Bedankt dat u voor dit AEG-product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen
om vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het
leven gemakkelijker helpen maken met functies die gewone apparaten wellicht
niet hebben. Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er
optimaal van kunt profiteren.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en
onderhoudsinformatie:
www.aeg.com/webselfservice
Registreer uw product voor een betere service:
www.registeraeg.com
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw
apparaat:
www.aeg.com/shop
KLANTENSERVICE
Gebruik altijd originele onderdelen.
Als u contact opneemt met de klantenservice zorg dat u de volgende gegevens
bij de hand hebt: model, productnummer, serienummer.
Deze informatie wordt vermeld op het typeplaatje.
Waarschuwing / Belangrijke veiligheidsinformatie
Algemene informatie en tips
Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden.
VEILIGHEIDSINFORMATIE
1.
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor
installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is
NEDERLANDS
niet verantwoordelijk voor letsel of schade veroorzaakt
door een verkeerde installatie of verkeerd gebruik.
Bewaar de instructies altijd op een veilige en
toegankelijke plaats voor toekomstig gebruik.
1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
• Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8
jaar en ouder en door mensen met beperkte
lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens
of een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder
toezicht staan of instructies hebben gekregen over het
veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de
eventuele gevaren begrijpen.
• Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
• Houd alle verpakking uit de buurt van kinderen en
gooi het op passende wijze weg.
• Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het
apparaat als het in werking is of afkoelt. Het apparaat
is heet.
• Als het apparaat is voorzien van een kinderslot, dient
dit te worden geactiveerd.
• Kinderen mogen zonder toezicht geen reinigings- en
onderhoudswerkzaamheden aan het apparaat
uitvoeren.
• Kinderen van 3 jaar en jonger moeten tijdens de
werking van dit apparaat altijd uit te buurt worden
gehouden.
3
Algemene veiligheid
1.2
• Alleen een erkende installatietechnicus mag het
apparaat installeren en de kabel vervangen.
• WAARSCHUWING: Het apparaat en de toegankelijke
onderdelen ervan worden heet tijdens gebruik. U
dient op te passen dat u de verwarmingselementen
niet aanraakt. Houd kinderen jonger dan 8 jaar uit de
buurt of onder permanent toezicht.
• Gebruik altijd ovenhandschoenen om accessoires of
kookgerei te plaatsen of verwijderen.
4
www.aeg.com
• Zet de stroomtoevoer uit alvorens onderhoud te
plegen.
• Zorg ervoor dat het apparaat is uitgeschakeld voordat
u de lamp vervangt om elektrische schokken te
voorkomen.
• Gebruik geen stoomreiniger om het apparaat schoon
te maken.
• Gebruik nooit agressieve reinigingsmiddelen of
scherpe metalen schrapers om de glazen deur schoon
te maken, deze kunnen krassen veroorzaken op het
oppervlak, waardoor het glas zou kunnen breken.
• Als het netsnoer beschadigd is, moet de fabrikant,
een erkende serviceverlener of een gekwalificeerd
persoon deze vervangen teneinde gevaarlijke situaties
te voorkomen.
• Schakel het apparaat niet in als het leeg is. Metalen
delen in de ovenruimte kunnen elektrische vonken
veroorzaken.
• Tijdens bereiding in de magnetron zijn geen metalen
voedselbakjes en drinkbekers toegestaan. Deze
vereiste is niet van toepassing als de fabrikant heeft
aangegeven dat het formaat en de vorm van het
metalen voorwerp geschikt is voor bereiding in de
magnetron.
• Als de deur, scharnieren/handgrepen of
deurafdichtingen zijn beschadigd, mag het apparaat
niet worden gebruikt tot hij is gerepareerd door een
vakkundig persoon.
• Alleen een vakkundig persoon kan onderhouds- of
reparatiewerkzaamheden uitvoeren waarvoor de
afdekking moet worden verwijderd die beschermd
tegen blootstelling aan magnetronenergie.
• Verwarm geen vloeistoffen of andere levensmiddelen
in afgesloten houders. Deze kunnen dan ontploffen.
• Gebruik alleen hulpstukken die geschikt zijn voor
gebruik in de magnetron.
• Let bij het opwarmen van voedsel in plastic of
NEDERLANDS5
papieren houders op het apparaat vanwege de
mogelijkheid tot zelfontbranding.
• Het apparaat is bedoeld voor het opwarmen van
voedsel en dranken. Het drogen van levensmiddelen
of kleding en het opwarmen van warmhoudpads,
slippers, sponzen, vochtige doekjes en dergelijke kan
leiden tot letsel, zelfontbranding of brand.
• Als rook wordt waargenomen, zet dan het apparaat uit
of trek de stekker uit het stopcontact en houd de deur
gesloten om vlammen te doven.
• Het in de magnetron opwarmen van dranken kan
ertoe leiden dat het langer duurt voordat het
kookpunt wordt bereikt. Pas op als u de houder uit de
magnetron haalt.
• De inhoud van melkflesjes en potjes babyvoeding
moet worden geroerd of geschud en de temperatuur
moet voor consumptie worden gecontroleerd om
brandwonden te voorkomen.
• Eieren in de schaal en hele hardgekookte eieren
mogen niet in het apparaat worden opgewarmd
omdat ze dan kunnen ontploffen, zelfs nadat de
magnetronverwarming is beëindigd.
• Het apparaat moet regelmatig worden gereinigd en
voedselresten dienen te worden verwijderd.
• Het niet schoonhouden van het apparaat kan leiden
tot beschadigingen aan het oppervlak hetgeen weer
een negatief effect kan hebben op de levensduur van
het apparaat wat weer kan leiden tot een gevaarlijke
situatie.
2.
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
2.1 Montage
WAARSCHUWING!
Alleen een erkende
installatietechnicus mag het
apparaat installeren.
• Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
• Installeer en gebruik geen
beschadigd apparaat.
• Volg de installatie-instructies op die
zijn meegeleverd met het apparaat.
• Pas altijd op bij verplaatsing van het
apparaat, want het is zwaar. Gebruik
altijd veiligheidshandschoenen en
gesloten schoeisel.
6
www.aeg.com
• Trek het apparaat nooit aan de
handgreep van zijn plaats.
• Houd de minimumafstand naar
andere apparaten en units in acht.
• Zorg ervoor dat het apparaat onder
en naast veilige installaties wordt
geïnstalleerd.
• De zijkanten van het apparaat moeten
naast apparaten of units staan van
dezelfde hoogte.
• Het apparaat is uitgerust met een
elektrisch koelsysteem. Het heeft
elektrische stroom nodig.
2.2 Elektrische aansluiting
WAARSCHUWING!
Gevaar voor brand en
elektrische schokken.
• Alle elektrische aansluitingen moeten
door een gediplomeerd
elektromonteur worden gemaakt.
• Dit apparaat moet worden
aangesloten op een geaard
stopcontact.
• Controleer of de elektrische
informatie op het typeplaatje
overeenkomt met de
stroomvoorziening. Zo niet, neem dan
contact op met een elektromonteur.
• Gebruik altijd een correct
geïnstalleerd, schokbestendig
stopcontact.
• Gebruik geen meerwegstekkers en
verlengsnoeren.
• Zorg dat u de hoofdstekker en kabel
niet beschadigt. Indien de
voedingskabel moet worden
vervangen, dan moet dit gebeuren
door onze Klantenservice.
• Laat de stroomkabel niet in aanraking
komen met de deur van het apparaat,
met name niet als deze heet is.
• De schokbescherming van delen
onder stroom en geïsoleerde delen
moet op zo'n manier worden
bevestigd dat het niet zonder
gereedschap kan worden verplaatst.
• Steek de stekker pas in het
stopcontact als de installatie is
voltooid. Zorg ervoor dat het
netsnoer na installatie bereikbaar is.
• Sluit de stroomstekker niet aan op
een losse stroomaansluiting.
• Trek niet aan het netsnoer om het
apparaat los te koppelen. Trek altijd
aan de stekker.
• Gebruik alleen de juiste isolatieapparaten: stroomonderbrekers,
zekeringen (schroefzekeringen
moeten uit de houder worden
verwijderd), aardlekschakelaars en
contactgevers.
• De elektrische installatie moet een
isolatieapparaat bevatten waardoor
het apparaat volledig van het lichtnet
afgesloten kan worden. Het
isolatieapparaat moet een
contactopening hebben met een
minimale breedte van 3 mm.
• Dit apparaat voldoet aan de EEGrichtlijnen.
2.3 Gebruik
WAARSCHUWING!
Gevaar op letsel,
brandwonden, elektrische
schokken of een explosie.
• Dit apparaat is uitsluitend bestemd
voor huishoudelijk gebruik.
• De specificatie van het apparaat mag
niet worden veranderd.
• Zorg ervoor dat de
ventilatieopeningen niet geblokkeerd
zijn.
• Laat het apparaat tijdens het gebruik
niet onbeheerd achter.
• Schakel het apparaat telkens na
gebruik uit.
• Wees voorzichtig met het openen van
de deur van het apparaat als het
apparaat aan staat. Er kan hete lucht
ontsnappen.
• Bedien het apparaat niet met natte
handen of als het contact maakt met
water.
• Oefen geen kracht uit op een
geopende deur.
• Het apparaat mag niet worden
gebruikt als werkblad of aanrecht.
• Open de deur van het apparaat
voorzichtig. Als u alcoholische
toevoegingen gebruikt, kan er
alcohol-luchtmengsel ontstaan.
• Houd vonken of open vlammen uit de
buurt van het apparaat bij het openen
van de deur.
NEDERLANDS
7
• Plaats geen ontvlambare producten
of gerechten die vochtig zijn gemaakt
met ontvlambare producten in, bij of
op het apparaat.
• De magnetronfunctie mag niet
worden gebruikt om de oven voor te
verwarmen.
WAARSCHUWING!
Risico op schade aan het
apparaat.
• Om schade of verkleuring van het
email te voorkomen:
– leg geen aluminiumfolie op de
bodem van het apparaat.
– plaats geen water direct in het
hete apparaat.
– haal vochthoudende schotels en
eten uit het apparaat als u klaar
bent met koken.
– wees voorzichtig bij het
verwijderen of bevestigen van
accessoires.
• Verkleuring van het email heeft geen
ongewenst effect op de werking van
het apparaat.
• Gebruik een diepe pan voor vochtige
taarten. Fruitsappen kunnen
permanente vlekken maken.
• Dit apparaat is uitsluitend bestemd
om mee te koken. Het mag niet
worden gebruikt voor andere
doeleinden, zoals het verwarmen van
een kamer.
• Alle bereidingen moeten worden
uitgevoerd met gesloten ovendeur.
• Als het apparaat achter een
meubelpaneel gemonteerd is (bijv.
een deur), zorg er dan voor dat de
deur nooit gesloten is als het
apparaat in werking is. Warmte en
vocht kunnen achter een gesloten
meubelpaneel ophopen en schade
aan het apparaat, de behuizing of de
vloer veroorzaken. Sluit het
meubelpaneel niet tot het apparaat
volledig afgekoeld is na gebruik.
2.4 Onderhoud en reiniging
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel, brand en
schade aan het apparaat.
• Schakel het apparaat uit en trek de
stekker uit het stopcontact voordat u
onderhoudshandelingen verricht.
• Zorg dat het apparaat is afgekoeld. Er
bestaat een risico dat de glasplaten
kunnen breken.
• Vervang direct de glazen deurpanelen
als deze beschadigd zijn. Neem
contact op met de erkende
servicedienst.
• Zorg ervoor dat de ovenruimte en de
deur na elk gebruik worden
afgeveegd. Stoom geproduceerd
tijdens de werking van het apparaat
condenseert op de wanden en kan
roest veroorzaken.
• Reinig het apparaat regelmatig om te
voorkomen dat het materiaal van het
oppervlak achteruitgaat.
• Vet en voedsel dat in het apparaat
achterblijft kan brand en een
vlamboog veroorzaken als de
magnetronfunctie in werking wordt
gezet.
• Reinig het apparaat met een vochtige
zachte doek. Gebruik alleen neutrale
reinigingsmiddelen. Gebruik geen
schuurmiddelen, schuursponsjes,
oplosmiddelen of metalen
voorwerpen.
• Raadpleeg als u een ovenspray
gebruikt eerst de aanwijzingen op de
verpakking.
• Reinig niet het katalytisch email
(indien van toepassing) met een
schoonmaakmiddel.
2.5 Binnenverlichting
• De gloeilampen of halogeenlampen
in dit apparaat zijn uitsluitend
bedoeld voor gebruik in
huishoudelijke apparaten. Gebruik
deze niet voor andere doeleinden.
WAARSCHUWING!
Gevaar voor elektrische
schokken!
• Voordat u het lampje vervangt, dient
u de stekker van het apparaat uit het
stopcontact te halen.
• Gebruik alleen lampjes met dezelfde
specificaties.
136425
12
4
3
1
2
10
11
7
8
9
www.aeg.com8
2.6 Verwijdering
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of
verstikking.
• Haal de stekker uit het stopcontact.
• Snijd het netsnoer vlak bij het
apparaat af en gooi het weg.
• Verwijder de deurvergrendeling om
te voorkomen dat kinderen of
huisdieren binnen in het apparaat vast
komen te zitten.
2.7 Servicedienst
• Neem contact op met een erkende
servicedienst voor reparatie van het
apparaat.
• Gebruik uitsluitend originele
reserveonderdelen.
3. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
3.1 Algemeen overzicht
Bedieningspaneel
1
Knop voor de ovenfuncties
2
Stroomlampje/symbool
3
Elektronische tijdschakelklok
4
Temperatuurlampje en
5
magnetronstroomlampje / symbool
Temperatuurknop /
6
magnetronvermogen
Verwarmingselement
7
Magnetrongenerator
8
Lampje
9
Ventilator
10
Verwijderbare inschuifrail
11
Roosterhoogtes
12
3.2 Accessoires
Bakrooster
Voor kookgerei, bak- en braadvormen.
Bakplaat
Voor gebak en koekjes.
4. VOOR HET EERSTE GEBRUIK
NEDERLANDS9
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
Raadpleeg voor het instellen
van de dagtijd het hoofdstuk
"Klokfuncties".
4.1 Eerste reiniging
Verwijder all accessoires en
verwijderbare inschuifrails uit het
apparaat.
5. DAGELIJKS GEBRUIK
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
5.1 Verzonken knoppen
Om het apparaat te bedienen, moet u
op de bedieningsknop drukken. De
bedieningsknop komt naar voren.
5.2 Het apparaat aan- en
uitzetten
Het hangt van het model
of uw apparaat
knopsymbolen,
indicatielampjes of lampjes
heeft:
• Het indicatielampje gaat
aan wanneer de oven
opwarmt.
• Het lampje gaat aan als
het apparaat in werking
is.
• Het symbool geeft aan of
de knop de kookzones,
de ovenfuncties of de
temperatuur bedient.
Zie het hoofdstuk
'Onderhoud en reiniging'.
Reinig het apparaat en de accessoires
voor het eerste gebruik.
Zet de accessoires en verwijderbare
inschuifrails terug in de beginstand.
1. Zet de functieknop van de oven op
een ovenfunctie. Hiermee wordt het
apparaat automatisch geactiveerd
met de standaardinstellingen.
2. Draai de knop voor de temperatuur /
magnetronvermogen om de
temperatuur in te stellen.
3. Draai, om het apparaat uit te
schakelen, de functieknop van de
oven op de uitstand.
www.aeg.com10
5.3 Ovenfuncties
OvenfunctieToepassing
Uit-standHet apparaat staat uit.
Binnenverlichting Het lampje activeren zonder een bereidingsfunctie.
MagnetronCreëert de warmte direct in het eten. Gebruik de mag-
netron voor het verwarmen van kant-en-klare maaltijden en drankjes, het ontdooien van vlees of fruit en het
bereiden van groenten en vis.
Multi HeteluchtOm op 2 rekstanden te bakken en tegelijk voedsel te
drogen.Stel de temperatuur 20 - 40 °C lager in dan bij
Boven- en onderwarmte.
Pizza HeteluchtOm gerechten op één niveau te bakken met intensief
bruinen en een krokantere korst. Stel de temperatuur
20 - 40 °C lager in dan voor Boven + onderwarmte.
Boven-/Onderwarmte
OnderwarmteVoor het bakken van cake met een knapperige bodem
Voor het bakken en braden op 1 ovenniveau.
en voor het inmaken van voedsel.
OntdooienOm bevroren gerechten te ontdooien.
GrillOm vlak voedsel te grillen en te toasten.
Grill IntensVoor het roosteren van plat voedsel in grote hoeveel-
heden en voor het maken van toast.
CirculatiegrillVoor het braden van grotere stukken vlees of gevogel-
te met botten op 1 niveau. Ook om te gratineren en te
bruinen.
De verlichting kan tijdens
sommige ovenfuncties
automatisch uitschakelen als
de temperatuur onder de
60°C komt.
5.4 Weergave
ABC
D
EFG
A. Timer
B. Opwarmen en restwarmte-indicatie
C. Magnetronfunctie
D. Vleesthermometer (alleen
geselecteerde modellen)
E. Deurslot (alleen geselecteerde
modellen)
F. Uren/minuten
G. Klokfuncties
5.5 Toetsen
KnopFunctieBeschrijving
KLOKDe klokfunctie instellen.
MINOm de tijd in te stellen.
MAGNETRONDe magnetronfunctie instellen. Houd de
knop langer dan 3 seconden ingedrukt
om de ovenlamp in of uit te schakelen.
Het licht kan ook gebruikt worden als het
apparaat is uitgeschakeld.
PLUSOm de tijd in te stellen.
NEDERLANDS11
TEMPERATUURDe oventemperatuur of de temperatuur
5.6 Controlelampje bij
voorverwarmen
Als u een ovenfunctie inschakelt, gaan de
balkjes op het display een voor een
6. MAGNETRONSTAND
6.1 Magnetron
Algemeen:
LET OP!
Stel het apparaat nooit in
werking als er zich geen
voedsel in bevindt.
• Laat het voedsel na het uitschakelen
van het apparaat enkele minuten
rusten. Zie de
van de vleesthermometer (indien van toepassing). Alleen gebruiken indien er een
ovenfunctie in werking is.
branden. De balkjes geven aan dat de
oventemperatuur toeneemt of afneemt.
magnetronbereidingstabellen:
rusttijd.
• Verwijder de verpakking van
aluminiumfolie, metalen bakjes, enz.
voordat u het voedsel bereidt.
• Het wordt niet aanbevolen in de
magnetronstand meer dan een niveau
te gebruiken.
• Leg het voedsel op een bord en zet
het indien niet anders aangegeven op
de bodem van de ruimte.
www.aeg.com12
• Roer, indien mogelijk, altijd het
voedsel door voor het opdienen.
Bakken:
• Kook het eten zo mogelijk bedekt
met materiaal dat geschikt is voor
gebruik in de magnetron. Bereid
voedsel slechts zonder het te
bedekken als u een korst wilt
behouden.
• Zorg dat u de gerechten niet te lang
kookt, door het vermogen en de tijd
te hoog in te stellen. Het voedsel kan
uitdrogen, verbranden of op
sommige plekken hard worden.
• Gebruik het apparaat niet om eieren
in hun schaal en slakken te bereiden,
omdat ze kunnen barsten. Bij
gebakken eieren, moet u het eigeel
eerst doorprikken.
• Prik eten met 'vel' of 'schil', zoals
aardappelen, tomaten, worstjes, een
paar keer met een vork in voordat u
het in de magnetron plaatst, zodat
het eten niet barst.
• Voor gekoeld of bevroren eten is een
langere bereidingstijd nodig.
• Gerechten met saus moeten van tijd
tot tijd worden geroerd.
• Draai grotere stukken halverwege de
bereidingstijd om.
• Snij groenten zo mogelijk in stukjes
van gelijke grootte.
• Gebruik platte, brede schalen of
borden.
• Gebruik geen kookgerei gemaakt van
porselein, keramisch materiaal of
aardewerk met kleine gaatjes, bijv. op
handgrepen. Er kan vocht in de
openingen komen, waardoor het
kookgerei bij verhitting kan barsten.
Vlees, gevogelte, vis ontdooien:
• Plaats het bevroren, uitgepakte
voedsel op een klein omgekeerd
bord met een bakje eronder of op
een ontdooirek of plastic zeef, zodat
de dooivloeistof kan weglopen.
• Draai het voedsel halverwege de
ontdooitijd om. Verdeel de stukken zo
mogelijk opnieuw en verwijder de
stukken die al zijn ontdooid.
Boter, gebakjes, kwark ontdooien:
• Ontdooi nooit volledig in het
apparaat, maar laat geheel ontdooien
bij kamertemperatuur. Dit geeft een
meer gelijkmatig resultaat. Verwijder
metalen of aluminium verpakking of
onderdelen volledig voordat u begint
te ontdooien.
Fruit, groenten ontdooien:
• Als fruit en groenten rauw moeten
blijven, ontdooi ze niet in het
apparaat maar laat ze geheel
ontdooien bij kamertemperatuur.
• U kunt een hoger
magnetronvermogen gebruiken om
fruit en groenten te bereiden zonder
ze eerst te ontdooien.
Kant-en-klaarmaaltijden:
• Kant-en-klaarmaaltijden in metalen
verpakking of plastic bakjes met
metalen afdekking mogen alleen in
de magnetron worden ontdooid of
verwarmd, als ze speciaal zijn
voorbestemd voor gebruik in de
magnetron.
• U moet de op de verpakking
afgedrukte instructies van de fabrikant
opvolgen (bijv. metalen afdekking
verwijderen en plastic folie
doorprikken).
6.2 Geschikt kookgerei en materialen
Materiaal van de pannenMagnetronGrill
Ontdooi-enOpwar-
men
Ovenbestendig glas en porselein
zonder metalen onderdelen, bijv. Pyrex, hittebestendig glas
Koken
NEDERLANDS13
Materiaal van de pannenMagnetronGrill
Ontdooi-enOpwar-
Koken
men
Niet-ovenbestendig glas en porse-
1)
lein
XXX
Grillrooster, glas en glaskeramiek gemaakt van ovenbestendig/vriesbestendig materiaal bijv. Arcoflam
Keramisch2), aardewerk
2)
Hittebestendig plastic tot 200 °C
3)
X
X
Karton, papierXXX
HuishoudfolieXXX
Bakpapier met magnetronveilige af-
3)
dichting
Ovenschotels gemaakt van metaal,
XXX
d.w.z. emaille, gietijzer
Bakvormen, zwarte lak of siliconen-
3)
laag
XXX
BakplaatXXX
BakroosterXXX
Braadpannen, bijv. Crostino of
XX
Crunch-bord
Kant-en-klare maaltijden in de ver-
3)
pakking
1)
Zonder zilveren, gouden, platinum of metalen laag/versieringen.
2)
Zonder quartz of metalen onderdelen, of glas dat metalen bevat
3)
U dient de instructies van de fabrikant over de maximum temperaturen na te leven.
6.3 Tips voor de magnetron
ResultaatOplossing
U kunt de gegevens over de hoeveelheid voedselbereiding niet vinden.
Vind details voor gelijkaardige soorten voedsel.
Verhoog of verlaag de bereidingstijd aan de
hand van deze richtlijn: verdubbel de hoeveelheid - ca. verdubbeling van de bereidingstijd, halveer de hoeveelheid - halveer de tijd.
X
www.aeg.com14
ResultaatOplossing
Het voedsel is na bereiding te droog.Stel een kortere bereidingstijd in of selecteer een
lagere magnetronstand en bedek het voedsel
met een geschikt materiaal voor gebruik in een
magnetron.
Het eten is nog steeds niet ontdooid,
heet of gekookt nadat de bereidingstijd is verstreken.
Als de bereidingstijd is verstreken, is
het eten aan de rand verbrand, maar
in het midden nog steeds niet gaar.
Stel een langere bereidingstijd in of selecteer een
hoger magnetronvermogen. Denk eraan dat voor
grotere gerechten er een langere bereidingstijd
nodig is. Roer het voedsel om tijdens de bereiding.
Kies de volgende keer een lager vermogen en
een langere bereidingstijd. Roer vloeistoffen halverwege de bereidingstijd even door, bijv. soepen.
Overige zaken om rekening mee te
houden...
• Voedsel heeft verschillende vormen
en eigenschappen. Het wordt bereid
in verschillende hoeveelheden. Om
deze reden kan de benodigde tijd en
het vermogen voor ontdooien,
verwarmen of bereiden variëren. Als
grove richtlijn: dubbele hoeveelheid
- ca. dubbele bereidingstijd.
• De magnetron creëert de warmte
direct in het voedsel. Daarom kunnen
niet alle plaatsen tegelijkertijd worden
verwarmd. U dient de verwarmde
schotels te roeren en draaien, in het
bijzonder bij grotere hoeveelheden
voedsel.
• De rusttijd wordt in de tabellen
gegeven. Laat het eten rusten, in het
apparaat of erbuiten, zodat de
warmte gelijkmatiger wordt verdeeld.
• Pas het vermogen aan naargelang de
hoeveelheid voedsel. Een hoog
vermogen kan een kleine hoeveelheid
voedsel doen aanbranden of vonken
opwekken als u de accessoires
gebruikt.
• U krijgt betere resultaten met rijst als
u een platte, brede schaal gebruikt.
6.4 De magnetronfunctie
instellen
1. Draai aan de functieknop van de
oven om een magnetronfunctie te
selecteren.
Het display toont een standaard
magnetronvermogen en een
standaardwaarde voor de duurtijdfunctie.
2. Draai de knop voor de temperatuur /
het magnetronvermogen om de
magnetroninstellingen te wijzigen.
Het vermogen kan worden gewijzigd
in stappen van 100 W.
3. Druk op en dan op / om de
bereidingsduur in te stellen.
Het apparaat begint na enkele seconden
automatisch te werken. Als de ingestelde
tijd ten einde komt, klinkt er een
geluidssignaal en wordt de
magnetronfunctie automatisch
gedeactiveerd.
4. Draai de knop voor de ovenfuncties
naar de uit-stand.
Als de magnetronfunctie geactiveerd is,
kunt u:
• het vermogen wijzigen.
• het vermogen controleren. Druk op
.
Als u de deur van de oven
opent, stopt de functie. Raak
aan om de functie weer
te starten.
NEDERLANDS15
6.5 Combifunctie instellen
U kunt de magnetronfunctie aan iedere
willekeurige verwarmingsfunctie
toevoegen.
Gebruik het om de verwarmingsfunctie
en de magnetronmodus tegelijkertijd te
gebruiken. Om gerechten korter te
Ongeveer 5 graden voordat de
ingestelde temperatuur is bereikt klinkt
er een geluidsignaal. Als de ingestelde
tijd is afgelopen klinkt er opnieuw een
geluidsignaal en gaan de ovenfunctie en
de magnetronfunctie automatisch uit.
4. Draai de functieknop naar de uit-
stand.
bereiden en tegelijkertijd een bruin
korstje te geven.
1. Verdraai de functieknop om de
ovenfunctie te selecteren.
In het display verschijnt een
standaardtemperatuur.
2. Verander de temperatuur.
6.6 Voorbeelden van
kooktoepassingen voor de
instellingen van het vermogen
De gegevens in de volgende tabel
dienen slechts als richtlijn.
3. Druk op . Zie "Magnetronfunctie
instellen" en start bij stap 2. Merk op
dat de magnetronfunctie start zodra
de ingestelde temperatuur is bereikt.
Als u de magnetronfunctie
met de Duur-functie voor
langer dan 7 minuten
gebruikt en in de combimodus, kan het
magnetronvermogen niet
meer zijn 600 W.
VermogeninstellingToepassing
• 1000 Watt
• 900 Watt
• 800 Watt
• 700 Watt
• 600 Watt
• 500 Watt
• 400 Watt
• 300 Watt
• 200 Watt
• 100 WattVlees, vis en brood ontdooien
Verwarmen van vloeistof
Dichtschroeien aan het begin van het kookproces
Koken van groenten
Smelten van gelatine en boter
Ontdooien en verwarmen van bevroren maaltijden
Een maaltijd op een bord verwarmen
Stoofpot sudderen
Eiergerechten koken
Kaas, room en boter ontdooien
Fruit en cake ontdooien (gebak)
Gistdeeg laten rijzen
Koude gerechten en drankjes verwarmen
www.aeg.com
16
7. KLOKFUNCTIES
7.1 Tabel klokfuncties
KlokfunctieToepassing
DAGTIJDMet deze functie kunt u de dagtijd weergeven of veran-
DUURInstellen hoe lang het apparaat in werking is. Gebruik
EINDEInstellen wanneer het apparaat wordt uitgeschakeld.
VERTRAGINGSTIJD
KOOKWEKKERGebruik de kookwekker voor het instellen van een aftel-
00:00TIMER MET OP-
TELFUNCTIE
deren. U kunt de dagtijd alleen wijzigen als het apparaat uit staat.
dit alleen wanneer de ovenfunctie is ingesteld.
Gebruik dit alleen wanneer de ovenfunctie is ingesteld.
Om de functies BEREIDINGSDUUR en EINDE te combineren.
tijd. Deze functie heeft geen invloed op de werking van
het apparaat. U kunt de KOOKWEKKER op elk gewenst
moment instellen, ook als het apparaat uit staat.
Als u geen andere klokfunctie instelt, zal de timer met
optelfunctie automatisch bijhouden hoe lang het apparaat werkt. Deze wordt onmiddellijk ingeschakeld wanneer de oven begint met opwarmen.
De timer met optelfunctie kan niet gebruikt worden
met de functies: BEREIDINGSDUUR, EINDE.
7.2 Instellen en wijzigen van
de tijd
Wacht na de eerste aansluiting op het
stopcontact totdat het display en
"12:00" weergeeft. "12" knippert.
1. Druk op of om de uren in te
stellen.
2. Druk op om te bevestigen en om
naar het instellen van de minuten te
gaan.
Het display toont en het
ingestelde uur. "00" knippert.
3. Druk op
minuten in te stellen.
4. Druk op om te bevestigen of de
ingestelde dagtijd zal na vijf
seconden automatisch worden
opgeslagen.
Op het display verschijnt de nieuwe tijd.
of om de huidige
Druk om de dagtijd te wijzigen
herhaaldelijk op tot het
indicatielampje voor de dagtijd
knippert op het display.
7.3 De DUUR instellen
1. Ovenfunctie instellen.
2. Blijf op drukken totdat begint
te knipperen.
3. Druk op of om de minuten en
uren voor de BEREIDINGSDUUR in te
stellen.
4. Druk op
Wanneer de tijd is verlopen, weerklinkt
er gedurende twee minuten een
geluidssignaal. en tijdinstelling
knippert in het display. Het apparaat
wordt automatisch uitgeschakeld.
5. Druk op een willekeurige toets om
het geluidssignaal uit te zetten.
6. Draai de knop voor de ovenfuncties
naar de uit-stand.
om te bevestigen.
NEDERLANDS17
7.4 Het EINDE instellen
1. Ovenfunctie instellen.
2. Blijf op drukken totdat begint
te knipperen.
3. Druk op of om de minuten en
uren voor de EINDTIJD in te stellen.
4. Druk op
Op de ingestelde tijd, weerklinkt er
gedurende twee minuten een
geluidssignaal. en tijdinstelling
knippert in het display. Het apparaat
wordt automatisch uitgeschakeld.
5. Druk op een willekeurige toets om
het geluidssignaal uit te zetten.
6. Draai de knop voor de ovenfuncties
naar de uit-stand.
om te bevestigen.
7.5 De functie
TIJDVERTRAGING instellen
1. Ovenfunctie instellen.
2. Blijf op
te knipperen.
3. Druk op of om de minuten en
uren voor de BEREIDINGSDUUR in te
stellen.
4. Druk op om te bevestigen. Op
het display knippert
5. Druk op of om de minuten en
uren voor de EINDTIJD in te stellen.
6. Druk op
Het apparaat gaat later automatisch aan,
werkt voor de ingestelde
BEREIDINGSDUUR en stop aan op de
ingestelde EINDTIJD. Op de ingestelde
tijd, weerklinkt er gedurende twee
minuten een geluidssignaal. en
drukken totdat begint
.
om te bevestigen.
tijdinstelling knippert in het display. Het
apparaat wordt uitgeschakeld.
7. Druk op een willekeurige toets om
het geluidssignaal uit te zetten.
8. Draai de knop voor de ovenfuncties
naar de uit-stand.
7.6 De KOOKWEKKER
instellen
1. Druk steeds opnieuw op tot op
het display verschijnt en "00"
knippert.
2. Druk op
KOOKWEKKER in te stellen.
U moet eerst de seconden en dan de
minuten instellen.
Als de ingestelde tijd langer is dan
60 minuten knippert op het
display.
3. Stel de uren in.
4. De KOOKWEKKER start automatisch
na vijf seconden.
Na 90% van de ingestelde tijd klinkt
er een geluidssignaal.
5. Wanneer de ingestelde tijd is
verlopen, weerklinkt er gedurende
twee minuten een geluidssignaal.
"00:00" en knipperen op het
display. Druk op een willekeurige
toets om het geluidssignaal uit te
zetten.
of om de
7.7 TIMER MET
OPTELFUNCTIE
Houd om de timer met optelfunctie te
resetten en ingedrukt. De timer
gaat weer optellen.
8.
GEBRUIK VAN DE ACCESSOIRES
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
8.1 De accessoires plaatsen
Gebruik uitsluitend geschikt kookgerei
en materiaal.
WAARSCHUWING!
Zie hoofdstuk
"magnetronmodus".
Bakrooster:
Plaats het rooster tussen de
geleidestangen van de roostersteun en
zorg ervoor dat de pootjes omlaag staan.
www.aeg.com18
Bakplaat:
Schuif de bakplaat tussen de
geleidestangen van de roostersteun.
9. EXTRA FUNCTIES
Bakrooster en bakplaat samen:
Plaats de bakplaat tussen de geleiders
van de inschuifrails en het bakrooster op
de geleiders erboven.
Kleine inkepingen bovenaan
verhogen de veiligheid.
Deze inkepingen zorgen er
ook voor dat ze niet
omkantelen. De hoge rand
rond het rooster voorkomt
dat het kookgerei van het
rooster afglijdt.
9.1 Gebruik van het Kinderslot
Als het Kinderslot aanstaat, kan het
apparaat niet per ongeluk worden
geactiveerd.
1. Zorg dat de knop voor de
ovenfuncties in de uit-stand staat.
2. Druk en gedurende 2
seconden tegelijkertijd in.
Er klinkt een geluidssignaal. SAFE gaat
aan op het display.
Herhaal stap 2 om het kinderslot uit te
schakelen.
9.2 Gebruik van de
Toetsblokkering.
U kunt de Toetsblokkering alleen
inschakelen als het apparaat in werking
is.
Toetsblokkering voorkomt dat de
temperatuur en de tijdinstelling van een
lopende een ovenfunctie per ongeluk
worden gewijzigd.
1. Selecteer een ovenfunctie en stel het
in volgens uw voorkeur
2. Houd
minste 2 seconden samen ingedrukt.
Er klinkt een geluidssignaal. Loc gaat aan
op het display.
Herhaal stap 2 om de toetsblokkering uit
te schakelen.
en gedurende ten
Loc gaat aan op het display
als u aan de
temperatuurknop draait of
op een knop indrukt. Als u
aan de knop voor de
ovenfuncties draait, gaat het
apparaat uit.
Als u het apparaat
uitschakelt terwijl de
toetsblokkering aan is,
schakelt de toetsblokkering
automatisch over naar
kinderslot. Raadpleeg "Het
kinderslot gebruiken".
9.3 Restwarmte-indicatie
Wanneer u het apparaat uitschakelt,
geeft het display de restwarmte aan
als de temperatuur in de oven hoger is
dan 40 °C. Draai de knop voor de
temperatuur naar links of rechts om de
oventemperatuur weer te geven.
9.4 Automatische
uitschakeling
Om veiligheidsredenen schakelt het
apparaat na bepaalde tijd automatisch
uit als er een ovenfunctie in werking is en
u geen instellingen wijzigt.
Temperatuur (°C)Uitschakeltijd (u)
30 - 11512.5
10. AANWIJZINGEN EN TIPS
Temperatuur (°C)Uitschakeltijd (u)
120 - 1958.5
200 - 2305.5
Druk na een automatische uitschakeling
op een willekeurige knop om het toestel
opnieuw te activeren.
De automatische
uitschakeling werkt niet met
de functies: licht, duur,
einde.
NEDERLANDS
9.5 Koelventilator
Als het apparaat in werking is, wordt de
koelventilator automatisch ingeschakeld
om de oppervlakken van het apparaat
koel te houden. Na het uitschakelen van
het apparaat kan de ventilatie doorgaan
totdat het apparaat is afgekoeld.
19
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
De temperaturen en
baktijden in de tabellen zijn
slechts als richtlijn bedoeld.
Deze zijn afhankelijk van de
recepten en de kwaliteit en
de hoeveelheid van de
gebruikte ingrediënten.
10.1 Bakken
• Het kan gebeuren dat uw oven anders
bakt of braadt dan het apparaat dat u
vroeger had. Pas de instellingen
(temperatuur, kooktijden) en de
rekstand die u gewoon was aan
volgens de waarden in de tabellen.
• De fabrikant raadt u aan de eerste
keer een lagere temperatuur in te
stellen.
• Als u geen concrete aanwijzingen
kunt vinden voor een speciaal recept,
kijkt u bij een soortgelijk product.
• Bij het bereiden van cake op
meerdere niveaus kan de baktijd ca.
10 - 15 minuten langer zijn.
• Als het gebak niet overal even hoog
is, wordt het gebak in het begin van
het bakproces niet overal even bruin.
Verander in dit geval de
temperatuurinstelling niet. De
verschillen verminderen tijdens het
bakproces.
• Bij langere baktijden kunt u de oven
ca. 10 minuten voor het einde van de
baktijd uitschakelen en profiteren van
de restwarmte.
Wanneer u bevroren gerechten gebruikt,
kunnen de bakplaten in de oven tijdens
het bakken vervormen. Wanneer de
bakplaten afkoelen, verdwijnt de
vervorming.
www.aeg.com20
10.2 Baktips
BakresultaatMogelijke oorzaakOplossing
De onderkant van de cake is
niet voldoende gebruind.
De cake zakt in en wordt
klef, klonterig, streperig.
De cake zakt in en wordt
klef, klonterig, streperig.
De cake zakt in en wordt
klef, klonterig, streperig.
De cake is te droog.De oventemperatuur is te
De cake is te droog.Te lange baktijd.De volgende keer dat u een
De cake wordt ongelijkmatig
bruin.
De cake wordt ongelijkmatig
bruin.
De cake wordt niet gaar binnen de aangegeven baktijd.
De rekstand is incorrect.Plaats de cake op een lagere
rekstand.
De oventemperatuur is te
hoog.
Te korte baktijd.Baktijd verlengen. U kunt de
Er zit te veel vloeistof in het
mengsel.
laag.
De oventemperatuur is te
hoog en de baktijd te kort.
Het deeg is niet gelijkmatig
verdeeld.
De oventemperatuur is te
laag.
De volgende keer dat u een
cake bakt, stelt u de baktemperatuur lager in.
baktijd niet verlagen door
een hogere temperatuur in
te stellen.
Minder vocht gebruiken. Let
op de kneedtijden, vooral bij
het gebruik van keukenmachines.
De volgende keer dat u een
cake bakt, stelt u de baktemperatuur hoger in.
cake bakt, gebruikt u een
kortere baktijd.
De baktemperatuur lager instellen en de baktijd verlengen.
Verdeel het deeg gelijkmatig over de bakplaat.
De volgende keer dat u een
cake bakt, stelt u de baktemperatuur een beetje hoger
in.
10.3 Bakken op één ovenniveau
Bakken in een bakblik
GerechtFunctieTempera-
tuur (°C)
Tulband of briocheMulti hetelucht 150 - 16050 - 702
Moskovisch gebak /
vruchtencake
Sponge cake / Cake,
zacht
Multi hetelucht 140 - 16070 - 902
Multi hetelucht 140 - 15035 - 502
Tijd (min)Rooster-
hoogte
NEDERLANDS21
GerechtFunctieTempera-
Tijd (min)Rooster-
tuur (°C)
Sponge cake / Cake,
zacht
Taartbodem van zandtaartdeeg
1)
Taartbodem - zacht ca-
Boven-/onder-
16035 - 502
warmte
Multi hetelucht 170 - 18010 - 252
Multi hetelucht 150 - 17020 - 252
kedeeg
Apple pie / Appeltaart
Multi hetelucht 16070 - 902
(2 vormen Ø 20 cm, diagonaal geplaatst)
de diepe braadpan braden (indien
aanwezig) of op een rooster boven de
braadpan.
• Braad mager vlees in een braadpan
met deksel. Op die manier blijft het
vlees sappiger.
• Alle soorten vlees die een korst
moeten krijgen, kunt u in de
braadschaal zonder deksel braden.
• Wij raden u aan vlees en vis vanaf 1 kg
in het apparaat te bereiden.
10.8 Tabel braadstukken
Rundvlees
GerechtFunctieGewicht
(kg)
Stoofvlees Boven-/
onderwarmte
1 - 1.520023060 - 801
Varkensvlees
GerechtFunctie Gewicht
(kg)
Schouderstuk, nekstuk, hamlap
Gehaktbrood
Varkensschenkel
(voorgekookt)
Circulatiegrill
Circulatiegrill
Circulatiegrill
1 - 1.5200160 - 18050 - 701
0.75 - 1200160 - 17035 - 501
0.75 - 1200150 - 17060 - 751
Vermogen
(Watt)
Vermogen
(Watt)
• Giet een beetje vloeistof in de
braadpan om het aanbranden van
vleessap of vet te voorkomen.
• Indien nodig het braadstuk (na 1/2 2/3 van de gaartijd) keren.
• Besprenkel grote braadstukken en
gevogelte diverse keren tijdens het
braden met het eigen vleessap.
Hiermee bereikt u een beter
braadresultaat.
• U kunt het apparaat ongeveer 10
minuten voor het einde van de
bereidingstijd uitschakelen om de
restwarmte te gebruiken.
Temperatuur (°C)
Temperatuur (°C)
Tijd (min)Rooster-
hoogte
Tijd (min)Rooster-
hoogte
www.aeg.com26
Kalfsvlees
GerechtFunctieGewicht
Geroosterd kalfsvlees
Kalfsschenkel
Circulatiegrill
Circulatiegrill
Lamsvlees
GerechtFunctie Gewicht
Lamsbout,
geroosterd
lamsvlees
Circulatiegrill
Gevogelte
GerechtFunctie Gewicht
Stukken
gevogelte
Halve kipCircula-
Kip, haantje
EendCircula-
Circulatiegrill
tiegrill
Circulatiegrill
tiegrill
Vermo-
(kg)
1200160 - 18050 - 701
1.5 - 2200160 - 18075 - 1001
(kg)
1 - 1.5200150 - 17050 - 701
(kg)
0,2 - 0,25
elk
0,4 - 0,5
elk
1 - 1.5200190 - 21060 - 801
1.5 - 2200180 - 20080 - 1101
gen
(Watt)
Vermogen
(Watt)
Vermogen
(Watt)
200200 - 22020 - 351
200190 - 21025 - 401
Temperatuur (°C)
Temperatuur (°C)
Temperatuur (°C)
Tijd (min)Rooster-
Tijd (min)Rooster-
Tijd (min)Rooster-
hoogte
hoogte
hoogte
Vis (gestoomd)
GerechtFunctie Gewicht
(kg)
Hele visBoven-/
onderwarmte
1 - 1.5200210 - 22030 - 451
Vermogen
(Watt)
Temperatuur (°C)
Tijd (min)Rooster-
hoogte
Gerechten
GerechtFunctie Gewicht
(kg)
Zoete gerechten
Gekruide
gerechten
met gekookte ingrediënten
(noodles,
groente)
Gekruide
gerechten
met rauwe
ingrediënten (aardappelen,
groente)
Multi
hetelucht
Multi
hetelucht
Multi
hetelucht
-200160 - 18020 - 351
-400 - 600160 - 18020 - 451
-400 - 600160 - 18030 - 452
Vermogen
(Watt)
Temperatuur (°C)
Tijd (min)Rooster-
NEDERLANDS27
hoogte
10.9 Grill
• Grill alltijd met de maximale
temperatuurinstelling.
• Rooster in de rekstand plaatsen, zoals
aangeraden in grilleertabel.
• Lege oven met grilfuncties altijd 5
minuten voorverwarmen.
LET OP!
Tijdens het grillen moet de
ovendeur altijd gesloten zijn.
• Altijd de pan plaatsen om vet op te
vangen op de eerste rekstand.
• Alleen platte stukken vlees of vis
grillen.
Grill
GerechtTemperatuur
(°C)
Biefstuk, medi-um210 - 23030 - 4030 - 401
Runderfilet, medium
Varkensrug210 - 23030 - 4030 - 401
Kalfsrug210 - 23030 - 4030 - 401
Lamsrug210 - 23025 - 3520 - 351
Hele vis, 500 1000 g
23020 - 3020 - 301
210 - 23015 - 3015 - 301
Tijd (min)Roosterhoogte
1e kant2e kant
www.aeg.com28
Tweekrings grill
GerechtTijd (min)Roosterhoogte
1e kant2e kant
Burgers / Burgers9 - 138 - 103
Varkenshaas10 - 126 - 102
Worstjes10 - 126 - 83
Runderfilet / kalfsbiefstukken
Toast / Geroosterd
brood
Brood met iets erop6 - 8-2
7 - 106 - 83
1 - 31 - 33
10.10 Bevroren gerechten
Gebruik de functie Multi hetelucht.
• Haal het voedsel uit de verpakking.
Doe het voedsel op een bord.
• Gebruik voor het afdekken geen
borden of schotels. Hierdoor kan de
ontdooitijd worden verlengd.
GerechtTemperatuur (°C)Tijd (min)Roosterhoogte
Pizza, bevroren200 - 22015 - 253
American pizza, bevroren
Pizza, gekoeld210 - 23013 - 253
Pizza snacks, bevroren 180 - 20015 - 303
Patat, dun
Patat, dik
Aardappelpartjes / kroketjes
Rösties210 - 23020 - 303
Lasagne / Cannelloni,
vers
Lasagne / Cannelloni,
bevroren
Kippenvleugels190 - 21020 - 303
1)
Tussen het bakken door 2 tot 3 keer keren.
1)
1)
1)
190 - 21020 - 253
210 - 23020 - 303
210 - 23025 - 353
210 - 23020 - 353
170 - 19035 - 452
160 - 18040 - 602
Tabel voor diepvries- en kant-en-klaargerechten
GerechtFunctieTempera-
tuur (°C)
Boven-/onder-
Pizza, bevroren
Patates frites
(300 - 600 g)
Baguettes
VruchtencakeBoven-/onder-
1)
Oven voorverwarmen.
2)
Tussen het bakken door 2 tot 3 keer keren.
3)
Oven voorverwarmen.
1)
warmte
Boven-/onder-
2)
warmte of Circulatiegrill
3)
Boven-/onderwarmte
warmte
volgens
aanwijzingen van de
fabrikant
200 - 220volgens aanwij-
volgens
aanwijzingen van de
fabrikant
volgens
aanwijzingen van de
fabrikant
Tijd (min)Roosterhoogte
volgens aanwijzingen van de fabrikant
zingen van de fabrikant
volgens aanwijzingen van de fabrikant
volgens aanwijzingen van de fabrikant
NEDERLANDS29
2
2
2
2
10.11 Ontdooien
• Haal het gerecht uit de verpakking en
plaats het op een bord.
• Bedek het bord niet met een kom of
ander bord, aangezien het ontdooien
hierdoor langer kan duren.
• Gebruik het eerste roosterniveau
vanaf de bodem.
GerechtGewicht
(kg)
Kip1100 - 14020 - 30Kip op een omgedraaid schoteltje
Vlees1100 - 14020 - 30Halverwege de bereidingstijd om-
Vlees0.590 - 12020 - 30Halverwege de bereidingstijd om-
Forel0.1525 - 3510 - 15-
Aardbei-en0.330 - 4010 - 20-
Boter0.2530 - 4010 - 15-
Ontdooitijd
(min.)
Nadooitijd
(min)
Opmerkingen
in een groot bord leggen. Halverwege de bereidingstijd omdraaien.
draaien.
draaien.
www.aeg.com30
GerechtGewicht
(kg)
Room2 x 0,280 - 10010 - 15Klop de nog licht bevroren slag-
Gebak1.46060-
10.12 Inmaken - Onderwarmte
• Gebruik alleen weckpotten van
dezelfde afmetingen.
• Gebruik geen weckpotten met een
draai- of bajonetsluiting en metalen
bakken.
• Gebruik het eerste rooster van de
bodem van deze functie.
• Zet niet meer dan zes weckflessen van
1 liter op het bakrooster.
• Vul de glazen potten gelijkmatig en
Ontdooitijd
(min.)
Nadooitijd
(min)
Opmerkingen
room.
• De weckpotten mogen elkaar niet
raken.
• Vul ca. 1/2 liter water op de bakplaat,
zodat er voldoende vocht in de oven
ontstaat.
• Als de vloeistof in de weckpotten
begint te borrelen (na ca. 35 - 60
minuten bij weckpotten van 1 liter),
stop de oven of verlaag de
temperatuur tot 100 °C (raadpleeg de
tabel).
. Gooi de verpakking in een geschikte
verzamelcontainer om het te recyclen.
Help om het milieu en de
volksgezondheid te beschermen en
recycle het afval van elektrische en
Het typeplaatje bevindt zich voor aan de
binnenkant van het apparaat. Verwijder
het typeplaatje niet uit de ovenruimte.
elektronische apparaten. Gooi apparaten
gemarkeerd met het symbool niet weg
met het huishoudelijk afval. Breng het
product naar het milieustation bij u in de
buurt of neem contact op met de
gemeente.
*
www.aeg.com42
NEDERLANDS43
www.aeg.com/shop
867300595-A-472016
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.