Samsung NV3 User Manual [nl]

Gebruiksaanwijzing

Hartelijk dank voor het aanschaffen van een camera van Samsung.

 

Deze handleiding biedt alle informatie die u nodig hebt om de camera te kunnen

 

gebruiken, inclusief het maken van opnamen, het downloaden van afbeeldingen

 

en het gebruiken van de toepassingssoftware. Lees deze handleiding goed door

 

voordat u gaat werken met uw nieuwe camera.

NEDERLANDS

Instructies

■ Gebruik deze camera in de onderstaande volgorde

Installeer het stuurprogramma voor de camera

Maak een foto

Sluit de USB-kabel aan

Controleer of de camera is ingeschakeld

Controleer [Removable Disk]

Voordat u de camera, via de USB-kabel, aansluit op een PC, moet u het stuurprogramma voor de camera installeren. Installeer het stuurprogramma voor de camera dat wordt meegeleverd op de cd-rom met toepassingssoftware. (p80)

Maak een foto. (p.16)

Sluit de meegeleverde USB-kabel aan op de USB-poort van de PC en op de USBaansluiting van de camera. (p.82)

Controleer of de camera is ingeschakeld. Als de camera is uitgeschakeld, zet u deze aan met de aan/ uitschakelaar.(p.20)

Open Windows Verkenner en zoek naar [Removable Disk]. (p.84)

Als u een kaartlezer gebruikt om de opnamen op de geheugenkaart te kopiëren naar uw pc, kunnen de opnamen beschadigd raken. Als u de opnamen die u hebt gemaakt met de camera wilt overdragen naar uw pc, gebruikt u altijd de meegeleverde USB-kabel om de camera aan te sluiten op de pc. Houdt u er rekening mee dat de fabrikant niet verantwoordelijk kan worden gesteld voor verlies of beschadiging van opnamen op de geheugenkaart bij gebruik van een kaartlezer.

Kennis maken met uw camera

Hartelijk dank voor het aanschaffen van een digitale camera van Samsung.

Lees, voordat u deze camera gaat gebruiken, eerst de gebruikershandleiding zorgvuldig door.

Wanneer u service nodig hebt, neemt u de camera en de accessoires die verantwoordelijk zijn voor de storing aan de camera (zoals batterijen, geheugenkaart, enz.) mee naar het geautoriseerde servicecentrum.

Controleer voordat u de camera wilt gaan gebruiken (bijvoorbeeld vóór een uitstapje of een belangrijke gebeurtenis) of deze correct werkt om teleurstellingen te voorkomen.

Samsung camera accepteert geen enkele aansprakelijkheid voor enig verlies of voor enige schade die het gevolg is van storingen aan de camera.

Bewaar de handleiding op een veilige plek.

Specificaties kunnen zonder opgaaf van reden worden gewijzigd.

Microsoft Windows en het Windows-logo zijn gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation Incorporated in de Verenigde Staten en/of andere landen. Alle merken productnamen in deze handleiding zijn gedeponeerde handelsmerken van hun respectievelijke eigenaren.

Samsung Techwin besteedt veel aandacht aan milieuaspecten in alle fasen van het productieproces om het wereldmilieu te sparen en voert tal van acties uit om klanten te voorzien van milieuvriendelijkere producten. Het Ecomerkteken is een duidelijk teken dat Samsung Techwin ernaar streeft om milieuvriendelijke producten te vervaardigen en geeft aan dat het product voldoet aan de RoHS-richtlijn van de EU betreffende de beperking van het gebruik van gevaarlijke stoffen.

[1]

Gevaar

GEVAAR geeft een dreigend gevaar aan dat, als er niets aan wordt gedaan, kan leiden tot ernstig letsel of de dood.

Probeer deze camera niet op enigerlei wijze aan te passen. Dit kan namelijk leiden tot brand, letsel, elektrische schokken of ernstige schade aan u of uw camera. Interne inspectie, onderhoud en reparaties dienen te worden uitgevoerd door uw leverancier of door het servicecentrum voor cameras van Samsung.

Gebruik dit product niet in de directe nabijheid van brandbare of explosieve gassen, aangezien hierdoor het risico van een explosie toeneemt.

Gebruik de camera niet meer als er vloeistof of vreemde voorwerpen in zijn binnengedrongen. Schakel de camera uit en verwijder de stroombron (batterijen of wisselstroomadapter). U moet contact opnemen met uw leverancier of met het servicecentrum voor cameras van Samsung. Ga niet door met het gebruik van de camera omdat dit kan leiden tot brand of elektrische schokken.

Stop geen metalen of brandbare voorwerpen in de camera via de toegangspunten, zoals de kaartsleuf of het batterijvak. Dit kan brand of elektrische schokken veroorzaken.

Gebruik deze camera niet met natte handen. Dit kan leiden tot elektrische schokken. de wisselstroomadapter en de niet-oplaadbare batterijen. Dit kan leiden tot een explosie.

Waarschuwing

gevaar aan dat, als er niets aan wordt of de dood.

in de onmiddellijke nabijheid van mensen of de ogen van het onderwerp afgaat, kan dit leiden

accessoires om veiligheidsredenen buiten om ongelukken te voorkomen zoals:

kleine camera-accessoires.

onmiddellijk contact op met een arts. door de bewegende onderdelen van de camera.

worden bij langdurig gebruik.Dit kan leiden tot gebeurt, laat u de camera enkele minuten

.

plekken waar de temperatuur extreem kan voertuig, direct zonlicht of andere plaatsen waar optreden. Blootstelling aan extreme

invloed hebben op de interne onderdelen van

.

niet de camera of oplader bedekken. Hierdoor kan de temperatuur hoog oplopen, waardoor de camerabehuizing beschadigd kan raken en er brand kan ontstaan. Gebruik de camera en de bijbehorende accessoires altijd in een goed geventileerde ruimte.

Voorzichtig

VOORZICHTIG geeft een mogelijk gevaar aan dat, als er niets aan wordt gedaan, kan leiden tot minder ernstig letsel.

Lekkende, oververhitte of beschadigde batterijen kunnen leiden tot brand of letsel.

•Gebruik batterijen die geschikt zijn voor deze camera.

•Sluit batterijen niet kort, verhit ze niet en gooi ze niet in een open vuur.

•Plaats de batterijen in de juiste richting.

Verwijder de batterijen wanneer u de camera gedurende langere tijd niet wilt gebruiken. Batterijen kunnen gaan lekken en de onderdelen van de camera onherstelbaar beschadigen.

Gebruik de flitser niet terwijl u deze vasthoudt met uw hand of aanraakt met een of ander voorwerp. Raak de flitser na gebruik niet aan. Dit kan leiden tot brandwonden.

Niet de camera bewegen als deze is ingeschakeld of als u de oplader gebruikt. Schakel de camera na gebruik altijd uit voordat u de adapter uit het stopcontact verwijdert. Controleer vervolgens of alle verbindingssnoeren of kabels naar andere apparaten zijn losgekoppeld voordat u de camera gaat vervoeren.

Raak de lens niet aan om te voorkomen dat u een onduidelijke opname maakt of dat er een storing optreedt in de camera.

Zorg dat de lens of de flitser niet worden geblokkeerd tijdens het nemen van een foto.

Lage temperaturen kunnen de prestaties van het LCD-scherm nadelig beïnvloeden en kunnen tot de volgende problemen leiden. Het LCD-scherm herstelt zich gewoonlijk bij normale temperaturen. Dit is volstrekt normaal.

-Het kan enige tijd duren voordat het scherm wordt ingeschakeld en de kleuren van het LCD-scherm kunnen in geringe mate veranderen.

-Als u snelle bewegingen maakt terwijl u met de camera in de richting van het onderwerp wijst, kan het beeld "naijlen" op het LCD-scherm.

Creditcards kunnen worden gedemagnetiseerd als zij in de buurt van de behuizing komen. Houd magneetstripkaarten uit de buurt van de behuizing.

Inhoud

GEREED

●Systeemgrafiek ……………………5 ●Identificatie van functies ……………6 ■Vooren bovenzijde ………………6 ■Achter-en onderzijde ………………7 ■Onderkant/ Knop voor 5 functies …8 ■Houder (optioneel) …………………8 ■Lampje voor zelfontspanner ………9 ■Lampje voor camerastatus ………9 ■Moduspictogram……………………9 ●Aansluiten op een voedingsbron …9 ●De geheugenkaart plaatsen………12 ●Instructies voor het gebruik van de

geheugenkaart ……………………12 ●Wanneer u de camera voor het eerst gebruikt ……………………………14

OPNAME

●Indicator LCD-scherm ……………15 ●De opnamemodus starten ………16 ■De modus AUTO gebruiken ……16 ■De modus PROGRAMMA gebruiken …16 ■De modus voor geavanceerde

trillingsonderdrukking (ASR - Advanced Shake Reduction) gebruiken ………17 ■Slimme opname (Wise Shot) ……17 ■De modus SCÈNE gebruiken ……18 ■De modus FILMCLIP gebruiken …18 ■De filmclip opnemen zonder spraak U kunt de filmclip ……………………19

■Pauzeren tijdens het opnemen van een filmclip ………………………19

■De modus SPRAAKOPNAME gebruiken …………………………19

■Pauzeren tijdens het maken van een spraakopname ……………………19

●Waar u op moet letten bij het maken van opnamen………………………20

●De cameraknop gebruiken om de camera in te stellen ………………20

■AAN/ UIT-knop ……………………20 ■Sluiter-knop ………………………20 ●Zoomknop W/ T……………………21 ●Spraak opname / Spraak memo/

Omhoog toets ……………………22 ●Knop Macro / OMLAAG …………23 ●Vergrendeling scherpte-instelling …24 ●Knop FLITSER / LINKS …………24 ●Knop voor zelfontspanner / RECHTS …26 ●Knop MENU/ OK …………………27

●Knop +/- ……………………………27

●E-knop (Effect) ……………………31

■Kleur ………………………………31

■Vooraf ingesteld scherpstellingskader ……………32

■Composietopnamen maken ……33

■Fotoframe …………………………34

■Movie Clip frame stabiliser ………34 ●Het LCD-scherm gebruiken om de

camera-instellingen te wijzigen …35 ●Het menu gebruiken ………………35

●Formaat ……………………………36

[3]

Inhoud

●Kwaliteit/ framesnelheid …………36

●Opnamen beveiligen………………49

●Lichtmeting…………………………37

●Opnamen verwijderen ……………50

●Continue opname …………………37

●AFM.WIJZ …………………………50

●Scherpte……………………………38

●Een opname draaien ……………51

●Type automatische scherpstelling…38

●DPOF ………………………………51

●OSD-informatie (weergave op

●DPOF : STANDRD ………………52

scherm) ……………………………39

●DPOF : INDEX ……………………52

AFSPELEN

●DPOF: AFDRUKFORMAAT ……53

●OSD-informatie ……………………53

 

●KOPIE ……………………………54

●Afspeelmodus starten ……………40

●PictBridge …………………………54

■Een stilstaand beeld afspelen ……40

●PictBridge : Selectie van opnamen…55

■Bewegende beelden afspelen …40

●PictBridge : Afdrukinstelling ………56

■De filmclip opnemen ……………40

●PictBridge : RESET ………………56

■Filmclips bijsnijden ………………41

SETUP

■Een spraakopname afspelen ……41

●Indicator LCD-scherm ……………42

 

●De cameraknop gebruiken om de

●Menu Setup ………………………57

camera in te stellen ………………42

■File name …………………………58

■Knop voor de afspeelmodus ……42

■Automatische uitschakeling………58

●Knop Miniaturen / Vergroting /

■Taal ………………………………58

Volumeknop ………………………43

■Formatteren ………………………59

●Knop Spraakmemo/OMHOOG …44

■Datum, tijd en datumtype instellen…59

●Knop voor afspelen en pauzeren /

■De opnametijd afdrukken ………59

Omlaag ……………………………45

■Geluid ……………………………60

Knop LINKS / RECHTS / MENU / OK …45

■Een extern apparaat aansluiten (via

●E-knop (Effect) ……………………46

USB) ………………………………60

●Verwijderknop ……………………46

■AF-geluid …………………………60

●Printerknop…………………………46

■Lampje voor automatische scherpte-

●De afspeelfunctie instellen met behulp

instelling……………………………60

van het LCD-scherm Menutab ……47

■Helderheid LCD …………………61

●De diashow starten ………………48

■Type video-uitvoer selecteren……61

■Snelweergave ……………………62

■Weergave-instelling ………………72

■Initialisatie …………………………62

■De opnamefunctie instellen in de

●Setting up the Mycam menu ……62

MP3-modus ………………………72

●Beginafbeelding……………………63

■Auto scroll …………………………72

●Begingeluid ………………………63

■MP3 BGM-instelling ………………72

●Sluitertoon …………………………63

■Taalinstelling ………………………72

MP3/ PMP MODE

●Belangrijke opmerkingen …………73

●Waarschuwingsindicator …………74

 

●Voordat u contact opneemt met een

Modus MP3/ PMP/ TEKSTVIEWER …63

servicecentrum ……………………75

●Bestanden downloaden …………63

● Specificaties ………………………76

●De modus MP3/PMP/TEKSTVIEWER

SOFTWARE

starten ………………………………64

●Indicatie van MP3-/PMP-modus op

 

LCD-scherm ………………………66

●Opmerkingen met betrekking tot

●De cameraknop gebruiken om de

software ……………………………79

camera in te stellen ………………67

●Systeem-vereisten ………………79

■Volumeknop ………………………67

●Informatie over de software ………79

■Knop voor afspelen en

De toepassingssoftware installeren …80

pauzeren/regelknop ………………67

●PC-modus starten …………………82

■Verwijderknop ……………………67

De verwisselbare schijf verwijderen …84

Blokkeerschakelaar/Equalizerknop …68

●Het USB-stuurprogramma installeren

■Knop voor afspeellijst ……………68

op de MAC…………………………85

●De cameraknop gebruiken om de

●Het USB-stuurprogramma gebruiken

camera in te stellen ………………69

op de MAC…………………………85

■Hervatten …………………………70

●Het USB-stuurprogramma verwijderen

■Afspeelmodus ……………………70

onder Windows 98SE ………………85

■Skin van MP3-speler ………………70

●Digimax Converter ………………86

■Alles wissen ………………………71

●Digimax Master ……………………87

■Interval voor diashow instellen …71

●FAQ (Veelgestelde vragen) ………90

■De diashow afspelen ……………71

 

■Zoeken naar frames………………71

 

[4]

Systeemgrafiek

Controleer of u over de juiste productonderdelen beschikt voordat u het product gaat gebruiken. De inhoud kan variëren naargelang het verkoopgebied. Als u de optionele apparatuur wilt aanschaffen, neemt u contact op met de dichtstbijzijnde Samsung-dealer of met het lokale Samsung-servicecentrum.

<Meegeleverde items >

Computer

PictBridge-compatibele

printer (zie p. 54)

Opbergtasje

Gebruikershandleiding

Draagriem voor

Cd met software

 

, Productgarantie

camera

(zie p. 79)

AV-kabel

DPOF-compatibele

SD-geheugenkaart/MMC

printer (zie p. 51)

(zie p. 12)

Aansluiting oortelefoon

Oortelefoon

Oplaadbare batterij (SLB-0837)

Extern beeldscherm Houder Wisselstroomadapter (SAC- (zie p. 61)

45)/USB-kabel (SUC-C2)

[5]

Identificatie van functies

Vooren bovenzijde

Microfoon

Luidspreker

Sluiterknop

Draagriem voor camera

Lampje voor zelfontspanner/ Lampje voor automatische scherpte-instelling

Keuzeschijf voor modusselectie

Aan/ uit-knop

Luidspreker

Optische 3X zoomlens/ Lenskap

Flitser

Identificatie van functies

Achter-en onderzijde

Lampje voor camerastatus

Keuzeschijf voor modusselectie

LCD-scherm

USB-/ AV-aansluiting

Connector voor houder

Zoomknop (W) / Knop voor miniatuurmodus / Volumeknop

Aansluiting voor oortelefoon

E-knop (Effect)

Knop +/- /Verwijderknop (DELETE)

Knop voor 5 functies.

Knop voor de afspeelmodus/ Printer toets

[7]

Identificatie van functies

Onderkant/ Knop voor 5 functies

Sleuf voor geheugenkaart

Batterijhouder

Batterijvakje

Afdekklepje batterijvakje

Knop Spraakmemo/ Spraakopname/ OMHOOG

 

Menuknop/ Knop OK

Knop Flitser/

Zelfontspanner/

LINKS

Knop RECHTS

Houder (optioneel)

U kunt de oplaadbare batterij opladen, een gemaakte opname afdrukken en beelden downloaden met de houder. (Raadpleeg pagina's11,54 en 83)

Camera-aansluiting

 

 

 

 

 

Knop Macro/ OMLAAG,

Aansluitpunt voor

 

Knop voor afspelen/ pauzeren

AV-aansluiting

gelijkstroomvoeding/USB-poort

 

 

 

 

[8]

Identificatie van functies

■ Lampje voor zelfontspanner

Pictogram

Status

 

 

Omschrijving

 

Knipperend

 

Gedurende de laatste 2 seconden knippert het lampje snel met tussenpozen van 0,25 seconde.

 

 

 

De eerste 8 seconden knippert het lampje éénmaal per seconde.

 

Knipperend

 

Gedurende de laatste 2 seconden knippert het lampje

 

 

 

éénmaal per 0,25 seconde.

 

Knipperend

 

Er wordt een opname gemaakt na ongeveer 10 seconden

 

 

en vervolgens na 2 seconden nog een keer.

■ Lampje voor camerastatus

 

 

 

Status

 

Omschrijving

Inschakelen

 

Het lampje gaat aan en vervolgens uit als de camera gereed is voor het maken van een opname

Na het maken van een

 

Het lampje knippert tijdens het opslaan van de beeldgegevens en

opname

 

gaat uit als de camera gereed is voor het maken van een opname

Als de USB-kabel is

 

Het lampje gaat branden (het LCD-scherm wordt

aangesloten op een pc.

uitgeschakeld na initialisatie

Gegevens verzenden via een pc

 

Het lampje knippert (LCD

Als de USB-kabel is

 

Het lampje gaat branden

aangesloten op een printer.

 

Als de printer bezig is met afdrukken

Het lampje knippert

■Moduspictogram: Raadpleeg pagina 16 voor meer informatie over de modusinstelling van de camera.

 

SPRAAKO

 

 

 

TEKSTV

 

 

 

 

MODUS

PNAME

MP3

PMP

IEWER FILMCLIP AUTO

PROGRAMMA

ASR

AFSPELEN

Pictogram

 

 

 

 

 

 

 

 

 

MODUS

 

 

 

 

SCÈNE

 

 

 

NACHT

 

PORTRET

KINDEREN

LANDSCHAPPEN

 

 

 

 

 

CLOSE-UP

TEKST

Pictogram

 

 

 

 

 

 

 

 

 

MODUS

Z.ONDERG

DAGERAAD

TGNLICHT

VUURWERK

STRND&SN

-

Pictogram

 

 

 

 

 

 

 

 

-

Aansluiten op een voedingsbron

Gebruik de oplaadbare batterij (SLB-0837) die is meegeleverd met de camera. Zorg dat u de batterij hebt opgeladen voordat u de camera gebruikt.

Specificatie SLB-0837 oplaadbare batterij

Model

SLB-0837

 

 

Type

Lithium-ion

 

 

Capaciteit

1280mAh

Voltage

3.7V

 

 

Oplaadtijd

Ongeveer 150 minuten

(Als de camera is uitgeschakeld)

 

 

[9]

Aansluiten op een voedingsbron

■ Aantal opnamen en levensduur batterij: Bij gebruik van SLB-0837

 

Levensduur batterij /

Op basis van de volgende opname condities

 

Aantal opnamen

 

 

 

De volledig opgeladen batterij gebruiken Automatische

 

 

modus, 7M per opname, Hoge kwaliteit, Interval tussen

Stilstaand

Ongeveer 100

opnamen: 30 sec.

min. / ca. 200

De zoompositie wordt omgeschakeld tussen Wide

 

beeld

(Groothoek) en Tele na elke opname. De flits wordt om

opnamen

 

de andere opname gebruikt.De camera 5 minuten lang

 

 

gebruiken en deze vervolgens 1 minuut lang

 

 

uitschakelen.

Filmclip

Ongeveer 90 min.

De volledig opgeladen batterij gebruiken

 

 

640X480 afbeeldingsgrootte / 30fps framesnelheid

MP3

Ongeveer 240 min.

De volledig opgeladen batterij gebruiken LCD uit.

PMP

Ongeveer 135 min.

De volledig opgeladen batterij gebruiken

Deze getallen zijn gemeten op basis van de standaardcondities van Samsung en kunnen variëren afhankelijk van de opnamecondities en het cameragebruik.

INFORMATIE

Belangrijke informatie over het gebruik van batterijen

Schakel, als u de camera niet gebruikt, altijd de stroom uit.

Verwijder de batterijen als de camera gedurende lange tijd niet wordt gebruikt. Batterijen verliezen vermogen met het verstrijken van de tijd en kunnen gaan lekken als u ze in de camera laat zitten.

Lage temperaturen (beneden 0°C) kunnen de prestaties van de batterijen nadelig beïnvloeden en kunnen de levensduur van de batterijen bekorten.

De batterijen herstellen zich gewoonlijk bij normale temperaturen.

Bij langdurig gebruik van de camera kan de behuizing warm worden. Dit is volstrekt normaal.

Als u een oortelefoon gebruikt, verwijdert u de batterij niet wanneer de camera wordt ingeschakeld. Anders kan er een hard geluid klinken.

U kunt de oplaadbare batterij (SLB-0837) opladen via de SAC-45 KIT. De SAC45 KIT bevat de wisselstroomadapter (SAC-45) en de USB-kabel (SUC-C2). Als de SAC-45 en de SUC-C2 zijn aangesloten, kunnen deze worden gebruikt als netsnoer.

Een netsnoer gebruiken

:Sluit de wisselstroomadapter aan op de USB-

kabel. Deze kan worden gebruikt als een stroomkabel.

●Een USB-kabel gebruiken

: Verwijder de wisselstroomadapter (SAC-45). U kunt opgeslagen opnamen downloaden naar de pc (p. 83) of uw camera van stroom voorzien via de USB-kabel.

VOORZICHTIG

Belangrijke informatie over het gebruik de USB-kabel.

Gebruik een USB-kabel (SUC-C2) die aan de specificaties voldoet.

Als de camera op de pc is aangesloten via een USB-hub, past u dit aan en sluit u de camera rechtstreeks aan op de pc.

Als de camera en andere apparaten tegelijkertijd zijn aangesloten op de pc, verwijdert u de andere apparaten.

Als de USB-kabel is aangesloten op een poort aan de voorzijde van de pc, verwijdert u de kabel en sluit u deze aan op een poort aan de achterzijde van de pc.

Als de USB-poort van de pc niet aan de uitvoerstandaard voldoet (5V, 500mA), wordt de camera mogelijk niet opgeladen.

Aansluiten op een voedingsbron

VOORZICHTIG

●Raadpleeg de instructies voordat u kabels of de netvoedingsadapter aansluit en gebruik niet te veel kracht. Dit kan tot beschadiging van kabel of camera leiden.

●Als het laadlampje (LED) van de oplader niet gaat branden of knipperen nadat u de oplaadbare batterij hebt geplaatst, controleert u of de batterij correct is geplaatst.

●Als u de batterij oplaadt terwijl de camera is ingeschakeld, kan de batterij niet volledig worden opgeladen. Schakel de camera uit tijdens het opladen van de batterij.

■ Laadlampje van de wisselstroomadapter

 

Laadlampje (LED)

 

 

Opladen is bezig

Rode lampje brandt

 

 

Opladen is voltooid.

Groene lampje brandt

 

 

Oplaadfout

Rode lampje is uit of knippert

 

 

Ontladen (via de

Oranje lampje brandt

wisselstroomadapter)

 

 

 

●Als u de volledig lege batterij plaatst om deze op te laden, moet u de camera niet inschakelen. De camera kan mogelijk niet worden ineschakeld omdat er te weinig batterijvermogen beschikbaar is. Laad de batterij langer dan 10 minuten op voordat u de camera gaat gebruiken.

●Maak geen intensief gebruik van de flitser of maak geen filmclips als de volledig lege batterij slechts gedurende korte tijd heeft staan opladen. Zelfs als de lader is aangesloten, wordt de camera mogelijk uitgeschakeld omdat de oplaadbare batterij weer leeg is geraakt.

●Als u de batterij oplaadt via de houder, kunt u alleen de Lithium-ionbatterij (SLB0837) gebruiken.

[11]

Aansluiten op een voedingsbron

Instructies voor het gebruik van de geheugenkaart

Formatteer de geheugenkaart (zie p.59). Als u een nieuw aangeschafte kaart voor het eerst gebruikt, bevat deze gegevens die niet kunnen worden herkend door de camera of opnamen die zijn gemaakt met een andere camera.

Zet de camera uit als u de geheugenkaart gaat plaatsen of verwijderen.

Naarmate de geheugenkaart vaker wordt gebruikt, nemen de prestaties uiteindelijk af.

Als dit gebeurt, moet u een nieuwe geheugenkaart aanschaffen. Slijtage van de geheugenkaart valt niet onder de garantie van Samsung.

De geheugenkaart is een elektronisch precisie-instrument. Buig de geheugenkaart niet om, laat deze niet vallen en stel deze niet bloot aan zware druk.

Berg de geheugenkaart niet op in een omgeving met krachtige elektronische of magnetische velden (bijvoorbeeld in de buurt van luidsprekers of TV-toestellen).

Gebruik deze kaart niet en berg deze niet op in een omgeving waarin sprake is van grote temperatuurschommelingen.

Zorg ervoor dat de geheugenkaart niet vuil wordt en dat deze niet in contact komt met vloeistoffen van enigerlei aard. Als dit toch gebeurt, maakt u de geheugenkaart schoon met een zachte doek.

Bewaar de geheugenkaart in de bijbehorende opberghoes als u de kaart niet

gebruik, kan de geheugenkaart warm

aanvoelen. Dit is volstrekt normaal.

Gebruik geen geheugenkaart die al is gebruikt in een andere digitale camera. Als u de geheugenkaart wilt gebruiken in deze camera, formatteert u de kaart eerst met behulp van deze camera.

Gebruik geen geheugenkaart die is geformatteerd door een andere digitale camera of geheugenkaartlezer.

Als het volgende aan de hand is, bestaat de kans dat de gegevens op de geheugenkaart beschadigd raken:

-Als de geheugenkaart op onjuiste wijze wordt gebruikt.

-Als de stroom wordt uitgeschakeld of de geheugenkaart wordt verwijderd tijdens het opnemen, verwijderen (formatteren) of lezen.

[12]

Instructies voor het gebruik van de geheugenkaart

Samsung kan niet aansprakelijk worden gesteld voor het verlies van gegevens.

Het is raadzaam belangrijke gegevens op een ander, reservemedium op te slaan, zoals diskettes, vaste schijven, CD, enz.

Als er onvoldoende geheugen beschikbaar is:

Wordt het bericht [GEHEUGEN VOL!] weergegeven en werkt de geheugenkaart niet. U kunt de hoeveelheid beschikbaar geheugen in de camera optimaliseren door de geheugenkaart te vervangen of door overbodige opnames te verwijderen van de geheugenkaart.

INFORMATIE

Verwijder de geheugenkaart niet als het lampje voor de camerastatus (groen) knippert, omdat anders de gegevens op de geheugenkaart beschadigd kunnen raken.

De camera kan SD-geheugenkaarten en Multi Media Cards (MMC). Raadpleeg de bijgesloten handleiding voor gebruik van de MMC-kaarten (Multi Media Card).

Kaartpinnen

Schakelaar voor schrijfbeveiliging

Label

[SD-geheugenkaart (Secure Digital)]

De SD-geheugenkaart heeft een schakelaar voor schrijfbeveiliging waarmee u kunt voorkomen dat beeldbestanden worden verwijderd of dat de kaart wordt geformatteerd. Als u de schakelaar naar de onderkant van de SD-geheugenkaart toeschuift, zijn de gegevens beveiligd. Als u de schakelaar naar de bovenkant van de SD-geheugenkaart toeschuift, wordt de beveiliging opgeheven.

Schuif de schakelaar naar de bovenkant van de SD-geheugenkaart voordat u een opname gaat maken.

Wanneer u een MMC-geheugenkaart (Multi Media Card) van 256MB gebruikt, is de opgegeven opnamecapaciteit als volgt. Deze cijfers zijn schattingen omdat de beeldcapaciteit kan worden beïnvloed door variabelen zoals het onderwerp en het type geheugenkaart

Formaat van

SUPERHOOG

HOOG

NORMAAL

30FPS

20FPS

15FPS

opgenomen beeld

 

 

 

 

 

 

 

7M

Ongeveer 63

Ongeveer 116

Ongeveer 171

-

-

-

 

 

 

 

 

 

 

 

 

6M

Ongeveer 74

Ongeveer 138

Ongeveer 195

-

-

-

 

 

 

 

 

 

 

 

 

5M

Ongeveer 88

Ongeveer 162

Ongeveer 223

-

-

-

 

 

 

 

 

 

 

 

Stilsta

5M(W)

Ongeveer 88

Ongeveer 162

Ongeveer 223

-

-

-

and

4M

Ongeveer 118

Ongeveer 202

Ongeveer 274

-

-

-

beeld

 

 

 

 

 

 

 

3M

Ongeveer 131

Ongeveer 236

Ongeveer 318

-

-

-

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

2M

Ongeveer 208

Ongeveer 332

Ongeveer 422

-

-

-

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1M

Ongeveer 381

Ongeveer 520

Ongeveer 600

-

-

-

 

 

 

 

 

 

 

 

 

VGA

Ongeveer 1201

Ongeveer 1420

Ongeveer 1736

-

-

-

 

 

 

 

 

 

 

 

Film

720

-

-

-

-

Ongeveer 13’ 36’’

-

 

 

 

 

 

 

 

640

-

-

-

Ongeveer 17’ 19’’

-

Ongeveer 33’ 3’’

clip

 

 

 

 

 

 

 

 

320

-

-

-

Ongeveer 37’ 24’’

-

Ongeveer 69’ 36’’

 

 

 

 

 

 

 

 

De opnametijden kunnen worden verminderd door de zoomwerking. De zoomknop werkt niet tijdens het opnemen van een filmclip.

[13]

Wanneer u de camera voor het

 

■Als de camera voor het eerst wordt ingeschakeld, wordt

 

instellen van datum, tijd en taal weergegeven op het

 

Dit menu wordt niet meer weergegeven nadat u de

 

1. Selecteer het menu [Date&Time] door op de

 

knop OMHOOG/ OMLAAG en vervolgens op de

SETUP

 

Date&Time

 

 

 

Language

06/07/01

 

 

 

 

13:00

 

 

yy/mm/dd

te drukken.

Back:

Set:OK

 

 

Knop RECHTS

: Hiermee selecteert u JAAR/

 

 

MAAND/ DAG/ UUR/ MINUUT/ DATUMTYPE

Knop LINKS

: Hiermee verplaatst u de cursor naar het hoofdmenu

 

[Date&Time] als de cursor bij het eerste item voor de

 

instelling van datum en tijd staat. In alle andere gevallen

 

wordt de cursor naar links verschoven.

 

Knop OMHOOG of OMLAAG : hiermee verandert u de waarde van elke

 

optie.

 

●De taal instellen

 

1. Selecteer het menu [Language] door op de knop

 

op de knop

SETUP

Date&Time

ENGLISH

Language

 

door op de

FRANÇAIS

DEUTSCH

en

ESPAÑOL

Back:

Set:OK

OK te drukken.

 

INFORMATIE

U kunt kiezen uit 22 talen. Deze worden hieronder aangegeven:

-Engels, Koreaans, Frans, Duits, Spaans, Italiaans, vereenvoudigd Chinees, traditioneel Chinees, Japans, Russisch, Portugees, Nederlands, Deens, Zweeds, Fins, Thais, Bahasa (Maleis/Indonesisch), Arabisch, Pools, Hongaars, Tsjechisch en Turks.

Zelfs als de camera opnieuw wordt gestart, blijft de taalinstelling gehandhaafd.

Samsung NV3 User Manual

Indicator LCD-scherm

■ Het LCD-scherm geeft informatie weer over de opnamefuncties en -selecties.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

[ Beeld & volledige info ]

 

Nr.

Omschrijving

Pictogrammen

Pagina

1

Opnamemodus

p.9

2

Batterij

p.12

3

Continue opname

p.37/17

4

Flitser

p.24

5

Zelfontspanner

p.26

6

Macro

p.23

7

Lichtmeting

p.37

Nr.

Omschrijving

Pictogrammen

Pagina

8

Indicator Kaart geplaatst

 

-

9

Kader voor automatische scherpte-instelling

 

-

10

Waarschuwing bij bewegen van camera

 

p.20

11

Datum/Tijd

2006/07/01 01:00 PM

p.59

12

Belichtingscorrectie

 

p.30

13

Witbalans

 

p.29

14

ISO

 

p.28

15

RGB

RGB

p.28

16

Scherpte

 

p.38

17

Beeldkwaliteit/Framesnelheid

 

p.36

18

Beeldformaat

 

P.36

 

Aantal resterende fotos

8

P.13

19

Resterende opnametijd

 

 

 

00:01:30/ 00:30:00

 

 

(bewegende beelden/

P.13

 

spraakopname)

 

 

20

Spraakmemo/Microfoon uit

 

p.22/19

21

Optische/ digitale zoombalk/

 

P.21

digitale zoomfactor

 

 

 

 

[15]

[Modus AUTO]

De opnamemodus starten

De modus AUTO ( ) gebruiken

Selecteer deze modus om snel en eenvoudig foto's te maken met minimale gebruikersinteractie.

1. Plaats de batterijen(p.12). Plaats de batterijen en zorg ervoor dat deze in de juiste richting zitten (+ / -).

2. Plaats de geheugenkaart (p.12). Aangezien deze camera een intern geheugen van 15MB heeft, hoeft u geen geheugenkaart te plaatsen. Als geen geheugenkaart wordt geplaatst, worden opnamen opgeslagen in het interne geheugen. Als de geheugenkaart is geplaatst, worden opnamen opgeslagen op de geheugenkaart.

3. Sluit het klepje voor het batterijvak.

4.Druk op de aan/uit-knop om de camera in te schakelen.

(Als de datum en tijd die worden weergegeven op het LCD-scherm onjuist zijn, stelt u deze opnieuw in voordat u een opname gaat maken.)

5.Selecteer de modus AUTO door aan de keuzeschijf voor modusselectie te draaien.

6.Wijs met de camera in de richting van het onderwerp en bekijk welke opname u wilt maken met behulp van de zoeker of het LCD-scherm.

7.Druk op de sluiterknop om de opname te maken.

INFORMATIE

Als het kader voor automatische scherptestelling rood wordt wanneer u de sluiterknop halverwege indrukt, betekent dit dat u niet kan scherpstellen op het onderwerp. In dat geval is de camera niet in staat een scherpe opname van een tafereel te maken.

■ De modus PROGRAMMA ( ) gebruiken

Als u de automatische modus selecteert, worden de optimale instellingen geconfigureerd voor de camera.

U kunt nog steeds alle functies configureren, met

 

uitzondering van de diafragmawaarde en de

 

sluitersnelheid.

 

1. Selecteer de modus PROGRAMMA door aan de

 

keuzeschijf voor modusselectie te draaien.

 

2. Druk op de menuknop om geavanceerde functies

 

te configureren, zoals beeldformaat (p. 35),

 

kwaliteit (p. 36), lichtmeting (p. 37), continue

 

opname (p. 37), scherpte (p. 38), AF-type (p. 38)

 

en OSD-informatie (p. 39).

[Modus PROGRAMMA]

 

[ASR-modus]

Starting the recording mode

De modus voor geavanceerde trillingsonderdrukking (ASR - Advanced Shake

Reduction) gebruiken ( )

De ASR-modus kan u helpen het trillen van de camera tot een minimum te beperken, waardoor u duidelijke opnamen kunt maken.

● Aandachtspunten bij gebruik van de ASR-modus 1. De digitale zoom werkt niet in de ASR-modus.

2. Als het lichter is dan bij fluorescerende verlichting, wordt de ASR-functie niet geactiveerd.

3. Als de lichtomstandigheden donkerder zijn dan bij neonlicht, verschijnt de bewegingswaarschuwingsindicator ( ).

De beste resultaten krijgt u als u alleen opnamen maakt in situaties waarin de bewegingswaarschuwingsindicator van de camera niet wordt weergegeven.

4. Als het onderwerp beweegt, is de uiteindelijke opname mogelijk wazig.

5.Beweeg niet terwijl het bericht [VASTLEGGEN!] wordt weergegeven om een goede opname te krijgen.

6.Het verwerken van opnamen die zijn gemaakt met behulp van de ASRmodus duurt mogelijk iets langer, aangezien de ASR-modus gebruikmaakt van de digitale processor van de camera.

Slimme opname (Wise Shot)

Er worden twee opnamen tegelijk gemaakt. De ene met steunflits en de andere in de ASR-modus. U kunt slechts één

afbeelding selecteren en opslaan.

● De Slimme opname gebruiken

1. Selecteer de ASR-modus door aan de keuzeschijf voor modusselectie te draaien.

2. Druk op de E-knop om de functie Slimme opname (Wise Shot) te activeren.

3. Druk op de sluiterknop om opnamen te maken.

4.De opgenomen beelden worden weergegeven.

-Selecteer een opname door op de knop Links of Rechts te drukken.

-U kunt het vergrote gedeelte wijzigen door op de E-knop en de knop voor 5 functies te drukken.

-Druk nogmaals op de E-knop om het vergrote gedeelte automatisch te wijzigen.

Opname met flits

Vergrote opname

OPSL:OK

VRPL:E

Opname met ASR-modus

Vergrote opname

5. Druk op de knop OK/sluiterknop om het geselecteerde beeld op te slaan.

INFORMATIE

Als u beeldformaat 3072X1728 selecteert, is deze functie niet beschikbaar.

In de modus Slimme opname (Wise shot), kan de waarde voor de sluitertijd, die wordt weergegeven op het LCD-scherm, afwijken van e werkelijke sluitertijd.

[17]

[Modus FILMCLIP]

De opnamemodus starten

■ De modus SCÈNE ( ) gebruiken Gebruik dit menu om op eenvoudige wijze de optimale instellingen te configureren voor een reeks verschillende opnamesituaties.

1. Selecteer de modus SCÈNE door aan de keuzeschijf voor modusselectie te draaien.

2. Druk op de knop Menu en selecteer het gewenste scènemenu.

 

 

 

[Modus SCÈNE]

Hieronder worden de beschikbare scènemodi aangegeven.

[NACHT]

(

)

: Hiermee kunt u opnamen 's nachts of onder andere

 

 

 

donkere omstandigheden maken.

[PORTRET]

(

)

: Hiermee kunt u opnamen maken van personen.

[KINDEREN]

(

)

: Hiermee kunt u opnamen maken van bewegende

 

 

 

objecten, bijvoorbeeld kinderen.

[LANDSCHAP] (

)

: Hiermee kunt u opnamen maken met een landschap

 

 

 

op de achtergrond.

[CLOSE-UP]

(

)

: Hiermee kunt u een opname van dichtbij maken van

 

 

 

kleine voorwerpen zoals planten en insecten.

[TEKST]

(

)

: Hiermee kunt u een opname van een document

 

 

 

maken.

[ZON ONDER] (

)

: Hiermee kunt u opnamen van de ondergaande zon

 

 

 

maken.

[DAGERAAD]

(

)

: Hiermee kunt u scènes bij dageraad opnemen.

[TEGNLICHT]

(

)

: Hiermee kunt u opnamen maken zonder schaduwen

 

 

 

die worden veroorzaakt door tegenlicht.

[VUURWERK]

(

)

: Hiermee kunt u opnamen maken van vuurwerk.

[STRND&SNE] (

)

: Hiermee kunt u opnamen maken van zee, meer of

 

 

 

strand of opnamen in de sneeuw.

■ De modus FILMCLIP ( ) gebruiken Het

opnemen van een filmclip kan doorgaan zolang er voldoende geheugencapaciteit beschikbaar is. 1. Selecteer de modus FILMCLIP door aan de

keuzeschijf voor modusselectie te draaien. (De

beschikbare opnametijd wordt weergegeven op het LCD-scherm.)

2. Het pictogram voor de modus FILMCLIP en de beschikbare opnametijd worden weergegeven op

het LCD-scherm. 3. Wijs met de camera in de richting van het

onderwerp en bekijk welke opname u wilt maken

met behulp van het LCD-scherm. Druk op de sluiterknop om filmclips op te nemen zolang de beschikbare opnametijd dit toelaat. Als u de sluiterknop loslaat, gaat het opnemen van de filmclips nog steeds door.

* Beeldformaat en bestandstype worden hieronder aangegeven.

- Afmeting

: 720X480, 640X480, 320X240 (Selecteerbaar)

- Bestandstype

: *.avi (MPEG-4)

[De spraakopname tijdelijk onderbreken]
[Modus SPRAAKOPNAME]

De opnamemodus starten

De filmclip opnemen zonder spraak U kunt de filmclip opnemen zonder spraak.

1. Druk op de knopOmhoog. Het pictogram (

) wordt

nu weergegeven op het LCD-scherm.

 

2. Druk op de sluiterknop om een filmclip te maken zonder spraak. Hiermee kunt u doorgaan zolang de

beschikbare opnametijd dit toelaat.

3. Druk nogmaals op de sluiterknop om het opnemen te [ Modus MOVIE CLIP ] stoppen.

Pauzeren tijdens het opnemen van een filmclip (voor continu opnemen)

Met deze camera kunt u tijdelijk stoppen bij ongewenste scènes tijdens het opnemen van een filmclip. Met deze functie kunt u uw favoriete scènes opnemen in een filmclip zonder meerdere filmclips te hoeven maken.

1.Druk op de pauzeknop tijdens het opnemen van een filmclip om het opnemen tijdelijk te onderbreken.

2.Druk nogmaals op de pauzeknop om het opnemen te hervatten.

3.Als u het opnemen wilt stoppen, drukt u nogmaals op de sluiterknop.

[Continu opnemen van een filmclip]

Als tijdens het opnemen van een filmclip op een cameraknop wordt gebdruikt, kan het bedieningsgeluid van de camera mee worden opgenomen.

De modus SPRAAKOPNAME gebruiken

Het maken van een spraakopname kan doorgaan zolang er voldoende

geheugencapaciteit beschikbaar is. (Max: 1 uur)

1. In elke modus, met uitzondering van de modus Filmclip, kunt u de modus SPRAAKOPNAME selecteren door tweemaal op de knop voor spraakopname te drukken.

2. Druk op de sluiterknop om een spraakopname te maken.

- Als u éénmaal op de sluiterknop drukt, wordt een

spraakopname gemaakt zolang de beschikbare opnametijd dit toelaat (maximaal: 1 uur). Als u de sluiterknop loslaat, gaat het maken van de spraakopname gewoon door.

- Als u het opnemen wilt stoppen, drukt u nogmaals op de sluiterknop. - Bestandstype : *.WAV

● Pauzeren tijdens het maken van een spraakopname

Met deze functie kunt u uw favoriete spraak opnemen in een opnamebestand voor spraak zonder meerdere opnamebestanden voor spraak te hoeven maken.

1. Druk op de pauzeknop (

 

 

 

) om het opnemen

 

 

 

 

tijdelijk te onderbreken.

 

 

 

 

2.Druk nogmaals op de pauzeknop () om het opnemen te hervatten.

3. Als u het opnemen wilt stoppen, drukt u nogmaals op de sluiterknop.

INFORMATIE

40 cm tussen u en de camera (microfoon) is de beste afstand voor het maken van geluidsopnamen.

Als de camera wordt uitgeschakeld terwijl de spraakopname in de pauzestand staat, wordt de spraakopname geannuleerd.

[19]

Waar u op moet letten bij het maken van opnamen

Als u de sluiterknop tot halverwege indrukt.

Druk lichtjes op de sluiterknop om de scherpte-instelling en de batterijlading voor de flitser te bevestigen. Druk de sluiterknop helemaal in om de opname te maken.

[Lichtjes op de sluiterknop drukken]

[De sluiterknop indrukken]

De beschikbare opnametijd kan variëren, afhankelijk van opnamecondities en camera-instellingen.

Als de flitser is uitgeschakeld of de modus Langzame synchronisatie is ingeschakeld bij weinig licht, wordt mogelijk de waarschuwingsindicator voor het trillen van de camera

( ) weergegeven op het LCD-scherm. In dat geval kunt u een statief gebruiken, de camera op een stabiel oppervlak plaatsen of de flitser inschakelen.

Opname met tegenlichtcorrectie : Wanneer u buitenshuis opnames maakt, kunt u beter niet tegen de zon in fotograferen omdat de foto anders te donker kan zijn vanwege het tegenlicht. Als u een opname wilt maken tegen de zon in, gebruikt u de instelling [TEGNLICHT] in de scènemodus (zie pagina 18), steunflits (zie pagina 25), spotmeting (zie pagina 37), of belichtingscorrectie (zie pagina 30).

Zorg dat de lens of de flitser niet worden geblokkeerd tijdens het nemen van een foto.

Stel de opname samen met behulp van het LCD-scherm.

Onder bepaalde omstandigheden bestaat de kans dat het systeem voor scherpteregeling niet werkt zoals verwacht.

-Bij het fotograferen van een onderwerp met weinig contrast.

-Als het onderwerp sterk reflecteert of glanst.

-Als het onderwerp met hoge snelheid beweegt.

-Als er sprake is sterke lichtweerkaatsing of als de achtergrond helverlicht is.

-Bij een onderwerp met alleen horizontale lijnen of een heel smal onderwerp (zoals een stok of een vlaggenmast).

-Als de omgeving donker is.

De cameraknop gebruiken om de camera in te stellen

U kunt de functie voor de opnamemodus instellen met behulp van de cameraknoppen.

AAN/ UIT-knop

● Gebruikt voor het inen uitschakelen van de camera.

● Als de camera gedurende de ingestelde tijd niet wordt gebruikt, wordt automatisch de stroom uitgeschakeld om de batterijen te sparen. Raadpleeg pagina 58 voor meer informatie over de functie voor automatisch uitschakelen.

Sluiter-knop

● Gebruikt voor het maken van opnamen (beelden of spraak) in de OPNAMEMODUS.

● In de modus FILMCLIP Als de sluiterknop volledig wordt ingedrukt, wordt het opnemen van bewegende beelden gestart. Als u éénmaal op de sluiterknop drukt, wordt een filmclip

opgenomen zolang de beschikbare opnametijd dit toelaat. Als u het opnemen wilt stoppen, drukt u nogmaals op de sluiterknop.

In de modus STILL IMAGE (STILSTAAND BEELD)

Als u de sluiterknop halverwege indrukt, wordt de automatische scherpteinstelling geactiveerd en wordt de instelling van de flitser gecontroleerd. Als u de sluiterknop volledig indrukt, wordt de foto gemaakt en worden de afbeeldingsgegevens opgeslagen. Als u het opnemen van een spraakmemo selecteert, wordt begonnen met opnemen zodra het opslaan van de beeldgegevens is voltooid.

Zoomknop W/ T

● Deze camera heeft een functie voor 3X optisch en 5X digitaal zoomen. Als u beide gebruikt, hebt u de beschikking over een zoomfactor van 15X.

● TELE-zoom

 

Optical TELE-zoom

: Druk op de zoomknop T. Hiermee kunt u inzoomen op

 

het onderwerp waardoor dit dichterbij lijkt.

Digitale TELE-zoom

: Als de maximale optische zoomfactor (3X) is

ingeschakeld, kunt u de digitale zoomsoftware activeren door op de zoomknop T te drukken. Als u de zoomknop T loslaat, blijft de op dat moment gekozen instelling voor de digitale zoomfunctie actief. Als de maximale digitale zoomfactor (5X) is ingeschakeld, heeft het indrukken van de zoomknop T geen effect.

 

 

 

Druk op de

 

 

 

Druk op de

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

zoomknop

 

 

 

zoomknop

 

 

 

 

 

 

T.

 

 

 

T.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

[WIDE-zoom]

[TELE-zoom]

 

[Digitale zoom 5X]

● WIDE-zoom

Optische zoom WIDE : Op de zoomknop W drukken. Hiermee kunt u uitzoomen op het onderwerp waardoor dit verderaf lijkt. Als u continu op de knop W drukt, wordt de

camera ingesteld op de minimale zoominstelling.

De afstand tussen camera en onderwerp lijkt dan het grootst.

 

 

 

 

 

Druk op de

 

 

 

Druk op de

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

zoomknop

 

 

 

zoomknop

 

 

 

 

 

 

 

 

W.

 

 

 

W.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

[TELE-zoom]

[Optische zoom 2X]

 

[WIDE-zoom]

Digitale zoom WIDE

Optische zoomfunctie

Digitale zoomfunctie

:Als de digitale zoomfunctie actief is, kunt u de digitale zoomfactor stapsgewijs verkleinen door op de zoomknop W te drukken. Als u de zoomknop W loslaat, wordt de digitale zoomfunctie uitgeschakeld. Als u op de zoomknop W drukt, wordt eerst de digitale en vervolgens de optische zoomfactor verkleind totdat de minimale instelling is bereikt.

Druk op de Druk op de

 

 

 

zoomknop

zoomknop

 

 

 

W.

 

 

W.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

[Digitale zoom 5X]

 

[TELE-zoom]

 

[WIDE-zoom]

[21]

Zoomknop W/ T

INFORMATIE

Het verwerken van opnames die zijn gemaakt met behulp van de digitale zoomfunctie duurt mogelijk iets langer. Dit kan even duren.

Het gebruik van de digitale zoomfunctie kan leiden tot een lager beeldkwaliteit.

Als u een duidelijker beeld met digitale zoom wilt bekijken, drukt u de sluiterknop half in tot de positie voor de maximale optische zoom en drukt u nogmaals op de zoomknop T.

De digitale zoom kan niet worden ingeschakeld in de scènemodi [NACHT], [KINDEREN], [CLOSE-UP], [TEKST] en [VUURWERK], in de modus voor filmclips, in de ASR-modus en in de effectmenu's [MARKEREN], [FOTOFRAME] en [COMPOSIET].

Druk niet op de lens aangezien hierdoor een storing in de camera kan optreden.

Spraak opname( ) / Spraak memo( ) / Omhoog toets

Druk, terwijl het menu wordt weergegeven, op de knop OMHOOG om de cursor omhoog te verplaatsen in het submenu. Als het menu niet wordt weergegeven op het LCD-scherm, werkt de knop Omhoog als knop voor spraakopname of als knop voor het opnemen van spraakmemo's. U kunt uw spraak toevoegen aan een opgeslagen stilstaand beeld. Raadpleeg pagina 19 voor meer informatie over de functie voor spraakopname.

Een spraakmemo opnemen

1.Draai aan de keuzeschijf voor modusselectie om een opnamemodus te selecteren, met uitzondering van FILMCLIP.

2.Druk op de knop SPRAAKMEMO ( ). Als de indicator voor het opnemen van spraakmemo´s wordt weergegeven op het LCD-scherm, is deze instelling ingeschakeld.

[Spraakmemo voorbereiden]

[Spraakmemo voorbereiden]

3.Druk op de sluiterknop en maak een opname. De afbeelding wordt opgeslagen op de geheugenkaart.

4.De spraakmemo wordt opgenomen gedurende tien seconden vanaf het moment waarop de afbeelding is opgeslagen. Als u tijdens het opnemen van een spraakmemo op de sluiterknop drukt, wordt de geluidsopname beëindigd.

INFORMATIE

40 cm tussen u en de camera (microfoon) is de beste afstand voor het maken van geluidsopnames.

Knop Macro ( )/ OMLAAG

Tijdens de weergave van het menu werkt de knop OMLAAG als richtingknop. Als het menu niet wordt weergegeven, kunt u de knop MACRO/ OMLAAG gebruiken om macro-opnamen te maken. De afstandsbereiken worden hieronder aangegeven. Druk op de Macroknop totdat de gewenste indicator voor de MACRO modus (MACRO) wordt weergegeven op het LCD-scherm.

[Automatische scherpstelling – Geen pictogram]

INFORMATIE

Als u de macromodus hebt ingeschakeld, bestaat de kans dat de camera gaat trillen. Zorg ervoor dat dit niet gebeurt.

Als u een opname maakt binnen een afstand van 20cm (groothoekzoom) of 30cm (telezoom), selecteert u de modus FLITSER UIT.

Als u een opname maakt van een afstand van minder dan 5 cm, kan het enige tijd duren voordat de automatische scherpstelling (AF) nauwkeurig is scherpgesteld.

[Automatische macro ( )] [Supermacro ( )] [Macro ( )]

■ Typen scherpstellingsmodi en instelbereiken (W: Groothoek, T: Tele) (Eenheid: cm)

MODUS

 

 

AUTO (

)

 

 

Type scherpstellingsmodus

Supermacro(

)

Automatische macro(

)

Normaal

Instelbereik

W : 1~5

 

W : 5~tot oneindig

 

W : 50~tot oneindig

(alleen groothoek)

T : 50~tot oneindig

 

T : 50~tot oneindig

 

 

 

 

 

 

 

 

 

MODUS

 

 

Program(

)

 

 

Type scherpstellingsmodus

Supermacro(

)

Macro(

)

 

Normaal

 

 

 

 

 

 

 

Instelbereik

W : 1~5

 

W : 5~50

 

 

W : 50~tot oneindig

(alleen groothoek)

T : 25~50

 

 

T : 50~tot oneindig

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

MODUS

 

 

ASR MODUS(

)

 

 

 

 

 

 

 

 

Type scherpstellingsmodus

Supermacro(

)

Automatische macro(

)

Normaal

Instelbereik

-

 

W : 5~tot oneindig

 

W : 50~tot oneindig

 

T : 50~tot oneindig

 

T : 50~tot oneindig

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Beschikbare scherpstellingsmethode, per opnamemodus

(O : Selecteerbaar, X : Niet selecteerbaar, ∞ : Oneindig instelbereik)

MODUS

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Automatische macro

 

X

 

 

O

 

 

X

 

O

 

Supermacro

 

X

 

 

O

 

 

O

 

X

 

Macro

 

O

 

 

X

 

 

O

 

X

 

Normaal

 

O

 

 

O

 

 

O

 

O

 

MODUS

 

 

 

 

SCÈNE

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Automatische macro

X

X

X

X

X

O

X

X

X

X

X

Supermacro

X

X

X

X

X

X

X

X

X

X

X

Macro

X

X

X

X

O

X

X

X

X

X

X

Normaal

O

O

O

X

X

O

O

[23]

Vergrendeling scherpte-instelling

Gebruik de functie voor vergrendeling van de scherpte-instelling als u wilt scherpstellen op een onderwerp dat zich niet midden in het beeld bevindt.

De vergrendeling van de scherpte-instelling gebruiken

1.Controleer of het onderwerp zich in het midden van het kader voor automatische scherpte-instelling bevindt.

2.Druk de sluiterknop tot halverwege in. Als het groene kader voor automatische scherpte-instelling zichtbaar wordt, betekent dit dat de camera is scherpgesteld op het onderwerp. Zorg ervoor dat u de sluiterknop niet volledig indrukt. In dat geval wordt een opname gemaakt.

3.Verplaats de camera, terwijl de sluiterknop nog steeds tot halverwege is ingedrukt, om uw compositie te wijzigen en druk de sluiterknop vervolgens volledig in om de opname te maken. Als u de vinger van de sluiterknop neemt, wordt de functie voor vergrendeling van de scherpte-instelling geannuleerd.

1. Het beeld dat u wilt

2. Druk de sluiterknop in

3. Pas de compositie

opnemen.

tot halverwege en stel

aan en druk de

 

scherp op het

sluiterknop volledig in.

 

onderwerp.

 

Knop FLITSER ( ) / LINKS

■ Als u op de knop LINKS drukt terwijl het menu wordt weergegeven op het LCD-scherm, wordt de cursor verplaatst naar het linker tabblad.

■ Als het menu niet wordt weergegeven op het LCD-scherm, werkt de knop LINKS als

FLITSER-knop

[Automatisch flitsen selecteren]

 

De flitsmodus selecteren

1.Draai aan de keuzeschijf voor modusselectie om een opnamemodus te selecteren, met uitzondering van de modus voor filmclips en de modus voor bewegingsdetectie.

2.Druk op de flitserknop totdat de gewenste indicator voor de flitsermodus wordt weergegeven op het LCD-scherm.

3.Er wordt een indicator voor de flitsermodus weergegeven op het LCD-scherm. Gebruik de juiste flitsmodus voor de omgeving waarin u werkt.

● Flitserbereik

 

 

 

 

 

(Eenheid: m)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

ISO

 

Normaal

 

Macro

Automatische macro

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

WIDE

TELE

WIDE

TELE

WIDE

 

TELE

AUTO

0.8 ~ 3.4

0.8

~ 2.5

0.3 ~ 0.8

0.5 ~ 0.8

0.3 ~ 3.4

 

0.5 ~ 2.5

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Als de modus Supermacro is ingeschakeld, wordt de flitser standaard uitgeschakeld.

Knop FLITSER ( ) / LINKS

INFORMATIE

Als u op de sluiterknop drukt nadat u de flitsermodus Auto, Steunflits of Trage synchro hebt geselecteerd, gaat de eerste flitser af om de opnameomstandigheden (flitserbereik en vermogen van flitser) te controleren. Beweeg u niet totdat de tweede flits is afgegaan.

Als u veelvuldig gebruik maakt van de flitser, raken de batterijen sneller uitgeput.

Onder normaale gebruiksomstandigheden duurt de oplaadtijd van de flitser minder dan 4 seconden. Als de batterijen zwak zijn, duurt het opladen langer.

De flitser werkt niet in de ASR-modus, de Macro-modus, de scènemodi [LANDSCHAP], [TEKST], [ZON ONDER], [DAGERAAD] en [VUURWERK] en de modus voor filmclips.

Maak opnames binnen het flitserbereik.

De beeldkwaliteit wordt niet gegarandeerd als het onderwerp zich te dichtbij bevindt of sterk reflecteert.

Als u een opname met flits maakt in een slecht verlichte omgeving, is er mogelijke een witte stip te zien in het vastgelegde beeld. Deze stip wordt veroorzaakt door de reflectie van het flitslicht op voorwerpen in de omgeving. Het is geen camerastoring.

● Indicator voor flitsmodus

Pictogram

Flitsmodus

 

 

Omschrijving

 

 

 

 

Automatisch

Als het voorwerp of de achtergrond donker is, wordt

 

flitsen

automatisch de flitser van de camera gebruikt.

 

 

 

 

Automatisch

Als een voorwerp of de achtergrond donker is, wordt

 

flitsen en

automatisch de flitser van de camera gebruikt en

 

verwijderen van

wordt het rode ogen-effect beperkt door het gebruik

 

rode ogen

van de functie voor verwijderen van rode ogen.

 

 

 

 

 

De flitser gaat af ongeacht de hoeveelheid licht die

 

Ondersteunen

beschikbaar is. De intensiteit van de flitser kan

 

de flits

worden geregeld, afhankelijk van de heersende

 

condities. Hoe helderder de achtergrond of het

 

 

 

 

onderwerp is, hoe zwakker de flits.

 

 

 

 

 

De flitser werkt in combinatie met een lage

 

Synchronisatie

sluitersnelheid om de juiste belichting te krijgen.

 

lage

Wanneer u een opname maakt bij weinig licht, wordt

 

sluitersnelheid

mogelijk de waarschuwingsindicator voor het trillen van

 

 

de camera (

) weergegeven op het LCD-scherm.

 

 

 

 

 

De flitser gaat niet af. Selecteer deze modus bij het

 

 

maken van opnamen op plaatsen of in situaties waarin

 

Flitser uit

het gebruik van de flitser verboden is. Wanneer u een

 

opname maakt bij weinig licht, wordt mogelijk de

 

 

 

 

waarschuwingsindicator voor het trillen van de camera

 

 

(

) weergegeven op het LCD-scherm.

 

 

 

 

Verwijderen

Als een opname met "rode ogen" wordt gedetecteerd,

 

kunt u met deze modus de rode ogen automatisch

 

van rode ogen

 

verwijderen.

 

 

 

 

 

 

[25]

Knop FLITSER ( )/ LINKS

● Beschikbare flitsermodus, per opnamemodus

(O : Selecteerbaar, X : Niet selecteerbaar)

X X O X X X X X X X X X X O

X O O X O O X X X X X X X X

X X O X X X X X X X X O X X

X X O O X X X X X X X X X X

O O O O O O O O O O O X O X

X O O O O O X X X X X X X X

Knop voor zelfontspanner ( )/ RECHTS

Als u op de knop Rechts drukt terwijl het menu wordt weergegeven op het LCDscherm, wordt de cursor verplaatst naar de rechter tab. De knop Rechts kan tevens worden gebruikt om naar een submenu te gaan voor het selecteren van een andere instelling. Als het menu niet wordt weergegeven op het LCDscherm, werkt de knop Rechts als knop voor de zelfontspanner. Deze functie wordt gebruikt als de fotograaf een foto van zichzelf wil maken.

● De zelfontspanner selecteren

1. Druk op de knop voor de zelfontspanner totdat de gewenste indicator wordt weergegeven op het LCDscherm.

2. Als u op de sluiterknop drukt, wordt de opname gemaakt nadat de ingestelde tijd is verstreken

[De zelfontspanner voor 2 seconden selecteren]

INFORMATIE

In de modus Filmclip werkt alleen de zelfontspanner voor 10 seconden.

Als u de zelfontspanner voor 2 seconden met flitser kiest, kan de vertragingstijd (2 seconden) worden verlengd afhankelijk van de oplaadstatus van de flitser.

Als u de aan/uit-knop of de afspeelknop gebruikt terwijl de zelfontspanner actief is, wordt de zelfontspanner uitgeschakeld.

Gebruik een statief om te voorkomen dat de camera trilt.

Knop MENU/ OK

■ Knop MENU

 

- Als u op de menuknop drukt, wordt in elke

 

weergegeven op het LCD-scherm. Als u nogmaals

wordt

het LCD-scherm in de beginstand gezet.

 

- U kunt een menuoptie kiezen als een van de

:

FILMCLIP of STILL IMAGE. Er is geen menu

 

SPRAAKOPNAME is geselecteerd.

 

Druk op knop MENU

[ Menu uit ]

AFMETING

3072 x 2304

2816 x 2112

2592 x 1944

3072 x 1728

2272 x 1704

2048 x 1536

[ Menu aan ]

■ Knop OK

 

- Als u op deze knop drukt terwijl het menu wordt weergegeven

het LCD-

scherm, wordt de cursor verplaatst naar het submenu of wordt

invoer

bevestigd.

 

Knop +/-

U kunt de knop +/- gebruiken om de waarden voor RGB, ISO, witbalans, belichtingscorrectie en lange sluitertijd aan te passen.

Als de AIS-modus is geselecteerd, wordt de ISO-waarde vast ingesteld op AUTO en de belichtingswaarde op 0.0EV.

Hoofdmenu

Submenu

Beschikbare cameramodus

RGB

R (rood), G (groen), B (blau)

 

ISO

AUTO, 80, 100, 200, 400, 800, 1000

 

WITBALANS

AUTO, DAGLICHT, BEWOLKT, FLUORESCEREND H,

 

FLUORESCEREND L, KUNSTLICHT, AANGEPAST

 

 

 

Belichtingscorrectie

-2.0 ~ 0.0 ~ +2.0 (stappen van 0,5EV)

 

LT

Sluitersnelheid/ Diafragmawaarde

 

(gewijzigd door zoomfactor)

 

 

 

[27]

Knop +/-

■ RGB : Hiermee kan de gebruiker de rood-(R), groen-(G) en blauwwaarden (B) van de vast te leggen opnamen aanpassen.

RGB-waarden instellen

1. Druk op de knop +/- en gebruik vervolgens de

knoppen OMHOOG en OMLAAG om het pictogram

RGB (

) te selecteren. De menubalk voor RGB

 

 

 

 

 

 

wordt weergegeven, zoals hiernaast te zien is.

 

 

 

 

 

 

2. Gebruik de knoppen OMHOOG, OMLAAG, LINKS en RECHTS om de gewenste RGB-waarde te

selecteren.

- Knop Omhoog/ Omlaag : Hiermee navigeert u tussen de pictogrammen R, G en B.

-Knop Links/ Rechts : Hiermee verandert u de waarde van elk pictogram.

3.Bij het wederom indrukken van de +/- toets, wordt de ingestelde waarde opgeslagen en RGB set up mode stopt.

Als u een speciaal effect (kleur) kiest met een ander pictogram dan , kunt u RGB niet selecteren.

■ ISO : U kunt de ISO-gevoeligheid instellen die wordt gebruikt bij het maken van opnamen. De snelheid of specifieke lichtgevoeligheid van een camera wordt aangegeven met behulp van ISO-waarden.

● Een waarde voor de ISO-gevoeligheid selecteren 1. Druk op de knop +/- en gebruik vervolgens de knoppen OMHOOG en OMLAAG om het

pictogram ISO (

 

) te selecteren. De menubalk

 

 

 

 

 

voor de ISO-gevoeligheid wordt weergegeven, zoals hiernaast te zien is.

2. Gebruik de knoppen LINKS en RECHTS om de ISO-gevoeligheid in te stellen op de gewenste waarde. - AUTO :

De gevoeligheid van de camera wordt automatisch gewijzigd door variabelen zoals belichtingswaarde of helderheid van het onderwerp.

- 80, 100, 200, 400, 800, 1000 :

U kunt de sluitersnelheid vergroten zonder dat dit ten koste gaat van de beschikbare hoeveelheid licht door de waarde voor de ISO-gevoeligheid te verhogen. Bij een grote helderheid kan er echter verzadiging optreden. Hoe hoger de ISO-waarde, hoe hoger de gevoeligheid van de camera voor licht en, daardoor, hoe groter het vermogen van de camera om opnamen te maken onder donkere omstandigheden. De hoeveelheid ruis zal echter toenemen in de opname naarmate de ISO-waarde hoger wordt, waardoor de opname er grover uit komt te zien.

3.Als u nogmaals op de knop +/- drukt, wordt de ingestelde waarde opgeslagen en wordt de instellingsmodus voor de ISO-gevoeligheid afgesloten.

Loading...
+ 65 hidden pages