Volg de onderstaande aanwijzingen van 1 t/m 3 om uw stereo-installatie aan te sluiten met de
bijgeleverde snoeren en ander toebehoren. Voer daarna de stappen 2 en 3 uit om de
voorbereidingen te kompleteren.
AM-kaderantenne
FM-antenne
Rechter luidspreker
Achterpaneel van
de DHC-MD5
Sluit de luidsprekers aan.
1
Sluit de luidsprekersnoeren aan op de
SPEAKER klemmen met dezelfde kleur.
Houd de luidsprekersnoeren uit de
buurt van de antennes en
antennesnoeren, om storing in de
weergave te voorkomen.
Linker luidspreker
R L
Zwart (’)
Rood (‘)
4
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
Sluit de FM- en AM-antennes aan.
2
Zet de kaderantenne in elkaar en sluit
deze aan.
Strek de FM-
AM-kaderantenne
draadantenne zover
mogelijk horizontaal uit.
FM 75Ω
COAXAL
Stap 2: Gelijkzetten
van de klok
Om de schakelklok-funkties te kunnen
gebruiken, zult u eerst de ingebouwde klok
op de juiste tijd moeten instellen.
AM
2,43,51
·
∏
‚
º
π§
®
Steek de stekker van het netsnoer in
3
het stopkontakt.
Plaats twee R6 (AA-formaat)
batterijen in de afstandsbediening
]
}
}
]
Tip
Bij normaal gebruik zal een stel batterijen ongeveer
zes maanden meegaan. Als de stereo-installatie niet
meer goed op de afstandsbediening reageert,
vervangt u dan beide batterijen door nieuwe.
Opmerking
Wanneer u de afstandsbediening geruime tijd niet
gebruikt, kunt u beter de batterijen eruit
verwijderen, om schade door eventuele
batterijlekkage en corrosie te vermijden.
1 Druk op de TIMER SET toets.
2 Stel met de MULTI JOG draaiknop
in op het juiste uur.
De ingebouwde klok werkt met een
24-uurs cyclus.
3 Druk op de ENTER/YES
invoertoets.
4 Stel met de MULTI JOG draaiknop
in op de juiste minuut.
5 Druk op de ENTER/YES
invoertoets.
De klok gaat nu lopen.
Korrigeren van de ingestelde tijd
1 Druk op de TIMER SET toets.
2 Draai aan de MULTI JOG instelknop tot er
“CLOCK SET?” wordt aangegeven en druk
dan op de ENTER/YES invoertoets.
3 Herhaal de stappen 2 t/m 5.
5
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
Stap 3: Vastleggen
van uw favoriete
radiozenders
U kunt maximaal 40 favoriete radiozenders
vastleggen, 20 voor de FM, 10 voor de
middengolf en 10 voor de langegolf.
Bij het model voor Duitsland kunt u
maximaal 30 zenders vastleggen, 20 voor de
FM en 10 voor de AM.
3,62
4
‚
º
π§
·
∏
§
∏
π
·
1
1 Druk net zovaak op de TUNER/
BAND toets tot de gewenste
afstemband in het uitleesvenster
wordt aangegeven.
Telkens wanneer u op deze toets drukt,
verandert de afstemband als volgt:
Model voor Duitsland:
FM nAM
Overige modellen:
FM n MG n LG
2 Druk net zovaak op de TUNING
MODE toets totdat de aanduiding
“AUTO” in het uitleesvenster
verschijnt.
3 Draai aan de MULTI JOG instelknop.
De tuner begint nu de afstemband te
doorzoeken, om te stoppen wanneer er
op een duidelijk doorkomende zender is
afgestemd. In het uitleesvenster
verschijnt de aanduiding “TUNED” (en
6
ook “STEREO” als er een FM stereo
radio-uitzending wordt ontvangen).
5,7
4 Druk op de EDIT/NO toets en draai
dan aan de MULTI JOG instelknop
tot er “Frq-MEMORY ?” wordt
aangegeven.
5 Druk op de ENTER/YES toets.
6 Draai aan de JOG instelknop om in
te stellen op het gewenste
voorinstelnummer voor de
®
ontvangen zender.
Voorinstelnummer
7 Druk op de ENTER/YES toets.
De zender wordt nu vastgelegd onder
uw gekozen nummer.
8 Herhaal de stappen 1 t/m 7 voor elk
van de voorkeurzenders die u wilt
vastleggen.
Afstemmen op een zender die te
zwak is voor automatische
afstemming
Druk in stap 2 net zovaak op de TUNING
MODE toets tot de aanduiding “MANUAL”
verschijnt en draai dan aan de MULTI JOG
instelknop om op de gewenste zender af te
stemmen.
Vastleggen onder een ander
nummer
Volg de aanwijzingen weer vanaf stap 1.
Tip
De vastgelegde voorkeurzenders zullen na het
verwijderen van de stekker uit het stopkontakt of na
uitvallen van de stroom ongeveer een week lang in
het afstemgeheugen bewaard blijven.
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
Aansluiten van
externe audio/videoapparatuur en
buitenantennes
Voor een veelzijdig gebruik van uw stereoinstallatie kunt er los verkrijgbare apparatuur
op aansluiten. Zie voor nadere
bijzonderheden tevens de gebruiksaanwijzing
van elk aan te sluiten apparaat.
Aansluiten van een
videospel/videorecorder
Zorg bij het aansluiten dat u de kleuren van
de stekkers en de aansluitbussen niet
verwisselt.
naar de audio-uitgangsaansluitingen van
het videospel of de videorecorder.
2 Schakel de stroom uit, houd de
FUNCTION toets ingedrukt in en schakel
dan de stroom weer in met de POWER
schakelaar.
Om weer terug te schakelen naar “VIDEO”
gaat u net zo te werk vanaf “GAME” in
stap 1.
Betreffende de “VIDEO” en “GAME”
instellingen
Stel in op de stand die het best voldoet met de
apparatuur
aangesloten op de VIDEO/GAME IN
aansluitingen.
• Bij aansluiten van een videorecorder, een AM/FM-tuner of een cassettedeck stelt u in op
“VIDEO”.
• Bij aansluiten van een videospel, een
multidiscspeler of een DAT cassettedeck stelt u
in op “GAME”.
• Als het geluid vervormd klinkt in de “VIDEO”
stand, schakel dan over op de “GAME” stand.
Aansluiten van audioapparatuur
Aansluiten van een cassettedeck
Zorg bij het aansluiten dat u de kleuren van
de stekkers en de aansluitbussen niet
verwisselt.
naar de audioingangsaansluitingen
van het aan te sluiten
cassettedeck.
naar de AU-BUS
aansluiting van het
TC-TX5 stereo
cassettedeck.
Weergeven van het geluid van de
videorecorder
Druk net zovaak op de FUNCTION
keuzeschakelaar tot de aanduiding “VIDEO”
verschijnt.
Weergeven van het geluid van een
videospel
Druk net zovaak op de FUNCTION
keuzeschakelaar tot de aanduiding “GAME”
verschijnt.
Als u met de FUNCTION keuzeschakelaar
wel kunt instellen op “VIDEO” maar niet op
“GAME”, kunt u deze mogelijkheid
omschakelen op de volgende wijze.
1 Druk net zovaak op de FUNCTION
keuzeschakelaar tot de aanduiding
“VIDEO” verschijnt.
naar de audiouitgangsaansluitingen
van het aan te sluiten
cassettedeck.
Tip
Als u het TC-TX5 cassettedeck aansluit op de
DHC-MD5, vergeet dan niet de beide apparaten
onderling te verbinden via de AU-BUS
aansluitingen.
wordt vervolgd
7
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
Aansluiten van externe audio/
video-apparatuur en
buitenantennes (vervolg)
Aansluiten van een minidiscrecorder/DAT cassettedeck
Een minidisc-recorder/DAT cassettedeck met
een vierkante optische aansluitbus kunt u
rechtstreeks aansluiten op de CD DIGITAL
OPTICAL OUT aansluiting. Dan kunt u op de
aangesloten minidisc-recorder of het DAT
cassettedeck digitale opnamen maken van
een CD of een minidisc die u afspeelt op deze
stereo-installatie.
y
naar de optische digitale
ingangsaansluiting van
een minidisc-recorder/
DAT cassettedeck
Tip
Als u een platenspeler met een “MM” magnetisch
element aansluit op de VIDEO/GAME IN
aansluitingen, gebruikt u dan voor het aansluiten de
los verkrijgbare MM equalizer-voorversterker EQ-2
en het audio-aansluitsnoer.
Voor het luisteren naar de weergave van de
platenspeler, drukt u dan op de FUNCTION
keuzeschakelaar tot de aanduiding “VIDEO”
verschijnt.
Om storing in de weergave te voorkomen, verbindt
u de y aansluiting met de aardaansluiting van de
platenspeler.
Aansluiten van
buitenantennes
Voor de beste radio-ontvangst is het
aanbevolen een of meer buitenantennes aan
te sluiten.
FM-antenne
Sluit een los verkrijgbare FM-buitenantenne
aan. Ook kunt u gebruik maken van een TVantenne.
AM-antenne
Sluit een geïsoleerde draad van 6 tot 15 meter
lengte aan op de AM antenne-aansluiting.
Laat de AM-kaderantenne hierbij ook nog
wel aangesloten.
Geïsoleerde draad
(niet bijgeleverd)
Aardingsdraad
(niet
bijgeleverd)
Belangrijk
Bij gebruik van een buitenantenne dient deze
geaard te worden, ter bescherming tegen
blikseminslag. Sluit de aardingsdraad nooit
aan op een gasleiding; gezien de kans op een
gasexplosie is dit uiterst gevaarlijk.
FM 75Ω
COAXAL
IEC standaard
antennestekker
(niet bijgeleverd)
FM 75Ω
COAXAL
AM
AM
8
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
Basisbediening
Afspelen van een
compact disc
Met deze stereo-installatie kunt u tot drie
compact discs achtereen afspelen.
POWER
0/)
1/ALL DISCS MULTI JOG
VOLUME
Nummer van de
disc-uitsparing
Verstreken
speelduur
Muziekstuknummer
‚
º
π§
·
∏
§
∏
π
·
·
∏
EX-CHANGE
DISC SKIP
π
21
1 Druk op de § uitschuiftoets
sluittoets en leg een of twee compact
discs in de disc-lade.
Met de
bedrukte labelkant boven.
Voor het
afspelen van
een 8 cm CD
singletje plaatst
u dit in de
binnenste
uitsparing van
de disc-lade.
Voor het inleggen van een derde
compact disc drukt u op de DISC SKIP
toets om het disc-plateau door te
draaien.
2 Druk op een van de DISC 1 – 3
toetsen. De disc-lade sluit en het
afspelen van de gekozen CD begint.
Als u op de · weergavetoets drukt met
de disc-lade dicht, dan begint het
afspelen vanaf het begin van de CD in de
disc-uitsparing waarvan het nummer
groen oplicht.
Voor het
®
Stoppen met
afspelen
Pauzeren
Opzoeken van
een
muziekstuk
Opzoeken van
een punt in
een muziekstuk
Kiezen van
een compact
disc
Afspelen van
alleen de
eerste compact
disc
Afspelen van
alle CD’s
Uitnemen of
verwisselen van
een compact
disc
Verwisselen van
een andere CD
tijdens
weergave
Bijregelen van
de
geluidssterkte
* Automatische Muziek Sensor
Doet u het volgende
Druk op de π stoptoets.
Druk op de ∏ pauzetoets.
Nogmaals drukken om de
weergave te hervatten.
Draai de MULTI JOG knop naar
rechts (om vooruit te gaan) of
naar links (om terug te gaan) en
laat de knop los bij het
gewenste muziekstuk. Ook
kunt u de AMS* + of =
zoektoets op de
afstandsbediening gebruiken.
Voor het doorzoeken op de
andere CD’s houdt u de MULTI
JOG instelknop langer vast.
Druk op de ) of 0 toets
tijdens weergave en laat de
toets bij het gewenste punt los.
Druk op de DISC SKIP toets (of
de D.SKIP toets op de
afstandsbediening).
Druk net zovaak op de 1/ALL
DISCS toets tot er “1 DISC”
wordt aangegeven.
Druk net zovaak op de 1/ALL
DISCS toets tot er “ALL DISCS”
wordt aangegeven.
Druk op de § uitschuiftoets.
Druk op de EX-CHANGE toets.
Nogmaals drukken om de disclade te sluiten.
Draai aan de VOLUME regelaar
(of druk op de of
toets van de afstandsbediening).
Basisbediening
wordt vervolgd
9
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
Afspelen van een compact disc
P
(
p6
r
0
)
(vervolg)
Tips
• Bij indrukken van de · toets wanneer de stereo-
installatie nog uit staat, wordt deze automatisch
ingeschakeld en begint het afspelen van de
compact disc, mits er een CD in de disc-lade
aanwezig is (één-toets weergavestart).
• U kunt in één handeling overschakelen van een
andere geluidsbron en de weergave van een
compact disc starten, eenvoudig met een druk op
de · toets of een van de DISC 1 – 3 toetsen*
(automatische geluidsbron-keuze).
* Tijdens normale weergave of de “1 DISC
SHUFFLE” weergave werkt indrukken van de
DISC 1-3 toetsen ook voor de automatische
geluidsbron-keuze.
• Als er geen CD in de disc-lade aanwezig is,
verschijnt de aanduiding “CD NO DISC”.
• Tijdens het afspelen van een disc of wanneer er is
ingeschakeld op een bepaalde disc-uitsparing zal
de DISC 1 – 3 toets van de betreffende discuitsparing groen oplichten.
Opnemen van een
compact disc
— CD synchroon-opname
U kunt de muziek op een compact disc
overnemen op een minidisc op volledig
digitale wijze, waarbij de
muziekstuknummers automatisch op de
minidisc worden vastgelegd in dezelfde
volgorde als op de CD. Hierbij zal een
gloednieuwe, ongebruikte minidisc, of een
minidisc die in één keer volledig gewist is (zie
blz. 28), automatisch worden voorzien van
dezelfde disc-titel (zie blz. 32) als de
opgenomen compact disc. Bij het toevoegen
van nieuwe opnamen op een reeds gebruikte
opname-minidisc zal het opnemen
automatisch beginnen vanaf het eind van de
vorige opnamen.
POWER
π
645
‚
º
π§
·
∏
®
10
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
∏
·
§
π
4213
1 Steek een voor opnemen geschikte
minidisc in de minidisc-recorder.
Met de pijl
naar binnen
toe wijzend.
Met de labelkant boven.
2 Druk op de § uitschuiftoets en
plaats een compact disc in de disclade.
De disc-lade blijft open staan.
Met de
bedrukte labelkant boven.
Voor het
afspelen van
een 8 cm CD
singletje plaatst
u dit in de
binnenste
uitsparing van
de disc-lade.
Voor het inleggen van een derde
compact disc drukt u op de DISC SKIP
toets om het disc-plateau door te
draaien.
Druk nogmaals op de § uitschuiftoets
om de disc-lade te sluiten.
3 Druk net zovaak op de DISC SKIP
toets (of de D.SKIP toets op de
afstandsbediening) tot de DISC 1 – 3
toets van de gewenste discuitsparing groen oplicht.
4 Druk op de CD SYNC toets en draai
dan aan de MULTI JOG instelknop
tot er “NORMAL ?” wordt
aangegeven.
Opnemen van alleen het eerste
muziekstuk van elke CD — Hit
Parade
Stel in stap 4 in op “HIT PARADE ?”.
Stoppen met opnemen
Druk op de π stoptoets van de minidiscrecorder.
Wanneer de aanduiding “TOC”
oplicht of knippert
Stoot dan vooral niet tegen het apparaat en
trek niet de stekker uit het stopkontakt. De
minidisc-recorder is dan bezig de
inhoudsopgave (TOC = Table of Contents) bij
te werken.
Opmerkingen
• Bij opnemen met de “HIT PARADE”
opnamefunktie wordt de disc-titel niet op de
minidisc overgenomen.
• Als u de minidisc niet kunt uitnemen, drukt u de
minidisc eerst verder naar binnen en dan drukt u
op de § uitschuiftoets van de minidisc-recorder.
Basisbediening
5 Druk op de ENTER/YES toets.
De minidisc-recorder komt dan in
gereedheid voor opname en de compact
disc speler blijft in de weergave/
pauzestand wachten.
6 Druk op de ∏ pauzetoets van de
minidisc-recorder.
Nu begint het opnemen van de CD.
11
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
Afspelen van een
minidisc
Een minidisc is net zo af te spelen als een
compact disc.
POWER
1 Steek een minidisc in de minidisc-
recorder.
Met de pijl
naar binnen
toe wijzend.
Met de labelkant boven.
2 Druk op de · weergavetoets.
Het afspelen van de minidisc begint.
MULTI JOG
∏0/)
º
π§
·
∏
∏
π
·
π
12
§
(
P
‚
§
VOLUME
)
0
p6
®
r
Voor het
Stoppen met
Doet u het volgende
Druk op de π stoptoets.
afspelen
Pauzeren
Druk op de ∏ pauzetoets.
Nogmaals drukken om de
weergave te hervatten.
Opzoeken
van een
muziekstuk
Draai de MULTI JOG knop naar
rechts (om vooruit te gaan) of
naar links (om terug te gaan) en
laat de knop los bij het gewenste
muziekstuk. Ook kunt u de AMS
+ of = zoektoets op de
afstandsbediening gebruiken.
Opzoeken
van een punt
in een
Druk op de ) of 0 toets
tijdens weergave en laat de toets
bij het gewenste punt los.
muziekstuk
Uitnemen
Druk op de § uitschuiftoets.
van de
minidisc
Bijregelen
van de
geluidssterkte
Draai aan de VOLUME regelaar
(of druk op de of toets
van de afstandsbediening).
Tips
• U kunt het afspelen starten vanaf een gewenst
muziekstuk. Alvorens u in stap 2 op de ·
weergavetoets drukt, draait u eerst aan de MULTI
JOG knop tot het gewenste muziekstuk wordt
aangegeven.
• Bij indrukken van de · toets wanneer de stereo-
installatie nog uit staat, wordt deze automatisch
ingeschakeld en begint het afspelen van de
minidisc, mits er een minidisc in het apparaat
aanwezig is (één-toets weergavestart).
• U kunt in één handeling overschakelen van een
andere geluidsbron en de weergave van een
minidisc starten, eenvoudig met een druk op de
· toets (automatische geluidsbron-keuze).
12
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
Verstreken
speelduurMuziekstuknummer
Luisteren naar de
MULTI JOG
radio
Leg eerst uw favoriete radiozenders in het
afstemgeheugen vast (zie blz. 6).
POWER
2
VOLUMESTEREO/MONO
‚
º
π§
·
∏
∏
π
·
®
§
3 Draai aan de MULTI JOG instelknop
om af te stemmen op de gewenste
voorkeurzender.
Draai naar links
(of druk op de
PRESET - toets
van de
afstandsbediening)
om af te stemmen
op een lager
genummerde
zender.
Afstemfrekwentie
Zendernaam
Draai naar rechts
(of druk op de
PRESET + toets
van de
afstandsbediening)
om af te stemmen
op een hoger
genummerde
zender.
Voorinstelnummer
1
3
1 Druk net zovaak op de TUNER/
BAND toets (of de BAND toets van
de afstandsbediening) tot de
gewenste afstemband in het
uitleesvenster wordt aangegeven.
Telkens wanneer u op deze toets drukt,
verandert de afstemband als volgt:
Model voor Duitsland:
FMn AM
Overige modellen:
FM n MG n LG
n
2 Druk net zovaak op de TUNING
MODE toets tot de aanduiding
“PRESET” in het uitleesvenster
verschijnt.
Voor het
Uitschakelen
van de radio
Bijregelen
van de
geluidssterkte
Doet u het volgende
Druk op de POWER schakelaar.
Draai aan de VOLUME regelaar
(of druk op de of toets
van de afstandsbediening).
Luisteren naar radiozenders die
niet zijn vastgelegd
Druk in stap 2 net zovaak op de TUNING
MODE toets tot de aanduiding “MANUAL”
verschijnt en draai dan aan de MULTI JOG
instelknop om op de gewenste zender af te
stemmen.
Tips
• Bij indrukken van de TUNER/BAND toets (of de
BAND toets van de afstandsbediening) wanneer
de stereo-installatie nog uit staat, wordt deze
automatisch ingeschakeld en begint de weergave
van de laatst ontvangen radiozender (één-toets
weergavestart).
• U kunt in één handeling overschakelen van een
andere geluidsbron naar de tuner en de radioontvangst starten, eenvoudig met een druk op de
TUNER/BAND toets (of de BAND toets van de
afstandsbediening) (automatische geluidsbronkeuze).
• Om de beste radio-ontvangst te vinden kan het
nodig zijn verschillende standen van de
bijgeleverde antennes uit te proberen.
• Wanneer een FM stereo radio-uitzending niet
duidelijk doorkomt, drukt u op de STEREO/
MONO toets, zodat de aanduiding “MONO”
oplicht. Het stereo-effekt zal nu verloren gaan,
maar de radio-ontvangst zal helderder klinken.
Druk nogmaals op de toets om weer naar stereogeluid te luisteren.
Basisbediening
13
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
Opnemen van een
MULTI JOG
radio-uitzending
4 Draai aan de MULTI JOG instelknop
om af te stemmen op de gewenste
voorkeurzender.
Na keuze van een vastgelegde
voorkeurzender kunt u een radiouitzendingen op een minidisc opnemen.
Als u een opname-minidisc met al eerdere
opnamen gebruikt, zal het opnemen
automatisch beginnen vanaf het eind van de
vorige opnamen.
POWER
36
·
·
215
∏
∏
4
‚
º
π§
§
π
π
®
1 Steek een voor opnemen geschikte
minidisc in de minidisc-recorder.
Met de pijl naar
binnen toe
wijzend.
Met de labelkant boven.
)
0
p6
(
P
r
2 Druk net zovaak op de TUNER/
BAND toets (of de BAND toets van
de afstandsbediening) tot de
gewenste afstemband in het
uitleesvenster wordt aangegeven.
Draai naar links
(of druk op de
PRESET – toets
van de
afstandsbediening)
om af te stemmen
op een lager
genummerde
zender.
Afstemfrekwentie
Draai naar rechts
(of druk op de
PRESET + toets
van de
afstandsbediening)
om af te
stemmen op een
hoger
genummerde
zender.
VoorinstelnummerZendernaam
5 Druk op de r REC opnametoets.
De minidisc-recorder komt dan in
gereedheid voor opname.
6 Druk op de ∏ pauzetoets van de
minidisc-recorder.
Nu begint het opnemen van de radiouitzending.
Stoppen met opnemen
Druk op de π stoptoets van de minidiscrecorder.
Tips
• Voor het opnemen van een uitzending van een
radiozender die niet is vastgelegd, drukt u in stap
3 net zovaak op de TUNING MODE toets tot de
aanduiding “MANUAL” verschijnt en dan draait
u aan de MULTI JOG instelknop om op de
gewenste zender af te stemmen.
• Als er bij het opnemen van een AM radiouitzending storing klinkt, kunt u dit verhelpen
door de AM-kaderantenne in een andere richting
te draaien.
3 Druk net zovaak op de TUNING
MODE toets tot de aanduiding
“PRESET” in het uitleesvenster
verschijnt.
14
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
Compact disc speler
Gebruik van het CD
uitleesvenster
In het uitleesvenster kunt u de resterende
speelduur van het weergegeven muziekstuk
of de gehele compact disc kontroleren.
DISPLAY
‚
º
π§
·
∏
Druk tijdens CD-weergave enkele malen
op de DISPLAY toets.
Telkens wanneer u op deze toets drukt,
verandert de aanduiding in het uitleesvenster
als volgt:
n Verstreken speelduur van het
weergegeven muziekstuk.
µ
Resterende speelduur van het
weergegeven muziekstuk.
µ
Resterende speelduur van de gehele
compact disc.
* Tijdens programma-weergave en willekeurige
weergave wordt de resterende speelduur van de
gehele CD niet aangegeven.
Kontroleren van de totale
speelduur en het aantal
muziekstukken op de CD
Deze gegevens worden aangegeven in de
stopstand bij normale weergave en
willekeurige weergave.
Totaal aantal
muziekstukken
Totale
speelduur
®
Herhaalde weergave
van muziekstukken
op CD
–– REPEAT weergave
Met de herhaalfunktie kunt u een enkele
compact disc of alle CD’s laten herhalen met
normale weergave, willekeurige weergave of
programma-weergave.
REPEAT
‚
º
π§
·
∏
Druk tijdens CD-weergave op de
REPEAT toets tot de aanduiding
“REPEAT” verschijnt.
Dan begint de herhaalde weergave. Volg de
onderstaande aanwijzingen voor het
omschakelen van de herhaalfunktie.
Voor het
herhalen van
Alle
muziekstukken
op de
weergegeven CD
Alle
muziekstukken
op alle compact
discs
Een enkel
muziekstuk*
* Tijdens programma-weergave en willekeurige
weergave is herhalen van een enkel muziekstuk
niet mogelijk.
Drukt u net zovaak op
de 1/ALL DISCS toets tot het
uitleesvenster “1 DISC”
aangeeft.
de 1/ALL DISCS toets tot het
uitleesvenster “ALL DISCS”
aangeeft.
de REPEAT toets tot het
uitleesvenster “REPEAT 1”
aangeeft, tijdens weergave
van het te herhalen
muziekstuk.
®
Opmerking
Bij het kontroleren van de resterende speelduur van
muziekstuknummer 21 of hoger, zal het
uitleesvenster slechts “--m--s” aangeven.
Uitschakelen van de herhaalfunktie
Druk net zovaak op de REPEAT toets totdat
de “REPEAT” of “REPEAT 1” aanduiding in
het uitleesvenster dooft.
15
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
Willekeurige
weergave van
muziekstukken op CD
–– SHUFFLE weergave
Alle muziekstukken van een compact disc of
van alle compact discs kunnen in
willekeurige volgorde worden weergegeven.
312
·
∏
∏
·
MULTI JOG
‚
º
π§
§
π
®
4 Druk op de · weergavetoets.
De aanduiding “J” verschijnt en dan
begint het afspelen in willekeurige
volgorde.
Uitschakelen van de willekeurige
weergave
Druk net zovaak op de PLAY MODE toets tot
de aanduiding
“SHUFFLE” in het uitleesvenster dooft.
Tips
• Ook tijdens normale weergave kunt u
overschakelen op willekeurige weergave, door te
zorgen dat er “SHUFFLE” in het uitleesvenster
verschijnt.
• Om een ongewenst muziekstuk over te slaan,
draait u de MULTI JOG instelknop naar rechts (of
drukt u op de + toets van de
afstandsbediening).
4
1 Druk net zovaak op de FUNCTION
keuzeschakelaar tot de aanduiding
“CD” verschijnt en leg dan een of
meer compact discs in de disc-lade.
2 Druk net zovaak op de PLAY
MODE toets tot de aanduiding
“SHUFFLE” verschijnt.
3 Druk op de 1/ALL DISCS toets.
Telkens wanneer u op deze toets drukt,
verspringt de aanduiding in het
uitleesvenster als volgt:
“ALL DISCS”
(De muziekstukken
van alle CD’s
worden in
willekeurige
volgorde
weergegeven.)
16
“1 DISC”
˜
(Alle muziekstukken
van de CD waarvoor
de DISC 1 – 3 toets
groen oplicht worden
in willekeurige
volgorde
weergegeven.)
DISC 1-3
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
Programmaweergave van
muziekstukken op CD
–– PROGRAM weergave
U kunt uw eigen muziekselektie samenstellen
door maximaal 32 nummers van alle CD’s te
programmeren in de volgorde waarin u de
muziek wilt horen.
12
·
∏
54
‚
º
π§
®
5 Druk op de ENTER/YES invoertoets.
Het gekozen muziekstuk is nu in uw
muziekprogramma opgenomen. Het laatst
geprogrammeerde nummer verschijnt,
gevolgd door de totale speelduur.
6 Voor elk muziekstuk dat u aan uw
muziekprogramma wilt toevoegen,
herhaalt u de stappen 3 t/m 5.
Voor het kiezen van een volgend
muziekstuk van dezelfde compact disc
kunt u stap 3 achterwege laten.
7 Druk op de · weergavetoets.
Alle geprogrammeerde muziekstukken
worden dan in de door u gekozen
volgorde afgespeeld.
§
π
π
3
7
∏
·
1 Druk net zovaak op de FUNCTION
keuzeschakelaar tot de aanduiding
“CD” verschijnt en leg dan een of
meer compact discs in de disc-lade.
2 Druk net zovaak op de PLAY
MODE toets tot de aanduiding
“PROGRAM” verschijnt.
3 Druk op een van de DISC 1 – 3
toetsen om in te stellen op de CD
met het gewenste muziekstuk.
4 Draai aan de MULTI JOG instelknop
tot het gewenste muziekstuk in het
uitleesvenster wordt aangegeven.
Gekozen
muziekstuknummer
Speelduur
Kontroleren van het totale aantal
geprogrammeerde muziekstukken
Druk in de stopstand op de DISPLAY toets.
De aanduiding “Step” verschijnt, gevolgd
door het totaal aantal muziekstukken dat u
hebt geprogrammeerd.
Voor het
Uitschakelen van
de programmaweergave
Toevoegen van een
muziekstuk aan uw
muziekprogramma
(in de stopstand)
Wissen van het
gehele
muziekprogramma
Tips
• U kunt ook een gehele CD als één nummer in uw
programma opnemen, eenvoudig door stap 4 over
te slaan.
• Een eenmaal vastgelegd muziekprogramma blijft
ook na afspelen in het geheugen bewaard. Met een
druk op de · weergavetoets kunt u hetzelfde
programma dus nogmaals weergeven. Na
opnemen van een muziekprogramma met de “HIT
PARADE” opnamefunktie wordt het programma
echter gewist.
• De totale speelduur kan niet worden aangegeven
bij keuze van een muziekstuknummer boven de
20 of wanneer de totale speelduur de 100 minuten
overschrijdt.
Doet u het volgende
Druk op de π stoptoets en dan
net zovaak op de PLAY
MODE toets tot de aanduiding
“PROGRAM” dooft.
1 Kies de compact disc met de
DISC 1 – 3 toetsen.
2 Kies het muziekstuk met de
MULTI JOG instelknop.
3 Druk op de ENTER/YES
invoertoets.
Druk in de stopstand
nogmaals op de π stoptoets.
17
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
Repeteerweergave
van een
muziekpassage op CD
— LOOP weergave
Met de repeteerweergave kunt u een
muziekpassage van een compact disc enkele
malen laten herhalen. Zo kunt u interessante
effekten bereiken voor creatieve eigen
opnamen.
1
‚
º
π§
·
∏
∏
π
·
®
§
12,43
1 Druk net zovaak op de FUNCTION
keuzeschakelaar tot de aanduiding
“CD” verschijnt en leg dan een of
meer compact discs in de disc-lade.
2 Druk tijdens afspelen of in de
stopstand net zovaak op de LOOP
toets tot de aanduiding “NORMAL
1 – 5” of “RHYTHM 1 – 5”
verschijnt.
Telkens wanneer u op deze toets drukt,
verandert de aanduiding in het
uitleesvenster als volgt:
NORMAL 1*
NORMAL 5
3 Druk op een van de DISC 1 – 3
toetsen.
4 Druk op de LOOP toets bij het punt
waar u de repeteerweergave wilt
starten en houd de toets ingedrukt
totdat u de normale weergave wilt
laten doorgaan.
Het verschil tussen NORMAL en
RHYTHM
De repeteerweergave heeft twee
verschillende manieren om de normale
weergave te hervatten, de NORMAL
terugkeer en de RHYTHM overlapping.
Oorspronkelijke muziek
Hey, Come on everybody! …
NORMAL terugkeer
De normale weergave wordt hervat vanaf het
punt waar u de repeteerlus gestart hebt.
Lengte van de repeteerlus
˜
Hey, C… C… C… C’mon everybody! …
n
LOOP
indrukken
RHYTHM overlapping
De normale weergave wordt weer opgepikt
bij het punt waar de repeteerlus eindigt.
Hey, C… C… C…erybody! …
nme on ev
n
LOOP
indrukken
: Gedeelte dat door de repeteerlus is
overlapt en dus niet wordt weergegeven.
n
LOOP loslaten
n
n
LOOP loslaten
RHYTHM 5
* Zie voor nadere bijzonderheden de
beschrijving onder “Het verschil tussen
NORMAL en RHYTHM”.
18
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
RHYTHM 1*
De lengte van de repeteerlus is te kiezen uit
vijf instellingen, van een kwart tot een volle
sekonde.
Titels voor uw compact
discs invoeren
U kunt voor 30 van uw favoriete compact
discs een disc-titel van maximaal 13 letters en
symbolen invoeren. Dan zal bij inleggen van
een dergelijke CD de bijbehorende disc-titel
automatisch in het uitleesvenster verschijnen.
Bovendien zal bij opnemen van een dergelijke
compact disc op een nieuwe, onbespeelde
minidisc automatisch de titel van de CD ook
op de minidisc worden opgenomen.
1
·
∏
∏
·
3,634,9
‚
º
π§
π
®
§
4 Druk op de ENTER/YES toets.
De cursor voor het invoeren van de
letters gaat knipperen.
Nummer disc-uitsparing
Cursor
5 Druk enkele malen op de
CHARACTER toets om in te stellen
op het gewenste soort letterteken.
Telkens wanneer u op deze toets drukt,
verspringt de letter-aanduiding in het
uitleesvenster als volgt:
A (hoofdletters) n a (kleine letters) n 0
(cijfers) n ! (symbolen)* n (spatie)
n A…
*De volgende symbolen zijn
beschikbaar voor gebruik in de disctitels:
!"#$%&'()∗+,–./:;<=>?@_` (spatie)
N
25
7
π
1
1 Druk net zovaak op de FUNCTION
keuzeschakelaar tot de aanduiding
“CD” verschijnt en leg dan een of
meer compact discs in de disc-lade.
2 Druk net zovaak op de DISC SKIP
toets (of de D.SKIP toets op de
afstandsbediening) tot de DISC 1 – 3
toets van de gewenste discuitsparing groen oplicht.
Zorg dat de compact disc weergave
gestopt is en wacht tot het totale aantal
muziekstukken en de totale speelduur
van de CD in het uitleesvenster
verschijnen.
3 Druk op de EDIT/NO toets en draai
dan aan de MULTI JOG instelknop
tot er “Name in ?” wordt
aangegeven.
6 Draai aan de MULTI JOG instelknop
tot het gewenste letterteken in het
uitleesvenster verschijnt.
Het gekozen letterteken gaat knipperen.
Om een spatie in te voeren, drukt u op
de CURSOR n toets terwijl de cursor
knippert.
7 Druk op de CURSOR n toets.
Het in stap 6 gekozen letterteken licht op
en de cursor schuift een plaatsje naar
rechts op.
wordt vervolgd
19
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
Titels voor uw compact discs
invoeren (vervolg)
Minidisc-recorder
Gebruik van het
minidisc-
8 Herhaal de stappen 5 t/m 7 voor elk
van de volgende lettertekens, tot u
de gehele gewenste titel hebt
ingevoerd.
Als u per ongeluk een verkeerde letter
hebt ingevoerd, drukt u op de CURSOR
N of n toets tot het te korrigeren
letterteken gaat knipperen en herhaal
dan de stappen 5 t/m 7 om het te
vervangen door het juiste letterteken.
Om een letterteken te wissen, drukt u op
de EDIT/NO toets terwijl het letterteken
nog knippert.
9 Druk tenslotte op de ENTER/YES
invoertoets om de titelprocedure af
te ronden.
De ingevoerde disc-titel wordt dan in
zijn geheel aangegeven.
Uitschakelen van de titelinvoer
Druk op de π stoptoets.
Wissen van een disc-titel
1 Druk op de EDIT/NO toets en draai dan
aan de MULTI JOG instelknop tot er
“Name Erase?” wordt aangegeven.
2 Druk op de ENTER/YES toets.
Er verschijnt een disc-titel in het
uitleesvenster.
De aanduiding “No Name” verschijnt als
er nog geen disc-titel is vastgelegd.
3 Draai aan de MULTI JOG instelknop tot de
te wissen disc-titel in het uitleesvenster
wordt aangegeven.
4 Druk nogmaals op de ENTER/YES toets.
De aanduiding “Complete” verschijnt in
het uitleesvenster en de disc-titel wordt uit
het geheugen gewist.
Opmerking
Bij opnemen van een muziekprogramma met de
“HIT PARADE” opnamefunktie wordt de disc-titel
niet op de minidisc opgenomen.
uitleesvenster
In het uitleesvenster kunt u de resterende
speelduur van een muziekstuk en de totale
speelduur van de minidisc kontroleren.
Kontroleren van de
resterende speelduur van
het weergegeven
muziekstuk
DISPLAY
‚
º
π§
·
∏
Druk tijdens minidisc-weergave op de
DISPLAY toets.
Telkens wanneer u op deze toets drukt,
verspringt de aanduiding in het
uitleesvenster als volgt:
n Verstreken speelduur en nummer van het
weergegeven muziekstuk.
µ
Resterende speelduur en nummer van het
weergegeven muziekstuk.
µ
Titel van het weergegeven muziekstuk.*
* De aanduiding “No Name” verschijnt als er nog
geen muziekstuk-titel is vastgelegd.
®
20
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
Kontroleren van de
resterende speelduur van
de minidisc
Herhaalde weergave
van muziek op een
Druk in de stopstand op de DISPLAY
toets.
Telkens wanneer u op deze toets drukt,
verspringt de aanduiding in het
uitleesvenster als volgt:
n Totale speelduur en muziekstuknummers
op de minidisc.
µ
Resterende opnameduur op de minidisc
(alleen voor een opname-minidisc).
Opmerkingen
Het aangeven van de juiste resterende speelduur
kan wel eens onmogelijk zijn, door de vaste
beperkingen van het minidisc-systeem.
minidisc
— REPEAT weergave
Met de herhaalfunktie kunt u een enkel
muziekstuk of alle muziekstukken op de
minidisc laten herhalen.
REPEAT
‚
º
π§
·
∏
Druk tijdens minidisc-weergave op de
REPEAT toets tot de aanduiding
“REPEAT” (voor herhalen van alle
muziekstukken) of “REPEAT 1*” (voor
een enkel muziekstuk) verschijnt.
Dan begint de herhaalde weergave.
* Tijdens programma-weergave en willekeurige
weergave is herhalen van een enkel muziekstuk
niet mogelijk.
®
Uitschakelen van de
herhaalfunktie
Druk net zovaak op de REPEAT toets totdat
de “REPEAT” of “REPEAT 1” aanduiding in
het uitleesvenster dooft.
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
21
Willekeurige
261π 3 4
∏
·
π
§
®
∏
·
π§
º
‚
Programmaweergave van muziek
op een minidisc
–– SHUFFLE weergave
Alle muziekstukken van een minidisc kunnen in
willekeurige volgorde worden weergegeven.
231π MULTI JOG
‚
º
π§
·
∏
∏
π
·
1 Druk net zovaak op de FUNCTION
keuzeschakelaar tot de aanduiding
“MD” verschijnt en steek dan een
minidisc in de minidisc-recorder.
2 Druk net zovaak op de PLAY
MODE toets tot de aanduiding
“SHUFFLE” verschijnt.
3 Druk op de · weergavetoets.
De aanduiding “J” verschijnt en dan
begint het afspelen van de
muziekstukken in willekeurige volgorde.
®
§
weergave van muziek
op een minidisc
–– PROGRAM weergave
U kunt uw eigen muziekselektie van
maximaal 25 nummers van een minidisc
programmeren, in de volgorde waarin u de
muziek wilt horen.
1 Druk net zovaak op de FUNCTION
keuzeschakelaar tot de aanduiding
“MD” verschijnt en steek dan een
minidisc in de minidisc-recorder.
2 Druk net zovaak op de PLAY
MODE toets tot de aanduiding
“PROGRAM” verschijnt.
3 Draai aan de MULTI JOG instelknop
tot het gewenste muziekstuknummer
wordt aangegeven.
Uitschakelen van de willekeurige
weergave
Druk eerst op de π stoptoets en dan net
zovaak op de PLAY MODE toets tot de
aanduiding “SHUFFLE” in het uitleesvenster
dooft.
Tip
Om een ongewenst muziekstuk over te slaan, draait
u de MULTI JOG instelknop naar rechts (of drukt u
op de + toets van de afstandsbediening).
22
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
4 Druk op de ENTER/YES invoertoets.
Het gekozen muziekstuk wordt in uw
muziekprogramma opgenomen. Het laatst
geprogrammeerde nummer verschijnt,
gevolgd door de totale speelduur.
Laatst gekozen
muziekstuknummer
Totale
speelduur
5 Herhaal de stappen 3 en 4 voor elk
muziekstuk dat u aan uw
muziekprogramma wilt toevoegen.
Alvorens u begint
met opnemen
6 Druk op de · weergavetoets.
Alle geprogrammeerde muziekstukken
worden dan in de door u gekozen
volgorde afgespeeld.
Voor het
Uitschakelen
van de
programmaweergave
Toevoegen van
een muziekstuk
aan uw
muziekprogramma
(in de
stopstand)
Wissen van het
gehele
muziekprogramma
Tip
Een eenmaal vastgelegd muziekprogramma blijft
ook na afspelen in het geheugen bewaard. Met een
druk op de · weergavetoets kunt u hetzelfde
programma dus nogmaals weergeven.
Doet u het volgende
Druk op de π stoptoets en
dan net zovaak op de PLAY
MODE toets tot de
aanduiding “PROGRAM”
dooft.
1 Kies het muziekstuk met de
MULTI JOG instelknop.
2 Druk op de ENTER/YES
invoertoets.
Druk in de stopstand
nogmaals op de π stoptoets.
Minidiscs (afgekort tot MD) zijn een digitaal
medium, waarop u muziek kunt opnemen en
afspelen met een geluidskwaliteit
vergelijkbaar met die van compact discs. Een
van de handige funkties van minidiscs is de
mogelijkheid muziekstukken te markeren. Dit
stelt u in staat vlot en gemakkelijk een
gewenst punt in de muziek op te zoeken en
om de opgenomen muziekstukken naar
keuze in een andere volgorde te zetten of
anderszins aan te passen. Afhankelijk van de
geluidsbron worden er verschillende
methoden van opnemen gebruikt en worden
de muziekstuknummers ook anders
vastgelegd.
Bij opnemen vanaf:
• De compact disc speler van deze
stereo-installatie
– Het digitale signaal van de CD-speler
wordt ongewijzigd op de minidisc
opgenomen (volledig digitale opname*)
– De muziekstuknummers worden
automatisch overgenomen net als ze op de
oorspronkelijke compact disc staan.
• Andere digitale apparatuur
(zoals bijvoorbeeld een DAT cassettedeck)
– Het digitale signaal wordt omgezet in een
analoog signaal, dan weer teruggebracht in
digitale vorm en aldus opgenomen**
(analoge opname).
– Aan het begin van de opname wordt er in
elk geval automatisch een
muziekstuknummer aangebracht, maar als
u de LEVEL SYNC funktie inschakelt (zie
blz. 26) worden er automatisch
muziekstuknummers aangebracht volgens
het nivo van het inkomend geluidssignaal.
wordt vervolgd
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
23
Alvorens u begint met opnemen
(vervolg)
• De tuner van deze stereo-installatie
en andere analoge geluidsapparatuur
(zoals bijvoorbeeld een gewoon
cassettedeck)
– Het analoge ingangssignaal wordt omgezet
in digitale vorm en aldus opgenomen**
(analoge opname).
– Aan het begin van de opname wordt er in
elk geval automatisch een
muziekstuknummer aangebracht, maar als
u de LEVEL SYNC funktie inschakelt (zie
blz. 26) worden er automatisch
muziekstuknummers aangebracht volgens
het nivo van het inkomend geluidssignaal.
* Zie blz. 42 voor een uitleg over de beperkingen bij
het digitaal opnemen.
**Deze signaalomzetting vindt plaats omdat dit
apparaat niet beschikt over een digitale
ingangsaansluiting.
Muziekstuknummers op minidisc
(“TOC” inhoudsopgave)
Op een minidisc worden de muziekstuknummers
(voor de volgorde) en de informatie betreffende de
begin- en eindpunten van de muziek vastgelegd in
een speciaal hiervoor bestemd gebied, de TOC*
genaamd, afzonderlijk van het muziekgebied. Dit
heeft het voordeel dat u de reeds opgenomen
muziekstukken naar wens kunt aanpassen, door
alleen de informatie in de TOC inhoudsopgave te
veranderen.
* TOC: “Table of Contents” = Inhoudsopgave.
Handmatig opnemen
op een minidisc
Bij het toevoegen van nieuwe opnamen op
een reeds gebruikte opname-minidisc kunt u
automatisch met opnemen beginnen vanaf
het eind van de vorige opnamen.
34 π
∏
∏
π
·
®
§
‚
º
π§
·
21
1 Steek een voor opnemen geschikte
minidisc in de minidisc-recorder.
2 Druk op de FUNCTION
keuzeschakelaar om in te stellen op
de geluidsbron (bijvoorbeeld CD)
waarvan u de muziek wilt
opnemen.
24
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
3 Druk op de r REC opnametoets.
De minidisc-recorder komt dan in
gereedheid voor opname. Als u bij het
opnemen muziekstuknummers op de
minidisc wilt aanbrengen, lees dan eerst
de volgende paragraaf “Aanbrengen van
muziekstuknummers”. Bij opnemen van
een compact disc worden de
muziekstuknummers echter automatisch
op de minidisc overgenomen.
4 Druk op de ∏ pauzetoets van de
minidisc-recorder.
Nu begint het opnemen.
Aanbrengen van
muziekstuknummers
5 Start het afspelen van de
geluidsbron die u wilt opnemen.
Stoppen met opnemen
Druk op de π stoptoets van de minidiscrecorder.
Als de aanduiding “Rec Level
Over” verschijnt
Dit betekent dat er tijdens analoge opname
een te krachtig ingangssignaal is
doorgekomen. Zie onder “Verhelpen van
storingen” op blz. 45.
Als de aanduiding “TOC” in het
uitleesvenster oplicht of knippert
Stoot niet tegen de minidisc-recorder en trek
niet de stekker uit het stopkontakt, als u de
gemaakte opnamen wilt behouden. De
“TOC” aanduiding geeft aan dat de minidiscrecorder bezig is de inhoudsopgave (Table of
Contents) bij te werken.
Opmerking
Als u de opname pauzeert tijdens het opnemen van
een compact disc, wordt er op dat punt op de
minidisc een (extra) muziekstuknummer
vastgelegd. Daarentegen zullen meerdere
muziekstukken samen een enkel nummer krijgen
toegewezen als:
• een bepaald muziekstuk van de CD meer dan
eens op de minidisc wordt opgenomen;
• er twee of meer muziekstukken met hetzelfde
nummer van verschillende compact discs
achtereen worden opgenomen.
Bij opnemen vanaf de compact disc speler
van deze stereo-installatie worden de
muziekstuknummers automatisch op de
minidisc aangebracht. Daarnaast kunt u aldus
zelf muziekstuknummers aanbrengen:
• Handmatig, op elk gewenst punt, tijdens
opnemen;
• Automatisch, tijdens analoge opname.
Handmatig aanbrengen
van een muziekstuknummer op een bepaald
punt tijdens opnemen
Tijdens opnemen kunt u op elk gewenst punt
een muziekstuknummer aanbrengen,
ongeacht de geluidsbron waarvan u opneemt.
rREC
‚
º
π§
·
∏
Druk tijdens opnemen op de r REC
toets bij het punt waar u een
muziekstuknummer wilt aanbrengen.
De muziekstukken die daarna volgen worden
automatisch hernummerd.
®
wordt vervolgd
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
25
Aanbrengen van
muziekstuknummers (vervolg)
Automatisch aanbrengen
van muziekstuknummers
tijdens analoog opnemen
Met de LEVEL SYNC automatische
synchroon-markering wordt er een
muziekstuknummer aangebracht wanneer
het ingangssignaal van de geluidsbron langer
dan twee sekonden zachter dan een bepaald
peil blijft en dan even later dat peil weer
overschrijdt.
213,45
‚
º
π§
·
∏
∏
π
·
®
§
Uitschakelen van de automatische
synchroon-markering
1 Druk op de EDIT/NO toets en draai dan
aan de MULTI JOG instelknop tot er
“LEVELSYNC ?” wordt aangegeven.
2 Druk op de ENTER/YES toets.
Het uitleesvenster geeft nu “LEVELSYNC
OFF?” aan.
3 Druk nogmaals op de ENTER/YES toets.
De “LEVEL-SYNC” aanduiding dooft.
Nu zal er bij analoog opnemen alleen een
muziekstuknummer worden aangebracht aan
het begin van de opname.
1 Druk op de r REC opnametoets.
De minidisc-recorder is dan gereed voor
opname.
2 Druk op de EDIT/NO toets en draai
dan aan de MULTI JOG instelknop
tot er “LEVELSYNC ?” wordt
aangegeven.
3 Druk op de ENTER/YES toets.
Het uitleesvenster geeft nu
“LEVELSYNC ON?” aan.
4 Druk nogmaals op de ENTER/YES
toets.
De “LEVEL-SYNC” aanduiding licht op.
5 Druk op de ∏ pauzetoets.
Het opnemen begint.
26
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
Wissen van minidiscopnamen
— ERASE funktie
U kunt eerdere opnamen vlot en gemakkelijk
van een minidisc wissen. U kunt kiezen uit de
volgende drie wismethoden:
• Wissen van een enkel muziekstuk
• Wissen van alle muziekstukken
• Wissen van een deel van een muziekstuk
Opmerking
Als er “SHUFFLE” of “PROGRAM” in het
uitleesvenster wordt aangegeven, drukt u enkele
malen op de PLAY MODE toets tot die aanduiding
verdwijnt.
Wissen van een enkel
muziekstuk
U kunt een muziekstuk wissen door
eenvoudigweg het nummer ervan in te
voeren. Bij het wissen wordt het aantal
muziekstukken op de minidisc met één
verminderd en worden alle muziekstukken
volgend op het gewiste nummer
hernummerd.
23,41,2
‚
º
π§
·
∏
∏
π
·
π
1 Draai aan de MULTI JOG instelknop
om in te stellen op het nummer van
het muziekstuk dat u wilt wissen.
Nummer van het te wissen
muziekstuk
2 Druk op de EDIT/NO toets en draai
dan aan de MULTI JOG instelknop
tot er “Erase?” wordt aangegeven.
®
§
Voorbeeld: Wissen van muziekstuk B
Muziekstuknummers
Oorspronkelijke
opnamen
ERASE
1
AB CD
123
AC D
B wordt gewist.
23
3 Druk op de ENTER/YES toets.
Ter bevestiging verschijnt er “Erase ??”.
Als u bij nader inzien dit muziekstuk
4
niet wilt wissen, drukt u nu op de π
stoptoets.
4 Druk nogmaals op de ENTER/YES
toets om het muziekstuk te wissen.
De aanduiding “Complete” verschijnt nu
enkele sekonden lang in het
uitleesvenster en het gekozen
muziekstuk wordt met titel en al van de
minidisc gewist.
Opmerking
De aanduiding “Erase !!?” verschijnt als het
betreffende muziekstuk werd opgenomen of
bewerkt op een andere minidisc-recorder en tegen
wissen is beveiligd. Als u dit muziekstuk
desondanks wilt wissen, druk dan weer op de
ENTER/YES toets terwijl deze “Erase !!?”
aanduiding oplicht.
wordt vervolgd
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
27
Wissen van minidisc-opnamen
ERASE funktie (vervolg)
Wissen van alle
muziekstukken
U kunt de disc-titel, alle muziekstukken en al
hun titels in één keer van de minidisc wissen.
Wissen van een deel van
een muziekstuk
Door de funkties voor onderverdelen (zie blz.
30), wissen (zie blz. 27) en samenvoegen van
muziekstukken (zie blz. 31) te kombineren,
kunt u een bepaald gedeelte van een
muziekstuk wissen.
1π2,3
‚
º
π§
·
∏
∏
π
·
1 Druk met de minidisc-recorder in de
stopstand op de EDIT/NO toets en
draai dan aan de MULTI JOG
instelknop tot er “All Erase?” wordt
aangegeven.
2 Druk op de ENTER/YES toets.
Ter bevestiging verschijnt er “All Erase
??”.
Als u bij nader inzien de minidisc niet
wilt wissen, drukt u nu op de π
stoptoets.
®
§
Voorbeeld: Wissen van een deel van
muziekstuk A.
Muziekstuknummers
Oorspronkelijke
opnamen
Onderverdelen
(Divide, blz.
30)
Wissen
(Erase,
blz. 27)
Samenvoegen
(Combine, blz.
31)
* De muziekstukken krijgen nieuwe nummers.
123
AB
1234
A-aBA-b A-c
1234
A-a
123
A(a+c)B
Deel dat u wilt
wissen
Muziekstuk A in drie
delen scheiden.*
Hernummerde
muziekstukken
Deel A-b wissen.
BA-c
Delen A-a en A-c
samenvoegen.
3 Druk nogmaals op de ENTER/YES
toets om de gehele minidisc te
wissen.
De aanduiding “Complete” verschijnt nu
enkele sekonden lang in het
uitleesvenster en alle muziekstukken,
nummers en titels worden van de
minidisc gewist.
28
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
Verplaatsen van
3 Druk op de ENTER/YES toets.
opgenomen
muziekstukken
— MOVE funktie
U kunt de volgorde van de muziekstukken
aanpassen door een muziekstuk op een
andere plaats te zetten. Na het verplaatsen
van een muziekstuk worden alle
muziekstukken tussen de oude en de nieuwe
plaats automatisch hernummerd.
Voorbeeld: Verplaatsen van muziekstuk C
naar plaats nummer 2.
Muziekstuknummers
Oorspronkelijke
opnamen
1
AB
12 34
MOVE
Muziekstuk C
verplaatsen naar de
tweede plaats.
23
C
CBA
4
2π1,2,4 3,5
‚
º
π§
·
∏
4 Draai aan de MULTI JOG instelknop
tot de nieuwe plaats voor het
muziekstuk wordt aangegeven.
Als u bij nader inzien dit muziekstuk
niet wilt verplaatsen, drukt u nu op de π
stoptoets.
Oorspronkelijke
muziekstuknummer
Nieuw gekozen
positie
5 Druk op de ENTER/YES toets om
het muziekstuk te verplaatsen.
D
D
®
De aanduiding “Complete” verschijnt nu
enkele sekonden lang in het
uitleesvenster.
Opmerking
Als er “SHUFFLE” of “PROGRAM” in het
uitleesvenster wordt aangegeven, drukt u enkele
malen op de PLAY MODE toets tot die aanduiding
verdwijnt.
§
∏
π
·
1 Draai aan de MULTI JOG instelknop
om in te stellen op het nummer van
het muziekstuk dat u wilt
verplaatsen.
2 Druk op de EDIT/NO toets en draai
dan aan de MULTI JOG instelknop
tot er “Move ?” verschijnt.
29
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
Loading...
+ 66 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.