruikname
Het interieur van het apparaat en alle accessoires schoonmaken voor het eerste gebruik (zie Hoofdstuk “Reiniging en Onderhoud”).
Electrische aansluiting
Voor de electrische aansluiting is een volgens de voorschriften geïn­stalleerde beschermkontaktdoos vereist. De kontaktdoos moet zodanig wor­den geïnstalleerd, dat de steker altijd uit de kontaktdoos kan worden getrokken. Als het toestel onder een doorlopend werkblad wordt ingebouwd, dient de kontaktdoos volgens de voorschriften te worden geïnstalleerd, bij voorkeur zoals in afb. is aangegeven. De electrische zekering dient minsten 10 Ampère te zijn. Indien het stop­contact bij een ingebouwd apparaat niet meer toegankelijk is, dient een maatregel in de electrische installatie er voor te zorgen dat het apparaat van de stroom kan worden afgesloten (bijv. zekering, beveili­gingsschakelaar, aardlekschakelaar of dergelijke met een contactope­ningsbreedte van minimaal 3 mm).
Voor ingebruikneming op het merk– en type–aanduidingsplaatje van het apparaat controleren of de netspanning en stroomsoort overeen­ko-men met de waarden van het lichtnet op de plaats waar het appa­raat komt te staan. Bijv.: AC 220 ... 240 V 50 Hz of
220 ... 240 V~ 50 Hz (d.w.z. 220 tot 240 Volt wisselstroom, 50 Hertz) Het typebordje bevindt zich links aan de binnenkant van het apparaat.
130
300
Page 11
50
Beschrijving van het apparaat
Voorkant apparaat
Boter-/kaasvakken met klep en eiervak
Deurvak met beugel (niet bij alle modellen)
Deurvak
Flessenvak
Groentelade
Planken
Temperatuurregelaar en lichtschakelaar
Typebordje
In gebruik nemen en temperatuurregeling
U steekt de steker van de koelkast in een kontaktdoos met randaarde. Als u de koelkastdeur opent, wordt de binnenverlichting ingeschakeld. De draaiknop voor de temperatuur­keuze bevindt zich rechts in de koel­ruimte.
Page 12
51
Stand „0“ betekent: uit. Draaien in de richting van „1“ (met de wijzers van de klok mee): koelaggregaat aan, dit werkt dan automatisch.
Stand „1“ betekent:
hoogste binnentemperatuur, warmste instelling.
Stand „6“ betekent:
laagste binnentemperatuur, koudste instelling. Bij een lage omgevingstemperatur van ca. 16°C bevelen wij stand „1”
aan. Bij een omgevingstemperatuur van ca. 25°C stand „2”. Als u een lagere temperatuur wenst stand „3” o „4”.
Belangrijk!
Hoge omgevingstemperatuur (bijv. op hete zomerdagen) en koude instelling van de temperatuurregelaar (stand “5” tot “6”) kunnen er voor zorgen dat de compressor continue werkt. Reden: De compressor dient ononderbroken te lopen om bij een hoge­re omgevingstemperatuur de lage temperatuur van het apparaat te kunnen handhaven. De koelruimte ontdooit dan niet meer – automa­tisch ontdooien van de koelruimte is alleen bij stilstaande compressor mogelijk (zie hoofdstuk “Ontdooien”). Sterke rijpvorming aan de ach­terwand van de koelruimte is dan het gevolg. Zet in dat geval de temperatuurregelaar op een warmere stand (stand “3” tot “4”). Bij deze instelling wordt de compressor geregeld en begint het ontdooien weer automatisch.
Interieur
Legvlakken/roosters
Afhankelijk van model en uitrusting zijn legvlakken van glas, kunststof of roosters meegeleverd.
Een legvlak zo mogelijk in de onderste geleiders boven de groente- en fruitbak schuiven en ook blijven liggen.
De legvlakken kunnen in hoogte versteld worden: Daartoe de legvlak zo ver naar voren trekken tot hij naar boven en
naar beneden bewogen kan worden en er uit gehaald kan worden. Het plaatsen op een andere hoogte in omgekeerde volgorde uitvoeren.
Page 13
52
Glazen VARIO-legvlak (niet bij alle modellen)
Het apparaat heeft twee halve legvl­akken van glas. Grote artikelen instellen:
De voorste helft van het VARIO-leg­vlak onder de achterste helft schui­ven. Daardoor wordt ruimte gewonnen om op de daaronder liggende plank grote artikelen te plaatsen.
Variabele binnendeur
Naar gelang behoefte kunnen de deurvakken er naar uitgehaald wor­den en in andere opnames geplaatst worden.
Op de juiste wijze indelen
boter, kaaseieren, tubes, konservendrankenkaas, fruit, groentevlees, vleeswaren, zuivelpro-
dukten
kant-en-klare gerechten,
deegwaren, konserven
De bewaartijd is afhankelijk van de soort produkten, zie de aanwijzin­gen van de fabrikant.
Tip: Levensmiddel dienen altijd afgedekt of verpakt in de koelruimte gezet te worden om uitdrogen en geur- of smaakoverdracht op andere artikelen te voorkomen.
Voor het verpakken zijn geschikt: – Vershoudzakken en -folien van polyethyleen; – Plastic dozen met deksel; – Speciale kappen van plastic met elastieken band; – aluminiumfolie.
➀ ➁ ➁
➅ ➅
Page 14
53
Ontdooien
De koelruimte wordt automatisch ontdooid
De achterwand van de koelruimte wordt met rijp bedekt als de com­pressor loopt en ontdooit weer als de compressor stilstaat. Het dooiwater wordt automatisch verdampt.
Apparaat uitzetten
Voor het uitzetten van de koeling de temperatuurregelaar op stand “0” draaien.
Als het apparaat gedurende langere tijd niet gebruikt wordt:
Levensmiddelen uit koelruimte nemen. Apparaat uitzetten, daartoe de temperatuurregelaar op stand “0”
draaien. Stekker uit het stopcontact halen of zekering uitschakelen, er resp.
uithalen Koelruimte grondig reinigen (zie hoofdstuk “Reiniging en
Onderhoud”). Deur daarna open laten om geurvorming te voorkomen.
Reiniging en onderhoud
Om hygiënische redenen dient het apparaat aan de binnenkant met toebehoren geregeld gereinigd te worden.
Waarschuwing!
• Het apparaat mag tijden het schoonmaken niet op het electrici-
teitsnet aangesloten zijn. Gevaar voor schokken! Zet voor het schoonmaken het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcon­tact of schakel c.q. draai de zekering er uit.
• Het apparaat nooit met stoomreinigingsapparaten schoonmaken. Er
kan vocht in de electrische onderdelen komen. Gevaar voor schok­ken! Hete damp kan kunstoffen onderdelen beschadigen.
• Het apparaat dient droog te zijn voordat het weer in gebruik geno-
men wordt.
Page 15
54
Let op!
• Etherische oliën en organische oplosmiddelen kunnen kunststof
onderdelen aantasten, bijv.
- Sap van citroen– of sinaasappelschillen;
- boterzuur;
- Schoonmaakmiddelen die azijnzuren bevatten. Dergelijke substanties niet in contact brengen met apparaatonder­delen.
• Geen schurende schoonmaakmiddelen gebruiken. Koelartikelen er uit halen. Alles afgedekt op een koele plaats leggen. Apparaat uitzetten en de stekker uit het stopcontact halen of de
zekering uitschakelen c.q. er uitdraaien. Apparaat en interieur met een doek en lauwwarm water schoonma-
ken. Eventueel een beetje normaal afwasmiddel gebruiken. Daarna met schoon water afnemen en droogmaken. Stof op de condensor verhoogt het energieverbruik. Daarom eenmaal
per jaar de condensor aan de achterkant van het apparaat met een zachte borstel of met de stofzuiger voorzichtig schoonmaken.
Het dooiwater-afvoergat aan de achter­wand van de koelruimte controleren. Een verstopt dooiwater afvoergat met behulp van het groene stopje dat met het toestel is meegeleverd de opening schoonmaken.
Als alles droog is, de levensmiddelen er weer in doen en het apparaat weer in bedrijf nemen.
Tips om energie te besparen
• Het apparaat niet in de buurt van kachels, verwarmingselementen
of andere warmtebronnen plaatsen. Bij een hoge omgevingstempe­ratuur werkt de compressor vaker en langer.
• Zorgen voor voldoende be- en ontluchting aan de onderkant van
het apparaat. Ventilatieopeningen nooit afdekken.
• Geen warme spijzen in het apparaat zetten. Warme spijzen eerst
laten afkoelen.
• Deur slechts zo lang open laten als nodig is.
• De temperatuur niet lager dan nodig instellen.
• Houd de warmte afgevende verdamper, het metalen rooster aan de
achterzijde van het toestel, schoon.
Page 16
55
Wat te doen als ...
Hulp bij storingen
Onderdelen: Kleine reparaties kunt u zelf uitvoeren. Onderdelen kunt u bij de afde-
ling klantenservice verkrijgen. Er is geen bijzondere handigheid vereist om onderdelen zelf te verwangen, bijv.:
– boter- en kaasvak, – eierrekjes, – deurrekken, – fruit- en groentebakken, – roosters. Het kan bij een storing om kleine defecten gaan die zelf aan de hand van de volgende aanwijzingen opgelost kunnen worden. Voer zelf geen verdere werkzaamheden uit als de volgende informatie in con­crete gevallen niet verder helpen.
Waarschuwing! Reparaties aan het koelapparaat mogen alleen door geschoold personeel uitgevoerd worden. Door ondeskundige reparaties kunnen grote gevaren ontstaan voor de gebruiker. Wendt U bij repara­tie tot Uw vakhandel of onze klantendienst.
Störung
Apparaat werkt niet.
Mogelijke oorzaken
Apparaat is niet aangezet.
Stekker zit niet in het stopcontact of zit los.
Zekering is los of kapot.
Stopcontact is kapot.
Storingen in het lichtnet door Uw electrovakman laten verhelpen.
Verhelpen
Apparaat aanzetten.
Stekker in stopcontact ste­ken. Zekering controleren, eventueel vernieuwen.
Apparaat koelt te sterk.
Temperatuur is te laag ingesteld.
Temperatuurregelaar tijde­lijk op een hogere stand zetten.
Page 17
56
De levensmiddelen zijn te warm.
Op de ondichte plaatsen de deurafdichting voor­zichtig met een Föhn® ver­warmen (niet heter dan ca. 50 °C). Tegelijkertijd de verwarm­de deurafdichting met de hand zo in vorm trekken dat hij weer helemaal sluit.
Deurafdichting is lek (eventueel na het verwis­selen van de deuraanslag).
Sterke rijpvorming in het apparaat, eventueel ook aan de deurafdichting.
Temperatuur is niet juist ingesteld.
Zie hoofdstuk “Ingebruik­name”.
Deur heeft te lang openge­staan.
Deur slechts zo lang open
laten als nodig is. In de laatste 24 uur zijn grotere hoeveelheden warme levensmiddelen opgeslagen.
Temperatuurregelaar op
een koudere stand zetten.
Het apparaat staat naast een warmtebron.
Zie hoofdstuk “Opstel-
plaats”.
Lamp is kapot.
Zie hoofdstuk “Lamp ver-
wisselen”.
Binnenverlichting werkt niet.
Ongewone geluiden.
Apparaat staat niet recht. Apparaat komt tegen de muur of tegen andere voorwerpen aan. Een onderdeel, bijv. een lei-
ding, aan de achterkant van het apparaat komt tegen een ander onderdeel van het apparaat aan of tegen de muur.
Instelvoetjes bijstellen.
Apparaat iets wegtrekken.
Dit onderdeel voorzichtig
wegbuigen.
Störung Mogelijke oorzaken Verhelpen
Water op de bodem van de koelruimte of op de plan­ken.
Ontdooiwaterafvoer is ver­stopt.
Zie hoofdstuk “Reiniging
en Onderhoud”.
Dit is normaal, het betreft geen storing.
De compressor start na
enige tijd automatisch.
Na het wijzigen van de temperatuurinstelling start de compressor niet direct.
Page 18
57
Lamp verwisselen
Waarschuwing! Gevaar voor electrische schok! Voor het verwisselen
van de lamp het apparaat uitzetten en de stekker uit het stopcontact trekken of de zekering uitschakelen c.q. eruit draaien.
Lampgegevens: 220-240 V, max. 15 W Om het apparaat uit te zetten de temperatuurregelaar op stand “O”
draaien. Stekken uit het stopcontact trekken. Voor het verwisselen van de lamp de
schroef die de afdekking van het lampje bevestigt, eruit draaien.
Op de afdekking van het lampje druk­ken en deze achteruit laten glijden.
Defecte lamp verwisselen. De afdekking weer monteren en de
bevestigingsschroef aandraaien. De koelkast aanzetten.
Klantenservice
Als bij een storing geen oplossing in deze gebruiksaanwijzing gevon­den kan worden, gelieve men zich tot de handelaar of tot onze klantenser­vice te wenden. Adressen en telefoonnummers staan in bijgevoegde boekje "Garantievoorwaarden/Klantendienst". Een gerichte onderdeelvoorbereiding kan onnodige moeite en kosten besparen. Vermeld daarom de volgende gegevens van het apparaat:
• Naam model
• Productnummer (PNC)
• Productienummer (S-No.)
Deze gegevens staan op het merk- en type-aanduidingsplaatje aan de binnenkant van het apparaat. Aanbevolen wordt deze gegevens hier in te vullen om ze snel bij de hand te hebben.
Aanwijzing: Voor het ten onrechte contact opnemen met de klanten­dienst tijdens de garantieperiode worden kosten berekend.
Page 19
58
Geluiden tijdens de werking
De volgende geluiden zijn karakteristiek voor koelapparaten:
Klikken Elke keer als de compressor in- of uitgeschakeld wordt,
hoort u een klik
Zoemen Zodra de compressor functioneert, hoort u gezoem.
Gebubbel/ Wanneer het koelmiddel door smalle leidingen stroomt, gegorgel hoort u een gebubbel of gegorgel.
Ook na het uitschakelen van de compressor is dit geluid nog korte tijd te horen.
Doel, Normen, Richtlijnen
Het koelapparaat is voor huishoudelijk gebruik bestemd en is met inachtneming van de voor deze apparaten geldende normen gemaakt. Bij de fabricage zijn speciaal die maatregelen genomen die vereist zijn volgens het Duitse Gerätesicherheitsgesetz (GSG), het Duitse Unfallverhütungsvorschrift für Kälteanlagen (VBG 20) en de bepalingen van het Verband Deutscher Elektrotechniker (VDE). De koudecirculatie is op dichtheid getest.
Dit apparaat voldoet aan de volgende EG-richtlijnen: – 73/23/EWG van 19.2.1973 - Laagspanningsrichtlijn – 89/336/EWG van 3.5.1989
(met inbegrip van Wijzigingsrichtlijn 92/31/EWG) - EMV-richtlijn
Page 20
59
Vaktermen
Koelmiddel
Koelmidde
kringloop
Verdamper
Compressor
Condensor
Vloeistoffen die gebruikt kunnen worden voor kou­deproductie, worden koelmiddelen genoemd. Deze stoffen hebben verhoudingsgewijs een laag kook­punt, zo laag dat de warmte van de aanwezige levensmiddelen in het koelapparaat, het koelmiddel tot koken ofwel tot verdampen kan brengen.
Gesloten kringloopsysteem waarin het koelmiddel zich bevindt. De koelmiddelkringloop bestaat hoofd­zakelijk uit verdamper, compressor, condensor en lei­dingen.
In de verdamper verdampt het koelmiddel. Net als alle vloeistof, heeft het koelmiddel warmte nodig om te kunnen verdampen. Deze warmte wordt onttrok­ken aan de binnenruimte van het koelapparaat, de ruimte koelt daardoor af. Hiertoe is de verdamper in de binnenruimte geplaatst of gelijk achter de bin­nenwand aangebracht en daardoor niet zichtbaar.
De compressor ziet eruit als een tonnetje. Hij wordt aangedreven door een ingebouwde elektromotor en is achter, aan de onderkant van het apparaat geplaatst. De compressor zorgt ervoor dat het gas­vormige koelmiddel aan de verdamper onttrokken wordt en vervolgens verdicht en naar de condensor geleid wordt.
De condensor heeft meestal de vorm van een rooster. In de condensor wordt het koelmiddel dat door de comressor verdicht is, gecondenseerd. Hierbij komt warmte vrij die door de oppervlakte van de conden­sor aan de omgevingslucht afgegeven wordt. De condensor is daarom aan de buitenkant, meestal aan de achterkant van het apparaat, aangebracht.
Page 21
AEG Hausgeräte GmbH Postfach 1036 D-90327 Nürnberg
http://www.aeg.hausgeraete.de
© Copyright by AEG
02-0200
2222 629-96
Loading...