Dank u voor uw aankoop van de Sony Ericsson S302.Ga
voor extra telefooncontent naar www.sonyericsson.com/fun.
U kunt zich nu registreren om in aanmerking te komen voor
gratis online opslagruimte en speciale aanbiedingen op
www.sonyericsson.com/myphone. Ondersteuning vindt
uopwww.sonyericsson.com/support.
Instructiesymbolen
De volgende symbolen worden in deze gebruikershandleiding
gebruikt:
Gebruik de navigatietoets om te bladeren en opties
>
te selecteren
Druk op de middelste selectietoets
Druk de navigatietoets omhoog
Druk de navigatietoets omlaag
Druk op de navigatietoets naar links
Druk op de navigatietoets naar rechts
Opmerking
Tip
Waarschuwing
Geeft aan dat een service of functie afhankelijk is van het
gebruikte netwerk of abonnement. Mogelijk zijn niet alle
menu's in uw telefoon beschikbaar. Neem contact op
met uw netwerkoperator voor meer informatie.
De SIM-kaart (Subscriber Identity Module), die u van uw
netwerkoperator hebt ontvangen, bevat informatie over
uw abonnement. Zet de telefoon altijd uit en koppel de
oplader en de batterij los voordat u de SIM-kaart plaatst
of verwijdert.
U kunt contacten op de SIM-kaart opslaan voordat u
deze uit de telefoon haalt. U kunt contacten ook in het
telefoongeheugen opslaan. Zie Contacten op pagina 22.
PIN-code (SIM-kaartblokkering)
De PIN-code (Personal Identification Number) is een
SIM-kaartblokkering waarmee uw abonnement, maar niet
de telefoon zelf, wordt beveiligd. Als de kaart is geblokkeerd,
moet u de PIN-code invoeren als u de telefoon inschakelt.
Raadpleeg SIM-kaartblokkering op pagina 36 als u uw
PIN-code wilt wijzigen.
Elk cijfer van de PIN-code verschijnt als een *, tenzij
de code begint met de cijfers van het alarmnummer,
bijvoorbeeld 112 of 911. U kunt alarmnummers bellen
zonder dat eerst de PIN-code moet worden ingevoerd.
Als u driemaal na elkaar de verkeerde PIN-code invoert, wordt
PIN geblokkeerd weergegeven. U heft de blokkering op door
uw PUK-code (Personal Unblocking Key) in te voeren.
De batterij van de telefoon is bij aanschaf gedeeltelijk opgeladen.
Het duurt circa 2,5 uur om de batterij volledig op te laden.
De batterij opladen
1 Sluit de stekker van de lader aan op de telefoon (zorg ervoor
dat het stroompictogram op de lader naar boven is gericht).
Druk op een toets om het scherm te verlichten en de
laadstatus weer te geven.
2 Als u de lader wilt verwijderen, tilt u de stekker iets op en
trekt u deze omhoog.
Het batterijpictogram wordt mogelijk pas op het scherm
weergegeven nadat de telefoon gedurende 30 minuten
is opgeladen.
U kunt de telefoon tijdens het opladen gebruiken. U kunt
de batterij langer of korter dan 2,5 uur opladen. De batterij
raakt niet beschadigd als u het opladen onderbreekt.
De telefoon ondersteunt de Memory Stick Micro™
(M2™)-geheugenkaart. Met een geheugenkaart voegt u meer
geheugenruimte toe aan de telefoon, voor bijvoorbeeld
muziek, ringtones, videoclips en foto's. U kunt de opgeslagen
informatie delen door deze te verplaatsen of te kopiëren naar
andere met de geheugenkaart compatibele apparaten.
Een Memory Stick Micro™ (M2™) plaatsen
• Open de cover en plaats de geheugenkaart
(met de contactpunten naar beneden).
Een Memory Stick Micro™ (M2™) verwijderen
• Druk op de zijkant om de geheugenkaart te ontgrendelen
1 Houd de toets ingedrukt.
2 Voer de PIN-code van de
SIM-kaart in wanneer u
daarom wordt gevraagd.
3 Selecteer Ja als u de Setup
wizard wilt gebruiken.
Als u een fout maakt bij het invoeren van de PIN-code,
kunt u op drukken om cijfers te verwijderen.
Stand-by
Als u de telefoon hebt ingeschakeld en uw PIN-code hebt
ingevoerd, wordt de naam van de operator op het scherm
weergegeven. Dit wordt de stand-by genoemd. U kunt nu
bellen en gebeld worden.
De telefoon uitschakelen
• Houd de toets ingedrukt.
Als u de telefoon niet kunt inschakelen, sluit u de lader aan
en laadt u de telefoon op gedurende 2,5 uur.
Schakel de automatische toetsblokkering in als uw telefoon
tijdens vervoer automatisch wordt uitgeschakeld. Hiermee
voorkomt u dat de aan/uit-toets per ongeluk wordt ingedrukt
door voorwerpen in uw zak of tas.
De netwerkbalken geven de sterkte van het GSM-netwerk in
uw omgeving aan. Ga naar een andere locatie als u niet goed
kunt bellen en de netwerkdekking slecht is. Geen netwerk
betekent dat u zich niet binnen het bereik van een netwerk
bevindt.
= Goed netwerkbereik
= Gemiddeld netwerkbereik
Batterijstatus
Batterijstatus
= De telefoonbatterij is volledig opgeladen
= De telefoonbatterij is leeg
Als u de telefoon niet kunt inschakelen, sluit u de lader
correct aan en probeert u de telefoon op te laden tot het
laden helemaal is voltooid.
Hiermee kunt u opties selecteren die direct boven
deze toetsen op het scherm worden weergegeven.
Hiermee kunt u items, zoals foto's, geluiden
en contacten verwijderen.
Aan de zijkant:
Druk om muziek te stoppen en af te spelen vanuit
de modus Muziekplayer.
Druk hier op om de radio te dempen of de demping
op te heffen. Werkt alleen als een audiotoebehoren
is aangesloten.
Druk hier op om te schakelen tussen de Muziekplayer
en stand-by.
Mijn snelkoppelingen - voeg uw favoriete functies
toe zodat u ze snel kunt gebruiken.
Druk vanuit stand-by om Camera en videorecorder
te activeren.
Houd ingedrukt om de telefoon aan/uit te zetten.
Houd ingedrukt om een gesprek te beëindigen.
Druk op deze toets om een gesprek tot stand te
brengen nadat u het telefoonnummer hebt ingevoerd.
Algemeen
Profielen
Tijd en datum
Telefoontaal
Snelkoppelingen
Vliegtuigmds
Beveiliging
Telefoonstatus
Alles resetten
Gesprekken
Snelkeuze
Gespr. doorsch.
Gespreksbeheer
Tijd en kosten
Mijn nr tonen/verb
Headset
* Sommige menu's zijn afhankelijk van uw netwerkoperator, netwerk
en abonnement.
** Met de navigatietoets kunt u tussen tabbladen in submenu's
bladeren. Zie Navigatie op pagina 11 voor meer informatie.
Geluiden/sign.
Ringtonevolume
Ringtone
Stil
Trilalarm
Berichtsignaal
Toetsgeluid