Sony DHC-MD5 User Manual [it]

Mini Hi-Fi Component System
3-858-047-42(1)
Gebruiksaanwijzing
Istruzioni per l’uso
fT
NL
I
DHCMD5.3-858-047-42.NLI
DHC-MD5
©1996 by Sony Corporation
WAARSCHUWING
Stel het apparaat niet bloot aan regen of vocht, om gevaar van brand of een elektrische schok te voorkomen.
Open niet de behuizing, om gevaar van elektrische schokken te vermijden. Laat reparaties aan de erkende vakhandel over.
Installeer het apparaat niet in een krappe, omsloten ruimte zoals een boekenkast of een inbouwkast.
Amerikaanse en buitenlandse octrooien onder licentie van Dolby Laboratories Licensing Corporation.
De laser in dit apparaat is in staat straling uit te zenden die de toegestane limiet van Klasse 1 overschrijdt. LASER KLASSE 1
Deze compact disc speler is geklassificeerd als een LASER KLASSE 1 produkt.
Het label met de aanduiding CLASS 1 LASER PRODUCT bevindt zich aan de achterkant van het
Dit waarschu-wingslabel bevindt zich binnenin het apparaat.
apparaat.
Bij dit produkt zijn batterijen geleverd.
Wanneer deze leeg zijn, moet u ze niet weggooien maar inleveren als KCA.
2
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
Inhoudsopgave
Voorbereidingen
Stap 1: Aansluiten van de
stereo-installatie ............................... 4
Stap 2: Gelijkzetten van de klok ........... 5
Stap 3: Vastleggen van uw favoriete
radiozenders ..................................... 6
Aansluiten van externe audio/video-
apparatuur en buitenantennes ....... 7
Basisbediening
Afspelen van een compact disc ............ 9
Opnemen van een compact disc ........ 10
Afspelen van een minidisc .................. 12
Luisteren naar de radio ....................... 13
Opnemen van een radio-uitzending . 14
Compact disc speler
Gebruik van het CD uitleesvenster ... 15
Herhaalde weergave van
muziekstukken op CD .................. 15
Willekeurige weergave van
muziekstukken op CD .................. 16
Programma-weergave van
muziekstukken op CD .................. 17
Repeteerweergave van een
muziekpassage op CD .................. 18
Titels voor uw compact discs
invoeren .......................................... 19
Programma-weergave van muziek
op een minidisc .............................. 22
– Opname/Montage
Alvorens u begint met opnemen........ 23
Handmatig opnemen op een
minidisc ........................................... 24
Aanbrengen van
muziekstuknummers .................... 25
Wissen van minidisc-opnamen .......... 27
Verplaatsen van opgenomen
muziekstukken ............................... 29
Onderverdelen van opgenomen
muziekstukken ............................... 30
Samenvoegen van opgenomen
muziekstukken ............................... 31
Titels voor uw minidiscs invoeren .... 32
Instellen van de weergave
Bijregelen van het geluid ..................... 33
Gebruik van het akoestiekmenu ........ 34
Andere mogelijkheden
Namen voor uw voorkeurzenders
invoeren .......................................... 34
Gebruik van het Radio Data
Systeem (RDS) ................................ 35
Met muziek in slaap vallen ................. 37
Met muziek gewekt worden ............... 38
Schakelklok-opname van radio-
uitzendingen................................... 39
NL
Minidisc-recorder
– Weergave
Gebruik van het minidisc-
uitleesvenster ................................. 20
Herhaalde weergave van muziek
op een minidisc .............................. 21
Willekeurige weergave van muziek
op een minidisc .............................. 22
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen ........................ 41
Beperkingen van het minidisc-
systeem ............................................ 42
Verhelpen van storingen ..................... 44
Technische gegevens............................ 46
Index....................................................... 48
3
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
Voorbereidingen
Stap 1: Aansluiten van de stereo-installatie
Volg de onderstaande aanwijzingen van 1 t/m 3 om uw stereo-installatie aan te sluiten met de bijgeleverde snoeren en ander toebehoren. Voer daarna de stappen 2 en 3 uit om de voorbereidingen te kompleteren.
AM-kaderantenne
FM-antenne
Rechter luidspreker
Achterpaneel van de DHC-MD5
Sluit de luidsprekers aan.
1
Sluit de luidsprekersnoeren aan op de SPEAKER klemmen met dezelfde kleur.
Houd de luidsprekersnoeren uit de buurt van de antennes en antennesnoeren, om storing in de weergave te voorkomen.
Linker luidspreker
R L
Zwart (’)
Rood (‘)
4
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
Sluit de FM- en AM-antennes aan.
2
Zet de kaderantenne in elkaar en sluit deze aan.
Strek de FM-
AM-kaderantenne
draadantenne zover mogelijk horizontaal uit.
FM 75
COAXAL
Stap 2: Gelijkzetten van de klok
Om de schakelklok-funkties te kunnen gebruiken, zult u eerst de ingebouwde klok op de juiste tijd moeten instellen.
AM
2,4 3,51
·
º
π§
®
Steek de stekker van het netsnoer in
3
het stopkontakt.
Plaats twee R6 (AA-formaat) batterijen in de afstandsbediening
]
}
}
]
Tip
Bij normaal gebruik zal een stel batterijen ongeveer zes maanden meegaan. Als de stereo-installatie niet meer goed op de afstandsbediening reageert, vervangt u dan beide batterijen door nieuwe.
Opmerking
Wanneer u de afstandsbediening geruime tijd niet gebruikt, kunt u beter de batterijen eruit verwijderen, om schade door eventuele batterijlekkage en corrosie te vermijden.
1 Druk op de TIMER SET toets.
2 Stel met de MULTI JOG draaiknop
in op het juiste uur.
De ingebouwde klok werkt met een 24-uurs cyclus.
3 Druk op de ENTER/YES
invoertoets.
4 Stel met de MULTI JOG draaiknop
in op de juiste minuut.
5 Druk op de ENTER/YES
invoertoets.
De klok gaat nu lopen.
Korrigeren van de ingestelde tijd
1 Druk op de TIMER SET toets. 2 Draai aan de MULTI JOG instelknop tot er
“CLOCK SET?” wordt aangegeven en druk dan op de ENTER/YES invoertoets.
3 Herhaal de stappen 2 t/m 5.
5
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
Stap 3: Vastleggen van uw favoriete radiozenders
U kunt maximaal 40 favoriete radiozenders vastleggen, 20 voor de FM, 10 voor de middengolf en 10 voor de langegolf. Bij het model voor Duitsland kunt u maximaal 30 zenders vastleggen, 20 voor de FM en 10 voor de AM.
3,62
4
º
π§
·
§
π
·
1
1 Druk net zovaak op de TUNER/
BAND toets tot de gewenste afstemband in het uitleesvenster wordt aangegeven.
Telkens wanneer u op deze toets drukt, verandert de afstemband als volgt:
Model voor Duitsland:
FM nAM
Overige modellen:
FM n MG n LG
2 Druk net zovaak op de TUNING
MODE toets totdat de aanduiding “AUTO” in het uitleesvenster verschijnt.
3 Draai aan de MULTI JOG instelknop.
De tuner begint nu de afstemband te doorzoeken, om te stoppen wanneer er op een duidelijk doorkomende zender is afgestemd. In het uitleesvenster verschijnt de aanduiding “TUNED” (en
6
ook “STEREO” als er een FM stereo radio-uitzending wordt ontvangen).
5,7
4 Druk op de EDIT/NO toets en draai
dan aan de MULTI JOG instelknop tot er “Frq-MEMORY ?” wordt aangegeven.
5 Druk op de ENTER/YES toets.
6 Draai aan de JOG instelknop om in
te stellen op het gewenste voorinstelnummer voor de
®
ontvangen zender.
Voorinstelnummer
7 Druk op de ENTER/YES toets.
De zender wordt nu vastgelegd onder uw gekozen nummer.
8 Herhaal de stappen 1 t/m 7 voor elk
van de voorkeurzenders die u wilt vastleggen.
Afstemmen op een zender die te zwak is voor automatische afstemming
Druk in stap 2 net zovaak op de TUNING MODE toets tot de aanduiding “MANUAL” verschijnt en draai dan aan de MULTI JOG instelknop om op de gewenste zender af te stemmen.
Vastleggen onder een ander nummer
Volg de aanwijzingen weer vanaf stap 1.
Tip
De vastgelegde voorkeurzenders zullen na het verwijderen van de stekker uit het stopkontakt of na uitvallen van de stroom ongeveer een week lang in het afstemgeheugen bewaard blijven.
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
Aansluiten van externe audio/video­apparatuur en buitenantennes
Voor een veelzijdig gebruik van uw stereo­installatie kunt er los verkrijgbare apparatuur op aansluiten. Zie voor nadere bijzonderheden tevens de gebruiksaanwijzing van elk aan te sluiten apparaat.
Aansluiten van een videospel/videorecorder
Zorg bij het aansluiten dat u de kleuren van de stekkers en de aansluitbussen niet verwisselt.
naar de audio-uitgangsaansluitingen van het videospel of de videorecorder.
2 Schakel de stroom uit, houd de
FUNCTION toets ingedrukt in en schakel dan de stroom weer in met de POWER schakelaar.
Om weer terug te schakelen naar “VIDEO” gaat u net zo te werk vanaf “GAME” in stap 1.
Betreffende de “VIDEO” en “GAME” instellingen
Stel in op de stand die het best voldoet met de apparatuur
aangesloten op de VIDEO/GAME IN aansluitingen.
Bij aansluiten van een videorecorder, een AM/ FM-tuner of een cassettedeck stelt u in op “VIDEO”.
Bij aansluiten van een videospel, een
multidiscspeler of een DAT cassettedeck stelt u in op “GAME”.
Als het geluid vervormd klinkt in de “VIDEO” stand, schakel dan over op de “GAME” stand.
Aansluiten van audio­apparatuur
Aansluiten van een cassettedeck
Zorg bij het aansluiten dat u de kleuren van de stekkers en de aansluitbussen niet verwisselt.
naar de audio­ingangsaansluitingen van het aan te sluiten cassettedeck.
naar de AU-BUS aansluiting van het TC-TX5 stereo cassettedeck.
Weergeven van het geluid van de videorecorder
Druk net zovaak op de FUNCTION keuzeschakelaar tot de aanduiding “VIDEO” verschijnt.
Weergeven van het geluid van een videospel
Druk net zovaak op de FUNCTION keuzeschakelaar tot de aanduiding “GAME” verschijnt.
Als u met de FUNCTION keuzeschakelaar wel kunt instellen op “VIDEO” maar niet op “GAME”, kunt u deze mogelijkheid omschakelen op de volgende wijze.
1 Druk net zovaak op de FUNCTION
keuzeschakelaar tot de aanduiding “VIDEO” verschijnt.
naar de audio­uitgangsaansluitingen van het aan te sluiten cassettedeck.
Tip
Als u het TC-TX5 cassettedeck aansluit op de DHC-MD5, vergeet dan niet de beide apparaten onderling te verbinden via de AU-BUS aansluitingen.
wordt vervolgd
7
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
Aansluiten van externe audio/ video-apparatuur en buitenantennes (vervolg)
Aansluiten van een minidisc­recorder/DAT cassettedeck
Een minidisc-recorder/DAT cassettedeck met een vierkante optische aansluitbus kunt u rechtstreeks aansluiten op de CD DIGITAL OPTICAL OUT aansluiting. Dan kunt u op de aangesloten minidisc-recorder of het DAT cassettedeck digitale opnamen maken van een CD of een minidisc die u afspeelt op deze stereo-installatie.
y
naar de optische digitale ingangsaansluiting van een minidisc-recorder/ DAT cassettedeck
Tip
Als u een platenspeler met een “MM” magnetisch element aansluit op de VIDEO/GAME IN aansluitingen, gebruikt u dan voor het aansluiten de los verkrijgbare MM equalizer-voorversterker EQ-2 en het audio-aansluitsnoer. Voor het luisteren naar de weergave van de platenspeler, drukt u dan op de FUNCTION keuzeschakelaar tot de aanduiding “VIDEO” verschijnt.
Om storing in de weergave te voorkomen, verbindt u de y aansluiting met de aardaansluiting van de platenspeler.
Aansluiten van buitenantennes
Voor de beste radio-ontvangst is het aanbevolen een of meer buitenantennes aan te sluiten.
FM-antenne
Sluit een los verkrijgbare FM-buitenantenne aan. Ook kunt u gebruik maken van een TV­antenne.
AM-antenne
Sluit een geïsoleerde draad van 6 tot 15 meter lengte aan op de AM antenne-aansluiting. Laat de AM-kaderantenne hierbij ook nog wel aangesloten.
Geïsoleerde draad (niet bijgeleverd)
Aardingsdraad (niet bijgeleverd)
Belangrijk
Bij gebruik van een buitenantenne dient deze geaard te worden, ter bescherming tegen blikseminslag. Sluit de aardingsdraad nooit aan op een gasleiding; gezien de kans op een gasexplosie is dit uiterst gevaarlijk.
FM 75
COAXAL
IEC standaard antennestekker (niet bijgeleverd)
FM 75
COAXAL
AM
AM
8
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
Basisbediening
Afspelen van een compact disc
Met deze stereo-installatie kunt u tot drie compact discs achtereen afspelen.
POWER
0/)
1/ALL DISCS MULTI JOG
VOLUME
Nummer van de disc-uitsparing
Verstreken speelduur
Muziekstuknummer
º
π§
·
§
π
·
·
EX-CHANGE
DISC SKIP
π
21
1 Druk op de § uitschuiftoets
sluittoets en leg een of twee compact discs in de disc-lade.
Met de bedrukte label­kant boven. Voor het afspelen van een 8 cm CD singletje plaatst u dit in de binnenste uitsparing van de disc-lade.
Voor het inleggen van een derde compact disc drukt u op de DISC SKIP toets om het disc-plateau door te draaien.
2 Druk op een van de DISC 1 – 3
toetsen. De disc-lade sluit en het afspelen van de gekozen CD begint.
Als u op de · weergavetoets drukt met de disc-lade dicht, dan begint het afspelen vanaf het begin van de CD in de disc-uitsparing waarvan het nummer groen oplicht.
Voor het
®
Stoppen met afspelen
Pauzeren
Opzoeken van een muziekstuk
Opzoeken van een punt in een muziekstuk
Kiezen van een compact disc
Afspelen van alleen de eerste compact disc
Afspelen van alle CD’s
Uitnemen of verwisselen van een compact disc
Verwisselen van een andere CD tijdens weergave
Bijregelen van de geluidssterkte
* Automatische Muziek Sensor
Doet u het volgende
Druk op de π stoptoets.
Druk op de pauzetoets. Nogmaals drukken om de weergave te hervatten.
Draai de MULTI JOG knop naar rechts (om vooruit te gaan) of naar links (om terug te gaan) en laat de knop los bij het gewenste muziekstuk. Ook kunt u de AMS* + of = zoektoets op de afstandsbediening gebruiken. Voor het doorzoeken op de andere CD’s houdt u de MULTI JOG instelknop langer vast.
Druk op de ) of 0 toets tijdens weergave en laat de toets bij het gewenste punt los.
Druk op de DISC SKIP toets (of de D.SKIP toets op de afstandsbediening).
Druk net zovaak op de 1/ALL DISCS toets tot er “1 DISC” wordt aangegeven.
Druk net zovaak op de 1/ALL DISCS toets tot er “ALL DISCS” wordt aangegeven.
Druk op de § uitschuiftoets.
Druk op de EX-CHANGE toets. Nogmaals drukken om de disc­lade te sluiten.
Draai aan de VOLUME regelaar (of druk op de of toets van de afstandsbediening).
Basisbediening
wordt vervolgd
9
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
Afspelen van een compact disc
P
(
p6
r
0
)
(vervolg)
Tips
• Bij indrukken van de · toets wanneer de stereo-
installatie nog uit staat, wordt deze automatisch ingeschakeld en begint het afspelen van de compact disc, mits er een CD in de disc-lade aanwezig is (één-toets weergavestart).
• U kunt in één handeling overschakelen van een andere geluidsbron en de weergave van een compact disc starten, eenvoudig met een druk op de · toets of een van de DISC 1 – 3 toetsen* (automatische geluidsbron-keuze).
* Tijdens normale weergave of de “1 DISC
SHUFFLE” weergave werkt indrukken van de DISC 1-3 toetsen ook voor de automatische geluidsbron-keuze.
• Als er geen CD in de disc-lade aanwezig is, verschijnt de aanduiding “CD NO DISC”.
• Tijdens het afspelen van een disc of wanneer er is ingeschakeld op een bepaalde disc-uitsparing zal de DISC 1 – 3 toets van de betreffende disc­uitsparing groen oplichten.
Opnemen van een compact disc
— CD synchroon-opname
U kunt de muziek op een compact disc overnemen op een minidisc op volledig digitale wijze, waarbij de muziekstuknummers automatisch op de minidisc worden vastgelegd in dezelfde volgorde als op de CD. Hierbij zal een gloednieuwe, ongebruikte minidisc, of een minidisc die in één keer volledig gewist is (zie blz. 28), automatisch worden voorzien van dezelfde disc-titel (zie blz. 32) als de opgenomen compact disc. Bij het toevoegen van nieuwe opnamen op een reeds gebruikte opname-minidisc zal het opnemen automatisch beginnen vanaf het eind van de vorige opnamen.
POWER
π
645
º
π§
·
®
10
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
·
§
π
4213
1 Steek een voor opnemen geschikte
minidisc in de minidisc-recorder.
Met de pijl naar binnen toe wijzend.
Met de label­kant boven.
2 Druk op de § uitschuiftoets en
plaats een compact disc in de disc­lade.
De disc-lade blijft open staan.
Met de bedrukte label­kant boven. Voor het afspelen van een 8 cm CD singletje plaatst u dit in de binnenste uitsparing van de disc-lade.
Voor het inleggen van een derde compact disc drukt u op de DISC SKIP toets om het disc-plateau door te draaien.
Druk nogmaals op de § uitschuiftoets om de disc-lade te sluiten.
3 Druk net zovaak op de DISC SKIP
toets (of de D.SKIP toets op de afstandsbediening) tot de DISC 1 – 3 toets van de gewenste disc­uitsparing groen oplicht.
4 Druk op de CD SYNC toets en draai
dan aan de MULTI JOG instelknop tot er “NORMAL ?” wordt aangegeven.
Opnemen van alleen het eerste muziekstuk van elke CD — Hit Parade
Stel in stap 4 in op “HIT PARADE ?”.
Stoppen met opnemen
Druk op de π stoptoets van de minidisc­recorder.
Wanneer de aanduiding “TOC” oplicht of knippert
Stoot dan vooral niet tegen het apparaat en trek niet de stekker uit het stopkontakt. De minidisc-recorder is dan bezig de inhoudsopgave (TOC = Table of Contents) bij te werken.
Opmerkingen
• Bij opnemen met de “HIT PARADE” opnamefunktie wordt de disc-titel niet op de minidisc overgenomen.
• Als u de minidisc niet kunt uitnemen, drukt u de minidisc eerst verder naar binnen en dan drukt u op de § uitschuiftoets van de minidisc-recorder.
Basisbediening
5 Druk op de ENTER/YES toets.
De minidisc-recorder komt dan in gereedheid voor opname en de compact disc speler blijft in de weergave/ pauzestand wachten.
6 Druk op de pauzetoets van de
minidisc-recorder.
Nu begint het opnemen van de CD.
11
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
Afspelen van een minidisc
Een minidisc is net zo af te spelen als een compact disc.
POWER
1 Steek een minidisc in de minidisc-
recorder.
Met de pijl naar binnen toe wijzend.
Met de label­kant boven.
2 Druk op de · weergavetoets.
Het afspelen van de minidisc begint.
MULTI JOG
0/)
º
π§
·
π
·
π
12
§
(
P
§
VOLUME
)
0
p6
®
r
Voor het
Stoppen met
Doet u het volgende
Druk op de π stoptoets.
afspelen
Pauzeren
Druk op de pauzetoets. Nogmaals drukken om de weergave te hervatten.
Opzoeken van een muziekstuk
Draai de MULTI JOG knop naar rechts (om vooruit te gaan) of naar links (om terug te gaan) en laat de knop los bij het gewenste muziekstuk. Ook kunt u de AMS
+ of = zoektoets op de
afstandsbediening gebruiken.
Opzoeken van een punt in een
Druk op de ) of 0 toets tijdens weergave en laat de toets bij het gewenste punt los.
muziekstuk
Uitnemen
Druk op de § uitschuiftoets.
van de minidisc
Bijregelen van de geluidssterkte
Draai aan de VOLUME regelaar (of druk op de of toets van de afstandsbediening).
Tips
• U kunt het afspelen starten vanaf een gewenst
muziekstuk. Alvorens u in stap 2 op de · weergavetoets drukt, draait u eerst aan de MULTI JOG knop tot het gewenste muziekstuk wordt aangegeven.
• Bij indrukken van de · toets wanneer de stereo-
installatie nog uit staat, wordt deze automatisch ingeschakeld en begint het afspelen van de minidisc, mits er een minidisc in het apparaat aanwezig is (één-toets weergavestart).
• U kunt in één handeling overschakelen van een andere geluidsbron en de weergave van een minidisc starten, eenvoudig met een druk op de
· toets (automatische geluidsbron-keuze).
12
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
Verstreken speelduurMuziekstuknummer
Luisteren naar de
MULTI JOG
radio
Leg eerst uw favoriete radiozenders in het afstemgeheugen vast (zie blz. 6).
POWER
2
VOLUMESTEREO/MONO
º
π§
·
π
·
®
§
3 Draai aan de MULTI JOG instelknop
om af te stemmen op de gewenste voorkeurzender.
Draai naar links (of druk op de PRESET - toets van de afstandsbediening) om af te stemmen op een lager genummerde zender.
Afstemfrekwentie
Zendernaam
Draai naar rechts (of druk op de PRESET + toets van de afstandsbediening) om af te stemmen op een hoger genummerde zender.
Voorinstelnummer
1
3
1 Druk net zovaak op de TUNER/
BAND toets (of de BAND toets van de afstandsbediening) tot de gewenste afstemband in het uitleesvenster wordt aangegeven.
Telkens wanneer u op deze toets drukt, verandert de afstemband als volgt:
Model voor Duitsland:
FMn AM
Overige modellen:
FM n MG n LG
n
2 Druk net zovaak op de TUNING
MODE toets tot de aanduiding “PRESET” in het uitleesvenster verschijnt.
Voor het
Uitschakelen van de radio
Bijregelen van de geluidssterkte
Doet u het volgende
Druk op de POWER schakelaar.
Draai aan de VOLUME regelaar (of druk op de of toets van de afstandsbediening).
Luisteren naar radiozenders die niet zijn vastgelegd
Druk in stap 2 net zovaak op de TUNING MODE toets tot de aanduiding “MANUAL” verschijnt en draai dan aan de MULTI JOG instelknop om op de gewenste zender af te stemmen.
Tips
• Bij indrukken van de TUNER/BAND toets (of de BAND toets van de afstandsbediening) wanneer de stereo-installatie nog uit staat, wordt deze automatisch ingeschakeld en begint de weergave van de laatst ontvangen radiozender (één-toets weergavestart).
• U kunt in één handeling overschakelen van een andere geluidsbron naar de tuner en de radio­ontvangst starten, eenvoudig met een druk op de TUNER/BAND toets (of de BAND toets van de afstandsbediening) (automatische geluidsbron­keuze).
• Om de beste radio-ontvangst te vinden kan het nodig zijn verschillende standen van de bijgeleverde antennes uit te proberen.
• Wanneer een FM stereo radio-uitzending niet duidelijk doorkomt, drukt u op de STEREO/ MONO toets, zodat de aanduiding “MONO” oplicht. Het stereo-effekt zal nu verloren gaan, maar de radio-ontvangst zal helderder klinken. Druk nogmaals op de toets om weer naar stereo­geluid te luisteren.
Basisbediening
13
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
Opnemen van een
MULTI JOG
radio-uitzending
4 Draai aan de MULTI JOG instelknop
om af te stemmen op de gewenste voorkeurzender.
Na keuze van een vastgelegde voorkeurzender kunt u een radio­uitzendingen op een minidisc opnemen. Als u een opname-minidisc met al eerdere opnamen gebruikt, zal het opnemen automatisch beginnen vanaf het eind van de vorige opnamen.
POWER
36
·
·
21 5
4
º
π§
§
π
π
®
1 Steek een voor opnemen geschikte
minidisc in de minidisc-recorder.
Met de pijl naar binnen toe wijzend.
Met de label­kant boven.
)
0
p6
(
P
r
2 Druk net zovaak op de TUNER/
BAND toets (of de BAND toets van de afstandsbediening) tot de gewenste afstemband in het uitleesvenster wordt aangegeven.
Draai naar links (of druk op de PRESET – toets van de afstandsbediening) om af te stemmen op een lager genummerde zender.
Afstemfrekwentie
Draai naar rechts (of druk op de PRESET + toets van de afstandsbediening) om af te stemmen op een hoger genummerde zender.
VoorinstelnummerZendernaam
5 Druk op de r REC opnametoets.
De minidisc-recorder komt dan in gereedheid voor opname.
6 Druk op de pauzetoets van de
minidisc-recorder.
Nu begint het opnemen van de radio­uitzending.
Stoppen met opnemen
Druk op de π stoptoets van de minidisc­recorder.
Tips
• Voor het opnemen van een uitzending van een radiozender die niet is vastgelegd, drukt u in stap 3 net zovaak op de TUNING MODE toets tot de aanduiding “MANUAL” verschijnt en dan draait u aan de MULTI JOG instelknop om op de gewenste zender af te stemmen.
• Als er bij het opnemen van een AM radio­uitzending storing klinkt, kunt u dit verhelpen door de AM-kaderantenne in een andere richting te draaien.
3 Druk net zovaak op de TUNING
MODE toets tot de aanduiding “PRESET” in het uitleesvenster verschijnt.
14
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
Compact disc speler
Gebruik van het CD uitleesvenster
In het uitleesvenster kunt u de resterende speelduur van het weergegeven muziekstuk of de gehele compact disc kontroleren.
DISPLAY
º
π§
·
Druk tijdens CD-weergave enkele malen op de DISPLAY toets.
Telkens wanneer u op deze toets drukt, verandert de aanduiding in het uitleesvenster als volgt:
n Verstreken speelduur van het
weergegeven muziekstuk.
µ
Resterende speelduur van het weergegeven muziekstuk.
µ
Resterende speelduur van de gehele compact disc.
* Tijdens programma-weergave en willekeurige
weergave wordt de resterende speelduur van de gehele CD niet aangegeven.
Kontroleren van de totale speelduur en het aantal muziekstukken op de CD
Deze gegevens worden aangegeven in de stopstand bij normale weergave en willekeurige weergave.
Totaal aantal muziekstukken
Totale speelduur
®
Herhaalde weergave van muziekstukken op CD
–– REPEAT weergave
Met de herhaalfunktie kunt u een enkele compact disc of alle CD’s laten herhalen met normale weergave, willekeurige weergave of programma-weergave.
REPEAT
º
π§
·
Druk tijdens CD-weergave op de REPEAT toets tot de aanduiding “REPEAT” verschijnt.
Dan begint de herhaalde weergave. Volg de onderstaande aanwijzingen voor het omschakelen van de herhaalfunktie.
Voor het herhalen van
Alle muziekstukken op de weergegeven CD
Alle muziekstukken op alle compact discs
Een enkel muziekstuk*
* Tijdens programma-weergave en willekeurige
weergave is herhalen van een enkel muziekstuk niet mogelijk.
Drukt u net zovaak op
de 1/ALL DISCS toets tot het uitleesvenster “1 DISC” aangeeft.
de 1/ALL DISCS toets tot het uitleesvenster “ALL DISCS” aangeeft.
de REPEAT toets tot het uitleesvenster “REPEAT 1” aangeeft, tijdens weergave van het te herhalen muziekstuk.
®
Opmerking
Bij het kontroleren van de resterende speelduur van muziekstuknummer 21 of hoger, zal het uitleesvenster slechts “--m--s” aangeven.
Uitschakelen van de herhaalfunktie
Druk net zovaak op de REPEAT toets totdat de “REPEAT” of “REPEAT 1” aanduiding in het uitleesvenster dooft.
15
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
Willekeurige weergave van muziekstukken op CD
–– SHUFFLE weergave
Alle muziekstukken van een compact disc of van alle compact discs kunnen in willekeurige volgorde worden weergegeven.
312
·
·
MULTI JOG
º
π§
§
π
®
4 Druk op de · weergavetoets.
De aanduiding “J” verschijnt en dan begint het afspelen in willekeurige volgorde.
Uitschakelen van de willekeurige weergave
Druk net zovaak op de PLAY MODE toets tot de aanduiding
“SHUFFLE” in het uitleesvenster dooft.
Tips
• Ook tijdens normale weergave kunt u overschakelen op willekeurige weergave, door te zorgen dat er “SHUFFLE” in het uitleesvenster verschijnt.
• Om een ongewenst muziekstuk over te slaan, draait u de MULTI JOG instelknop naar rechts (of drukt u op de + toets van de afstandsbediening).
4
1 Druk net zovaak op de FUNCTION
keuzeschakelaar tot de aanduiding “CD” verschijnt en leg dan een of meer compact discs in de disc-lade.
2 Druk net zovaak op de PLAY
MODE toets tot de aanduiding “SHUFFLE” verschijnt.
3 Druk op de 1/ALL DISCS toets.
Telkens wanneer u op deze toets drukt, verspringt de aanduiding in het uitleesvenster als volgt:
“ALL DISCS”
(De muziekstukken van alle CD’s
worden in willekeurige volgorde weergegeven.)
16
“1 DISC”
˜
(Alle muziekstukken van de CD waarvoor de DISC 1 – 3 toets groen oplicht worden in willekeurige volgorde weergegeven.)
DISC 1-3
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
Programma­weergave van muziekstukken op CD
–– PROGRAM weergave
U kunt uw eigen muziekselektie samenstellen door maximaal 32 nummers van alle CD’s te programmeren in de volgorde waarin u de muziek wilt horen.
12
·
54
º
π§
®
5 Druk op de ENTER/YES invoertoets.
Het gekozen muziekstuk is nu in uw muziekprogramma opgenomen. Het laatst geprogrammeerde nummer verschijnt, gevolgd door de totale speelduur.
6 Voor elk muziekstuk dat u aan uw
muziekprogramma wilt toevoegen, herhaalt u de stappen 3 t/m 5.
Voor het kiezen van een volgend muziekstuk van dezelfde compact disc kunt u stap 3 achterwege laten.
7 Druk op de · weergavetoets.
Alle geprogrammeerde muziekstukken worden dan in de door u gekozen volgorde afgespeeld.
§
π
π
3
7
·
1 Druk net zovaak op de FUNCTION
keuzeschakelaar tot de aanduiding “CD” verschijnt en leg dan een of meer compact discs in de disc-lade.
2 Druk net zovaak op de PLAY
MODE toets tot de aanduiding “PROGRAM” verschijnt.
3 Druk op een van de DISC 1 – 3
toetsen om in te stellen op de CD met het gewenste muziekstuk.
4 Draai aan de MULTI JOG instelknop
tot het gewenste muziekstuk in het uitleesvenster wordt aangegeven.
Gekozen muziekstuknummer
Speelduur
Kontroleren van het totale aantal geprogrammeerde muziekstukken
Druk in de stopstand op de DISPLAY toets. De aanduiding “Step” verschijnt, gevolgd
door het totaal aantal muziekstukken dat u hebt geprogrammeerd.
Voor het
Uitschakelen van de programma­weergave
Toevoegen van een muziekstuk aan uw muziekprogramma (in de stopstand)
Wissen van het gehele muziekprogramma
Tips
• U kunt ook een gehele CD als één nummer in uw programma opnemen, eenvoudig door stap 4 over te slaan.
• Een eenmaal vastgelegd muziekprogramma blijft ook na afspelen in het geheugen bewaard. Met een druk op de · weergavetoets kunt u hetzelfde programma dus nogmaals weergeven. Na opnemen van een muziekprogramma met de “HIT PARADE” opnamefunktie wordt het programma echter gewist.
• De totale speelduur kan niet worden aangegeven bij keuze van een muziekstuknummer boven de 20 of wanneer de totale speelduur de 100 minuten overschrijdt.
Doet u het volgende
Druk op de π stoptoets en dan net zovaak op de PLAY MODE toets tot de aanduiding “PROGRAM” dooft.
1 Kies de compact disc met de
DISC 1 – 3 toetsen.
2 Kies het muziekstuk met de
MULTI JOG instelknop.
3 Druk op de ENTER/YES
invoertoets.
Druk in de stopstand nogmaals op de π stoptoets.
17
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
Repeteerweergave van een muziekpassage op CD
— LOOP weergave
Met de repeteerweergave kunt u een muziekpassage van een compact disc enkele malen laten herhalen. Zo kunt u interessante effekten bereiken voor creatieve eigen opnamen.
1
º
π§
·
π
·
®
§
12,4 3
1 Druk net zovaak op de FUNCTION
keuzeschakelaar tot de aanduiding “CD” verschijnt en leg dan een of meer compact discs in de disc-lade.
2 Druk tijdens afspelen of in de
stopstand net zovaak op de LOOP toets tot de aanduiding “NORMAL 1 – 5” of “RHYTHM 1 – 5” verschijnt.
Telkens wanneer u op deze toets drukt, verandert de aanduiding in het uitleesvenster als volgt:
NORMAL 1*
NORMAL 5
3 Druk op een van de DISC 1 – 3
toetsen.
4 Druk op de LOOP toets bij het punt
waar u de repeteerweergave wilt starten en houd de toets ingedrukt totdat u de normale weergave wilt laten doorgaan.
Het verschil tussen NORMAL en RHYTHM
De repeteerweergave heeft twee verschillende manieren om de normale weergave te hervatten, de NORMAL terugkeer en de RHYTHM overlapping.
Oorspronkelijke muziek
Hey, Come on everybody! …
NORMAL terugkeer
De normale weergave wordt hervat vanaf het punt waar u de repeteerlus gestart hebt.
Lengte van de repeteerlus
˜
Hey, C… C… C… C’mon everybody! …
n
LOOP indrukken
RHYTHM overlapping
De normale weergave wordt weer opgepikt bij het punt waar de repeteerlus eindigt.
Hey, C… C… C… erybody! …
nme on ev
n
LOOP indrukken
: Gedeelte dat door de repeteerlus is
overlapt en dus niet wordt weergegeven.
n
LOOP loslaten
n
n
LOOP loslaten
RHYTHM 5
* Zie voor nadere bijzonderheden de
beschrijving onder “Het verschil tussen NORMAL en RHYTHM”.
18
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
RHYTHM 1*
De lengte van de repeteerlus is te kiezen uit vijf instellingen, van een kwart tot een volle sekonde.
Titels voor uw compact discs invoeren
U kunt voor 30 van uw favoriete compact discs een disc-titel van maximaal 13 letters en symbolen invoeren. Dan zal bij inleggen van een dergelijke CD de bijbehorende disc-titel automatisch in het uitleesvenster verschijnen. Bovendien zal bij opnemen van een dergelijke compact disc op een nieuwe, onbespeelde minidisc automatisch de titel van de CD ook op de minidisc worden opgenomen.
1
·
·
3,63 4,9
º
π§
π
®
§
4 Druk op de ENTER/YES toets.
De cursor voor het invoeren van de letters gaat knipperen.
Nummer disc-uitsparing
Cursor
5 Druk enkele malen op de
CHARACTER toets om in te stellen op het gewenste soort letterteken.
Telkens wanneer u op deze toets drukt, verspringt de letter-aanduiding in het uitleesvenster als volgt:
A (hoofdletters) n a (kleine letters) n 0 (cijfers) n ! (symbolen)* n (spatie) n A…
*De volgende symbolen zijn beschikbaar voor gebruik in de disc­titels:
!"#$%&'()+,–./:;<=>?@_` (spatie)
N
25
7
π
1
1 Druk net zovaak op de FUNCTION
keuzeschakelaar tot de aanduiding “CD” verschijnt en leg dan een of meer compact discs in de disc-lade.
2 Druk net zovaak op de DISC SKIP
toets (of de D.SKIP toets op de afstandsbediening) tot de DISC 1 – 3 toets van de gewenste disc­uitsparing groen oplicht.
Zorg dat de compact disc weergave gestopt is en wacht tot het totale aantal muziekstukken en de totale speelduur van de CD in het uitleesvenster verschijnen.
3 Druk op de EDIT/NO toets en draai
dan aan de MULTI JOG instelknop tot er “Name in ?” wordt aangegeven.
6 Draai aan de MULTI JOG instelknop
tot het gewenste letterteken in het uitleesvenster verschijnt.
Het gekozen letterteken gaat knipperen. Om een spatie in te voeren, drukt u op de CURSOR n toets terwijl de cursor knippert.
7 Druk op de CURSOR n toets.
Het in stap 6 gekozen letterteken licht op en de cursor schuift een plaatsje naar rechts op.
wordt vervolgd
19
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
Titels voor uw compact discs invoeren (vervolg)
Minidisc-recorder
Gebruik van het minidisc-
8 Herhaal de stappen 5 t/m 7 voor elk
van de volgende lettertekens, tot u de gehele gewenste titel hebt ingevoerd.
Als u per ongeluk een verkeerde letter hebt ingevoerd, drukt u op de CURSOR N of n toets tot het te korrigeren letterteken gaat knipperen en herhaal dan de stappen 5 t/m 7 om het te vervangen door het juiste letterteken.
Om een letterteken te wissen, drukt u op de EDIT/NO toets terwijl het letterteken nog knippert.
9 Druk tenslotte op de ENTER/YES
invoertoets om de titelprocedure af te ronden.
De ingevoerde disc-titel wordt dan in zijn geheel aangegeven.
Uitschakelen van de titelinvoer
Druk op de π stoptoets.
Wissen van een disc-titel
1 Druk op de EDIT/NO toets en draai dan
aan de MULTI JOG instelknop tot er “Name Erase?” wordt aangegeven.
2 Druk op de ENTER/YES toets.
Er verschijnt een disc-titel in het uitleesvenster.
De aanduiding “No Name” verschijnt als er nog geen disc-titel is vastgelegd.
3 Draai aan de MULTI JOG instelknop tot de
te wissen disc-titel in het uitleesvenster wordt aangegeven.
4 Druk nogmaals op de ENTER/YES toets.
De aanduiding “Complete” verschijnt in het uitleesvenster en de disc-titel wordt uit het geheugen gewist.
Opmerking
Bij opnemen van een muziekprogramma met de “HIT PARADE” opnamefunktie wordt de disc-titel niet op de minidisc opgenomen.
uitleesvenster
In het uitleesvenster kunt u de resterende speelduur van een muziekstuk en de totale speelduur van de minidisc kontroleren.
Kontroleren van de resterende speelduur van het weergegeven muziekstuk
DISPLAY
º
π§
·
Druk tijdens minidisc-weergave op de DISPLAY toets.
Telkens wanneer u op deze toets drukt, verspringt de aanduiding in het uitleesvenster als volgt:
n Verstreken speelduur en nummer van het
weergegeven muziekstuk.
µ
Resterende speelduur en nummer van het weergegeven muziekstuk.
µ
Titel van het weergegeven muziekstuk.*
* De aanduiding “No Name” verschijnt als er nog
geen muziekstuk-titel is vastgelegd.
®
20
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
Kontroleren van de resterende speelduur van de minidisc
Herhaalde weergave van muziek op een
Druk in de stopstand op de DISPLAY toets.
Telkens wanneer u op deze toets drukt, verspringt de aanduiding in het uitleesvenster als volgt:
n Totale speelduur en muziekstuknummers
op de minidisc.
µ
Resterende opnameduur op de minidisc (alleen voor een opname-minidisc).
Opmerkingen
Het aangeven van de juiste resterende speelduur kan wel eens onmogelijk zijn, door de vaste beperkingen van het minidisc-systeem.
minidisc
— REPEAT weergave
Met de herhaalfunktie kunt u een enkel muziekstuk of alle muziekstukken op de minidisc laten herhalen.
REPEAT
º
π§
·
Druk tijdens minidisc-weergave op de REPEAT toets tot de aanduiding “REPEAT” (voor herhalen van alle muziekstukken) of “REPEAT 1*” (voor een enkel muziekstuk) verschijnt.
Dan begint de herhaalde weergave.
* Tijdens programma-weergave en willekeurige
weergave is herhalen van een enkel muziekstuk niet mogelijk.
®
Uitschakelen van de herhaalfunktie
Druk net zovaak op de REPEAT toets totdat de “REPEAT” of “REPEAT 1” aanduiding in het uitleesvenster dooft.
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
21
Willekeurige
2 61 π 3 4
·
π
§
®
·
π§
º
Programma­weergave van muziek op een minidisc
–– SHUFFLE weergave
Alle muziekstukken van een minidisc kunnen in willekeurige volgorde worden weergegeven.
2 31 π MULTI JOG
º
π§
·
π
·
1 Druk net zovaak op de FUNCTION
keuzeschakelaar tot de aanduiding “MD” verschijnt en steek dan een minidisc in de minidisc-recorder.
2 Druk net zovaak op de PLAY
MODE toets tot de aanduiding “SHUFFLE” verschijnt.
3 Druk op de · weergavetoets.
De aanduiding “J” verschijnt en dan begint het afspelen van de muziekstukken in willekeurige volgorde.
®
§
weergave van muziek
op een minidisc
–– PROGRAM weergave
U kunt uw eigen muziekselektie van
maximaal 25 nummers van een minidisc
programmeren, in de volgorde waarin u de
muziek wilt horen.
1 Druk net zovaak op de FUNCTION
keuzeschakelaar tot de aanduiding “MD” verschijnt en steek dan een minidisc in de minidisc-recorder.
2 Druk net zovaak op de PLAY
MODE toets tot de aanduiding “PROGRAM” verschijnt.
3 Draai aan de MULTI JOG instelknop
tot het gewenste muziekstuknummer wordt aangegeven.
Uitschakelen van de willekeurige weergave
Druk eerst op de π stoptoets en dan net zovaak op de PLAY MODE toets tot de aanduiding “SHUFFLE” in het uitleesvenster dooft.
Tip
Om een ongewenst muziekstuk over te slaan, draait u de MULTI JOG instelknop naar rechts (of drukt u op de + toets van de afstandsbediening).
22
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
4 Druk op de ENTER/YES invoertoets.
Het gekozen muziekstuk wordt in uw muziekprogramma opgenomen. Het laatst geprogrammeerde nummer verschijnt, gevolgd door de totale speelduur.
Laatst gekozen muziekstuknummer
Totale speelduur
5 Herhaal de stappen 3 en 4 voor elk
muziekstuk dat u aan uw muziekprogramma wilt toevoegen.
Alvorens u begint met opnemen
6 Druk op de · weergavetoets.
Alle geprogrammeerde muziekstukken worden dan in de door u gekozen volgorde afgespeeld.
Voor het
Uitschakelen van de programma­weergave
Toevoegen van een muziekstuk aan uw muziekprogramma (in de stopstand)
Wissen van het gehele muziekprogramma
Tip
Een eenmaal vastgelegd muziekprogramma blijft ook na afspelen in het geheugen bewaard. Met een druk op de · weergavetoets kunt u hetzelfde programma dus nogmaals weergeven.
Doet u het volgende
Druk op de π stoptoets en dan net zovaak op de PLAY MODE toets tot de aanduiding “PROGRAM” dooft.
1 Kies het muziekstuk met de
MULTI JOG instelknop.
2 Druk op de ENTER/YES
invoertoets.
Druk in de stopstand nogmaals op de π stoptoets.
Minidiscs (afgekort tot MD) zijn een digitaal medium, waarop u muziek kunt opnemen en afspelen met een geluidskwaliteit vergelijkbaar met die van compact discs. Een van de handige funkties van minidiscs is de mogelijkheid muziekstukken te markeren. Dit stelt u in staat vlot en gemakkelijk een gewenst punt in de muziek op te zoeken en om de opgenomen muziekstukken naar keuze in een andere volgorde te zetten of anderszins aan te passen. Afhankelijk van de geluidsbron worden er verschillende methoden van opnemen gebruikt en worden de muziekstuknummers ook anders
vastgelegd.
Bij opnemen vanaf:
• De compact disc speler van deze stereo-installatie
– Het digitale signaal van de CD-speler
wordt ongewijzigd op de minidisc opgenomen (volledig digitale opname*)
– De muziekstuknummers worden
automatisch overgenomen net als ze op de oorspronkelijke compact disc staan.
• Andere digitale apparatuur
(zoals bijvoorbeeld een DAT cassettedeck)
– Het digitale signaal wordt omgezet in een
analoog signaal, dan weer teruggebracht in digitale vorm en aldus opgenomen** (analoge opname).
– Aan het begin van de opname wordt er in
elk geval automatisch een muziekstuknummer aangebracht, maar als u de LEVEL SYNC funktie inschakelt (zie blz. 26) worden er automatisch muziekstuknummers aangebracht volgens het nivo van het inkomend geluidssignaal.
wordt vervolgd
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
23
Alvorens u begint met opnemen (vervolg)
• De tuner van deze stereo-installatie en andere analoge geluidsapparatuur
(zoals bijvoorbeeld een gewoon cassettedeck)
– Het analoge ingangssignaal wordt omgezet
in digitale vorm en aldus opgenomen** (analoge opname).
– Aan het begin van de opname wordt er in
elk geval automatisch een muziekstuknummer aangebracht, maar als u de LEVEL SYNC funktie inschakelt (zie blz. 26) worden er automatisch muziekstuknummers aangebracht volgens het nivo van het inkomend geluidssignaal.
* Zie blz. 42 voor een uitleg over de beperkingen bij
het digitaal opnemen.
**Deze signaalomzetting vindt plaats omdat dit
apparaat niet beschikt over een digitale ingangsaansluiting.
Muziekstuknummers op minidisc (“TOC” inhoudsopgave)
Op een minidisc worden de muziekstuknummers (voor de volgorde) en de informatie betreffende de begin- en eindpunten van de muziek vastgelegd in een speciaal hiervoor bestemd gebied, de TOC* genaamd, afzonderlijk van het muziekgebied. Dit heeft het voordeel dat u de reeds opgenomen muziekstukken naar wens kunt aanpassen, door alleen de informatie in de TOC inhoudsopgave te veranderen.
* TOC: “Table of Contents” = Inhoudsopgave.
Handmatig opnemen op een minidisc
Bij het toevoegen van nieuwe opnamen op een reeds gebruikte opname-minidisc kunt u automatisch met opnemen beginnen vanaf het eind van de vorige opnamen.
34 π
π
·
®
§
º
π§
·
21
1 Steek een voor opnemen geschikte
minidisc in de minidisc-recorder.
2 Druk op de FUNCTION
keuzeschakelaar om in te stellen op de geluidsbron (bijvoorbeeld CD) waarvan u de muziek wilt opnemen.
24
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
3 Druk op de r REC opnametoets.
De minidisc-recorder komt dan in gereedheid voor opname. Als u bij het opnemen muziekstuknummers op de minidisc wilt aanbrengen, lees dan eerst de volgende paragraaf “Aanbrengen van muziekstuknummers”. Bij opnemen van een compact disc worden de muziekstuknummers echter automatisch op de minidisc overgenomen.
4 Druk op de pauzetoets van de
minidisc-recorder.
Nu begint het opnemen.
Aanbrengen van muziekstuknummers
5 Start het afspelen van de
geluidsbron die u wilt opnemen.
Stoppen met opnemen
Druk op de π stoptoets van de minidisc­recorder.
Als de aanduiding “Rec Level Over” verschijnt
Dit betekent dat er tijdens analoge opname een te krachtig ingangssignaal is doorgekomen. Zie onder “Verhelpen van storingen” op blz. 45.
Als de aanduiding “TOC” in het uitleesvenster oplicht of knippert
Stoot niet tegen de minidisc-recorder en trek niet de stekker uit het stopkontakt, als u de gemaakte opnamen wilt behouden. De “TOC” aanduiding geeft aan dat de minidisc­recorder bezig is de inhoudsopgave (Table of Contents) bij te werken.
Opmerking
Als u de opname pauzeert tijdens het opnemen van een compact disc, wordt er op dat punt op de minidisc een (extra) muziekstuknummer vastgelegd. Daarentegen zullen meerdere muziekstukken samen een enkel nummer krijgen toegewezen als:
• een bepaald muziekstuk van de CD meer dan eens op de minidisc wordt opgenomen;
• er twee of meer muziekstukken met hetzelfde nummer van verschillende compact discs achtereen worden opgenomen.
Bij opnemen vanaf de compact disc speler van deze stereo-installatie worden de muziekstuknummers automatisch op de minidisc aangebracht. Daarnaast kunt u aldus zelf muziekstuknummers aanbrengen:
• Handmatig, op elk gewenst punt, tijdens opnemen;
• Automatisch, tijdens analoge opname.
Handmatig aanbrengen van een muziekstuk­nummer op een bepaald punt tijdens opnemen
Tijdens opnemen kunt u op elk gewenst punt een muziekstuknummer aanbrengen, ongeacht de geluidsbron waarvan u opneemt.
rREC
º
π§
·
Druk tijdens opnemen op de r REC toets bij het punt waar u een muziekstuknummer wilt aanbrengen.
De muziekstukken die daarna volgen worden automatisch hernummerd.
®
wordt vervolgd
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
25
Aanbrengen van muziekstuknummers (vervolg)
Automatisch aanbrengen van muziekstuknummers tijdens analoog opnemen
Met de LEVEL SYNC automatische synchroon-markering wordt er een muziekstuknummer aangebracht wanneer het ingangssignaal van de geluidsbron langer dan twee sekonden zachter dan een bepaald peil blijft en dan even later dat peil weer overschrijdt.
2 13,45
º
π§
·
π
·
®
§
Uitschakelen van de automatische synchroon-markering
1 Druk op de EDIT/NO toets en draai dan
aan de MULTI JOG instelknop tot er “LEVELSYNC ?” wordt aangegeven.
2 Druk op de ENTER/YES toets.
Het uitleesvenster geeft nu “LEVELSYNC OFF?” aan.
3 Druk nogmaals op de ENTER/YES toets.
De “LEVEL-SYNC” aanduiding dooft.
Nu zal er bij analoog opnemen alleen een muziekstuknummer worden aangebracht aan het begin van de opname.
1 Druk op de r REC opnametoets.
De minidisc-recorder is dan gereed voor opname.
2 Druk op de EDIT/NO toets en draai
dan aan de MULTI JOG instelknop tot er “LEVELSYNC ?” wordt aangegeven.
3 Druk op de ENTER/YES toets.
Het uitleesvenster geeft nu “LEVELSYNC ON?” aan.
4 Druk nogmaals op de ENTER/YES
toets.
De “LEVEL-SYNC” aanduiding licht op.
5 Druk op de pauzetoets.
Het opnemen begint.
26
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
Wissen van minidisc­opnamen
— ERASE funktie
U kunt eerdere opnamen vlot en gemakkelijk van een minidisc wissen. U kunt kiezen uit de volgende drie wismethoden:
• Wissen van een enkel muziekstuk
• Wissen van alle muziekstukken
• Wissen van een deel van een muziekstuk
Opmerking
Als er “SHUFFLE” of “PROGRAM” in het uitleesvenster wordt aangegeven, drukt u enkele malen op de PLAY MODE toets tot die aanduiding verdwijnt.
Wissen van een enkel muziekstuk
U kunt een muziekstuk wissen door eenvoudigweg het nummer ervan in te voeren. Bij het wissen wordt het aantal muziekstukken op de minidisc met één verminderd en worden alle muziekstukken volgend op het gewiste nummer hernummerd.
2 3,41,2
º
π§
·
π
·
π
1 Draai aan de MULTI JOG instelknop
om in te stellen op het nummer van het muziekstuk dat u wilt wissen.
Nummer van het te wissen muziekstuk
2 Druk op de EDIT/NO toets en draai
dan aan de MULTI JOG instelknop tot er “Erase?” wordt aangegeven.
®
§
Voorbeeld: Wissen van muziekstuk B
Muziekstuknummers
Oorspronkelijke opnamen
ERASE
1
AB C D
123
AC D
B wordt gewist.
23
3 Druk op de ENTER/YES toets.
Ter bevestiging verschijnt er “Erase ??”. Als u bij nader inzien dit muziekstuk
4
niet wilt wissen, drukt u nu op de π stoptoets.
4 Druk nogmaals op de ENTER/YES
toets om het muziekstuk te wissen.
De aanduiding “Complete” verschijnt nu enkele sekonden lang in het uitleesvenster en het gekozen muziekstuk wordt met titel en al van de minidisc gewist.
Opmerking
De aanduiding “Erase !!?” verschijnt als het betreffende muziekstuk werd opgenomen of bewerkt op een andere minidisc-recorder en tegen wissen is beveiligd. Als u dit muziekstuk desondanks wilt wissen, druk dan weer op de ENTER/YES toets terwijl deze “Erase !!?” aanduiding oplicht.
wordt vervolgd
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
27
Wissen van minidisc-opnamen ERASE funktie (vervolg)
Wissen van alle muziekstukken
U kunt de disc-titel, alle muziekstukken en al hun titels in één keer van de minidisc wissen.
Wissen van een deel van een muziekstuk
Door de funkties voor onderverdelen (zie blz.
30), wissen (zie blz. 27) en samenvoegen van muziekstukken (zie blz. 31) te kombineren, kunt u een bepaald gedeelte van een muziekstuk wissen.
1π2,3
º
π§
·
π
·
1 Druk met de minidisc-recorder in de
stopstand op de EDIT/NO toets en draai dan aan de MULTI JOG instelknop tot er “All Erase?” wordt aangegeven.
2 Druk op de ENTER/YES toets.
Ter bevestiging verschijnt er “All Erase ??”.
Als u bij nader inzien de minidisc niet wilt wissen, drukt u nu op de π stoptoets.
®
§
Voorbeeld: Wissen van een deel van muziekstuk A.
Muziekstuknummers
Oorspronkelijke opnamen
Onderverdelen (Divide, blz.
30)
Wissen (Erase, blz. 27)
Samenvoegen (Combine, blz.
31)
* De muziekstukken krijgen nieuwe nummers.
123
AB
1234
A-a BA-b A-c
1234
A-a
123
A(a+c)B
Deel dat u wilt wissen
Muziekstuk A in drie delen scheiden.*
Hernummerde muziekstukken
Deel A-b wissen.
BA-c
Delen A-a en A-c samenvoegen.
3 Druk nogmaals op de ENTER/YES
toets om de gehele minidisc te wissen.
De aanduiding “Complete” verschijnt nu enkele sekonden lang in het uitleesvenster en alle muziekstukken, nummers en titels worden van de minidisc gewist.
28
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
Verplaatsen van
3 Druk op de ENTER/YES toets.
opgenomen muziekstukken
— MOVE funktie
U kunt de volgorde van de muziekstukken aanpassen door een muziekstuk op een andere plaats te zetten. Na het verplaatsen van een muziekstuk worden alle muziekstukken tussen de oude en de nieuwe plaats automatisch hernummerd.
Voorbeeld: Verplaatsen van muziekstuk C naar plaats nummer 2.
Muziekstuknummers
Oorspronkelijke opnamen
1
AB
12 34
MOVE
Muziekstuk C verplaatsen naar de tweede plaats.
23
C
CBA
4
2π1,2,4 3,5
º
π§
·
4 Draai aan de MULTI JOG instelknop
tot de nieuwe plaats voor het muziekstuk wordt aangegeven.
Als u bij nader inzien dit muziekstuk niet wilt verplaatsen, drukt u nu op de π stoptoets.
Oorspronkelijke muziekstuknummer
Nieuw gekozen positie
5 Druk op de ENTER/YES toets om
het muziekstuk te verplaatsen.
D
D
®
De aanduiding “Complete” verschijnt nu enkele sekonden lang in het uitleesvenster.
Opmerking
Als er “SHUFFLE” of “PROGRAM” in het uitleesvenster wordt aangegeven, drukt u enkele malen op de PLAY MODE toets tot die aanduiding verdwijnt.
§
π
·
1 Draai aan de MULTI JOG instelknop
om in te stellen op het nummer van het muziekstuk dat u wilt verplaatsen.
2 Druk op de EDIT/NO toets en draai
dan aan de MULTI JOG instelknop tot er “Move ?” verschijnt.
29
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
Loading...
+ 66 hidden pages