Trimble EZ-GUIDE 500 QUICK REFERENCE CARD [nl]

LABEL
LABEL
EZ-Guide® 500 Beknopte handleiding
HET SYSTEEM AANSLUITEN
Standaard systeem
EZ-Guide
Naar voeding
Voedingskabel
(art.nr. 62817)
Functieknoppen
Deze functie van deze knoppen wordt bepaald door het symbool.
Met afstandsbediening
Ag
15 Antenne
®
500 lichtbalk
Naar voeding
Met EZ-Steer® systeem
Antennekabel
(P/N 50449)
Naar voeding
LICHTBALK INDELING
Geleidings LED’s
Als het voertuig op de lijn is branden de groene LED’s. Als het voertuig van de lijn raakt branden de rode LED’s.
ESC knop (achterkant)
Annuleer wijzigingen of ga terug naar vorig scherm.
Geleidingslijnen
De huidige lijn is rood. Ernaast gelegen lijnen zijn blauw. Lijnnummers worden onderin het scherm weergegeven.
Tipbalk
Geeft informatie over het gebruik van het systeem.
Houd de lichtbalk droog. Vocht kan schade veroorzaken en de garantie ongeldig maken.
C
Voertuigsymbool
Toont de positie en richting van het voertuig ten opzichte van de lijn.
www.EZ-Guide.com
Knoppen:
Pijltoetsen selecteren symbolen en
o
Oppervlakteloggen en overlap
Oppervlakte wordt gelogd zodra de spuit aan staat, de logknop is ingedrukt of automatische besturing is geactiveerd.
o u D
activeert deze actie.
www.EZ-Guide.com
www.EZ-Guide.com
EZ-Guide
®
500 Beknopte handleiding
Met de eenvoudige gebruiksmodus kunt u op een snelle en eenvoudige manier de basisfuncties gebruiken.
EENVOUDIGE GEBRUIKSMODUS
Reset begeleiding Configureer het werktuig Selecteer een patroon Maak de AB-lijn Geleiding
Selecteer en druk op o.
Noot – Als u A+ selecteert moet u vervolgens de richting van de lijn invoeren. Als u kopakker selecteert moet u het aantal kopakkerronden invoeren.
Voer de werkbreedte, overlap en de offsets in.
Zie GELEIDINGS- PATRONEN.
Ingebouwde Help
De lichtbalk heeft een ingebouwd Help systeem. Om dit op te roepen, drukt u op de knop .
Snelstart wizard
Standaard verschijnt de snelstart wizard iedere keer bij het opstarten van de lichtbalk. Hiermee kunt u snel belangrijke instellingen invoeren voordat u aan het werk gaat.
Om de wizard te annuleren en direct aan het werk te gaan drukt u op
Noot – Op het laatste scherm van de snelstart wizard, kunt u kiezen of u de wizard de volgende keer weer wilt zien.
Functie (linkerkant)
Symbool Beschrijving
Toont statustabs
Actie (rechterkant)
Symbool Beschrijving
Herstart begeleiding
.
Maak een geleidingslijn of kopakker.
Maken van lijnen
Symbool Beschrijving
Punt A en punt B zetten
Ingebouwde helpfunctie
Zet oppervlakteloggen aan/uit
Ga terug naar geleiding
(vanuit menu’s)
Ga terug naar vorig scherm
(menu’s)
Annuleer veranderingen
(invoerschermen)
Ga terug naar vorig scherm
(wizards)
Naar volgende scherm gaan
(Wizard schermen)
www.EZ-Guide.com
www.EZ-Guide.com
Verkort naar links en rechts
Verplaats naar hier
(alleen uitgebreide modus)
Verander zoomniveau
Pauze, en weer doorgaan met geleiding
Scherm verschuiven
(alleen Uitgebreide modus)
Scherm in kaart brengen (alleen Uitgebreide modus)
Verander aanzicht (alleen uitgebreide mode)
Ga naar configuratiemenu
Kopakker starten en beëindigen
Pauzeer bocht maken (maakt een recht lijnsegment)
Volgende AB-lijn
Neemt FreeForm curve op
Neemt FreeFrom curve niet op
www.EZ-Guide.com
EZ-Guide® 500 Beknopte handleiding
DISPLAY FUNCTIES
Statusindicatoren
Op het hoofdscherm zijn twee statusindicatoren:
Symbool Satellietstatus (linksboven) Symbool USB-stick status (linksonder)
Goed signaal Klaar voor gebruik
Signaal buiten acceptabele waarde Aan het laden
Geen signaal USB wordt niet herkend
Indien er geen USB-stick is ingestoken, is het symbool niet zichtbaar.
Statustabs
Om informatie over het perceel, de GPS of over het systeem op te vragen, drukt u in het hoofdscherm op . Als u weer op de knop drukt gaat u naar de volgende tab. Hieronder is een voorbeeld te zien van zo’n statustab.
Weergaven
Bovenaanzicht 3D aanzicht
Standaard schakelt het systeem op 3D zodra u in het veld rijdt en op de kopakker terug naar bovenaanzicht. Om handmatig het aanzicht te kiezen gaat u naar Configuratiemenu /
Systeem / Diplay / Aanzicht.
FEATURES VASTLEGGEN
Om de modus ‘vastleggen’ te activeren, selecteert u het symbool
In de modus ‘vastleggen’ kunt u:
• punt, lijn en vlak features vastleggen, o.a. uitsluitingszones voor EZ-Boom
• EZ-Steer in- en uitschakelen
• EZ-Boom bedienen, maar er worden geen spuitboom
statusindicators weergegeven
NB: vastleggen is uitgeschakeld als u geen goede kwaliteit GPS hebt.
Vastgelegde features worden bij het perceel opgeslagen. Om de vastgelegde features te zien wanneer u naar een perceel terugkeert, laadt u het perceel en start u een nieuwe bewerking of gaat u door met een bestaande.
Om het vastleggen te configureren, o.a. waarschuwings­afstand, vastlegpositie, features verwijderen, selecteert u
Configuratie / Vastleggen.
en drukt u op OK.
www.EZ-Guide.com
www.EZ-Guide.com
Om een punt feature vast te leggen, selecteert u
en daarna één van de volgende symbolen:
Rots Boom
Onkruid Algemeen punt
Om een lijn feature vast te leggen, selecteert u en daarna één van de volgende symbolen:
Algemene lijn
Om een vlak feature vast te leggen, selecteert u en daarna één van de volgende symbolen:
Algemeen vlak
Om de dichtstbijzijnde feature te verwijderen, selecteert u het symbool Verwijderen:
Verwijderen
Uitsluitingszone
EZ-Guide
®
500 Beknopte handleiding
UITGEBREIDE MODUS
Herstart begeleiding
(Bij keuze van Ja wordt het huidige
JA
perceel gesloten en kunt u een nieuw perceel aanmaken of een opgeslagen perceel openen en daaraan toevoegen.)
Maak nieuw perceel
• Bevestig patroon en
werktuig instellingen
• Bevestig of verander
perceelsnaam
• (administratie)
Selecteer een perceel
• Selecteer een perceel op
• Start een nieuwe bewerking
• Bevestig werktuig
• Geef bewerking informatie
Selecteer het symbool
een kaart (Perceelzoeker) of in een lijst met namen (op naam selecteren).
(en geef naam) of ga door met bestaande bewerking
instellingen (breedte)
in (administratie)
en druk op o.
AB lijn toevoegen
• Selecteer AB lijn op een kaart
• Bevestig werktuig instellingen (breedte)
(Bij keuze van Nee blijft het huidige
NEE
perceel geopend en kunt u een AB lijn toevoegen of tussen AB lijnen wisselen.)
AB lijn selecteren
• Bevestig patroon en werktuig instellingen (breedte)
Geleiding
www.EZ-Guide.com
www.EZ-Guide.com
www.EZ-Guide.com
www.EZ-Guide.com
EZ-Guide® 500 Beknopte handleiding
EXTRA FUNCTIES IN UITGEBREIDE MODUS
Zet de EZ-Guide 500 lichtbalk in Uitgebreide modus om de volgende functies te gebruiken, die niet in de Eenvoudige modus beschikbaar zijn. Om naar de Uitgebreide modus te gaan, selecteert u Configuratie / Gebruiksmodus.
• De namen van klant, bedrijf, perceel en bewerking ingeven om gedetailleerde bewerkingsinformatie vast te leggen.
• Extra AB lijnen aan het perceel toevoegen.
• Bestaande percelen selecteren om naar terug te gaan
voor volgende bewerkingen.
• Lijnen verschuiven om de rijpositie te corrigeren, of lijnen voor volgende jaren te verplaatsen. Voor meer informatie, zie Verkorten of Verplaats naar ‘hier’.
• GPS instellingen configureren. Selecteer Configuratie / Systeem / GPS.
• Scherminstellingen en weergave opties configureren. Selecteer Configuratie / Systeem / Display.
• Werktuig instellingen configureren, o.a. offsets en drift.
• Het AgGPS
informatie raadpleegt u de Autopilot documentatie.
®
Autopilot™ systeem gebruiken. Voor meer
• GPS en satelliet informatie en systeemstoringen bekijken. Selecteer Configuratie / Status.
• Configuraties opslaan en laden, zodat u:
• exact dezelfde instellingen op meerdere lichtbalken
kunt gebruiken
• instellingen kunt wijzigen wanneer u de lichtbalk voor
verschillende bewerkingen tussen voertuigen verplaatst
• Selecteer Configuratie / Databeheer / Bewaar/laad configuraties.
• Data via USB verzenden, zodat u velddata op andere lichtbalken kunt gebruiken.
• Oude data verwijderen, om ruimte in het interne
geheugen vrij te maken.
• Doseringen laden voor gebruik met EZ-Boom.
Verkorten
Gebruik en om de lijn naar links of rechts te verkorten. Dit is handig om positiedrift veroorzaakt door de constellatie van satellieten te compenseren. Links / rechts verkorten moet gezien worden vanuit de voertuigrichting. De totale verkorting verschijnt onderin het scherm.
Om verkortingsopties aan te passen gaat u naar
Configuratiemenu / Systeem / Geleiding.
Verplaats naar hier
U kunt de functie Verplaats naar hier gebruiken om:
• De lijn te ijken als deze is verschoven door positiedrift, bijvoorbeeld na een pauze.
• De lijn te ijken voor verschillende werkbreedtes
U kunt verplaatste lijnen opslaan, wat niet kan met verkorten.
Perceelsrapport
Er wordt automatisch van elk perceel een rapport gemaakt. Dit perceelsrapport is een RTF document, dat allerlei kaartjes en achtergrond informatie van de bewerking bevat. U kunt deze rapporten bekijken met uw PC.
Het perceelsrapport wordt automatisch in het geheugen van de lichtbalk opgeslagen. Om dit rapport naar de USB stick te kopiëren, selecteert u Configuratie / Databeheer / Percelen beheren / Perceelsrapporten / Exporteer rapporten naar USB.
Het perceelsrapport wordt opgeslagen in de /GPS/Summaries/ directory op de USB-stick.
Om het perceelsrapport op uw PC te bekijken:
1. Steek de USB-stick in de PC.
2. Open de /
3. Dubbelklik op het gewenste RTF bestand.
4. Indien u het bestand wilt bewaren, kopieert u het naar de gewenste map op de PC.
Noot: Om de kaartjes in het bestand te zien moet u wellicht de Microsoft Word Viewer installeren van de documentatie CD.
Ag
GPS/Summaries/ directory.
www.EZ-Guide.com
www.EZ-Guide.com
www.EZ-Guide.com
EZ-Guide® 500 Beknopte handleiding
GELEIDINGSPATRONEN
AB-lijn A+ -lijn FreeForm
Maakt een rechte lijn voor geleiding
Voor een AB-lijn, zet u A aan het begin en B aan het einde van de werkgang.
Voor een A+ lijn, kiest u de richting van de lijn (standaard wordt de richting van de vorige lijn ingevoerd).
A
Pivot Kopakker
Zet punt A, rij de pivot en zet dan punt B.
Voor de beste resultaten, rijdt u de buitenste werkgang als eerste.
Noot - Om vanuit het midden te beginnen, moet eerste gang een straal hebben van tenminste 2x de werkbreedte en een lengte van minimaal 4x de werkbreedte.
B
A
A
B
Creëert gebogen en rechte lijnen voor geleiding op percelen van elke vorm, door het exacte pad dat u hebt afgelegd vast te leggen, om de volgende werkgang te genereren.U kunt controleren of het spoor wordt opgeslagen doordat er meteen een rode lijn wordt ingetekend achter het voertuigsymbool.
U kunt de opname handmatig of automatisch laten gebeuren (tijdens oppervlakteloggen).
Indien er in een gebied meerdere lijnen zijn, gebruikt u Volgende AB-lijn te wisselen van lijn.
Binnen de kopakker wordt automatisch een rechte lijn ingetekend.
Voer het aantal kopakkerronden in voordat u het veld rond gaat rijden.
Start de kopakker, maak de AB-lijn en rij rond tot u weer op het begin terug bent of druk op te voltooien.
Noot - Extra kopakkerronden worden afgeleid van de eerste ronde.
om de kopakker
Enkelvoudige kopakker
A
Meervoudige
B
kopakker
om
A
B
Identieke curve Aanpassende curve
Geleiding is gebaseerd op de eerst gereden lijn. Afwijkingen worden niet meegerekend.
Zet punt A, rij de bocht en zet vervolgens punt B.
Voor meer informatie kunt u terecht op de EZ-Guide 500 Lightbar Product CD.
*66020-84-DUT*
PN 66020-84-DUT
www.EZ-Guide.com
www.EZ-Guide.com
B
A
2007-2009, Trimble Navigation Limited. Alle rechten voorbehouden. Trimble, AgGPS, EZ-Guide en EZ-Steer zijn handelsmerken van Trimble Navigation Limited, gedeponeerd bij het Amerikaanse patenten- en merkenbureau en in andere landen. Autopilot en FreeForm zijn handelsmerken van Trimble Navigation Limited. Microsoft is een geregistreerd handelsmerk van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en andere staten/landen. Versie 4.00, Rev A. (Maart 2009).
Geleiding die is gebaseerd op de vorige werkgang.
Auto U-bocht detectie = Aan
Elke nieuwe lijn wordt automatisch gemaakt zodra u keert.
Auto U-bocht detectie = Uit
Zet punt B aan het einde van iedere werkgang om de lijn voor de volgende werkgang te maken.
B
A
ZTN 66020-84-DUT
Loading...