Om de kans op brand te verkleinen,
mag u de ventilatieopeningen van het
apparaat niet afdekken met een krant,
tafelkleed, gordijn, enz.
Plaats ook geen voorwerpen met
open vuur, brandende kaarsen, op het
apparaat.
Om de kans op brand of elektrische
schokken te verkleinen, mag u het
apparaat niet blootstellen aan
druppels of spetters, en mogen geen
voorwerpen die met een vloeistof
zijn gevuld, zoals een vaas, op het
apparaat worden gezet.
Aangezien de hoofdstekker wordt
gebruikt om het apparaat los te
koppelen van het elektriciteitsnet,
sluit u het apparaat aan op een
gemakkelijk bereikbaar stopcontact.
Mocht u een abnormale situatie van
het apparaat ontdekken, dan trekt u
de netstekker onmiddellijk uit het
stopcontact.
Installeer de stereo-installatie niet in
een krappe ruimte, zoals een
boekenkast of ingebouwde kast.
Stel batterijen of apparaten waarin
batterijen worden gebruikt niet bloot
aan buitensporige hitte, zoals
zonlicht, vuur en dergelijke.
Het apparaat is niet losgekoppeld
van het elektriciteitsnet zolang de
stekker in het stopcontact zit,
ondanks dat het apparaat zelf is
uitgeschakeld.
VOORZICHTIG
Het gebruik van optische
instrumenten met dit apparaat zal de
kans op oogbeschadiging vergroten.
Voor klanten in Europa
Deugdelijk afgeschermde en geaarde
kabels en stekkers moeten worden
gebruikt voor verbindingen met
hostcomputers en/of randapparatuur.
Zeer hoge geluidsdruk van
oortelefoons en hoofdtelefoons kan
gehoorbeschadiging veroorzakan.
Kennisgeving aan klanten:
de volgende informatie is
alleen van toepassing op
apparaten verkocht in
landen waarin de EUrichtlijnen geldig zijn.
De fabricant van dit product is Sony
Corporation, 1-7-1 Konan Minato-ku
Tokyo, 108-0075 Japan. De
geauthoriseerde vertegenwoordiging
voor EMC en produkt veiligheid is
Sony Deutschland GmbH,
Hedelfinger Strasse 61, 70327
Stuttgart, Duitsland. Voor service- of
garantiezaken verwijzen wij u graag
naar de addressen in de afzonderlijke
service/garantie documenten.
Hierbij verklaart Sony Corp. dat het
toestel in overeenstemming is met de
essentiële eisen en de andere
relevante bepalingen van richtlijn
1999/5/EG.
Nadere informatie kunt u vinden op:
http://www.compliance.sony.de/
Dit product is bedoeld voor gebruik
in de volgende landen:
AT, BE, CH, CZ, DE, DK, ES, FI,
FR, GB, GR, HU, IE, IT, NL, NO,
PL, PT, RO, SE, SK
Voor klanten die dit
product gebruiken in de
volgende landen:
Noorwegen:
Gebruik van deze radioapparatuur is
niet toegestaan binnen het
geografische gebied met een straal
van 20 km rondom het centrum van
Ny-Alesund, Svalbard in
Noorwegen.
Frankrijk:
De WLAN-functie van dit Micro
HI-FI Component System mag
uitsluitend worden gebruikt binnen
gebouwen.
Ieder gebruik van de WLAN-functie
van dit Micro HI-FI Component
System buiten gebouwen is verboden
op Frans grondgebied. Zorg ervoor
dat de WLAN-functie van dit Micro
HI-FI Component System is
uitgeschakeld alvorens het apparaat
buiten gebouwen te gebruiken. (ART
Decision 2002-1009 zoals gewijzigd
door ART Decision 03-908,
betreffende gebruiksbeperkingen
voor radiofrequenties.)
Italië:
Het gebruik van het RLAN-netwerk
wordt bepaald:
– met betrekking tot persoonlijk
gebruik door juridisch besluit
1.8.2003, nr. 259 ("Richtlijn voor
elektronische communicatie"). In
Artikel 104 wordt in het bijzonder
aangegeven wanneer het
verkrijgen van algemene
toestemming vooraf noodzakelijk
is, en in Artikel 105 wanneer vrij
gebruik is toegestaan.
– met betrekking tot het leveren van
openbare RLAN-toegang tot
telecomnetwerken en –services
door Ministerieel besluit
28.5.2003, zoals aangepast, en
Artikel 25 (algemene
toestemming voor elektronische
communicatienetwerken enservices) van de Richtlijn voor
elektronische communicatie.
Dit apparaat is geclassificeerd als
een KLASSE 1 LASER product.
Deze aanduiding bevindt zich aan de
achterkant van het apparaat.
NL
2
Verwijdering
van oude
elektrische
en
elektronische
apparaten
(Toepasbaar in de
Europese Unie en
andere Europes e landen
met gescheiden
inzamelingssystemen)
Het symbool op het product of op de
verpakking wijst erop dat dit product
niet als huishoudelijk afval mag
worden behandeld. Het moet echter
naar een plaats worden gebracht
waar elektrische en elektronische
apparatuur wordt gerecycled. Als u
ervoor zorgt dat dit product op de
correcte manier wordt verwerkt,
voorkomt u voor mens en milieu
negatieve gevolgen die zich zouden
kunnen voordoen in geval van
verkeerde afvalbehandeling. De
recycling van materialen draagt bij
tot het vrijwaren van natuurlijke
bronnen. Voor meer details in
verband met het recyclen van dit
product, neemt u contact op met de
gemeentelijke instanties, het bedrijf
of de dienst belast met de
verwijdering van huishoudafval of
de winkel waar u het product hebt
gekocht.
Verwijdering
van oude
batterijen (in
de Europese
Unie en
andere Euro pese landen
met afzonderlijke
inzamelingssystemen)
Dit symbool op de batterij of
verpakking wijst erop dat de
meegeleverde batterij van dit product
niet als huishoudelijk afval
behandeld mag worden.
Op sommige batterijen kan dit
symbool voorkomen in combinatie
met een chemisch symbool. De
chemische symbolen voor kwik (Hg)
of lood (Pb) worden toegevoegd als
de batterij meer dan 0,0005 % kwik
of 0,004 % lood bevat.
Door deze batterijen op juiste wijze
af te voeren, voorkomt u voor mens
en milieu negatieve gevolgen die
zich zouden kunnen voordoen in
geval van verkeerde
afvalbehandeling. Het recycleren van
materialen draagt bij tot het
vrijwaren van natuurlijke bronnen.
In het geval dat de producten om
redenen van veiligheid, prestaties
dan wel in verband met dataintegriteit een permanente
verbinding met batterij vereisen,
dient deze batterij enkel door
gekwalificeerd servicepersoneel
vervangen te worden.
Om ervoor te zorgen dat de batterij
op een juiste wijze zal worden
behandeld, dient het product aan het
eind van zijn levenscyclus
overhandigd te worden aan het
desbetreffende inzamelingspunt voor
de recyclage van elektrisch en
elektronisch materiaal.
Voor alle andere batterijen verwijzen
we u naar het gedeelte over hoe de
batterij veilig uit het product te
verwijderen. Overhandig de batterij
bij het desbetreffende
inzamelingspunt voor de recyclage
van batterijen.
Voor meer details in verband met het
recyclen van dit product of batterij,
neemt u contact op met de
gemeentelijke instanties, het bedrijf
of de dienst belast met de
verwijdering van huishoudafval of
de winkel waar u het product hebt
gekocht.
NL
3
Voordat u dit systeem in gebruik neemt
Copyrightbeveiliging
Muziekdata mag niet worden gebruikt zonder
toestemming van de auteursrechthebbende, tenzij
het uitsluitend is bedoeld voor persoonlijk gebruik.
Afbeeldingen in deze
gebruiksaanwijzing
De afbeeldingen en schermen die in deze
gebruiksaanwijzing worden gebruikt kunnen van
de werkelijke schermen afwijken.
Afbeeldingen van bepaalde modellen met andere
functies worden in deze gebruiksaanwijzing echter
ook gebruikt om die functies toe te lichten.
Hoe gebruikt u deze
gebruiksaanwijzing
Deze gebruiksaanwijzing legt de bediening van dit
toestel uit aan de hand van de knoppen op de
afstandsbediening. Met de knoppen op het
hoofdtoestel met eenzelfde of vergelijkbare naam
als op de afstandsbediening kunnen dezelfde
handelingen worden uitgevoerd.
Services die met een
internetverbinding kunnen
worden gebruikt
Internetgebaseerde services kunnen zonder
voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd of
beëindigd.
Gebreken die bij normaal gebruik van het
systeem optreden worden door Sony
gerepareerd conform de voorwaarden zoals
omschreven in de beperkte garantie voor dit
systeem. Sony is echter niet aansprakelijk voor
gevolgschade die voortkomt uit een
afspeelstoring door een beschadigd of defect
systeem.
NL
4
Inhoudsopgave
Voordat u dit systeem in gebruik neemt ................................................... 4
Functies van dit systeem .........................................................................8
Genieten van muziek van diverse bronnen ........................................... 8
Het systeem met DLNA-compatibele apparaten gebruiken .....................8
Muziek uit iTunes streamen via AirPlay ..................................................... 9
Index .....................................................................................................82
NL
7
Functies van dit systeem
Genieten van muziek van diverse bronnen
U kunt genieten van muziek van diverse geluidsbronnen met grote hoeveelheden muziekcontent. De
volgende geluidsbronnen zijn beschikbaar op dit systeem.
Muziekservicees via internet
Het systeem
Server
Externe component
FM/AM/DAB*
CD
* De DAB-functie is alleen beschikbaar voor CMT-G2BNiP.
iPod/iPhoneUSB-apparaat
Het systeem met DLNA-compatibele apparaten
gebruiken
Dit systeem voldoet aan de DLNA-standaard. U kunt op verschillende manieren naar muziek luisteren met
dit systeem in combinatie met andere DLNA-compatibele apparaten. Door het systeem op andere DLNAapparaten aan te sluiten, kunt u naar audiocontent op een server luisteren, zelfs al bevinden die zich allemaal
in andere kamers. Ve rder kunt u met de PARTY STREAMING-funct ie audiocontent t egelijkertijd op ande re
apparaten afspelen die ook over de PARTY STREAMING -functie* beschikke n (pagina 46). U kunt alle functies
die beschikbaar zijn op het systeem gebruiken als geluidsbron voor de PARTY STREAMING-functie.
* De beschikbaarheid van PARTY STREAMING-compatibele apparaten kan verschillen afhankelijk van het land of de
regio. Voor meer informatie over beschikbare apparaten neemt u contact op met uw dichtstbijzijnde Sony-handelaren.
Het systeem
Over DLNA
DLNA is een afkorting van Digital Living Network Alliance. Het is de naam van een organisatie die richtlijnen opstelt
(DLNA-richtlijnen), en het is ook de naam van de methode waarmee apparaten in een huis digitale content (zoals muzieken beeldgegevens) kunnen delen via een thuisnetwerk.
NL
8
Audiostreaming/
PARTY STREAMING
Muziek uit iTunes streamen via AirPlay
Via een draadloos netwerk kunt u met dit systeem audiocontent van iOS-apparaten afspelen, zoals een
iPhone, iPod touch of iPad, of audiocontent uit een iTunes-bibliotheek op uw PC.
PC
iPhone/iPod touch/iPad
NL
9
Aan de slag
Modell
l)
Meegeleverde accessoires controleren
10
Afstandsbediening (1)
R6-batterijen (AA-formaat) (2)
Netsnoer (1)
en voor Europa (behalve het UK-mode
Model voor het UK
Model voor Australië
Luidsprekersnoeren (2)
NL
Luidsprekervoetjes (8)
FM-draadantenne (1)*
AM-raamantenne (1)
DAB-draadantenne (1) (alleen
CMT-G2BNiP)*
Gebruiksaanwijzing (deze handleiding)
(1)
Deze gebruiksaanwijzing biedt een volledige uitleg
van de diverse instellingen, de bedieningshandelingen
en de netwerkverbindingsprocedure.
De gebruiksaanwijzing bevat ook
voorzorgsmaatregelen voor een veilig gebruik van het
systeem.
Beknopte installatiegids (1)
Deze gebruiksaanwijzing legt uit hoe de
netwerkverbinding wordt ingesteld en hoe de
functies die met de netwerkverbinding
samenhangen kunnen worden gebruikt.
* De vorm van de antennestekker kan afwijken van de
afbeeldingen, afhankelijk van het land en de regio.
Mochten er accessoires ontbreken of beschadigd
zijn, neem dan contact op met de dichtstbijzijnde
Sony-handelaar.
Onderdelen en bedieningselementen
Hoofdtoestel
A ?/1 (aan/uit) knop
Schakel de stroom in of uit (pagina 20).
B STANDBY-aanduiding
De volgende kleur geeft de stroomstatus van
het systeem aan.
KleurSysteem-
status
GroenAanAan/Uit
OranjeUitAan
RoodUitUit
C Displayscherm
Zie pagina 62 voor meer informatie over het
scherm.
D Z-knop
Open of sluit de disclade (pagina 29).
E NX (afspeel/pauze) knop
Start of onderbreek het afspelen.
Netwerk
stand-by
F TUNE +/– knoppen
Stem af op de gewenste zender.
./> (ga naar vorige/ga naar
volgende) knoppen
Selecteer een track of bestand.
m/M (zoek achteruit/zoek vooruit)
knoppen
Zoek een punt in een track of bestand.
M/m knoppen
Selecteer een item dat op het scherm wordt
vermeld.
ENTER-knop
Voer een geselecteerd item of instelling in.
G OPTIONS-knop
Geef het optiemenu weer (pagina 40).
Menuopties variëren afhankelijk van de
geselecteerde functie.
H BACK-knop
Ga terug naar het vorige scherm.
I Disclade
Plaats een disc (pagina 29).
(USB) poort
J
Sluit een compatibel USB-apparaat aan
(pagina's 35, 36).
11
Aan de slag
NL
K PHONES-aansluiting
Sluit hierop een hoofdtelefoon aan.
L BASS/TREBLE-draaiknop
M FUNCTION-draaiknop
Selecteer een functie (pagina 30).
Afstandsbediening
N VOLUME-regelaar
Regel hiermee het volume.
O Sensor voor de afstandsbediening
P x (stop) knop
Stop het afspelen.
A DISPLAY-knop
Geef informatie weer zoals tijdsinformatie van
een track, de klok, etc. (pagina's 21, 32, 42, 44,
62).
Codeer de beveiligingssleutel en maak deze
zichtbaar (pagina 24).
B SLEEP-knop
Stel de slaaptimer in of bevestig de
slaaptimerinstellingen (pagina 60).
Beluister een disc, een USB-apparaat of één
track of bestand herhaaldelijk (pagina's 29, 35,
42, 52).
12
NL
E Cijfer/tekstknoppen*
Selecteer een zender met het bijbehorende
cijfer (pagina 32).
Selecteer de gewenste letter (ABC, DEF, etc.)
bij het invoeren van tekens (pagina's 14, 15,
54).
CLEAR-knop
Wis een letter (pagina 14).
Verwijder een geprogrammeerde track of
geprogrammeerd bestand (pagina 53).
(keer om) knop
Keer de volgorde om van de tekens die zijn
toegewezen aan de cijfer/tekstknoppen
(pagina 14).
CHARACTER-knop
Selecteer de tekensoort (pagina 14).
F MEMORY-knop
Stel FM/AM-zenders, DAB/DAB+-zenders
(alleen CMT-G2BNiP) (pagina 32) of
muziekservices vooraf in (pagina 44).
G M/m knoppen
Selecteer een item dat op het scherm wordt
vermeld (pagina's 14, 15).
</, knoppen
Verplaats de focus terwijl u tekens invoert
(pagina 14).
Selecteer de vorige of de volgende treffer
terwijl u zoekt naar een item op trefwoord
(pagina 54).
ENTER-knop
Voer een geselecteerd item of instelling in
(pagina's 14, 15).
H BACK-knop
Ga terug naar het vorige scherm.
I ./> knoppen
Ga naar het begin van een track (pagina's 32,
34, 42, 53).
Selecteer een track of bestand (pagina's 29, 35).
+/– knoppen
Selecteer een radiozender (pagina's 31, 32).
(map) +/– knoppen
Selecteer een map (pagina's 29, 35, 53).
J Bedieningsknoppen
Voer hiermee voor alle functies
basishandelingen uit.
• X (pauze) knop (pagina's 29, 34, 35, 42)
• x (stop) knop (pagina's 29, 31, 35, 42)
• N (afspeel) knop* (pagina's 29, 34, 35, 42,
52, 53)
• m/M (zoek achteruit/zoek vooruit)
knoppen (pagina's 29, 34, 35)
K PARTY-knop
Bedien hiermee de PARTY STREAMINGfunctie. Houd de knop ingedrukt om een
PARTY te starten of sluiten (pagina's 46, 47).
L Z (OPEN/SLUIT) knop
Open of sluit de disclade (pagina 29).
M ?/1 (aan/uit) knop
Schakel de stroom in of uit (pagina's 20, 61).
N FM MODE-knop
Selecteer de FM-ontvangstmodus (mono of
stereo) (pagina 32).
O TUNING MODE-knop
Selecteer de afstemmodus (pagina's 31, 32).
P ALPHABET SEARCH-knop
Zoek een item door middel van een trefwoord
(pagina's 42, 44, 54).
Q TREBLE-knop
Regel het geluid (pagina 59).
BASS-knop
Regel het geluid (pagina 59).
R TIMER MENU-knop
Geef het timermenu weer (pagina's 21, 61).
S MUTING-knop
Zet het geluid tijdelijk uit. Druk nogmaals op
de knop om het geluid te herstellen.
T VOLUME +*/– knoppen
Pas het volume aan (pagina's 34, 51, 61).
U OPTIONS-knop
Geef het optiemenu weer (pagina's 15, 23, 25,
26, 27, 33, 35, 41, 42, 44, 55, 56, 57).
(Alleen beschikbaar als de DAB-functie, USBfunctie, thuisnetwerkfunctie (Home Network),
muziekservicefunctie (Music Service) is
geselecteerd.)
* Een asterisk (*) duidt op knoppen met een voelstip
(cijferknop "5", VOLUME + knop en N (afspeel)
knop).
Aan de slag
13
NL
Tekens invoeren
Mogelijk moet u tekens invoeren tijdens enkele
installatiehandelingen, zoals het uitvoeren van
netwerkinstellingen.
Zie "Lijst met invoertekens" (pagina 15) voor meer
informatie over beschikbare tekens.
Cijfer/
tekstknoppen
Voorbeeld van het scherm dat verschijnt wanneer
u op trefwoord naar een item zoekt:
ACursor (huidige positie)
BBeëindigingssymbool dat het eind aangeeft van de
tekenreeks
CHuidige positie van de cursor/aantal tekens dat u hebt
ingevoerd
DTekensoort
2
Druk op de bijbehorende cijfer/
tekstknoppen om de gewenste
tekens te selecteren.
Druk herhaaldelijk op de knop (ABC, DEF,
etc.) totdat het gewenste teken verschijnt.
Als u interpunctietekens (bijv. !, ?) en andere
symbolen (bijv. #, %) wilt invoeren, selecteer
dan de tekensoort "abc" of "ABC" en druk
vervolgens herhaaldelijk op "0" of "1" van de
cijfer/tekstknop.
3
Druk op ENTER om de tekenreeks
op te slaan.
Overige handelingen
ActieHandeling:
Een net ingevoerd
teken wissen
De tekenvolgorde
omkeren die is
toegewezen aan de
cijfer/tekstknoppen
De vorige situatie
herstellen
De cursor verplaatsen Druk op </, om de
Druk op CLEAR.
Druk op .
Door bijvoorbeeld de
nummer-2 knop
herhaaldelijk in te drukken,
wordt normaliter "A", "B",
"C" en "2" weergegeven.
Door op deze knop te
drukken wijzigt de volgorde
echter in "2", "C", "B" en
"A".
Druk op BACK.
cursor naar links of rechts te
verplaatsen. Druk op
M/m om de cursor naar het
begin of eind van de
tekstreeks te verplaatsen.
14
1
Druk herhaaldelijk op CHARACTER
om de gewenste tekensoort te
selecteren.
Telkens wanneer u op de knop drukt,
verandert de tekensoort in de volgorde "abc"
(kleine letters) t "ABC" (grote letters) t
"123" (cijfers).
NL
Lijst met invoertekens
Onderstaande tabel toont de tekens en cijfers die u
kunt invoeren voor elke tekensoort ("abc", "ABC"
of "123"). U kunt controleren welke tekens, cijfers
en symbolen aan elke cijfer/tekstknop zijn
toegewezen.
Cijfer/
tekstknop
1. , ! @ ´ ` : ; ( )
2a b c 2A B C 22
3d e f 3D E F 33
4g h i 4G H I 44
5j k l 5J K L 55
6m n o 6M N O 66
7p q r s 7P Q R S 77
8t u v 8T U V 88
9w x y z 9W X Y Z 99
0/ \ | – ~ = _ + #
abcABC123
[ ] { } < > 1
$ % & ^ “ * ?
(spatie) 0
. , ! @ ´ ` : ; ( )
[ ] { } < > 1
/ \ | – ~ = _ + #
$ % & ^ “ * ?
(spatie) 0
1
0
Menu-/lijstbediening
De opties in een menu of lijst verschillen
afhankelijk van de insteloptie en de geselecteerde
geluidsbron.
A Naam van de instelling of naam van de functie
B Item dat momenteel is geselecteerd
C Geeft aan dat er meer niveaus zijn onder het huidige
niveau
2
Druk op ENTER.
Het geselecteerde item wordt toegepast of
uitgevoerd. Herhaal stappen 1 en 2 als het
menu of de lijst voor het volgende niveau
verschijnt.
Overige handelingen
ActieHandeling:
Het scherm laten
scrollen
Teruggaan naar het
vorige menuniveau
De menubediening
annuleren
Houd M/m ingedrukt.
Druk op BACK.
Druk op OPTIONS.
Aan de slag
1
Terwijl het optiemenu wordt
weergegeven, drukt u op M/m om
het gewenste item te selecteren.
15
NL
Toestel, afstandsbediening en
luidsprekers voorbereiden
Antennes, luidsprekersnoeren en netsnoer
aansluiten
4
Zwart
WAARSCHUWING
SLUIT het netsnoer NIET
aan op het stopcontact
voordat alle andere
aansluitingen zijn uitgevoerd.
A Naar stopcontact
B Raamantenne
C FM-draadantenne (Strek deze horizontaal uit.)
D Sluit bruine kant aan.
E 75-ohm coaxkabel met mannelijke F-type stekker (niet
meegeleverd) (alleen CMT-G2BNiP)
of
1
2
5
3
of
F Naar externe DAB-antenne (niet meegeleverd) (alleen
CMT-G2BNiP)
G DAB-draadantenne (Strek deze horizontaal uit.) (alleen
CMT-G2BNiP)
H Sluit witte kant aan.
I Naar linkerluidspreker
J Naar rechterluidspreker
16
NL
Sluit de FM-draadantenne aan.
1
Zoek een locatie en een richting waarbij een
goede ontvangst mogelijk is en plaats de
antenne. Zorg ervoor dat de antenne zo ver
mogelijk is uitgestrekt.
of
FM-draadantenne
Houd de antenne uit de buurt van de
luidsprekersnoeren en het netsnoer om ruis te
voorkomen.
Gebruik een 75-ohm coaxkabel (niet
meegeleverd) om het toestel aan te sluiten op
een externe antenne om de ontvangst te
verbeteren.
Sluit de AM-raamantenne aan.
2
Zoek een locatie en een richting waarbij een
goede ontvangst mogelijk is en plaats de
antenne. Zorg ervoor dat de antenne zo ver
mogelijk is uitgestrekt.
Sluit de DAB-draadantenne aan
3
(alleen CMT-G2BNiP).
Zorg ervoor dat de antenne zo ver mogelijk is
uitgestrekt.
of
DAB-draadantenne
Gebruik een 75-ohm coaxkabel met een
mannelijke F-type stekker (niet meegeleverd)
om een externe DAB-antenne (niet
meegeleverd) aan te sluiten om een hogere
geluidskwaliteit voor een DAB/DAB+uitzending te verkrijgen.
Sluit de luidsprekersnoeren aan.
4
Opmerking
Verwijder eerst de afdekking die is bevestigd aan
het uiteinde van het luidsprekersnoer.
Aan de slag
Houd de antenne uit de buurt van de
luidsprekersnoeren en het netsnoer om ruis te
voorkomen.
Sluit de luidsprekersnoeraders aan op de
SPEAKERS-aansluitingen op het toestel.
Zwart
17
NL
Sluit het andere uiteinde van de
luidsprekersnoeren aan op de aansluitingen
op de luidsprekers.
Zwart #
Sluit het netsnoer aan op een
5
stopcontact.
De STANDBY-aanduiding op het toestel
gaat branden.
WAARSCHUWING
SLUIT het netsnoer NIET aan op het stopcontact
voordat andere aansluitingen zijn uitgevoerd.
Bij het maken van een bekabelde
netwerkverbinding
Sluit een netwerkkabel (LAN) (niet meegeleverd)
aan op NETWORK . Ga naar "Een bekabeld
netwerk instellen" (pagina 27) voor meer
informatie.
De afstandsbediening
gebruiken
Verwijder het deksel van de batterijhouder en
plaats twee R6-batterijen (AA-formaat) met het
E-uiteinde eerst en met de polen in de juiste
richting.
Opmerkingen over het gebruik van de
afstandsbediening
• Bij normaal gebruik gaan de batterijen ongeveer zes
maanden mee.
• Gebruik geen oude batterij in combinatie met een
nieuwe of een combinatie van verschillende
batterijtypen.
• Als u de afstandsbediening langere tijd niet zal
gebruiken, moet u de batterijen verwijderen om
eventuele schade door lekkage van batterijen en
corrosie te voorkomen.
18
De luidsprekervoetjes
aanbrengen
Breng de luidsprekervoetjes onderop de
luidsprekers aan om wegglijden te voorkomen.
NL
Een iPod/iPhone
gebruiken
Sluit de iPod/iPhone aan op de (USB) poort via
de USB-kabel die is meegeleverd met uw iPod/
iPhone.
De draadloze
netwerkantenne richten
Bij het maken van een draadloze verbinding zorgt
u ervoor dat de draadloze antenne aan de
achterkant van het toestel rechtop gericht staat.
Aan de slag
Opmerking over de sterkteaanduiding voor het
draadloze netwerksignaal
" " gaat branden wanneer het systeem is ingeschakeld
en de draadloze netwerkverbinding met het toegangspunt
tot stand is gebracht. Controleer de ontvangststatus van
het draadloze netwerksignaal. Hoe meer segmenten er
zijn, hoe sterker het signaal.
19
NL
Basisinstellingen uitvoeren
Wanneer het systeem voor het eerst na aanschaf
wordt ingeschakeld, moeten enkele
basisinstellingen worden uitgevoerd.
Systeem inschakelen
• Network Standby - "Off"
(fabrieksinstelling)
Deze stand-by-stand verbruikt minder stroom dan
wanneer netwerk stand-by is ingesteld op "On", al
duurt het wel langer voordat het systeem de
activiteiten weer hervat nadat het opnieuw is
ingeschakeld.
• Network Standby - "On"
In deze stand-by-stand is het systeem op het
netwerk aangesloten en blijft het gedeeltelijk actief
om de activiteiten snel weer te kunnen hervatten
indien aangestuurd via het netwerk, of opnieuw
ingeschakeld. Om de netwerk stand-by-stand in te
stellen, zie "De netwerk stand-by-stand instellen"
(pagina 55).
Een DAB/DAB+-radiozender
ontvangen (alleen CMT-G2BNiP)
Wanneer u het systeem voor het eerst inschakelt
sinds u het systeem hebt aangeschaft, start de
eerste DAB-scan automatisch en wordt een lijst
met beschikbare services opgeslagen.
Druk op geen enkele knop op het toestel of de
afstandsbediening tijdens de eerste DAB-scan. Als
u dat zou doen, wordt het scannen onderbroken en
wordt de servicelijst mogelijk niet op de juiste
wijze gemaakt.
Om de eerste DAB-scan handmatig te starten,
voert u de procedure uit onder "Een eerste DABscan handmatig uitvoeren" (pagina 33).
Druk op ?/1 (aan/uit).
Het systeem schakelt in en de STANDBYaanduiding wordt groen.
Systeem uitschakelen
Druk op ?/1 (aan/uit).
Het systeem wordt uitgeschakeld en de
STANDBY-aanduiding gaat rood branden.
Wanneer de netwerk stand-by is ingesteld op "On",
gaat de STANDBY-aanduiding oranje branden en
verschijnt de klok in het scherm.
NL
20
De klok instellen
De tijd van de klok moet correct zijn ingesteld
voor de timerfunctie.
Druk op ?/1 (aan/uit) om het
1
systeem in te schakelen.
Druk op TIMER MENU om de
2
modus voor het instellen van de
klok te selecteren.
Als "PLAY SET?" knippert, drukt u
herhaaldelijk op M/m om "CLOCK SET?" te
selecteren en drukt u vervolgens op ENTER.
Druk herhaaldelijk op M/m om het
3
uur in te stellen en druk vervolgens
op ENTER.
Gebruik dezelfde procedure om de
4
minuten in te stellen.
De klok weergeven
Druk op DISPLAY terwijl het systeem is
uitgeschakeld.
De klok wordt gedurende ongeveer 8 seconden
weergegeven.
Opmerkingen
• Als "Network Standby" is ingesteld op "On" en het
systeem is uitgeschakeld, verschijnt het klokscherm.
• De klokinstellingen gaan verloren als u het netsnoer uit
het stopcontact trekt of als er een stroomstoring
optreedt.
Houd ?/1 ingedrukt terwijl het
systeem is ingeschakeld, totdat
"AUTO STANDBY OFF" verschijnt.
De functie inschakelen
Herhaal de procedure totdat "AUTO STANDBY
ON" verschijnt.
Opmerkingen
• "AUTO STANDBY" verschijnt op het scherm
gedurende 2 minuten voordat de stand-by-stand van het
systeem wordt geactiveerd.
• De automatische stand-by-functie is niet geldig voor de
tunerfunctie (FM/AM/DAB), zelfs als u deze hebt
ingeschakeld.
• De stand-by-stand van het systeem kan niet automatisch
worden geactiveerd in de volgende gevallen:
– wanneer een audio-signaal wordt gedetecteerd.
– tijdens het afspelen van audiotracks of bestanden.
– wanneer een vooraf ingestelde afspeeltimer of
slaaptimer is ingeschakeld.
Aan de slag
De automatische standby-functie uitschakelen
Dit systeem is uitgerust met een automatische
stand-by-functie. De stand-by-stand van het
systeem wordt na ongeveer 30 minuten
automatisch geactiveerd als er geen handeling
wordt uitgevoerd of er geen audio-uitgangssignaal
is.
Standaard is de automatische stand-by-functie
ingeschakeld.
Gebruik de knoppen op het toestel om de
automatische stand-by-functie uit te schakelen.
21
NL
Netwerkverbindingen
Het systeem met uw thuisnetwerk
verbinden
In deze sectie wordt uitgelegd hoe het systeem verbinding kan maken met uw thuisnetwerk. U kunt het
systeem draadloos of met kabels op het netwerk aansluiten. Bepaal uw verbindingsmethode via
onderstaande tabel.
Zorg ervoor dat u "De draadloze netwerkomgeving van uw thuisnetwerk controleren" (pagina 23) leest
voordat u het systeem verbindt via een draadloos netwerk. Zie de gebruiksaanwijzing van uw draadloze
netwerkrouter/toegangspunt voor nadere informatie over welke verbindingsmethode uw draadloze
netwerkrouter/toegangspunt ondersteunt.
Welke verbinding wilt u gebruiken, draadloos of bekabeld, om het systeem met
het thuisnetwerk te verbinden?
DraadloosBekabeld
Heeft u een draadloze netwerkrouter/
toegangspunt?
JaNee
Gaat u de WPS*1-instelling gebruiken om het systeem met uw
thuisnetwerk te verbinden?
JaNee
Welke verbindingsmethode wilt u
gebruiken, de WPSdrukknopconfiguratiemethode of de
WPS-pincodemethode?
Drukknopconfiguratiemethode
Gebruik de WPSdrukknopconfiguratiemethode
(pagina 25).
*1WPS (Wi-Fi Protected Setup) is een standaard die is opgezet door de Wi-Fi Alliance waardoor u gemakkelijk en veilig
een draadloos netwerk kunt instellen.
*2Gebruik de handmatige instelmethode als u het gewenste toegangspunt niet kunt vin den met de toegangspunt scanmethode.
Pincodeme-
thode
Gebruik de WPSpincodemethode
(pagina 26).
Gebruik de
toegangspunt
scanmethode
(pagina 23).
U heeft een draadloze
netwerkrouter/
toegangspunt nodig.
Heeft u een router of een modem met
routerfunctie?
Gebruik de
2
handmatige
*
instelmethode
(pagina 25).*
JaNee
2
Gebruik de
kabelverbindings
methode
(pagina 27).
Wat het systeem kan doen als het met een netwerk is verbonden?
• Het systeem kan audiocontent afspelen die op een server (een computer, etc.) is opgeslagen op uw
thuisnetwerk (pagina 37).
• Het systeem kan muziekservices via internet afspelen (pagina 43).
NL
22
U heeft een
router nodig.
De draadloze
netwerkomgeving van
uw thuisnetwerk
controleren
Internet
Draadloze
netwerkrouter/
toegangspunt
Het toestel
Server
• Voordat u verbinding maakt met het thuisnetwerk moet
u een draadloze netwerkrouter/toegangspunt
voorbereiden. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing die
met het apparaat is meegeleverd voor nadere
informatie.
• Afhankelijk van uw thuisnetwerkomgeving is uw
draadloze netwerkrouter/toegangspunt mogelijk zo
ingesteld dat met WPS geen verbinding kan worden
gelegd, ook al is het compatibel met WPS. Zie de
gebruiksaanwijzing die met uw draadloze
netwerkrouter/toegangspunt is meegeleverd voor
nadere informatie over de compatibiliteit van uw
draadloze netwerkrouter/toegangspunt met WPS en het
instellen van een WPS-verbinding.
• Er kunnen problemen met het instellen optreden als het
systeem en de draadloze netwerkrouter/het
toegangspunt te ver bij elkaar uit de buurt zijn geplaatst.
In dit geval moet u de apparaten dichter bij elkaar
plaatsen.
Netwerkverbindingen
U hebt de volgende omgeving nodig om gebruik te
kunnen maken van de thuisnetwerkfunctie (Home
Network), de muziekservicefunctie (Music
Service), AirPlay en de PARTY STREAMINGfunctie. Controleer uw omgeving van tevoren.
oEr moet een draadloos thuisnetwerk
aanwezig zijn. (Zorg dat er een
draadloze netwerkrouter wordt
gebruikt.)
oEen apparaat dat als server kan
worden gebruikt (bijvoorbeeld een
computer), moet met uw draadloze
thuisnetwerk* zijn verbonden.
oInternettoegang moet beschikbaar
zijn. (Wanneer u muziekservices wilt
beluisteren.)
* Zie pagina 37 voor informatie over servers die
compatibel met dit systeem zijn.
U kunt verschillende verbindingsmethoden
gebruiken voor het instellen van een draadloos
netwerk: zoeken naar een toegangspunt, met een
WPS-verbindingsmethode (de drukknopmethode
of de pincodemethode), of handmatige instelling.
Selecteer de verbindingsmethode die voor uw
thuisnetwerk kan worden gebruikt aan de hand van
de tabel op pagina 22.
Opmerkingen
• Zorg dat u de draadloze netwerkfunctie niet gebruikt in
een omgeving met medische hulpmiddelen (zoals een
pacemaker) of waar draadloze communicatie verboden
is.
Zoeken naar een
toegangspunt en
instellen van een
draadloos netwerk
(toegangspunt
scanmethode)
U kunt een draadloos netwerk instellen door naar
een toegangspunt te zoeken. Voor het instellen van
het netwerk met behulp van deze
verbindingsmethode zal u worden gevraagd de
volgende informatie te selecteren of in te voeren.
Controleer vooraf de volgende informatie en
noteer deze in de ruimte hieronder.
oDe netwerknaam (SSID*
uw netwerk*
is nodig in stap 6.)
:
oAls uw draadloze thuisnetwerk door
codering is beveiligd, de
beveiligingssleutel (WEP-sleutel, WPA/
WPA2-sleutel) voor uw netwerk*
is nodig in stap 7.)
:
*1SSID (Service Set Identifier) is een naam waarmee een
bepaald toegangspunt wordt geïdentificeerd.
*2U kunt deze gegevens vinden op een label aan uw
draadloze netwerkrouter/toegangspunt, in de
gebruiksaanwijzing, door het op te vragen bij de
persoon die uw draadloze netwerk heeft ingesteld of in
de informatie die u hebt ontvangen van uw
internetprovider.
2
wordt geïdentificeerd. (Dit
1
) waarmee
2
. (Dit
23
NL
Zie "Menu-/lijstbediening" (pagina 15) en "Tekens
invoeren" (pagina 14) voor meer informatie over
menuhandelingen en het invoeren van tekens.
Selecteer HOME NETWORK,
1
MUSIC SERVICES of AirPlay als
functie.
Als het scherm voor het instellen van het
netwerk verschijnt, gaat u naar stap 4.
Als het scherm voor het instellen van het
netwerk niet verschijnt, drukt u op
OPTIONS.
Druk op M/m om "Network" te
2
selecteren en druk vervolgens op
ENTER.
Druk op M/m om "Settings" te
3
selecteren en druk vervolgens op
ENTER.
Druk op M/m om "Wireless LAN
4
Settings" te selecteren en druk
vervolgens op ENTER.
Als "Change Setting?" verschijnt, selecteert u
"OK" en drukt u vervolgens op ENTER.
Voer de beveiligingssleutel (WEP-
7
sleutel, WPA/WPA2-sleutel) in en
druk dan op ENTER.
De beveiligingssleutel wordt standaard
weergegeven als "*****". Druk herhaaldelijk
op DISPLAY om de beveiligingssleutel te
coderen en zichtbaar te maken.
Het scherm voor het instellen van de IPinstelling verschijnt.
Terwijl het scherm voor het
8
instellen van de IP-instelling wordt
weergegeven, drukt u op M/m om
"Auto" te selecteren en drukt u
vervolgens op ENTER.
Het scherm voor het instellen van de
proxyinstelling verschijnt.
Bij gebruik van een vast IP-adres
Selecteer "Manual" in stap 8 en druk
vervolgens op ENTER. Het scherm voor het
invoeren van het IP-adres verschijnt.
Voer de waarden in voor "IP Address",
"Subnet Mask", "Default Gateway", "Primary
DNS" en "Secondary DNS". Wanneer u op
ENTER drukt na het invoeren van de waarde
voor "Secondary DNS", verschijnt het
scherm voor het instellen van de
proxyinstelling.
24
Druk op M/m om "Access Point
5
Scan" te selecteren en druk
vervolgens op ENTER.
Het systeem gaat op zoek naar
toegangspunten en geeft een lijst met
maximaal 15 namen (SSID) van beschikbare
netwerken weer.
Druk op M/m om de gewenste
6
netwerknaam (SSID) te selecteren
en druk vervolgens op ENTER.
Het scherm voor het instellen van de
beveiliging verschijnt.
NL
Terwijl het scherm voor het
9
instellen van de proxyinstelling
wordt weergegeven, drukt u op
M/m om "Do Not Use" te
selecteren en drukt u vervolgens
op ENTER.
Het bevestigingsscherm verschijnt.
Bij gebruik van een proxyserver
Selecteer "Use" in stap 9 en druk vervolgens
op ENTER. Het scherm voor het invoeren
van het proxyadres verschijnt.
Voer de waarden in voor "Proxy Address" en
"Port Number". Wanneer u op ENTER drukt
na het instellen van de waarde voor "Port
Number", verschijnt het bevestigingsscherm.
Druk op M/m om "OK" te
10
selecteren en druk vervolgens op
ENTER.
"Complete!" verschijnt zodra het instellen
van de netwerkinstellingen is voltooid; " "
gaat branden op het scherm. Om terug te gaan
naar het optiemenu, drukt u op ENTER.
(Afhankelijk van de netwerkomgeving kan
het instellen van de netwerkinstellingen enige
tijd duren.)
Voer de serverinstellingen uit.
11
Om te kunnen luisteren naar audiocontent die
op de server is opgeslagen, moet u uw server
instellen (pagina 37).
Tip
Bij het controleren van de netwerkinstellingen drukt u op
OPTIONS en selecteert u vervolgens "Network" –
"Information" – de gewenste insteloptie in het menu.
Opmerking
Als uw netwerk niet door codering is beveiligd (met de
beveiligingssleutel), wordt het scherm voor het instellen
van de beveiliging niet weergegeven in stap 7.
Indien u de gewenste
netwerknaam (SSID) niet kunt
vinden (handmatige
instelmethode)
U kunt de gewenste netwerknaam (SSID)
handmatig invoeren als deze niet wordt
weergegeven in de lijst.
1
Selecteer "Manual Registration" in
stap 5 van "Zoeken naar een
toegangspunt en instellen van een
draadloos netwerk (toegangspunt
scanmethode)" (pagina 23).
2
Druk op M/m om "Direct Input" te
selecteren en druk vervolgens op
ENTER.
3
Voer de netwerknaam (SSID) in en
druk dan op ENTER.
4
Druk op M/m om de gewenste
beveiligingsinstelling te selecteren
en druk vervolgens op ENTER.
5
Volg stappen 7 tot 11 van "Zoeken
naar een toegangspunt en instellen
van een draadloos netwerk
(toegangspunt scanmethode)"
(pagina 23).
Draadloze netwerken
opzetten met een WPScompatibel
toegangspunt
Met een WPS-compatibel toegangspunt stelt u heel
eenvoudig een draadloos netwerk in. De WPSinstelling stelt u in met behulp van de
drukknopconfiguratiemethode of de
pincodemethode.
Wat is WPS (Wi-Fi Protected
Setup)?
WPS is een standaard die is opgezet door de Wi-Fi
Alliance waardoor u gemakkelijk en veilig een
draadloos netwerk kunt instellen.
Een draadloos netwerk instellen
met de WPSdrukknopconfiguratiemethode
U stelt heel eenvoudig een WPS draadloze
verbinding in met een druk op de speciale knop.
1
Selecteer HOME NETWORK,
MUSIC SERVICES of AirPlay als
functie.
Als het scherm voor het instellen van het
netwerk niet verschijnt, drukt u op
OPTIONS.
2
Druk op M/m om "Network" te
selecteren en druk vervolgens op
ENTER.
3
Druk op M/m om "Settings" te
selecteren en druk vervolgens op
ENTER.
Netwerkverbindingen
25
NL
4
Druk op M/m om "Wireless LAN
Settings" te selecteren en druk
vervolgens op ENTER.
Als "Change Setting?" verschijnt, selecteert u
"OK" en drukt u vervolgens op ENTER.
5
Druk op M/m om "WPS Push" te
selecteren en druk vervolgens op
ENTER.
6
Volg de aanwijzingen op het scherm
en druk op de WPS-knop op het
toegangspunt.
Bericht: Druk binnen 2 minuten op de WPSknop op het toegangspunt
WPS-knop op
draadloze
netwerkrouter/
toegangspunt
"Complete!" verschijnt zodra het instellen
van de netwerkinstellingen is voltooid, en
" " gaat branden op het scherm. Om terug te
gaan naar het optiemenu, drukt u op ENTER.
(Afhankelijk van de netwerkomgeving kan
het instellen van de netwerkinstellingen enige
tijd duren.)
7
Voer de serverinstellingen uit.
Om te kunnen luisteren naar audiocontent die
op de server is opgeslagen, moet u uw server
instellen (pagina 37).
Tip
Bij het controleren van de netwerkinstellingen drukt u op
OPTIONS en selecteert u vervolgens "Network" –
"Information" – de gewenste insteloptie in het menu.
Een draadloos netwerk instellen
met de WPS-pincodemethode
Als het toegangspunt een verbinding via een WPSpincode (Personal Identification Number)
ondersteunt, kunt u een draadloze WPS-verbinding
instellen door de pincode van het systeem in te
voeren op de draadloze netwerkrouter/het
toegangspunt.
1
Selecteer HOME NETWORK,
MUSIC SERVICES of AirPlay als
functie.
Als het scherm voor het instellen van het
netwerk niet verschijnt, drukt u op
OPTIONS.
2
Druk op M/m om "Network" te
selecteren en druk vervolgens op
ENTER.
3
Druk op M/m om "Settings" te
selecteren en druk vervolgens op
ENTER.
4
Druk op M/m om "Wireless LAN
Settings" te selecteren en druk
vervolgens op ENTER.
5
Druk op M/m om "Manual
Registration" te selecteren en druk
vervolgens op ENTER.
6
Druk op M/m om "WPS PIN" te
selecteren en druk vervolgens op
ENTER.
De lijst met beschikbare SSID's
(toegangspunten) verschijnt.
7
Druk op M/m om de gewenste
netwerknaam (SSID) te selecteren
en druk vervolgens op ENTER.
De pincode (8 cijfers) van het systeem
verschijnt. Houd de pincode weergegeven
totdat de verbinding gereed is. (Er wordt elke
keer dat u deze handeling uitvoert een andere
pincode weergegeven.)
8
Voer de pincode van het systeem in
op de draadloze netwerkrouter/het
toegangspunt.
Het systeem start het instellen van de
netwerkinstellingen.
"Complete!" verschijnt zodra het instellen
van de netwerkinstellingen is voltooid, en
" " gaat branden op het scherm. Om terug
te gaan naar het optiemenu, drukt u op
ENTER.
(Afhankelijk van de netwerkomgeving kan
het instellen van de netwerkinstellingen enige
tijd duren.)
26
NL
9
Voer de serverinstellingen uit.
Om te kunnen luisteren naar audiocontent die
op de server is opgeslagen, moet u uw server
instellen (pagina 37).
Tips
• Bij het controleren van de netwerkinstellingen drukt u
op OPTIONS en selecteert u vervolgens "Network" –
"Information" – de gewenste insteloptie in het menu.
• Zie de gebruiksaanwijzing die met uw draadloze
netwerkrouter/toegangspunt is meegeleverd voor
nadere informatie over het invoeren van de pincode in
uw draadloze netwerkrouter/toegangspunt.
Een bekabeld netwerk
instellen
Internet
Router
Server
U hebt de volgende omgeving nodig om gebruik te
kunnen maken van de thuisnetwerkfunctie (Home
Network), de muziekservicefunctie (Music
Service) en de PARTY STREAMING-functie.
Controleer uw omgeving van tevoren.
oEr moet een bekabeld thuisnetwerk
aanwezig zijn. (Zorg dat er een router
wordt gebruikt.)
oEen apparaat dat als server kan
worden gebruikt (bijvoorbeeld een
computer), moet op uw bekabelde
thuisnetwerk* zijn aangesloten.
oInternettoegang moet beschikbaar
zijn. (Bij het luisteren naar
muziekservices.)
* Zie pagina 37 voor informatie over servers die
compatibel met dit systeem zijn.
Het toestel
Zorg dat u een netwerkkabel (LAN) met een
ferrietkern (niet meegeleverd) of een
afgeschermde netwerkkabel (niet meegeleverd)
gebruikt voor een bekabelde verbinding.
Zie "Menu-/lijstbediening" (pagina 15) en "Tekens
invoeren" (pagina 14) voor meer informatie over
menuhandelingen en het invoeren van tekens.
Sluit het systeem aan op een
1
apparaat dat op de server is
aangesloten.
Het toestel
Router, hub, etc.
Naar de
NETWORK
poort
Server
De configuratie van de verbinding hangt af
van de omgeving van uw thuisnetwerk.
Netwerkkabel (LAN)
• Wanneer de server (een computer, etc.) is
aangesloten op een router of hub:
t Is er een niet-gebruikte poort vrij op de
router of hub, sluit het systeem op die
poort aan.
t Is er geen niet-gebruikte poort op de
router vrij, voeg dan een hub toe en
sluit de server en het systeem op de
hub aan.
• Wanneer geen router wordt gebruikt*:
t Voeg een router toe en sluit de server
en het systeem op de router aan.
* Bijvoorbeeld, als een server (een computer, etc.)
rechtstreeks op een modem zonder routerfunctie
is aangesloten.
Selecteer HOME NETWORK,
2
MUSIC SERVICES of AirPlay als
functie.
Als het scherm voor het instellen van het
netwerk niet verschijnt, drukt u op
OPTIONS.
Netwerkverbindingen
27
NL
Loading...
+ 61 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.