LET OP: LEES HET VOLGENDE VOOR U DIT TOESTEL IN GEBRUIK NEEMT.
Let op: Lees het volgende voor u dit toestel in gebruik neemt.
1 Om er zeker van te kunnen zijn dat u de optimale prestaties uit
uw toestel haalt, dient u deze handleiding zorgvuldig door te
lezen. Bewaar de handleiding op een veilige plek zodat u er
later nog eens iets in kunt opzoeken.
2 Installeer dit toestel op een goed geventileerde, koele, droge,
schone plek – uit direct zonlicht, uit de buurt van
warmtebronnen, trillingen, stof, vocht en/of kou. Zorg voor
een ventilatieruimte van tenminste 30 cm ruimte aan de
bovenkant, 20 cm aan de rechter- en linkerkant en 20 cm aan
de achterkant van dit toestel.
3 Plaats dit toestel uit de buurt van andere elektrische
apparatuur, motoren of transformatoren om storend gebrom te
voorkomen.
4 Stel dit toestel niet bloot aan plotselinge
temperatuurswisselingen van koud naar warm en plaats het
toestel niet in een omgeving met een hoge vochtigheidsgraad
(bijv. in een ruimte met een luchtbevochtiger) om te
voorkomen dat zich binnenin het toestel condens vormt, wat
zou kunnen leiden tot elektrische schokken, brand, schade aan
dit toestel en/of persoonlijk letsel.
5 Vermijd plekken waar andere voorwerpen op het toestel
kunnen vallen, of waar het toestel bloot staat aan druppelende
of spattende vloeistoffen. Plaats de volgende dingen niet
bovenop dit toestel:
– Andere componenten, daar deze schade kunnen
veroorzaken en/of de afwerking van dit toestel kunnen
doen verkleuren.
– Brandende voorwerpen (bijv. kaarsen), daar deze brand,
schade aan dit toestel en/of persoonlijk letsel kunnen
veroorzaken.
– Voorwerpen met vloeistoffen, daar deze elektrische
schokken voor de gebruiker en/of schade aan dit toestel
kunnen veroorzaken wanneer de vloeistof daaruit in het
toestel terecht komt.
6 Dek het toestel niet af met een krant, tafellaken, gordijn enz.
zodat de koeling niet belemmerd wordt. Als de temperatuur
binnenin het toestel te hoog wordt, kan dit leiden tot brand,
schade aan het toestel en/of persoonlijk letsel.
7 Steek de stekker van dit toestel pas in het stopcontact als alle
aansluitingen gemaakt zijn.
8 Gebruik het toestel niet wanneer het ondersteboven is
geplaatst. Het kan hierdoor oververhit raken wat kan leiden tot
schade.
9 Gebruik geen overdreven kracht op de schakelaars, knoppen
en/of snoeren.
10 Wanneer u de stekker uit het stopcontact haalt, moet u aan de
stekker zelf trekken, niet aan het snoer.
11 Maak dit toestel niet schoon met chemische oplosmiddelen;
dit kan de afwerking beschadigen. Gebruik alleen een schone,
droge doek.
12 Gebruik alleen het op dit toestel aangegeven voltage. Gebruik
van dit toestel bij een hoger voltage dan aangegeven is
gevaarlijk en kan leiden tot brand, schade aan het toestel en/of
persoonlijk letsel. Yamaha aanvaardt geen aansprakelijkheid
voor enige schade veroorzaakt door gebruik van dit toestel
met een ander voltage dan hetgeen aangegeven staat.
13 Om schade door blikseminslag te voorkomen dient u de
stekker uit het stopcontact te halen wanneer het onweert.
14 Probeer niet zelf wijzigingen in dit toestel aan te brengen of
het te repareren. Neem contact op met erkend Yamaha
servicepersoneel wanneer u vermoedt dat het toestel reparatie
behoeft. Probeer in geen geval de behuizing open te maken.
15 Wanneer u dit toestel voor langere tijd niet zult gebruiken
(bijv. vakantie), dient u de stekker uit het stopcontact te halen.
16 Installeer dit toestel in de buurt van een stopcontact op een
plek waar u de stekker en het stopcontact gemakkelijk kunt
bereiken.
17 Lees het hoofdstuk “Oplossen van problemen” over veel
voorkomende vergissingen bij de bediening voor u de
conclusie trekt dat het toestel een storing of defect vertoont.
18 Voor u dit toestel verplaatst, dient u op STANDBY/ON te
drukken om dit toestel uit (standby) te schakelen en de stekker
uit het stopcontact te halen.
19 VOLTAGE SELECTOR
(Alleen modellen voor Azië en Algemene modellen)
De VOLTAGE SELECTOR op het achterpaneel van dit
toestel moet worden ingesteld op de ter plekke gebruikte
netspanning VOOR u de stekker in het stopcontact steekt.
De mogelijke voltages zijn 110-120/220-240 V, 50/60 Hz
wisselstroom.
20 De batterijen mogen niet worden blootgesteld aan hitte, zoals
door direct zonlicht, vuur of iets dergelijks.
WAARSCHUWING
OM DE RISICO’S VOOR BRAND OF
ELEKTRISCHE SCHOKKEN TE VERMINDEREN,
MAG U DIT TOESTEL IN GEEN GEVAL
BLOOTSTELLEN AAN VOCHT OF REGEN.
Dit toestel is niet afgesloten van de stroomvoorziening
zolang het is aangesloten op het stopcontact, ook niet
wanneer u het toestel zelf uitschakelt met STANDBY/
ON. Deze staat wordt ook wel ‘standby’ of waakstand
genoemd. In deze staat is dit toestel ontworpen om
slechts een zeer kleine hoeveelheid stroom te gebruiken.
Alleen voor klanten in Nederlands
Bij dit product zijn batterijen geleverd.
Wanneer deze leeg zijn, moet u ze niet
weggooien maar inleveren als KCA.
Dit symbool stemt overeen met de
EU-richtlijn 2002/96/EC
Dit symbool betekent dat elektrische en
elektronische apparaten aan het einde van
hun levensduur moeten worden aangeboden
voor gescheiden afvalverzameling.
Leef de plaatselijke voorschriften na en bied
uw oude producten niet aan bij het gewone
huisvuil.
Afstandsbediening ................................................. ii
Over deze handleiding
• y geeft een bedieningstip aan.
• Sommige handelingen kunnen zowel worden uitgevoerd
met de toetsen op het voorpaneel als met de
afstandsbediening. Als de naam van een toets op de
afstandsbediening verschilt van die op het voorpaneel, zal
de naam van de betreffende toets op de afstandsbediening
tussen haakjes vermeld worden.
• Deze handleiding is gedrukt voor uw toestel geproduceerd
werd. Daarom kunnen ontwerp en specificaties gewijzigd
zijn als gevolg van verbeteringen enz. Als de handleiding
en het product van elkaar verschillen, heeft het product de
prioriteit.
•“ STANDBY/ON” of “KMULTI CH IN” (voorbeeld)
geeft de naam aan van een onderdeel op het voorpaneel of
de afstandsbediening. Raadpleeg het bijgevoegde vel of de
eerste bladzijden van deze handleiding voor de locatie van
de verschillende onderdelen.
•
Het “☞” symbool met bladzijdenummer(s) geeft de
bijbehorende bladzijde(n) aan.
INLEIDING
VOORBEREIDINGEN
BASISBEDIENING
GEAVANCEERDE
BEDIENING
AANVULLENDE
INFORMATIE
APPENDIX
Nederlands
1 Nl
Page 4
Kenmerken
Kenmerken
Ingebouwde 5-kanaals eindversterker
◆ Minimum RMS uitgangsvermogen
[Modellen voor de V.S. en Canada]
(1 kHz, 0,9% THV, 8 Ω)
Voor: 100 W + 100 W
Midden: 100 W
Surround: 100 W + 100 W
[Overige modellen]
(1 kHz, 0,9% THV, 6 Ω)
Voor: 100 W + 100 W
Midden: 100 W
Surround: 100 W + 100 W
SCENE selectiefunctie
◆ Stel SCENE ‘sjablonen’ (voorgeprogrammeerde instellingen)
in voor allerlei situaties
◆ 4 originele SCENE sjablonen die u zelf kunt aanpassen
Decoders en DSP schakelingen
◆ Zelf ontwikkelde Yamaha technologie voor de creatie van
multikanaals surroundweergave
◆ Compressed Music Enhancer stand ter verbetering van de
weergavekwaliteit van ongewenste compressieverschijnselen
(zoals kunnen voorkomen bij MP3) tot het niveau van een
hoogwaardige stereo-installatie
Vervaardigd in licentie van Dolby Laboratories.
“Dolby”, “Pro Logic”, en het dubbele-D symbool zijn
handelsmerken van Dolby Laboratories.
◆ Dolby Digital decoder
◆ Dolby Pro Logic/Dolby Pro Logic II decoder
◆ DTS decoder
◆ Virtual CINEMA DSP
◆ SILENT CINEMA
™
Verfijnde FM/AM ontvanger
◆ 40 Willekeurig en gemakkelijk toegankelijke
voorkeuzezenders
◆ Automatisch voorprogrammeren
Overige kenmerken
◆ 192-kHz/24-bits D/A converter
◆ 6 extra ingangsaansluitingen voor gescheiden multikanaals
signalen
◆ Component video ingangen/uitgang (3 COMPONENT
VIDEO IN ingangen en 1 MONITOR OUT)
◆ Optisch en coaxiaal digitale audio-aansluitingen
◆ Slaaptimer
◆ Middernacht luisterfuncties voor film en muziek
◆ Extra mogelijkheden voor afstandsbediening
“DTS” en “DTS Digital Surround” zijn gedeponeerde
handelsmerken van DTS, Inc.
“SILENT CINEMA” is een handelsmerk van YAMAHA
CORPORATION.
2 Nl
Page 5
Van start
A
Van start
■ Controleren van de meegeleverde
accessoires
Controleer of u alle volgende onderdelen inderdaad
ontvangen hebt.
fstandsbedieningBatterijen (2)
(AAA, R03, UM-4)
RAV28 WJ40970 EU
STANDBY
POWER
SCENE
1234
MULTI CH IN
TUNER
MD/CD-RCD
DVD DVR V-AUX
DTV/CBL
VOLUME
MUTE
A/B/C/D/E
PRESET
SLEEP
AUDIO SEL
MENULEVEL
FM binnenantenne
NIGHT
ENTER
RETURN DISPLAY
SUR.DECODE
STRAIGHT PROG
ENHANCER
FREQ/TEXT
EON
MODE
START
PTY SEEK
AM ringantenne
Opmerking
De uitvoering van de meegeleverde accessoires hangt mede af van
het model in kwestie.
■ VOLTAGE SELECTOR
(Alleen modellen voor Azië en Algemene
modellen)
Let op
De VOLTAGE SELECTOR op het achterpaneel van dit
toestel moet worden ingesteld op de ter plekke
gebruikte netspanning VOOR u de stekker in het
stopcontact steekt. Onjuiste instelling van de
VOLTAGE SELECTOR kan dit toestel beschadigen en
kan brandgevaar opleveren.
Zet de schakelaar in de juiste stand (boven of
beneden) in overeenstemming met de ter plekke
gebruikte netspanning met behulp van een
gewone schroevendraaier.
De mogelijke voltages zijn 110-120/220-240 V, 50/60 Hz
wisselstroom.
VOLTAGE
SELECTOR
■ Inzetten van batterijen in de
afstandsbediening
1
3
2
1Verwijder de klep van het batterijvak.
2Doe de twee meegeleverde batterijen (AAA,
R03, UM-4) in het vak met de polen (+ en –) de
goede kant op zoals aangegeven in het
batterijvak.
3Klik de klep van het batterijvak weer terug op
zijn plaats.
Opmerkingen
• Verwissel alle batterijen wanneer u het volgende merkt:
– het bereik van de afstandsbediening wordt minder.
• Gebruik geen oude en nieuwe batterijen door elkaar.
• Gebruik geen verschillende soorten batterijen door elkaar
(alkali en gewone batterijen bijvoorbeeld). Lees de informatie
op de verpakking aandachtig door, want de verschillende
soorten batterijen kunnen erg op elkaar lijken.
• Als de batterijen zijn gaan lekken, moet u ze onmiddellijk
weggooien. Raak het uit de batterijen gelekte materiaal niet aan
en zorg ervoor dat het niet op uw kleding enz. komt. Maak het
batterijvak goed schoon voor u er nieuwe batterijen in doet.
• Gooi batterijen nooit samen met gewoon huishoudelijk afval
weg; neem bij het weggooien van batterijen de plaatselijk
geldende regelgeving in acht.
INLEIDING
110V120V
220V240V
Nederlands
3 Nl
Page 6
Snelstartgids
Snelstartgids
Hieronder wordt de makkelijkste manier beschreven
waarop u van films op DVD kunt gaan genieten in uw
eigen thuisbioscoop.
Rechter voor-
DVD-speler
luidspreker
Linker surround-
luidspreker
Subwoofer
Rechter surround-
luidspreker
luidsprekers
☞
andere componenten aan
☞
P. 5
P. 6
Beeldscherm
Linker voor-
luidspreker
Midden-
luidspreker
Stap 1: Instellen van uw
Stap 2: Sluit uw DVD-speler en
Voorbereiding: Controleer de
onderdelen
Bij de onderstaande stappen heeft u de volgende
meegeleverde accessoires nodig.
❏ FM binnenantenne
❏ AM ringantenne
De volgende onderdelen worden niet meegeleverd in de
verpakking van dit toestel.
Kies magnetisch afgeschermde luidsprekers.
Minimaal heeft u in ieder geval twee voorluidsprekers nodig.
Gebruik luidsprekers met de op het achterpaneel
van dit toestel aangegeven impedantie.
Stel uw luidsprekers op in uw kamer en sluit ze aan op dit
toestel.
SPEAKERS
SURROUND CENTER FRONT B
LRLR
AM
GND
FM
75
IN
OU
T
MD/
(PLAY)
(REC)
CD-R
SUB
WO
O
FER
LR
FRONT A
VIDEO
MONITOR
IN OUT
OUT
AUDIOOUTPUT
D
CD
V
R
IN
OU
T
ANTENNA
COMPONENT VIDEO
DVD
MONITOR
DTV/CBL DVR
OUT
R
P
DIGITAL INPUT
P
B
OPTICAL
Y
CD
3
MULTI CH INPUT
DTV/
2
CBL
L
1
DVD
R
COAXIAL
DTV/CBL
DVDDVR
DVD
DTV/CBL
CENTER
SURROUNDFRONT
L
R
SUBWOOFER
1Stel uw luidsprekers en uw subwoofer op in
de kamer.
Snelstartgids
Let erop dat u de linker (L) en rechter (R) kanalen,
“+” (rood) en “–” (zwart) op de juiste manier aansluit.
Voor-luidspreker
INLEIDING
LosInbrengenVast
2Sluit luidsprekerkabels aan op elk van de
luidsprekers.
De kabels zijn verschillend gekleurd of gevormd,
misschien een streep, groef of ribbels. Sluit de
afwijkend gestreepte (gegroefde enz.) draad aan op
de “+” (rood) aansluitingen van dit toestel en uw
luidspreker. Verbind de gewone draad met de “–”
(zwarte) aansluitingen.
3Verbind elk van de luidsprekerkabels met de
corresponderende luidsprekeraansluiting op
dit toestel.
1234
1 Zorg ervoor dat de stekker van zowel dit toestel
als die van de subwoofer allebei uit het stopcontact
gehaald zijn.
2 Draai de blootliggende draadjes van de
luidsprekerkabels netjes in elkaar om kortsluiting
te voorkomen.
3 Zorg ervoor dat de blootliggende
luidsprekerdraden elkaar niet kunnen raken.
4 Zorg ervoor dat de blootliggende
luidsprekerdraden nergens contact kunnen maken
met metalen onderdelen van dit toestel.
Linker voor-
luidspreker
Naar de rechter
voor-luidspreker
Midden- en surround-luidsprekers
Indrukken
Naar de rechter
surround-
luidspreker
Naar de linker
surround-luidspreker
Inbrengen
Naar de middenluidspreker
Loslaten
4Verbind de subwooferkabel met de
ingangsaansluiting van de subwoofer en met
de SUBWOOFER OUTPUT aansluiting van dit
toestel.
AV-receiverSubwoofer
OUTPUT
MD/
IN
OUT
(PLAY)
(REC)
CD-R
SUB
WOOFER
Ingangsaansluiting
Subwooferkabel
SUBWOOFER
OUTPUT
aansluiting
Nederlands
5 Nl
Page 8
Snelstartgids
L/MONO
AUDIOAUDIO
COLOR STREAM HD
VIDEOVIDEO-1 ININ
S-VIDEO
RYP
BPR
RL/MONO
Stap 2: Sluit uw DVD-speler en
andere componenten aan
SPEAKERS
SURROUND CENTER FRONT B
LRLR
AM
GND
FM
75
IN
OU
T
MD/
(PLAY)
(REC)
CD-R
SUB
WO
O
FER
LR
FRONT A
AV-receiver
VIDEO
MONITOR
IN OUT
OUT
AUDIOOUTPUT
D
CD
V
R
IN
OU
T
ANTENNA
COMPONENT VIDEO
DVD
MONITOR
DTV/CBL DVR
OUT
R
P
DIGITAL INPUT
P
B
OPTICAL
Y
CD
3
MULTI CH INPUT
DTV/
2
CBL
L
1
DVD
R
COAXIAL
DTV/CBL
DVDDVR
DVD
DTV/CBL
CENTER
SURROUNDFRONT
L
R
SUBWOOFER
Zorg ervoor dat de stekker van zowel dit
toestel als die van de DVD-speler allebei
uit het stopcontact gehaald zijn.
1Verbind de coaxiaal digitale audiokabel met
de coaxiaal digitale audio
uitgangsaansluiting van uw DVD-speler en
met de DVD DIGITAL INPUT COAXIAL
aansluiting van dit toestel.
DVD-speler
2Verbind de videokabel met de composiet
video uitgangsaansluiting van uw DVDspeler en met de DVD VIDEO aansluiting van
dit toestel.
AV-receiver
DVD-speler
Composiet video
uitgangsaansluiting
Videokabel
DVD VIDEO aansluiting
3Verbind de videokabel met de video
ingangsaansluiting van uw beeldscherm en
met de VIDEO MONITOR OUT aansluiting van
dit toestel.
BeeldschermAV-receiver
uitgangsaansluiting
Coaxiaal
digitale audio
Coaxiaal digitale
audiokabel
DVD DIGITAL INPUT
COAXIAL aansluiting
Video
ingangsaansluiting
Videokabel
VIDEO MONITOR OUT
aansluiting
6 Nl
Page 9
Snelstartgids
4Sluit de FM en AM antennes aan op dit
toestel.
Zie bladzijde 18 voor details.
FM binnenantenne
Doe het hendeltje openInbrengenDoe het hendeltje weer
AM ringantenne
dicht
■ Voor andere aansluitingen
• Gebruiken van andere
luidsprekercombinaties
☞
P. 11
• Aansluiten van een beeldscherm en een
DVD-speler
☞
P. 15
• Aansluiten van een kabel-TV/
satellietontvanger en een DVD-recorder
☞
P. 15
• Apparatuur verbinden met de COMPONENT
VIDEO aansluitingen
☞
P. 16
• Gebruiken van de VIDEO AUX
aansluitingen op het voorpaneel
☞
P. 16
• Aansluiten van een CD-speler en een MDrecorder
☞
P. 17
• Aansluiten van een DVD-speler via een
analoge multikanaals audioverbinding
☞
P. 17
• Aansluiten van een FM/AM buitenantenne
☞
P. 18
INLEIDING
y
De draden van de AM ringantenne hebben geen specifieke
polariteit en het maakt daarom niet uit welk uiteinde u verbindt
met de AM of GND aansluiting.
5Doe de stekker van dit toestel en de stekkers
van de andere apparatuur in het stopcontact.
Nederlands
7 Nl
Page 10
Snelstartgids
Stap 3: Zet het toestel aan en druk
op de SCENE 1 toets
1Zet het beeldscherm dat is aangesloten op
dit toestel aan.
2Druk op
3Druk op
De melding “DVD Movie Viewing” zal op het
display op het voorpaneel verschijnen en dit toestel
zal zijn eigen instellingen automatisch aanpassen aan
DVD weergave.
1
STANDBY/ON op het voorpaneel.
F
SCENE 1.
4Begin met het afspelen van de DVD op uw
DVD-speler.
5Verdraai
regelen.
Opmerking
Wanneer u een andere signaalbron of een ander
geluidsveldprogramma selecteert, wordt de SCENE functie
uitgeschakeld en zal de indicator van de SCENE toets uit gaan.
■ Gebruiken van de andere SCENE
toetsen
Probeer in de volgende gevallen op de corresponderende
SCENE toets te drukken als u naar de bijbehorende
signaalbron kijkt of luistert.
Geval A: “Ik wil luisteren naar een muziekdisc in de
8
VOLUME om het volume te
aangesloten DVD-speler...”
y
De indicator van de SCENE toets zal oplichten wanneer dit
toestel in de SCENE stand staat.
Druk op FSCENE 2
(of ESCENE 2) en selecteer
“Music Disc Listening”.
Geval B: “Ik wil naar de TV kijken...”
Druk op FSCENE 3
(of ESCENE 3) en selecteer
“TV Viewing”.
Opmerking
Om gebruik te maken van het “TV Viewing” sjabloon, moet
u van tevoren een satellietontvanger of kabel-TV ontvanger
op dit toestel hebben aangesloten. Zie bladzijde 15 voor
details.
8 Nl
Page 11
Geval C: “Ik wil naar een muziekprogramma op de
FM radio luisteren...”
Snelstartgids
Wat wilt u doen met dit toestel?
Druk op FSCENE 4
(of ESCENE 4) en selecteer
“Radio Listening”.
Opmerkingen
• Om gebruik te maken van het “Radio Listening” sjabloon,
moet u eerst afstemmen op de gewenste radiozender. Zie
de bladzijden 34 t/m 36 voor informatie over het
afstemmen.
• Voor de best mogelijke ontvangst dient u de aangesloten
AM ringantenne correct te richten, of dient u de positie
van het uiteinde van de FM binnenantenne aan te passen.
y
Als de door u gewenste omstandigheden hier niet bij staan, kunt u
de SCENE instellingen voor de SCENE toetsen zelf selecteren en
aanpassen. Zie bladzijde 23 voor details.
■ Wanneer u klaar bent met dit toestel...
Druk op 1STANDBY/ON op het voorpaneel om
dit toestel uit (standby) te zetten.
Het toestel gaat nu (standby). Wanneer het toestel uit
(standby) staat, verbruikt het nog steeds een heel klein
beetje stroom zodat er gereageerd kan worden op de
infraroodsignalen van de afstandsbediening. Om het
toestel weer aan te zetten wanneer het uit (standby) staat,
drukt u op 1STANDBY/ON (of op JPOWER) op het
voorpaneel. Zie bladzijde 18 voor details.
■ Aanpassen van de SCENE
instellingen
• Gebruiken van diverse SCENE instellingen
☞
P. 23
■ Gebruiken van diverse
signaalbronnen
• Basisbediening van dit toestel
☞
P. 27
• Luisteren naar FM/AM radioprogramma’s
☞
P. 34
■ Gebruiken van diverse
weergavefuncties
• Gebruiken van diverse
geluidsveldprogramma’s
☞
P. 31
■ Wijzigen van de instellingen van dit
toestel
• Aanpassen van de luidsprekerinstellingen
aan uw kamer (BASIC SETUP)
☞
P. 21
• Handmatig wijzigen van de diverse
instellingen van dit toestel
☞
P. 41
• Aanpassen van de geavanceerde
instellingen
☞
P. 49
■ Extra functies
Automatisch uitschakelen van dit toestel
☞
P. 30
INLEIDING
Opmerking
Wanneer het toestel uit (standby) staat, verbruikt het nog
steeds een heel klein beetje stroom zodat er gereageerd
kan worden op de infraroodsignalen van de
afstandsbediening.
Nederlands
9 Nl
Page 12
Aansluitingen
56789
Achterpaneel
Aansluitingen
DIGITAL INPUT
OPTICAL
COAXIAL
1
COMPONENT VIDEO
DTV/CBL DVR
MULTI CH INPUT
SURROUNDFRONT
MONITOR
OUT
CENTER
SUBWOOFER
L
R
DVD
P
R
P
B
Y
CD
3
DTV/
2
CBL
L
1
DVD
R
234
VIDEO
DVDDVR
DTV/CBL
IN OUT
D
DVD
VR
/CBL
V
DT
IN
O
1 COMPONENT VIDEO aansluitingen
Zie bladzijde 16 voor meer informatie over deze
aansluitingen.
2 VIDEO aansluitingen
Zie bladzijde 15 voor meer informatie over deze
aansluitingen.
3 ANTENNA aansluitingen
Zie bladzijde 18 voor meer informatie over deze
aansluitingen.
4 SPEAKERS aansluitingen
Zie bladzijde 12 voor meer informatie over deze
aansluitingen.
ANTENNA
AM
GND
MONITOR
OUT
AUDIOOUTPUT
C
D
UT
FM
75
IN
O
UT
/
D
M
(PLAY)
(
R
C
E
)
CD-R
7 AUDIO aansluitingen
Zie de bladzijden 15 en 17 voor meer informatie over deze
aansluitingen.
8 SUBWOOFER OUTPUT aansluiting
Zie bladzijde 12 voor meer informatie over deze
aansluiting.
9 VOLTAGE SELECTOR
Zie bladzijde 3 voor details.
SPEAKERS
SURROUND CENTER FRONT B
L
R
S
UB
W
OOF
ER
L
R
L
R
FRONT A
(Alleen modellen voor Azië en Algemene
modellen)
5 DIGITAL INPUT aansluitingen
Zie bladzijde 17 voor meer informatie over deze
aansluitingen.
6 MULTI CH INPUT aansluitingen
Zie bladzijde 17 voor meer informatie over deze
aansluitingen.
10 Nl
Page 13
Aansluitingen
Luidsprekers opstellen
Hieronder ziet u de door ons aanbevolen opstelling van de luidsprekers. Met deze opstelling profiteert u optimaal van
CINEMA DSP en multikanaals audio.
FL
SL
SL
C
30˚
60˚
80˚
FR
FR
SR
SR
FL
SW
C
SL
SR
1,8 m
Linker en rechter voor-luidsprekers (FL en FR)
De voor-luidsprekers worden gebruikt voor weergave van het hoofdkanaal plus effecten. Plaats deze luidsprekers op gelijke
afstand van de ideale luisterplek. De afstanden van deze luidsprekers tot het beeldscherm moeten ook gelijk zijn.
Midden-luidspreker (C)
De midden-luidspreker is voor weergave van het middenkanaal (dialoog, vocalen enz.). Als het om de een of andere
reden niet mogelijk is om een midden-luidspreker te gebruiken, kunt u ook zonder. De beste resultaten krijgt u echter met
een volledig systeem.
Linker en rechter surround-luidsprekers (SL en SR)
De surround-luidsprekers worden gebruikt voor omhullende surroundweergave en effecten.
Subwoofer (SW)
Een subwoofer met ingebouwde eindversterker, zoals het Yamaha Active Servo Processing Subwoofer System, zorgt niet
alleen voor een effectieve versterking van de lage tonen in sommige of alle kanalen, maar ook voor een natuurgetrouwe
hi-fi (high fidelity) reproductie van het LFE (lage frequentie effecten) kanaal in Dolby Digital en DTS geluidsmateriaal.
De opstelling van de subwoofer is niet zo belangrijk, want de zeer lage tonen zijn niet erg richtingsgevoelig. U kunt de
subwoofer het beste in de buurt van de voor-luidsprekers plaatsen. Richt hem een beetje naar het midden van de ruimte
om weerkaatsing via de wanden te verminderen.
VOORBEREIDINGEN
11 Nl
Nederlands
Page 14
Aansluitingen
Aansluiten van luidsprekers
Let erop dat u de linker (L) en rechter (R) kanalen, “+” (rood) en “–” (zwart) op de juiste manier aansluit. Als de
aansluitingen niet kloppen, zal dit toestel de signaalbronnen niet correct kunnen weergeven.
Let op
• Gebruik luidsprekers met de op het achterpaneel van dit toestel aangegeven impedantie.
• U moet het toestel uit zetten voor u de luidsprekers gaat aansluiten.
• Laat de blote luidsprekerdraden elkaar niet raken en zorg ervoor dat ze geen contact maken met de metalen
onderdelen van het toestel. Hierdoor kunnen het toestel en/of de luidsprekers beschadigd raken.
• Gebruik magnetisch afgeschermde luidsprekers. Als dergelijke luidsprekers toch uw beeldscherm storen, zet de
luidsprekers dan verder bij het beeldscherm vandaan.
OPTICAL
COAXIAL
DIGITAL INPUT
Surround-luidsprekers
LinksRechts
Voor-luidsprekers (B)
LinksRechts
Midden-luidspreker
ANTENNA
COMPONENT VIDEO
DTV/CBL DVR
MULTI CH INPUT
SURROUNDFRONT
MONITOR
OUT
CENTER
SUBWOOFER
DVDDVR
DTV/CBL
DVD
V
DT
L
R
VIDEO
MONITOR
IN OUT
AUDIOOUTPUT
D
VR
/CBL
IN
O
UT
AM
GND
OUT
C
D
FM
75
IN
O
UT
D/
M
(PLAY
(
R
E
C
)
)
CD-R
DVD
P
R
P
B
Y
CD
3
DTV/
2
CBL
L
1
DVD
R
SURROUND CENTER FRONT B
S
UB
W
OOF
E
R
SPEAKERS
LRLR
FRONT A
LR
■ Voor u apparatuur gaat verbinden met
de SPEAKERS aansluiting
Een luidsprekersnoer bestaat uit twee geïsoleerde draden
naast elkaar. De kabels zijn verschillend gekleurd of
gevormd, misschien een streep, groef of ribbels. Sluit de
afwijkend gestreepte (gegroefde enz.) draad aan op de “+”
(rood) aansluitingen van dit toestel en uw luidspreker.
Verbind de gewone draad met de “–” (zwarte)
aansluitingen.
12 Nl
Subwoofer
LinksRechts
Voor-luidsprekers (A)
Verwijder ongeveer 10 mm van de isolatie van het
uiteinde van elk van de luidsprekerdraden en
draai vervolgens de blootliggende draadjes
netjes in elkaar om kortsluiting te voorkomen.
10 mm
Page 15
■ Apparatuur verbinden met de FRONT A
aansluitingen
2
1
Rood: positief (+)
Zwart: negatief (–)
3
1Maak de knop los.
2Steek het blote uiteinde van de
luidsprekerdraad in het gat van de
aansluiting.
3Draai de draad vervolgens met de knop weer
vast.
Aansluiten met bananenstekkers
(uitgezonderd modellen voor Europa, Korea en
Azië)
Een bananenstekker is een enkelpolige elektrische
verbinding die vaak gebruikt wordt voor het aansluiten
van luidsprekerkabels. Draai eerst de knop vast en steek
vervolgens de bananenstekker in het gat bovenin de
aansluiting.
Aansluitingen
VOORBEREIDINGEN
Bananenstekker
■ Apparatuur verbinden met de FRONT B,
CENTER en SURROUND aansluitingen
Rood: positief (+)
Zwart: negatief (–)
1Druk het lipje naar beneden.
2Steek het blote uiteinde van de
luidsprekerdraad in het gat van de
aansluiting.
3Laat het lipje los om de draad vast te zetten.
Nederlands
13 Nl
Page 16
Aansluitingen
Informatie over aansluitingen en stekkers
Audio-aansluitingen en stekkersVideo-aansluitingen en stekkers
AUDIO
L
L
Linker en
audiostekkers
R
(Rood)(Wit)(Oranje)(Geel)(Groen) (Blauw) (Rood)
R
rechter
analoge
DIGITAL AUDIO
COAXIAL
C
Coaxiaal
digitale
audiostekker
DIGITAL AUDIO
OPTICAL
O
Optisch
digitale
audiostekker
■ Audio-aansluitingen
Dit toestel heeft drie soorten audio-aansluitingen. Welke
aansluiting u nodig heeft hangt af van de
audio-aansluitingen van uw andere apparatuur.
AUDIO aansluitingen
Voor conventionele analoge audiosignalen via linker en
rechter analoge audiokabels. Verbind de rode stekkers met
de rechter en de witte stekkers met de linker aansluitingen.
DIGITAL AUDIO COAXIAL aansluitingen
Voor digitale audiosignalen via coaxiaal digitale
audiokabels.
DIGITAL AUDIO OPTICAL aansluitingen
Voor digitale audiosignalen via optisch digitale
audiokabels.
Opmerkingen
• U kunt de digitale aansluitingen gebruiken voor PCM, Dolby
Digital en DTS ingangssignalen. Alle digitale
ingangsaansluitingen zijn geschikt voor digitale signalen met
een bemonsteringsfrequentie van maximaal 96 kHz.
• In dit toestel is de verwerking van digitale signalen gescheiden
van de verwerking van analoge signalen. Daarom kunnen
audiosignalen die binnenkomen via de digitale
ingangsaansluitingen niet via de analoge AUDIO OUT (REC)
uitgangsaansluitingen worden weergegeven.
• Trek het kapje van de optische aansluiting voor u er de optische
glasvezelkabel op aansluit. Gooi het stofkapje niet weg.
Wanneer u de optische aansluiting niet gebruikt, dient u het
stofkapje er weer op te doen. Dit kapje beschermt de aansluiting
tegen stof.
VIDEO
V
Composiet
videostekker
COMPONENT VIDEO
Y PBP
PB
Y
Component
videostekkers
R
P
R
■ Video-aansluitingen
Dit toestel heeft twee soorten video-aansluitingen. Welke
aansluiting u nodig heeft hangt af van de
ingangsaansluitingen van uw beeldscherm.
VIDEO aansluitingen
Voor conventionele composiet videosignalen die worden
overgebracht via composiet videokabels.
COMPONENT VIDEO aansluitingen
Voor component signalen, in ‘luminantie’ (helderheid; Y)
en ‘chrominantie’ (kleur; P
videosignalen die worden doorgegeven via aparte draden
in speciale component videokabels.
Stroomschema videosignalen voor MONITOR OUT
COMPONENT
VIDEO
VIDEO
Ingang
PR
B
P
Y
B, PR) gescheiden
(MONITOR OUT)
Uitgang
P
R
B
P
Y
14 Nl
Page 17
Aansluiten van videocomponenten
T
E
Sluit de videocomponenten als volgt aan.
y
U kunt ook een beeldscherm, DVD-speler, digitale TV en kabelTV verbinden met dit toestel via de COMPONENT VIDEO
aansluitingen (zie bladzijde 16).
Aansluitingen
Zorg ervoor dat de stekkers van zowel
dit toestel als die van andere
componenten uit het stopcontact
gehaald zijn.
■ Aansluiten van een beeldscherm en een
DVD-speler
COMPONENT VIDEO
DIGITAL INPUT
OPTICAL
COAXIAL
CD
DTV/
CBL
DVD
R
P
P
B
Y
3
2
1
Audio
uitgang
DVD
L
R
C
DTV/CBL DVR
MULTI CH INPUT
MONITOR
OUT
CENTER
SURROUNDFRONT
SUBWOOFER
DVD-speler
DVDDVR
DVD
L
R
Video uitgang
DTV/CBL
DTV/CBL
R
L
Audio uitgang
VIDEO
MONITOR
IN OUT
OUT
AUDIO
D
CD
V
R
IN
OUT
VV
Video ingang
Beeldscherm
■ Aansluiten van een kabel-TV/
satellietontvanger en een DVD-recorder
AN
COMPONENT VIDEO
DVD
R
Audio uitgang
P
P
B
Y
CD
3
DTV/
2
CBL
L
1
DVD
R
O
L
Video uitgang
DIGITAL INPUT
OPTICAL
COAXIAL
Kabel TV of
satellietontvanger
DTV/CBL DVR
MULTI CH INPUT
R
Audio uitgang
MONITOR
OUT
CENTER
SURROUNDFRONT
SUBWOOFER
DTV/CBL
DVDDVR
DVD
DTV/CBL
L
R
VIDEO
IN OUT
AUDIO
D
V
R
IN
OUT
LRL
Audio uitgang
Video uitgang
DVD-recorder
MONITOR
OUT
CD
Audio ingang
VOORBEREIDINGEN
ANT
R
VVV
Video ingang
geeft aanbevolen verbindingen aan
geeft alternatieve verbindingen aan
geeft aanbevolen verbindingen aan
geeft alternatieve verbindingen aan
Nederlands
15 Nl
Page 18
Aansluitingen
■ Apparatuur verbinden met de
COMPONENT VIDEO aansluitingen
U kunt profiteren van beelden met hoge kwaliteit door uw
beeldscherm en video-apparatuur met dit toestel te
verbinden via COMPONENT VIDEO aansluitingen.
Opmerking
U moet uw videocomponenten op dezelfde manier aansluiten op
dit toestel als uw videomonitor. Wanneer u bijvoorbeeld uw
videomonitor op dit toestel heeft aangesloten via een
COMPONENT VIDEO aansluiting, dient uw videocomponenten
ook via COMPONENT VIDEO aansluitingen met dit toestel te
verbinden.
Beeldscherm
DVD-speler
Vid eo
uitgang
PRPBY
P
R
P
B
Y
COMPONENT VIDEO
DVD
L
R
DTV/CBL DVR MONITOR
MULTI CH INPUT
SURROUNDFRONT
OUT
CENTER
SUBWOOFER
Vid eo
ingang
PRPBY
■ Verbindingen met de VIDEO AUX
aansluitingen op het voorpaneel
Gebruik de VIDEO AUX aansluitingen op het voorpaneel
als u een spelcomputer of een videocamera wilt aansluiten
op dit toestel.
Let op
U moet het volume van dit toestel en de andere
componenten uit of zeer laag zetten voor u de
aansluitingen gaat maken.
Opmerkingen
• Om de signalen die via deze aansluitingen binnenkomen weer te
geven, dient u “V-AUX” in te stellen als signaalbron.
• De audiosignalen die binnenkomen via de PORTABLE
ministekker-aansluiting hebben voorrang boven de via de
AUDIO L/R aansluitingen binnenkomende signalen.
VOLUME
STANDBY
/ON
PHONES
SILENT CINEMA
EDIT
PRESET/TUNING
FM/AM
SPEAKERS
TONE CONTROL
A/B/OFF
VIDEOL AUDIO RPORTABLE
V
Vid eo
uitgang
A/B/C/D/E
1234
EFFECT
VIDEO AUX
L
R
Audio
uitgang
l
SCENE
PRESET/TUNING/CH
NIGHTSTRAIGHT
h
MEMORY
TUNING AUTO/MAN'L
l INPUT hl PROGRAM h
AUDIO SELECT
VIDEO AUX
VIDEO L AUDIO R PORTABLE
3,5 mm
stereo
ministekker
16 Nl
PRPBY
Video uitgang
Kabel TV of
satellietontvanger
PRPBY
Video uitgang
DVD-recorder
Spelcomputer of
videocamera
Page 19
Aansluiten van audiocomponenten
Sluit de audiocomponenten als volgt aan.
■ Aansluiten van een CD-speler en een
CD-recorder/MD-recorder
Opmerking
Wanneer u uw CD-speler zowel via analoge als via digitale
verbindingen aansluit, zal het via de DIGITAL INPUT
aansluiting binnenkomende signaal voorrang krijgen.
DIGITAL INPUT
OPTICAL
COAXIAL
P
B
Y
CD
3
MULTI CH INPUT
DTV/
2
CBL
1
DVD
SURROUNDFRONT
L
R
CENTER
SUBWOOFER
DVDDVR
DTV/CBLMONITOR
DVD
DTV/CBL
L
R
VIDEO
IN OUT
IN
Aansluitingen
Zorg ervoor dat de stekkers van zowel
dit toestel als die van andere
componenten uit het stopcontact
gehaald zijn.
■ Apparatuur verbinden met de MULTI CH INPUT aansluitingen
Dit toestel is voorzien van 6 extra ingangsaansluitingen (FRONT L/R, SURROUND L/R, CENTER en SUBWOOFER)
voor gescheiden multikanaals ingangssignalen van een multiformaat-speler, externe decoder of sound processor. Verbind
de uitgangsaansluitingen van uw multiformaat-speler of externe decoder met de MULTI CH INPUT aansluitingen. Let er
goed op dat u de linker en rechter uitgangen verbindt met de linker en rechter ingangsaansluitingen voor zowel de voorals de surroundkanalen.
COAXIAL
2
1
L
R
L
Voorkanaal
uitgang
MULTI CH INPUT
DTV/
CBL
DVD
CENTER
SURROUNDFRONT
Opmerkingen
• Wanneer u MULTI CH INPUT als signaalbron selecteert (zie
SUBWOOFER
bladzijde 28), zal dit toestel automatisch de digitale
geluidsveldprocessor uitschakelen en zult u geen
geluidsveldprogramma’s kunnen selecteren.
• Dit toestel is niet in staat de via de MULTI CH INPUT
aansluitingen binnenkomende signalen zo te herschikken dat er
wordt gecompenseerd voor eventueel in uw systeem
R
R
L
ontbrekende luidsprekers. Daarom bevelen we u aan een 5.1kanaals luidsprekersysteem aan te sluiten voor u gebruik maakt
van deze functie.
Surroundkanaal uitgang
Subwoofer uitgang
Middenkanaal uitgang
Nederlands
Multiformaat-speler of
externe decoder
17 Nl
Page 20
Aansluitingen
Aansluiten van de FM en AM
antennes
Dit toestel wordt geleverd met zowel een FM als een AM
binnenantenne. Normaal gesproken zorgen deze antennes
voor een voldoende sterke ontvangst. Verbind de antennes
op de juiste manier met de bijbehorende aansluitingen.
Opmerkingen
• De AM ringantenne moet niet te dicht bij dit toestel geplaatst
worden.
• Een goed geïnstalleerde buitenantenne geeft een betere
ontvangst dan een binnenantenne. Als u last heeft van een
slechte ontvangst, kunt u een buitenantenne installeren. Vraag
bij uw dichtstbijzijnde erkende Yamaha dealer of servicecentrum naar de mogelijkheden met buitenantennes.
• De AM ringantenne moet altijd aangesloten blijven, zelfs als er
een AM buitenantenne op dit toestel is aangesloten.
AM buitenantenne
Gebruik 5 tot 10 meter met plastic
geïsoleerd draad dat u bijvoorbeeld
uit een raam naar buiten spant.
AM
ringantenne
(meegeleverd)
FM
binnenantenne
(meegeleverd)
Aansluiten van het netsnoer
Pas wanneer alle verbindingen tot stand zijn gebracht kunt
u de stekker in het stopcontact steken.
Netsnoer
Naar het stopcontact
ANTENNA
AM
GND
FM
75
UNBAL.
IN
MD/
(P
LAY)
-R
D
C
Aarde
Voor de grootst mogelijke veiligheid en zo
min mogelijk storing dient u de antenne
GND aansluiting goed te aarden. Een
goede aarding wordt bijvoorbeeld verzorgd
door een metalen staaf die in vochtige
grond gedreven is.
Aan en uit zetten van dit toestel
■ Aan zetten van dit toestel
Druk op 1STANDBY/ON (of JPOWER) om dit
toestel aan te zetten.
y
Wanneer u dit toestel aan zet, zal het 4 a 5 seconden duren voor
het toestel geluid kan reproduceren.
■ Uit (standby) zetten van dit toestel
Druk op 1STANDBY/ON (of ASTANDBY) om
dit toestel uit (standby) te zetten.
Wanneer het toestel uit (standby) staat, verbruikt het nog
steeds een heel klein beetje stroom zodat er gereageerd
kan worden op de infraroodsignalen van de
afstandsbediening.
18 Nl
Page 21
Display voorpaneel
Aansluitingen
4681237
DVRDVDCD
SILENT CINEMA
SP
A B
A
V-AUXDTV/CBL
NIGHT
t
PCM
ENHANCER
q
DIGITAL
q PL
VIRTUAL
q PL
09BFED
1 Decoder indicator
Licht op wanneer één van de decoders van dit toestel in
werking is.
2 ENHANCER indicator
Licht op wanneer de Compressed Music Enhancer stand is
geselecteerd (zie bladzijde 31).
3 VIRTUAL indicator
Licht op wanneer Virtual CINEMA DSP in werking is (zie
bladzijde 33).
4 SILENT CINEMA indicator
Licht op wanneer er een hoofdtelefoon is aangesloten en
er een geluidsveldprogramma is geselecteerd (zie
bladzijde 33).
5 Signaalbron indicators
De corresponderende cursor licht op om aan te geven
welke signaalbron op dit moment is geselecteerd.
6 Tu ner (ra dio ) indicators
Licht op wanneer dit toestel op FM of AM staat (zie
bladzijde 34).
7 MUTE indicator
Knippert wanneer de MUTE functie (tijdelijk uitschakelen
geluidsweergave) is ingeschakeld (zie bladzijde 28).
8 VOLUME niveauaanduiding
Geeft het huidige volumeniveau aan.
9 PCM indicator
Licht op wanneer dit toestel PCM (pulscode modulatie)
digitale audiosignalen weergeeft.
0 Hoofdtelefoon indicator
Licht op wanneer er een hoofdtelefoon is aangesloten (zie
bladzijde 28).
A SP A B indicators
Lichten op om aan te geven welke set voor-luidsprekers is
geselecteerd (zie bladzijde 27).
B NIGHT indicator
Licht op wanneer u een nacht-luisterfunctie selecteert (zie
bladzijde 28).
5
MD/CD-R
AUTO
HiFi DSP
TUNED
PSHOLDRT
PTYPTY
TUNER
STEREO
CT
EON
MEMORY
PRESET
SLEEP
MUTE
ft
mS
dB
C
C CINEMA DSP indicator
Licht op wanneer u een CINEMA DSP
geluidsveldprogramma selecteert (zie bladzijde 31).
HiFi DSP indicator
Licht op wanneer u een HiFi DSP
geluidsveldprogramma selecteert (zie bladzijde 31).
D Multifunctioneel display
Toont de naam van het huidige geluidsveldprogramma en
andere gegevens bij het invoeren of wijzigen van
instellingen.
E Radio Data Systeem indicators
(Alleen modellen voor Europa)
PTY HOLD
Licht op wanneer er gezocht wordt naar Radio Data
Systeem zenders in de PTY SEEK functie.
PS, PTY, RT en CT
Deze lichten op aan de hand van de geselecteerde
weergavefunctie voor het Radio Data Systeem.
EON
Licht op wanneer er EON gegevens worden
ontvangen.
F SLEEP indicator
Licht op wanneer de slaaptimer is ingeschakeld (zie
bladzijde 30).
G Ingangskanaal en luidspreker indicators
LFE
LCR
SLSR
LFE indicator
Indicators ingangskanalen
LFE indicator
Licht op wanneer het ingangssignaal een LFE signaal
bevat.
Indicators ingangskanalen
Deze geven aan uit welke kanalen het huidige digitale
ingangssignaal bestaat.
VOLUME
LFE
LCR
SLSR
G
dB
VOORBEREIDINGEN
Nederlands
19 Nl
Page 22
Aansluitingen
■ Gebruiken van de afstandsbediening
De afstandsbediening zendt een gerichte infraroodstraal
uit.
U moet de afstandsbediening goed op de
afstandsbedieningssensor op dit toestel richten.
VOLUME
STANDBY
/ON
EDIT
PRESET/TUNING
SPEAKERS
PHONES
SILENT CINEMA
TONE CONTROL
A/B/OFF
FM/AM
A/B/C/D/E
l
SCENE
1234
EFFECT
PRESET/TUNING
h
MEMORY
TUNING AUTO/MAN'L
l INPUT hl PROGRAM h
NIGHTSTRAIGHT
VIDEO AUX
VIDEO L AUDIO R PORTABLE
AUDIO SELECT
30º30º
W
Infrarood venster
Ongeveer 6 m
Hiervandaan worden de infraroodsignalen verzonden.
Richt dit venster op de component die u wilt bedienen.
Opmerkingen
• Mors geen water of andere vloeistoffen op de
afstandsbediening.
• Laat de afstandsbediening niet vallen.
• Laat de afstandsbediening niet liggen en bewaar hem niet op de
volgende plekken:
– zeer vochtige plekken, bijvoorbeeld bij een bad
– plekken waar de temperatuur hoog kan worden, zoals bij de
verwarming of kachel
– zeer koude plekken
– stoffige plekken
20 Nl
Page 23
Basisbediening
Basisbediening
De “BASIC SETUP” is handig wanneer u uw systeem snel en met minimale inspanningen klaar voor gebruik wilt
maken.
Opmerkingen
• U moet uw hoofdtelefoon losmaken van het toestel.
• Als u het toestel met de hand nog preciezer wilt instellen, kunt u de gedetailleerde instellingen van het “SOUND MENU” (zie
bladzijde 43) gebruiken.
• Wijzigen van instellingen via de “BASIC SETUP” zorgt ervoor dat alle met de hand via het “SOUND MENU” gewijzigde instellingen
zullen worden teruggezet (zie bladzijde 43).
• De begininstellingen voor elk van de parameters worden vet aangegeven.
• Druk op TRETURN op de afstandsbediening om terug te keren naar het vorige menuniveau.
VOORBEREIDINGEN
1Druk op
“BASIC SETUP” zal op het display op het
voorpaneel verschijnen.
2Druk op
openen.
“ROOM” zal op het display op het voorpaneel
verschijnen.
U
MENU.
.
BASIC SETUP
S
ENTER om de “BASIC SETUP” te
ROOM: S >M L
3Druk op
te selecteren.
Selecteer de afmetingen van de ruimte waarin uw
luidsprekers staan opgesteld. In het algemeen worden
de afmetingen van de kamer als volgt gedefinieerd:
Keuzes: S, M, L
[Modellen voor de V.S. en Canada]
S (klein)16 x 13 ft, 200 ft
M (midden) 20 x 16 ft, 300 ft
L (groot)26 x 19 ft, 450 ft
[Overige modellen]
S (klein)3,6 x 2,8 m, 10 m
M (medium) 4,8 x 4,0 m, 20 m
L (groot)6,3 x 5,0 m, 30 m
S
l / h om de gewenste instelling
2
(4,8 x 4,0 m, 20 m2)
2
(6,3 x 5,0 m, 30 m2)
2
(7,9 x 5,8 m, 45 m2)
2
2
2
4Druk op
gebruik vervolgens Sl / h om de gewenste
instelling te selecteren.
Keuzes: YES, NONE
• Selecteer “YES” als u een subwoofer in uw
• Selecteer “NONE” als u geen subwoofer in uw
5Druk op
gebruik vervolgens Sl / h om het aantal
luidsprekers dat is aangesloten op dit toestel
te selecteren.
S
n, selecteer “SUBWOOFER” en
..
..
YES
5spk
SUBWOOFER
systeem heeft.
systeem heeft.
S
n, selecteer “SPEAKERS” en
SPEAKERS
KeuzeDisplayLuidsprekers
2spk
3spk
4spk
LR
LCR
LR
SLSR
L/R voor
L/R voor, midden
L/R voor, L/R surround
5spk
LCR
SLSR
L/R voor, midden, L/R surround
Nederlands
21 Nl
Page 24
Basisbediening
6Druk op
vervolgens Sl / h om de gewenste
instelling te selecteren.
S
n, selecteer “SET” en gebruik
SET >CANCEL
Keuzes: SET, CANCEL
• Selecteer “SET” om de gewijzigde instellingen
definitief te maken.
• Selecteer “CANCEL” om de instelfunctie te
verlaten zonder wijzigingen aan te brengen.
y
U kunt ook op UMENU drukken om de setup procedure te
annuleren.
7Druk op
bevestigen.
Als u “SET” heeft geselecteerd bij stap 6, zult u om
beurten uit elk van de luidsprekers twee keer een
testtoon horen. De melding “CHECK:TestTone” zal
een paar seconden op het display op het voorpaneel
getoond worden, gevolgd door “CHECK OK?”.
S
ENTER om uw keuze te
CHECK:TestTone
y
• Controleer de luidsprekeraansluitingen (zie bladzijde 5) en
pas indien noodzakelijk de “SPEAKERS” instellingen uit
stap 5 aan.
• De indicator voor de luidspreker die op dit moment de
testtoon produceert knippert op het display op het
voorpaneel.
8Druk op
te selecteren.
Keuzes: YES, NO
• Selecteer “YES” om de setup procedure af te
• Selecteer “NO” om door te gaan naar het
S
l / h om de gewenste instelling
..
CHECK OK?
sluiten als de testtoon via elk van de luidsprekers
goed klonk.
instelmenu voor de luidsprekerniveaus om het
volume van de luidsprekers op elkaar af te
stemmen.
YES
9Druk op
bevestigen.
• Als u “YES” heeft geselecteerd bij stap 8, is
• Als u “NO” heeft geselecteerd bij stap 8, zal het
10 Druk op
selecteren en gebruik vervolgens Sl / h
om de juiste balans in te stellen.
De geselecteerde luidspreker en de linker voorluidspreker (of de linker surround-luidspreker) zullen
om de beurt een testtoon weergeven.
• Druk op h om de ingestelde waarde te verhogen.
• Druk op l om de ingestelde waarde te verlagen.
S
ENTER om uw keuze te
daarmee de setup procedure afgesloten en zal het
display terugkeren naar het openingsscherm van
het instelmenu.
instelscherm voor het niveau van de voorluidsprekers op het display op het voorpaneel
verschijnen.
S
k / n om een luidspreker te
FR ----||----
• Selecteer “FR” om de balans tussen de linker en
rechter voor-luidsprekers in te stellen.
• Selecteer “C” om de balans tussen de linker voorluidspreker en de midden-luidspreker in te stellen.
• Selecteer “SL” om de balans tussen de linker voorluidspreker en de linker surround-luidspreker in te
stellen.
• Selecteer “SR” om de balans tussen de linker
surround-luidspreker en de rechter surroundluidspreker in te stellen.
• Selecteer “SWFR” om de balans tussen de linker
voor-luidspreker en de subwoofer in te stellen.
Opmerking
Welke luidsprekerkanalen er beschikbaar zijn hangt mede af
van de luidsprekerinstellingen.
11 Druk op
verlaten.
U
MENU om de “BASIC SETUP” te
22 Nl
Page 25
Selecteren van de SCENE sjablonen
Dit toestel heeft 12 SCENE ‘sjablonen’ of sets van
voorgeprogrammeerde instellingen voor allerlei
standaardsituaties waarin dit toestel gebruikt kan worden.
Als fabrieksinstellingen zijn de volgende SCENE sjablonen
(instellingen) toegewezen aan de SCENE toetsen:
SCENE 1: DVD Movie Viewing
SCENE 2: Music Disc Listening
SCENE 3: TV Viewing
SCENE 4: Radio Listening
Als u gebruik wilt maken van andere SCENE sjablonen, kunt
u de gewenste SCENE sjablonen selecteren uit het SCENE
sjabloonarchief en deze vervolgens toewijzen aan de SCENE
toetsen op het voorpaneel en de afstandsbediening.
Selecteer het gewenste SCENE sjabloon
SELECTEREN VAN DE SCENE SJABLONEN
2Druk op
D
INPUTl / h (of Sl / h) om het
gewenste sjabloon te selecteren.
l INPUT h
Voorpaneel
of
ENTER
Afstandsbediening
BASISBEDIENING
Wijs het SCENE
sjabloon toe aan
SCENE sjabloonarchief
(Voorbeeld)
de SCENE toets
Selecteren van het gewenste
SCENE sjabloon
1Houd de gewenste
toets tenminste 3 seconden ingedrukt.
De indicator van de geselecteerde SCENE toets op het
voorpaneel begint nu te knipperen en de naam van het
SCENE sjabloon dat daar op dit moment aan is toegewezen
zal verschijnen op het display op het voorpaneel.
3 seconden
1
Voorpaneel
F
SCENE (of BSCENE)
3 seconden
of
Afstandsbediening
1
1
3Druk nog eens op de
DVD Viewing
F
SCENE (of
B
SCENE) toets om uw keuze te bevestigen.
Het geselecteerde SCENE sjabloon wordt nu
toegewezen aan de toets.
1
of
AfstandsbedieningVoorpaneel
1
Opmerking
Als u bij deze stappen niet niet telkens binnen 30 seconden een
handeling verricht, zal de procedure automatisch worden
geannuleerd.
1
Knippert
DVD MovieView
Nederlands
23 Nl
Page 26
Selecteren van de SCENE sjablonen
■ Welk SCENE sjabloon wilt u selecteren?
Welke signaalbron wilt u
laten weergeven?
Videobronnen
(DVD video,
opgenomen beelden)
Muziekdiscs (CD,
SA-CD of DVD-Audio)
Radioprogramma’s
Welke component wilt u
laten weergeven?
DVD
DVR
DVD
CD
TUNER (FM/AM radio)
SCENE sjablonen
DVD Viewing
DVD Movie Viewing
DVD Live Viewing
DVR Viewing
Music Disc Listening
Disc Listening
CD Listening
CD Music Listening
Radio Listening
Standaard
SCENE toetsen
1
2
4
TV programma’s
DTV/CBL
TV Viewing
3
TV Sports Viewing
Videospelletjes
V-A UX
Game Playing
y
U kunt ook uw eigen SCENE sjablonen maken door de voorgeprogrammeerde instellingen van de SCENE sjablonen te wijzigen. Zie
bladzijde 26 voor details.
24 Nl
Page 27
■ Beschrijvingen voorgeprogrammeerde SCENE sjablonen
Selecteren van de SCENE sjablonen
SCENE sjabloon
Kenmerken
SignaalbronWeergavefunctie
DVD Viewing
Selecteer dit SCENE sjabloon wanneer u algemeen materiaal
weergeeft met uw DVD-speler.
DVDSTRAIGHT
DVD Movie Viewing
(SCENE 1 als standaardinstelling)
Selecteer dit SCENE sjabloon wanneer u films weergeeft met uw
DVD-speler.
DVDMovie Dramatic
DVD Live Viewing
Selecteer dit SCENE sjabloon wanneer u live muziekbeelden
weergeeft met uw DVD-speler.
DVDPop/Rock
DVR Viewing
Selecteer dit SCENE sjabloon wanneer u films weergeeft met uw
digitale videorecorder.
DVRMovie Dramatic
Music Disc Listening
(SCENE 2 als standaardinstelling)
Selecteer dit SCENE sjabloon wanneer u muziekdiscs afspeelt
met uw DVD-speler.
DVD2ch Stereo
CD Music Listening
Selecteer dit SCENE sjabloon wanneer u met uw CD-speler
muziek afspeelt als achtergrondmuziek.
CD5ch Stereo
Radio Listening
(SCENE 4 als standaardinstelling)
Selecteer dit SCENE sjabloon wanneer u naar FM of AM
radioprogramma’s luistert.
TUNER
MUSIC ENHANCER
5ch STEREO
TV Viewing
(SCENE 3 als standaardinstelling)
Selecteer dit SCENE sjabloon wanneer u naar TV-programma’s
kijkt.
DTV/CBLSTRAIGHT
TV Sports Viewing
Selecteer dit SCENE sjabloon wanneer u naar sportprogramma’s
op uw TV kijkt.
DTV/CBLTV Sports
Game Playing
Selecteer dit SCENE sjabloon wanneer u videospelletjes wilt
spelen.
V-AUXGam e
BASISBEDIENING
Disc Listening
Selecteer dit SCENE sjabloon wanneer u met uw DVD-speler
muziek afspeelt als achtergrondmuziek.
DVD5ch Stereo
CD Listening
Selecteer dit SCENE sjabloon wanneer u muziekdiscs afspeelt
met uw CD-speler.
CD2ch Stereo
Nederlands
25 Nl
Page 28
Selecteren van de SCENE sjablonen
Uw eigen SCENE sjablonen maken
U kunt voor elk van de SCENE toetsen uw eigen SCENE
sjabloon maken. U kunt gebruik maken van de 12
voorgeprogrammeerde SCENE sjablonen om uw eigen
SCENE sjablonen vast te leggen.
■ Aanpassen van de
voorgeprogrammeerde SCENE
sjablonen
Gebruik deze functie om de voorgeprogrammeerde
SCENE sjablonen aan te passen.
Selecteer het gewenste
SCENE sjabloon
SCENE sjabloonarchief
(Voorbeeld)
1Houd de gewenste
tenminste 3 seconden ingedrukt.
Het bewerkingsscherm voor het SCENE sjabloon zal
op het display op het voorpaneel verschijnen.
Maak uw eigen SCENE
sjabloon
Wijs het SCENE
sjabloon toe aan de
SCENE toets
B
SCENE toets
1
2Druk op
S
k / n om de gewenste instelling
van het SCENE sjabloon te selecteren en
gebruik vervolgens Sl / h om de gewenste
waarde in te stellen.
U kunt de volgende instellingen van een SCENE
sjabloon wijzigen:
• De ingeschakelde geluidsveldprogramma’s of
STRAIGHT functie
• De nacht-luisterfunctie (zie bladzijde 28)
− SYSTEM: Houd de huidige instelling voor de
nacht-luisterfunctie.
− CINEMA: Stelt de nacht-luisterfunctie in op
CINEMA.
− MUSIC: Stelt de nacht-luisterfunctie in op
MUSIC.
3Druk nog eens op de
B
SCENE toets om uw
wijziging te bevestigen.
1
y
Er zal een asterisk (*) bij de naam van het originele SCENE
sjabloon verschijnen.
Opmerkingen
• U kunt voor elk van de BSCENE toetsen een aangepast
SCENE sjabloon aanmaken, maar als u een ander aangepast
SCENE sjabloon aanmaakt, zal dit toestel het oude aangepaste
SCENE sjabloon vervangen door het nieuwe.
• Het aangepaste SCENE sjabloon is alleen beschikbaar voor de
oorspronkelijk geselecteerde BSCENE toets.
1
3 seconden
Opmerking
Wanneer het SCENE sjabloon dat u wilt bewerken niet is
toegewezen aan één van de BSCENE toetsen, dient u net
zo vaak op Sl / h te drukken tot het gewenste SCENE
sjabloon verschijnt (zie bladzijde 23).
26 Nl
Page 29
Weergave
g
WEERGAVE
Let op
U moet zeer voorzichtig zijn wanneer u DTS
gecodeerde CD’s gaat afspelen. Als u een DTS
gecodeerde CD afspeelt op een CD-speler die niet
geschikt is voor DTS-weergave, zult u alleen een
ongewenst geruis of lawaai horen dat zelfs uw
luidsprekers kan beschadigen. Controleer of uw CDspeler geschikt is voor DTS gecodeerde CD’s.
Controleer ook het geluidsniveau van uw CD-speler
voor u een DTS gecodeerde CD gaat afspelen.
Basisbediening
1Zet het beeldscherm dat is aangesloten op
dit toestel aan.
2Druk net zo vaak op de
tot u de voor-luidsprekers die u wilt
gebruiken geselecteerd heeft.
De corresponderende luidspreker indicators zullen
oplichten op het display op het voorpaneel.
3Druk herhaaldelijk op
druk op één van de ingangskeuzetoetsen
(C)) om de gewenste signaalbron te
selecteren.
De naam van de op dit moment geselecteerde
signaalbron wordt een paar seconden lang op het
display getoond.
Beschikbare signaalbronnen
DVRDVDCD
9
D
INPUTl / h (of
V-AUX DTV/CBL
SPEAKERS toets
MD/CD-R
TUNER
INPUT:DVD
Op dit moment geselecteerde
signaalbron
4Start de weergave op de geselecteerde
component of stem af op een zender.
• Raadpleeg de handleiding van de betreffende
component.
• Zie bladzijde 34 voor details omtrent het
afstemmen op FM/AM radiozenders.
5
8
Verdraai
+/–
) om het volume op het gewenste niveau in
VOLUME
(of druk op
D
VOLUME
te stellen.
6Druk herhaaldelijk op
A
PROGRAMl / h
(of druk op GPROGl / h) om het gewenste
geluidsveldprogramma te selecteren.
De naam van het geselecteerde
geluidsveldprogramma zal op het display op het
voorpaneel verschijnen.
Zie bladzijde 31 voor details over
geluidsveldprogramma’s.
Movie Dramatic
Op dit moment
geselecteerde
eluidsveldprogramma
Opmerkingen
• Kies een geluidsveldprogramma op basis van uw smaak, niet
alleen op basis van de naam van het programma.
• Wanneer u een bepaalde signaalbron selecteert, zal het toestel
automatisch het laatst met die signaalbron gebruikte
geluidsveldprogramma instellen.
• Er kunnen geen geluidsveldprogramma’s worden geselecteerd
wanneer de component die is verbonden met de MULTI CH
INPUT aansluitingen is geselecteerd als signaalbron (zie
bladzijde 28).
• Wanneer er PCM signalen met een hogere
bemonsteringsfrequentie dan 48 kHz binnenkomen, zal dit
toestel automatisch overschakelen naar de “STRAIGHT” stand
(zie bladzijde 33).
• Om informatie over de op dit moment geselecteerde
signaalbron te laten weergeven op het display op het
voorpaneel, zie bladzijde 30 voor details.
■ Inhoudsgids
Wanneer u...
De klankkleur (toon) van de voor-luidsprekers
wilt regelen
Parameters van geluidsveldprogramma’s wilt
bewerken
Nachts naar materiaal met een hoog dynamisch
bereik (harde geluiden) wilt luisteren
Een hoofdtelefoon wilt gebruiken28
Een decoder wilt selecteren om bronmateriaal
mee weer te geven
Dit toestel zichzelf automatisch uit (standby) wilt
laten zetten
Zie
bladzijde
29
32
28
32
30
BASISBEDIENING
Nederlands
27 Nl
Page 30
Weergave
Aanvullende mogelijkheden
■ Gebruiken van een hoofdtelefoon
U kunt een hoofdtelefoon met een analoge
stereostekker aansluiten op de PHONES
aansluiting op het voorpaneel.
■ De met de MULTI CH INPUT
aansluitingen verbonden component als
signaalbron selecteren
Hiermee selecteert u de met de MULTI CH INPUT
aansluitingen verbonden signaalbron (zie bladzijde 17).
Druk net zo vaak op DINPUT l / h (of druk op
K
MULTI CH IN) tot “MULTI CH” verschijnt op
het display op het voorpaneel.
VOLUME
STANDBY
/ON
PHONES
SILENT CINEMA
EDIT
PRESET/TUNING
FM/AM
SPEAKERS
TONE CONTROL
A/B/OFF
A/B/C/D/E
1234
h
PROGRAM
l
PRESET/TUNING
h
MEMORY
SCENE
NIGHTSTRAIGHT
EFFECT
TUNING AUTO/MAN'L
l
hl
INPUT
AUDIO SELECT
VIDEO AUX
VIDEO L AUDIO R PORTABLE
y
Wanneer u een geluidsveldprogramma selecteert, zal de SILENT
CINEMA functie automatisch worden ingeschakeld (zie
bladzijde 33).
Opmerkingen
• Wanneer u een hoofdtelefoon aansluit, zullen er geen signalen
worden gereproduceerd via de luidspreker-aansluitingen.
• Alle Dolby Digital en DTS audiosignalen worden
teruggemengd naar de linker en rechter hoofdtelefoonkanalen.
■ Tijdelijk uitschakelen van de
geluidsweergave
Druk op LMUTE om de geluidsweergave
tijdelijk uit te schakelen.
Druk nog eens op LMUTE om de geluidsweergave te
hervatten.
y
• U kunt ook 8VOLUME verdraaien (of op DVOLUME +/–
drukken) om de geluidsweergave te hervatten.
• U kunt instellen hoe ver het volume verlaagd wordt via “MUTE
TYP.” in het “SOUND MENU” (zie bladzijde 46).
• De MUTE indicator knippert op het voorpaneel wanneer de
geluidsweergave tijdelijk is uitgeschakeld en verdwijnt wanneer
de geluidsweergave weer wordt hervat.
y
Gebruik het “MULTI CH SET” menu in het “INPUT MENU” om
de parameter voor MULTI CH INPUT in te stellen (zie
bladzijde 47).
Opmerkingen
• Er kan geen geluidsveldprogramma worden geselecteerd
wanneer de component die is verbonden met de MULTI CH
INPUT aansluitingen is geselecteerd als signaalbron.
• Wanneer er een hoofdtelefoon is aangesloten, zullen alleen de
linker en rechter voorkanalen worden weergegeven.
■ Selecteren van de nacht-luisterfunctie
De nacht luisterfuncties zijn ontworpen om bij lage
volumes, zoals ’s nachts, toch alles te kunnen verstaan.
1Druk herhaaldelijk op
“NIGHT:CINEMA” of “NIGHT:MUSIC”.
Keuzes: NIGHT:CINEMA, NIGHT:MUSIC, NIGHT
OFF
• Selecteer “NIGHT:CINEMA” om het dynamisch
bereik van een filmsoundtrack te verminderen en
de gesproken tekst beter verstaanbaar te maken bij
lagere volumes.
• Selecteer “NIGHT:MUSIC” wanneer u alle
weergegeven geluiden beter verstaanbaar wilt
maken.
• Selecteer “NIGHT OFF” als u deze functie niet
wilt gebruiken.
y
Wanneer er een nacht-luisterfunctie is geselecteerd, zal de
NIGHT indicator oplichten op het display op het
voorpaneel.
O
NIGHT en selecteer
28 Nl
Page 31
S
2
Druk op
l / h
om het effectniveau te regelen
terwijl “NIGHT:CINEMA” of “NIGHT:MUSIC” wordt
aangegeven op het display op het voorpaneel.
Keuzes: MIN, MID, MAX
• Selecteer “MIN” voor minimale compressie.
• Selecteer “MID” voor standaard compressie.
• Selecteer “MAX” voor maximale compressie.
y
De “NIGHT:CINEMA” en “NIGHT:MUSIC” instellingen
worden apart opgeslagen.
Opmerkingen
•
In de volgende gevallen kunt u de nacht-luisterfuncties niet gebruiken:
– wanneer de component die is verbonden met de MULTI CH
INPUT aansluitingen is geselecteerd als signaalbron.
– wanneer er een hoofdtelefoon in de PHONES aansluiting zit.
• Hoe groot het effect is van de nachtluisterfuncties hangt mede
af van het weergegeven materiaal en van uw instellingen voor
surroundweergave.
■
Selecteren van audio ingangsaansluitingen
(AUDIO SELECT)
Dit toestel is uitgerust met allerlei ingangsaansluitingen. Gebruik
deze functie (selecteren van audio ingangsaansluitingen) om
over te schakelen naar een andere ingangsaansluiting dan de
toegewezen aansluiting wanneer er meerdere aansluitingen
beschikbaar zijn voor de signaalbron in kwestie.
y
• In de meeste gevallen raden we u aan de selectiefunctie voor de
audio ingangsaansluiting op “AUTO” te laten staan.
• U kunt de standaard selectiefunctie voor de audio
ingangsaansluiting van dit toestel zelf bepalen via “AUDIO
SELECT” in het “OPTION MENU” (zie bladzijde 48).
Druk herhaaldelijk op EAUDIO SELECT (of
N
AUDIO SEL) om de gewenste instelling voor
de audio ingangsaansluiting selectie te kiezen.
DVRDVDCD
V-AUX DTV/CBL
MD/CD-R
TUNER
A.SEL:AUTO
Instelling van de
selectiefunctie voor de
audio ingangsaansluiting
AUTOIngangssignalen worden automatisch
geselecteerd in deze volgorde:
(1) Digitale signalen
(2) Analoge signalen
ANALOGEr zullen alleen analoge signalen worden
geselecteerd. Als er geen analoge signalen
binnenkomen, zal er geen geluid worden
weergegeven.
Opmerking
Deze functie is niet mogelijk als er geen digitale
ingangsaansluiting is toegewezen aan de op dit moment
geselecteerde signaalbron.
■ Toonregeling
Gebruik deze functie om de weergave van de lage tonen en
die van de hoge tonen voor de linker en rechter
luidsprekerkanalen te regelen.
Druk herhaaldelijk op 0TONE CONTROL, kies
“BASS” (lage tonen) of “TREBLE” (hoge tonen)
en gebruik vervolgens GPROGRAM l / h om
de gekozen tonen te verzwakken of te versterken.
• Selecteer “BASS” om de weergave van de lage tonen te
regelen.
• Selecteer “TREBLE” om de weergave van de hoge
tonen te regelen.
Opmerkingen
• De instellingen voor de luidsprekers en die voor de
hoofdtelefoon worden apart opgeslagen.
•
Als u de hoge of lage tonen teveel versterkt of verzwakt, is het
mogelijk dat de toonkleur van de surround-luidsprekers niet meer
overeenkomt met die van de linker en rechter voor-luidsprekers.
■
Instellen luidsprekerniveaus tijdens weergave
U kunt het uitgangsniveau van de luidsprekers instellen
terwijl u naar muziek aan het luisteren bent.
Opmerking
Deze handeling overschrijft de niveau-instelling die is gemaakt
via “SP LEVEL” (zie bladzijde 44).
1
Druk net zo vaak op RLEVEL
luidspreker geselecteerd heeft die u wilt instellen.
DisplayIngestelde luidspreker
FRONT L
FRONT R
CENTER
SWFR
SUR.L
SUR.R
Linker voor-luidspreker
Rechter voor-luidspreker
Midden-luidspreker
Subwoofer
Linker surround-luidspreker
Rechter surround-luidspreker
y
Wanneer u op RLEVEL op de afstandsbediening heeft
gedrukt, kunt u de gewenste luidspreker ook selecteren met
S
k / n.
2Druk op
S
l / h op de afstandsbediening
om het uitgangsniveau (volume) van de
luidspreker te regelen.
Het instelbereik loopt van –10 dB t/m +10 dB.
y
U kunt op 4A/B/C/D/E drukken om een luidspreker te
selecteren en vervolgens met 5PRESET/TUNING l / h het
uitgangsniveau van die luidspreker regelen.
tot u de
Weergave
BASISBEDIENING
Nederlands
29 Nl
Page 32
Weergave
■ Tonen van informatie over het signaal
U kunt de formattering, de bemonsteringsfrequentie, het
aantal kanalen en eventuele signaleringsgegevens (vlag)
van het huidige ingangssignaal laten zien.
1Druk op
U
MENU op de afstandsbediening.
“BASIC SETUP” zal op het display op het
voorpaneel verschijnen.
;BASIC SETUP
2Druk herhaaldelijk op
INFO” te selecteren en druk dan op
S
ENTER.
3Druk op
informatie om te schakelen.
De volgende informatie met betrekking tot de
signaalbron zal verschijnen op het display op het
voorpaneel.
FORMAT
SAMPL.
CH
B.RATE
FLAG
S
k / n om de weergegeven
DisplayBeschrijving
Signaalformattering.
Het aantal metingen per seconden van een
continu signaal om een digitaal signaal te
kunnen maken.
Aantal bronkanalen in het ingangssignaal
(voor/surround/LFE).
Het aantal bits aan gegevens dat per
seconde een bepaald meetpunt passeert.
Signalering (vlag) die in DTS, Dolby
Digital of PCM signalen is meegecodeerd
en die dit toestel in staat stelt automatisch
van decoder te wisselen.
S
k / n om “SIGNAL
■ Gebruiken van de slaaptimer
Met deze functie kunt het toestel zichzelf uit (standby)
laten schakelen na een door u bepaalde tijd.
Druk herhaaldelijk op MSLEEP om de gewenste
tijd in te stellen.
Met elke druk op MSLEEP zal het display op het
voorpaneel als volgt veranderen.
SLEEP 120min
SLEEP 90min
SLEEP 60minSLEEP 30minSLEEP OFF
De SLEEP indicator knippert terwijl u de tijd voor de
slaaptimer aan het instellen bent. De SLEEP indicator zal
oplichten op het display op het voorpaneel en het display
keert terug naar het geselecteerde geluidsveldprogramma.
y
• Druk op net zo vaak op MSLEEP op de afstandsbediening tot
“SLEEP OFF” op het display op het voorpaneel verschijnt.
• U kunt de slaaptimer ook annuleren door met 1STANDBY/
ON (of ASTANDBY) dit toestel uit (standby) te zetten.
■ Afspelen van video op de achtergrond
U kunt videobeelden van een videobron combineren met
geluid van een audiobron. Zo kunt u bijvoorbeeld naar
klassieke muziek luisteren terwijl u op uw beeldscherm
kijkt naar mooie landschapsopnamen.
Gebruik de ingangskeuzetoetsen op de
afstandsbediening om de gewenste videobron te
selecteren en kies vervolgens de audiobron.
MULTI CH IN
TUNER
MD/CD-RCD
DVDDVR V-AUX
DTV/CBL
Audiobronnen
Videobronnen
4Druk op
30 Nl
U
MENU om af te sluiten.
Page 33
Geluidsveldprogramma’s
GELUIDSVELDPROGRAMMA’S
Dit toestel is uitgerust met diverse zeer precieze digitale
decoders waarmee u kunt profiteren van multikanaals
weergave van vrijwel elke stereo of multikanaals geluidsbron.
Druk op APROGRAM l / h (of druk
herhaaldelijk op GPROGl / h).
De naam van het geselecteerde geluidsveldprogramma zal
op het display op het voorpaneel verschijnen.
Opmerkingen
• Wanneer u een bepaalde signaalbron selecteert, zal het toestel
automatisch het laatst met die signaalbron gebruikte
geluidsveldprogramma instellen.
• Er kunnen geen geluidsveldprogramma’s worden geselecteerd
wanneer de component die is verbonden met de MULTI CH
INPUT aansluitingen is geselecteerd als signaalbron (zie
bladzijde 28).
• Wanneer er PCM signalen met een hogere
bemonsteringsfrequentie dan 48 kHz binnenkomen, zal dit
toestel automatisch overschakelen naar de “STRAIGHT” stand
(zie bladzijde 33).
y
• Kies een geluidsveldprogramma op basis van uw smaak, niet
alleen op basis van de naam van het programma.
• U kunt “Music Enh. 2ch” en “Music Enh. 5ch” selecteren door
herhaaldelijk op Q ENHANCER op de afstandsbediening te
drukken.
Beschrijvingen geluidsveldprogramma’s
CategorieProgrammaKenmerken
CINEMA DSP verwerking. Dit programma geeft u de indruk dat u lijfelijk aanwezig bent bij een
pop, rock of jazz concert. Het geluidsveld reproduceert een zeer grote zaal, waarbij de nadruk ligt
op de vocalen van het centrale podium, op de solo-instrumenten en de ritmesectie.
HiFi DSP verwerking. Dit geluidsveld is bij uitstek geschikt voor klassieke en orkestrale muziek.
Dit programma maakt gebruik van gegevens die zijn verzameld in een grote concertzaal in
Muenchen. Hierdoor kunt u genieten van mooie, verfijnde natrillingen en een majestueuze sfeer.
HiFi DSP verwerking. Dit geluidsveld is bij uitstek geschikt voor jazz en fusion.
Het maakt gebruik van gegevens die zijn verzameld in een beroemde jazzclub in New York.
Hierdoor kunt u genieten van heldere natrillingen.
CINEMA DSP verwerking. Hierdoor kunt u profiteren van de spannende en dynamische
geluidseffecten die zo karakteristiek zijn voor computer- en videospellen. Dit programma geeft u
een gevoel van diepte door middel van de omhullende driedimensionale geluidsvelden waarin het
spel zich afspeelt en biedt bioscoopachtige geluidseffecten voor de videostukjes in de spellen.
CINEMA DSP verwerking. Hiermee kunt u genieten van sportuitzendingen in stereo en van
amusementsprogramma’s met live geluid. Bij sportprogramma’s zal het begeleidende commentaar
duidelijk vanuit het midden komen, terwijl de geluiden van het publiek en de sfeergeluiden uit het
stadion u zullen omhullen zodat u het gevoel krijgt dat u er echt bij bent.
CINEMA DSP verwerking. Dit geluidsveld is geschikt voor films met veel spectaculaire
geluidseffecten en het gaat dan ook heel goed samen met breedbeeldweergave. Het programma
zorgt voor een weergave over een zeer groot dynamisch bereik, van fluisterende geluidseffecten tot
bulderend lawaai.
CINEMA DSP verwerking. Dit geluidsveld is ook geschikt voor films met de nadruk op
driedimensionale geluidseffecten. Natrillingen worden gemiddeld onderdrukt, maar de
geluidseffecten en de achtergrondmuziek worden weergegeven op een zachte, driedimensionale
manier, gecentreerd op de heldere weergave in het midden van de stemmen van de acteurs.
Brengt multikanaals materiaal terug tot 2 kanalen of geeft 2-kanaals materiaal onveranderd weer.
Gebruik van dit programma vergroot de luisterplek. Dit geluidsveld is geschikt voor
achtergrondmuziek bij feesten en partijen.
Kies deze programma’s om kunstmatig gecomprimeerde signalen (zoals MP3 bestanden) in 2kanaals of 5-kanaals stereo weer te laten geven. Dit programma verbetert de geluidsweergave door
de vanwege zogenaamde compressie-artefacten ontbrekende harmonische signalen te regenereren.
MUSIC
ENTERTAIN
MOVIE
STEREO
ENHANCER
Pop/Rock
Hall
Jazz
Game
TV Sports
Movie Spacious
Movie Dramatic
2ch Stereo
5ch Stereo
Music Enh. 2ch
Music Enh. 5ch
BASISBEDIENING
Opmerking
De geluidsveldprogramma’s van dit toestel zijn natuurgetrouwe reproducties van echte akoestische omgevingen, samengesteld aan de
hand van exacte metingen verricht in de betreffende ruimtes, concertzalen, bioscopen enz., zelf. Op deze manier kunt u de variaties
waarnemen in de weerkaatsingen van voren, achteren, links en rechts.
31 Nl
Nederlands
Page 34
Geluidsveldprogramma’s
■ Selecteren van decoders voor 2-kanaals
materiaal (surround decoderfunctie)
Ingangssignalen afkomstig van 2 kanaals bronnen kunnen
ook via meerdere kanalen worden weergegeven.
Druk herhaaldelijk op PSUR. DECODE om een
decoder te selecteren.
U kunt kiezen uit de volgende decoders, afhankelijk van
het materiaal dat wordt afgespeeld en uw persoonlijke
voorkeuren.
STANDARDFuncties
PRO LOGIC
PLII Movie
PLII Music
PLII Game
Dolby Pro Logic verwerking voor
elk bronmateriaal
Dolby Pro Logic II verwerking voor
filmmateriaal
Dolby Pro Logic II verwerking voor
muziekmateriaal
Dolby Pro Logic II verwerking voor
spelmateriaal
■ Wijzigen van geluidsveld instellingen
U kunt een goede geluidskwaliteit bereiken met de
fabrieksinstellingen. U hoeft deze begininstellingen niet te
veranderen, maar u kunt dat wel doen wanneer u de
weergave beter wilt proberen aan te passen aan de
specifieke omstandigheden in uw kamer.
1Druk op Sk / n terwijl u naar een bepaalde
signaalbron luistert om de gewenste
parameter te selecteren.
2Druk op Sl / h om de huidige waarde voor
deze parameter te wijzigen.
y
De begininstellingen voor elk van de parameters worden vet
aangegeven.
Voor Pop/Rock, Hall, Jazz, Game, TV Sports,
Movie Spacious en Movie Dramatic:
DSP niveau DSP LEVEL
Functie:Regelt het effectniveau.
Instelmogelijkheden:
MIN, MID, MAX
Voor PRO LOGIC II Music:
Panorama PANORAMA
Functie:Stuurt stereosignalen naar de
surround-luidsprekers zowel als naar
de voor-luidsprekers voor een
omhullend effect.
drie de voor-luidsprekers. Een grotere
waarde breidt het middenveld uit in de
richting van de linker en rechter voorluidsprekers.
Instelbereik:0 (geluid voor het middenkanaal wordt
alleen maar weergegeven via de
midden-luidspreker) t/m 7 (het
middenkanaal wordt helemaal via de
linker en rechter voor-luidsprekers
weergegeven), de begininstelling is 3.
Voor Music Enh. 2ch en Music Enh. 5ch
Opmerking
U kunt geen parameterwaarden wijzigen wanneer de “MEM.
GUARD” beveiliging in het “OPTION MENU” is ingesteld op
“ON” (zie bladzijde 48).
32 Nl
Effectniveau
Functie:Regelt het effectniveau.
Instelmogelijkheden:
LOW, HIGH
Page 35
■
Gebruiken van geluidsveldprogramma’s
zonder surround-luidsprekers
(Virtual CINEMA DSP)
Virtual CINEMA DSP stelt u in staat te profiteren van de
CINEMA DSP programma’s zonder surroundluidsprekers door virtuele luidsprekers te creëren.
Als u “SUR. LR”
zal Virtual CINEMA DSP automatisch worden
ingeschakeld wanneer u een CINEMA DSPof HiFi DSP
programma selecteert (zie bladzijde 31).
Opmerking
In de volgende gevallen zal Virtual CINEMA DSP niet in
werking treden, ook al staat “SUR. LR” op “NONE” (zie
bladzijde 43):
– wanneer “5ch Stereo” (zie bladzijde 31) is geselecteerd.
– wanneer er een hoofdtelefoon in de PHONES aansluiting zit.
op “NONE” (zie bladzijde 43) instelt,
Geluidsveldprogramma’s
■ Luisteren naar multikanaals materiaal en
geluidsveldprogramma’s met een
hoofdtelefoon (SILENT CINEMA)
SILENT CINEMA stelt u in staat naar multikanaals
materiaal of filmsoundtracks, inclusief Dolby Digital en
DTS materiaal, te luisteren met een normale
hoofdtelefoon. SILENT CINEMA wordt automatisch
ingeschakeld wanneer u een hoofdtelefoon aansluit op de
PHONES aansluiting terwijl u luistert met de CINEMA
DSP of HiFi DSP geluidsveldprogramma’s (zie
bladzijde 31). Indien ingeschakeld zal de SILENT
CINEMA indicator oplichten op het display op het
voorpaneel.
Opmerking
SILENT CINEMA treedt niet in werking wanneer de component
die is verbonden met de MULTI CH INPUT aansluitingen is
geselecteerd als signaalbron (zie bladzijde 28).
■ Luisteren naar onbewerkte weergave
(‘Straight’ (rechtstreekse)
weergavefunctie)
Wanneer dit toestel in de “STRAIGHT” staat zal
multikanaals materiaal rechtstreeks via de diverse kanalen
worden weergegeven zonder verdere toevoeging van
effecten. Tweekanaals stereomateriaal zal alleen via de
linker en rechter voor-luidsprekers worden weergegeven.
BASISBEDIENING
Druk op BSTRAIGHT (of op HSTRAIGHT) en
selecteer “STRAIGHT”.
Om de “STRAIGHT” functie uit te schakelen dient u nog
eens op BSTRAIGHT (of op HSTRAIGHT) te drukken
zodat “STRAIGHT” verdwijnt van het display op het
voorpaneel.
Nederlands
33 Nl
Page 36
FM/AM AFSTEMMEN
FM/AM afstemmen
Er zijn twee manieren om af te stemmen op een zender: automatisch en handmatig. Automatisch afstemmen gaat goed
wanneer u sterke signalen ontvangt en er weinig storing is. Als het signaal van de zender waar u op wilt afstemmen te
zwak is, moet u er met de hand op afstemmen. U kunt ook maximaal 40 zenders automatisch of met de hand
voorprogrammeren.
Automatisch afstemmen
Automatisch afstemmen gaat goed wanneer u sterke
signalen ontvangt en er weinig storing is.
1Druk net zo vaak op
“TUNER” op het display op het voorpaneel
verschijnt.
2Druk op
(FM of AM (MG)).
3Druk op
AUTO indicator op het display oplicht.
3
FM/AM om de radioband te kiezen
7
TUNING AUTO/MAN’L zodat de
A
Geen
Als er een dubbele punt (:) verschijnt op het display,
kunt u niet automatisch afstemmen. Druk op
2
PRESET/TUNING om de dubbele punt (:) uit te
schakelen.
4Druk één keer op
l / h om het automatisch afstemmen te
laten beginnen.
Wanneer het toestel is afgestemd op een zender, zal
de TUNED indicator oplichten en zal de frequentie
waarop is afgestemd worden getoond op het display.
D
INPUT l / h tot
1440
AM
5
PRESET/TUNING
Licht op
AUTO
kHz
Licht op
AUTO
TUNED
Handmatig afstemmen
Als het signaal van de zender waar u op wilt afstemmen te
zwak is, moet u er met de hand op afstemmen.
Opmerking
Handmatig afstemmen op een FM zender zal automatisch de
ontvangst naar mono overschakelen om de kwaliteit van de
ontvangst te verbeteren.
AM
D
INPUT l / h tot
1440
kHz
1Druk net zo vaak op
“TUNER” op het display op het voorpaneel
verschijnt.
2Druk op
(FM of AM (MG)).
3Druk op
AUTO indicator van het display verdwijnt.
3
FM/AM om de radioband te kiezen
7
TUNING AUTO/MAN’L zodat de
A
Geen
Als er een dubbele punt (:) verschijnt op het display,
kunt u niet handmatig afstemmen. Druk op
2
PRESET/TUNING om de dubbele punt (:) uit te
schakelen.
4Druk op
de hand af te stemmen op de gewenste
zender.
U kunt de toets ingedrukt houden om de frequentie
doorlopend te laten veranderen.
5
PRESET/TUNINGl / h om met
34 Nl
A
AM
1530
kHz
Page 37
FM/AM afstemmen
Automatisch voorprogrammeren
U kunt maximaal 40 zenders (A1 t/m E8: 8
voorkeuzezenders in 5 groepen) automatisch laten
voorprogrammeren op de volgorde waarin deze worden
gevonden. U kunt vervolgens gemakkelijk via de
bijbehorende voorkeuzenummers afstemmen op de
voorgeprogrammeerde zenders.
1Druk net zo vaak op
“TUNER” op het display op het voorpaneel
verschijnt.
2Druk op
radioband.
3Houd
ingedrukt.
Het voorkeuzenummer alsook de MEMORY en
AUTO indicators gaan knipperen. Na ongeveer 5
seconden zal het automatisch voorprogrammeren
beginnen vanaf de huidige frequentie naar hogere
frequenties.
3
FM/AM en selecteer “FM” als de
6
MEMORY tenminste 3 seconden
D
INPUTl / h tot
Knippert
AUTO
MEMORY
Handmatig voorprogrammeren
U kunt ook met de hand maximaal 40 zenders (A1 t/m E8:
8 zenders in 5 groepen) voorprogrammeren.
1Stem automatisch of met de hand af op een
zender.
Zie bladzijde 34 voor aanwijzingen over hoe u moet
afstemmen op een zender.
2Druk op
De MEMORY indicator knippert ongeveer 10
seconden lang op het display op het voorpaneel.
3Druk herhaaldelijk op
5
voorkeuzezender (A1 t/m E8) te selecteren
terwijl de MEMORY indicator knippert.
Controleer of de dubbele punt (:) inderdaad verschijnt
op het display.
6
MEMORY.
4
A/B/C/D/E en
PRESET/TUNING l / h om de gewenste
Knippert
TUNED
MEMORY
C3
:
Voorkeuzenummer
AM
630
kHz
BASISBEDIENING
A1:FM 87.50MHz
Knippert
Wanneer het automatisch voorprogrammeren klaar is,
zal de frequentie voor de laatst
voorgeprogrammeerde zender op het display getoond
worden.
y
U kunt de voorkeuzegroep en het voorkeuzenummer selecteren
waaronder de eerst gevonden zender zal worden opgeslagen door
eerst op 4A/B/C/D/E en vervolgens op 5PRESET/TUNING
l / h te drukken.
Opmerkingen
• Gegevens voor een zender die reeds zijn opgeslagen onder een
bepaald nummer zullen worden gewist wanneer u een andere
zender onder dat voorkeuzenummer opslaat.
• Alleen FM zenders met een voldoende sterke ontvangst worden
opgeslagen bij het automatisch voorprogrammeren. Als u een
zwakkere zender wilt opslaan, dient u hierop met de hand af te
stemmen zoals beschreven bij “Handmatig voorprogrammeren”
elders op deze bladzijde.
4Druk op
indicator knippert.
De radioband en de frequentie voor deze zender
verschijnen op het display, samen met de door u
geselecteerde voorkeuzegroep en het
voorkeuzenummer.
De getoonde zender is opgeslagen als C3.
Opmerkingen
• Gegevens voor een zender die reeds zijn opgeslagen onder een
bepaald nummer zullen worden gewist wanneer u een andere
zender onder dat voorkeuzenummer opslaat.
• De soort ontvangst (stereo of mono) wordt samen met de
frequentie van de zender opgeslagen.
6
MEMORY terwijl de MEMORY
TUNED
C3
:
AM
630
kHz
Nederlands
35 Nl
Page 38
FM/AM afstemmen
Selecteren van voorkeuzezenders
U kunt op de gewenste zender afstemmen door
eenvoudigweg het voorkeuzenummer waaronder die
zender is opgeslagen te selecteren.
y
Wanneer u deze handeling uitvoert met de afstandsbediening,
moet u eerst op CTUNER drukken om “TUNER” als
signaalbron te selecteren.
1Druk herhaaldelijk op
F
A/B/C/D/E) om de gewenste
voorkeuzegroep (A t/m E) te selecteren.
De letter van de voorkeuzegroep verschijnt op het
display op het voorpaneel en verandert met elke druk
op de toets.
2Druk op
F
voorkeuzenummer (1 t/m 8) te selecteren.
De voorkeuzegroep en het voorkeuzenummer
verschijnen op het display op het voorpaneel, samen
met de radioband en de frequentie.
y
U kunt het nummer van de gewenste voorkeuzezender (1 t/m 8)
ook direct invoeren met de cijfertoetsen op de afstandsbediening.
5
PRESET/TUNING l / h (of
A/B/C/D/E) om het gewenste
E1
FM
:
4
A/B/C/D/E (of
87.50
MHz
Omwisselen van voorkeuzezenders
U kunt twee voorkeuzezenders van plaats laten wisselen.
In het voorbeeld hieronder ziet u hoe u voorkeuzezender
“E1” van plaats kunt laten wisselen met “A5”.
1Selecteer voorkeuzezender “E1” met
4
A/B/C/D/E en 5PRESET/TUNING l / h.
Zie “Selecteren van voorkeuzezenders” elders op
deze bladzijde.
2Houd
3Selecteer voorkeuzezender “A5” met
2
PRESET/TUNING tenminste 3
seconden ingedrukt.
De “E1” en MEMORY indicators zullen gaan
knipperen op het display op het voorpaneel.
Knippert
MEMORY
E1
:
Knippert
4
A/B/C/D/E en 5PRESET/TUNING l / h.
De “A5” en MEMORY indicators zullen gaan
knipperen op het display op het voorpaneel.
Zie “Selecteren van voorkeuzezenders” elders op
deze bladzijde.
FM
87.50
MHz
Knippert
36 Nl
:
A5
Knippert
4Druk nog eens op
“EDIT E1–A5” zal op het display op het voorpaneel
verschijnen wanneer de twee voorkeuzezenders van
plaats wisselen.
90.60
FM
2
PRESET/TUNING.
MHz
MEMORY
Page 39
RADIO DATA SYSTEEM AFSTEMMEN (ALLEEN MODELLEN VOOR EUROPA)
Radio Data Systeem afstemmen
(Alleen modellen voor Europa)
Radio Data Systeem is een systeem voor gegevensoverdracht dat door FM zenders in een groot aantal landen worden
gebruikt. Dit toestel is geschikt voor verschillende soorten Radio Data Systeem gegevens, zoals PS (Programma Service
naam), PTY (Programmatype), RT (Radio Tekst), CT (Klok Tijd), EON (Enhanced Other Networks; Verbeterde service
andere netwerken) wanneer er wordt afgestemd op Radio Data Systeem zenders.
Tonen van Radio Data Systeem
informatie
Gebruik deze functie om de 4 types Radio Data Systeem
informatie weer te laten geven: PS (Programmaservice),
PTY (Programmatype), RT (Radio Tekst) en CT (Klok
Tijd). De corresponderende indicators zullen oplichten op
het display op het voorpaneel.
Opmerkingen
• U kunt deze Radio Data Systeem weergavefuncties alleen
selecteren wanneer de corresponderende Radio Data Systeem
indicators oplichten op het display op het voorpaneel. Het kan
even duren voor dit toestel alle Radio Data Systeem gegevens
heeft ontvangen van de zender in kwestie.
• U kunt alleen de door de zender aangeboden Radio Data
Systeem functies selecteren.
• Als de signalen niet goed genoeg kunnen worden ontvangen, is
het mogelijk dat dit toestel geen gebruik kan maken van de
Radio Data Systeem gegevens. De “RT” functie in het bijzonder
vergt een grote hoeveelheid gegevens en het is daarom mogelijk
dat deze functie niet beschikbaar is zelfs wanneer de andere
Radio Data Systeem functies wel beschikbaar zijn.
• Bij slechte ontvangst kunt u op 7TUNING AUTO/MAN’L op
het voorpaneel drukken zodat de AUTO indicator verdwijnt van
het display op het voorpaneel.
• Als het signaal externe storing ondervindt terwijl dit toestel de
Radio Data Systeem gegevens aan het ontvangen is, kan de
ontvangst onverwacht onderbroken worden en kan de melding
“...WAIT” verschijnen op het display op het voorpaneel.
• Wanneer de “RT” functie wordt geselecteerd, kan dit toestel
maximaal 64 alfanumerieke tekens, inclusief het trema, aan
programmagegevens op het display tonen. Tekens die niet
kunnen worden weergegeven worden vervangen door een “_”
(onderstreping).
• Als de ontvangst wordt onderbroken wanneer de “CT” functie is
geselecteerd, zal “CT WAIT” verschijnen op het display op het
voorpaneel.
1Stem af op de gewenste Radio Data Systeem
zender.
• Wij raden u aan af te stemmen op Radio Data
Systeem zenders met behulp van de automatische
voorprogrammeerfunctie (zie bladzijde 35).
• U kunt ook met de PTY SEEK functie afstemmen
op de gewenste voorgeprogrammeerde Radio Data
Systeem zender.
2Druk herhaaldelijk op
afstandsbediening om de gewenste Radio
Data Systeem weergavefunctie te selecteren.
Frequentiedisplay
• Selecteer “PS” om de naam van het ontvangen
Radio Data Systeem programma weer te laten
geven.
• Selecteer “PTY” om het type van het ontvangen
Radio Data Systeem programma weer te laten
geven.
• Selecteer “RT” om eventuele tekstgegevens voor
het ontvangen Radio Data Systeem programma
weer te laten geven.
• Selecteer “CT” om de tijd op dit moment weer te
laten geven.
I
FREQ/TEXT op de
CTRTPTYPS
BASISBEDIENING
37 Nl
Nederlands
Page 40
Radio Data Systeem afstemmen (Alleen modellen voor Europa)
Selecteren van een Radio Data
Systeem programmatype
(PTY SEEK functie)
Gebruik deze functie om het gewenste radioprogramma te
selecteren uit alle voorgeprogrammeerde Radio Data
Systeem zenders door middel van het programmatype.
y
Gebruik de automatische voorprogrammeerfunctie om Radio
Data Systeem zenders voor te programmeren (zie bladzijde 35).
1Druk op
om “CTUNER” als signaalbron te
selecteren.
2Druk op
afstandsbediening om dit toestel in de PTY
SEEK functie te zetten.
De naam van het geselecteerde programmatype of
“NEWS” zal gaan knipperen op het display op het
voorpaneel.
C
TUNER op de afstandsbediening
I
PTY SEEK MODE op de
NEWS
3Druk op
afstandsbediening om het gewenste
programmatype te selecteren.
De naam van het geselecteerde programmatype zal
verschijnen op het display op het voorpaneel.
E
PRESET l / h op de
POP M
Licht op
ProgrammatypeBeschrijving
NEWS
AFFAIRS
INFO
SPORT
EDUCATE
DRAMA
CULTURE
Nieuws
Actualiteiten
Algemene informatie
Sport
Educatief
Theater
Cultuur
Knippert
y
Om de PTY SEEK functie te annuleren, dient u nog eens op
I
PTY SEEK MODE op de afstandsbediening te drukken.
SCIENCE
VARIED
POP M
ROCK M
M.O.R. M
LIGHT M
CLASSICS
OTHER M
Wet en sch ap
Licht amusement
Populaire muziek
Rock muziek
Middle-of-the-road muziek
(easy-listening)
Licht klassiek
Klassiek
Overige muziek
38 Nl
Page 41
Radio Data Systeem afstemmen (Alleen modellen voor Europa)
4Druk op
afstandsbediening om alle
voorgeprogrammeerde Radio Data Systeem
zenders af te zoeken.
Het geselecteerde programmatype blijft knipperen op
het display op het voorpaneel en de PTY HOLD
indicator licht op terwijl het toestel naar een
geschikte zender zoekt.
y
Om het zoeken naar geschikte zenders te annuleren, dient u
nog eens op IPTY SEEK START op de
afstandsbediening te drukken.
Opmerkingen
• Het toestel stopt met zoeken zodra er een zender gevonden
• Als u niet tevreden bent met de gevonden zender, kunt u
I
PTY SEEK START op de
POP M
KnippertLicht op
wordt die een programma van het geselecteerde type
uitzendt.
nog eens op IPTY SEEK START drukken om te
zoeken naar een andere zender met een programma van
het gewenste type.
PTY HOLD
Gebruiken van de dataservice voor
verbetering van het gebruik van andere
netwerken (Enhanced Other Networks; EON)
Deze functie stelt u in staat te profiteren van de EON
(Enhanced Other Networks) gegevensservice van het Radio
Data Systeem netwerk. Wanneer u één van de 4 Radio Data
Systeem programmatypes (NEWS, AFFAIRS, INFO of
SPORT) heeft geselecteerd, zal dit toestel automatisch een
bepaalde tijd lang alle beschikbare voorkeuzezenders afzoeken
die EON gegevens uitzenden naar een programma van het
geselecteerde type. Wanneer de geplande EON service begint,
zal dit toestel automatisch overschakelen naar de lokale zender
die de EON gegevens uitzendt en vervolgens terugschakelen
naar de nationale zender wanneer de EON gegevens ophouden.
Opmerkingen
• U kunt deze functie alleen gebruiken wanneer de EON
gegevensservice beschikbaar is.
• De EON indicator zal alleen oplichten op het display op het
voorpaneel wanneer de EON gegevensservice ontvangen wordt
van een Radio Data Systeem zender.
1
Stem af op de gewenste Radio Data Systeem zender.
2Controleer of de EON indicator brandt op het
display op het voorpaneel.
Als de EON indicator niet oplicht op het display, dient u
af te stemmen op een ander Radio Data Systeem
programma waarbij de EON indicator wel gaat branden.
BASISBEDIENING
EON
3Druk herhaaldelijk op
afstandsbediening om één van de 4 Radio
Data Systeem programmatypes (NEWS,
AFFAIRS, INFO of SPORT) te selecteren.
De naam van het geselecteerde programmatype zal
verschijnen op het display op het voorpaneel.
I
EON op de
NEWS
Licht op
y
Om de EON functie te annuleren dient u net zo vaak op
I
EON op de afstandsbediening te drukken tot de naam van
het programmatype verdwijnt en de malding “EON OFF”
verschijnt op het display op het voorpaneel.
Nederlands
39 Nl
Page 42
OPNEMEN
Opnemen
Opname-instellingen en andere handelingen dienen te worden verricht op de opname-apparatuur. Raadpleeg eventueel de
handleidingen van de betreffende componenten.
Opmerkingen
• Wanneer dit toestel uit (standby) staat, kunt u niet opnemen tussen op dit toestel aangesloten componenten.
• De TONE CONTROL instellingen (zie bladzijde 29), het ingestelde VOLUME, de luidsprekerniveaus (zie bladzijde 29) en de
geluidsveldprogramma’s (zie bladzijde 31) hebben geen invloed op het opgenomen materiaal.
• Er kunnen geen opnamen gemaakt worden van een signaalbron die is aangesloten op de MULTI CH INPUT aansluitingen van dit
toestel.
• Digitale signalen die binnenkomen via de DIGITAL INPUT aansluitingen worden niet ten behoeve van uw opnamen gereproduceerd
via de analoge AUDIO OUT (REC) aansluitingen. Als uw signaalbron alleen digitaal is aangesloten, kunt u daarvan niet opnemen.
• Een bepaalde signaalbron wordt niet gereproduceerd via hetzelfde OUT (REC) kanaal.
• Wanneer u opname-apparatuur heeft aangesloten op dit toestel, dient u de apparatuur in kwestie ingeschakeld te houden zolang u dit
toestel gebruikt. Als de apparatuur in kwestie wordt uitgeschakeld, kan de weergave van andere componenten gestoord worden.
• Controleer de regelingen met betrekking tot het auteursrecht in het gebied waar u zich bevindt voor u opnamen gaat maken van CD’s,
radio enz. Opnemen van auteursrechtelijk beschermd materiaal kan inbreuk maken op de op het materiaal rustende rechten.
y
Maak een test-opname voor u aan de echte opname begint.
Als u videomateriaal weergeeft met gescramblede (verhaspelde) of gecodeerde signalen die moeten voorkomen dat
het materiaal gekopieerd wordt, is het mogelijk dat deze signalen de weergave zelf storen.
1Zet alle aangesloten componenten aan.
2Druk herhaaldelijk op
druk op één van de ingangskeuzetoetsen
(C)) om de signaalbron waarvan u wilt
opnemen te selecteren.
D
INPUT l / h (of
3Start de weergave op de geselecteerde
broncomponent of stem af op een zender.
4Start de opname op de opnemende
component.
40 Nl
Page 43
Instelmenu
Instelmenu
Met behulp van het instelmenu kunt u allerlei systeeminstellingen wijzigen en kunt u de manier waarop het toestel werkt
aanpassen aan uw voorkeuren. Verander de begininstellingen (hieronder vet gedrukt aangeduid) op basis van uw
specifieke systeem en uw voorkeuren.
■ Basisinstelling BASIC SETUP
Via deze functie kunt u met de hand de luidspreker- en systeeminstellingen wijzigen (zie bladzijde 21).
■ Handmatige setup MANUAL SETUP
Via deze functie kunt u met de hand de luidspreker- en systeeminstellingen wijzigen.
Geluidsmenu 1 SOUND MENU
Via dit menu kunt u met de hand alle luidspreker-instellingen wijzigen, de kwaliteit en de toonkleur van de weergave van
uw systeem aanpassen of compenseren voor eventueel vertraagde videoweergave bij gebruik van LCD monitoren of
projectoren.
ParameterKenmerken
Selecteren van de afmetingen van de luidsprekers, de luidsprekers voor weergave van lage
A)SPEAKER SET
B)SP LEVEL
C)SP DISTANCE
D)CENTER GEQ
E)LFE LEVEL
F)D. RANGE
G)AUDIO SET
tonen, de crossover frequentie en de locatie van de voor-luidsprekers die zijn aangesloten
op de FRONT B aansluitingen.
Instellen van het uitgangsniveau van elke luidspreker.
Instellen van de afstand voor elke luidspreker.
Instellen van de klankkleur (toon) van de midden-luidspreker.
Instellen van het uitgangsniveau van het LFE kanaal bij Dolby Digital of DTS signalen.
Instellen van het dynamisch bereik bij Dolby Digital of DTS signalen.
Regelt de verlaging van het volume, de vertragingsinstellingen, het maximum
volumeniveau en het beginvolume.
Bladzijde
43
44
45
45
45
45
46
Ingangsmenu 2 INPUT MENU
Via dit menu kunt u met de hand de ingangsaansluitingen toewijzen aan andere apparatuur, de ingangsfunctie wijzigen of
een signaalbron een andere naam geven.
ParameterKenmerken
A)INPUT ASSIGN
Toewijzen van ingangsaansluitingen van dit toestel aan de daarmee verbonden
componenten.
Bladzijde
46
GEAVANCEERDE
BEDIENING
B)INPUT RENAME
C)VOLUME TRIM
D)DECODER MODE
E)MULTI CH SET
Hiermee kunt u een signaalbron een andere naam geven.
Instellen van het uitgangsniveau van elke aansluiting.
Selecteren van de decoderfunctie voor de signaalbronnen die zijn aangesloten op de
DIGITAL INPUT aansluitingen op het achterpaneel van dit toestel.
Selecteren welke videosignaalbron als achtergrond zal worden weergegeven bij weergave
van signalen die binnenkomen via de MULTI CH INPUT aansluitingen.
47
47
47
47
Nederlands
41 Nl
Page 44
Instelmenu
Optiemenu 3 OPTION MENU
Via dit menu kunt u met de hand de optionele systeeminstellingen wijzigen.
ParameterKenmerken
A)DISPLAY SET
B)MEMORY GUARD
C)AUDIO SELECT
D)PARAM. INI
Instellen van de helderheid van het display op het voorpaneel.
Vergrendelen van instellingen voor de geluidsveldprogramma’s en andere instellingen via
het instelmenu.
Standaard instellen van een bepaalde audio ingangsaansluiting selectiefunctie voor de op de
DIGITAL INPUT aangesloten signaalbronnen wanneer u dit toestel aan zet.
Terugzetten van alle parameters voor de geluidsveldprogramma’s op de oorspronkelijke
fabrieksinstellingen.
■ Signaalinformatie SIGNAL INFO
Met deze functie kunt u informatie over het audiosignaal controleren (zie bladzijde 30).
Gebruiken van het instelmenu
Gebruik de afstandsbediening om de menu’s te openen en
de instellingen te verrichten.
y
U kunt de parameters via het instelmenu wijzigen terwijl het
toestel geluid aan het weergeven is.
1Druk op
“BASIC SETUP” zal op het display op het
voorpaneel verschijnen.
U
MENU op de afstandsbediening.
4Druk herhaaldelijk op
gewenste menu te selecteren en druk op
S
ENTER om het te openen.
De volgende menu’s zullen achtereenvolgens op het
display op het voorpaneel verschijnen wanneer u
herhaaldelijk op S k / n drukt.
1 SOUND MENU
2 INPUT MENU
S
k / n om het
Bladzijde
48
48
48
48
.
BASIC SETUP
2Druk op
SETUP”.
3Druk op
te openen.
“1 SOUND MENU” zal op het display op het
voorpaneel verschijnen.
S
k / n en selecteer “MANUAL
.
MANUAL SETUP
S
ENTER om de “MANUAL SETUP”
1 SOUND MENU
3 OPTION MENU
5Druk herhaaldelijk op
gewenste submenu te selecteren en druk op
S
ENTER om het te openen.
• Herhaal de stappen 5 en 6 om de gewenste
instellingen op te zoeken en te openen.
• Druk op T RETURN om terug te keren naar het
vorige menuniveau.
verhogen.
verlagen.
S
k / n om de gewenste parameter
U
MENU om het instelmenu te
6Druk op
te selecteren en vervolgens op Sl / h om
de instelling te wijzigen.
• Druk op S h om de ingestelde waarde te
•Druk op S l om de ingestelde waarde te
7Druk op
verlaten.
S
k / n om het
42 Nl
Page 45
Instelmenu
1 SOUND MENU
Via dit menu kunt u met de hand de luidspreker-instellingen
wijzigen of compenseren voor vertragingen bij het verwerken
van videosignalen bij gebruik van LCD monitoren of
projectoren.
■ Luidspreker-instellingen A)SPEAKER SET
Via dit menu kunt u met de hand de luidsprekerinstellingen wijzigen.
FRONT B luidspreker-instelling FRONT B
Gebruik deze functie om de locatie van de met de FRONT
B aansluitingen verbonden luidsprekers te bepalen.
Keuzes: FRONT, ZONE B
• Selecteer “FRONT” om de FRONT A en B set aan of
uit te zetten wanneer de FRONT B luidsprekers zich in
uw belangrijkste luisterruimte (hoofdzone/eerste
ruimte) bevinden.
• Selecteer “ZONE B” als de met de FRONT B
aansluitingen verbonden luidsprekers zich in een
andere kamer (‘zone’) bevinden. Als FRONT A wordt
uitgeschakeld en FRONT B wordt ingeschakeld, zullen
alle luidsprekers in de hoofdzone (eerste luisterruimte/
woonkamer) worden uitgeschakeld en zal er alleen via
de FRONT B aansluitingen geluid worden
weergegeven.
Opmerkingen
• Als u een hoofdtelefoon in de PHONES aansluiting van dit
toestel doet, zal het geluid worden weergegeven via zowel de
hoofdtelefoon als de FRONT B aansluitingen wanneer
“FRONT B” is ingesteld op “ZONE B”.
• Als er een DSP programma is ingeschakeld wanneer “FRONT
B” op “ZONE B” is ingesteld, zal het toestel automatisch in de
Virtual CINEMA DSP stand gaan (zie bladzijde 33).
De woofer van de luidsprekerbox is 16 cm of groter:
groot
De woofer van de luidsprekerbox is kleiner dan 16 cm:
klein
Voor-luidsprekers FRONTKeuzes: SMALL, LARGE
Wanneer de voor-luidsprekers groot zijn
Selecteer “LARGE” (groot).
Wanneer de voor-luidsprekers klein zijn
Selecteer “SMALL” (klein).
Opmerking
Wanneer “BASS OUT” is ingesteld op “FRNT” (zie
bladzijde 44), kunt u alleen “LARGE” kiezen bij “FRONT”. Als
“FRONT” van tevoren op een andere instelling dan “LARGE” is
gezet, zal dit toestel die instelling automatisch veranderen naar
“LARGE”.
Midden-luidspreker CENTERKeuzes: NONE, SML, LRG
Wanneer de midden-luidspreker groot is
Selecteer “LRG” (groot).
Wanneer de midden-luidspreker klein is
Selecteer “SML” (klein).
Wanneer u geen gebruik maakt van een
midden-luidspreker
Selecteer “NONE” (geen). De signalen voor het
middenkanaal zullen naar de linker en rechter voorluidsprekers worden gestuurd.
Wanneer u geen gebruik maakt van surroundluidsprekers
Selecteer “NONE” (geen). Dit toestel wordt in de
Virtual CINEMA DSP stand gezet (zie bladzijde 33).
43 Nl
Nederlands
Page 46
Instelmenu
LFE/Bass out BASS OUT
Gebruik deze functie om de luidsprekers te selecteren die de
LFE (Lage Frequentie Effecten) en de lage tonen weergeven.
Keuzes: SWFR, FRNT, BOTH
y
Als u niet tevreden bent met de door uw luidsprekers
geproduceerde lage tonen, kunt u deze instellingen aanpassen aan
uw voorkeuren.
Wanneer er een subwoofer is aangesloten op
dit toestel en u een natuurlijke weergave van
de lage tonen wilt
Selecteer “SWFR” (subwoofer). Zowel de LFE
signalen als de lage tonen in de signalen voor andere
luidsprekers die zijn ingesteld op “SML” (of
“SMALL”) worden naar de subwoofer gedirigeerd.
Wanneer er een subwoofer is aangesloten op
dit toestel en u een rijke weergave van de lage
tonen wilt
Selecteer “BOTH” (beide). De lage tonen worden voor
elke signaalbron weergegeven door de subwoofer.
Zowel de LFE signalen als de lage tonen in de signalen
voor andere luidsprekers die zijn ingesteld op “SML”
(of “SMALL”) worden naar de subwoofer gedirigeerd.
De lage tonen in de linker en rechter voorkanalen
zullen naar de linker en rechter voor-luidsprekers en de
subwoofer worden gedirigeerd, ongeacht de “FRONT”
instelling (zie bladzijde 43).
Wanneer u geen gebruik maakt van een
subwoofer
Selecteer “FRNT” (voor). De LFE signalen, de lage
tonen in de linker en rechter voorkanalen, en de lage
tonen voor andere luidsprekers die zijn ingesteld op
“SML” (of “SMALL”) zullen allemaal gedirigeerd
worden naar de linker en rechter voor-luidsprekers,
ongeacht de “FRONT” instelling (zie bladzijde 43).
Crossover CROSSOVER
Met deze functie kunt u de crossover frequentie instellen
voor alle luidsprekers die zijn ingesteld op “SML” (of
“SMALL”) of op “NONE” via “SPEAKER SET” (zie de
bladzijden 42 en 43). Alle frequenties onder de
geselecteerde frequentie zullen naar de subwoofer worden
gedirigeerd of naar de luidsprekers die zijn ingesteld op
“LRG” (of “LARGE”) via “SPEAKER SET” (zie de
bladzijden 42 en 43).
Keuzes: 40Hz, 60Hz, 80Hz, 90Hz, 100Hz, 110Hz,
120Hz, 160Hz, 200Hz
Subwooferfase SWFR PHASE
Als de lage tonen niet of onduidelijk worden
weergegeven, kunt u hiermee de fase van uw subwoofer
omschakelen.
Keuzes: NRM, REV
• Selecteer “NRM” als u de fase voor uw subwoofer niet
wilt omkeren.
•
Selecteer “REV” om de fase voor uw subwoofer om te keren.
■ Luidsprekerniveau B)SP LEVEL
Gebruik deze functie om met de hand het uitgangsniveau
van elk van de luidsprekers in te stellen.
Instelbereik: –10 t/m +10 dB
Instelstap: 1 dB
Begininstelling: 0 dB
SP LEVELIngestelde luidspreker
FL
FR
C
SL
SR
SWFR
Opmerking
Welke luidsprekerkanalen er beschikbaar zijn hangt mede af van
de luidsprekerinstellingen.
Linker voor-luidspreker
Rechter voor-luidspreker
Midden-luidspreker
Linker surround-luidspreker
Rechter surround-luidspreker
Subwoofer
44 Nl
Page 47
Instelmenu
■ Luidsprekerafstand C)SP DISTANCE
Met deze functie kunt u met de hand de afstand van elke
luidspreker tot de luisterplek invoeren en zo de vertraging
voor het bijbehorende kanaal instellen. In het ideale geval
zouden alle luidsprekers op dezelfde afstand van de
luisterplek moeten staan. Maar in de meeste gevallen is dat
praktisch gezien niet mogelijk. Daarom moet de weergave
van luidsprekers die eigenlijk te dichtbij staan heel
eventjes vertraagd worden, zodat het geluid van alle
luidsprekers op hetzelfde moment op de luisterplek
arriveert.
Eenheid UNIT
Keuzes: meters (m), feet (ft)
Begininstelling:
[Modellen voor de V.S. en Canada]: feet (ft)
[Overige modellen]: meters (m)
• Selecteer “meters” om de afstanden van de
luidsprekers in meters in te kunnen voeren.
• Selecteer “feet” om de afstanden van de luidsprekers in
feet (voeten) in te kunnen voeren.
Luidsprekerafstanden
Instelbereik: 0,30 t/m 24,00 m (1.0 t/m 80.0 ft)
Instelstap: 0,10 m (0.5 ft)
Begininstelling: 3,00 m (10.0 ft)
SP DISTANCEIngestelde luidspreker
FRONT L
FRONT R
CENTER
SUR. L
SUR. R
SWFR
Linker voor-luidspreker
Rechter voor-luidspreker
Midden-luidspreker
Linker surround-luidspreker
Rechter surround-luidspreker
Subwoofer
Opmerking
Welke luidsprekerkanalen er beschikbaar zijn hangt mede af van
de luidsprekerinstellingen.
■ Grafische equalizer voor het
middenkanaal
Gebruik deze functie om de ingebouwde 5frequentiebanden (100 Hz, 300 Hz, 1 kHz, 3 kHz en 10
kHz) grafische equalizer zo in te stellen dat de toonkleur
van de midden-luidspreker overeenkomt met die van de
voor-luidsprekers. U kunt de instelling verrichten terwijl u
luistert naar de op dit moment geselecteerde signaalbron,
of naar een testtoon.
Instelbereik: –6,0 t/m +6,0 dB
Instelstap: 0,5 dB
Begininstelling: 0 dB
D)CENTER GEQ
y
Druk op S k / n om een frequentieband te selecteren en op
S
l / h om de geselecteerde frequentieband in te stellen.
Hier volgt een voorbeeld waarin “100Hz” wordt geselecteerd als
de frequentieband
.
100Hz--||-- 0
Testtoon TEST
Gebruik deze functie om instellingen te verrichten voor
“CENTER GEQ” terwijl u luistert naar een testtoon.
Keuzes: OFF, ON
• Selecteer “OFF” om de testtoon te stoppen en de op dit
moment geselecteerde signaalbron weer te laten geven.
• Selecteer “ON” om de midden- en linker voorluidsprekers testtonen te laten produceren.
■ Niveau Lage Frequentie Effecten
E)LFE LEVEL
Deze functie stelt u in staat het volume (uitgangsniveau)
van het LFE (Lage Frequentie Effect) kanaal aan te passen
aan de capaciteit van uw subwoofer of hoofdtelefoon. Het
LFE kanaal zorgt voor de weergave van speciale effecten
met zeer lage tonen bij bepaalde passages. Deze instelling
treedt alleen in werking bij weergave wanneer dit toestel
Dolby Digital of DTS signalen decodeert.
Instelbereik: –20 t/m 0 dB
Instelstap: 1 dB
Luidspreker LFE SP LFE
Stelt het LFE luidsprekerniveau in.
Hoofdtelefoon LFE HP LFE
Stelt het LFE hoofdtelefoonniveau in.
Opmerking
Afhankelijk van de instellingen bij “BASS OUT” (zie
bladzijde 44) is het mogelijk dat sommige signalen niet via de
SUBWOOFER OUTPUT aansluiting worden gereproduceerd.
■ Dynamisch bereik F)D. RANGE
Via deze functie kunt u instellen hoeveel het dynamisch
bereik moet worden gecomprimeerd voor uw luidsprekers of
uw hoofdtelefoon. Deze instelling treedt alleen in werking
wanneer dit toestel Dolby Digital of DTS signalen decodeert.
Keuzes: MIN, STD, MAX
• Selecteer “MIN” (minimum) als u regelmatig bij een
laag volume wilt luisteren.
• Selecteer “STD” (standaard) voor algemeen gebruik.
Selecteer “MAX” (maximum) om het grootste
dynamische bereik te behouden.
Luidspreker dynamisch bereik SP D.R
Stelt de compressie voor de luidsprekers in.
Hoofdtelefoon dynamisch bereik HP D.R
Stelt de compressie voor de hoofdtelefoon in.
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Nederlands
45 Nl
Page 48
Instelmenu
■ Audio instellingen G)AUDIO SET
Hiermee kunt algemene audio instellingen voor dit toestel
wijzigen.
Tijdelijk uit of lager zetten van het geluid
MUTE TYP.
U kunt zelf bepalen hoeveel het volume verlaagd moet
worden wanneer u deze functie gebruikt (zie
bladzijde 28).
Keuzes: FULL, –20dB
• Selecteer “FULL” om de geluidsweergave helemaal te
stoppen.
• Selecteer “–20dB” om het huidige volume met 20 dB
te verlagen.
Audio vertraging A.DELAY
U kunt de geluidsweergave vertragen zodat deze
synchroon loopt met de videobeelden. Dit is soms nodig
bij gebruik van bepaalde LCD monitors of projectoren.
Instelbereik: 0 t/m 160 ms
Instelstap: 1 ms
Maximum volume MAX VOL.
Gebruik deze functie om het maximum volume in te
stellen. Deze functie is nuttig om te voorkomen dat er per
ongeluk hele harde geluiden worden weergegeven. Het
oorspronkelijke volumebereik is bijvoorbeeld 16 dB t/m –
80 dB. Maar wanneer “MAX VOL.” is ingesteld op –5 dB,
wordt het volumebereik –5 dB t/m –80 dB.
Instelbereik: 16 dB, 10 dB t/m –30 dB
Instelstap: 5 dB
Opmerking
De “MAX VOL.” instelling krijgt voorrang boven de “Initial
Volume” instelling. Als bijvoorbeeld “INI.VOL.” is ingesteld op
–20 dB en “MAX VOL.” is ingesteld op –30 dB, dan zal het
volume automatisch worden ingesteld op –30 dB wanneer u de
volgende keer het toestel weer aan zet.
Beginvolume INI.VOL.
Gebruik deze functie om in te stellen wat het volume moet
worden wanneer dit toestel aan wordt gezet.
Keuzes: Off, –80 dB t/m +16 dB
Instelstap: 1 dB
2 INPUT MENU
Via dit menu kunt u de ingangsaansluitingen toewijzen
aan andere apparatuur, de ingangsfunctie wijzigen of een
signaalbron een andere naam geven.
■ Toewijzen van ingangsaansluitingen
A)INPUT ASSIGN
U kunt de ingangsaansluitingen toewijzen aan andere
componenten als de begininstellingen van dit toestel niet
overeenkomen met uw voorkeuren. Wijzig de volgende
instellingen om de respectievelijke aansluitingen toe te
wijzen aan andere apparatuur en uiteindelijk meer
componenten te kunnen aansluiten.
Wanneer er ingangsaansluitingen opnieuw zijn
toegewezen, kunt u de daarbij behorende component
selecteren als signaalbron met DINPUT l / h (of met
de ingangskeuzetoetsen (C) op de afstandsbediening).
Voor de COAXIAL INPUT aansluitingen 1
IN (1)
Keuzes: (1) CD, MD/CD-R, DVD, DTV/CBL, V-AUX,
DVR
Voor de OPTICAL INPUT aansluitingen 2 en 3
IN (2)
IN (3)
Keuzes: (2) CD, MD/CD-R, DVD, DTV/CBL, V-AUX,
DVR
(3) CD, MD/CD-R, DVD, DTV/CBL, V-AUX,
DVR
Opmerking
U kunt een bepaald item niet meer dan één keer selecteren.
Opmerking
De “MAX VOL.” instelling krijgt voorrang boven de “INI.VOL.”
instelling.
46 Nl
Page 49
Instelmenu
■ Signaalbronnen nieuwe namen geven
B)INPUT RENAME
Met deze functie kunt u de namen van de signaalbronnen
zoals die op het display op het voorpaneel verschijnen
veranderen.
Hier volgt een voorbeeld waarin aan “DVD” een nieuwe
naam “My DVD” wordt gegeven.
DVR
V-AUX DTV/CBL
p
DVDCD
MD/CD-R
TUNER
DVD My DVD
1Druk op één van de ingangskeuzetoetsen (
of KMULTI CH IN om de signaalbron
waarvan u de naam wilt veranderen te
selecteren.
MULTI CH IN
TUNER
MD/CD-RCD
DVDDVR V-AUX
DTV/CBL
2Druk op
S
l / h op de afstandsbediening
om de “_” (onderstreping) onder de spatie of
het teken dat u wilt bewerken te plaatsen.
3Kies met
S
k / n het teken dat u wilt
gebruiken en ga vervolgens met Sl / h
naar het volgende teken.
Opmerkingen
• U kunt maximaal 8 tekens gebruiken voor elke
signaalbron.
• Druk op Sn om de tekens als volgt te laten veranderen,
of druk op Sk om deze reeks in omgekeerde volgorde te
doorlopen:
A t/m Z, spatie, 0 t/m 9, spatie, a t/m z, spatie, symbolen
(#, *, –, +, enz.)
4Herhaal de stappen 1 t/m 3 als u de namen
van andere signaalbronnen wilt veranderen.
5Druk op
te verlaten.
U
MENU om de “INPUT RENAME”
C
■ Volume op elkaar afstemmen
C)VOLUME TRIM
Met deze functie kunt u het niveau van de ingangssignalen
voor elk van de ingangsaansluitingen op elkaar
afstemmen. Dit komt van pas wanneer u wilt vermijden
dat het volume plotseling verandert wanneer u
overschakelt naar een andere signaalbron.
Keuzes: CD, MD/CD-R, TUNER, DVD, DTV/CBL,
V-AUX, DVR, MULTI CH IN
Instelbereik: –6,0 t/m +6,0 dB
Instelstap: 1,0 dB
Begininstelling: 0,0 dB
■ Decoderfunctie D)DECODER MODE
)
Decoder keuzefunctie
Met deze functie kunt u een bepaalde decoderfunctie
standaard instellen voor signaalbronnen die zijn
verbonden met de DIGITAL INPUT aansluitingen
wanneer u dit toestel aan zet.
Keuzes: AUTO, LAST
• Selecteer “AUTO” als u dit toestel automatisch het
soort ingangssignaal wilt laten detecteren en de juiste
decoderfunctie wilt laten selecteren.
• Kies “LAST” om het toestel automatisch de
decoderfunctie in te laten schakelen die het laatst met
de signaalbron in kwestie gebruikt is.
DTS decoder voorrangsinstelling
Keuzes: AUTO, DTS
• Selecteer “AUTO” als dit toestel automatisch het soort
ingangssignaal wilt laten detecteren en de juiste
ingangsfunctie wilt laten selecteren.
• Selecteer “DTS” wanneer u een DTS-CD wilt laten
weergeven.
■ Multikanaals ingangsinstelling
E)MULTI CH SET
BGV BGV
Gebruik deze functie om te kiezen welke videosignaalbron
als achtergrond zal worden weergegeven bij weergave van
signalen die binnenkomen via de MULTI CH INPUT
aansluitingen.
Keuzes: LAST, DVR, V-AUX, DTV/CBL, DVD
y
Selecteer “LAST” om dit toestel automatisch de laatst
geselecteerde videobron als achtergrondvideo te laten gebruiken.
GEAVANCEERDE
BEDIENING
47 Nl
Nederlands
Page 50
Instelmenu
3 OPTION MENU
Via dit menu kunt u de optionele systeeminstellingen
wijzigen.
■ Display instellingen A)DISPLAY SET
Dimmer DIMMER
Hiermee kunt u de helderheid van het display op het
voorpaneel instellen.
Instelbereik: –4 t/m 0
Instelstap: 1
• Druk op Sl om het display op het voorpaneel te
dimmen.
• Druk op Sh om het display op het voorpaneel
helderder te maken.
■ Geheugen beveiliging B)MEMORY GUARD
Geheugen beveiliging MEM. GUARD
Met deze functie kunt u voorkomen dat de DSP
programma instellingen en andere systeeminstellingen per
abuis gewijzigd worden.
Keuzes: OFF, ON
• Selecteer “OFF” om de “MEM. GUARD” functie uit te
schakelen.
• Kies “ON” om de inhoud van het geheugen te
beveiligen:
– geluidsveldprogrammaparameters
– alle onderdelen van het instelmenu
– alle luidsprekerniveaus
– SCENE sjabloonparameters
Opmerking
Wanneer “MEM. GUARD” is ingesteld op “ON”, kunt u geen
andere items van het instelmenu meer selecteren of instellen.
■ Audio selectie C)AUDIO SELECT
Met deze functie kunt u een bepaalde audio
ingangsaansluiting standaard instellen voor de
signaalbronnen wanneer u dit toestel aan zet.
Keuzes: AUTO, LAST
• Selecteer “AUTO” als dit toestel automatisch het soort
ingangssignaal wilt laten detecteren en de juiste
ingangsfunctie wilt laten selecteren.
• Kies “LAST” om het toestel automatisch de
ingangsfunctie in te laten schakelen die het laatst met
de signaalbron in kwestie gebruikt is (zie bladzijde 29).
■ Parameters initialiseren D)PARAM. INI
Met deze functie kunt u alle parameters voor de
geluidsveldprogramma’s terugzetten op de
oorspronkelijke fabrieksinstellingen.
Instelmogelijkheden: NO, YES
• Selecteer “NO” om het initialiseren van de parameters
te annuleren en terug te keren naar het vorige
menuniveau.
• Selecteer “YES” om alle geluidsveldparameters terug
te zetten op de oorspronkelijke fabrieksinstellingen.
Opmerkingen
• U kunt de eerder ingestelde waarden niet meer automatisch
terughalen nadat u de parameters voor de
geluidsveldprogramma’s heeft geïnitialiseerd.
• U kunt geen individuele geluidsveldprogramma’s initialiseren.
• U kunt geen geluidsveldprogrammagroepen initialiseren
wanneer de “MEM. GUARD” beveiliging is ingesteld op “ON”.
48 Nl
Page 51
Geavanceerde setup
Geavanceerde setup
Dit toestel heeft extra menu’s die worden getoond op het
display op het voorpaneel. Het uitgebreide instelmenu
biedt aanvullende handelingen om de manier waarop dit
toestel functioneert aan te passen. Verander de
begininstellingen (hieronder vet gedrukt aangeduid) op
basis van uw specifieke systeem en uw voorkeuren.
Opmerkingen
• Alleen 1STANDBY/ON, APROGRAM l / h en
B
STRAIGHT functioneren terwijl u het uitgebreide
(geavanceerde) instelmenu gebruikt.
• Er kunnen geen andere handelingen worden verricht terwijl u
het uitgebreide instelmenu (de geavanceerde setup) aan het
gebruiken bent.
• Het uitgebreide instelmenu is alleen beschikbaar via het display
op het voorpaneel.
1Druk op
om dit toestel uit (standby) te zetten.
2Houd
vervolgens 1STANDBY/ON in om dit
toestel in te schakelen.
Het toestel wordt ingeschakeld en het uitgebreide
setup menu zal verschijnen op het display op het
voorpaneel.
1
STANDBY/ON op het voorpaneel
0
TONE CONTROL ingedrukt en druk
■ Fabrieksinstellingen PRESET
Met deze functie kunt u alle parameters van dit toestel
terugzetten op de oorspronkelijke fabrieksinstellingen.
Keuzes: CANCEL, RESET
• Select “CANCEL” om de instellingen van dit toestel
niet terug te zetten.
• Select “RESET” om de instellingen van dit toestel
terug te zetten.
Opmerkingen
• Deze instelling zet alle parameters van dit toestel terug,
inclusief de instellingen van het instelmenu. De parameters voor
het uitgebreide instelmenu zullen echter niet worden teruggezet.
• De oorspronkelijke fabrieksinstellingen worden weer van kracht
wanneer het toestel de volgende keer wordt ingeschakeld.
■ Afstemstap tuner TU
(Alleen modellen voor Azië en Algemene
modellen)
Hiermee kunt u de afstemstap van de tuner aanpassen aan
de ruimte tussen zendfrequenties in uw gebied.
Keuzes: AM10/FM100, AM9/FM50
• Selecteer “AM10/FM100” voor Noord, Midden en
Zuid Amerika.
• Selecteer “AM9/FM50” voor alle andere gebrieden.
GEAVANCEERDE
BEDIENING
3Druk op
parameter die u wilt instellen geselecteerd
heeft.
De naam van de geselecteerde parameter verschijnt
op het display op het voorpaneel.
4Druk herhaaldelijk op
geselecteerde instelling te wijzigen.
5Druk op
bevestigen en dit toestel uit (standby) te
zetten.
y
De gewijzigde instellingen worden van kracht zodra u dit toestel
de volgende keer aan zet.
A
PROGRAM l / h tot u de
B
STRAIGHT om de
1
STANDBY/ON om uw keuze te
Nederlands
49 Nl
Page 52
Oplossen van problemen
Oplossen van problemen
Raadpleeg de tabel hieronder wanneer het toestel niet naar behoren functioneert. Als het probleem niet hieronder vermeld
staat, of als de aanwijzingen het probleem niet verhelpen, zet het toestel dan uit (standby), haal de stekker uit het
stopcontact en neem contact op met uw dichtstbijzijnde Yamaha dealer of servicecentrum.
■ Algemeen
ProbleemOorzaakOplossing
Het toestel gaat niet
aan, of gaat direct
weer uit (standby)
zodra de stroom
wordt ingeschakeld.
Geen geluidIn- of uitgangskabels niet op de juiste
Het netsnoer of de stekker is niet of niet
goed aangesloten.
De beveiliging is in werking getreden.Controleer of alle luidsprekerbedrading, op het toestel
Het toestel heeft blootgestaan aan een
sterke, externe elektrische schok
(bijvoorbeeld een blikseminslag of een
ontlading van statische elektriciteit).
manier aangesloten.
Er is geen geschikte audio
ingangsaansluiting selectiefunctie
ingesteld.
Er is geen geschikte signaalbron
geselecteerd.
De luidsprekers zijn niet goed
aangesloten.
De te gebruiken voor-luidsprekers zijn
niet op de juiste manier geselecteerd.
Het volume staat uit.Zet het volume hoger.
De geluidsweergave is tijdelijk
uitgeschakeld.
Er worden signalen van een
broncomponent ontvangen die dit toestel
niet kan weergeven, zoals van een CDROM.
Sluit het netsnoer op de juiste manier aan.
en op de luidsprekers zelf, op de juiste manier is
aangesloten en dat de draden geen contact maken met
andere dingen dan de bijbehorende aansluitingen.
Zet het toestel uit (standby), haal de stekker uit het
stopcontact, wacht 30 seconden voor u de stekker
weer terug doet en probeer het toestel vervolgens
weer gewoon te gebruiken.
Sluit de bedrading op de juiste manier aan. Als dit het
probleem niet verhelpt, is het mogelijk dat er iets mis
is met de kabels.
Stel een geschikte selectiefunctie voor de audio
ingangsaansluiting in.
Selecteer een geschikte signaalbron met DINPUT
l / h op het voorpaneel (of met de
ingangskeuzetoetsen op de afstandsbediening).
Sluit de luidsprekers op de juiste manier aan.
Selecteer de gewenste set voor-luidsprekers met
9
SPEAKERS.
Druk op LMUTE of DVOLUME +/– op de
afstandsbediening om de geluidsweergave te
herstellen en het volume te kunnen regelen.
Gebruik een signaalbron waarvan de signalen wel
door dit toestel kunnen worden gereproduceerd.
Zie
bladzijde
—
12
—
14-17
29
27, 28
12
27
—
28
—
50 Nl
Page 53
Oplossen van problemen
ProbleemOorzaakOplossing
Het geluid valt
plotseling uit.
Er klinkt alleen geluid
uit de luidspreker aan
één kant.
Er wordt alleen flink
geluid geproduceerd
door de middenluidspreker.
Er klinkt geen geluid
uit de middenluidspreker.
Er klinkt geen geluid
uit de surroundluidsprekers.
Er klinkt geen geluid
uit de subwoofer.
De beveiliging is in werking getreden
vanwege kortsluiting enz.
De slaaptimer heeft het toestel
uitgeschakeld.
De geluidsweergave is tijdelijk
uitgeschakeld.
Bedrading niet op de juiste manier
aangesloten.
Onjuiste balans ingesteld via “SP
LEVEL”.
Wanneer er een mono bronsignaal wordt
weergegeven met een CINEMA DSP
programma, zal dit signaal via het
middenkanaal worden weergegeven,
terwijl alleen eventuele door het
programma toegevoegde effecten via de
voor- en surround-luidsprekers worden
geproduceerd.
“CENTER” in het “SPEAKER SET” staat
op “NONE”.
Eén van de HiFi DSP programma’s
(uitgezonderd 5ch Stereo) is geselecteerd.
“SUR. LR” in het “SPEAKER SET” staat
op “NONE”.
Dit toestel staat in de “STRAIGHT” stand
en er wordt mono materiaal weergegeven.
“BASS OUT” staat op “FRNT” in het
“SPEAKER SET” terwijl er een Dolby
Digital of DTS signaal wordt
weergegeven.
“BASS OUT” in het “SPEAKER SET”
staat op “SWFR” of “FRNT” terwijl er
een 2-kanaals bronsignaal wordt
weergegeven.
Het bronsignaal bevat geen zeer lage
tonen.
Controleer of de luidsprekerbedrading nergens
kortsluiting maakt en zet vervolgens het toestel weer
aan.
Zet het toestel aan en speel de gewenste signaalbron
weer af.
Druk op LMUTE of DVOLUME +/– op de
afstandsbediening om de geluidsweergave te
hervatten.
Sluit de bedrading op de juiste manier aan. Als dit het
probleem niet verhelpt, is het mogelijk dat er iets mis
is met de kabels.
Wijzig de “SP LEVEL” instellingen.
Zet “CENTER” op “SML” of “LRG”.
Probeer een ander geluidsveldprogramma.
Zet “SUR. LR” op “SML” of “LRG”.
Druk op BSTRAIGHT op het voorpaneel zodat
“STRAIGHT” van het display op het voorpaneel
verdwijnt.
Zet “BASS OUT” op “SWFR” of “BOTH”.
Zet “BASS OUT” op “BOTH”.
Zie
bladzijde
—
—
28
14-17
29
43
31
43
33
44
44
AANVULLENDE
INFORMATIE
51 Nl
Nederlands
Page 54
Oplossen van problemen
ProbleemOorzaakOplossing
Er kunnen geen Dolby
Digital of DTS
bronnen worden
weergegeven. (De
Dolby Digital of DTS
indicator op het
display op het
voorpaneel licht niet
op.)
U hoort een zeker
gebrom.
Het volume kan niet
worden verhoogd, of
het geluid klinkt
vervormd.
Geluidseffecten
worden niet
opgenomen.
Er kan niet worden
opgenomen door
analoge opnameapparatuur die is
aangesloten op de
AUDIO OUT (REC)
aansluitingen.
De
geluidsveldparameter
s en sommige andere
instellingen van dit
toestel kunnen niet
worden gewijzigd.
Het toestel
functioneert niet naar
behoren.
“CHECK SP WIRES”
zal op het display op
het voorpaneel
verschijnen.
U ondervindt storing
van digitale of andere
apparatuur die
radiogolven
gegenereert.
De beeldweergave
wordt gestoord.
Het toestel gaat
plotseling uit
(standby).
De aangesloten component is niet correct
ingesteld voor het produceren van Dolby
Digital of DTS digitale signalen.
De selectiefunctie voor de audio
ingangsaansluiting staat op “ANALOG”.
Bedrading niet op de juiste manier
aangesloten.
U probeert het volume hoger te zetten dan
het ingestelde maximum volumeniveau.
De op de AUDIO OUT (REC)
aansluitingen van dit toestel aangesloten
component staat uit.
Het is niet mogelijk door het toestel
toegevoegde effecten op te nemen met
aangesloten opname-apparatuur.
De signaalbron is niet aangesloten op de
analoge AUDIO IN aansluitingen van dit
toestel.
“MEM. GUARD” in het “OPTION
MENU” staat op “ON”.
De interne microcomputer is vastgelopen
door een externe elektrische schok
(bijvoorbeeld blikseminslag of ontlading
van statische elektriciteit) of door een te
laag voltage van de stroomvoorziening.
De luidsprekerbedrading maakt
kortsluiting.
Dit toestel staat te dicht bij de digitale of
hoogfrequente apparatuur.
De videobron maakt gebruik van
gescramblede of gecodeerde signalen om
kopiëren tegen te gaan.
De interne temperatuur is te hoog
opgelopen en de
oververhittingsbeveiliging is in werking
getreden.
Volg de handleiding van de apparatuur in kwestie en
maak de vereiste instellingen.
Zet de selectiefunctie voor de audio
ingangsaansluiting op “AUTO”.
Sluit de audiokabels stevig en op de juiste manier aan.
Als dit het probleem niet verhelpt, is het mogelijk dat
er iets mis is met de kabels.
Pas de “MAX VOL.” instelling aan.
Zet de betreffende component aan.
Sluit de signaalbron aan op de analoge AUDIO IN
aansluitingen.
Zet “MEM. GUARD” op “OFF”.
Haal de stekker uit het stopcontact en doe hem na
ongeveer 30 seconden weer terug.
Controleer of alle luidsprekerkabels op de juiste
manier zijn aangesloten.
Zet het toestel verder bij dergelijke apparatuur
vandaan.
Wacht ongeveer 1 uur tot het toestel afgekoeld is voor
u het weer aan zet.
Zie
bladzijde
—
29
—
46
—
15, 17
48
—
12
—
—
52 Nl
Page 55
■ Tuner
Oplossen van problemen
ProbleemOorzaakOplossing
Veel ruis in de FM
stereo-ontvangst.
Er is vervorming en ook
een betere FM antenne
zorgt niet voor een
betere ontvangst.
FM
Er kan niet automatisch
worden afgestemd op
de gewenste zender.
Er kan niet langer
worden afgestemd op
eerder
voorgeprogrammeerde
zenders.
Er kan niet automatisch
worden afgestemd op
de gewenste zender.
U hoort doorlopend
AM
gekraak en gesis.
U hoort gezoem en
gefluit.
Dit probleem is inherent aan FM
stereo-uitzendingen wanneer de zender
te ver weg is of het ontvangstsignaal
dat binnenkomt via de antenne niet
sterk genoeg is.
U ondervindt interferentie doordat
hetzelfde signaal op verschillende
manieren ontvangen wordt.
Het radiosignaal is te zwak.Probeer een hoogwaardige richtingsgevoelige
Het toestel is te lang zonder stroom
geweest.
Het signaal is te zwak of de antenne is
los.
Deze geluiden kunnen het gevolg zijn
van bliksem, TL verlichting, motoren,
thermostaten en andere elektrische
apparatuur.
Er wordt in de buurt van het toestel een
TV gebruikt.
Controleer de aansluitingen van de antenne.
Probeer een hoogwaardige richt ingsgevoeli ge
FM antenne.
Stem met de hand af.
Verander de opstelling van de antenne zodat
u van deze interferentie geen last meer hebt.
FM antenne.
Stem met de hand af.
Programmeer zenders voor.
Controleer de aansluitingen van de AM
ringantenne en stel deze zo op dat u de beste
ontvangst verkrijgt.
Stem met de hand af.
Gebruik een buitenantenne en een goede
aarding. Dit kan in sommige gevallen helpen,
maar het blijft moeilijk om alle
storingsbronnen te elimineren.
Zet dit toestel verder bij de TV vandaan.
Zie
bladzijde
18
—
34
—
—
34
35
—
34
—
—
AANVULLENDE
INFORMATIE
Nederlands
53 Nl
Page 56
Oplossen van problemen
■ Afstandsbediening
ProbleemOorzaakOplossing
De afstandsbediening
werkt niet of niet naar
behoren.
Te ver weg of onder te scherpe hoek
gebruikt.
Direct zonlicht of sterke verlichting
(vooral van TL lampen enz.) valt op de
sensor voor de afstandsbediening van dit
toestel.
De batterijen raken leeg.Vervang alle batterijen.
Ook als de juiste afstandsbedieningscode
is ingesteld is het mogelijk dat bepaalde
modellen niet goed reageren op de
afstandsbediening.
De afstandsbediening werkt binnen een maximaal
bereik van 6 m en binnen een hoek van 30 graden ten
opzichte van loodrecht op het voorpaneel.
Stel het toestel anders op.
■ Resetten van het systeem
Met deze functie kunt u alle parameters van dit toestel
terugzetten op de oorspronkelijke fabrieksinstellingen.
1Druk op
1
STANDBY/ON op het voorpaneel
om dit toestel uit (standby) te zetten.
2Houd
0
TONE CONTROL ingedrukt en druk
vervolgens 1STANDBY/ON in om dit
toestel in te schakelen.
Het uitgebreide setup menu zal verschijnen op het
display op het voorpaneel.
Opmerkingen
• Deze procedure zet alle parameters van dit toestel terug,
inclusief de instellingen van het instelmenu. De parameters voor
het uitgebreide instelmenu zullen echter niet worden teruggezet.
• De oorspronkelijke fabrieksinstellingen worden weer van kracht
wanneer het toestel de volgende keer wordt ingeschakeld.
y
Om het resetten halverwege te onderbreken zonder wijzigingen
aan te brengen, kunt u op BSTRAIGHT drukken tot u
“CANCEL” geselecteerd heeft, waarna u op 1STANDBY/ON
drukt.
Zie
bladzijde
20
—
3
3Druk op
A
PROGRAMl / h en selecteer
“PRESET”.
4Druk herhaaldelijk op
B
STRAIGHT en
selecteer “RESET”.
Selecteer “CANCEL” om de reset procedure te
annuleren zonder wijzigingen aan te brengen.
5Druk op
1
STANDBY/ON om uw keuze te
bevestigen en dit toestel uit (standby) te
zetten.
54 Nl
Page 57
Woordenlijst
Woordenlijst
■ Audio informatie
Dolby Digital
Dolby Digital is een digitaal surroundsysteem met
volledig van elkaar gescheiden multikanaals audio. Met 3
voorkanalen (links, midden en rechts), en 2 surroundstereokanalen biedt Dolby Digital in totaal 5 audiokanalen
met het volle frequentiebereik. Met een extra kanaal
speciaal voor de zeer lage tonen, het zogenaamde LFE
(Lage Frequentie Effect) kanaal, biedt dit systeem in totaal
5.1 kanalen (het LFE kanaal wordt als 0.1 kanaal geteld).
Door 2-kanaals stereo voor de surround-luidsprekers te
gebruiken is er een betere weergave van bewegende
geluidsbronnen en een beter algeheel surroundeffect
mogelijk dan bij Dolby Surround. Het grote dynamische
bereik (van het zachtste tot het hardste geluid dat nog kan
worden weergegeven) van de 5 kanalen met het volle
frequentiebereik en de precieze plaatsing van het geluid
door de digitale verwerking biedt de luisteraar een
ongehoord realistische weergave. Met dit toestel kunt u
zelf kiezen wat voor weergave u wilt horen, van mono tot
5.1 kanaals weergave, u vraagt, wij draaien.
Dolby Pro Logic II
Dolby Pro Logic II is een verbeterde decoderingstechniek
voor de grote hoeveelheid aan bestaand Dolby Surround
materiaal. Deze nieuwe technologie maakt gescheiden
5-kanaals weergave mogelijk met 2 voorkanalen, links en
rechts, 1 middenkanaal en 2 surroundkanalen, links en
rechts, in plaats van slechts 1 surroundkanaal bij
conventionele Pro Logic weergave. Er zijn drie standen
beschikbaar: een “Music” stand voor muziek, een
“Movie” stand voor films en een “Game” stand voor
spelletjes.
Dolby Surround
Dolby Surround maakt gebruik van een 4-kanaals analoog
opnamesysteem voor de reproductie van realistische en
dynamische geluidseffecten: 2 voorkanalen, links en
rechts (stereo), een middenkanaal voor gesproken tekst
(mono) en een surroundkanaal voor speciale
geluidseffecten (mono). Het surroundkanaal reproduceert
geluid binnen een nauw begrensd frequentiebereik. Dolby
Surround wordt veel gebruikt op videobanden en
laserdiscs en ook wel bij TV en kabelprogramma’s. De in
dit toestel ingebouwde Dolby Pro Logic decoder maakt
gebruik van een digitale signaalverwerking die
automatisch het volume van de verschillende kanalen
stabiliseert om de richtingsgevoeligheid en de weergave
van bewegende geluidsbronnen te verbeteren.
DTS Digital Surround
DTS digitale surroundweergave is ontwikkeld om de
analoge filmsoundtracks te vervangen door een
5.1-kanaals digitale soundtrack en is over de hele wereld
bezig aan een opmars in de bioscoop. DTS, Inc. heeft
tevens een thuisbioscoopsysteem ontwikkeld zodat u
gewoon thuis kunt profiteren van de verbluffende DTS
digitale surroundweergave. Dit systeem produceert vrijwel
vervormingsvrije 5.1-kanaals weergave (technisch
gesproken, linker, rechter en midden voorkanalen, 2
surroundkanalen, plus een LFE 0.1 kanaal voor de
subwoofer, dus anders gezegd 5.1 kanalen).
LFE 0.1 kanaal
Dit kanaal reproduceert de zeer lage tonen. Het
frequentiebereik voor dit kanaal is 20 Hz t/m 120 Hz. Dit
kanaal wordt meestal als 0.1 geteld omdat niet het
volledige frequentiebereik wordt weergegeven, zoals de
andere 5 kanalen in een Dolby Digital of DTS 5.1-kanaals
systeem.
PCM (Lineair PCM)
Lineair PCM is een signaalformaat voor het
ongecomprimeerd digitaliseren, opnemen en overbrengen
van analoge audiosignalen. Dit wordt gebruikt als
opnamemethode van CD’s en DVD audio. Het PCM
systeem maakt gebruik van een techniek waarmee het
analoge signaal zeer vaak per seconde wordt gemeten. De
afkorting staat voor “Puls Code Modulatie”, het analoge
signaal wordt gecodeerd als pulsjes en dan gemoduleerd
voor opname.
AANVULLENDE
INFORMATIE
Nederlands
55 Nl
Page 58
Woordenlijst
Bemonsteringsfrequentie en aantal
kwantisatiebits
Bij het digitaliseren van een analoog audiosignaal wordt
het aantal keren dat het signaal per seconde wordt gemeten
de bemonsteringsfrequentie genoemd en de
gedetailleerdheid waarmee het geluid in een numerieke
waarde wordt omgezet, het aantal kwantisatiebits. Het
frequentiebereik dat kan worden weergegeven is
gebaseerd op de bemonsteringsfrequentie, terwijl het
dynamisch bereik, het verschil tussen het zachtste en het
hardste geluid, bepaald wordt door het aantal
kwantisatiebits. In principe is het zo dat hoe hoger de
bemonsteringsfrequentie is, hoe groter het aantal tonen is
dat kan worden weergegeven, en hoe hoger het aantal
kwantisatiebits is, hoe precieser het geluidsniveau kan
worden gereproduceerd.
■ Geluidsveldprogramma informatie
CINEMA DSP
Omdat de Dolby Surround en DTS systemen
oorspronkelijk bedoeld waren voor de bioscoop, werken
deze systemen het best in een theatrale ruimte met een
heleboel luidsprekers opgesteld voor het maximale
akoestische effect. Maar de omstandigheden bij mensen
thuis, de afmetingen van de kamer, het materiaal waar de
muur van gemaakt is, het aantal luidsprekers enz., zijn zo
verschillend, dat de weergave ook anders wordt. Op basis
van een massa in het echt gemeten gegevens maakt nu
Yamaha CINEMA DSP programma gebruik van de
origineel door Yamaha ontwikkelde DSP technologie om
in combinatie met Dolby Pro Logic, Dolby Digital en DTS
systemen te komen tot een zo goed mogelijke benadering
in uw huiskamer van de audiovisuele ervaring die tot nog
toe alleen in de bioscoop gerealiseerd kon worden.
SILENT CINEMA
Yamaha heeft een natuurlijk en realistisch DSP
geluidsveldprogramma ontwikkeld voor hoofdtelefoons.
Voor elk apart geluidsveldprogramma zijn parameters
voor weergave via een hoofdtelefoon opgenomen zodat
alle geluidsveldprogramma’s natuurgetrouw kunnen
worden weergegeven.
Virtual CINEMA DSP
Yamaha heeft een Virtual CINEMA DSP
geluidsveldprogramma ontwikkeld dat u ook zonder
daadwerkelijke surround-luidsprekers in staat stelt te
profiteren van DSP surroundeffecten door middel van
virtuele surround-luidsprekers. U kunt Virtual CINEMA
DSP zelfs gebruiken op een minimaal systeem met slechts
twee luidsprekers zonder midden-luidspreker.
■ Video informatie
Component videosignaal
In een component video systeem wordt het videosignaal
gescheiden in een Y signaal voor de luminantie en in P
en PR signalen voor de kleuren. Dit systeem zorgt voor een
betere kleurweergave omdat elk van deze signalen
onafhankelijk is van de andere. Componentsignalen
worden ook wel “kleurverschilsignalen” genoemd omdat
het luminantiesignaal wordt afgetrokken van het
kleursignaal. U heeft een monitor met component
ingangsaansluitingen nodig om component videosignalen
te kunnen weergeven.
Composiet videosignaal
Een composiet videosignaal bestaat uit alle drie de
basiselementen van het videobeeld: kleur, helderheid en
synchronisatiegegevens. Een composiet video-aansluiting
op een videocomponent geeft deze drie elementen
gecombineerd door.
B
56 Nl
Page 59
Technische gegevens
Technische gegevens
AUDIO GEDEELTE
• Minimum RMS uitgangsvermogen voor, midden, surround
[Modellen voor de V.S. en Canada]
1 kHz, 0,9% THV, 8 Ω .................................................... 100 W
[Overige modellen]
1 kHz, 0,9% THV, 6 Ω .................................................... 100 W
• Maximum vermogen (JEITA)
[Modellen voor de V.S. en Canada]
1 kHz, 10% THV, 8 Ω ..................................................... 135 W
[Modellen voor Azië, China, Korea en Algemene modellen]
1 kHz, 10% THV, 6 Ω ......................................................135 W
• MAX vermogen per kanaal
[Modellen voor het V.K. en Europa]
1 kHz, 0,7% THV, 4 Ω ....................................... 105 W of meer
• IEC vermogen
[Modellen voor het V.K. en Europa]
1 kHz, 0,1% THV, 8 Ω ......................................... 90 W of meer
• Dynamisch vermogen
[Modellen voor de V.S. en Canada] (Impedantieschakelaar: 8 Ω)
(IHF, 8/6/4/2 Ω) .......................................... 110/130/175/185 W
[Overige modellen]
(IHF, 6/4/2 Ω) .................................................... 105/135/165 W
• Dynamisch bereik
8 Ω .................................................................................... 0,41 dB
• Frequentierespons
CD, enz. naar L/R voor .................... 10 Hz t/m 100 kHz, 0/–3 dB
V-AUX naar L/R voor ........................ 10 Hz t/m 20 kHz, 0/–3 dB
• Totale harmonische vervorming
CD, enz. (2-kanaals stereo) naar Voor SP OUT,
[Modellen voor de V.S. en Canada]
1 kHz, 50 W/8 Ω .............................................. 0,06% of minder
[Overige modellen]
1 kHz, 50 W/6 Ω .............................................. 0,06% of minder
YAMAHA ELECTRONICS CORPORATION, USA
YAMAHA CANADA MUSIC LTD.
YAMAHA ELECTRONIK EUROPA G.m.b.H.
YAMAHA ELECTRONIQUE FRANCE S.A.
YAMAHA ELECTRONICS (UK) LTD.
YAMAHA SCANDINAVIA A.B.
YAMAHA MUSIC AUSTRALIA PTY, LTD.