Bedankt voor en gefeliciteerd met uw aankoop van de Percussion Sound Module
TD-8 van Roland.
Lees, alvorens de TD-8 te gebruiken, de hoofdstukken “Veilig gebruik van
de TD-8” op blz. 2 en “Belangrijke opmerkingen” op blz. 4 door. Daar vindt
u alle belangrijke informatie over het juiste gebruik van de TD-8 en wat u
wel en niet mag doen. Bovendien verdient het natuurlijk aanbeveling om
ook de rest van deze handleiding te lezen om echt alle functies (op de juiste
manier) te leren kennen. Bewaar deze handleiding op een veilige plaats op,
omdat u ze beslist nog eens nodig hebt.
* Alle in deze handleiding vermelde productnamen zijn handelsmerken of geregistreerde
INSTRUCTIES VOOR HET VOORKOMEN VAN BRAND, ELEKTRISCHE SCHOKKEN EN VERWONDINGEN
Over de en labelsOver de symbolen
VOORZICHTIGLET OP
Wijst de gebruiker op het risico op
VOORZICHTIG
LET OP!
dodelijke ongevallen of zware verwondingen als gevolg van een fout
gebruik van dit apparaat.
Het foute gebruik van dit apparaat kan
leiden tot verwondingen en of materi le
schade.
* "Materi le" schade heeft betrekking op
het beschadigen van het meubilair of
andere huishoudelijke voorwerpen
evenals huisdieren enz.
Een driehoek maakt de gebruiker attent op belangrijke
instructies of waarschuwingen. De juiste betekenis van het
symbool wordt bepaald door de tekening in de driehoek. Het
links getoonde symbool wordt gebruikt voor algemene
waarschuwingen of om de aandacht te vestigen op gevaar.
Dit symbool maakt de gebruiker attent op dingen die nooit
mogen worden uitgevoerd. Wat nooit mag worden gedaan
wordt aangegeven door de tekening in de cirkel. Het links
getoonde symbool wordt gebruikt om aan te geven dat het
toestel nooit uit elkaar mag worden gehaald.
Dit symbool maakt de gebruiker attent op dingen die moeten
worden uitgevoerd. Wat er moet worden gedaan wordt
aangegeven door de tekening in de cirkel. Het links getoonde
symbool betekent dat de stekker van het stroomsnoer van de
uitgang moet worden losgekoppeld.
HOUD ALTIJD HET VOLGENDE IN DE GATEN
006
VOORZICHTIG
001
• Lees eerst de volgende punten door en gebruik
dan pas uw TD-8. Zo bent u er zeker van dat u
hem op de juiste manier bedient.
• Probeer nooit de TD-8 zelf te herstellen (tenzij u in
de handleiding uitdrukkelijke instructies vindt om
dat wél te doen. Laat alle herstellings- en onderhoudswerken over aan een door Roland erkende
technische dienst. Zie de “Information”-pagina.
• Zet de TD-8 nooit op plaatsen die de volgende
kenmerken vertonen:
• Plaatsen die onderhevig zijn aan sterke tempe-
ratuurschommelingen (bv. in het directe zonlicht), in een gesloten auto waar de zon op staat,
in de buurt van een radiator of een airco-kanaal,
op een warmtebron (stoof e.d.).
• Op vochtige plaatsen (badkamer, wasruimte, op
de natte grond, in de de regen e.d.)
• Op bijzonder stoffige plaatsen
• Op plaatsen die onderhevig zijn aan sterke tril-
• Als u de TD-8 in een rack schroeft of op een stand
monteert, moet u deze laatste op een vlak en stabiel oppervlak plaatsen. Het rack en de stand
mogen tijdens het normale gebruik niet verschuiven. De keuze van een veilige opstellimgsplaats
geldt overigens ook voor situaties waarin u de
TD-8 niet gebruikt.
• Gebruik enkel de bij de TD-8 geleverde adapter en
sluit hem uitsluitend aan op een stopcontact dat
beantwoordt aan de gegevens op het merkplaatje
van de adapter. Andere adapters hebben een
andere polariteit of een ander vermogen. Als u ze
op een verkeerd stopcontact aansluit, werkt de
TD-8 niet of brandt de adapter door.
• Beschadig nooit de stroomkabel. Plooi hem niet te
veel, trap er niet op, plaats er geen zware voorwerpen op enz. Een beschadigde kabel kan brand of
elektrokutie veroorzaken. Gebruik nooit een
stroomkabel die reeds beschadigd is.
• Dit apparaat kan hetzij van zich uit, hetzij in combinatie met een externe versterker, voor een volume zorgen dat uw gehoor kan aantasten. Werk
dus nooit lange tijd op een pittig volume of op een
volume dat net aan de pijngrens ligt. Zodra u ook
maar de indruk hebt dat uw gehoor begint te verzwakken, moet u onmiddellijk een oorarts raadplegen.
• Zorg dat er geen kleine voorwerpen (uit metaal,
brandbare stoffen, muntstukken, naalden e.d.) in
het inwendige van de TD-8 terechtkomen. Plaats
nooit glazen, koppen e.d. op de behuizing.
• Verbreek, in de volgende situaties, onmiddellijk
de aansluiting op het lichtnet en neem contact op
met een erkende herstellingsdienst of uw Rolanddealer:
• Als de adapter of het netsnoer zichtbaar bescha-
digd is.
• Als er een voorwerp of vloeistof in het inwendi-
ge van de TD-8 terecht is gekomen.
• Als de TD-8 in de regen heeft gestaan (of op een
andere manier nat is geworden).
• Als de TD-8 niet naar behoren lijkt te werken of
• In gezinnen met kleine kinderen dient een volwassene toezicht te houden tot de kinderen in staat
zijn om dit toestel in overeenstemming met de veiligheidsvoorschriften te gebruiken.
• Sluit de stroomkabel van dit apparaat niet samen
met een overdreven aantal andere toestellen aan
op hetzelfde stopcontact. Wees voorzichtig met
verlengsnoeren—het totale vermogen van alle toestellen aangesloten op het verlengsnoer mag nooit
het nominale vermogen (watt/ampère) van het
verlengsnoer overschrijden. Een overdreven belasting kan de isolatie van het snoer doen opwarmen
en zelfs doen doorsmelten.
• Alvorens de TD-8 in het buitenland te gebruiken,
neemt u het best contact op met uw Roland-dealer
om te weten te komen welk voltage er in het
betreffende land wordt gehanteerd en of u al dan
niet voor een geschikte stroomvoorziening moet
zorgen.
Lees eerst “Veilig gebruik van de TD-8” op blz. 2 en
daarna de volgende punten door om er zeker van te zijn
dat u de TD-8 op de juiste manier gebruikt.
Voeding
• Sluit de TD-8 niet samen met apparaten, die ruis veroorzaken (zoals een elektrische motor of een regelbaar lichtsysteem), op eenzelfde stroomkring aan.
• De adapter wordt na verloop van tijd warm. Dit is normaal.
• Alvorens de TD-8 op andere toestellen aan te sluiten
schakelt u best alle toestellen uit. Zo voorkomt u defecten
en/of schade aan luidsprekers of andere toestellen.
Plaatsing van de TD-8
• Als u de TD-8 gebruikt nabij een vermogensversterker (of
een ander apparaat met grote transformators), kan er
brom ontstaan. Orienteer de TD-8 dan anders of verwijder hem van de interferentiebron.
• De TD-8 kan de radio- of TV-ontvangst verstoren.
Gebruik hem niet in de nabijheid van dergelijke ontvangers.
• Plaats de TD-8 nooit in het directe zonlicht en laat hem
vooral niet in een gesloten auto liggen waar de zon op
staat. Dat kan namelijk zorgen voor het smelten van de
behuizing of het verkleuren ervan.
• Gebruik de TD-8 niet op een plaats die blootgesteld is aan
de regen, of in een andere vochtige omgeving.
Onderhoud
• Gebruik voor een gewone schoonmaakbeurt een zachte
droge doek of een lichtjes met water bevochtigde doek.
Gebruik voor hardnekkig vuil een doek met een mild,
niet-bijtend schoonmaakmiddel. Veeg de TD-8 nadien
goed af met een zachte droge doek.
• Gebruik nooit benzine, thinner, alcohol of gelijk welk
oplosmiddel om verkleuring of vervorming te voorkomen.
Herstellingen en data
• Gelieve er rekening mee te houden dat alle gegevens in
het geheugen van de TD-8 verloren kunnen gaan, wanneer hij wordt hersteld. Maak van belangrijke data steeds
een Backup via MIDI (door de instellingen te zenden naar
een sequencer), of schrijf ze neer op papier (indien mogelijk). Tijdens de herstelling wordt er grote zorg besteed
aan het voorkomen van dataverlies. In sommige gevallen
(bv. wanneer de geheugencircuits zelf defect zijn) is het
helaas niet mogelijk om de data te recupereren. Roland is
niet aansprakelijk voor dusdanig dataverlies.
Voeding van het geheugen
• De TD-8 bevat een batterij die de geheugencircuits voedt
wanneer u hem uitschakelt. Wanneer deze batterij te
zwak wordt, verschijnt de onderstaande melding in het
display. Laat dan zo snel mogelijk de batterij vervangen,
om te voorkomen dat u alle data in het geheugen verliest.
Voor het vervangen van de batterij raadpleegt u best uw
handelaar, de Roland-herstellings of een erkende Rolandverdeler (zie de “Informatie”-pagina).
Bijkomende voorzorgen
• Gelieve er rekening mee te houden dat de inhoud van het
geheugen onherroepelijk verloren kan gaan ten gevolge
van een defect of het onjuist bedienen van de TD-8. Daarom raden we aan om van belangrijke data regelmatig een
Backup te maken via MIDI.
• Jammer genoeg kan het gebeuren dat de data in het
geheugen van de TD-8 niet meer kunnen worden hersteld
wanneer ze eenmaal gewist zijn. Roland Corporation is
niet aansprakelijk voor zulk dataverlies.
• Ga voorzichtig tewerk wanneer u de knoppen, regelaars
en andere bedieningsorganen, en de aansluitingen van de
TD-8 gebruikt. Ruw omgaan met deze dingen kan defecten veroorzaken.
• Sla of druk nooit op het display.
• Neem bij het aan- en afkoppelen van de kabels steeds de
connector zelf vast – trek nooit aan de kabel. Zo voorkomt u kortsluitingen en schade aan de aders.
• Houd, om uw buren niet te storen, het volume op een
redelijk niveau. U kunt ook een hoofdtelefoon gebruiken
zodat u zich geen zorgen hoeft te maken over de mensen
rondom u (vooral in de late uren).
• Om de TD-8 te transporteren gebruikt u best de oorspronkelijke verpakking (inclusief opvulling). Anders
dient u te zorgen voor een gelijkwaardige verpakking.
• Gebruik een Roland-kabel voor de aansluitingen. Als u
een kabel van een ander merk gebruikt, let dan op het
volgende:
• Sommige verbindingskabels bevatten weerstanden.
Sluit op de TD-8 geen kabels aan die weerstanden
bevatten. Als u zulke kabels gebruikt, is het mogelijk
dat het geluid niet of nauwelijks hoorbaar is. Voor
meer informatie over de kabels wendt u zich best tot
de fabrikant van de betreffende kabel
.
4
Inhoud
Veilig gebruik van de TD-8........................................................................................2
Naam geven aan een Drum Kit: NAME ...............................................................................................69
Spelen met Brushes ..................................................................................................................................69
Pedaalvolume van de HiHat: Pedal HiHat Volume ...........................................................................70
Kiezen van de pad.................................................................................................................................... 71
In dit deel vindt u alles wat u moet weten om met de TD-8 te kunnen werken. Meer bepaald gaat
het om een eerste kennismaking met de module, de pads enz. en een voorstelling van de belangrijkste functies. Lees “Eerste kennismaking” volledig door, omdat u dan het snelst begrijpt wat u
allemaal met de TD-8 kunt doen – en vooral hoe u dat aan boord moet leggen.
Referentie
Hier worden alle functies van de TD-8 één voor één voorgesteld. Om het zo overzichtelijk mogelijk
te houden, is dit deel in verschillende hoofdstukken onderverdeeld. Maar let wel: de basisbeginselen (indrukken van knoppen, instellen van waarden enz.) worden onder “Eerste kennismaking”
beschreven.
Hoofdstuk 1~3: Functies voor het programmeren van klanken
In deze hoofdstukken vindt u een gedetailleerde beschrijving van de functies waarover u beschikt
om zelf klanken te programmeren. Dit is dus het “logische vervolg” op “Eerste kennismaking”.
Hoofdstuk 4~6: Gebruik van de sequencer en de bijbehorende functies
U raadt het al: hier komt u te weten hoe u met de interne sequencer van de TD-8 kunt werken, wat
patronen en Songs zijn, hoe u de metronoom (Click) instelt en hoe u zelf patronen en Songs programmeert.
Hoofdstuk 7: Algemene instellingen
In dit hoofdstuk vindt u een beschrijving van de functies die voor alle secties (met name de klankbron) gelden.
Hoofdstuk 8: Andere handige functies
Hier komt u te weten hoe de kopieerfuncties en andere parameters gebruikt, die u veel tijd helpen
besparen.
Hoofdstuk 9: MIDI-functies
In dit hoofdstuk wordt uitgelegd welke MIDI-functies de TD-8 aan boord heeft en hoe u ze kunt
gebruiken. Hierbij horen o.a. het gebruik van de TD-8 als klankbron (module) en het opslaan van
uw instellingen via MIDI.
Eerste kennismakingReferentieAppendix
Appendix
Omdat het niet uitgesloten is dat u soms iets vergeet te doen of iets teveel doet, vindt u hier de
hoofdstukken “Verhelpen van storingen” en “Boodschappen en foutmeldingen”. Het eerste hoofdstuk toont u hoe u vermeende storingen de wereld uit kunt helpen, terwijl het tweede hoofdstuk
een overzicht van de display-meldingen en foutmeldingen bevat. Bovendien bevat dit deel natuurlijk een gedetailleerd overzicht van alle MIDI-functies en klanken die de TD-8 rijk is.
In deze handleiding vindt u talrijke afbeeldingen van het display. Houd er rekening mee
dat de afbeeldingen niet altijd overeenkomen met wat u op uw TD-8 ziet. Dat betekent
echter niet dat de informatie in deze handleiding fout is c.q. dat uw TD-8 niet naar beho-
ren werkt.
10
De TD-8 in een notendop
De TD-8 in een notendop
“Variable Drum Modeling”-klankopwekking
V-Edit: Maak klanken zoals u dat op een akoestisch drumstel zou doen (blz. 50, 73)
Dankzij de V-Edit-functies kunt u nieuwe drumklanken programmeren zoals u dat op een akoestisch drumstel zou doen: u kunt bv. het benodigde velmateriaal kiezen, dat dan naar wens stemmen en tenslotte bepalen hoe sterk het moet worden gedempt.
“Positional Sensing” (blz. 39)
Als u één van de volgende pads als Snare gebruikt, weet de TD-8 precies op welke plaats uw stokken de pad raken. Dat is van groot belang voor het uiteindelijke geluid. De pads, die deze functie
ondersteunen, zijn: PD-7, PD-9, PD-80, PD-80R, PD-100 en PD-120.
U kunt ook met Brushes spelen (blz. 40)
Door gebruik te maken van PD-80, PD-80R, PD-100 en/of PD-120 pads kunt u zelfs Brushes (“borstels”) gebruiken, wat met name voor jazzy muziek van belang is.
OPGELET
Gebruik uitsluitend Nylon-Brushes. Met stalen Brushes kunt u namelijk het vel beschadigen of zelfs doorboren, wat natuurlijk jammer zou zijn.
“Cross Stick” (gesloten Rimshots) eveneens mogelijk (blz. 39)
Wanneer u met PD-80 of PD-120 pads werkt, kunt u ook de Cross Stick-techniek hanteren.
De op de TRIGGER INPUT3 (SNARE)-ingang aangesloten pad kan theoretisch (als hij dat
tenminste toelaat) zelfs informatie doorseinen i.v.m. de plaats waar u de Cross Stick
speelt.
Het HiHat-pedaal kan worden gebruikt om de toonhoogte te veranderen (blz. 122)
Als u voor een bepaald nummer geen HiHat-pedaal nodig hebt, kunt u de betreffende controller
voor het beïnvloeden van de toonhoogte voor de klanken van de overige pads gebruiken.
Verrassend groot aantal klanken
De TD-8 bevat een indrukwekkend aantal geluiden en is dus geschikt voor zo goed als elk muzikaal genre: er zijn 1024 drumklanken en maar liefst 262 melodische geluiden.
Werkt handig, is duidelijk, doet wat je wil
Het display van de TD-8 is ruim bemeten, zodat u niet alleen de benodigde parameters ziet, maar
er bovendien een informatieve grafiek bij te zien krijgt. Op die manier blijft u dus “functioneren”
als muzikant i.p.v. techneut.
Perfect afgestemd op het “snelle werk”
Group Faders (blz. 19)
Op het frontpaneel vindt u een aantal schuifregelaars (“Faders”) waarmee u het volume van verschillende instrumentgroepen kunt veranderen. Handig voor optredens en in de studio.
Drum Kit Chain
Dit is een functie die toelaat om vóór het concert de volgorde in te stellen waarin u de Drum Kits
gaat selecteren. Op die manier hoeft u de Kits dus niet in “chronologische volgorde” in het geheugen op te slaan (blz. 120).
11
De TD-8 in een notendop
Grote [INC/+]- en [DEC/–]-knoppen
Deze knoppen zijn opzettelijk groot, zodat u ze ook met uw drumstokken kunt indrukken. Wees
echter voorzichtig, want dit zijn knoppen (en geen pads…).
Aanstuurbaar via pads, Kick Triggers, FD-7 en drumtriggers (blz. 34, 117)
Zoals de benaming “80” van de PD-80, PD-80R (pad) en KD-80 (Kick Trigger) al zegt, passen deze
perfect bij de TD-8. Maar u kunt ook gebruik maken van de volgende pads van Roland: PD-5, PD-7,
PD-9, PD-100 en PD-120, KD-5, KD-7 en KD-120. Verder kunt u er een HiHat-controller (FD-7) op
aansluiten. In theorie zou u maximaal 12 elektronische “Triggers” kunnen gebruiken.
Een sequencer voor muzikanten
Het aantal voorgeprogrammeerde patronen is al overweldigend (blz. 59, 85), maar u kunt er ook
zelf programmeren.
Songs maakt u door de volgorde van de patronen te bepalen (blz. 106)
Voor het instuderen van ritmische figuren is het natuurlijk handig om met opgenomen patronen
mee te spelen. Handig in dit verband is dat u de instrumenten, die u zelf wilt spelen, kunt uitschakelen. Bovendien kan de sequencer van de TD-8 meer dan alleen maar drummen, zodat u ook een
inspirerende “Song” (in de letterlijke betekenis van het woord) als begeleiding kunt gebruiken.
Natuurlijk kunt u ook eigen patronen programmeren.
Als u de Brush- of Swish-/Sweep-partijen ook graag opneemt, moet u de Brush Kit
“MIDIbrsh” kiezen. Die laat namelijk toe om MIDI-data op te nemen.
Ondersteunt General MIDI (blz. 138)
Eén mode van de TD-8 is speciaal afgestemd op de weergave van General MIDI-data afkomstig
van een externe Standard MIDI File.
In deze mode vindt u bovendien een functie die toelaat om enkel die partijen uit te schakelen die
u zelf wilt spelen. Dat is bijzonder handig wanneer u een nummer op diskette als basis voor uw
oefenwerk of drumsolo’s wilt gebruiken.
General MIDI System
General MIDI System is een reeks regels die helpen voorkomen dat elke
fabrikant zijn eigen klankindeling hanteert. De klankopwekking zelf
wordt ook onder GM overgelaten aan de fabrikanten, maar op het MIDIvlak zijn er wel heel wat dingen, die kunnen worden uitgewisseld. Het
belangrijkste aspect van deze compatibiliteit is dat alle General MIDIinstrumenten vergelijkbare klanken bevatten, die bovendien hetzelfde
adres (lees noot- en/of programmanummer) hebben. Als u dus muziekdata met het General MIDI-logo () afspeelt, is het vrijwel zeker dat
de baspartij ook door een bas (i.p.v. een piccolo) wordt gespeeld enz.
12
Beschrijving van de panelen
v
Frontpaneel
Beschrijving van de panelen
ATrigger-indicator
•Deze indicator licht op wanneer u op een pad slaat die
u op een ingang van de TD-8 hebt aangesloten. Op die
manier weet u meteen dat de signalen naar behoren
worden verzonden (pads) en ontvangen (TD-8).
•Bovendien licht deze indicator op wanneer de TD-8 via
zijn MIDI IN-aansluitingen commando’s van een ander
apparaat ontvangt.
•Ook wanneer u op de [PREVIEW]-knop drukt, licht
deze indicator op.
BLED-display
Hier verschijnt het nummer van de momenteel gekozen Drum Kit.
CGrafisch display
Dit display beeldt zowel grafieken als tekst en waarden
af en houdt u op die manier o.a. op de hoogte van de
naam van de momenteel gekozen Drum Kit, het
patroon of de Song. Ook de instellingen van de parameters worden hier afgebeeld.
In het bovenste gedeelte van het display ziet u telkens
het nummer van de Trigger-ingang, het Pattern- of
Song-nummer of een maataanduiding.
DCHAIN-knop
Druk op deze knop om de Drum Kit Chain-instellingen
te editen en te gebruiken. Hiermee kunt u de Drum
Kits in de juiste volgorde plaatsen, wat handig is voor
concerten (blz. 120).
E[F1]-, [F2]-, [F3]-knoppen
De functie van deze knoppen verschilt naar gelang de
overige functies en parameters die op dat moment in
het display worden afgebeeld. Om u niet onnodig te
verwarren wordt de functie van deze knoppen telkens
in de onderste display-regel afgebeeld (blz. 17).
FEXIT-knop
Door op deze knop te drukken keert u telkens naar het
voorafgaande “display-niveau” terug. Als u deze knop
verschillende keren indrukt, keert u weer terug naar de
display-pagina die “DRUM KIT”, “CHAIN”, “PATTERN” of “SONG” heet (in dit geval licht de indicator
van [DRUM KIT], [KIT] en [CHAIN], [PATTERN] of
[SONG] op).
GGROUP FADERS
Hiermee kunt u het volume van de basdrum (Kick),
Snare, HiHat, toms, bekkens en andere percussie- en
begeleidingsinstrumenten instellen. Ook het volume
van de metronoom (Click) kunt u hiermee regelen
(blz. 19).
13
Beschrijving van de panelen
HFADERS-knop
Druk op de [FADERS]-knop om te zorgen dat de
bovenste of onderste indicator oplicht. Hierdoor wijst u
de bij de oplichtende indicator behorende functie toe
aan de Faders (blz. 19).
ISETUP-knop
Hier vindt u belangrijke parameters die voor de TD-8
in z’n geheel gelden. Bij de belangrijke parameters die
u hier vindt, horen de Trigger- en MIDI-parameters.
JMIXER-knop
Met deze knop hebt u toegang tot de effect- en volumeparameters en de uitgangstoewijzing van de klanken
(blz. 80).
KKIT-knop
Met deze knop roept u de display-pagina op die handig is wanneer u een Drum Kit wilt bespelen.
LSEQUENCER-sectie
Deze sectie bevat alle knoppen voor de bediening van
de interne sequencer (weergave/opname van patronen en Songs, blz. 84, 105).
MMIX IN-regelaar
Hiermee kunt u het volume van de signaalbron instellen die u op de MIX IN-connector hebt aangesloten.
Dat signaal wordt zowel naar de MASTER OUTPUTaansluitingen en naar de PHONES-connector gestuurd.
NPHONES-regelaar
Hiermee kunt u het volume voor een (optionele)
hoofdtelefoon instellen. Door een hoofdtelefoon aan te
sluiten schakelt u de audioweergave via de overige
aansluitingen niet uit.
OMASTER-regelaar
Hiermee bepaalt u het uitgangsvolume van de TD-8
(d.w.z. het volume van de MASTER OUTPUTS-aansluitingen). Het volume van de hoofdtelefoon regelt u
echter met de PHONES-regelaar.
PCURSOR-knoppen ▲ &
Met deze knoppen kunt u de cursor naar de benodigde
parameter brengen of de volgende/vorige displaypagina oproepen (blz. 17).
▼
QVALUE-schijf
Deze schijf heeft dezelfde functie als de [INC/+]- en
[DEC/–]-knoppen: u kunt er de waarde van de geselecteerde parameter mee instellen. De schijf gebruikt u
waarschijnlijk wanneer de nieuwe waarde beduidend
groter of kleiner is dan de huidige (blz. 19).
RSHIFT-knop
Deze knop dient samen met andere knoppen te worden gebruikt:
CombinatieFunctie
[SHIFT] + [INC/+],
[DEC/–] of VALUEschijf
[SHIFT] + [MIXER]Parts uitschakelen
[SHIFT] + [PREVIEW]Beluisteren van het
Wanneer het display het volgende afbeeldt, hebt u toegang tot deze functies door op de [SHIFT]-knop te
drukken; zie ook blz. 18.
Veranderen van parameterwaarden in grote
stappen (blz. 19).
(blz. 93).
geluid, terwijl u het
volume verandert
(blz. 128).
SPREVIEW-knop
Hiermee kunt u een INST (instrument) beluisteren. Als
u met de TRIG SELECT-knoppen een pad kiest, kunt u
de daaraan toegewezen klank editen (wijzigen) en
afspelen door op deze knop te drukken. In dat geval
hebt u dus niet eens een pad nodig (blz. 20). Tijdens het
instellen van de Parts kunt u met deze knop de klanken
van de begeleidingspartijen beluisteren (blz. 89).
TTRIG SELECT
Met de twee naast elkaar liggende knoppen “” en
“” kunt u de Trigger-ingang (pad) kiezen waarvan
u de instellingen wilt wijzigen. Om de rand van een
pad te kiezen moet u op de [RIM]-knop drukken (indicator licht op). In de regel sluit u waarschijnlijk pads op
de TD-8 aan. In dat geval kunt u een pad ook kiezen
door er gewoon even op te slaan.
UINC/+ DEC/–
Met deze knoppen kunt u Drum Kits kiezen en parameterwaarden wijzigen. Druk op [INC/+] om de waarde te verhogen en op [DEC/–] om de waarde te verminderen. Deze knoppen zijn extra groot, zodat u ze
ook met de tippen van de drumstokken kunt indrukken.
Wees voorzichtig met de knoppen. Sla er niet op. Indrukken
OPGELET
mag, maar erop meppen kan leiden tot defecten.
14
Achterkant
Beschrijving van de panelen
33
32
VTRIGGER INPUT-aansluitingen
Sluit hier de pads, Kick Trigger en HiHat-controller
aan waarmee u de TD-8 wilt aansturen.
Voor het aansluiten kunt u de bij de pads enz. geleverde
OPGELET
kabels gebruiken.
•Trigger Input 1/2 (KICK1/2)
Door gebruik te maken van een optionele “Y”-kabel
(PCS-31) of een insertiekabel voor een mengpaneel e.d.
kunt u hierop zelfs twee pads aansluiten.
•Trigger Input 3 (SNARE)
Op deze connector moet u de pad aansluiten waarmee
u Rimshots (blz. 38) en Cross Sticks (blz. 39) wilt spelen. Dat lukt enkel met een PD-80R of PD-120 pad.
Rimshots (maar geen Cross Sticks) zijn ook mogelijk
met een PD-7 of PD-9.
Als u gebruik maakt van een PD-80, PD-80R, PD-100 of
een PD-120 als Snare, kan de TD-8 ook uitmaken op
welke plaats van de pad u precies slaat (blz. 39). Deze
Trigger-aansluiting is de enige die dit toelaat.
•Trigger Input 4 (TOM1), 5 (TOM2), 6 (TOM3)
Als u hier een PD-7 of PD-9 aansluit, kunt u ook
Rimshots spelen (blz. 38).
Als u hier een PD-7 of PD-9 aansluit, kunt u ook
Rimshots (blz. 38) en Chokes (blz. 39) spelen.
•Trigger Input 11/12 (AUX1/2)
Mits een optionele “Y”-kabel (PCS-31) of insertiekabel
kunt u twee pads op deze ingang aansluiten. Als u
twee pads gebruikt, kunnen ze ook voor het kiezen van
Drum Kits, patronen en Songs gebruiken PAD
SWITCH; blz. 123).
WHH CTRL-connector
Sluit hier het HiHat-pedaal (FD-7) aan (blz. 25).
XFOOT SWITCH-connector
Hier kunt u twee optionele voetschakelaars (FS-5U)
aansluiten. Hiermee kunt u Drum Kits selecteren, de
sequencer starten/stoppen enz. Door gebruik te maken
van een optionele PCS-31-kabel of een insertiekabel
kunt u ook twee voetschakelaars aansluiten (blz. 25).
YMASTER OUTPUT (L (MONO)/R)
Dit zijn de audio-uitgangen van de TD-8, die u op
actieve luidsprekers (KC-serie) of een externe versterker moet aansluiten. In de regel sluit u het best beide
uitgangen aan om de TD-8 in stereo te kunnen beluisteren. Als uw versterker e.d. echter mono is, hoeft u
enkel de MASTER L (MONO)-connector aan te sluiten.
ZDIRECT OUTPUT (L/R)
Ook dit zijn audio-uitgangen waaraan u een geluid
naar keuze kunt toewijzen dat dan individueel kan
worden versterkt of opgenomen. In de regel sluit u
deze uitgangen waarschijnlijk op een mengpaneel aan,
omdat de hieraan toegewezen klanken geen effecten
bevatten.
aPHONES-aansluiting
Hier kunt u een stereo-hoofdtelefoon aansluiten. Door
dit te doen schakelt u de weergave van de overige
audio-connectors niet uit.
bMIX IN-aansluiting
Op deze connector kunt u een CD- of cassettespeler
aansluiten. Tijdens concerten kunt u hem echter ook als
monitoringang gebruiken. Het via deze ingang ontvangen signaal wordt naar de MASTER OUTPUTS-uitgangen en de PHONES-aansluiting gestuurd.
cMIDI-connectors (IN, OUT/THRU)
Deze aansluitingen hebt u nodig, wanneer u de TD-8
als module voor een MIDI-sequencer wilt gebruiken of
om de instellingen van de TD-8 met behulp van een
sequencer (en dus in de vorm van MIDI-data) extern
op te slaan (blz. 129).
dPOWER-schakelaar
Hiermee kunt u de TD-8 in- en uitschakelen (blz. 28).
eDC IN-aansluiting
Sluit hier de bijgeleverde adapter aan (blz. 27).
fKabelhaak
Draai hier de kabel van de adapter rond (blz. 27).
15
Beschrijving van de panelen
gOpening voor MicroSaver-
veiligheidsslot ()
MicroSaver en Kensington zijn geregistreerde handelsmerken van Kensington Microware Limited.
Hier vindt u een beschrijving van de algemene dingen voor de bediening van de
TD-8.
Opslag van de instellingen
De TD-8 biedt geen functie voor het opslaan van uw instellingen, omdat dit automatisch gebeurt. Elke verandering is dus meteen definitief. U kunt echter weer de
fabrieksinstellingen van de TD-8 oproepen door hem te initialiseren. Anderzijds is
het mogelijk om enkel de momenteel gekozen Drum Kit te initialiseren door de
fabrieksinstellingen te kopiëren.
Knoppen, Faders en regelaars
In deze handleiding worden de namen van de knoppen, regelaars en Faders telkens
tussen haakjes ([ ]) geplaatst. Voorbeeld: [SETUP].
Cursor
Algemene bediening
Met “cursor” bedoelen we de tekens die omgekeerd wordt afgebeeld in het display.
Deze slaan op de parameter of functie die u op dat moment kunt instellen. Als het
display meer dan één functie bevat, kunt u met CURSOR [
die u op dat moment wilt instellen.
▲
Houd CURSOR [
drukt, terwijl u op [
brengen.
] ingedrukt, terwijl u op [▼] drukt (of houdt CURSOR [▼] inge-
▲
] drukt) om de cursor sneller naar een andere parameter te
Functieknoppen ([F1], [F2], [F3])
[F1], [F2], [F3] noemen we “functieknoppen”. Dat komt omdat de functie van deze
knoppen verschilt naar gelang de display-pagina.
In deze handleiding vermelden we ook telkens de functie die een functieknop op dat
moment heeft. Deze benaming wordt tussen haakjes afgebeeld.
Voorbeeld 1:
Als er in deze handleiding het volgende wordt gezegd:
“Druk op [KIT] en daarna op [F1 (INST)].”…
…moet u als volgt te werk gaan:
▲
] of [▼] de functie kiezen
1. Druk op [KIT].
17
Algemene bediening
2. Druk op [F1] (in dit geval heeft deze knop de “INST”-functie – zie het
display).
In sommige gevallen hebt u via de [SHIFT]-knop toegang tot bijkomende functies van de functieknoppen:
Druk op [SHIFT]
Als er in deze handleiding staat: “Druk op [SHIFT] + [F1 (PART 2)]”…
…moet u [SHIFT] ingedrukt houden, terwijl u op [F1] drukt (zodra u [SHIFT]
indrukt, luidt de functie van [F1] “PART 2”).
Gebruik van de pop-up menu’s
Naast [F3 (MENU)] staat soms ook vóór de overige functieknoppen het “”
symbool. Als u dan op deze functieknop drukt, verschijnt er een menu in het display
met verschillende opties die u met [INC/+] of [DEC/–], de VALUE-schijf en [
▼
] kunt kiezen. Als u daarna nog een keer op een functieknop onder het pop-up
[
menu drukt, verschijnt de gekozen display-pagina.
▲
] of
Voorbeeld:
Doe even het volgende om te kijken hoe het systeem werkt:
1. Druk op [KIT]. Deze knop licht op en de “DRUM KIT”-pagina verschijnt.
2. Druk op [F3 (MENU)]. Nu verschijnt er een popup-menu.
3. Druk op [INC/+] of [DEC/–], draai aan de VALUE-schijf of druk op
CURSOR [▲] of [▼] om “FX SW” te kiezen.
Druk op [EXIT] als u zich
vergist hebt. Het menu verdwijnt dan weer.
18
4. Druk op [F3]. Het display beeldt nu de “FX SW”-pagina af.
[INC/+] & [DEC/–] en de VALUE-schijf gebruiken
[INC/+] en [DEC/–] evenals de VALUE-schijf dienen voor het wijzigen van waarden en voor het kiezen geheugens.
Welke van de twee u gebruikt, verschilt naar gelang de situatie.
[INC/+], [DEC/–]
• Met [INC/+] kunt u de waarde verhogen, met [DEC/–] kunt u de waarde
verminderen. Gebruik de knoppen dus om kleine wijzigingen door te voeren.
• Bij aan/uit-parameters dient [INC/+] om de functie in te schakelen, terwijl u ze
met [DEC/–] kunt uitschakelen.
• U kunt [INC/+] ook ingedrukt houden en tegelijk op [DEC/–] drukken om de
waarde sneller te verhogen. Hetzelfde principe is tevens beschikbaar voor het
verminderen van waarden (houd [DEC/–] ingedrukt, terwijl u op [INC/+]
drukt.
• Als u [SHIFT] ingedrukt houdt, terwijl u op [INC/+] of [DEC/–] drukt, kunt u
de waarde van de gekozen parameter nóg sneller veranderen.
Algemene bediening
VALUE-schijf
• De VALUE-schijf werkt in de regel veel sneller dan de [INC/+]- en [DEC/–]-
knoppen. Gebruik de schijf dus enkel als u heel snel van een grote naar een
kleine waarde en vice versa wilt gaan.
• Ook hier geldt dat u [SHIFT] ingedrukt kunt houden om de waarde in nog
grotere stappen te verhogen/verlagen.
Gebruik van [FADERS] en de GROUP FADERS
De oplichtende pijltjes rechts van de Faders en links van de [FADERS]-knop geven
telkens aan op welke klankgroep de GROUP FADERS betrekking hebben.
19
Algemene bediening
• Als het bovenste pijltje oplicht:
Dit betekent dat u het volume van de Trigger-ingangen kunt regelen:
[KICK][SNARE][HI-HAT][TOMS]
1/2 (KICK1/2)3 (SNARE)7 (HI-HAT)4 (TOM1)
5 (TOM2)
6 (TOM3)
11/12 (AUX1/2)
In dat geval hebben we het in deze handleiding over [KICK], [SNARE], [HI-HAT] en
[TOMS] (d.w.z. dát is dan de functie van de Faders).
• Als het onderste pijltje oplicht:
Dit betekent dat de Faders aan de volgende klankgroepen zijn toegewezen. De eerste
slaat op een Trigger-ingang de overige drie echter niet:
[CYMBALS][OTHERS][BACKING][CLICK]
8 (CRASH1)
9 (CRASH2)
10 (RIDE)
In dat geval hebben we het in deze handleiding over [CYMBALS], [OTHERS],
[BACKING] en [CLICK].
Percussiepartij
(blz. 89)
Begeleiding
(blz. 89)
Metronoomsignaal
Voorbeeld: veranderen van het Snare-volume
1. Druk op [FADERS] om te zorgen dat het bovenste pijltje oplicht.
2. Beweeg de GROUP FADERS [SNARE]-Fader.
Nu vertegenwoordigt de [SNARE]-Fader het volume van de Snare-klanken.
OPGELET
• Door met de [FADERS]knop de “andere” Fadergroep te kiezen verandert u niets aan de waarden van de betreffende
klankgroepen (ook al
kunnen deze niet meer
worden ingesteld). Een
en ander betekent echter wel dat de Faders
niet altijd de instellingen van de gekozen
klankgroep weergeven
(omdat u ze bv. net voor
het instellen van de
“andere” klankgroep
hebt gebruikt).
• Na het inschakelen worden altijd de opgeslagen
waarden voor de klankgroepen geladen. De
“fysieke” Fader-instellingen vertegenwoordigen dan dus niet de
daadwerkelijke instellingen.
Pads via het frontpaneel kiezen
Met de [TRIG SELECT]-knoppen kunt u de Trigger-ingang (alias de pad) kiezen
wiens instellingen u wilt wijzigen. Deze knoppen hebt u echter enkel nodig als u
geen pads op de TD-8 hebt aangesloten. U kunt de pads namelijk ook kiezen door er
gewoon even op te slaan (dus waarom een knop indrukken?). Met de []-knop
kiest u telkens de voorafgaande Trigger-ingang, terwijl u met [] een hoger padnummer kiest.
Als u met de volgende pads werkt, kunt u met de [RIM]-knop bepalen of u de parameters van de rand (Rim) of het midden (Head) wilt instellen: PD-7, PD-9, PD-80R
of PD-120. Als de [RIM]-knop oplicht, zijn de Rim-parameters gekozen.
20
Algemene bediening
Aangezien u TRIG SELECT waarschijnlijk alleen gebruik wanneer u geen pads bij de
hand hebt, moet er ook een manier bestaan om de instellingen tijdens het editen te
controleren. Druk dus af en toe op de [Preview]-knop om te horen of uw wijzigingen
de goede richting uitgaan.
Over de Preset Drum Kits
De Drum Kits 1~64 bevatten fabrieksinstellingen, zodat u meteen na uitpakken van
de TD-8 aan de slag kunt. Deze Kits kunt u echter wijzigen – en de wijzigingen worden automatisch opgeslagen. Als u daarna weer de fabrieksinstellingen nodig hebt,
kunt u de TD-8 initialiseren. Meer details over het kopiëren of initialiseren van Drum
Kits vindt u op blz. 126 en 148.
Patterns (patronen)
Naast klanken bevat de TD-8 ook een aantal patronen (1~700, de zogenaamde Preset-patronen). De betreffende geheugens bevatten voorgeprogrammeerde begelei-
dingen die u weliswaar tijdelijk kunt wijzigen, maar niet opslaan. U kunt een Presetpatroon evenwel naar een User-geheugen kopiëren (blz. 84) en dan editen. De opgenomen of gewijzigde data van een User-patroon hoeft u niet op te slaan omdat dit
automatisch gebeurt.
Informatie in het bovenste display-gedeelte
De volgende gegevens worden altijd in het display afgebeeld en bieden dus een houvast.
OPGELET
• Rim is niet beschikbaar
voor TRIGGER INPUT 1
(KICK1), 2 (KICK2), 11
(AUX1) en 12 (AUX2).
• TRIGGER INPUT 2
(KICK2) en 12 (AUX2)
zijn enkel beschikbaar
wanneer u op TRIGGER
INPUT 1/2 (KICK1/2)
en 11/12 (AUX2) twee
Pads hebt aangesloten.
Hiervoor hebt u een
optionele PCS-31 kabel
nodig.
Meer details over het
kopiëren van patronen
vindt u op blz. 99.
De laatst gekozen/gespeelde pad
Helemaal rechts in het display komt u te weten welke pad u als laatste hebt gekozen (hetzij met TRIGGER SELECT, hetzij door erop te slaan):
Voorbeeld 1:
• De Snare (TRIGGER INPUT 3) is gekozen:
• De Rim (rand) van de Snare (TRIGGER INPUT 3) is gekozen (vandaar de “r”).
Nummer van het momenteel geselecteerde patroon, de
Song en het maatnummer
In het PTN- en SNG-veld komt u te weten welk patroon en/of welke Song u te horen
krijgt wanneer u op de [PLAY/STOP]-knop drukt.
• Als onder “PTN” een getal verschijnt, kunt u de weergave van dat patroon
starten.
21
Algemene bediening
• Als onder “SONG” een getal verschijnt, kunt u de weergave van de betreffende
Song starten.
Meer details over patronen en Songs vindt u in “Hoofdstuk 5: Werken met patronen” op blz. 84 en “Hoofdstuk 6: Werken met Songs” op blz. 105.
22
Eerste kennismaking
Eerste kennismaking
23
Voordat u eraan begint
b
b
Voordat u eraan begint
In dit hoofdstuk komt u te weten hoe u de TD-8 moet aansluiten en welke instellingen u moet doorvoeren om ermee te kunnen werken. In het volgende gaan we ervan
uit dat de fabrieksinstellingen van de TD-8 nog intact zijn.
TD-8 op een stand monteren
Zie desnoods blz. 148 om
weer de fabrieksinstellingen op te roepen.
1
Breng de onderplaat (deze wordt bij de optionele MDS-7U, MDS-8
of MDS-10 stand geleverd) aan de onderkant van de TD-8 aan.
Draai de plaat in de hierna getoonde richting en schroef ze vast aan de onderkant
van de TD-8.
Smalle kant
OPGELET
Gebruik enkel de schroeven van de TD-8. Het
gebruik van andere schroeven zou kunnen leiden tot
schade aan de module.
Brede kant
Voor het bevestigen van de
TD-8 aan een “echte” cym-
aal- of andere stand
2
Bevestig de TD-8 aan de stand (MDS-7U, MDS-8 of MDS-10).
Hoe u dat precies moet doen (en hoe u de stand monteert) komt u te weten in de
handleiding van de optionele stand.
gebruikt u het best een
APC-33 “All Purpose
Clamp”. Deze klem past op
uizen met een diameter
tussen de 10,5 en 30mm.
24
Aansluiten van de pads en de pedalen
Voordat u eraan begint
Gebruik de bijgeleverde kabels om de pads, het HiHat-pedaal en de Kick Trigger
(basdrum-unit) zoals hierna getoond aan te sluiten.
Let goed op de cijfers in de volgende tekening en sluit alle pads op de juiste ingang
(TRIGGER INPUT) aan.
Achterpaneel van de TD-8
OPGELET
Als u pads met een gaas
(PD-80, PD-80R, PD-100,
PD-120, KD-80 of KD-120)
gebruikt, moet u het vel opspannen. Als het vel
niet strak genoeg zit, zou u
namelijk bij het meppen de
sensor kunnen beschadigen.
Eerste kennismaking
Meer details over het
“stemmen” van de vellen
vindt u in de handleiding
van de betreffende Pad.
Het beste resultaat verkrijgt
u met pads van Roland
(PD-5, PD-7, PD-9, PD-80,
PD-80R, PD-100 en
PD-120). Ook als basdrum
gebruikt u het best een
Roland-model (KD-7,
KD-80, KD-120).
25
Voordat u eraan begint
Als u met een PD-7, PD-9 of KD-7 werkt, moet u de POLARITY-schakelaar van de
Pad/Kick Trigger in de “–(Roland)” stand zetten. Hoe u dat doet, komt u te weten
in de handleiding van de PD-7, PD-9 of KD-7.
POLARITY
+- (Roland)
Door gebruik te maken van een optionele “Y”-kabel (PCS-31) of een gewone insertiekabel (stereo jack → 2x mono-jack) kunt u twee Pads op TRIGGER INPUT 1/2
(KICK 1/2) en 11/12 (AUX 1/2) aansluiten.
PD-7
PCS-31 (optie)
KD-80
26
Audio-aansluitingen
Voordat u eraan begint
Audiokabel
Eerste kennismaking
Actieve luidsprekers
1
2
3
4
Adapter
Stereo-hoofdtelefoon
HiFi-keten, mengpaneel e.d.
Schakel alle apparaten uit voordat u ze op elkaar aansluit.
OPGELET
Sluit de bijgeleverde adapter aan op de DC IN-aansluiting.
OPGELET
Sluit de MASTER L(MONO)- en R-uitgang van de TD-8 aan op de
ingangen van de versterker, het mengpaneel e.d. Als u met een
hoofdtelefoon wilt werken, moet u hem op de PHONES-connector
aansluiten.
Sluit het andere einde van de adapter aan op een stopcontact.
De enige manier om te zorgen dat de luidsprekers tijdens het maken of verbreken van audio-aansluitingen niet beschadigd worden is door het volume in de minimumstand te zetten en alle apparaten uit te schakelen.
Draai de kabel van de adapter rond de kabelhaak (zie de afbeelding) om te
voorkomen dat de aansluiting op het lichtnet plots wordt verbroken.
L
R
OPGELET
De MASTER L (MONO)en R-connector van de
TD-8 moet u aansluiten op
de “L”- en “R”-ingang van
de versterker e.d.
Bij levering worden er geen
signalen naar de DIRECT
OUTPUT-connectors uitgestuurd. Dat moet u dus
handmatig doen (blz. 119).
27
Voordat u eraan begint
b
Inschakelen
OPGELET
Zodra u alles naar behoren hebt aangesloten (zie blz. 25~27), kunt u de verschillende apparaten in de verderop beschreven volgorde inschakelen. Als
u de apparaten in een andere volgorde inschakelt, zou dat kunnen leiden
tot schade aan de luidsprekers, de versterker e.d.
3
1
6
OPGELET
Opgelet met het
volume
Als u het volume altijd
zo instelt dat u de klanken tijdens het spelen op
de pads goed hoort, is
het tijdens de weergave
van de demosongs, Patterns en/of Songs waarschijnlijk te hard.
Alvorens een patroon,
Song of demosong te
starten zet u de [MASTER]- en/of [PHONES]regelaar het best op een
kleinere waarde.
1
2
3
5
Zet de [MASTER]- en [PHONES]-regelaar op de minimumwaarde
(helemaal links).
Zet ook het volume van de versterker, eindtrap, actieve luidsprekers
e.d. op de minimumwaarde.
Druk op de [POWER]-knop om de TD-8 in te schakelen.
Opgelet tijdens het inschakelen
Wacht na het inschakelen tot de naam van de Drum Kit in het display verschijnt (zie de afbeelding) voordat u op de pads begint te meppen of de pedalen gebruikt. Als u te snel begint te spelen, zou u de TD-8 kunnen beschadigen.
OPGELET
De TD-8 is uitgerust met
een beveiligingscircuit. Het
duurt dus na inschakelen
even voordat u iets hoort.
Als u tijdens de opstartfase
het HiHat-pedaal (FD-7)
intrapt of op een pad slaat,
rengt u de sensor ervan in
de war. Dat betekent dat
het pedaal/de pad niet
zoals verwacht reageert.
28
Voordat u eraan begint
4
5
6
Schakel nu de versterker, de luidsprekers e.d. in.
Zet alle GROUP FADERS op de maximumwaarde en stel vervolgens de gewenste [MASTER]- of [PHONES]-volumewaarde in.
Indien nodig, moet u op de [FADERS]-knop drukken om de “andere” functie van de
GROUP FADERS te kiezen.
Druk herhaaldelijk op de [PREVIEW]-knop terwijl u het volume van
de versterker, actieve luidsprekers e.d. op de gewenste waarde zet.
Als u met een hoofdtelefoon werkt, volstaat het dat u de [PHONES]regelaar naar wens instelt.
Als u bij het drukken op [PREVIEW] niets hoort…
Controleer dan even de volgende punten:
• Hebt u de GROUP FADERS op de minimumwaarde gezet?
Druk op de [FADERS]-knop om de “andere” functie van de Faders te kiezen en
stel een hoger volume in.
Als u met een hoofdtelefoon werkt:
• Hebt u de hoofdtelefoon op de juiste manier aangesloten?
• Hebt u de [PHONES]-regelaar helemaal naar links gedraaid?
Als u een externe versterker gebruikt:
• Hebt u de versterker op de MASTER OUTPUT-connectors aangesloten?
• Weet u zeker dat u de juiste ingangen van de versterker e.d. gekozen hebt?
• Is de kabel tussen de TD-8 en de versterker e.d. misschien beschadigd?
• Hebt u op de versterker de juiste signaalbron gekozen?
• Hebt u de [MASTER]-regelaar misschien helemaal naar links gedraaid?
De functie van de GROUP
FADERS kunt u met de
[FADERS]-knop instellen.
Zie ook blz. 19.
Eerste kennismaking
Uitschakelen
1
2
3
Zet het volume van de TD-8 en de overige apparaten op de minimumwaarde.
Schakel alle andere apparaten uit.
Druk op de [POWER]-knop om ook de TD-8 uit te schakelen.
29
Voordat u eraan begint
b
Luisteren naar de demosongs
De TD-8 bevat een demosong die u een indruk geeft van wat u allemaal met deze
module kunt doen. Meer bepaald zijn er vier delen, die u hetzij in z’n geheel (als
“medley”), hetzij afzonderlijk kunt beluisteren. De weergave van de demosongs
stopt niet automatisch. Vergeet dus niet op [PLAY/STOP] te drukken om de weergave weer te stoppen.
De drums van de demosongs (met uitzondering van “ANALOG”) zijn in Realtime ingespeeld. Hiervoor werd het TD-8-systeem zelf gebruikt
– dus geen toetseninstrument. Bovendien is er niets gequantiseerd.
6
1
4, 5
2
3
De volgende Drum Kits
worden in de demosongs
gebruikt: 2 “JazzFunk”
(voor FUSION), 3 “Hard
Rock” (voor ROCK),
“TR-808” (voor ANALOG),
63 “Jazz” (voor JAZZ)
OPGELET
Zelfs wanneer u de instelling van de [FADERS]knop wijzigt, verandert er
niets aan de instelling van
de GROUP FADERS. Het is
echter wel waarschijnlijk
dat de posities van de regelaars niet overeenkomen
met de volume-instellingen van de drumklanken.
21
Zie blz. 19 voor meer
1
Zet de GROUP FADERS [KICK]-, [SNARE]-, [HI-HAT]-, [TOMS]-,
details over de GROUP
FADERS.
[CYMBALS]-, [OTHERS]- en [BACKING]-regelaars op de maximumwaarde.
Druk op de [FADERS]-knop om de benodigde functie van de GROUP FADERS te
kiezen.
2
Houd [PATTERN]-ingedrukt, terwijl u op [SONG] drukt.
Het display beeldt nu de “DEMONSTRATION”-pagina af.
Het algemene volume van
de demosongs kunt u met
de [PHONES]- en [MASTER]-regelaar instellen.
Vóór starten van de weer-
gave kiest u het best een
etrekkelijk lage waarde.
Daarna kunt u de instelling dan geleidelijk aan verhogen.
30
Loading...
+ 152 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.