Sony TA-F501ES User Manual [nl]

2-319-528-22(1)
Integrated Stereo Amplifier
Gebruiksaanwijzing __________________________
Istruzioni per I’uso ___________________________
Bruksanvisning _____________________________
___________________________
NL
IT
SE
PL
©2007 Sony Corporation
WAARSCHUWING
Stel het apparaat niet bloot aan regen of vocht, om gevaar voor brand of een elektrische schok te voorkomen.
Om oververhitting en brandgevaar te vermijden, mag u de ventilatie-openingen van het apparaat niet afdekken met kranten, een tafelkleed, gordijnen e.d. Plaats nooit een brandende kaars bovenop het apparaat.
Om gevaar voor brand of een elektrische schok te voorkomen, mag u geen voorwerpen als vazen op het apparaat zetten.
Plaats het apparaat niet in een gesloten ruimte, zoals een boekenrek of ingebouwde kast.
Installeer het systeem zodat de stekker bij problemen onmiddellijk uit het stopcontact kan worden getrokken.
LET OP
Indien de batterij verkeerd is geplaatst, kan deze ontploffen. Vervang de batterij uitsluitend door één van hetzelfde type of een gelijkwaardig type dat door de fabrikant is aanbevolen. Gebruikte batterijen dienen overeenkomstig de aanwijzingen van de fabrikant te worden weggedaan.
Gooi de batterij niet weg maar lever deze in als klein chemisch afval (KCA).
Verwijdering van Oude Elektrische en Elektronische Apparaten (Toepasbaar in de Europese Unie en andere Europese landen met gescheiden ophaalsystemen)
Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als huishoudelijk afval mag worden behandeld. Het moet echter naar een plaats worden gebracht waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de correcte manier wordt verwijderd, voorkomt u voor mens en milieu negatieve gevolgen die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde afvalbehandeling. De recycling van materialen draagt bij tot het vrijwaren van natuurlijke bronnen. Voor meer details in verband met het recyclen van dit product, neemt u contact op met de gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst belast met de verwijdering van huishoudafval of de winkel waar u het product hebt gekocht.
De fabricant van dit product is Sony Corporation, 1­7-1 Konan Minato-ku Tokyo, 108-0075 Japan. De geauthoriseerde vertegenwoordiging voor EMC en produkt veiligheid is Sony Deutschland GmbH, Hedelfinger Strasse 61, 70327 Stuttgart, Duitsland. Voor service- of garantiezaken verwijzen wij u gra ag naar de addressen in de afzonderlijke service/ garantie documenten.
Batterijen, of een apparaat dat wordt gebruikt met geïnstalleerde batterijen, mogen niet worden blootgesteld aan overmatige hitte zoals zon, vuur of iets vergelijkbaars.
NL
2
Over deze handleiding
• De instructies in deze handleiding zijn voor het model TA-F501ES. U vindt het modelnummer in de rechteronderhoek van het voorpaneel.
• In deze gebruiksaanwijzing staan de bedieningselementen op de meegeleverde afstandsbediening beschreven. Ook de bedieningselementen op de versterker kunnen worden gebruikt indien ze dezelfde of soortgelijke namen hebben als die op de afstandsbediening.
Deze receiver beschikt over Dolby* Digital en DTS**. * Gefabriceerd onder licentie van Dolby
Laboratories. "Dolby" en het symbool doubel-D zijn handelsmerken van Dolby Laboratories.
** "DTS" en "DTS 2.0" zijn handelsmerken van
DTS, Inc.
Inhoudspgave
Aan de slag
Uitpakken .....................................................4
Luidsprekers aansluiten ................................5
Componenten met analoge audio-ingangen/
uitgangen aansluiten ................................6
Componenten met digitale audio-ingangen/
uitgangen aansluiten ................................7
Het netsnoer aansluiten ................................8
Voorbereiding van de afstandsbediening ......9
Onderdelen en bediening
Voorpaneel ..................................................10
Achterpaneel ...............................................11
Afstandsbediening ......................................12
Configuratie
De juiste instellingen automatisch kalibreren
(AUTO CALIBRATION) ......................13
Instellingen voor de versterker ...................17
Het geheugen van de versterker wissen ......18
NL
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen ................................19
Problemen oplossen ....................................20
Technische gegevens ..................................22
Index ...........................................................23
3
NL
Aan de slag
Uitpakken
Controleer of u de volgende items hebt ontvangen:
• Gebruiksaanwijzing (deze handleiding)
• Optimalisatiemicrofoon ECM-AC1 (1)
• Netsnoer (1)
• Afstandsbediening RM-AAU012 (1)
Als er een item ontbreekt, neem dan contact op met uw dichtstbijzijnde Sony-dealer.
Audio-aansluitkabels, digitale aansluitkabels en luidsprekerkabels zijn niet meegeleverd bij deze versterker. U kunt deze apart aankopen.
Opmerkingen over aansluitingen
• Schakel eerst alle componenten uit voordat u aansluitingen maakt.
• Sluit het netsnoer pas aan nadat alle aansluitingen zijn voltooid.
• Sluit de stekkers stevig aan om gebrom en ruis te voorkomen.
NL
4
Luidsprekers aansluiten
Sluit de luidsprekers aan op de versterker. Gebruik een luidsprekerkabel (niet meegeleverd) om een aansluiting te maken op de luidsprekeraansluitingen.
Luidsprekerkabel (niet meegeleverd)
Aan de slag
Opmerkingen over luidsprekeraansluitingen
Sluit de linkerluidspreker aan op de SPEAKERS L-aansluitingen en de rechterluidspreker op de SPEAKERS R­aansluitingen. Zorg ervoor dat u de luidsprekerkabels aansluit tussen de luidsprekers en de versterker met dezelfde polariteit (plus (+) met plus (+), min (–) met min (–)). Als u let op de kleur of op de markering van de luidsprekerkabel die moet worden aangesloten op de plus (+) of min (–) aansluiting, kunt u er altijd zeker van zijn dat u de kabel correct aansluit, zonder plus of min te verwisselen.
Luidspreker
(R)
Luidspreker 
(L)
NL
5
Componenten met analoge audio-ingangen/uitgangen aansluiten
U kunt op deze versterker een component aansluiten met analoge audio-ingangen, zoals een Super Audio CD-speler of CD-speler, enz. Gebruik een audiokabel (niet meegeleverd) om een component aan te sluiten op de analoge audio-aansluitingen. Verbind de witte stekker met de L-aansluiting en de rode stekker met de R-aansluiting.
Audiokabel (niet meegeleverd)
Wit (L) Rood
(R)
Platenspeler
Super Audio CD-speler, CD-speler, videorecorder
Opmerking
Als uw platenspeler een aarding heeft, sluit hem dan aan op de (U) SIGNAL GND-aansluiting om storende ruis te vermijden.
NL
6
Cassettedeck
Componenten met digitale audio-ingangen/uitgangen aansluiten
Aan de slag
Aansluiten op de COAXIAL­aansluiting
U kunt een component met coaxiale digitale uitgangen aansluiten op deze versterker. Gebruik een coaxiale digitale kabel (niet meegeleverd) om een component op de COAXIAL-aansluitingen aan te sluiten (DIGITAL 1 tot 3).
Coaxiale digitale kabel (niet meegeleverd)
Aansluiten op de OPTICAL­aansluiting
U kunt een component met optisch digitale uitgangen aansluiten op deze versterker. Gebruik een optisch digitale kabel (niet meegeleverd) om een component op de OPTICAL-aansluitingen aan te sluiten (DIGITAL 4). Bij het aansluiten van optisch digitale kabels, moet u de stekkers stevig vastzetten tot ze klikken.
Optische digitale kabel (niet meegeleverd)
MD-deck, DAT-deck, satelliettuner (alleen voor de IN-aansluiting van de versterker)
Super Audio CD-speler, CD-speler, DVD-speler, DVD -re cor der
wordt vervolgd
NL
7
Opmerkingen
• Wanneer DIGITAL 1, 2 of 3 is geselecteerd, wordt
het geselecteerde invoersignaal uitgevoerd via de DIGITAL 4 OUT-aansluiting. Wanneer de DIGITAL 4-ingang of een analoge ingang is geselecteerd, wordt geen signaal uitgevoerd via de DIGITAL 4 OUT-aansluiting.
• Alleen het audiosignaal van de CD-speler wordt
uitgevoerd van de DIGITAL COAXIAL OUT­aansluiting. Het audiosignaal van een Super Audio CD-speler wordt echter helemaal niet uitgevoerd van de DIGITAL COAXIAL OUT-aansluiting.
Tip
Alle digitale audio-aansluitingen zijn compatibel met bemonsteringsfrequenties van 32 kHz, 44,1 kHz en 48 kHz.
Het netsnoer aansluiten
Sluit het meegeleverde netsnoer aan op de AC IN-aansluiting op de versterker en sluit het netsnoer vervolgens aan op een stopcontact.
AC IN-aansluiting
Naar het stopcontact
Netsnoer (meegeleverd)
Er blijft tussen de stekker en het achterpaneel een beetje ruimte vrij, ook al is de stekker stevig in het apparaat gestoken. Het is de bedoeling dat de aansluitkabel op deze manier aangesloten wordt. Dit is geen defect.
NL
8
Voorbereiding van de afstandsbediening
Trek de isolatieplaat eruit zodat de batterij stroom kan leveren.
In de afstandsbediening zit reeds een batterij.
De batterij van de afstandsbediening vervangen
Schuif de batterijhouder in de richting
1
van pijl 2 door de vergrendeling in de richting van pijl 1 te duwen en verwijder vervolgens de batterij uit de batterijhouder.
Opmerkingen betreffende de lithiumbatterij
• Houd de lithiumbatterij buiten het bereik van kinderen. Bij inslikken van de batterij dient onmiddellijk een arts te worden geraadpleegd.
• Veeg de batterij schoon met een droge doek om verzekerd te zijn van een goed contact.
• Neem bij het plaatsen van de batterij altijd de juiste polariteit in acht.
• Houd de batterij niet vast met een metalen pincet aangezien hierdoor kortsluiting kan optreden.
Opmerking
Stel de afstandsbedieningssensor niet bloot aan directe zonnestraling of fel licht. Hierdoor kan de werking worden verstoord.
Tip
Als bediening van het systeem met behulp van de afstandsbediening niet meer mogelijk is, moet u de batterij vervangen door een nieuw exemplaar.
WAARSCHUWING
Als u met batterijen op de verkeerde wijze omgaat, kunnen ze exploderen.
De batterij mag niet worden opgeladen, gedemonteerd of in het vuur worden gegooid.
Aan de slag
2 Plaats een nieuwe lithiumbatterij
CR2025 met de + kant naar boven gericht.
Een lithiumbatterij CR2025
3 Schuif de batterijhouder er weer in.
Opmerking
Indien u de afstandsbediening lange tijd niet denkt te gebruiken, dient u de batterij te verwijderen om mogelijke beschadiging door batterijlekkage en corrosie te voorkomen.
NL
9
Onderdelen en bediening
Voorpaneel
Naam Functie
A POWER Druk hierop om de
versterker in of uit te schakelen.
Afstandsbe-
B
dieningssensor
C TONE
BASS/TREBLE
D Uitleesvenster De huidige status van
E INPUT
SELECTOR
Ontvangt signalen van de afstandsbediening.
Draai hieraan om de BASS- en TREBLE­niveaus in te stellen. Het niveau kan worden aangepast van –10 dB tot +10 dB.
de geselecteerde component of van een lijst items die u kunt selecteren verschijnt hier.
Draai hiermee om de ingangsbron die u wilt afspelen, te selecteren.
Naam Functie
F VOLUME Draai hiermee om het
G MUTING Druk hierop om het
H PHONES-
aansluiting
volume van de luidsprekers aan te passen. Het niveau kan worden aangepast van – dB tot +23 dB.
geluid tijdelijk uit te schakelen. Druk opnieuw op deze knop om het geluid.
Sluit aan op de hoofdtelefoon.
10
NL
Achterpaneel
Onderdelen en bediening
A AUDIO INPUT/OUTPUT-gedeelte
AUDIO IN/ OUT­aansluitingen
Sluit aan op een Super Audio CD-speler, cassettedeck, MD-deck of DAT-speler, enz. (pagina 6).
B AUTO CAL MIC-aansluiting
Sluit aan op de meegeleverde optimalisatiemicrofoon voor de Auto Calibration-functie (autokalibratiefunctie) (pagina 13).
C DIGITAL INPUT/OUTPUT-gedeelte
COAXIAL IN­aansluitingen
OPTICAL IN/OUT­aansluiting
Sluit aan op een DVD-speler, Super Audio CD-speler, enz. De COAXIAL­aansluitingen zorgen voor betere geluidskwaliteit (pagina 7).
D SPEAKERS-gedeelte
Sluit aan op de luidsprekers (pagina 5).
E SIGNAL GND-aansluting
Als uw platenspeler een aarding heeft, sluit hem dan aan op deze aansluiting om storende ruis te vermijden (pagina
6).
11
NL
Afstandsbediening
RM-AAU012
Naam Functie
A DISPLAY
ON/OFF
B Invoertoetsen Druk op een van de toetsen
C VOL +/– Druk hierop om het volume
D BALANCE L/R Druk hierop om de balans
NL
12
Druk hierop om de weergave op het display in en uit te schakelen.
om de component te kiezen die u wilt gebruiken.
van de luidsprekers aan te passen. Het volume kan worden aangepast van –∞ dB tot +23 dB.
tussen linker- en rechterluidsprekers te regelen. Zowel de linker- als rechterbalans kan worden aangepast van 0 dB tot +20 dB. De oorspronkelijke instelling is 0 dB (midden).
Naam Functie
E Bedienings-
toetsen voor een Sony CD­speler
F MUTING Druk op de knop om het
G MENU Druk hierop om het menu
H V/v/B/b
I LOUDNESS
J BASS/
TREBLE +/–
U kunt een Sony CD-speler alleen bedienen met deze afstandsbediening, wanneer u de speler aansluit op de versterker.
H afspelen X pauzeren x stoppen ./> een track kiezen m/M snel terugspoelen/
vooruitspoelen
geluid te onderbreken. Druk nogmaals om het geluid te hervatten.
voor de versterker weer te geven (pagina 17).
Druk op MENU (7) en vervolgens op instellingen te kiezen. Druk vervolgens op om de keuze in te voeren (pagina 17).
Stel de f unctie LOUDNES S in op ON om het uitvoerniveau van de luidsprekers voor BASS en TREBLE in te stellen naar de optimale instellingen, gebaseerd op het volumeniveau. Wanneer u de functie LOUDNESS instelt op OFF, worden de niveaus voor BASS en TREBLE opnieuw ingesteld naar het niveau voordat de functie LOUDNESS werd ingesteld op ON. De basisinstelling is OFF.
Druk hierop om de BASS- en TREBLE-niveaus aan te passen. Het niveau kan worden aangepast van –10 dB tot +10 dB.
V/v/B/b
om de
Opmerkingen
• De afstandsbedieningsstand van de bij deze versterker geleverde afstandsbediening is vast ingesteld op CD1 voor de aangesloten CD-speler. Stel de afstandsbedieningsstand van de CD-speler in op CD1. Anders kunt u de CD-speler niet bedienen met deze afstandsbediening.
• U kunt de niveaus voor BASS en TREBLE handmatig aanpassen, zelfs als de functie LOUDNESS is ingesteld op ON. Als u de niveaus handmatig aanpast, wordt de functie LOUDNESS automatisch ingesteld op OFF.
Configuratie
De juiste instellingen automatisch kalibreren
(AUTO CALIBRATION)
De autokalibratiefunctie staat u toe het volgende te meten:
• Luidsprekeraansluitingen
• Luidsprekerafstand
• Luidsprekerhoek
• Luidsprekerniveau
• Frequentiekenmerken Nadat u het meetresultaat hebt opgeslagen, kunt u het luidsprekerniveau bevestigen door op BALANCE L/R (pagina 12) te drukken. De andere meetresultaten worden niet weergegeven maar worden automatisch ingesteld op de juiste instellingen.
Alvorens autokalibratie uit te voeren
• Als er zich hindernissen tussen de optimalisatiemicrofoon en de luidsprekers bevinden, kan de meting niet correct worden uitgevoerd. Verwijder alle obstakels uit het meetgebied om een foutieve meting te vermijden.
Opmerkingen
• De autokalibratiefunctie werkt niet als er een
hoofdtelefoon op de versterker is aangesloten.
• Annuleer MUTING als dit is ingeschakeld.
Optimalisatiemicrofoon (meegeleverd)
Configuratie
Voordat u autokalibratie uitvoert, stelt u de luidsprekers op en sluit u hen aan (pagina 5).
• De AUTO CAL MIC-aansluiting wordt alleen gebruikt voor de meegeleverde optimalisatiemicrofoon. Sluit geen andere microfoons aan op deze aansluiting. Hierdoor kunnen de versterker en de microfoon worden beschadigd.
• Tijdens de meting komt er een luid geluid uit de luidsprekers. Het volume kan niet worden aangepast. Houd rekening met de aanwezigheid van kinderen en met het effect op uw buren.
• Voer de meting uit in een stille omgeving om geluidsoverlast te vermijden en een meer accurate meting te verkrijgen.
1 Sluit de meegeleverde
optimalisatiemicrofoon aan op de AUTO CAL MIC-aansluiting op het achterpaneel.
2 Installeer de
optimalisatiemicrofoon.
Plaats de optimalisatiemicrofoon op uw luisterpositie. Gebruik een krukje of drievoet zodat de optimalisatiemicrofoon zich op uw oorhoogte bevindt. Richt de L­zijde van de optimalisatiemicrofoon naar de voorste linkerluidspreker en de R-zijde van de optimalisatiemicrofoon naar de voorste rechterluidspreker.
wordt vervolgd
13
NL
Opmerking
Wanneer u de optimalisatiemicrofoon in het midden van de twee luidsprekers pl aatst en de hoek tussen de twee luidsprekers te klein is, kan de optimalisatiemicrofoon de linker- en rechterluidsprekers niet correct meten.
De meting uitvoeren
1 Schakel de versterker in.
7 De meting wordt gestart.
Het meetproces zal ongeveer 10 seconden duren. Wacht tot het meetproces is voltooid.
Tip
Wanneer u speciale luidsprekers gebruikt, zoals tweepolige luidsprekers, wordt de meting mogelijk niet correct uitgevoerd of wordt de autokalibratie mogelijk niet uitgevoerd.
2 Druk op MENU. 3 Druk op v om "<2-Auto
Calibration>" weer te geven en druk op om het menu te openen.
4 Druk op v om "CAL TYPE",
weer te geven en druk op om de parameter in te voeren.
5 Druk op V/v om de parameter te
selecteren en druk op om uw selectie in te voeren.
Kalibratietype Verklaring
ENGINEER Stelt de
frequentiekenmerken in op een set die overeenkom t met die van de Sony­luisterruimtestandaard.
FULL FLAT Neemt de meting op van de
frequentie van elk luidsprekeroppervlak.
6 Druk op V om "AUTO CAL
START?" weer te geven en druk op om de meting te starten.
De meting start over vijf seconden. Het aftellen wordt weergegeven in het uitleesvenster.
Om een foutieve meting te vermijden, moet u uit de buurt blijven van de meetzone terwijl de tijd aan het aftellen is.
De meting annuleren
De meting wordt geannuleerd wanneer u het volume of de ingangsbron wijzigt, of als u op MUTING drukt of een hoofdtelefoon aansluit.
De meetresultaten bevestigen/ opslaan
1 Bevestig het meetresultaat.
Wanneer de meting stopt, hoort u een pieptoon en de meetresultaten verschijnen in het uitleesvenster.
Meetresultaat Uitleesvenster Verklaring
Als het meetproces correct is voltooid
Als het meetproces is mislukt
COMPLETE
ERROR CODE 3x
Ga verder met stap 2.
Zie "Wanneer een foutcode verschijnt" (pagina 15).
2 Druk herhaaldelijk op V/v om
het item te selecteren en druk op .
Item Verklaring
RETRY Voert de meting opnieuw
SAVE EXIT Slaat de meetresultaten op
uit.
en verlaat het instelproces.
14
NL
Item Verklaring
WRN CHECK Geeft een waarschuwing
weer over de meetresultaten. Zie "Wanneer u "WRN CHECK" selecteert" (pagina 15).
EXIT Verlaat het instellingsproces
zonder de meetresultaten op te slaan.
Wanneer een foutcode verschijnt
Probeer de oplossingen en voer de meting opnieuw uit.
Foutcode Oorzaak en oplossingen
CODE 32 Geen enkele luidspreker werd
gevonden. Zorg ervoor dat de optimalisatiemicrofoon goed is aangesloten en voer de meting opnieuw uit. Als de optimalisatiemicrofoon correct wordt aang esloten maar er verschijnt een foutcode, is de kabel van de optimalisatiemicrofoon mogelijk beschadigd of verkeerd aangesloten.
CODE 33 Geen enkele luidspreker is
aangesloten.
CODE 34 De luidsprekers staan niet in de
juiste positie. De luidsprekers of een optimalisatiemicrofoon rechts of links kan verkeerd zijn geplaatst. Controleer de luidsprekerpositie.
Wanneer u "WRN CHECK" selecteert
Als er een waarschuwing over een meetresultaat is, wordt er gedetailleerde informatie weergegeven.
Druk op om terug te keren naar stap 1 van "De meetresultaten bevestigen/opslaan".
Waarschuwings­code
WARNING 40 Probeer de meting uit te voeren in
WARNING 41 Probeer de meting uit te voeren
WARNING 42 Probeer de meting uit te voeren
NO WARNING Er is geen
Verklaring
een stille omgeving. De meting is voltooid. Toch is er veel ruis. De autokalibratie wordt mogelijk goed worden uitgevoerd als u het opnieuw probeert, ook al kan de meting niet worden uitgevoerd in elke omgeving.
als de omgeving stil genoeg is voor een goede meting. De geluidsinvoer van de optimalisatiemicrofoon bevindt zich buiten het aanvaardbare bereik. Het is luider dan het luidste geluid dat kan worden gemeten.
als de omgeving stil genoeg is voor een goede meting. Het volume van de versterker bevindt zich buiten het aanvaardbare bereik.
waarschuwingsinformatie.
Configuratie
•CODE 32, 33, 34
1
Los de fout op.
2 Druk op .
"RETRY?" verschijnt.
3 Druk op V/v om "YES" te selecteren en
druk op .
De autokalibratie wordt opnieuw gestart vanaf stap 7 van "De meting uitvoeren".
Auto Calibration menuparameters
De oorspronkelijke instelling is onderstreept.
x AUTO CAL START?
(Start autokalibratie)
• MEASUREMENT COUNTDOWN In het uitleesvenster telt de tijd af van vijf seconden tot een seconde.
• MEASURING TONE Verschijnt terwijl TONE wordt gemeten.
wordt vervolgd
15
NL
• MEASURING T.S.P. Verschijnt terwijl TSP* wordt gemeten.
• COMPLETE Verschijnt wanneer het meetproces is voltooid. Voor details over elk bericht, zie "De meetresultaten bevestigen/opslaan" (pagina 14).
• WARNING CODE [ :4x] Verschijnt als er een waarschuwing over het meetresultaat is. Voor details over elk bericht, zie "De meetresultaten bevestigen/ opslaan" (pagina 14).
• NO WARNING Er is geen waarschuwingsinformatie.
• ERROR CODE [ :3x] Verschijnt wanneer de meting mislukt. Voor details over elk bericht, zie "De meetresultaten bevestigen/opslaan" (pagina 14).
•RETRY? Verschijnt om u te vragen om de meting opnieuw uit te voeren of om af te sluiten zonder opnieuw te meten wanneer de meting mislukt.
• CANCEL Verschijnt wanneer u de meting annuleert.
* TSP (Time Stretched Pulse)
Een TSP-signaal is een uiterst precies meetsignaal dat impulsenergie gebruikt en dat in een korte periode een brede band meet, van laag tot hoog. De hoeveelheid energie die wordt gebruikt om signalen te meten is belangrijk om zeker te zijn van een accurate meting in een normale binnenomgeving. Het gebruik van TSP-signalen maakt het mogelijk om signalen effectief te meten.
x EQ CURVE EFFECT
(Activeert/deactiveert de EQ-curvemeting)
•OFF Deactiveert de EQ-curvemeting.
•ON Activeert de EQ-curvemeting. Nadat de meting is voltooid, wordt deze instelling automatisch op ON gezet.
Opmerking
U kunt deze instelling niet selecteren voordat u de meetresultaten heeft opgeslagen (standaardinstelling).
x CAL TYPE
(parametertype)
• ENGINEER Stelt de frequentie in op een die overeenkomt met die van de Sony­luisterruimtestandaard.
•FULL FLAT Neemt de meting op van de frequentie van elk luidsprekeroppervlak.
NL
16
Instellingen voor de versterker
Door de System Settings-menu's te gebruiken, kunt u de versterker aanpassen aan uw persoonlijke wensen.
1 Druk op MENU. 2 Druk op V om "<1-System
Settings>" weer te geven en druk op om het menu te openen.
3 Druk herhaaldelijk op V/v om
de parameter weer te geven die u wilt aanpassen.
4 Druk op om de parameter in
te voeren.
5 Druk herhaaldelijk op V/v om
de instelling te selecteren die u wilt aanpassen.
6 Druk op om in te voeren. 7 Herhaal stap 3 tot 6 als u andere
instellingen wilt maken.
Terugkeren naar een hoger niveau in het menu
Druk op B.
Het menu verlaten
Druk op MENU.
Opmerking
Bepaalde parameters en instellingen kunnen gedimd in het uitleesvenster verschijnen. Dit betekent dat ze onbeschikbaar of vast en onveranderlijk zijn.
System Settings menuparameters
De oorspronkelijke instelling is onderstreept.
x DEC. PRIORITY
(decodeerprioriteit digitale audio-invoer)
Hiermee kunt u de invoermodus voor de digitale signaalinvoer naar de DIGITAL IN­aansluitingen specificeren.
•AUTO Schakelt de invoermodus automatisch om tussen DTS, Dolby Digital of PCM.
•PCM PCM-signalen krijgen prioriteit (om onderbreking te voorkomen wanneer de weergave start).
Opmerking
Wanneer u "AUTO" instelt en het geluid van de digitale audio-aansluitingen (voor een CD, enz.) wordt onderbroken wanneer de weergave start, stel dan in op "PCM".
x DUAL MONO
(tweetalige audioselectie)
Voor een tweetalige uitzending kunt u de taal kiezen waarnaar u wilt luisteren. Deze functie werkt alleen voor Dolby Digital-bronnen.
• MAIN/SUB Geluid van de hoofdtaal wordt door de linkerluidspreker uitgevoerd, terwijl geluid van de subtaal tegelijkertijd door de rechterluidspreker wordt uitgevoerd.
•MAIN Geluid van de hoofdtaal wordt uitgevoerd.
•SUB Geluid van de subtaal wordt uitgevoerd.
• MAIN+SUB Geluid van zowel de hoofd- als subtaal wordt gemengd uitgevoerd.
Configuratie
wordt vervolgd
17
NL
x D.RANGE COMP.
(compressor dynamisch bereik)
Staat u toe het dynamische bereik van het geluidsspoor te comprimeren. Dit is handig om 's nachts films te bekijken met laag volume. Het dynamische bereik comprimeren is alleen mogelijk met Dolby Digital-bronnen.
•OFF Het dynamische bereik werd niet gecomprimeerd.
•STD Het dynamische bereik wordt gecomprimeerd zoals bedoeld door de recording engineer.
•MAX Het dynamische bereik wordt sterk gecomprimeerd.
Tip
Met de compressor voor het dynamische bereik kunt u het dynamische bereik van het geluidsspoor comprimeren op basis van de informatie over het dynamische bereik in het Dolby Digital-signaal. "STD" is de standaardinstelling maar staat alleen lichte compressie toe. Daarom raden we aan de "MAX"-in stelling te gebruiken. D it comprimeert het dynamische bereik sterk en u kan er 's nachts films mee bekijken met laag volume. In tegenstelling tot analoge beperkers zijn de niveaus vooraf bepaald en zorgen ze voor een erg natuurlijke comprimering.
Het geheugen van de versterker wissen
1,2 2,3
1
Druk op POWER om de versterker uit te schakelen.
2 Houd POWER ingedrukt terwijl
u op MUTING drukt om de versterker in te schakelen.
Nadat "MEMORY CLEARING..." even in het display wordt weergegeven, verschijnt "MEMORY CLEARED!". De volgende items worden hersteld naar hun oorspronkelijke instellingen.
• Alle instellingen in de menu's System Settings en Auto Calibration.
x DC PHASE L.
(DC faselinearisator)
Hiermee benadert u de kenmerken van een fase met lage frequentie van een traditionele analoge versterker.
•OFF Fasecorrectie wordt niet uitgevoerd.
• LOW-A, STD-A, HIGH-A, LOW-B, STD-B, HIGH-B Het bandbreedtebereik van de fasecorrectie stijgt in de volgorde "LOW", "STD", "HIGH". "B"-parameter fasecorrectie zorgt voor verbeterde bass-kenmerken.
NL
18
3 Laat de knop MUTING los.
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen
Veiligheid
In het geval er een voorwerp of vloeistof in de behuizing terechtkomt, moet u de versterker uit het stopcontact trekken en het toestel eerst door een deskundige laten nakijken, alvorens het weer in gebruik te nemen.
Spanningsbronnen
• Voordat u de versterker gebruikt, moet u controleren of het bedieningsvoltage gelijk is aan dat van uw plaatselijke stroomleverancier. Het bedieningsvoltage wordt aangeduid op het naamplaatje op de achterkant van de versterker.
• Het toestel blijft onder (net)spanning staan zolang de stekker in het stopcontact zit, ook al is het toestel zelf uitgeschakeld.
• Trek de stekker uit het stopcontact als u denkt de versterker geruime tijd niet te gebruiken. Om het netsnoer uit te trekken, neemt u alleen de stekker vast. Trek nooit aan het snoer zelf.
• Het netsnoer mag alleen door bevoegd vakkundig personeel worden vervangen.
Oververhitting
De versterker warmt op tijdens de bediening. Dit duidt niet op een storing. Als u de versterker langdurig gebruikt met hoog volume, stijgt de temperatuur aan de bovenkant, onderkant en zijkanten van de behuizing aanzienlijk. Raak de behuizing niet aan om te voorkomen dat u zich verbrandt.
Plaatsing
• Plaats de versterker op een goed geventileerde plaats om te voorkomen dat hij oververhit raakt en om de levensduur van de versterker te verlengen.
• Plaats de versterker niet in de buurt van warmtebronnen of op een plaats waar hij is blootgesteld aan directe zonnestraling, overmatig stof of mechanische schokken.
• Blokkeer de ventilatiegaten niet door iets bovenop de behuizing te plaatsen. Hierdoor kan een storing optreden.
• Plaats de versterker niet in de buurt van apparatuur zoals een televisie, videorecorder of cassettedeck. (Als de versterker wordt gebruikt samen met een televisie, videorecorder of cassettedeck en te dicht bij het apparaat is geplaatst, kan er ruis optreden en kan de beeldkwaliteit verminderen. Dit kan vooral gebeuren wanneer u een binnenantenne gebruikt. Daarom raden we aan een buitenantenne te gebruiken.)
Bediening
Schakel de versterker uit en trek de stekker uit het stopcontact alvorens andere componenten aan te sluiten.
Reinigen
Reinig de behuizing, het paneel en de bedieningselementen met een zachte doek die lichtjes is bevochtigd met een mild zeepsopje. Gebruik geen schuursponsje, schuurpoeder of oplosmiddelen, zoals alcohol of benzine.
Met alle vragen over of eventuele problemen met uw versterker kunt u steeds terecht bij uw dichtstbijzijnde Sony-dealer.
Aanvullende informatie
19
NL
Problemen oplossen
Indien u een van de volgende problemen ondervindt bij het gebruik van de versterker, probeer die dan eerst zelf op te lossen aan de hand van de onderstaande lijst. Als het probleem daarmee niet is opgelost, raadpleeg dan uw dichtstbijzijnde Sony-dealer.
Audio
Er is geen geluid, welke component er ook is geselecteerd, of er is alleen een heel zacht geluid hoorbaar.
• Controleer of de luidsprekers en componenten goed zijn aangesloten.
• Contoleer of alle luidsprekerkabels correct zijn aangesloten.
• Controleer of zowel de versterker als alle componenten zijn ingeschakeld.
• Controleer of de VOLUME-bediening niet is ingesteld op – dB.
• Druk op MUTING om de geluidsonderdrukking te annuleren.
• Controleer of u de juiste component hebt gekozen met INPUT SELECTOR.
• Controleer of er geen hoofdtelefoon is aangesloten.
• Het beschermingsapparaat op de versterker werd geactiveerd. Schakel de versterker uit, los het kortsluitingsprobleem op en schakel het toestel weer in.
Er komt geen geluid uit een bepaalde component.
• Controleer of de component juist is aangesloten op de audio-ingangen voor die component.
• Controleer of de kabel(s) gebruikt voor de aansluiting volledig in de aansluitingen zit(ten) op zowel de versterker als de component.
Er komt geen geluid uit een van de luidsprekers.
• Sluit een hoofdtelefoon aan op de PHONES-aansluiting om na te gaan of er geluid wordt uitgevoerd via de hoofdtelefoon. Als slechts één kanaal wordt uitgevoerd via de hoofdtelefoon, is de component mogelijk niet juist aangesloten op de versterker. Controleer of alle kabels volledig in de aansluitingen zitten op zowel de versterker als de component. Als beide kanalen worden uitgevoerd via de hoofdtelefoon, is de component mogelijk niet juist aangesloten op de versterker. Controleer de aansluiting van de luidspreker die geen geluid uitvoert.
• Zorg ervoor dat u zowel de L- als R-aansluiting hebt aangesloten op een analoge component en niet alleen op de L- of R-aansluiting. Gebruik een mono­stereo kabel (niet meegeleverd).
De linker-en rechtergeluiden zijn niet in balans of omgewisseld.
• Controleer of de luidsprekers en componenten correct en stevig zijn aangesloten.
• Pas de balansparameters aan door op BALANCE te drukken op de afstandsbediening.
Sterke brom of ruis is hoorbaar.
• Controleer of de luidsprekers en componenten goed zijn aangesloten.
• Let erop dat de aansluitkabels zich niet in de buurt van een transformator of motor bevinden, en minstens 3 meter verwijderd zijn van een tv-toestel of fluorescentieverlichting.
• Plaats de tv verder van de audiocomponenten af.
• Zorg ervoor dat u de U SIGNAL GND­aansluiting hebt geaard (alleen wanneer een platenspeler is aangesloten).
• De stekkers en aansluitingen zijn vuil. Maak ze schoon met een doek die lichtjes is bevochtigd met alcohol.
20
NL
Opname kan niet worden uitgevoerd.
• Controleer of alle componenten goed zijn aangesloten (pagina 6, 7).
• Selecteer de broncomponent met INPUT SELECTOR (pagina 10, 12).
Afstandsbediening
De afstandsbediening werkt niet.
• Richt de afstandsbediening naar de afstandsbedieningssensor op de versterker.
• Verwijder alle obstakels tussen de afstandsbediening en de versterker.
• Als het vermogen van de lithiumbatterij in de afstandsbediening laag is, moet u deze vervangen door een nieuwe batterij.
• Zorg ervoor dat u de juiste ingang selecteert op de afstandsbediening.
• Stel de afstandsbedieningsstand van de Sony CD-speler in op CD1 (pagina 12).
Foutmeldingen
Als er zich een storing voordoet, toont het uitleesvenster een code van twee cijfers. Aan de hand van de meldingen kunt u de toestand van het systeem controleren. Raadpleeg de volgende tabel om het probleem op te lossen. Als het probleem daarmee niet is opgelost, raadpleeg dan uw dichtstbijzijnde Sony­dealer.
CHECK CODE 12
Het versterkersgedeelte is oververhit. Zorg ervoor dat de ventilatie-opening niet is bedekt. Schakel de versterker uit, laat de versterker een tijdje staan en schakel het toestel weer in.
CHECK CODE 14
Schakel de versterker uit, zorg ervoor dat de kern van een luidsprekerkabel de versterker of andere luidsprekers niet aanraakt.
CHECK CODE 21
Schakel de versterker uit en controleer of de luidsprekerkabels juist zijn aangesloten. Schakel het toestel opnieuw in.
Aanvullende informatie
CHECK CODE 11
Onregelmatige stroom wordt uitgevoerd via de luidsprekers. Schakel de versterker uit, zorg ervoor dat de kern van een luidsprekerkabel de versterker of andere luidsprekers niet aanraakt en schakel de versterker opnieuw in.
21
NL
Technische gegevens
Versterkergedeelte
POWER OUTPUT Nominale stroomuitvoer
6 ohm 1 kHz, THD 0,7 %: 65 W + 65 W
Voeding 230 V AC, 50/60 Hz
Frequentiebereik
PHONO RIAA equalizercurve
TUNER, SA-CD/CD, TA PE
Ingangen (analoog)
PHONO Gevoeligheid: 2,5 mV
TUNER, SA-CD/CD, TA PE
± 0,5 dB 10 Hz – 40 kHz
± 3 dB (8 ohm)
Impedantie: 50 kohm S/N: 86 dB (A, 20 kHz LPF)
Gevoeligheid: 150 mV Impedantie: 50 kohm S/N: 96 dB (A, 20 kHz LPF)
TONE
TREBLE ±10 dB, in stappen van
1 dB
BASS ±10 dB, in stappen van
1 dB
Algemeen
Voeding 230 V AC, 50/60 Hz Stroomverbruik 60 W Afmetingen (b/h/d) (ong.) 280 × 111 × 286 mm
incl. uitstekende delen en bedieningselementen
Gewicht (ong.) 4,6 kg
Meegeleverde accessoires
Gebruiksaanwijzing (deze handleiding) Optimalisatiemicrofoon ECM-AC1 (1) Netsnoer (1) Afstandsbediening RM-AAU012 (1)
Ontwerp en specificaties kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd.
Uitgangen (analoog)
TAPE Voltage: 150 mV
Impedantie: 1 kohm
Ingangen (digitaal)
DIGITAL 1/2/3 Impedantie: 75 ohm
DIGITAL 4 S/N: 96 dB
S/N: 96 dB (A, 20 kHz LPF)
(A, 20 kHz LPF)
Uitgangen (digitaal)
DIGITAL 4 S/N: 96 dB
NL
22
(A, 20 kHz LPF)
Index
Symbolen
U SIGNAL GND-aansluiting 6, 11
A
Afstandsbediening 12
Voorbereiden
Auto Calibration
9
13
B
BALANCE 12 Bedieningstoetsen voor een Sony
CD-speler
12
C
Cassettedeck 6 CD-speler
6, 7
D
DAT-deck 7 DVD-speler/DVD-recorder
7
F
Foutmeldingen 21
H
Herstellen 18
N
Netsnoer 8
P
PHONES 10
S
Satelliettuner 7 Super Audio CD-speler
T
TONE 10
U
Uitleesvenster 10
V
Videorecorder 6 VOLUME (VOL)
10, 12
6, 7
Aanvullende informatie
I
INPUT SELECTOR 10
L
LOUDNESS 12 Luidsprekers
5
M
MD-deck 7 Menu
Auto Calibration 15 System Settings
MUTING
10, 12
17
23
NL
ATTENZIONE
Per evitare il rischio di incendi e scosse elettriche, non esporre l’apparecchio alla pioggia o all’umidità.
Per evitare incendi, non coprire le aperture di ventilazione dell’apparecchio con giornali, tovagliette, tende, ecc. e non collocare candele accese sopra l’apparecchio.
Per evitare il rischio di incendi o scosse elettriche, non collocare contenitori di liquidi, come vasi, sopra l’apparecchio.
Non installare l’apparecchio in uno spazio chiuso, come una libreria o un mobiletto.
Installare il sistema in modo che il cavo di alimentazione possa essere immediatamente scollegato dalla presa di rete in caso di necessità.
ATTENZIONE
C’è pericolo di esplosione se la batteria è sostituita in modo sbagliato. Sostituire soltanto con lo stesso tipo o uno equivalente consigliato dal produttore. Eliminare le batterie usate secondo le istruzioni del produttore.
Non buttare via la pila con i rifiuti domestici generici, ma smaltirla correttamente come i rifiuti chimici.
Le batterie o gli apparecchi utilizzati con batterie installate non devono essere esposti a temperature eccessive, ad esempio quella della luce solare, del fuoco o simili.
Trattamento del dispositivo elettrico od elettronico a fine vita (Applicabile in tutti i paesi dell’Unione Europea e in quelli con sistema di raccolta differenziata)
Questo simbolo sul prodotto o sulla confezione indica che il prodotto non deve essere considerato come un normale rifiuto domestico, ma deve invece essere consegnato ad un punto di raccolta appropriato per il riciclo di apparecchi elettrici ed elettronici. Assicurandovi che questo prodotto sia smaltito correttamente, voi contribuirete a prevenire potenziali conseguenze negative per l’ambiente e per la salute che potrebbero altrimenti essere causate dal suo smaltimento inadeguato. Il riciclaggio dei materiali aiuta a conservare le risorse naturali. Per informazioni p iù dettagliate circa il riciclaggio di questo prodotto, potete contattare l’ufficio comunale, il servizio locale di smaltimento rifiuti oppure il negozio dove l’avete acquistato.
Il fabbricante di questo prodotto è Sony Corporation, 1-7-1 Konan Minato-ku Tokyo, 108­0075, Giappone. Il rappresentante autorizzato ai fini della Compatibilità Elettromagnetica e della sicurezza del prodotto è Sony Deutschland GmbH, Hedelfinger Strasse 61, 70327 , Stoccarda Germania. Per qualsiasi problema relativo all’assistenza o alla garanzia, si prega di fare riferimento agli indirizzi indicati nei documenti di assistenza e garanzia forniti con il prodotto.
IT
2
Informazioni su questo manuale
• Le istruzioni contenute in questo manuale si riferiscono al modello TA-F501ES. Verificare il numero del modello riportato nell’angolo in basso a destra del pannello frontale.
• Questo manuale contiene istruzioni relative ai comandi del telecomando fornito in dotazione. Tuttavia, è possibile utilizzare anche i comandi presenti sull’amplificatore, se hanno lo stesso nome o nomi simili a quelli utilizzati sul telecomando.
Nel presente ricevitore sono incorporate le tecnologie Dolby* Digital e DTS**. * Prodotto su licenza dei Dolby Laboratories.
“Dolby” e il simbolo della doppia D sono marchi dei Dolby Laboratories.
** “DTS” e “DTS 2.0” sono marchi commerciali
della DTS, Inc.
Indice
Operazioni preliminari
Disimballaggio .............................................4
Collegamento dei diffusori ...........................5
Collegamento di componenti con prese di
ingresso/uscita audio analogiche .............6
Collegamento di componenti con prese di
ingresso/uscita audio digitali ...................7
Collegamento del cavo di alimentazione
CA ...........................................................8
Preparazione del telecomando ......................9
Posizione dei componenti e modalità d’uso
Pannello frontale .........................................10
Pannello posteriore .....................................11
Telecomando ..............................................12
Configurazione
Calibrazione automatica delle impostazioni
(AUTO CALIBRATION) ......................13
Impostazione dell’amplificatore .................17
Reset della memoria dell’amplificatore ......18
IT
Informazioni aggiuntive
Precauzioni .................................................19
Risoluzione dei problemi ............................20
Specifiche tecniche .....................................22
Indice ..........................................................23
3
IT
Operazioni preliminari
Disimballaggio
Verificare che la confezione contenga i seguenti componenti:
• Istruzioni per l’uso (il presente manuale)
• Microfono ottimizzatore ECM-AC1 (1)
• Cavo di alimentazione CA (1)
• Telecomando RM-AAU012 (1)
Se uno dei componenti dovesse risultare mancante, rivolgersi al rivenditore Sony più vicino.
I cavi di collegamento audio, cavi di collegamento digitali e cavi dei diffusori non vengono forniti insieme all’amplificatore. Pertanto dovranno essere acquistati separatamente.
Note sui collegamenti
• Prima di effettuare i collegamenti, spegnere
tutti i componenti.
• Non collegare il cavo di alimentazione CA
prima di aver completato tutti i collegamenti.
• Si raccomanda di inserire a fondo tutte le
spine per evitare ronzii e disturbi.
IT
4
Collegamento dei diffusori
Collegare i diffusori all’amplificatore. Per il collegamento alle prese dei diffusori, utilizzare un cavo per diffusori (non in dotazione).
Cavo per diffusori (non in dotazione)
Operazioni preliminari
Note sui collegamenti dei diffusori
Collegare il diffusore sinistro alle prese SPEAKERS L e il diffusore destro alle prese SPEAKERS R. Si raccomanda di rispettare la polarità quando si collega il cavo dei diffusori ai diffusori e all’amplificatore (più (+) con più (+) e meno (–) con meno (–)). Facendo riferimento al colore o all’etichetta del cavo degli amplificatori durante il collegamento al connettore più (+) o meno (–), è possibile eseguire il collegamento in modo corretto, senza correre il rischio di invertire il più con il meno.
Diffusore
(D)
Diffusore
(S)
IT
5
Collegamento di componenti con prese di ingresso/ uscita audio analogiche
Questo amplificatore può essere collegato a componenti con prese di ingresso audio analogiche, quali ad esempio lettori di Super Audio CD o lettori CD. Per il collegamento alle prese audio analogiche, utilizzare un cavo audio (non in dotazione). Collegare la spina bianca alla presa L e la spina rossa alla presa R.
Cavo audio (non in dotazione)
Bianco (L) Rosso (R)
Giradischi
Lettore di Super Audio CD, Lettore CD, VCR
Nota
Se il giradischi in uso è dotato di filo di terra (massa), collegarlo al terminale (U) SIGNAL GND per evitare di udire un ronzio.
IT
6
Lettore di cassette
Loading...
+ 64 hidden pages