Bedankt dat u voor dit AEG-product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen
om vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het
leven gemakkelijker helpen maken met functies die gewone apparaten wellicht
niet hebben. Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er
optimaal van kunt profiteren.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en
onderhoudsinformatie:
www.aeg.com/webselfservice
Registreer uw product voor een betere service:
www.registeraeg.com
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw
apparaat:
www.aeg.com/shop
KLANTENSERVICE
Gebruik altijd originele onderdelen.
Als u contact opneemt met de klantenservice zorg dat u de volgende gegevens
bij de hand hebt: model, productnummer, serienummer.
Deze informatie wordt vermeld op het typeplaatje.
Waarschuwing / Belangrijke veiligheidsinformatie
Algemene informatie en tips
Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden.
VEILIGHEIDSINFORMATIE
1.
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor
installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is
Page 3
NEDERLANDS
niet verantwoordelijk voor letsel of schade veroorzaakt
door een verkeerde installatie of verkeerd gebruik.
Bewaar de instructies altijd op een veilige en
toegankelijke plaats voor toekomstig gebruik.
1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
• Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8
jaar en ouder en door mensen met beperkte
lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens
of een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder
toezicht staan of instructies hebben gekregen over het
veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de
eventuele gevaren begrijpen.
• Kinderen tussen de 3 en 8 jaar oud en personen met
zware en complexe beperkingen dienen altijd uit de
buurt te worden gehouden, mits ze voortdurend
onder toezicht staan.
• Houd kinderen jonger dan 3 jaar uit de buurt of onder
permanent toezicht.
• Laat kinderen niet spelen met het apparaat.
• Houd alle verpakking uit de buurt van kinderen en
gooi het op passende wijze weg.
• Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het
apparaat als het in werking is of afkoelt. Het apparaat
is heet.
• Als het apparaat is voorzien van een kinderslot, dient
dit te worden geactiveerd.
• Kinderen mogen zonder toezicht geen reinigings- en
onderhoudswerkzaamheden aan het apparaat
uitvoeren.
3
Algemene veiligheid
1.2
• Alleen een erkende installatietechnicus mag het
apparaat installeren en de kabel vervangen.
• WAARSCHUWING: Het apparaat en de toegankelijke
onderdelen ervan worden heet tijdens gebruik. U
dient op te passen dat u de verwarmingselementen
niet aanraakt.
Page 4
4
www.aeg.com
• Gebruik altijd ovenhandschoenen om accessoires of
kookgerei te plaatsen of verwijderen.
• Voordat u welke onderhoudshandeling dan ook
verricht, de stekker van het apparaat uit het
stopcontact trekken.
• Zorg ervoor dat het apparaat is uitgeschakeld voordat
u de lamp vervangt om elektrische schokken te
voorkomen.
• Gebruik geen stoomreiniger om het apparaat schoon
te maken.
• Gebruik nooit agressieve reinigingsmiddelen of
scherpe metalen schrapers om de glazen deur schoon
te maken, deze kunnen krassen veroorzaken op het
oppervlak, waardoor het glas zou kunnen breken.
• Als het netsnoer beschadigd is, moet de fabrikant,
een erkende serviceverlener of een gekwalificeerd
persoon deze vervangen teneinde gevaarlijke situaties
te voorkomen.
• Schakel het apparaat niet in als het leeg is. Metalen
delen in de ovenruimte kunnen elektrische vonken
veroorzaken.
• Tijdens bereiding in de magnetron zijn geen metalen
voedselbakjes en drinkbekers toegestaan. Deze
vereiste is niet van toepassing als de fabrikant heeft
aangegeven dat het formaat en de vorm van het
metalen voorwerp geschikt is voor bereiding in de
magnetron.
• Als de deur, scharnieren/handgrepen of
deurafdichtingen zijn beschadigd, mag het apparaat
niet worden gebruikt tot hij is gerepareerd door een
vakkundig persoon.
• Alleen een vakkundig persoon kan onderhouds- of
reparatiewerkzaamheden uitvoeren waarvoor de
afdekking moet worden verwijderd die beschermd
tegen blootstelling aan magnetronenergie.
• Verwarm geen vloeistoffen of andere levensmiddelen
in afgesloten houders. Deze kunnen dan ontploffen.
Page 5
• Gebruik alleen hulpstukken die geschikt zijn voor
NEDERLANDS
gebruik in de magnetron.
• Let bij het opwarmen van voedsel in plastic of
papieren houders op het apparaat vanwege de
mogelijkheid tot zelfontbranding.
• Het apparaat is bedoeld voor het opwarmen van
voedsel en dranken. Het drogen van levensmiddelen
of kleding en het opwarmen van warmhoudpads,
slippers, sponzen, vochtige doekjes en dergelijke kan
leiden tot letsel, zelfontbranding of brand.
• Als rook wordt waargenomen, zet dan het apparaat uit
of trek de stekker uit het stopcontact en houd de deur
gesloten om vlammen te doven.
• Het in de magnetron opwarmen van dranken kan
ertoe leiden dat het langer duurt voordat het
kookpunt wordt bereikt. Pas op als u de houder uit de
magnetron haalt.
• De inhoud van melkflesjes en potjes babyvoeding
moet worden geroerd of geschud en de temperatuur
moet voor consumptie worden gecontroleerd om
brandwonden te voorkomen.
• Eieren in de schaal en hele hardgekookte eieren
mogen niet in het apparaat worden opgewarmd
omdat ze dan kunnen ontploffen, zelfs nadat de
magnetronverwarming is beëindigd.
• Het apparaat moet regelmatig worden gereinigd en
voedselresten dienen te worden verwijderd.
• Het niet schoonhouden van het apparaat kan leiden
tot beschadigingen aan het oppervlak hetgeen weer
een negatief effect kan hebben op de levensduur van
het apparaat wat weer kan leiden tot een gevaarlijke
situatie.
5
Page 6
www.aeg.com
6
2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
2.1 Montage
WAARSCHUWING!
Alleen een erkende
installatietechnicus mag het
apparaat installeren.
• Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
• Installeer en gebruik geen
beschadigd apparaat.
• Volg de installatie-instructies op die
zijn meegeleverd met het apparaat.
• Pas altijd op bij verplaatsing van het
apparaat, want het is zwaar. Gebruik
altijd veiligheidshandschoenen en
gesloten schoeisel.
• Trek het apparaat nooit aan de
handgreep van zijn plaats.
• Houd de minimumafstand naar
andere apparaten en units in acht.
• Zorg ervoor dat het apparaat onder
en naast veilige installaties wordt
geïnstalleerd.
• De zijkanten van het apparaat moeten
naast apparaten of units staan van
dezelfde hoogte.
• Het apparaat is uitgerust met een
elektrisch koelsysteem. Het heeft
elektrische stroom nodig.
2.2 Aansluiting op het
elektriciteitsnet
WAARSCHUWING!
Gevaar voor brand en
elektrische schokken.
• Alle elektrische aansluitingen moeten
door een gediplomeerd
elektromonteur worden gemaakt.
• Dit apparaat moet worden
aangesloten op een geaard
stopcontact.
• Zorg ervoor dat de parameters op het
vermogensplaatje overeenkomen met
elektrische vermogen van de
netstroom.
• Gebruik altijd een juist geïnstalleerd
schokbestendig stopcontact.
• Gebruik geen meerwegstekkers en
verlengsnoeren.
• Zorg dat u de hoofdstekker en kabel
niet beschadigt. Indien de
voedingskabel moet worden
vervangen, dan moet dit gebeuren
door onze Klantenservice.
• Laat de stroomkabel niet in aanraking
komen met de deur van het apparaat,
met name niet als deze heet is.
• De schokbescherming van delen
onder stroom en geïsoleerde delen
moet op zo'n manier worden
bevestigd dat het niet zonder
gereedschap kan worden verplaatst.
• Steek de stekker pas in het
stopcontact als de installatie is
voltooid. Zorg ervoor dat het
netsnoer na installatie bereikbaar is.
• Sluit de stroomstekker niet aan op
een losse stroomaansluiting.
• Trek niet aan het netsnoer om het
apparaat los te koppelen. Trek altijd
aan de stekker.
• Gebruik alleen de juiste isolatieapparaten: stroomonderbrekers,
zekeringen (schroefzekeringen
moeten uit de houder worden
verwijderd), aardlekschakelaars en
contactgevers.
• De elektrische installatie moet een
isolatieapparaat bevatten waardoor
het apparaat volledig van het lichtnet
afgesloten kan worden. Het
isolatieapparaat moet een
contactopening hebben met een
minimale breedte van 3 mm.
• Dit apparaat voldoet aan de EUrichtlijnen.
2.3 Gebruik
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel,
brandwonden, elektrische
schokken of een explosie.
• Dit apparaat is uitsluitend bestemd
voor huishoudelijk gebruik.
• De specificatie van het apparaat mag
niet worden veranderd.
• Zorg ervoor dat de
ventilatieopeningen niet geblokkeerd
zijn.
• Laat het apparaat tijdens het gebruik
niet onbeheerd achter.
• Schakel het apparaat telkens na
gebruik uit.
Page 7
NEDERLANDS
7
• Wees voorzichtig met het openen van
de deur van het apparaat als het
apparaat aan staat. Er kan hete lucht
ontsnappen.
• Bedien het apparaat niet met natte
handen of als het contact maakt met
water.
• Oefen geen kracht uit op een
geopende deur.
• Het apparaat mag niet worden
gebruikt als werkblad of aanrecht.
• Open de deur van het apparaat
voorzichtig. Als u alcoholische
toevoegingen gebruikt, kan er
alcohol-luchtmengsel ontstaan.
• Houd vonken of open vlammen uit de
buurt van het apparaat bij het openen
van de deur.
• Plaats geen ontvlambare producten
of gerechten die vochtig zijn gemaakt
met ontvlambare producten in, bij of
op het apparaat.
• De magnetronfunctie mag niet
worden gebruikt om de oven voor te
verwarmen.
WAARSCHUWING!
Risico op schade aan het
apparaat.
• Om schade of verkleuring van het
email te voorkomen:
– leg geen aluminiumfolie op de
bodem van de ruimte in het
apparaat.
– plaats geen water direct in het
hete apparaat.
– haal vochthoudende schotels en
eten uit het apparaat als u klaar
bent met koken.
– wees voorzichtig bij het
verwijderen of bevestigen van
accessoires.
• Verkleuring van het email of roestvrij
staal is niet van invloed op de werking
van het apparaat.
• Gebruik een diepe pan voor vochtige
taarten. Fruitsappen kunnen
permanente vlekken maken.
• Dit apparaat is uitsluitend bestemd
om mee te koken. Het mag niet
worden gebruikt voor andere
doeleinden, zoals het verwarmen van
een kamer.
• Alle bereidingen moeten worden
uitgevoerd met gesloten ovendeur.
• Als het apparaat achter een
meubelpaneel gemonteerd is (bijv.
een deur), zorg er dan voor dat de
deur nooit gesloten is als het
apparaat in werking is. Warmte en
vocht kunnen achter een gesloten
meubelpaneel ophopen en schade
aan het apparaat, de behuizing of de
vloer veroorzaken. Sluit het
meubelpaneel niet tot het apparaat
volledig afgekoeld is na gebruik.
2.4 Onderhoud en reiniging
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel, brand en
schade aan het apparaat.
• Schakel het apparaat uit en trek de
stekker uit het stopcontact voordat u
onderhoudshandelingen verricht.
• Zorg ervoor dat het apparaat is
afgekoeld. Er bestaat een risico dat
de glasplaten kunnen breken.
• Vervang direct de glazen deurpanelen
als deze beschadigd zijn. Neem
contact op met een erkend
servicecentrum.
• Zorg ervoor dat de ovenruimte en de
deur na elk gebruik worden
afgeveegd. Stoom geproduceerd
tijdens de werking van het apparaat
condenseert op de wanden en kan
roest veroorzaken.
• Reinig het apparaat regelmatig om te
voorkomen dat het materiaal van het
oppervlak achteruitgaat.
• Vet en voedsel dat in het apparaat
achterblijft kan brand en een
vlamboog veroorzaken als de
magnetronfunctie in werking wordt
gezet.
• Reinig het apparaat met een vochtige
zachte doek. Gebruik alleen neutrale
reinigingsmiddelen. Gebruik geen
schuurmiddelen, schuursponsjes,
oplosmiddelen of metalen
voorwerpen.
• Raadpleeg, als u een ovenspray
gebruikt, eerst de aanwijzingen op de
verpakking.
• Reinig niet het katalytisch email
(indien van toepassing) met een
schoonmaakmiddel.
Page 8
136425
12
4
3
1
2
10
11
7
8
9
8
www.aeg.com
2.5 Binnenverlichting
WAARSCHUWING!
Gevaar voor elektrische
schokken.
• Het type gloeilampje of
halogeenlampje dat voor dit apparaat
wordt gebruikt, is alleen geschikt voor
huishoudelijke apparaten. Gebruik
deze niet voor andere doeleinden.
• Voordat u het lampje vervangt, dient
u de stekker van het apparaat uit het
stopcontact te halen.
• Gebruik alleen lampjes met dezelfde
specificaties.
• Gebruik uitsluitend originele
reserveonderdelen.
2.7 Verwijdering
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of
verstikking.
• Haal de stekker uit het stopcontact.
• Snijd het netsnoer vlak bij het
apparaat af en gooi het weg.
• Verwijder de deurvergrendeling om
te voorkomen dat kinderen of
huisdieren binnen in het apparaat vast
komen te zitten.
2.6 Servicedienst
• Neem contact op met een erkende
servicedienst voor reparatie van het
apparaat.
3. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
3.1 Algemeen overzicht
Bedieningspaneel
1
Stroomlampje/symbool
2
Knop voor verwarmingsfuncties
3
Display
4
Temperatuurlampje en
5
magnetronstroomlampje / symbool
Bedieningsknop
6
Verwarmingselement
7
Magnetrongenerator
8
Lampje
9
Ventilator
10
Verwijderbare inschuifrail
11
Roosterhoogtes
12
Page 9
ABC
EHFGD
NEDERLANDS9
3.2 Accessoires
Bakrooster
Voor kookgerei, bak- en braadvormen.
4. BEDIENINGSPANEEL
4.1 Toetsen
Sensorveld / KnopFunctieBeschrijving
MAGNETRONDe magnetronfunctie instellen. Houd de-
KLOKDe klokfunctie instellen.
TEMPERATUUR De oventemperatuur of de temperatuur
Bakplaat
Voor gebak en koekjes.
ze langer dan 3 seconden vast om de
ovenlamp aan of uit te zetten. De licht
kan ook gebruikt worden als de oven is
uitgeschakeld.
van de vleesthermometer (indien van toepassing). Uitsluitend als een verwarmingsfunctie in werking is.
4.2 Display
A. Timer / Temperatuur /
Magnetronvermogen
B. Opwarmen en restwarmte-indicatie
C. Magnetronstand
D. Vleesthermometer (alleen
geselecteerde modellen)
E. Deurslot (alleen geselecteerde
modellen)
F. Uren/minuten
G. Demomodus (alleen geselecteerde
modellen)
H. Klokfuncties
Page 10
www.aeg.com10
5. VOORDAT U HET APPARAAT VOOR DE EERSTE
KEER GEBRUIKT
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
Raadpleeg voor het instellen
van de dagtijd het hoofdstuk
"Klokfuncties".
5.1 Eerste reiniging
Verwijder all accessoires en
verwijderbare inschuifrails uit de oven.
6. DAGELIJKS GEBRUIK
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
6.1 Verzonken knoppen
Om het apparaat te bedienen, moet u
op de bedieningsknop drukken. De
bedieningsknop komt naar voren.
6.2 Verwarmingsfuncties
OvenfunctieApplicatie
De oven staat uit.
Uit-stand
Het lampje activeren zonder een bereidingsfunc-
Binnenverlich-
ting
Magnetron
tie.
Creëert de warmte direct
in het eten. Gebruik de
magnetron voor het verwarmen van kant-en-klare
maaltijden en drankjes,
het ontdooien van vlees
of fruit en het bereiden
van groenten en vis.
Zie het hoofdstuk
'Onderhoud en reiniging'.
Reinig de oven en accessoires voor het
eerste gebruik.
Zet de accessoires en verwijderbare
inschuifrails terug in de beginstand.
OvenfunctieApplicatie
Om op 2 rekstanden te
bakken en tegelijk voed-
Hetelucht
Pizza Hete-
lucht
Boven + on-
derwarmte
(Boven-/
Onderwarmte)
Onderwarmte
sel te drogen.Stel de
temperatuur 20 - 40 °C
lager in dan voor traditionele ovenbereiding.
Om gerechten op één niveau te bakken met intensief bruineren en een
krokantere korst. Stel de
temperatuur 20 - 40 °C
lager in dan voor traditionele bereiding.
Voor het bakken en braden op een ovenniveau.
Voor het bakken van taarten met een knapperige
bodem en het inmaken
van voedsel.
Page 11
OvenfunctieApplicatie
Deze functie kan gebruikt
worden om bevroren
Ontdooien
Grill
Grill Intens
Circulatiegrill
De verlichting kan tijdens
sommige ovenfuncties
automatisch uitschakelen als
de temperatuur onder de 60
°C komt.
voedsel te ontdooien
zoals groente en fruit. De
ontdooitijd hangt af van
de hoeveelheid en dikte
van het voedsel.
Om plat voedsel te grillen en brood te roosteren.
Voor het roosteren van
plat voedsel in grote
hoeveelheden en voor
het maken van toast.
Voor het braden van grotere stukken vlees of gevogelte met botten op
één niveau. Ook om te
gratineren en te bruinen.
6.3 Het in- en uitschakelen van
de oven
1. Draai de functieknop van de oven
naar een ovenfunctie.
2. Draai aan de temperatuurknop om
een temperatuur te kiezen.
3. Om de oven uit te schakelen, draait u
de knoppen voor de ovenfuncties en
temperatuur naar de uit-stand.
Het lampje gaat aan wanneer de oven in
werking is.
6.4 De functie instellen:
Magnetron
Verwijder alle accessoires.
1. Draai aan de functieknop van de
oven om een functie te selecteren:
Magnetron
.
Het display toont eerst een standaard
magnetronvermogen en daarna een
standaard tijdsduur voor: Duur.
Druk op om te starten met de
standaardwaarden voor het
magnetronvermogen en voor: Duur.
2. Draai aan de knop voor temperatuur/
magnetronvermogen om het
magnetronvermogen te wijzigen. Het
vermogen kan worden gewijzigd in
stappen van 100 W.
3. Druk op en draai daarna de knop
voor de temperatuur / het
magnetronvermogen naar links of
rechts om te wijzigen.Duur.
4. Druk op: .
Als de ingestelde tijd voor Duur eindigt,
klinkt het geluidssignaal weer en stopt
de functie Magnetron.
5. Draai de knop voor de ovenfuncties
naar de uit-stand.
Als u de deur van de oven
opent, stopt de functie
Magnetron. Om het
opnieuw te laten starten sluit
u de deur en drukt u op .
NEDERLANDS
6.5 De functie instellen:
Combinatiemagnetron
U kunt de magnetronfunctie combineren
met iedere willekeurige
verwarmingsfunctie.
1. Draai aan de knop voor de
verwarmingsfuncties om de functie te
selecteren.
In het display verschijnt een
standaardtemperatuur.
2. Draai de bedieningsknop om de
temperatuur te wijzigen.
3. Druk op om de verwarmfunctie te
combineren met de magnetronstand.
4. Draai de bedieningsknop om de
instellingen voor het
magnetronvermogen te wijzigen. Het
vermogen kan worden gewijzigd in
stappen van 100 W.
Ongeveer 5 graden voordat de
ingestelde temperatuur is bereikt klinkt
er een geluidsignaal. Als de ingestelde
tijd voor Duur eindigt, klinkt het
geluidssignaal weer en stopt de oven.
11
Page 12
12
www.aeg.com
5. Draai de knop voor de
verwarmingsfuncties naar de uitstand.
Bij het gebruik van de
combimagnetronfunctie
kan de oven diverse
geluiden maken. Dit is
normaal voor deze
functie.
7. KLOKFUNCTIES
7.1 Tabel met klokfuncties
KlokfunctieApplicatie
Met deze functie kunt u
DAGTIJD
DUUR
EINDE
VERTRA-
GINGSTIJD
KOOKWEK-
KER
7.2 Instellen en wijzigen van
de tijd
Wacht na de eerste aansluiting op het
stopcontact totdat het display en
"12:00" weergeeft. "12" knippert.
de dagtijd weergeven of
veranderen. U kunt de
dagtijd alleen wijzigen als
de oven uitstaat.
Instellen hoe lang de
oven in werking is. Gebruik dit alleen wanneer
de verwarmingsfunctie is
ingesteld.
Instellen als de oven uitstaat. Gebruik dit alleen
wanneer de verwarmingsfunctie is ingesteld.
Combinatie van de functies BEREIDINGSDUUR
en EINDE.
Gebruik de kookwekker
voor het instellen van een
afteltijd. Deze functie
heeft geen invloed op de
werking van de oven. U
kunt de KOOKWEKKER
op elk gewenst moment
instellen, ook als de oven
uitstaat.
6.6 Indicatielampje bij
voorverwarmen
Wanneer de ovenfunctie actief is,
verschijnen de balkjes in het display
één voor één wanneer de temperatuur in
de oven stijgt en verdwijnen ze wanneer
de temperatuur daalt.
1. Draai de knop voor de temperatuur/
magnetronvermogen naar links of
rechts om de uren in te stellen.
2. Druk op
naar het instellen van de minuten te
gaan.
Het display toont en het
ingestelde uur. "00" knippert.
3. Druk op
ingestelde dagtijd zal na vijf
seconden automatisch worden
opgeslagen.
Op het display verschijnt de nieuwe tijd.
Druk om de dagtijd te wijzigen
herhaaldelijk op tot het
indicatielampje voor de dagtijd
knippert op het display.
om te bevestigen en om
om te bevestigen of de
7.3 De functie
BEREIDINGSDUUR
1. Ovenfunctie instellen.
2. Blijf op drukken totdat begint
te knipperen.
3. Draai de knop voor temperatuur /
magnetronvermogen naar rechts of
links om de minuten in te stellen en
bevestig met
temperatuur / magnetronvermogen
naar rechts of links om de uren in te
stellen en bevestig met .
Wanneer de ingestelde tijdsduur eindigt,
klinkt er gedurende 2 minuten een
geluidssignaal en knipperen en de
tijd in het display. De oven wordt
automatisch uitgeschakeld
4. Druk op een willekeurige knop of
open de deur van de oven om het
geluid te stoppen.
. Draai de knop voor
Page 13
NEDERLANDS13
5. Draai de knop voor de ovenfuncties
naar de uit-stand.
7.4 De functie
BEREIDINGSEINDE
1. Ovenfunctie instellen.
2. Blijf op drukken totdat begint
te knipperen.
3. Draai de knop voor temperatuur /
magnetronvermogen naar rechts of
links om de uren in te stellen en
bevestig met
temperatuur / magnetronvermogen
naar rechts of links om de minuten in
te stellen en bevestig met .
Op de ingestelde eindtijd klinkt er
gedurende 2 minuten een geluidssignaal
en knipperen en de tijd in het
display. De oven wordt automatisch
uitgeschakeld
4. Druk op een willekeurige knop of
open de deur van de oven om het
geluid te stoppen.
5. Draai de knop voor de ovenfuncties
naar de uit-stand.
. Draai de knop voor
7.5 De functie
TIJDVERTRAGING instellen
1. Ovenfunctie instellen.
2. Blijf op
te knipperen.
3. Draai de knop voor temperatuur /
magnetronvermogen naar rechts of
links om de minuten voor de
tijdsDUUR in te stellen en bevestig
met . Draai de knop voor
temperatuur / magnetronvermogen
naar rechts of links om de uren voor
de tijdsDUUR in te stellen en
bevestig met
Op het display knippert .
4. Draai de knop voor temperatuur /
magnetronvermogen naar rechts of
links om de minuten voor de
drukken totdat begint
.
EINDtijd in te stellen en bevestig met
. Draai de knop voor
temperatuur / magnetronvermogen
naar rechts of links om de uren voor
de EINDtijd in te stellen en bevestig
met .
De oven gaat later automatisch aan,
werkt voor de ingestelde tijdsDUUR en
stopt op de ingestelde EINDTIJD.
Op de ingestelde EINDtijd klinkt er
gedurende 2 minuten een geluidssignaal
en knipperen
display. De oven gaat uit.
5. Druk op een willekeurige knop of
open de deur van de oven om het
geluid te stoppen.
6. Draai de knop voor de ovenfuncties
naar de uit-stand.
en de tijd in het
7.6 De KOOKWEKKER
instellen
De kookwekker kan zowel worden
ingesteld bij een ingeschakelde of
uitgeschakelde oven.
1.
Druk steeds opnieuw op tot op
het display verschijnt en "00"
knippert.
2. Draai de knop voor de temperatuur/
magnetronvermogen naar links of
rechts om de seconden in te stellen
en daarna de minuten.
Als de ingestelde tijd langer is dan
60 minuten knippert op het
display.
3. Stel de uren in.
4. De KOOKWEKKER start automatisch
na vijf seconden.
Na 90% van de ingestelde tijd klinkt
er een geluidssignaal.
5. Wanneer de ingestelde tijd is
verlopen, klinkt er gedurende 2
minuten een geluidssignaal. "00:00"
en knipperen op het display. Druk
op een willekeurige toets om het
signaal uit te zetten.
8.
GEBRUIK VAN DE ACCESSOIRES
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
8.1 De accessoires plaatsen
Gebruik uitsluitend geschikt kookgerei
en materiaal.
Page 14
www.aeg.com14
WAARSCHUWING!
Raadpleeg hoofdstuk 'Hints
en tips', kookgerei en
materiaal geschikt voor de
magnetron.
Bakrooster:
Plaats het rooster tussen de
geleidestangen van de roostersteun en
zorg ervoor dat de pootjes omlaag staan.
Bakplaat:
Schuif de bakplaat tussen de
geleidestangen van de roostersteun.
Bakrooster en bakplaatsamen:
Plaats bakplaat tussen de geleiders van
de inschuifrails en het bakrooster op de
geleiders erboven.
Kleine inkepingen bovenaan
verhogen de veiligheid.
Deze inkepingen zorgen er
ook voor dat ze niet
omkantelen. De hoge rand
rond het rooster voorkomt
dat het kookgerei van het
rooster afglijdt.
9. EXTRA FUNCTIES
9.1 Gebruik van het kinderslot
Als het kinderslot is ingeschakeld, kan de
oven niet per ongeluk worden aangezet.
1. Zorg dat de knop voor de
ovenfuncties in de uit-stand staat.
2. Druk tegelijkertijd op en
gedurende 2 seconden.
Er klinkt een geluidsignaal. SAFE en
verschijnt op het display.
Herhaal stap 2 om het kinderslot uit te
schakelen.
9.2 Gebruik van de
Functievergrendeling
U kunt de functievergrendeling alleen
inschakelen als het apparaat in werking
is.
Als de functievergrendeling is
ingeschakeld, kunnen de instellingen
voor de temperatuur en tijd van een
werkende oven niet per ongeluk worden
gewijzigd.
1. Selecteer een ovenfunctie en stel het
in volgens uw voorkeur.
Page 15
NEDERLANDS
15
2. Houd en gedurende ten
minste 2 seconden samen ingedrukt.
Er klinkt een geluidsignaal. Loc en
verschijnt gedurende 5 seconden op het
display.
Loc verschijnt op het display
als u de aan de
temperatuurknop draait of
op een willekeurige knop
drukt en de
functievergrendeling is
ingeschakeld.
Als u aan de knop voor de ovenfuncties
draait, gaat de oven uit.
Als u het apparaat uitschakelt terwijl de
functievergrendeling aan is, schakelt de
functievergrendeling automatisch over
naar het kinderslot. Raadpleeg 'Het
kinderslot gebruiken'.
Herhaal stap 2 om de
functievergrendeling uit te schakelen.
9.3 Restwarmte-indicatie
Als u de oven uitschakelt, toont het
display de restwarmte-indicator bij
een oventemperatuur van boven de 40
°C.Draai de regelknop naar links of
rechts om de oventemperatuur te
controleren.
9.4 Automatische
uitschakeling
Omwille van veiligheidsredenen schakelt
de oven na bepaalde tijd automatisch uit
als er een verwarmingsfunctie in werking
is en u de oventemperatuur niet wijzigt.
Temperatuur (°C)Uitschakeltijd (u)
30 - 11512.5
120 - 1958.5
200 - 2305.5
Druk na een automatische uitschakeling
op een willekeurige knop om de oven
opnieuw te activeren.
De automatische
uitschakeling werkt niet met
de functies: licht, duur,
einde.
9.5 Koelventilator
Als de oven in werking is, wordt de
koelventilator automatisch ingeschakeld
om de oppervlakken van de oven koel te
houden. Na het uitschakelen van de
oven blijft de ventilatie doorgaan totdat
de oven is afgekoeld.
AANWIJZINGEN EN TIPS
10.
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
De temperaturen en
baktijden in de tabellen zijn
slechts als richtlijn bedoeld.
Deze zijn afhankelijk van de
recepten en de kwaliteit en
de hoeveelheid van de
gebruikte ingrediënten.
10.1 Kookadviezen
Uw oven kan anders bakken of roosteren
dan de oven die u tot nu toe gebruikt
heeft. In de onderstaande tabel vindt u
de standaardinstellingen voor
temperatuur, kooktijd en roosterniveau.
Als u voor een speciaal recept de
instelling niet kunt vinden, zoek dan naar
een soortgelijk recept.
10.2 Magnetronaanbevelingen
Plaats het voedsel op een bord onderin
de ruimte.
Draai het voedsel halverwege de
ontdooi- en bereidingstijd om of roer het
door.
Dek het voedsel voor bereiding en
opwarming af.
Zet tijdens het verwarmen van dranken
de lepel in de fles of het glas om de
warmte beter te verdelen.
Plaats het voedsel in de oven zonder
enig verpakkingsmateriaal. De verpakte
kant-en-klaar-maaltijden kunnen alleen in
Page 16
www.aeg.com16
de oven worden geplaatst als de
verpakking magnetronbestendig is
(raadpleeg de informatie op de
verpakking).
Bereiding met magnetron
Bereid voedsel afgedekt. Bereid voedsel
slechts zonder het te bedekken als u een
korst wilt behouden.
Zorg dat u de gerechten niet te lang
kookt, door het vermogen en de tijd te
hoog in te stellen. Het voedsel kan
uitdrogen, aanbranden of brand
veroorzaken.
Gebruik de oven niet om eieren in hun
schaal en slakken met huisje te bereiden,
omdat deze kunnen barsten. Prik het
eigeel van gebakken eieren in voordat ze
worden opgewarmd.
Prik voedsel met huid of schil diverse
Roer vloeibare gerechten zo nu en dan
door.
Roer het voedsel voor het opdienen
door.
Nadat u de oven uitschakelt, neemt u het
voedsel uit en laat u het een aantal
minuten staan.
Ontdooien in de magnetron
Plaats het bevroren, uitgepakte voedsel
op een klein omgekeerd bord met een
bakje eronder of op een ontdooirek of
plastic zeef, zodat de dooivloeistof kan
weglopen.
Verwijder telkens de stukken die zijn
ontdooid.
U kunt een hoger magnetronvermogen
gebruiken om fruit en groenten te
bereiden zonder ze eerst te ontdooien.
malen in met een vork voordat u het
bereidt.
Snij groenten in stukjes van gelijke
grootte.
10.3 Kookgerei en materialen die geschikt zijn voor de
magnetron
Gebruik in de magnetron alleen kookgerei en materiaal dat hiervoor bestemd is.
Gebruik onderstaande tabel als referentie.
Materiaal van de pannenMagnetronfunctieCombimagnetron-
functie
X
Ovenbestendig glas en porselein
zonder metalen onderdelen, bijv. hittebestendig glas
Niet-ovenbestendig glas en porselein
zonder zilveren, gouden, platina of
metalen laag/versieringen
Glas en glaskeramiek van ovenbestendig / diepvriesbestendig materiaal
Keramiek en aardewerk zonder kwartz
of metalen delen en metaalhoudende
glazuurlagen
Keramiek, porselein en aardewerk
met ongeglazuurde onderkant of met
kleine gaatjes, bijv. op handvaten
Ontdooi-enVerwarming,
Meer
XX
XXX
Page 17
Materiaal van de pannenMagnetronfunctieCombimagnetron-
Ontdooi-enVerwarming,
Meer
Hittebestendig kunststof tot max. 200
°C (controleer altijd de specificatie
van de kunststof schaal voor gebruik)
Karton, papierXX
HuishoudfolieXX
NEDERLANDS17
functie
X
Roosterfolie met magnetronveilige
sluiting (controleer altijd de specificatie van de folie voor gebruik)
Ovenschotels gemaakt van metaal,
d.w.z. emaille, gietijzer
Bakvormen, zwarte laklaag of siliconenlaag (controleer altijd de specificatie van de bakvormen voor gebruik)
BakplaatXXX
BakroosterXX
Kookgerei voor magnetrongebruik,
bijv. pan voor knapperige gerechten
10.4 Bakken
• Gebruik de eerste keer de laagste
temperatuur.
• Bij het bereiden van cake op
meerdere niveaus kan de baktijd ca.
10 - 15 minuten langer zijn.
• Als de cake niet overal even hoog is,
wordt de cake niet overal even bruin.
XX
XX
XX
wordt, hoeft u de
temperatuurinstelling niet te wijzigen.
De verschillen verminderen tijdens
het bakken.
• Tijdens het bakken kunnen bakplaten
in de oven vervormen. Wanneer de
bakplaten afkoelen, verdwijnt de
vervorming.
Als de cake niet overal even bruin
10.5 Baktips
X
BakresultaatMogelijke oorzaakoplossing
De onderkant van de
cake is niet voldoende
gebruind.
De rekstand is incorrect.Plaats de cake op een lagere rek-
stand.
Page 18
www.aeg.com18
BakresultaatMogelijke oorzaakoplossing
De cake zakt in en
wordt klef, klonterig,
streperig.
De cake is te droog.De oventemperatuur is te
De cake wordt ongelijkmatig bruin.
De cake wordt niet gaar
binnen de aangegeven
baktijd.
De oventemperatuur is te
hoog.
Te korte baktijd.Baktijd verlengen. U kunt de bak-
Er zit te veel vloeistof in het
mengsel.
laag.
Te lange baktijd.De volgende keer dat u een cake
De oventemperatuur is te
hoog en de baktijd te kort.
Het deeg is niet gelijkmatig
verdeeld.
De oventemperatuur is te
laag.
De volgende keer dat u een cake
bakt, stelt u de baktemperatuur
lager in.
tijd niet verlagen door een hogere temperatuur in te stellen.
Minder vocht gebruiken. Let op
de kneedtijden, vooral bij het gebruik van keukenmachines.
De volgende keer dat u een cake
bakt, stelt u de baktemperatuur
hoger in.
bakt, gebruikt u een kortere baktijd.
De baktemperatuur lager instellen en de baktijd verlengen.
Verdeel het deeg gelijkmatig over
de bakplaat.
De volgende keer dat u een cake
bakt, stelt u de baktemperatuur
een beetje hoger in.
10.6 Bakken op één ovenniveau
Bakken in een bakblik
Gerecht-functieTempera-
tuur (°C)
Tulband of briocheHetelucht150 - 16050 - 701
Moskovisch gebak /
vruchtencake
Sponge cake / Cake,
zacht
Sponge cake / Cake,
zacht
Taartbodem - zandtaart-
1)
deeg
Taartbodem - zacht cakedeeg
Hetelucht140 - 16070 - 901
Hetelucht140 - 15035 - 501
Boven-/Onderwarmte
Hetelucht170 - 18010 - 251
Hetelucht150 - 17020 - 251
16035 - 502
Tijd (min)Rooster-
hoogte
Page 19
NEDERLANDS19
Gerecht-functieTempera-
Tijd (min)Rooster-
tuur (°C)
Apple pie / Appeltaart
Hetelucht16070 - 901
(2 vormen Ø 20 cm, diagonaal geplaatst)
Apple pie / Appeltaart
(2 vormen Ø 20 cm, dia-
Boven-/Onder-
warmte
18070 - 901
gonaal geplaatst)
Kwarktaart, bakplaat
1)
Oven voorverwarmen.
2)
Gebruik de braadpan.
Boven-/Onder-
2)
warmte
160 - 17060 - 901
Gebak / brood op bakplaat
Gerecht-functieTempera-
Tijd (min)Rooster-
tuur (°C)
Vlechtbrood/broodkrans Boven-/Onder-
170 - 19030 - 402
warmte
Kerststol
1)
Brood (roggebrood)
Boven-/Onder-
warmte
Boven-/Onder-
1)
warmte
160 - 18050 - 702
2
eerst23020
vervolgens160 - 18030 - 60
Roomsoezen / Eclairs
Biscuitrol
1)
Boven-/Onder-
1)
warmte
Boven-/Onder-
warmte
190 - 21020 - 352
180 - 20010 - 202
Kruimeltaart (droog)Hetelucht150 - 16020 - 401
Boter-/Suikerkoek
1)
Vruchtentaart (bereid
Boven-/Onder-
warmte
Hetelucht150 - 16035 - 551
190 - 21020 - 302
met gistdeeg/roer-
2)
deeg)
Vruchtentaart (bereid
met gistdeeg/roer-
2)
deeg)
Vruchtentaart met krui-
Boven-/Onder-
17035 - 551
warmte
Hetelucht160 - 17040 - 801
meldeeg
hoogte
hoogte
Page 20
www.aeg.com20
Gerecht-functieTempera-
Tijd (min)Rooster-
tuur (°C)
Plaatkoek met kwetsbare garnering (bijvoor-
Boven-/Onderwarmte
160 - 18040 - 802
beeld kwark, room, puddingvulling)
1)
Oven voorverwarmen.
2)
Gebruik de braadpan.
1)
Koekjes
Gerecht-functieTempera-
Tijd (min)Rooster-
tuur (°C)
ZandkoekjesHetelucht150 - 16010 - 201
Short bread / Zandtaart-
Hetelucht14020 - 351
deeg / Gebakreepjes
Short bread / Zandtaartdeeg / Gebakreepjes
Koekjes gemaakt van
Boven-/Onderwarmte
1)
16020 - 302
Hetelucht150 - 16015 - 201
sponsdeeg
Eiwitgebak / schuimge-
Hetelucht80 - 100120 - 1501
bak
BitterkoekjesHetelucht100 - 12030 - 501
Koekjes gemaakt van
Hetelucht150 - 16020 - 401
gistdeeg
Klein bladerdeegge-
1)
bak
Broodjes
1)
Small cakes / Kleine ca-
1)
kes
Small cakes / Kleine ca-
1)
kes
1)
Oven voorverwarmen.
Hetelucht170 - 18020 - 301
Boven-/Onder-
190 - 21010 - 252
warmte
Hetelucht16020 - 353
Boven-/Onder-
17020 - 352
warmte
hoogte
hoogte
Page 21
10.7 Ovenschotels en gegratineerde gerechten
NEDERLANDS21
Gerecht-functieTemperatuur
(°C)
PastaschotelBoven-/onder-
warmte
LasagneBoven-/onder-
warmte
Circulatiegrill160 - 17015 - 301
Groentegratin
Stokbroden bedekt met gesmolten kaas
Zoete ovenschotels
VisschotelsBoven-/onder-
Gevulde groen-teHetelucht160 - 17030 - 601
1)
Oven voorverwarmen.
1)
Hetelucht160 - 17015 - 301
Boven-/onderwarmte
warmte
180 - 20045 - 601
180 - 20025 - 401
180 - 20040 - 601
180 - 20030 - 601
Tijd (min)Roosterhoogte
10.8 Bakken op meerdere
niveaus
Gebruik de functie Hetelucht.
Gebak op bakplaat
GerechtTemperatuur (°C)Tijd (min)Rooster-
hoogte
160 - 18025 - 451 / 3
Roomsoezen /Eclairs
Kruimeltaart150 - 16030 - 451 / 3
1)
Oven voorverwarmen.
Klein gebak/cakejes/gebak/broodjes
GerechtTemperatuur (°C)Tijd (min)Rooster-
Zandkoekjes150 - 16020 - 401 / 3
Short bread / Zandtaartdeeg/ Deegreepjes
Koekjes gemaakt van
sponsdeeg
1)
hoogte
14025 - 451 / 3
160 - 17025 - 401 / 3
Page 22
www.aeg.com22
GerechtTemperatuur (°C)Tijd (min)Rooster-
Eiwitgebak, schuimgebak
Bitterkoekjes100 - 12040 - 801 / 3
Koekjes gemaakt van
gistdeeg
80 - 100130 - 1701 / 3
160 - 17030 - 601 / 3
10.9 Pizza hetelucht
GerechtTemperatuur (°C)Tijd (min)Roosterhoogte
200 - 23015 - 203
Pizza (dunne korst)
Pizza (met veel garne-
2)
ring)
Taarten180 - 20040 - 553
Spinazietaart160 - 18045 - 603
Quiche Lorraine (hartige
taart)
Zwitserse flan170 - 19045 - 553
Kwarktaart140 - 16060 - 903
Appeltaart, bedekt150 - 17050 - 603
Groentetaart160 - 18050 - 603
Ongedesemd brood
Bladerdeegtaart
Flammekuchen
Piroggen (Russische variant op calzone)
1)
Oven voorverwarmen.
2)
Gebruik de braadpan.
1)
180 - 20020 - 303
170 - 19045 - 553
23010 - 203
1)
1)
1)
1)
160 - 18045 - 553
23012 - 203
180 - 20015 - 253
hoogte
10.10 Braden
Gebruik hittebestendig kookgerei.
Braad grote braadstukken direct in de
diepe bakplaat of op een bakrooster
boven de bakplaat.
Giet wat water op de bakplaat om het
inbranden van vrijkomende vleessappen
of vet te voorkomen.
Vlees met een korst kan in de braadslede
zonder deksel worden gebraden.
Draai het braadstuk na 1/2 - 2/3 van de
gaartijd.
Om het vlees sappiger te houden:
• Braad mager vlees in een braadpan
met deksel of gebruik een braadzak.
Page 23
NEDERLANDS23
• Rooster vlees en vis in grote stukken
(1 kg of meer).
10.11 Braden
Rundvlees
Gerecht-functieHoeveel-
heid (kg)
Stoofvlees Boven-/
Onderwarmte
1 - 1.520023060 - 801
Varkensvlees
Gerecht-functie Hoeveel-
heid (kg)
Schouderstuk, nekstuk, hamlap
Gehaktbrood
Varkensschenkel
(voorgekookt)
Circulatiegrill
Circulatiegrill
Circulatiegrill
1 - 1.5200160 - 18050 - 701
0.75 - 1200160 - 17035 - 501
0.75 - 1200150 - 17060 - 751
Vermogen
(Watt)
Vermogen
(Watt)
• Besprenkel grote braadstukken en
gevogelte diverse keren tijdens het
braden met het eigen vleessap.
Temperatuur (°C)
Temperatuur (°C)
Tijd (min)Rooster-
hoogte
Tijd (min)Rooster-
hoogte
Kalfsvlees
Gerecht-functie Hoeveel-
heid (kg)
Geroosterd kalfsvlees
Kalfsschenkel
Circulatiegrill
Circulatiegrill
1200160 - 18050 - 701
1.5 - 2200160 - 18075 - 1001
Lamsvlees
Gerecht-functie Hoeveel-
heid (kg)
Lamsbout,
geroosterd
lamsvlees
Circulatiegrill
1 - 1.5200150 - 17050 - 701
Vermogen
(Watt)
Vermogen
(Watt)
Temperatuur (°C)
Temperatuur (°C)
Tijd (min)Rooster-
hoogte
Tijd (min)Rooster-
hoogte
Page 24
www.aeg.com24
Gevogelte
Gerecht-functie Hoeveel-
Stukken
gevogelte
Halve kipCircula-
Kip, haantje
EendCircula-
Circulatiegrill
tiegrill
Circulatiegrill
tiegrill
Vis (gestoomd)
Gerecht-functie Hoeveel-
Hele visBoven-/
Onderwarmte
Gerechten
Gerecht-functie Hoeveel-
Zoete gerechten
Gekruide
gerechten
met gekookte ingrediënten
(noodles,
groente)
Gekruide
gerechten
met rauwe
ingrediënten (aardappelen,
groente)
Hetelucht
Hetelucht
Hetelucht
Vermo-
heid (kg)
0,2 - 0,25
elk
0,4 - 0,5
elk
1 - 1.5200190 - 21060 - 801
1.5 - 2200180 - 20080 - 1101
heid (kg)
1 - 1.5200210 - 22030 - 451
heid (kg)
-200160 - 18020 - 351
-400 - 600 160 - 18020 - 451
-400 - 600 160 - 18030 - 452
gen
(Watt)
200200 - 22020 - 351
200190 - 21025 - 401
Vermogen
(Watt)
Vermogen
(Watt)
Temperatuur (°C)
Temperatuur (°C)
Temperatuur (°C)
Tijd (min)Rooster-
Tijd (min)Rooster-
Tijd (min)Rooster-
hoogte
hoogte
hoogte
10.12 Grill
Leg het de pan voor het opvangen van
vet op de eerste rekstand plaatsen.
Verwarm de lege oven 5 minuten voor.
Page 25
Grill
GerechtTemperatuur
(°C)
Biefstuk, medi-um210 - 23030 - 4030 - 401
Grilltijd (min.)Roosterhoogte
1e kant2e kant
NEDERLANDS25
Runderfilet, medium
Varkensrug210 - 23030 - 4030 - 401
Kalfsrug210 - 23030 - 4030 - 401
Lamsrug210 - 23025 - 3520 - 351
Hele vis, 0,5 - 1kg210 - 23015 - 3015 - 301
23020 - 3020 - 301
Grill Intens
Verwarm de lege oven 3 minuten voor.
Grill met de maximale temperatuurinstelling.
GerechtGrilltijd (min.)Roosterhoogte
1e kant2e kant
Varkensfilet10 - 126 - 102
Worstjes10 - 126 - 83
Runderfilet, kalfsbiefstukken
Brood met iets erop6 - 8-2
10.13 Bevroren gerechten
7 - 106 - 83
Gebruik de functie Hetelucht.
• Haal het voedsel uit de verpakking.
Doe het voedsel op een bord.
• Gebruik voor het afdekken geen
borden of schotels. Hierdoor kan de
ontdooitijd worden verlengd.
GerechtTemperatuur (°C)Tijd (min)Roosterhoogte
Pizza, bevroren200 - 22015 - 253
American pizza, bevroren
Pizza, gekoeld210 - 23013 - 253
Pizza snacks, bevroren 180 - 20015 - 303
190 - 21020 - 253
Page 26
www.aeg.com26
GerechtTemperatuur (°C)Tijd (min)Roosterhoogte
Patat, dun
Patat, dik
1)
1)
Aardappelpartjes / kroketjes
1)
210 - 23020 - 303
210 - 23025 - 353
210 - 23020 - 353
Rösties210 - 23020 - 303
Lasagne / Cannelloni,
170 - 19035 - 452
vers
Lasagne / Cannelloni,
160 - 18040 - 602
bevroren
Kippenvleugels190 - 21020 - 303
1)
Tussen het bakken door 2 tot 3 keer keren.
Tabel voor diepvries- en kant-en-klaargerechten
Gerecht-functieTempera-
Tijd (min)Roosterhoogte
tuur (°C)
Pizza, bevroren
Boven-/onder-
1)
warmte
volgens
aanwijzingen van de
volgens aanwijzingen van de fabrikant
fabrikant
Patates frites
(300 - 600 g)
Baguettes
3)
Boven-/onder-
2)
warmte of Circulatiegrill
Boven-/onderwarmte
200 - 220volgens aanwij-
zingen van de fabrikant
volgens
aanwijzingen van de
volgens aanwijzingen van de fabrikant
fabrikant
VruchtencakeBoven-/onder-
warmte
volgens
aanwijzingen van de
volgens aanwijzingen van de fabrikant
fabrikant
1)
Oven voorverwarmen.
2)
Tussen het bakken door 2 tot 3 keer keren.
3)
Oven voorverwarmen.
2
2
2
2
10.14 Ontdooien
• Haal het gerecht uit de verpakking en
plaats het op een bord.
• Gebruik het eerste roosterniveau
vanaf de bodem.
• Bedek het bord niet met een kom of
ander bord, aangezien het ontdooien
hierdoor langer kan duren.
• Plaats voor grote porties voedsel een
omgedraaid bord op de bodem van
de ovenruimte. Leg het voedsel op
een diep bord of schaal en zet deze
bovenop het bord in de oven.
Page 27
Verwijder indien nodig de
bakplaatsteunen.
NEDERLANDS27
GerechtHoeveel-
heid (kg)
Kip1100 - 14020 - 30Kip op een omgedraaid schoteltje
Vlees1100 - 14020 - 30Halverwege de bereidingstijd om-
Forel0.1525 - 3510 - 15-
Aardbei-en0.330 - 4010 - 20-
Boter0.2530 - 4010 - 15-
Room2 x 0,280 - 10010 - 15Klop de nog licht bevroren slag-
Gebak1.46060-
10.15 Inmaken - Onderwarmte
• Gebruik alleen weckpotten van
dezelfde afmetingen.
• Gebruik geen weckpotten met een
draai- of bajonetsluiting en metalen
bakken.
• Gebruik het eerste rooster van de
bodem van deze functie.
• Zet niet meer dan zes weckflessen van
1 liter op het bakrooster.
• Vul de glazen potten gelijkmatig en
Ontdooitijd
(min.)
Nadooitijd
(min)
Opmerkingen
in een groot bord leggen. Halverwege de bereidingstijd omdraaien.
draaien.
room.
• De weckpotten mogen elkaar niet
raken.
• Vul ca. 1/2 liter water op de bakplaat,
zodat er voldoende vocht in de oven
ontstaat.
• Als de vloeistof in de weckpotten
begint te borrelen (na ca. 35 - 60
minuten bij weckpotten van 1 liter),
stop de oven of verlaag de
temperatuur tot 100 °C (raadpleeg de
tabel).
Het eten is nog
steeds niet ontdooid,
heet of gekookt nadat de bereidingstijd
is verstreken.
Het voedsel is oververhit aan de randen,
maar is in het midden nog niet gaar.
Vlees ontdooien
GerechtVermogen
Steak (0,2 kg)1005 - 75 - 10
Gehakt (0,5 kg)10010 - 155 - 10
Mogelijke oorzaakoplossing
Kies de volgende keer een lager ver-
De tijdsduur was te lang.
De tijdsduur was te kort.Stel een langere tijdsduur in. Het
Het vermogen was te hoog. Kies de volgende keer een lager ver-
(Watt)
mogen en een langere bereidingstijd.
magnetronvermogen niet verhogen.
mogen en een langere bereidingstijd.
Tijd (min)Rusttijd (min)
Gevogelte ontdooien
GerechtVermogen
(Watt)
Kip (1 kg)10025 - 3010 - 20
Kipfilet (0,15 kg)1003 - 510 - 15
Kippenpoten (0,15 kg)1003 - 510 - 15
Tijd (min)Rusttijd (min)
Vis ontdooien
GerechtVermogen
(Watt)
Hele vis (0,5 kg)10010 - 155 - 10
Visfilets (0,5 kg)10012 - 155 - 10
Tijd (min)Rusttijd (min)
Zuivelproducten ontdooien
GerechtVermogen
(Watt)
Boter (0,25 kg)1003 - 45 - 10
Tijd (min)Rusttijd (min)
Page 30
www.aeg.com30
GerechtVermogen
(Watt)
Geraspte kaas (0,2 kg)1002 - 310 - 15
Tijd (min)Rusttijd (min)
Taart/koekjes ontdooien
GerechtVermogen
(Watt)
Gistcake (1 stuks)2002 - 315 - 20
Cheesecake (1 stuks)1002 - 415 - 20
Droge cake (bijv. hotelcake)
(1 stuks)
Brood (1 kg)20015 - 205 - 10
Gesneden brood (0,2 kg)2003 - 55 - 10
Broodjes (4 stuks)2002 - 42 - 5
2002 - 415 - 20
Tijd (min)Rusttijd (min)
Fruit ontdooien
GerechtVermogen
(Watt)
Fruit (0,25 kg)1005 - 1010 - 15
Tijd (min)Rusttijd (min)
Opnieuw Verwarmen
GerechtVermogen
(Watt)
Babyvoeding in potjes (0,2
kg)
Babymelk (180 ml); zet lepel
in de fles
Kant-en-klaarmaaltijd (0,5 kg) 6006 - 92 - 5
Bevroren kant-en-klaarmaaltijden (0,5 kg)
Melk (200 ml)10001 - 1:30-
Water (200 ml)10001:30 - 2-
Saus (200 ml)6001 - 3-
Soep (300 ml)6003 - 5-
3001 - 2-
6000:20 - 0:40-
40010 - 152 - 5
Tijd (min)Rusttijd (min)
Page 31
Smelten
GerechtVermogen
(Watt)
Chocolade / chocoladelaagje (0,15 kg)
Boter (0,1 kg)4000:30-1:30-
3002 - 4-
Meer
GerechtVermogen
(Watt)
Hele vis (0,5 kg)5008 - 102 - 5
Visfilets (0,5 kg)4004 - 72 - 5
Groenten, vers (0,5 kg + 50
ml water)
Groenten, bevroren (0,5 kg +
50 ml water)
Gepofte aardappels (0,5 kg)6007 - 10-
Rijst (0,2 kg + 400 ml water)60015 - 18-
Popcorn10001:30 - 3-
6005 - 15-
60010 - 20-
Tijd (min)Rusttijd (min)
Tijd (min)Rusttijd (min)
NEDERLANDS31
Combimagnetronfunctie
Om gerechten korter te bereiden en
tegelijkertijd een bruin korstje te geven.
GerechtOvengereiVer-
mogen
(Watt
)
2 kippenhelften (2 x 0,55
kg)
Gegratineerde aardappelen (1 kg)
Varkensbraadstuk,
nek (1,1 kg)
Ronde glazen schaal, Ø
26 cm
Gratinschotel30020040210
Glazen schotel met
zeef
3002204025
30020070110
Combineer functies: Circulatiegrill en
Magnetron.
Temperatuur
(°C)
Tijd
(min)
Roosterhoogte
Rusttijd (min)
Page 32
www.aeg.com32
10.18 Voorbeelden van
kooktoepassingen voor de
instellingen van het vermogen
De gegevens in de volgende tabel
dienen slechts als richtlijn.
Instelling vermogenGebruik
• 1000 Watt
• 900 Watt
• 800 Watt
• 700 Watt
• 600 Watt
• 500 Watt
• 400 Watt
• 300 Watt
• 200 Watt
• 100 Watt
Verwarmen van vloeistof
Dichtschroeien aan het begin van het kookproces
Koken van groenten
Ontdooien en verwarmen van bevroren maaltijden
Verwarmen van een maaltijd op een bord
Stoofpot sudderen
Eiergerechten koken
Maaltijden door laten koken
Delicaat voedsel koken
Verwarmen van babyvoeding
Rijst laten sudderen
Delicaat voedsel verwarmen
Smelten van kaas, chocolade, boter
Ontdooien van vlees, vis
Ontdooien van kaas, room en boter
Ontdooien van fruit en gebak
Ontdooien van brood
10.19 Aanwijzingen voor
testinstituten
Magnetronfunctie
Testen volgens IEC 60705.
GerechtVermo-
gen
(Watt)
Taart6000.475Onder-
Gehaktbrood 4000.9225 - 32Draai halverwege de
Eiervla3001Onder-
Hoeveelheid
(kg)
Roosterhoogte
1)
kant
kant
Tijd (min)Opmerkingen
7 - 9Draai halverwege de
bereidingstijd de container 1/4 om.
bereidingstijd de container 1/4 om.
18-
Page 33
NEDERLANDS33
GerechtVermo-
gen
(Watt)
Ontdooien
van vlees
1)
Gebruik het draadrek mits anders aangegeven.
1000.5Onder-
Hoeveelheid
(kg)
Combimagnetronfunctie
Testen volgens IEC 60705.
Gerecht -functieVer-
mogen
(Watt)
CakeHetelucht +
magnetron
Aardappelgratin
KipGrill + hete
1)
Gebruik het draadrek mits anders aangegeven.
Grill + hete
lucht +
magnetron
lucht +
magnetron
1000.7180229 - 31Draai halverwe-
3001.1180240 - 45Draai halverwe-
2001.1230145 - 55Doe het vlees in
Hoeveelheid
(kg)
Roosterhoogte
1)
kant
Temperatuur
(°C)
Tijd (min)Opmerkingen
7 - 8Draai het vlees halver-
wege de bereidingstijd
om.
Roosterhoogte
1)
Tijd (min) Opmerkingen
ge de bereidingstijd de
container 1/4
om.
ge de bereidingstijd de
container 1/4
om.
een ronde kom
en draai het halverwege de bereidingstijd om.
11. ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
11.1 Opmerkingen over
schoonmaken
Maak de voorkant van de oven schoon
met een zachte doek, warm water en een
mild reinigingsmiddel.
Gebruik voor metalen oppervlakken een
specifiek reinigingsmiddel.
Reinig de binnenkant van de oven na elk
gebruik. Vetophoping of andere
voedingsresten kunnen brand
veroorzaken.
Verwijder voedselresten en vetten
voorzichtig van de bovenkant van de
ovenruimte.
Reinig alle accessoires na elk gebruik en
laat ze drogen. Gebruik een zachte doek
Page 34
2
3
1
www.aeg.com34
met een warm sopje en een
reinigingsmiddel.
Verwijder hardnekkig vuil met een
speciale ovenreiniger.
Toebehoren met antiaanbaklaag mogen
niet worden schoongemaakt met een
agressief reinigingsmiddel, voorwerpen
met scherpe randen of een
afwasautomaat. Dit kan de
antiaanbaklaag beschadigen.
Neem het vocht uit de ruimte na ieder
gebruik af.
11.2 Verwijderen van de
geleiders
Zorg ervoor dat de oven is afgekoeld
voordat u onderhoud verricht. Er bestaat
verbrandingsgevaar.
Om het apparaat te reinigen, verwijder
de inschuifrails.
1. Inschuifrails voorzichtig naar boven
toe uit de voorste ophanging
trekken.
2. Trek de inschuifrail bij de voorkant uit
de zijwand.
3. Geleiders uit de achterste ophanging
trekken.
Installeer de inschuifrails in de
omgekeerde volgorde.
11.3 Het lampje vervangen
WAARSCHUWING!
Gevaar voor elektrische
schokken.
Het lampje kan heet zijn.
1. Oven uitschakelen.
Wacht totdat de oven afgekoeld is.
2. Trek de oven uit het stopcontact.
3. Leg een doek op de bodem van de
ovenruimte.
LET OP!
Houd de halogeenlamp
altijd met een doek vast om
te voorkomen dat er
vetrestjes op de ovenlamp
verbranden.
Het bovenste lampje
1. Draai het afdekglas van de lamp en
verwijder het.
2. Reinig de glasafdekking.
3. Vervang de lamp door een geschikte
300°C hittebestendige lamp.
4. Plaats het afdekglas terug.
PROBLEEMOPLOSSING
12.
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
12.1 Problemen oplossen
ProbleemMogelijke oorzaakoplossing
U kunt de oven niet inschakelen of bedienen.
De oven wordt niet warm.De oven is uitgeschakeld.Schakel de oven in.
De oven is niet aangesloten
op een stopcontact of is niet
goed geïnstalleerd.
Controleer of de oven goed
is aangesloten op het stopcontact (zie het aansluitdiagram indien beschikbaar).
Page 35
ProbleemMogelijke oorzaakoplossing
De oven wordt niet warm.De klok is niet ingesteld.Stel de klok in.
De oven wordt niet warm.De benodigde kookstanden
zijn niet ingesteld.
De oven wordt niet warm.De automatische uitschake-
ling is actief.
De oven wordt niet warm.Het kinderslot is geacti-
veerd.
De oven wordt niet warm.De zekering is doorgesla-
gen.
Het lampje brandt niet.Het lampje is stuk.Vervang het lampje.
De bereiding van de gerechten duurt te lang of de gerechten worden te snel gaar.
Stoom en condens slaan
neer op de gerechten en in
de ovenruimte.
Het display toont een foutcode die niet in deze tabel
staat.
De temperatuur is te laag of
te hoog.
Het gerecht heeft te lang in
de oven gestaan.
Er is een elektrische fout.• Schakel de oven uit via
Zorg ervoor dat de instellingen correct zijn.
Raadpleeg 'Automatisch uitschakelen'.
Raadpleeg 'Gebruik van het
Kinderslot'.
Controleer of de zekering de
oorzaak van de storing is. Als
de zekeringen keer op keer
doorslaan, neemt u contact
op met een erkende installateur.
Pas indien nodig de temperatuur aan. Volg het advies
in de handleiding op.
Laat gerechten na het bereiden niet langer dan 15 - 20
minuten in de oven staan.
• Neem contact op met de
NEDERLANDS35
de huiszekering of de veiligheidsschakelaar in de
zekeringkast en schakel
deze weer in.
klantenservice wanneer
de foutcode opnieuw
wordt weergegeven.
12.2 Onderhoudsgegevens
Als u niet zelf het probleem kunt
verhelpen, neem dan contact op met uw
verkoper ofeen erkende serviceafdeling.
Het typeplaatje bevindt zich aan de
voorkant van de binnenkant van de oven.
Verwijder het typeplaatje niet uit de
ovenruimte.
De contactgegevens van het
servicecentrum staan op het typeplaatje.
Wij adviseren u om de gegevens hier te noteren:
Model (MOD.).........................................
Deze oven bevat functies die
u helpen energie te
besparen tijdens het
dagelijks koken.
Algemene tips
Zorg ervoor dat de ovendeur goed
gesloten is als u de oven in werking stelt.
De deur niet openen tijdens de
bereiding met stoom. Houd het
deurrubber schoon en zorg ervoor dat
het goed op zijn plaats vastzit.
Gebruik metalen schalen om meer
energie te besparen, maar alleen als u
geen magnetronfunctie gebruikt.
Indien mogelijk de oven niet
voorverwarmen voordat u er voedsel in
plaatst.
Verlaag bij een bereidingsduur langer
dan 30 minuten de oventemperatuur met
minimaal 3 - 10 minuten, afhankelijk van
de bereidingsduur voordat de kooktijd
verstrijkt. De restwarmte in de oven zorgt
ervoor dat het gerecht wordt voltooid.
14. MILIEUBESCHERMING
Recycle de materialen met het symbool
. Gooi de verpakking in een geschikte
verzamelcontainer om het te recyclen.
Help om het milieu en de
volksgezondheid te beschermen en
recycle het afval van elektrische en
elektronische apparaten. Gooi apparaten
U kunt de restwarmte gebruiken om
andere maaltijden op te warmen.
Houd de onderbrekingen tussen het
bakken zo kort mogelijk als u een aantal
gerechten tegelijkertijd bereidt.
Bereiding met hete lucht
Gebruik indien mogelijk de
bereidingsfuncties met hete lucht om
energie te besparen.
Restwarmte
Bij sommige ovenfuncties worden, als
een programma met tijdselectie (Duur of
Einde) in werking is en de bereidingstijd
langer is dan 30 minuten, de
verwarmingselementen automatisch
eerder uitgeschakeld.
De lamp en ventilator blijven wel werken.
Eten warm houden
Kies de laagst mogelijke
temperatuurinstelling om de restwarmte
te gebruiken en een maaltijd warm te
houden. Het indicatielampje van de
restwarmte of temperatuur verschijnt op
het display.
gemarkeerd met het symbool niet weg
met het huishoudelijk afval. Breng het
product naar het milieustation bij u in de
buurt of neem contact op met de
gemeente.
*
Page 37
NEDERLANDS37
Page 38
www.aeg.com38
Page 39
NEDERLANDS39
Page 40
www.aeg.com/shop
867343899-B-062018
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.