Sony DPP-SV55 User Manual [nl]

PRINT
AUTO
DPOFALL
Afdrukken
Beelden op een “Memory Stick” of PC card afdrukken
Een bepaald beeld afdrukken
U kunt een beeld op een “Memory Stick” of PC card kiezen en afdrukken op volle grootte (standaard afdruk).
4 3
2
PICTURE
1 5 6
1 Steek een “Memory Stick” of PC card waarop beelden zijn
opgenomen in de “Memory Stick” of PC card gleuf.
2 Zet de printer en de televisie aan en zet de
ingangskeuzeschakelaar van de televisie op “VIDEO”.
De POWER indicator licht groen op.
Randloze standaard afdruk
5 Druk op ENTER om de afdrukkwaliteit in te stellen.
Bij elke durk op ENTER verhoogt de afdrukkwaliteit. Druk op CANCEL om het afdrukaantal op nul te zetten.
Verscheidene beelden tegelijkertijd afdrukken
Herhaal stap 4 en 5 om andere beelden te kiezen en het aantal afdrukken in te stellen.
Het aantal verhoogt.
6 Druk op PRINT.
Het afdrukken begint. Tijdens het afdrukken licht de PRINT indicator op en verschijnt de printbalk op het scherm.
PRINT
Stoppen met afdrukken
Druk op CANCEL. Het afdrukken wordt gestopt vanaf de volgende afdruk.
Wanneer u op PRINT drukt terwijl het voorbeeld wordt getoond
Er verschijnt een dialoogvenster waarin u wordt gevraagd of u het getoonde beeld dan wel alle geselecteerde beelden wilt afdrukken. Kies één van beide om het afdrukken te starten.
7 Haal het papier uit de printer na het afdrukken en wanneer het
printpapier automatisch uit de uitvoeropening wordt gevoerd.
Alle beelden of voorinstelbeelden tegelijkertijd afdrukken
Alle beelden op een “Memory Stick” of PC card kunnen ineens worden afgedrukt. U kunt ook beelden vooringesteld met uw digitale camera (DPOF) ineens afdrukken.
Wat is “DPOF”?
“DPOF” is een formaat waarmee de nodige informatie kan worden opgenomen om beelden opgenomen met een digitale camera automatisch af te drukken in een drukkerij of met een huisprinter. De printer kan automatisch het vooringestelde aantal exemplaren afdrukken van beelden die zijn gekozen met DPOF (Digital Print Order Format).
Opmerkingen
•Meer details over voorinstelafdrukken vindt u in de gebruiksaanwijzing van de digitale camera.
•Bij sommige digitale camera’s en camcorders is de voorinstelprintfunctie die door de printer wordt ondersteund of soms de functie zelf niet beschikbaar.
1 Steek een “Memory Stick” of PC card waarop beelden zijn
opgenomen in de “Memory Stick” of PC card gleuf.
2 Zet de printer aan.
De POWER indicator licht groen op.
Beelden op het scherm tonen
U kunt af te drukken beelden op het scherm tonen en controleren. Sluit de printer aan op de televisie en zet de televisie aan. Zet vervolgens de ingangskeuzeschakelaar van de televisie op “VIDEO”.
3 Druk op INPUT SELECT om de “MEMORY STICK” of PC CARD
indicator te laten oplichten.
De printer leest de “Memory Stick” of PC card en de opgenomen beelden verschijnen als miniatuurbeelden op het scherm wanneer de printer is aangesloten op een televisie.
3-205-183-53(1)
Digitale fotoprinter
Gebruiksaanwijzing – Basishandelingen
Voordat u deze printer in gebruik neemt, moet u deze gebruiksaanwijzing aandachtig lezen en bewaren zodat u ze later nog kunt raadplegen.
In deze gebruiksaanwijzing staan de nodige voorbereidingen en basishandelingen voor de printer beschreven. Voor geavanceerde handelingen, zie “Gebruiksaanwijzing – Geavanceerde handelingen.” Raadpleeg de “Gebruiksaanwijzing – Software Handleiding/Aanvullende Informatie” voor het gebruik van de meegeleverde software.
3 Druk op INPUT SELECT om de “MEMORY STICK” of PC CARD
indicator te laten oplichten.
De printer leest de “Memory Stick” of PC card en de opgenomen beelden verschijnen als miniatuurbeelden op het scherm.
MEMORY
PC
STICK
CARD PC
Opmerking
Zorg ervoor dat de ALL en DPOF indicatoren van de AUTO PRINT zijn gedoofd. Wanneer die oplicht, druk dan op CANCEL om hem te doven.
4
Druk op de pijltjestoetsen (B/b/V/v) om het gele kadertje
INPUT
SELECT
(cursor) naar het beeld te brengen dat u wilt afdrukken en druk op ENTER.
Het beeld wordt gekozen en de zone onder het beeld wordt oranje.
ENTER
PRINT QTY
Een andere pagina tonen
Bij meervoudige pagina’s kunt u veranderen van pagina. Om de volgende pagina te tonen, brengt u het gele kadertje onderaan de beeldenlijst en drukt u op v. Om de vorige pagina te tonen, bregt u het gele kadertje bovenaan de beeldenlijst en drukt u op V.
De selectie annuleren
Breng het gele kadertje naar het beeld dat u wilt annuleren en druk op CANCEL. De oranje zone wordt grijs en de keuze wordt geannuleerd.
Een voorbeeld tonen
Breng het gele kadertje naar het gewenste beeld en druk vervolgens op PICTURE. Er verschijnt een voorbeeld van het gekozen beeld. Druk op b om een voorbeeld van het volgende beeld te tonen. Druk op B om een voorbeeld van het vorige beeld te tonen. Druk op PICTURE om de beeldenlijst nogmaals te laten verschijnen.
Opmerking
Terwijl de schermweergave omschakelt of de printer gebruik maakt van de “MEMORY STICK” of PC card, mag u de “Memory Stick” of PC card niet uitwerpen noch inbrengen. Indien u dat toch doet, kunnen ze vastlopen.
Geel kadertje (cursor)
Gekozen beeld (oranje)
De selectie wordt geannuleerd.
Opmerkingen
•Mors geen vloeistoffen op de “Memory Stick” of PC card en gebruik ze ook niet op plaatsen met een hoge vochtigheidsgraad. Zoniet kunnen gegevens onleesbaar worden.
•Werp de “Memory Stick” of PC card niet uit wanneer de “MEMORY STICK”/PC CARD indicator knippert of de gegevensgebruiksmelding knippert. Indien u dat toch doet, kunnen ze vastlopen.
•Tijdens het afdrukken mag de printer niet worden verplaatst noch afgezet; de print cartridge of het papier kunnen hierdoor geklemd raken. Indien dit toch gebeurt, zet dan de printer af en weer aan, en hervat het afdrukken vanaf het begin.
•Tijdens het afdrukken wordt het printpapier herhaalde malen deels uit de papieruitvoergleuf geworpen. Trek nooit hard aan het papier voor de PRINT indicator dooft en het printpapier automatisch wordt uitgevoerd.
•Bij gebruik van zelfklevend papier van Small­formaat mag u niet meer dan 10 vellen in de papierlade uitvoeren.
•Bewaar het papier niet lang met de afdrukzijde tegen elkaar of in contact met rubber of plastic producten met inbegrip van vinylchloride of weekmakers; de kleuren of het papier kunnen hierdoor worden aangetast.
•Indien de rechts afgebeelde aanduiding in de miniatuurlijst staat, is het beeld een JPEG bestand dat is aangemaakt met uw computer of zijn de miniatuurgegevens van het beeld beschadigd. Kies de aanduiding en druk op PICTURE. Als er een voorbeeld verschijnt, kunt u het beeld afdrukken. Indien dezelfde aanduiding opnieuw verschijnt als voorbeeld, is het bestandsformaat niet compatibel met de DPP-SV55 of is het beeld zelf beschadigd.
•Een beeld dat is beschadigd of waarmee een probleem is, verschijnt niet in de lijst. Er verschijnt een bestandsfoutbericht in het uitleesvenster. Wanneer er geen beelden zijn opgeslagen op de “Memory Stick” of PC card, verschijnt het bericht “no file” in het uitleesvenster.
•Een beeld op volle grootte kan pas na 5 tot 60 seconden op de monitor verschijnen, afhankelijk van het beeldtype en -formaat.
•De miniatuurlijst kan pas na enige tijd verschijnen, afhankelijk van het type digitale camera.
•De printer kan maximum 999 beeldbestanden verwerken en tonen. Indien een “Memory Stick” of PC card meer dan 999 beelden bevat, kunnen de overige beelden worden getoond en verwerkt met de computer.
•De breedte/hoogte-verhouding van een opgenomen beeld verschilt volgens het type digitale camera, zodat het beeld eventueel niet op de volledig bedrukbare oppervlakte wordt afgedrukt.
•Bij sommige digitale camera’s verschijnen voorbeeldbeelden samen met de primaire beelden in de miniatuurlijst. De afdrukkwaliteit van voorbeeldbeelden is niet zo goed als die van primaire beelden. Merk op dat bij het wissen van voorbeeldbeelden de gegevens voor de primaire beelden kunnen worden beschadigd.
•Bij sommige digitale camera’s kan een beeld verticaal worden uitgerekt wanneer het met de digitale camera werd geroteerd of bewerkt. Dat ligt niet aan de printer maar komt doordat het beeld met de digitale camera werd bewerkt.
4 Druk op AUTO PRINT om de ALL indicator voor alle beelden of
de DPOF indicator voor de voorinstelbeelden te laten oplichten.
Wanneer u de printer aansluit op een televisie
Wanneer u All kiest, verschijnen alle beelden in de miniatuurlijst met een oranje zone eronder. Wanneer u DPOF kiest, verschijnen de vooringestelde beelden met een oranje zone onder het beeld.
5 Druk op PRINT.
Het afdrukken begint. Indien u All kiest, worden alle beelden op een “Memory Stick” of PC card afgedrukt in de volgorde van hun beeldnummers. Indien u DPOF kiest, worden de voorinstelbeelden afgedrukt in de volgorde waarin ze werden vooringesteld. Verwijder het printpapier wanneer het automatisch tevoorschijn komt.
Stoppen met afdrukken
Druk op CANCEL. Het afdrukken wordt gestopt vanaf de volgende afdruk.
Terugkeren naar de gebruikelijke printstand
Druk op CANCEL om alle ALL en DPOF indicatoren uit te schakelen.
Printen vanaf uw computer
Wanneer u een aangeschakelde PC aansluit op de USB connector van de printer, licht de PC indicator op en schakelt de printer over naar de PC mode. Anders kunt u niet handmatig overschakelen naar PC mode door op de INPUT SELECT toets te drukken. Raadpleeg de meegeleverde “Gebruiksaanwijzing – Software Handleiding/Aanvullende Informatie” voor het installeren en bedienen van de software.
Opmerking
Wanneer u uw printer aansluit op een televisie, verschijnt er in de PC stand geen beeld op het televisiescherm. Dat duidt niet op een defect aan de printer.
MEMORY
STICK
PC
CARD PC
INPUT
SELECT
DPP-SV55
2000 Sony Corporation
WAARSCHUWING
Stel het apparaat niet bloot aan regen of vocht, om gevaar voor brand of een elektrische schok te voorkomen.
Open nooit de ombouw van het apparaat om elektrische schokken te voorkomen. Laat eventuele reparaties over aan bevoegd vakpersoneel.
OPGELET
Het kenplaatje bevindt zich onderaan op het toestel.
OPGELET:
Wanneer dit toestel te dicht bij apparatuur die elektromagnetische straling produceert wordt geplaatst, kunnen beeld en/of geluid worden gestoord.
Opgelet
Sony kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade noch verlies van de opname ten gevolge van het gebruik of een defect van de printer, “Memory Stick” of PC-kaart.
Gedrukt in Japan
• Microsoft, MS, MS-DOS en Windows zijn geregistreerde handelsmerken van Microsoft Corporation in de V.S.A. en andere landen.
• Apple, Macintosh, Power Macintosh en Mac OS zijn geregistreerde handelsmerken van Apple Computer, Inc.
• Pentium is een geregistreerd handelsmerk van Intel Corporation.
• “Memory Stick”, “MagicGate Memory Stick” en hun logo’s zijn handelsmerken van Sony Corporation.
• Alle andere bedrijven andere namen van producten in deze gebruiksaanwijzing kunnen de handelsmerken of geregistreerde handelsmerken zijn van de respectieve bedrijven. De aanduidingen “™” and “®” zullen niet telkens in deze gebruiksaanwijzing worden vermeld.
®
Aan de slag
De printer aansluiten
1 Aansluiting op een televisie
Verbind de VIDEO OUT aansluiting van de printer met de video-ingang van de televisie om de beelden te bekijken die u wilt afdrukken.
Opmerkingen
•Zet de printer en de televisie af alvorens aansluitingen te verrichten.
•Wanneer u de printer aansluit op een personal computer hoeft u hem niet aan te sluiten op een televisie.
2 Een “Memory Stick” of PC card inbrengen
Een “Memory Stick” inbrengen
Steek de “Memory Stick” in de “MEMORY STICK” gleuf tot hij vastklikt.
De “Memory Stick” uitwerpen
Duw de “Memory Stick” verder in de gleuf en laat hem uitspringen. Verwijder hem vervolgens voorzichtig.
Een PC card inbrengen
Steek de PC card in de PC CARD gleuf tot ze vastklikt.
De PC card uitwerpen
Druk op de PC CARD uitwerptoets. Verwijder de PC card voorzichtig nadat ze is uitgesprongen.
Opmerkingen
•Forceer de “Memory Stick” of PC card niet in of uit de gleuf. Indien u dat toch doet, kunnen de “Memory Stick”, de PC card of de printer worden beschadigd.
3 Het netsnoer aansluiten
Na het verrichten van alle aansluitingen sluit u het meegeleverde netsnoer aan op de voedingsingang van de printer en steekt u vervolgens de stekker in een stopcontact. De POWER indicator licht rood op.
Aansluiting op een computer
Verbind de USB aansluitingen van printer en computer met een in de handel verkrijgbare USB kabel. Wanneer u de meegeleverde driver software installeert op uw computer, kunt u beelden afdrukken vanop de harde schijf van de computer. Met de “Memory Stick/PC card Reader Software” kunt u ook beelden van op een “Memory Stick” of PC card overbrengen naar de harde schijf van uw computer. Raadpleeg de meegeleverde “Gebruiksaanwijzing – Software Handleiding/Aanvullende Informatie” voor het installeren en bedienen van de software.
Windows/Macintosh computer
Naar USB aansluiting
Opmerkingen
•Raadpleeg ook de gebruiksaanwijzing van uw PC.
Televisie
Zet de VIDEO/TV ingangskeuzeschakelaar op VIDEO.
Met het nokje naar links en het pijltje links naar voren gericht
PC card
•Wanneer de printer de “Memory Stick” of PC card uitleest en de betreffende INPUT SELECT indicator knippert, mag u de “Memory Stick” of PC card niet uit de printer halen. Indien u dat toch doet, kunnen de “Memory Stick”, de PC card of de printer worden beschadigd.
Netsnoer (meegeleverd)
Naar een stopcontact
Naar USB aansluiting
•Printer en printer driver werken eventueel niet met een netwerk of een in de handel verkrijgbare printer buffer.
•Gebruik een USB kabel van maximum 3 m lang.
VIDEO IN
Videokabel (meegeleverd)
VIDEO OUT
“Memory Stick”
PC CARD uitwerptoets
Instellen van de klok
Wanneer de klok van de printer is ingesteld, kunt u het tijdstip opnemen waarop de beelden op de “Memory Stick” of PC card werden opgeslagen. Bij het maken van een kalenderafdruk kunt u de kalender ook automatisch laten beginnen met de huidige maand. Stel de klok opnieuw in wanneer u de stekker uittrekt.
1 Druk op POWER om de printer aan te zetten.
De POWER indicator licht groen op.
2 Druk op MENU.
Het menubalkje verschijnt op het televisiescherm. Het submenu van het eerste menubalk item verschijnt gedurende enkele seconden.
Opmerking
Terwijl de printer beelden op de “Memory Stick” of PC card leest, moet u op MENU drukken nadat de miniatuurbeelden volledig zijn verschenen.
3 Controleer of “SET” op de
menubalk is geselecteerd en druk vervolgens op ENTER.
Indien een ander menu item is geselecteerd, druk dan op B/b om de cursor naar “SET” te brengen en druk op ENTER. De cursor gaat naat het SET submenu.
4 Druk op V/v om de cursor naar
“Clock Setting” te brengen en druk op ENTER.
De cursor staat op de maand (NTSC) of de dag (PAL).
5 Druk op V/v om de maand of dag in te stellen.
Druk op V om het cijfer te vergroten. Druk op v om het cijfer te verkleinen.
6 Druk op b.
U kunt ook op ENTER drukken. De cursor gaat naar de dag (NTSC) of de maand (PAL).
7 Herhaal stappen 5 en 6 om alle
items in te stellen: dag of maand, jaar, uur en minuut.
Druk op B om het vorige item in te stellen. De tijd wordt aangegeven in het 24­urensysteem.
8 Druk op ENTER.
U kunt ook op V drukken om de cursor naar de menubalk te brengen. De klokinstelling wordt beëindigd.
9 Druk op MENU.
Het menu verdwijnt en de printer keert terug naar het vorige scherm.
Menubediening annuleren
Druk op CANCEL. Het menu verdwijnt zonder dat de instellingen worden bewaard. De printer keert terug naar het vorige scherm. (Zender stap 8 te verrichten kunt u de klokinstelling niet bewaren.)
De klokinstelling bevestigen
Volg stap 1 tot 4. De huidige klokinstelling verschijnt op het scherm. Druk op MENU om terug te keren naar het vorige scherm.
2,9
1
4–7
3,4,7,8
Cursor
Menubalk
Submenu
Cursor
Een print cartridge aanbrengen
1 Zet de printer aan en trek de klep van het cartridgevak open. 2 Steek de print cartridge stevig
in de printer tot ze vastklikt en sluit de klep van het cartridgevak.
Kant met het Sony logo
De print cartridge vervangen
Wanneer de print cartridge bijna leeg is, licht de
cartridgefoutindicator op en verschijnt er een foutbericht op het scherm. Open het deksel van het cartridgevak, duw op de uitwerphendel, verwijder de gebruikte print cartridge en plaats de nieuwe cartridge.
Opmerkingen
•Als de print cartridge niet
vastklikt, moet u ze verwijderen en opnieuw inbrengen. Wikkel het inktlint in de richting van het pijltje wanneer het niet strak genoeg is gespannen.
•Wikkel het inktlint niet opnieuw op en gebruik
•Als er geen print cartridge is geplaatst wanneer u
•Steek nooit uw hand in de cartridgehouder. De
Uitwerphendel
Cartridgefoutindicator
geen opnieuw opgewonden print cartridge om te printen. Als u dat toch doet, krijgt u geen goed printresultaat en kan de printer zelfs defect raken.
de printer aanzet, weerklinkt er een waarschuwingstoon en licht de cartridgefoutindicator op.
thermische kop wordt zeer heet, vooral na herhaald afdrukken.
Printpapier inbrengen
1
Open de klep van de papierlade en plaats het tussenschot afhankelijk van het gebruikte printpapierformaat.
Leg het tussenschot neer om printpapier van Postcard-formaat te gebruiken. Zet het tussenschot recht om printpapier van Small-formaat te gebruiken.
2 Plaats printpapier in de papierlade.
Schud het printpapier. Breng vervolgens het printpapier in met het printoppervlak naar boven (de onbedrukte zijde) en het pijltje in dezelfde richting als het pijltje op de lade. Plaats het beschermvel samen met het papier in de lade. Verwijder het beschermvel nadat u het papier hebt aangebracht. U kunt maximum 25 vellen instellen voor Post Card­formaat en 30 vellen voor Small-formaat. Plaats de achterkant van het tussenschot om printpapier van Small-formaat in te brengen.
3 Sluit de klep van de
papierlade. Duw dan de klep van de papierlade open en steek de papierlade in de printer.
Steek ze goed in tot ze vastklikt.
Opmerkingen
•Als het printpapier niet automatisch wordt
toegevoerd, licht de papierfoutindicator op. Trek de papierlade uit en controleer de papierverstopping.
•Wanneer u printpapier bijvult, mag het totale
aantal vellen niet meer dan 25 (Postcard-formaat)/ 30 (Small-formaat) bedragen. Plaats geen verschillende soorten papier in de lade. Indien u dit toch doet, kan het papier vastlopen of de printer defect raken.
•Verwijder de rug van zelfklevend papier niet voor het printen is voltooid. Indien u dit toch doet, kan het papier vastlopen of de printer defect raken.
•Druk nooit tweemaal af op hetzelfde printpapier. Door tweemaal op hetzelfde papier te drukken zal het beeld niet dikker worden afgedrukt. Hierdoor kan de printer zelfs defect raken.
• Indien het printpapier op raakt nadat u op PRINT hebt gedrukt, weerklinkt de waarschuwingspieptoon en licht de papierfoutindicator op.
Voorkant
Tussenschot
Printoppervlak
Pijltje
Papier
Bij het inbrengen van printpapier van Small-formaat
Kenmerken
Met de Digital Photo Printer DPP-SV55 kunnen beelden op een “Memory Stick” of PC card worden afgedrukt. U kunt ook makkelijk printen vanaf uw computer.
Fotorealistische afdrukken
Met scherpte-, contrast-, tint- en andere fijnregelingsfuncties kan de printer fotorealistische afdrukken maken volgens het type beeld en uw eigen smaak.
Auto Fine Print functie
Zelfs een donker beeld met weinig contrast kan hiermee worden geregeld en afgedrukt als helder en scherp beeld.
Afdrukformaat en rand-/ randloze afdruk kiezen
U kunt kiezen uit een grote, dynamische afdruk van Post Card-formaat of een zuinige afdruk van Small-formaat. Voor afdrukken van Post Card-formaat hebt u de keuze tussen een afdruk met of zonder rand.
Beelden op een “Memory Stick” of PC card direct afdrukken
Haal gewoon een “Memory Stick” of PC card uit uw digitale camera of camcorder en steek hem in de printer. De beelden op de “Memory Stick” of PC card kunnen meteen worden afgedrukt. U kunt ook alle beelden op een “Memory Stick” of PC card of de beelden vooringesteld met een digitale camera ineens afdrukken.
Afwerking kiezen
U kunt kiezen voor een glanzende of gestructureerde afdruk.
25/30 vellen continu afdrukken
Met de meegeleverde papierlade kunt u 25 vellen in Post Card-formaat en 30 vellen in Small-formaat continu afdrukken.
Diverse afdrukmogelijkheden met de printer
U kunt verschillende afdrukken maken, zoals bijvoorbeeld een standaardafdruk, een datumafdruk en een indexafdruk van de beelden op een “Memory Stick” of PC card. Met diverse beeldverwerkingsfuncties kan het beeld worden vergroot/verkleind, geroteerd, gekanteld of verplaatst. U kunt ook een speciaal effect toevoegen voor sepiakleurige, éénkleurige, soft-focus of schilderachtige beelden.
Nog meer afdrukmogelijkheden met het CREATIVE PRINT menu
Met het CREATIVE PRINT menu kunt u verschillende soorten afdrukken maken, zoals een kalender, kaarten, deelbeelden of stickers met omkaderde beelden.
Handige USB aansluiting op uw computer
Met de meegeleverde DPP-SV55 printer driver software op uw computer kunt u beelden via uw computer afdrukken. Met de meegeleverde “Memory Stick/PC card Reader Software” kunt u beelden op een “Memory Stick” of PC card in de printer bekijken en behandelen vanaf uw computer.
De printer uitpakken
Controleer of de volgende accessoires in de verpakking van de printer aanwezig zijn.
• Netsnoer (1)
• Videokabel (1)
• Papierlade (1)
• CD-ROM (voor Sony DPP-SV55 Printer Driver Software for Windows 98/98SE Ver. 1.0/for Mac OS 8.5.1, 8.6, 9.0 Ver. 1.0 en Memory Stick/PC card Reader Software for Windows 98/ 98SE Ver. 1.0)* (1) * De printer is ook compatibel met Windows Me, ook al staat die niet vermeld op de CD-
ROM.
• Gebruiksaanwijzing – Basishandelingen (1)
• Gebruiksaanwijzing – Geavanceerde handelingen (1)
• Gebruiksaanwijzing – Software Handleiding/Aanvullende Informatie (1)
• Garantiekaart (1)
• Printset (1)
Gebruik van de printset
U hebt een los verkrijgbare printset voor de printer nodig. De set bevat een aantal velien printpapier en een print cartridge voor afdrukken van Postcard (4x6") of Small (3,5x4") formaat. Kies de printset volgens het type afdruk:
Printset Inhoud
SVM-25LS 25 vellen printpapier van Postcard-formaat/Print cartridge voor 25 afdrukken SVM-25LW 25 vellen zelfklevend van Postcard-formaat/Print cartridge voor 25 afdrukken SVM-30SS 30 vellen fotopapier van Small-formaat/Print cartridge voor 30 afdrukken SVM-30SW 30 vellen zelfklevend van Small-formaat/Print cartridge voor 30 afdrukken SVM-30SW09
Opmerkingen
•Gebruik uitsluitend de printset voor deze printer.
•Gebruik altijd de print cartridge en het
printpapier uit dezelfde verpakking samen. Wanneer u cartridges en papier van verschillende types samen gebruikt, kan niet worden afgedrukt, of kan het papier geklemd of de printerwerking verstoord raken.
•Bewaar een deels gebruikte set van print cartridge
en printpapier bij langdurige opslag in de originele zak of een vergelijkbare verpakking.
30 vellen zelfklevend van Small-formaat voor 9-voudige afdrukken/Print cartridge voor 30 afdrukken
•Raak het inktlint, de print cartridge of het printoppervlak van het printpapier niet aan. De afdrukkwaliteit kan verminderen door vingerafdrukken of stof op het printoppervlak of het inktlint.
•Voor een hoge afdrukkwaliteit mogen print cartridges en printpapier niet worden bewaard op een plaats waar ze bloot staan aan hoge temperatuur, een hoge vochtigheidsgraad, overmatig stof of directe zonnestraling.
Loading...