Deze gebruiksaanwijzing dient slechts ter informatie. Alle informatie in deze gebruiksaanwijzing kan zonder nadere aankondiging worden gewijzigd.
Samsung Electronics kan niet aansprakelijk worden gehouden voor schade die rechtstreeks of onrechtstreeks voortvloeit uit het gebruik van deze handleiding.
• ML-4050N is een handelsmerk van Samsung Electronics Co., Ltd.
• Samsung en het Samsung-logo zijn handelsmerken van Samsung Electronics Co., Ltd.
• Centronics is een handelsmerk van Centronics Data Computer Corporation.
• IBM en IBM PC zijn handelsmerken van International Business Machines Corporation.
• PCL en PCL 6 zijn handelsmerken van Hewlett-Packard.
• Microsoft, Windows, Windows 98, Windows Me, Windows 2000, Windows NT 4.0, Windows XP, Windows 2003 en Windows Vista zijn geregistreerde
handelsmerken van Microsoft Corporation.
• PostScript 3 is een handelsmerk van Adobe Systems, Inc.
• UFST® en MicroType™ zijn geregistreerde handelsmerken van Monotype Imaging Inc.
• TrueType, LaserWriter en Macintosh zijn handelsmerken van Apple Computer, Inc.
• Alle andere merk- of productnamen zijn handelsmerken van hun de respectieve bedrijven of organisaties.
CONTACT SAMSUNG WORLDWIDE
If you have any comments or questions regarding Samsung products, contact
the Samsung customer care center.
CountryCustomer Care Center Web Site
ARGENTINE0800-333-3733www.samsung.com/ar
AUSTRALIA1300 362 603www.samsung.com/au
AUSTRIA
BELGIUM0032 (0)2 201 24 18www.samsung.com/be
BRAZIL0800-124-421
CANADA1-800-SAMSUNG (7267864)www.samsung.com/ca
CHILE800-726-7864 (SAMSUNG)www.samsung.com/cl
CHINA800-810-5858
COLOMBIA01-8000-112-112www.samsung.com/co
COSTA RICA0-800-507-7267www.samsung.com/latin
CZECH
REPUBLIC
DENMARK70 70 19 70www.samsung.com/dk
ECUADOR1-800-10-7267www.samsung.com/latin
EL SALVADOR800-6225www.samsung.com/latin
ESTONIA800-7267www.samsung.ee
KAZAHSTAN8-10-800-500-55-500www.samsung.kz
KYRGYZSTAN
FINLAND030-6227 515www.samsung.com/fi
FRANCE3260 SAMSUNG or
GERMANY01805 - 121213
GUATEMALA1-800-299-0013www.samsung.com/latin
HONG KONG3698 4698www.samsung.com/hk
HUNGARY06-80-SAMSUNG (7267864)www.samsung.com/hu
INDIA3030 8282
INDONESIA0800-112-8888www.samsung.com/id
ITALIA800-SAMSUNG(7267864)
JAMAICA1-800-234-7267www.samsung.com/latin
JAPAN0120-327-527www.samsung.com/jp
LATVIA800-7267www.samsung.com/lv/
0800-SAMSUNG (726-7864)
4004-0000
010- 6475 1880
844 000 844www.samsung.com/cz
Distributor pro Českou republiku : Samsung Zrt., česka
organizační složka Vyskočilova 4, 14000 Praha 4
Meer weten ............................................................................................................................................................. 1.4
Een locatie selecteren ............................................................................................................................................. 1.5
De menu's van het bedieningspaneel gebruiken .................................................................................................... 2.1
Een demopagina afdrukken .................................................................................................................................... 2.6
De taal van het display wijzigen .............................................................................................................................. 2.6
De tonerbesparende modus gebruiken ................................................................................................................... 2.6
De Ethernet-snelheid instellen ................................................................................................................................ 4.3
De netwerkconfiguratie herstellen ........................................................................................................................... 4.3
Een netwerkconfiguratiepagina afdrukken .............................................................................................................. 4.3
Papier plaatsen ....................................................................................................................................................... 5.4
Een uitvoerlocatie kiezen ........................................................................................................................................ 5.8
6. Eenvoudig afdrukken
Een document afdrukken ........................................................................................................................................ 6.1
Een afdruktaak annuleren ....................................................................................................................................... 6.1
Pagina's met informatie afdrukken .......................................................................................................................... 8.1
De printer reinigen ................................................................................................................................................... 8.1
De tonercassette onderhouden ............................................................................................................................... 8.3
Onderdelen voor onderhoud ................................................................................................................................... 8.6
Checklist voor het oplossen van problemen ........................................................................................................... 9.5
De status-LED ......................................................................................................................................................... 9.6
Verklaring van berichten op het display .................................................................................................................. 9.6
Berichten over de tonercassette ............................................................................................................................. 9.9
Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen .......................................................................................................... 9.12
Een draadloze-netwerkinterfacekaart installeren .................................................................................................. 10.3
De vaste schijf gebruiken ...................................................................................................................................... 10.5
11. Specificaties
Specificaties van de printer ................................................................................................................................... 11.1
Informatie in verband met veiligheid en
wettelijke voorschriften
Belangrijke voorzorgsmaatregelen en
veiligheidsinformatie
Houd u bij gebruik van dit apparaat altijd aan de onderstaande
basisinstructies om de kans op brand, elektrische schokken en persoonlijke
ongelukken zo klein mogelijk te houden:
1Zorg dat u alle instructies gelezen en begrepen hebt.
2Gebruik altijd uw gezonde verstand bij het gebruik van elektrische
apparaten.
3Volg alle aanwijzingen en waarschuwingen op die zich op het product
en in de bijbehorende documentatie bevinden.
4Als andere gebruiksinstructies deze veiligheidsinstructies lijkt tegen te
spreken, moet u zich aan deze veiligheidsinstructies houden. Misschien
zijn de andere gebruiksinstructies u niet helemaal duidelijk. Wanneer u
er niet uit komt, moet u contact opnemen met uw leverancier of service
center.
5Haal de stekker van het apparaat altijd uit het stopcontact voordat u het
apparaat reinigt. Gebruik geen vloeistoffen of spuitbussen. Gebruik
voor het schoonmaken alleen een vochtige doek.
6Zet het apparaat niet op een wankel wagentje, onderstel of tafel. Het
apparaat kan dan vallen, waardoor het ernstig beschadigd kan raken.
7Het apparaat mag nooit op of dichtbij een radiator, kachel,
airconditioner of ventilatiekanaal worden geplaatst.
8Plaats geen voorwerpen op het netsnoer. Zet het apparaat ook niet op
een plaats waar de kabels kunnen knikken of problemen kunnen
ontstaan doordat er mensen over de kabels heen lopen.
9Sluit niet te veel apparaten op hetzelfde stopcontact of verlengsnoer
aan. Dit kan de werking verstoren en verhoogt de kans op brand en
elektrische schokken.
10 Zorg dat er geen huisdieren in de wisselstroomkabels of pc-
interfacekabels kunnen bijten.
11 Steek nooit vreemde voorwerpen door de openingen in de behuizing
van het apparaat. Ze kunnen dan in aanraking komen met een
gevaarlijk hoge spanning, met kans op brand of elektrische schokken.
Zorg dat er nooit vloeistoffen op of in het apparaat worden gemorst.
12 Om de kans op elektrische schokken zo klein mogelijk te houden, moet
u het apparaat niet uit elkaar halen. Breng het naar een gekwalificeerd
onderhoudstechnicus, wanneer herstellingen nodig zijn. Als u de
behuizing opent of verwijdert, kunt u worden blootgesteld aan een
gevaarlijk hoge spanning en andere gevaren. Wanneer het apparaat
niet op de juiste manier in elkaar wordt gezet, bestaat ook tijdens
gebruik kans op elektrische schokken.
13 Koppel het apparaat los van de pc en de wandcontactdoos, en doe een
beroep op gekwalificeerd onderhoudspersoneel in de volgende
situaties:
• Als een deel van het netsnoer of de stekker of connector is
beschadigd of gerafeld.
• Als er vloeistof in het apparaat is gemorst.
• Als het apparaat is blootgesteld aan regen of water.
• Als het apparaat niet goed werkt hoewel de instructies goed zijn
opgevolgd.
• Als het apparaat is gevallen of wanneer de behuizing zichtbaar
beschadigd is.
• Als het apparaat plotseling duidelijk anders functioneert.
14 Verander alleen instellingen die in de handleiding worden behandeld.
Wijzigen van andere instellingen kan schade tot gevolg hebben, en een
deskundige onderhoudsmonteur kan daarna heel wat tijd nodig hebben
om het apparaat weer in orde te maken.
15 Gebruik het apparaat niet tijdens onweer. Er bestaat dan enige kans op
elektrische schokken ten gevolge van blikseminslag. Indien mogelijk
koppelt u het apparaat van het wisselstroomnet voor de duur van het
onweer.
16 Als u vaak meerdere pagina’s afdrukt, kan het oppervlak van de
uitvoerlade heet worden. Raak het oppervlak niet aan en zorg dat er
zich geen kinderen in nabijheid van het oppervlak bevinden.
17 Gebruik het netsnoer dat bij het apparaat werd geleverd voor een
veilige werking. Als u een netsnoer met een lengte van meer dan twee
meter gebruikt voor een apparaat dat op 110 V werkt, moet de
draaddikte van het netsnoer minstens 16 AWG
18 BEWAAR DEZE INSTRUCTIES.
1
zijn.
Milieu- en veiligheidsoverwegingen
Verklaring inzake laserveiligheid
De printer is in de Verenigde Staten gecertificeerd als zijnde in
overeenstemming met de vereisten van DHHS 21 CFR, hoofdstuk 1,
subhoofdstuk J voor laserproducten van klasse I(1), en is elders
gecertificeerd als een laserproduct van klasse I dat voldoet aan de vereisten
van IEC 825.
Laserproducten van klasse I worden niet als gevaarlijk beschouwd. Het
lasersysteem en de printer zijn zo ontworpen dat bij normaal gebruik,
onderhoud door de gebruiker of in de instructies voorgeschreven
onderhoudssituaties nooit iemand zal worden blootgesteld aan laserstraling
hoger dan klasse I.
1 AWG: American Wire Guage
i
Waarschuwing
Gebruik of onderhoud de printer nooit als de beschermkap van de laser/
scanner is verwijderd. Hoewel de gereflecteerde laserstraal onzichtbaar is,
kan ze uw ogen beschadigen. Als u dit apparaat gebruikt, moeten deze
elementaire veiligheidsmaatregelen altijd in acht worden genomen om het
risico van brand, elektrische schokken en lichamelijk letsel te beperken:
Ozonveiligheid
Tijdens normale werking produceert dit apparaat ozon.
De geproduceerde ozon vormt geen gevaar voor de
gebruiker. Wij raden echter aan het apparaat op te
stellen in een goed geventileerde ruimte.
Voor meer informatie over ozon kunt u contact opnemen
met een Samsung-verkoper in uw buurt.
Energie besparen
Dit apparaat maakt gebruik van geavanceerde energiebesparende
technologie, die het energiegebruik vermindert wanneer het apparaat niet
wordt gebruikt.
Als het apparaat gedurende langere tijd geen gegevens ontvangt, wordt het
energiegebruik automatisch verminderd.
Correcte verwijdering van dit product
(elektrische & elektronische afvalapparatuur)
Dit merkteken op het product of het bijbehorende
informatiemateriaal duidt erop dat het niet met ander
huishoudelijk afval verwijderd moet worden aan het einde
van zijn gebruiksduur. Om mogelijke schade aan het milieu
of de menselijke gezondheid door ongecontroleerde
afvalverwijdering te voorkomen, moet u dit product van
andere soorten afval scheiden en op een verantwoorde
manier recyclen, zodat het duurzame hergebruik van
materiaalbronnen wordt bevorderd.
Huishoudelijke gebruikers moeten contact opnemen met de winkel waar ze
dit product hebben gekocht of met de gemeente waar ze wonen om te
vernemen waar en hoe ze dit product milieuvriendelijk kunnen laten recyclen.
Zakelijke gebruikers moeten contact opnemen met hun leverancier en de
algemene voorwaarden van de koopovereenkomsten nalezen. Dit product
moet niet worden gemengd met ander bedrijfsafval voor verwijdering.
Radiofrequentiestraling
FCC-voorschriften
Uit tests is gebleken dat dit apparaat voldoet aan de beperkingen voor een
digitaal apparaat van klasse A conform artikel 15 van de FCC-voorschriften.
Deze beperkingen zijn bedoeld om een redelijke bescherming te bieden
tegen schadelijke interferentie binnenshuis. Dit apparaat genereert, gebruikt
en straalt mogelijk radiofrequentie-energie uit en kan, indien het niet
overeenkomstig de aanwijzingen wordt geïnstalleerd en gebruikt, schadelijke
interferentie voor radiocommunicatie veroorzaken. Er kan echter niet worden
gegarandeerd dat er bij een specifieke installatie geen interferentie zal
plaatsvinden. Als dit apparaat schadelijke interferentie voor radio- of tvontvangst veroorzaakt, wat u kunt controleren door het apparaat in en uit te
schakelen, kunt u de interferentie trachten te elimineren door een of meer
van de volgende stappen te ondernemen:
• Draai of verplaats de ontvangstantenne.
• Vergroot de afstand tussen het apparaat en de ontvanger.
• Sluit het apparaat aan op een stopcontact in een andere stroomkring
dan deze waarop de ontvanger is aangesloten.
• Raadpleeg de verkoper of een ervaren radio-/tv-technicus.
Opgelet:
Wijzigingen of aanpassingen die niet uitdrukkelijk zijn goedgekeurd door de
fabrikant die verantwoordelijk is voor de naleving van de toepasselijke
voorschriften, kunnen ertoe leiden dat de gebruiker niet langer de
toestemming heeft om het apparaat te gebruiken.
Recycling
Recycle de verpakkingsmaterialen van dit product of voer
ze op een milieuvriendelijke wijze af.
Canadese regelgeving inzake radio-interferentie
Dit digitale apparaat overschrijdt niet de beperkingen van Klasse A voor
radioruisemissies van digitale apparaten zoals beschreven in de norm inzake
interferentie veroorzakende apparaten met de titel 'Digital Apparatus', ICES003 van Industry and Science Canada.
Cet appareil numérique respecte les limites de bruits radioélectriques
applicables aux appareils numériques de Classe A prescrites dans la norme
sur le matériel brouilleur: 'Appareils Numériques', ICES-003 édictée par
l’Industrie et Sciences Canada.
ii
Verenigde Staten van Amerika
Federal Communications Commission (FCC)
'Intentional emitter' overeenkomstig FCC Deel 15
Deze printer is bestemd voor gebruik thuis of op kantoor. Mogelijk bevat uw
printer radio-LAN-apparaten met een laag vermogen
(radiofrequentieapparaten voor draadloze communicatie) die werken in de
2,4 GHz/5 GHz-band. Dit deel is alleen van toepassing als dergelijke
apparaten aanwezig zijn. Zie het systeemlabel om na te gaan of er draadloze
apparaten aanwezig zijn.
Draadloze apparaten die mogelijk in uw systeem aanwezig zijn, mogen in de
Verenigde Staten alleen worden gebruikt als op het systeemlabel een FCCidentificatienummer staat.
De FCC heeft een algemene richtlijn uitgevaardigd waarin staat dat de
afstand tussen het apparaat en het lichaam van de gebruiker, voor gebruik
van een draadloos apparaat nabij het lichaam (omvat geen uitstekende
delen), minstens 20 cm moet bedragen. Dit apparaat moet meer dan 20 cm
van het lichaam worden gebruikt als draadloze apparaten ingeschakeld zijn.
Het geleverde vermogen van het draadloze apparaat (of de draadloze
apparaten) dat (die) mogelijk in uw printer ingebouwd is (zijn), ligt
ruimschoots onder de door de FCC vastgelegde RF-blootstellingsgrenzen.
Deze zender mag niet worden opgesteld nabij of worden gebruikt in
combinatie met een andere antenne of zender.
Het gebruik van dit apparaat is onderworpen aan de volgende twee
voorwaarden:
(1) dit apparaat mag geen schadelijke interferentie veroorzaken en (2) dit
apparaat moet alle ontvangen interferentie accepteren, inclusief interferentie
die een ongewenste werking van het apparaat kan veroorzaken.
Draadloze apparaten mogen niet worden onderhouden door
de gebruiker. Wijzig ze op geen enkele manier. Als u een
draadloos apparaat wijzigt, verliest u de toestemming om het
te gebruiken. Neem voor onderhoud contact op met de
fabrikant.
FCC-verklaring voor het gebruik van draadloze lokale
netwerken:
'Tijdens de installatie en het gebruik van deze combinatie
van zender en antenne is het mogelijk dat vlakbij de
geïnstalleerde antenne de RF-blootstellingsgrens van 1 mW/
cm² wordt overschreden. Daarom moet de gebruiker te allen
tijde minstens 20 cm afstand houden van de antenne. Dit
apparaat mag niet samen met een andere zender en
zendantenne worden opgesteld'.
Verklaring van overeenstemming (Europese
landen)
Goedkeuringen en certificeringen
De CE-markering op dit product verwijst naar de verklaring
van overeenstemming van Samsung Electronics Co., Ltd.
met de volgende toepasselijke 93/68/EEG-richtlijnen van
de Europese Unie per de aangegeven datums:
1 januari 1995: Richtlijn 73/23/EEG van de Raad betreffende de onderlinge
aanpassing van de wettelijke voorschriften van de lidstaten inzake elektrisch
materiaal bestemd voor gebruik binnen bepaalde spanningsgrenzen
(laagspanningsrichtlijn).
1 januari 1996: Richtlijn 89/336/EEG van de Raad (92/31/EEG) betreffende
de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake
elektromagnetische compatibiliteit.
9 maart 1999: Richtlijn 1999/5/EG van de Raad betreffende radioapparatuur
en telecommunicatie-eindapparatuur en de wederzijdse erkenning van hun
conformiteit.
U kunt bij uw vertegenwoordiger van Samsung Electronics Co., Ltd. een
volledige verklaring krijgen waarin de relevante richtlijnen en de normen
waarnaar wordt verwezen zijn gedefinieerd.
EG-certificering
Certificering volgens richtlijn 1999/5/EG betreffende radioapparatuur en
telecommunicatie-eindapparatuur (FAX)
Dit product van Samsung werd door Samsung zelf gecertificeerd voor panEuropese aansluiting met één terminal op het analoge openbaar
geschakelde telefoonnet (PSTN) in overeenstemming met richtlijn 1999/5/
EG. Het product is ontworpen om te werken met de nationale PSTN's en
compatibele PBX's van de Europese landen:
In geval van problemen dient u in eerste instantie contact op te nemen met
het 'Euro QA Lab' van Samsung Electronics Co., Ltd.
Het product is getest op basis van TBR21 en/of TBR 38. Als hulp bij het
gebruik en de toepassing van eindapparatuur die met deze norm in
overeenstemming is, heeft ETSI, het Europees instituut voor
telecommunicatienormen, een adviesdocument (EG 201 121) uitgegeven
dat opmerkingen en aanvullende vereisten bevat om de
netwerkcompatibiliteit van TBR21-terminals te garanderen. Het product is
ontworpen op basis van en is volledig in overeenstemming met alle relevante
adviezen in dit document.
Europese radiogoedkeuringsinformatie (voor producten
uitgerust met door de EU goedgekeurde radioapparaten)
Dit product is een printer. Mogelijk bevat uw printersysteem, dat bedoeld is
voor gebruik thuis of op kantoor, radio LAN type-apparaten met een laag
vermogen (radiofrequentieapparaten voor draadloze communicatie) die
werken in de 2,4 GHz/5 GHz band. Dit deel is alleen van toepassing als deze
apparaten aanwezig zijn. Zie het systeemlabel om na te gaan of draadloze
apparaten aanwezig zijn.
Draadloze apparaten die mogelijk in uw systeem aanwezig zijn, mogen in de
Europese Unie of daarmee verbonden regio's alleen worden gebruikt als een
CE-markering met een registratienummer van, een aangemelde
instantie en het waarschuwingssymbool op het systeemlabel staan.
Het geleverde vermogen van het draadloze apparaat dat of de draadloze
apparaten die mogelijk in uw printer zijn ingebouwd, ligt ruimschoots onder
de RF-blootstellingsgrenzen die de Europese Commissie heeft vastgelegd in
de R&TTE-richtlijn.
iii
De volgende Europese landen hebben hun goedkeuring voor
gebruik gegeven:
EU
EER/EVA
Oostenrijk, België, Cyprus, Tsjechië, Denemarken, Estland,
Finland, Frankrijk (met frequentiebeperkingen), Duitsland,
Griekenland, Hongarije, Ierland, Italië, Letland, Litouwen,
Luxemburg, Malta, Nederland, Polen, Portugal, Slowakije,
Slovenië, Spanje, Zweden en het Verenigd Koninkrijk.
IJsland, Liechtenstein, Noorwegen en Zwitserland
Europese landen met beperkingen inzake het gebruik:
EU
EER/EVA
In Frankrijk is het frequentiebereik beperkt tot 2446,5-2483,5
MHz voor apparaten met een zendvermogen van meer dan
10 mW
Mogelijk bevat uw printersysteem radio LAN type-apparaten met een laag
vermogen (radiofrequentieapparaten voor draadloze communicatie) die
werken in de 2,4 GHz/5 GHz band. Het volgende deel is een algemeen
overzicht van overwegingen die betrekking hebben op het gebruik van een
draadloos apparaat.
Aanvullende beperkingen, waarschuwingen en aandachtspunten voor
specifieke landen zijn vermeld in de delen die handelen over een specifiek
land of een specifieke groep van landen. De draadloze apparaten in uw
systeem mogen alleen worden gebruikt in de landen geïdentificeerd door de
'radiogoedkeuringsmerken' (Radio Approval Marks) op het systeemlabel. Als
u het draadloze apparaat wilt gebruiken in een land dat niet in de lijst staat,
neemt u contact op met uw plaatselijk radiogoedkeuringsbureau voor de
vereisten. Draadloze apparaten zijn streng gereglementeerd en mogen
mogelijk niet worden gebruikt.
Het geleverde vermogen van het draadloze apparaat dat of de draadloze
apparaten die mogelijk in uw printer zijn ingebouwd, ligt ruimschoots onder
de momenteel bekende RF-blootstellingsgrenzen. Omdat de draadloze
apparaten (die mogelijk in uw printer zijn ingebouwd) minder energie
uitstralen dan toegestaan in veiligheidsnormen en aanbevelingen inzake
radiofrequentie, is de fabrikant van oordeel dat het gebruik van deze
apparaten veilig is. Ongeacht het vermogen moet erop worden gelet dat
menselijk contact tijdens normaal gebruik tot een minimum wordt beperkt.
Als algemene richtlijn geldt dat de afstand tussen het draadloze apparaat en
het lichaam van de gebruiker, voor gebruik van een draadloos apparaat nabij
het lichaam (omvat geen uitstekende delen), doorgaans minstens 20 cm
moet bedragen. Dit apparaat moet meer dan 20 cm van het lichaam worden
gebruikt als draadloze apparaten aanstaan en uitzenden.
Deze zender mag niet worden opgesteld nabij of worden gebruikt in
combinatie met een andere antenne of zender.
Sommige omstandigheden leggen beperkingen op aan draadloze apparaten.
Hieronder vindt u een aantal voorbeelden van gangbare beperkingen:
Draadloze radiofrequentiecommunicatie kan apparatuur aan
boord van vliegtuigen storen. De huidige
luchtvaartvoorschriften vereisen dat draadloze apparaten
aan boord van een vliegtuig worden uitgeschakeld. IEEE
802.11- (ook bekend als draadloos Ethernet) en Bluetoothcommunicatieapparaten zijn voorbeelden van apparaten die
gebruikmaken van draadloze communicatie.
In omgevingen waar het risico op storing van andere
apparaten of diensten gevaarlijk is of als gevaarlijk wordt
beschouwd, is het mogelijk dat het gebruik van een
draadloos apparaat wordt beperkt of verboden.
Luchthavens, ziekenhuizen en plaatsen met een hoge
concentratie aan zuurstof of ontvlambare gassen zijn slechts
enkele voorbeelden van waar het gebruik van draadloze
apparaten kan worden beperkt of verboden. Als u niet zeker
weet of het gebruik van draadloze apparaten toegestaan is
op de plaats waar u zich bevindt, vraagt u de plaatselijke
bevoegde instantie om goedkeuring voordat u het draadloze
apparaat gebruikt of inschakelt.
De beperkingen met betrekking tot het gebruik van
draadloze apparaten verschillen van land tot land. Uw
systeem is uitgerust met een draadloos apparaat. Daarom
dient u, voordat u met uw systeem naar een ander land reist,
bij de plaatselijke radiogoedkeuringsautoriteit te informeren
of het gebruik van een draadloos apparaat in het land van
bestemming onderworpen is aan beperkingen.
Als uw systeem werd geleverd met een ingebouwd
draadloos apparaat, mag u dit apparaat niet gebruiken tenzij
alle kleppen en afschermingen op hun plaats zitten en het
systeem volledig gemonteerd is.
Draadloze apparaten mogen niet worden onderhouden door
de gebruiker. Wijzig ze op geen enkele manier. Als u een
draadloos apparaat wijzigt, verliest u de toestemming om het
te gebruiken. Neem voor onderhoud contact op met de
fabrikant.
Gebruik alleen stuurprogramma's die goedgekeurd zijn voor
het land waarin u het apparaat wilt gebruiken. Zie de
'Systeemreparatieset' van de fabrikant of vraag meer
informatie bij de afdeling 'Technische ondersteuning' van de
fabrikant.
iv
Stekker van het netsnoer vervangen (alleen voor
UK)
Belangrijk
Het netsnoer van dit apparaat is voorzien van een standaardstekker (BS
1363) van 13 ampère en een zekering van 13 ampère. Wanneer u de
zekering vervangt, moet u een geschikt type van 13 ampère gebruiken.
Nadat u de zekering hebt gecontroleerd of vervangen, moet u de afdekkap
van de zekering weer sluiten. Als u de afdekkap van de zekering kwijt bent,
mag u de stekker niet gebruiken totdat u er een nieuwe afdekkap op hebt
gezet.
Neem contact op met de leverancier bij wie u het apparaat hebt gekocht.
De 13 ampère stekker is het meest voorkomende type in de UK en kan in de
meeste gevallen worden gebruikt. Sommige (meest oudere) gebouwen
hebben echter geen normale 13 ampère stopcontacten. Als u het apparaat
op een ouder stopcontact wilt aansluiten, moet u een geschikt verloopstuk
(adapter) kopen. Verwijder nooit de aangegoten stekker van het netsnoer.
Waarschuwing
Als u ondanks het bovenstaande toch de aangegoten stekker
verwijdert, gooi deze dan onmiddellijk in de vuilnisbak.
U kunt de stekker niet opnieuw bedraden, en wanneer iemand hem in
een passend stopcontact doet, bestaat er groot gevaar voor elektrische
schokken.
Belangrijke waarschuwing:
op een geaard stopcontact.
De aders van het netnoer hebben de volgende kleurcodering:
• groen en geel: aarde
• blauw: neutraal
• bruin: fase
Ga als volgt te werk als de kleuren van de aders in het netsnoer niet gelijk zijn
aan die van de stekker.
Sluit de groen/gele aardedraad aan op de pool die is gemarkeerd met de
letter “E”, het aarde-symbool, de kleuren groen/geel of de kleur groen.
Sluit de blauwe draad aan op de pool die is gemarkeerd met de letter “N” of
de kleur zwart.
Sluit de bruine draad aan op de pool die is gemarkeerd met de letter “L” of de
kleur rood.
Ergens in de stroomkring moet een zekering van 13 Ampère zijn
aangebracht: in de stekker, in de adapter of in de meterkast.
dit apparaat moet worden aangesloten
v
EU Declaration of Conformity (R &TTE)
W e, Samsung Electronics Co., Ltd.
Samsung Electronics Co., Ltd.
of
#259, Gongdan-don g, Gumi-si Gye ongsa nbuk -do [730-030] Korea
Samsung Electrinics Shandong D igital Printing Co., Ltd.
of
Sanxing Road, W eihai Hi-Tech IDZ, Shandong Province 264209, China
(factory n am e, address)
declare under our sole responsibility that the product
Laser Beam P rin ter
model "ML-4050N"
to w h ich this declaration re lates is in conform ity w ith
Samsung Electronics Co., Ltd. #259,
Gongdan-Dong, Gumi-Si
Gyeongsangbuk-do [730-030] Korea
(place and date of issue)(name and signature of authorized person)
(Representative in the EU)
Sams un g Electronics Euro QA Lab.
Blackbushe Business Park, Saxony Way
Yateley, Hamp sh ire, GU46 6GG, UK
(place an d date o f issue)(nam e and signature of authorized person )
Whan -Soo n Yim / Senio r M anag er
Yong -Sang Park / Man ager
vi
1 Inleiding
Gefeliciteerd met de aankoop van uw printer!
In dit hoofdstuk treft u de volgende onderwerpen aan:
•Speciale functies
•Overzicht printer
•Meer weten
•Een locatie selecteren
Speciale functies
Uw nieuwe printer beschikt over een aantal speciale functies die
de afdrukkwaliteit verhogen. Het volgende is mogelijk:
Met uitstekende kwaliteit en hoge snelheid afdrukken
• U kunt afdrukken met een effectieve uitvoer tot
1200 x 1200 dpi. Raadpleeg de sectieSoftware.
• Uw printer drukt papier van A4-formaat en Letterformaat af met een snelheid van respectievelijk 38
en 40 ppm
van A4-formaat en Letter-formaat afgedrukt met
een snelheid van respectievelijk 26 en 27 apm
Verschillende papiersoorten verwerken
• De multifunctionele lade kan worden gebruikt
voor papier met briefhoofd, enveloppen, etiketten,
transparanten, aangepaste papierformaten, briefkaarten
en zwaar papier. De multifunctionele lade kan maximaal
100 vellen gewoon papier bevatten.
•De standaardlade voor 500 vellen (papierlade 1)
ondersteunt gewoon papier in diverse formaten.
•De optionele lade voor 500 vellen ondersteunt
gewoon papier in diverse formaten. U kunt maximaal
3 extra papierladen installeren.
• Twee uitvoerladen; selecteer de bovenste uitvoerlade
(voorkant omlaag) of de achterklep (voorkant omhoog),
al naar gelang wat voor u het gemakkelijkst is.
• Rechte papierbaan van de multifunctionele lade
naar de achterklep.
Professionele documenten maken
• Watermerken afdrukken. U kunt uw documenten
voorzien van een watermerk (bijv. “Vertrouwelijk”).
Raadpleeg de sectie Software.
•
Posters
pagina van uw document worden uitvergroot en
afgedrukt op meerdere vellen die u kunt samenvoegen
tot een poster. Raadpleeg de sectie Software.
a
. Bij dubbelzijdig afdrukken wordt papier
afdrukken. De tekst en afbeeldingen op iedere
b
.
1.1 <
a. pagina’s per minuut
b. afbeeldingen per minuut
Inleiding>
Tijd en geld besparen
• U kunt gebruikmaken van de tonerspaarstand van
12
deze printer om toner te besparen. Zie pagina 2.6.
• U kunt op beide zijden van het papier afdrukken
om papier te besparen (dubbelzijdig afdrukken).
34
• U kunt meerdere pagina’s op een vel afdrukken
om papier te besparen (N op een vel). Raadpleeg
de sectieSoftware.
• U kunt gebruikmaken van voorbedrukte
formulieren en briefhoofden op gewoon papier.
Raadpleeg de sectie Software.
• Deze printer bespaart automatisch stroom door
het stroomverbruik te verlagen wanneer er niet
wordt afgedrukt.
De printercapaciteit uitbreiden
• Uw printer beschikt over een geheugen van
64 MB, dat kan worden uitgebreid tot 512 MB. Zie
pagina 10.1.
• U kunt ook een optionele draadlozenetwerkinterfacekaart en harde schijf toevoegen
• U kunt de printer uitbreiden met optionele laden
voor 500 vellen. U hoeft dan minder vaak papier bij
te vullen.
• Zoran IPS-emulatie compatibel met PostScript 3-
emulatie*(PS) maakt PS-afdrukken mogelijk.
De optionele harde schijf gebruiken
U kunt een optionele harde schijf in de printer installeren.
• Op deze harde schijf, die een capaciteit heeft van 40 GB, kunt u
gegevens afkomstig van de computer rechtstreeks opslaan in de
wachtrij van de printer. Op die manier wordt de computer minder
belast.
• U kunt gebruikmaken van verschillende afdrukeigenschappen.
U kunt bijvoorbeeld een afdruktaak op de harde schijf opslaan, een
afdruktaak controleren en persoonlijke documenten afdrukken.
• U kunt de afdruktaken in de afdrukwachtrij op de harde schijf van de
printer beheren.
Zie pagina 10.5 voor meer informatie.
Afdrukken onder verschillende besturingssystemen
• U kunt afdrukken onder Windows 98/Me/NT 4.0/
2000/XP/2003/Vista.
• Uw printer is compatibel met Linux en Macintosh.
• Uw printer wordt geleverd met een parallelle en een
USB-interface.
• Omvat UFST en MicroType van Monotype Imaging Inc.
1.2 <
Inleiding>
Voorkant
Overzicht printer
Achterkant
1
uitvoerlade
2
bedieningspaneel
3
klep moederbord
4
lade 1
5
optionele lade 2
6
optionele lade 3
7
optionele lade 4
* In de bovenstaande afbeelding ziet u een
ML-4050N met alle beschikbare opties.
8
handgreep
9
papierniveau-indicator
10
multifunctionele lade
11
bovenklep
12
steun voor
papieruitvoer
13
multifunctionele lade
met geleiders
14
extensie voor
multifunctionele lade
1.3 <
1
2
3
4
Inleiding>
aan/uit-schakelaar
achterklep
duplexeenheid
netsnoeraansluiting
* In de bovenstaande afbeelding ziet u een
ML-4050N met alle beschikbare opties.
5
parallelle poort
6
USB-poort
7
netwerkpoort
Overzicht bedieningspaneel
Meer weten
Meer informatie over de instelling en het gebruik van uw printer vindt
u in de volgende bronnen, op papier of op het scherm.
Menu: hiermee activeert u de menumodus en bladert u door
1
de beschikbare menu’s.
Pijltoetsen: hiermee bladert u door de beschikbare opties in
2
het geselecteerde menu en verhoogt of verlaagt u de waarden.
3
OK: hiermee bevestigt u de in het display geselecteerde optie.
4
Back: hiermee keert u terug naar het bovenliggende menu.
Ton er Sav e: hiermee kunt u toner besparen doordat u minder
5
toner gebruikt bij het afdrukken. Zie pagina 2.6.
6
Demo: hiermee kunt u een demopagina afdrukken.
7
Stop: hiermee onderbreekt u een bewerking.
8
Status: geeft de status van de printer weer. Zie pagina 9.6.
Beknopte
installatiehandleiding
Online
gebruikershandleiding
Gebruikershandleiding voor
de netwerkprinter
Deze handleiding bevat informatie over het
installeren van de printer. Volg de aanwijzingen
in de handleiding om de printer gebruiksklaar
te maken.
In deze handleiding wordt stap voor stap
het gebruik van alle printerfuncties uitgelegd
en ze bevat informatie over het onderhoud
van de printer, het oplossen van problemen
en het installeren van accessoires.
In deze handleiding staat tevens de sectie Software met informatie over hoe u documenten
moet afdrukken onder verschillende besturingssystemen en hoe u de bijgeleverde
hulpprogramma's kunt gebruiken.
NB
• Gebruikershandleidingen in andere
talen vindt u in de map Manual op
de cd met printerstuurprogramma's.
Deze handleiding staat op de cd met netwerkprogramma's en bevat informatie over het
installeren en aansluiten van de printer in
een netwerk.
1.4 <
Help voor
printerstuurprogramma
Samsung-websiteAls u over een Internet-verbinding beschikt, kunt
Inleiding>
Biedt ondersteunende informatie over de
eigenschappen van het printerstuurprogramma
en instructies voor de afdrukinstellingen.
Voor toegang tot een Help-scherm van
het printerstuurprogramma klikt u op Help
in het dialoogvenster Printereigenschappen.
u hulp, ondersteuning, printerstuurprogramma's,
handleidingen en bestelinformatie vinden op de
website van Samsung, www.samsungprinter.com
.
Een locatie selecteren
Kies een vlak, stabiel oppervlak met voldoende ruimte voor luchtcirculatie.
Zorg ervoor dat u kleppen en laden gemakkelijk kunt openen.
Het apparaat moet in een ruimte staan die voldoende geventileerd is, en
niet in direct zonlicht of bij een warmte- of koudebron of luchtbevochtiger.
Plaats de printer niet op de rand van een bureau of tafel!
Benodigde ruimte
Voorkant: 482,6 mm (voldoende
ruimte zodat de papierladen
geopend en verwijderd kunnen
worden)
Achterkant
ruimte voor het openen van de
achterklep of de duplexeenheid)
Rechts: 100 mm (voldoende
ruimte voor het openen van
de klep van het moederbord)
Links: 100 mm (voldoende
ruimte voor ventilatie)
: 320 mm (voldoende
NB
• Als u de printer verplaatst, mag u hem niet ondersteboven of
op zijn kant leggen. De binnenzijde van de printer kan
verontreinigd zijn door tonerpoeder waardoor er schade aan
uw printer kan ontstaan of de afdrukkwaliteit kan
verslechteren.
1.5 <
Inleiding>
2 Systeeminstallatie
In dit hoofdstuk krijgt u een overzicht van de diverse printermenu's
en van de basisinstellingen die u voor uw printer kunt gebruiken.
In dit hoofdstuk treft u de volgende onderwerpen aan:
•De menu's van het bedieningspaneel gebruiken
•Menuoverzicht
•Een demopagina afdrukken
•De taal van het display wijzigen
•De tonerbesparende modus gebruiken
De menu's van het bedieningspaneel gebruiken
Er zijn een aantal menu’s beschikbaar zodat u gemakkelijk de
printerinstellingen kunt wijzigen. Het onderstaande diagram geeft is een
overzicht van alle menu’s en menuopties. De items in elk menu en de
opties die u kunt selecteren worden in detail beschreven in de tabellen
die beginnen op 2.2.
Toegang tot de menu's van het bedieningspaneel
U kunt uw printer besturen via het bedieningspaneel. U kunt de menu's
van het bedieningspaneel ook gebruiken tijdens het afdrukken.
1Druk op Menu tot op de onderste regel van het display het
gewenste menu verschijnt en druk dan op OK.
2Druk op de pijltoetsen tot het gewenste menu verschijnt en druk
dan op OK.
3Herhaal stap 2 als het geselecteerde menuoptie meerdere
submenu’s telt.
4Druk op de pijltoetsen tot de gewenste instelling verschijnt of voer
de vereiste waarde in.
5Druk op OK om de selectie op te slaan.
Er verschijnt een asterisk (*) naast de selectie op het display
om aan te geven dat dit nu de standaardinstelling is.
6Druk op Stop om terug te keren naar de stand-bymodus.
NB
• Afdrukinstellingen die via het printerstuurprogramma op een
aangesloten computer zijn opgegeven, krijgen voorrang op
de instellingen via het bedieningspaneel.
2.1 <
Systeeminstallatie>
Menuoverzicht
De menu’s op het bedieningspaneel worden gebruikt om de printer te
configureren. Het bedieningspaneel biedt toegang tot de volgende menu’s.
De in kleur weergegeven opties maken alleen deel uit van het menu als de
bijbehorende optionele accessoires zijn geïnstalleerd.
0. Taakbeheer
(Zie pagina 10.7.)
Actieve taak
Taak opslaan
3. Papier
(Zie pagina 2.3.)
Exemplaren
Papierformaat
Type papier
Papierinvoer
Ladekoppeling
4. Grafisch
(Zie pagina 2.4.)
Resolutie
Tonersterkte
Afbeeld. verb.
7. Netwerk
(Zie pagina 2.6.)
TCP/IP
EtherTalk
Netware
Ethernet-snel.
Draadloos
Instel. wissen
Netwerkinform
a. Beschikbaar bij aanwezigheid van een optionele vaste schijf.
b. Verkrijgbaar met een optionele duplexeenheid.
Verkrijgbaar met een optionele draadloze-netwerkinterface.
c.
a
1. Informatie
(Zie pagina 2.2.)
Menuoverzicht
Configuratie
Demopagina
Opgesl. taak
Gebruikspag.
Taak voltooid
PCL-lettertyp.
PS3-let.lijst
EPSON-lettert.
a
a
a
2. Lay-out
(Zie pagina 2.3.)
Afdrukstand
Marge enkelz.
Dubbelzijdig
Marge dubbelz.
b
b
5. Syst.instel.
(Zie pagina 2.4.)
Datum en tijd
Menu Formulier
Form. select.
Taal
Energ.spaarst.
Aut. doorgaan
Luchtdrukcorr.
Auto CR
Time-out taak
Onderhoud
Instel. wissen
a
a
a
6. Emulatie
(Zie pagina 2.5.)
Type emulatie
Instellingen
c
NB
• De standaardinstellingen en beschikbare waarden van uw
printer kunnen afwijken van deze gids.
Menu Taakbeheer
Dit menu is alleen beschikbaar als in de printer een optionele vaste schijf
is geïnstalleerd.
MenuoptieVerklaring
Actieve taakMet deze optie worden de afdruktaken in
de wachtrij weergegeven. Zie pagina 10.7.
Taak opslaan
Met deze optie worden de afdruktaken weergegeven
die zijn opgeslagen op de in de printer
geïnstalleerde vaste schijf. Zie pagina 10.7.
Menu Informatie
Dit menu geeft u de mogelijkheid pagina’s met informatie over de printer
en de configuratie af te drukken.
MenuoptieVerklaring
MenuoverzichtHet menuschema biedt de lay-out en de huidige
instellingen van de menuopties van het
bedieningspaneel weer.
ConfiguratieDe configuratiepagina geeft de huidige configuratie
van de printer weer.
DemopaginaAan de hand van de demopagina kunt u nagaan
of uw printer op de juiste manier afdrukt.
Zie pagina 2.6.
Opgesl. taakDe pagina met opgeslagen afdruktaken
toont de inhoud van de afdruklijst zoals die
is opgeslagen op de optionele vaste schijf.
NB
• Dit menu is alleen beschikbaar als
in de printer een optionele vaste schijf
is geïnstalleerd.
Gebruikspag.Deze pagina bevat het totale aantal pagina’s
dat door een persoon of groep is afgedrukt.
Deze gegevens kunnen worden gebruikt voor
kostenberekeningen.
NB
• Deze optie is alleen beschikbaar als
in de printer een optionele vaste schijf
is geïnstalleerd.
Taak voltooidDeze pagina toont een overzicht van alle
voltooide afdruktaken. Het overzicht bevat de
laatste 50 afgedrukte bestanden.
2.2 <
Systeeminstallatie>
MenuoptieVer k l aring
MenuoptieVerklaring
PCL-lettertyp.
PS3-let.lijst
EPSON-lettert.
De lijst met voorbeelden van lettertypen geeft alle
lettertypen weer die momenteel beschikbaar
zijn in de geselecteerde taal.
Menu Lay-out
Gebruik het menu Lay-out om alle instellingen voor de uitvoer te definiëren.
MenuoptieVer klaring
AfdrukstandStelt de standaardafdrukstand in voor afbeeldingen
op de pagina.
Staand
Marge enkelz.Stelt de marge van afdrukmedia voor enkelzijdige
afdrukken in. U kunt de waarde met telkens
0,1 mm verhogen of verlagen.
• Bovenmarge: stelt de bovenmarge in, van 0 tot
250 mm.
• Linkermarge: stelt de linkermarge in, van 0
tot 164 mm.
DubbelzijdigOm het papier dubbelzijdig te bedrukken, kiest
u de bindrand als volgt.
•
Lange zijde
•
Korte zijde
25
Lange zijde in de
afdrukstand Staand
Korte zijde in de
afdrukstand Staand
: spiegelen over de lange zijde.
: spiegelen over de korte zijde.
3
2
3
5
Selecteer Uit om het papier enkelzijdig te bedrukken.
NB
• Dit menu-item is beschikbaar als de
optionele duplexeenheid is geïnstalleerd.
Liggend
2
3
5
Lange zijde in de
afdrukstand Liggend
2
Korte zijde in de
afdrukstand Liggend
3
5
Marge
dubbelz.
In dit menu kunt u de marges voor dubbelzijdig
afdrukken instellen. U kunt de waarde met telkens
0,1 mm verhogen of verlagen.
• Bovenmarge: stelt de bovenmarge in van 0,0
tot 9,9 mm.
• Linkermarge: stelt de linkermarge in van 0,0
tot 9,9 mm.
• Korte binding: stelt de ondermarge van de
achterkant van de pagina in voor korte binding,
van 0 mm tot 22 mm.
• Lange binding: stelt de rechtermarge van de
achterkant van de pagina in voor lange binding,
van 0 mm tot 22 mm.
NB
• Dit menu-item is beschikbaar als de
optionele duplexeenheid is geïnstalleerd.
Menu Papier
Gebruik het menu Papier om alle instellingen in verband met afdrukmedia
te definiëren, zoals papierin- en uitvoer en formaat en type van de gebruikte
afdrukmedia.
MenuoptieVerklaring
ExemplarenStel het standaardaantal exemplaren in door een
getal van 1 tot 999 te selecteren.
PapierformaatDe beschikbare opties kunnen variëren, afhankelijk
van de papierinvoer of de instelling voor dubbelzijdig
afdrukken.
Selecteer het formaat van het papier dat zich in
de lade bevindt.
Type pa p i e rSelecteer het type papier dat zich in de lade bevindt.
PapierinvoerSelecteer de te gebruiken papierlade.
Auto
•Als u
de lade bepalen.
• Selecteer MP-lade of Handm. invoer als
u de multifunctionele lade wilt gebruiken. Als
u Handm. invoer selecteert, moet u op de toets
OK drukken telkens wanneer u een pagina wilt
afdrukken.
• Lade 2, Klep lade 3 of Klep lade 4 is alleen
beschikbaar als de corresponderende lade
is geïnstalleerd.
kiest, zal de printer automatisch
2.3 <
Systeeminstallatie>
MenuoptieVerklaring
LadekoppelingAls u een andere waarde dan Auto bij Papierinvoer
kiest en de geselecteerde lade leeg is, kunt u de
printer instellen op automatisch afdrukken vanuit
een andere lade.
Als dit menuoptie is ingesteld op Uit, licht
de standaard-LED rood op en werkt de printer
niet tot u papier in de gespecificeerde lade plaatst.
Menu Grafisch
Via het menu Grafisch kunt u instellingen wijzigen die betrekking
hebben op de kwaliteit van afgedrukte tekens en afbeeldingen.
MenuoptieVerklaring
Aut. doorgaanMet deze optie bepaalt u of de printer doorgaat
met afdrukken wanneer er papier wordt ontdekt
dat niet voldoet aan uw instellingen.
• Uit: als het papier niet overeenstemt met het
ingestelde papier, blijft het bericht op het display
staan en blijft de printer off line tot u het juiste
papier plaatst.
• Aan: als het papier niet overeenstemt met
het ingestelde papier, wordt er een foutbericht
weergegeven. De printer gaat dan 30 seconden
lang off line, het bericht wordt vervolgens
automatisch gewist en de printer gaat door
met afdrukken.
MenuoptieVerklar ing
ResolutieSpecificeer het aantal afgedrukte punten per inch
(dpi - dots per inch). Hoe hoger de instelling, hoe
scherper de tekens en afbeeldingen worden afgedrukt.
•
Als de meeste printtaken uit tekst bestaan, selecteert
u 600 dpi-Norm. voor de beste afdrukkwaliteit.
• Selecteer 1200 dpi-Best als uw printtaak bitmapafbeeldingen bevat, zoals gescande foto’s of
bepaalde afbeeldingen, die beter worden afgedrukt
dankzij de verbeterde line screening-technologie.
TonersterkteU kunt de afdruk op de pagina donkerder of lichter
maken door de dichtheid van de toner aan te
passen. De instelling
Normaal
het beste resultaat op. Gebruik de instelling
levert doorgaans
Licht
om toner te besparen.
Afbeeld.
verb.
Dit item verbetert de afdrukkwaliteit.
•
Normaal
•
Tekst verbet.
: verbetert de kwaliteit niet.
: verbetert de kwaliteit van brieven
en eenvoudige figuren.
Menu Syst.instel.
Via het menu Syst.instel. kunt u diverse printerfuncties configureren.
MenuoptieVerklaring
Datum en tijd
Menu
Formulier
Form. select.
TaalDeze instelling bepaalt de taal van de tekst die op
Energ.spaarst.Als de printer gedurende enige tijd geen gegevens
Zie pagina 10.6 en pagina 10.8.
NB
• Deze optie is alleen beschikbaar als
in de printer een optionele vaste schijf
is geïnstalleerd.
het display van het bedieningspaneel verschijnt
en de taal van de informatie die wordt afgedrukt.
ontvangt, wordt het energieverbruik automatisch
verlaagd. U kunt instellen hoe lang de printer wacht
alvorens over te schakelen naar de energiebesparende modus.
Luchtdrukcorr.U kunt de afdrukkwaliteit optimaliseren voor
de hoogte waarop u zich bevindt.
Auto CRMet deze optie kunt u de vereiste harde return
voor elke nieuwe regel toevoegen.
Zie de volgende voorbeelden:
AA
BB
CC
LFLF+CR
AA
BB
CC
Time-out taakU kunt instellen hoe lang de printer moet wachten
voordat deze de laatste pagina afdrukt van een
afdruktaak die niet eindigt met een opdracht om
de pagina af te drukken.
Na het verstrijken van een time-out voor afdrukken,
drukt de printer de pagina in de afdrukbuffer af.
OnderhoudVia dit menuoptie kunt u de printer onderhouden.
•
Drum reinigen
: reinigt de OPC-drum van de
tonercassette en maakt een reinigingspagina
met tonerresten.
•
Fuser reinig.
: reinigt de fixeereenheid in de
printer en maakt een reinigingspagina met
tonerresten.
•
Toner Op wis.
: voorkomt dat het bericht Toner
bijna op Vervang toner op het display wordt
weergegeven. Als u eenmaal On hebt
geselecteerd, wordt deze instelling permanent
in het geheugen van de tonercassette
opgeslagen en verdwijnt dit menu uit het menu
Onderhoud.
•
Gebruiksduur
: via dit menuoptie kunt u zien
hoeveel afdrukken er zijn gemaakt en hoeveel
toner er nog in de cassette zit.
Instel. wissenVia dit menuoptie stelt u de printer opnieuw
in op de standaardinstellingen.
2.4 <
Systeeminstallatie>
Menu Emulatie
Via het menu Emulatie configureert u de printertaalemulatie.
PostScript
In dit menu treft u het menuoptie PS-fout afdrukken aan.
MenuoptieVerklaring
Type
emulatie
InstellingenZie de volgende tabellen voor de configuratie
De printertaal definieert hoe de computer communiceert
met de printer.
Als u Auto kiest, kan de printer de printertaal
automatisch wijzigen.
van de printertaaleigenschappen.
PCL
Via dit menu wordt de PCL-emulatieconfiguratie ingesteld. U kunt het
lettertype, het tekentype, het aantal regels per pagina en de lettergrootte
instellen.
MenuoptieVer klaring
LetterbeeldU kunt het standaardlettertype selecteren dat moet
worden gebruikt bij PCL-emulatie.
• PCL1~PCL7 hebben een vaste letterafstand en
bij PCL8~PCL45 is de letterafstand in verhouding
tot het lettertype en de lettergrootte. U kunt de
lettergrootte van PCL1~PCL7 aanpassen via het
menuoptie Tekenafstand. Voor PCL8~PCL45
doet u dat via het menuoptie
• De letterafstand en lettergrootte van
PCL46~PCL54 zijn vast bepaald.
SymboolMet deze menuoptie selecteert u de symboolset die
wordt gebruikt bij PCL-emulatie. Het symbool is de
groep nummers, markeringen en speciale tekens
die wordt gebruikt bij het afdrukken van brieven.
De beschikbare symboolsets kunnen variëren,
afhankelijk van het ingestelde lettertype.
Puntgrootte
.
MenuoptieVerklaring
PS-fouten
afd.
U kunt selecteren of uw printer al dan niet een
foutenlijst afdrukt wanneer een PS-fout optreedt.
• Selecteer Aan om PS 3-emulatiefouten
af te drukken. Als een fout optreedt, wordt
de verwerking van de taak gestopt, wordt het
foutbericht afgedrukt en wist de printer de taak.
• Als deze optie is ingesteld op Uit, wordt de taak
gewist zonder indicatie van de fout.
EPSON
In dit menu kunt u de EPSON-emulatie configureren.)
MenuoptieVerklaring
LettertypeU kunt bepalen welk lettertype er standaard
TekensetMet dit menuoptie kiest u een tekenset
TekentabelMet dit menuoptie selecteert u de tekenset.
TekenafstandU kunt de lettergrootte bepalen door het aantal
LPIHiermee kunt u het aantal regels voor een hoogte
Aut.
terugloop
in de EPSON-emulatie zal worden gebruikt.
in de gewenste taal.
tekens over een breedte van 2,54 cm van een
bepaald lettertype in te stellen.
van 2,54 cm bepalen.
Dit menuoptie bepaalt of de printer al dan niet
automatisch naar de volgende regel springt
wanneer de gegevens buiten het afdrukbare
gebied van de afdrukmedia vallen.
PuntgrootteAls u een lettergrootte kiest tussen PCL8 and PCL45
in het menu
door de hoogte van de letters voor dat lettertype in
te stellen.
CourierVia dit menuoptie selecteert u de te gebruiken versie
van het lettertype Courier.
TekenafstandAls u een tekenafstand kiest tussen PCL1 en PCL7
in het menu
door het aantal tekens over een breedte van 2,54 cm
van een bepaald lettertype in te stellen.
De standaardwaarde 10 is de beste tekenafstand.
RegelsVia dit menuoptie kunt u de verticale afstand instellen
op 5 tot 128 regels voor het standaardpapierformaat.
Het standaardaantal regels kan verschillen afhankelijk
van het papierformaat en de afdrukstand.
Letterbeeld, kunt u de lettergrootte bepalen
Letterbeeld
, kunt u de lettergrootte bepalen
2.5 <
Systeeminstallatie>
Menu Netwerk
In dit menu kunt u de in uw printer geïnstalleerde netwerkinterface
configureren. U kunt de netwerkinterface resetten en een pagina met
configuratiegegevens afdrukken. Zie pagina 4.1 voor meer informatie.
MenuoptieVerkl aring
TCP/IPMet dit menuoptie stelt u de TCP/IP-adressen
handmatig in of ontvangt u deze vanuit het
netwerk.
• DHCP: de DHCP-server wijst het IP-adres
automatisch toe.
• BOOTP: de BOOTP-server wijst het IP-adres
automatisch toe.
• Statisch: u kunt handmatig een IP-adres,
subnetmasker en gateway invoeren.
Een demopagina afdrukken
Als u klaar bent met het instellen van de printer, kunt u het beste een
demopagina afdrukken om te controleren of de printer inderdaad goed werkt.
Houd Demo ongeveer twee seconden ingedrukt.
Of:
1Druk op Menu en vervolgens op OK als Informatie verschijnt.
2Druk op de pijltoetsen totdat Demopagina verschijnt en druk dan
op OK.
3Druk op OK als Ja verschijnt.
Er wordt een demopagina afgedrukt.
EtherTalkVia dit onderdeel kunt u selecteren of u al dan niet
het EtherTalk-protocol gebruikt. Selecteer Aan om
het protocol te gebruiken.
NetwareMet dit menuoptie selecteert u het IPX-frametype.
• Auto: u kunt de printer instellen op
automatische selectie van het frametype.
• 802.2: selecteer deze waarde om het frametype
IEEE 802.2 te gebruiken.
• 802.3: selecteer deze waarde om het frametype
IEEE 802.3 te gebruiken.
• Ethernet II: selecteer deze waarde om het
frametype Ethernet 2 te gebruiken.
• SNAP: selecteer deze waarde om het frametype
SNAP te gebruiken.
• Uit: u kunt het NetWare-protocol uitschakelen.
Ethernet-snel.Via dit menuoptie stelt u de Ethernet-snelheid in.
Dit menu verschijnt alleen als een
optionele interfacekaart voor een
draadloos netwerk is geïnstalleerd.
Instel. wissenMet deze menuoptie voert u een eenvoudige reset
uit en stelt u de netwerkconfiguratie opnieuw in op
de standaardinstellingen. Deze instelling wordt
pas van kracht nadat de printer opnieuw is gestart.
NetwerkinformMet dit menuoptie wordt een pagina afgedrukt met
de ingestelde netwerkparameters.
De taal van het display wijzigen
Volg onderstaande stappen om de taal op het bedieningspaneel te wijzigen:
1Druk op Menu tot Syst.instel. op de onderste regel van het display
verschijnt en druk op OK.
2Druk op de pijltoetsen totdat Taal verschijnt en druk dan op OK.
3Druk op de pijltoetsen tot de gewenste taal verschijnt en druk
dan op OK.
4Druk op Stop om terug te keren naar de stand-bymodus.
De tonerbesparende modus gebruiken
In de tonerspaarstand verbruikt de printer minder toner per pagina.
Door deze modus te activeren verlengt u de levensduur van de
tonercassette en verlaagt u in aanzienlijke mate de kosten per pagina
in vergelijking met afdrukken in de normale modus. Dit gaat echter wel
ten koste van de afdrukkwaliteit.
Deze modus kan op twee manieren worden ingeschakeld:
Via de knop op het bedieningspaneel
Druk op Toner Save op het bedieningspaneel. De printer moet zich in de
stand-bymodus bevinden; de status-LED licht groen op en in het display
staat Klaar.
• Als het achtergrondlicht van de knop oplicht, is de modus geactiveerd
en gebruikt de printer minder toner om een pagina af te drukken.
• Als het achtergrondlicht van de knop uit is, is de modus uitgeschakeld
en drukt de printer in de normale modus af.
2.6 <
Vanuit de softwaretoepassing
U kunt de tonerspaarstand ook instellen in het venster Eigenschappen van
uw printerstuurprogramma. Raadpleeg de sectie Software.
Systeeminstallatie>
3 Software-overzicht
In dit hoofdstuk vindt u een overzicht van de software die bij uw printer
wordt geleverd. In de sectie Software vindt u meer informatie over
installatie en gebruik van de software.
In dit hoofdstuk treft u de volgende onderwerpen aan:
•Meegeleverde software
•Eigenschappen van het printerstuurprogramma
•Systeemeisen
Meegeleverde software
U installeert de printersoftware vanaf de meegeleverde cd-rom's nadat
u de printer hebt geïnstalleerd en op de computer hebt aangesloten.
De cd-rom's bevatten de volgende software:
Cd-romInhoud
Cd met
printersoftware
Windows• Printerstuurprogramma: Gebruik
dit stuurprogramma om de functies
van uw printer ten volle te benutten.
• Smart Panel: Met dit programma
bewaakt u de printerstatus en
ontvangt u waarschuwingsberichten
als er fouten optreden tijdens het
afdrukken.
• Hulpprogramma Direct afdrukken:
Met dit programma kunt u PDFbestanden op een eenvoudige
manier afdrukken.
• Postscript-printeromschrijvingsbestand:
Met het PostScript-stuurprogramma
drukt u documenten met ingewikkelde
lettertypen en afbeeldingen af in de
PostScript-taal.
• Gebruikershandleiding in PDFformaat
Linux• Postscript-
printeromschrijvingsbestand:
Met dit stuurprogramma kunt u de
printer vanaf een Linux-computer
gebruiken en documenten
afdrukken.
• Smart Panel: Met dit programma
bewaakt u de printerstatus en
ontvangt u waarschuwingsberichten
als er fouten optreden tijdens het
afdrukken.
Macintosh• Printerstuurprogramma: Gebruik
dit stuurprogramma om met uw
printer documenten af te drukken
vanaf een Macintoshcomputer.
• Smart Panel: Met dit programma
bewaakt u de printerstatus en
ontvangt u waarschuwingsberichten
als er fouten optreden tijdens het
afdrukken.
3.1 <
Software-overzicht>
Cd-romInhoud
Systeemeisen
Cd-rom met
netwerkhulpprogramma's
Windows• SyncThru™ Web Admin Service:
Gebruik deze webapplicatie om op
afstand netwerkprinters te beheren,
te controleren en problemen op te
lossen.
• SetIP: Met dit programma stelt u de
TCP/IP-adressen van de printer in.
• Gebruikershandleiding voor
netwerkprinter in PDF-formaat
Eigenschappen van het printerstuurprogramma
De stuurprogramma’s van uw printer ondersteunen de volgende
standaardfuncties:
• papierinvoer selecteren;
• papierformaat, afdrukstand en mediatype selecteren;
• aantal exemplaren selecteren.
U kunt bovendien verschillende speciale afdrukopties gebruiken.
Onderstaande tabel geeft een algemeen overzicht van de functies
die uw printerstuurprogramma’s ondersteunen.
Functie
Tonerspaarstand
Afdrukkwaliteit
selecteren
Poster
afdrukken
Meerdere
pagina’s
per vel (n op
een vel)
Afdruk
aanpassen
aan
papierformaat
Verkleinen/
vergroten
Andere lade
voor eerste
pagina
WatermerkO
OverlayO
PCL 6 PostScript
WindowsWindowsMacintoshLinux
OOOO
OOOO
O
OOOO
OOOO
OOOO
O
XXX
(2, 4)
XOX
XXX
XXX
Zorg voor u begint dat uw systeem voldoet aan de volgende vereisten:
Windows
OnderdeelVereistAanbevolen
Besturingssysteem
ProcessorWindows 98/
Intern
geheugen
Vrije
schijfruimte
Internet
Explorer
Windows 98/ME/NT 4.0/2000/XP/2003/Vista
Pentium II
Me/NT 4.0/2000
Windows XP/
2003/Vista
Windows 98/
Me/NT 4.0/2000
Windows XP/
2003
Windows Vista512 MB of meer1 GB
Windows 98/
Me/NT 4.0/2000
Windows XP/
2003
Windows Vista15 GB15 GB of meer
Windows 98/
ME/NT 4.0/
2000/XP/2003
Windows Vista7.0 of hoger
400 MHz of
hoger
Pentium III
933 MHz of
hoger
64 MB of meer128 MB
128 MB of meer256 MB
300 MB of meer1 GB
1 GB of meer5 GB
5.0 of hoger
Pentium III
933 MHz
Pentium IV
1GHz
NB
• Bij Windows NT 4.0/2000/XP/2003/Vista kunnen gebruikers
met beheerdersrechten de software installeren.
NB
• Overlay wordt niet ondersteund in Windows NT 4.0.
3.2 <
Software-overzicht>
Linux
OnderdeelEisen
Besturingssysteem• Red Hat 8.0 ~ 9.0
• Fedora Core 1 ~ 4
• Mandrake 9.2 ~ 10.1
• SuSE 8.2 ~ 9.2
ProcessorPentium IV 1 GHz of hoger
Intern geheugenMin. 256 MB
Vrije schijfruimteMin. 1 GB
Software• Linux Kernel 2.4 of hoger
• Glibc 2.2 of hoger
• CUPS
Macintosh
OnderdeelEisen
Besturingssysteem8.6 ~ 9.2 en 10.1 ~ 10.5
Intern geheugen128 MB
Vrije schijfruimte200 MB
VerbindingUSB-interface, netwerkinterface
3.3 <
Software-overzicht>
4 Netwerkinstallatie
In dit hoofdstuk wordt stap voor stap uitgelegd hoe u uw printer in een
netwerk installeert.
In dit hoofdstuk treft u de volgende onderwerpen aan:
•Inleiding
•Ondersteunde besturingssystemen
•TCP/IP configureren
•Ethertalk configureren
•IPX-frametypen configureren
•De Ethernet-snelheid instellen
•De netwerkconfiguratie herstellen
•Een netwerkconfiguratiepagina afdrukken
Inleiding
Zodra u de printer hebt aangesloten op een netwerk met behulp van een
RJ-45 Ethernet-kabel kunt u de printer met andere netwerkgebruikers delen.
U moet de netwerkprotocollen instellen op de printer die u wilt gebruiken
als uw netwerkprinter. Protocollen kunnen op de volgende twee manieren
worden ingesteld:
Via netwerkbeheerprogramma’s
U kunt de afdrukserverinstellingen van de printer configureren en de printer
beheren via de hieronder genoemde bijgeleverde programma's:
• SyncThru™ Web Admin Service: een afdrukbeheersysteem via het
web voor netwerkbeheerders. Met SyncThru™ Web Admin Service
kunt u de netwerkapparatuur op een efficiënte manier beheren en kunt
u netwerkprinters op afstand controleren en problemen oplossen vanuit
elke locatie met toegang tot het intranet van het bedrijf.
• SyncThru™ Web Service: een in de netwerkafdrukserver geïntegreerde
webserver waarmee u de netwerkparameters voor de printer
kunt configureren, zodat u verbinding kunt maken met diverse
netwerkomgevingen.
• SetIP: een hulpprogramma waarmee u een netwerkinterface kunt
selecteren en handmatig adressen kunt configureren voor gebruik
met het TCP/IP-protocol.
Voor verdere details verwijzen wij u naar de gebruikershandleiding
op de cd met netwerkhulpprogramma's die bij de printer is geleverd.
Via het bedieningspaneel
Via het bedieningspaneel van de printer kunt u de volgende
basisnetwerkparameters instellen:
• TCP/IP configureren;
• IPX-frametypes voor NetWare configureren;
• EtherTalk configureren.
4.1 <
Netwerkinstallatie>
Ondersteunde besturingssystemen
De volgende tabel is een overzicht van de netwerkomgevingen die de printer
ondersteunt.
OnderdeelEisen
Netwerkinterface• 10/100 Base-TX
• IEEE 802.11 b/g draadloos LAN (optioneel)
Netwerkbesturingssysteem
Netwerkprotocollen• NetWare IPX/SPX
• Novell NetWare 4.x, 5.x, 6.x
• Windows 98/ME/NT 4.0/2000/XP/2003/
Vista
• Verscheidene Linux-besturingssystemen
• Macintosh OS 8.6 ~ 9.2 en 10.1 ~ 10.5
• TCP/IP
•Ethertalk
•HTTP 1.1
•SNMP
4Druk op OK als IP-adres verschijnt.
5Stel de eerste byte in op een waarde tussen 0 en 255 via de pijltoetsen
en druk op OK om verder te gaan naar de volgende byte.
Herhaal dit om het adres te voltooien vanaf de 1ste tot en met
de 4de byte.
6Druk zodra u klaar bent op OK.
7Herhaal stap 5 en 6 voor de overige TCP/IP-instellingen: subnetmasker
en gateway-adres.
8Druk op Stop om terug te keren naar de stand-bymodus.
Dynamische adressering (BOOTP/DHCP)
Als u wilt dat het TCP/IP-adres automatisch wordt toegewezen door
de server, gaat u als volgt te werk:
1Druk op Menu tot Netwerk op de onderste regel van het display
verschijnt en druk op OK.
2Druk op OK als TCP/IP verschijnt.
Dynamische
adresseringsserver
• IPX/SPX: Internet Packet eXchange/Sequenced Packet eXchange
• TCP/IP: Transmission Control Protocol/Internet Protocol
• DHCP: Dynamic Host Configuration Protocol
• BOOTP: Bootstrap Protocol
• DHCP, BOOTP
TCP/IP configureren
Op de printer kunt u verschillende TCP/IP-netwerkgegevens instellen,
zoals een IP-adres, een subnetmasker, een gateway en DNS-adressen.
U kunt op verschillende manieren een TCP/IP-adres aan uw printer
toewijzen, afhankelijk van uw netwerk.
• Statische adressering: het TCP/IP-adres wordt handmatig toegewezen
door de systeembeheerder.
• Dynamische adressering via BOOTP/DHCP (standaard): het TCP/IPadres wordt automatisch toegewezen door de server.
NB
• Voordat u TCP/IP configureert, moet u het netwerkprotocol
instellen op TCP/IP.
Statische adressering
Als u het TCP/IP-adres wilt invoeren via het bedieningspaneel van uw printer,
gaat u als volgt te werk:
3Druk op de pijltoetsen totdat
vervolgens op
4Druk op
OK
.
Stop
om terug te keren naar de stand-bymodus.
DHCP
of
BOOTP
verschijnt en druk
Ethertalk configureren
EtherTalk is AppleTalk in een Ethernet-netwerk. Dit protocol wordt veel
gebruikt in Macintosh-netwerkomgevingen. Als u EtherTalk wilt gebruiken,
gaat u als volgt te werk:
1Druk op Menu tot Netwerk op de onderste regel van het display
verschijnt en druk op OK.
2Druk op de
3Druk op de
4Druk op
pijltoetsen
pijltoetsen
Stop
om terug te keren naar de stand-bymodus.
totdat EtherTalk verschijnt en druk dan op OK.
totdat Aan verschijnt en druk dan op OK.
1Druk op Menu tot Netwerk op de onderste regel van het display
OK
verschijnt en druk op
2Druk op OK als TCP/IP verschijnt.
3Druk op de pijltoetsen totdat Statisch verschijnt en druk dan op OK.
.
4.2 <
Netwerkinstallatie>
IPX-frametypen configureren
De netwerkconfiguratie herstellen
Bij IPX/SPX-protocolnetwerken (bijv. Novell NetWare) moet de opmaak
van de netwerkcommunicatieframes worden opgegeven voor de printer.
Meestal kunt u de Auto-instelling behouden. Indien nodig kunt u de
frametypeopmaak handmatig instellen. Ga als volgt te werk om de
frametypeopmaak te wijzigen:
1Druk op Menu tot Netwerk op de onderste regel van het display
verschijnt en druk op OK.
2Druk op de pijltoetsen totdat Netware verschijnt en druk dan op OK.
3Druk op de pijltoetsen totdat het gewenste frametype verschijnt.
• Auto: detecteert het frametype automatisch en beperkt
de selectie tot het eerst gedetecteerde frametype.
• 802.2: beperkt het frametype tot IPX over IEEE 802.2 met IEEE
802.3-frames. Alle andere worden genegeerd.
• 802.3: beperkt het frametype tot IPX over IEEE 802.3-frames.
Alle andere worden genegeerd.
• Ethernet II: beperkt het frametype tot IPX over Ethernet-frames.
Alle andere worden genegeerd.
• SNAP: beperkt het frametype tot IPX over SNAP met IEEE
802.3-frames. Alle andere worden genegeerd.
• Uit: uitschakeling van het IPX/SPX-protocol.
4Druk op OK om de selectie op te slaan.
5Druk op Stop om terug te keren naar de stand-bymodus.
U kunt de standaardinstellingen van de netwerkconfiguratie opnieuw
instellen.
1Druk op Menu tot Netwerk op de onderste regel van het display
verschijnt en druk op OK.
2Druk op de pijltoetsen totdat Instel. wissen verschijnt en druk
dan op OK.
3Druk op OK als Ja verschijnt, zodat de netwerkconfiguratie wordt
hersteld.
4Zet de printer uit en weer aan.
Een netwerkconfiguratiepagina afdrukken
De netwerkconfiguratiepagina geeft weer hoe de netwerkinterfacekaart
van uw printer is geconfigureerd.
1Druk op Menu tot Netwerk op de onderste regel van het display
verschijnt en druk op OK.
2Druk op de pijltoetsen totdat Netwerkinform verschijnt en druk
dan op OK.
3Druk op OK als Ja verschijnt.
De netwerkconfiguratiepagina wordt afgedrukt.
De Ethernet-snelheid instellen
U kunt de communicatiesnelheid voor Ethernet-verbindingen selecteren.
1Druk op Menu tot Netwerk op de onderste regel van het display
verschijnt en druk op OK.
2Druk op de pijltoetsen totdat Ethernet-snel. verschijnt en druk
dan op OK.
3Druk op de pijltoetsen tot de gewenste snelheid verschijnt
en druk dan op OK.
4Druk op Stop om terug te keren naar de stand-bymodus.
4.3 <
Netwerkinstallatie>
5 Afdrukmedia plaatsen
Dit hoofdstuk zal u wegwijs maken in de soorten papier die u voor
uw printer kunt gebruiken en leert u papier correct in de verschillende
papierladen te laden zodat er een optimale afdrukkwaliteit ontstaat.
In dit hoofdstuk treft u de volgende onderwerpen aan:
•Afdrukmedia selecteren
•Papier plaatsen
•Een uitvoerlocatie kiezen
Afdrukmedia selecteren
U kunt afdrukken op een breed scala van afdrukmaterialen, waaronder
normaal papier, enveloppen, etiketten en transparanten. Gebruik uitsluitend
afdrukmaterialen die voldoen aan de richtlijnen voor deze printer.
Gebruik van afdrukmaterialen die niet aan de specificaties uit deze
gebruiksaanwijzing voldoen, kan tot de volgende problemen leiden:
• slechte afdrukkwaliteit;
• vastlopen van het papier;
• versnelde slijtage van de printer.
De eigenschappen van het papier, zoals gewicht, samenstelling en vezel- en
vochtgehalte, zijn sterk van invloed op de prestaties van de printer en de
afdrukkwaliteit. Houd bij de keuze van de afdrukmedia rekening met het
volgende:
• Het type, formaat en gewicht van afdrukmedia voor uw toestel
worden verderop in deze sectie besproken.
• Gewenst resultaat: de te kiezen afdrukmaterialen moeten geschikt
zijn voor uw project.
• Helderheid: sommige afdrukmaterialen zijn witter dan andere en
leveren scherpere en levendigere afbeeldingen.
• Gladheid van het oppervlak: de gladheid van de afdrukmaterialen
bepaalt de scherpte van de afdrukken.
Opmerkingen
• Het is mogelijk dat bepaalde afdrukmaterialen geen bevredigende
resultaten opleveren hoewel ze voldoen aan alle specificaties
in deze sectie. Dit kan het gevolg zijn van een onjuiste bediening,
een ongeoorloofd temperatuur- en vochtigheidsniveau of andere
variabele omstandigheden waarover Samsung geen controle
heeft.
• Controleer voor u grote hoeveelheden afdrukmaterialen koopt
of het papier voldoet aan de vereisten in deze handleiding.
5.1 <
Afdrukmedia plaatsen>
Voo rzichtig
• Als u afdrukmaterialen gebruikt die niet aan deze specificaties
voldoet, kan dit problemen veroorzaken die een reparatie vereisen.
Zulke reparaties vallen niet onder de garantie of
serviceovereenkomst van Samsung.
Ondersteunde papierformaten
TypeFormaatAfmetingenGewicht
a
Normaal papierLetter216 x 279 mm• 60 tot 105 g/m2 bankpost
Legal216 x 356 mm
Folio216 x 330,2 mm
in papierlade
• 60 tot 163 g/m
in multifunctionele lade
2
bankpost
Oficio216 x 343 mm
A4210 x 297 mm
JIS B5182 x 257 mm
ISO B5176 x 250 mm
Executive184,2 x 266,7 mm
A5148,5 x 210 mm
A6105 x 148,5 mm
EnvelopEnvelop B5176 x 250 mm60 tot 90 g/m
2
Envelop Monarch98,4 x 190,5 mm
Envelop COM-10105 x 241 mm
Envelop DL110 x 220 mm
Envelop C5162 x 229 mm
Capaciteit
•500 vel 75g/m
b
2
bankpost
in de papierlade
• 100 vel in de
multifunctionele lade
10 vel van 75 g/m2 in
de multifunctionele lade
Envelop C6114 x 162 mm
TransparantenLetter, A4Raadpleeg de sectie Normaal papier138 tot 146 g/m
EtikettenLetter, Legal, Folio,
Raadpleeg de sectie Normaal papier120 tot 150 g/m
Oficio, A4, JIS B5,
ISO B5, Executive,
A5, A6
KartonLetter, Legal, Folio,
Raadpleeg de sectie Normaal papier60 tot 163 g/m
Oficio, A4, JIS B5,
ISO B5, Executive,
A5, A6
Minimaal formaat (aangepast)76 x 127 mm60 tot 163 g/m
Maximaal formaat (aangepast)216 x 356 mm
a. Voor afdrukmedia met een gewicht van meer dan 105 g/m2 gebruikt u de multifunctionele lade.
b. De maximale capaciteit verschilt afhankelijk van het gewicht en de dikte van het afdrukmateriaal en de omgeving.
Afdrukmedia voor dubbelzijdig afdrukken
TypeFormaatGewicht
Normaal papierA4, Letter, Oficio, Legal en Folio60 tot 105 g/m
2
2
50 vel van 75 g/m2 in
de multifunctionele lade
2
25 vel van 75 g/m2 in
de multifunctionele lade
2
10 vel van 75 g/m2 in
de multifunctionele lade
2
Zie de capaciteitsgegevens
hierboven
5.2 <
Afdrukmedia plaatsen>
Loading...
+ 83 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.