Roland TD-6V MIDI IMPLEMENTATION [nl]

Gebruikershandleiding

Gefeliciteerd met uw keuze voor de Roland Percussion Sound Module TD-6KV.

Lees, alvorens u dit apparaat in gebruik neemt, zorgvuldig de hoofdstukken “HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN” (p.2) en “BELANGRIJKE OPMERKINGEN” (p.4). Deze hoofdstukken bevatten belangrijke informatie omtrent correct gebruik van het apparaat. Echter, om uzelf ervan te verzekeren een goed inzicht in alle functies en mogelijkheden van uw nieuwe apparaat te verkrijgen, dient u de gehele handleiding te lezen. De handleiding dient onder handbereik als een praktisch naslagwerk te worden bewaard.

* Alle productnamen in deze handleiding zijn geregistreerde handelsmerken van de respectievelijke eigenaren.

202

Copyright © 2004 ROLAND CORPORATION

Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden gereproduceerd op welke wijze ook zonder de schriftelijke toestemming van ROLAND CORPORATION.

HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN

INSTRUCTIES OM BRAND, ELEKTRISCHE SCHOK OF LICHAMELIJK LETSEL TE VOORKOMEN

Over WAARSCHUWING en VOORZICHTIG opmerkingen

Wordt gebruikt bij instructies, waarbij

de gebruiker attent gemaakt wordt op WAARSCHUWING het risico van overlijden of zwaar letsel,

wanneer het apparaat niet op juiste wijze gebruikt wordt.

Wordt gebruikt bij instructies, waarbij de gebruiker attent gemaakt wordt op het risico van letsel of materiële schade, wanneer het apparaat niet op juiste

VOORZICHTIG wijze gebruikt wordt.

* Materiële schade verwijst naar schade of andere ongunstige effecten, die ten aanzien van het huis en al het aanwezige meubilair, en tevens aan huisdieren kunnen optreden.

Over de symbolen

Het symbool wijst de gebruiker op belangrijke instructies of waarschuwingen. De specifieke betekenis van het symbool wordt bepaald door het teken, dat zich binnen de driehoek bevindt. Het symbool, dat zich in dit geval aan de linkerkant bevindt, betekent dat dit teken voor algemene voorzorgsmaatregelen, waarschuwingen, of aanduidingen van gevaar wordt gebruikt.

Het symbool wijst de gebruiker op onderdelen, die nooit verplaatst mogen worden (verboden). De specifieke handeling, die niet uitgevoerd mag worden, wordt aangegeven door het symbool, dat zich binnen de cirkel bevindt. Het symbool, dat zich in dit geval aan de linkerkant bevindt, betekent dat het apparaat nooit uit elkaar gehaald mag worden.

Het wijst de gebruiker op onderdelen, die verwijderd moeten worden. De specifieke handeling, die uitgevoerd moet worden, wordt door het symbool binnen de cirkel aangegeven. Het symbool, dat zich in dit geval aan de linkerkant bevindt, geeft aan dat het netsnoer uit de daarvoor bestemde aansluiting getrokken moet worden.

NEEM ALTIJD HET VOLGENDE IN ACHT

WAARSCHUWING

• Lees, voordat u dit apparaat in gebruik neemt, eerst

de onderstaande instructies en de handleiding.

................................................................................................

• Open of wijzig (op welke wijze ook) dit apparaat of

de adapter niet.

................................................................................................

Probeer niet om het apparaat te repareren of inwendige onderdelen te vervangen (tenzij deze handleiding specifieke instructies geeft om dit wel te doen). Laat al het onderhoud over aan uw verkoper, het dichtstbijzijnde Roland Service Center of een erkend Roland dealer, zoals beschreven op de “Informatie” pagina.

................................................................................................

• Gebruik of stal het apparaat nooit op plaatsen die:

• Bloot staan aan extreme temperaturen (bijv., in direct zonlicht in een afgesloten voertuig, dichtbij een verwarmingsbuis, bovenop een warmte producerend apparaat); of waar

Dampvorming plaatsvindt (bijv., baden, wasruimtes, op natte vloeren); of die

Vochtig zijn; of die

Bloot staan aan regen; of die

Stoffig zijn; of die

Bloot staan aan zware trillingen.

................................................................................................

WAARSCHUWING

• Dit apparaat dient alleen gebruikt te worden met

een door Roland aanbevolen houder of standaard.

................................................................................................

• Als het apparaat gebuikt wordt met een door

Roland aanbevolen houder of standaard, moet de houder of standaard nauwkeurig geplaatst worden

, zodat deze recht en stabiel staat. Als u geen houder of standaard gebruikt, dient u echter ook een plaats uit te kiezen om het apparaat neer te zetten met een voldoende vlak oppervlak, dat het apparaat goed ondersteunt en wiebelen voorkomt.

................................................................................................

• Gebruik alleen de meegeleverde adapter.

Controleer ook of de netspanning overeen komt met de op de adapter weergegeven ingang-

spanning. Andere adapters kunnen een andere polariteit gebruiken of ontworpen zijn voor een ander voltage, wat kan leiden tot schade, onjuist functioneren of een elektrische schok.

................................................................................................

Buig of draai de stroomdraad niet extreem en plaats er geen zware dingen op. Dit kan schade veroorzaken aan het snoer en leiden tot zwakke plekken en kortsluiting. Beschadigde snoeren geven branden schokgevaar!

................................................................................................

2

WAARSCHUWING

Dit apparaat, zowel alleen als in combinatie met een versterker,een koptelefoon of speakers, kan geluidsniveaus produceren die permanente gehoorschade kunnen opleveren. Gebruik het daarom niet gedurende lange tijd op een hoog volumeniveau of op een niveau dat oncomfortabel is. Als u enige vorm van gehoorverlies of suizen in de oren ervaart, dient u onmiddellijk te stoppen met het gebruik van het apparaat en een audioloog te raadplegen.

................................................................................................

• Voorkom dat objecten (bijv., ontvlambaar materiaal, muntjes, spijkers) of vloeistoffen (water, frisdrank, etc) het apparaat binnendringen.

................................................................................................

• Schakel onmiddellijk de stroom uit, trek de adapter uit het stopcontact en raadpleeg uw verkoper, het dichtstbijzijnde Roland Service Center of een erkend Roland dealer, zoals beschreven op de “Informatie” pagina, als:

De adapter of de stroomdraad is beschadigd;

Rook of een vreemde geur ontstaat;

Objecten in of vloeistoffen over het apparaat zijn gevallen;

Het apparaat heeft blootgestaan aan regen (of op een andere manier nat is geworden);

Het apparaat niet normaal lijkt te werken of een typische functieverandering heeft ondergaan.

................................................................................................

• In een huishouden met kleine kinderen dient een volwassene toezicht te houden , totdat het kind in staat is alle regels te hanteren die essentieel zijn

voor veilig gebruik van het apparaat.

................................................................................................

• Om ongelukken te voorkomen mogen kinderen niet

in de buurt van het drumstel spelen.

................................................................................................

Bescherm het apparaat tegen zware stoten. (Laat het niet vallen!)

................................................................................................

Sluit het apparaat niet aan op een stopcontact, samen met overdreven veel andere apparaten. Wees vooral voorzichtig met verlengsnoeren - het gezamenlijke vermogen van alle, op het verlengsnoer aangesloten, apparaten mag nooit meer zijn dan het vermogensbereik (watt/ampère) van het verlengsnoer. Door overbelasting kan de draad warm worden en uiteindelijk doorbranden.

................................................................................................

• Raadpleeg, als u het apparaat in het buitenland wilt

gaan gebruiken, eerst uw verkoper, het dichtstbijzijnde Roland Service Center of een erkend Roland dealer, zoals beschreven op de “Informatie” pagina.

................................................................................................

WAARSCHUWING

• Het apparaat en de adapter dienen zo geplaatst te worden, dat geen belemmering van hun ventilatie optreedt.

................................................................................................

• Gebruik deze TD-3 alleen met een Roland

standaard. Het gebruik van andere standaards kan leiden tot instabiliteit en mogelijk letsel.

................................................................................................

• Pak altijd alleen de plug of de behuizing van de

adapter vast bij het inof uitpluggen in het apparaat of een stopcontact.

................................................................................................

• Haal met enige regelmaat de adapter uit het

stopcontact en reinig deze met een droge doek om zo alle stof en andere ophopingen uit de kieren te

vegen. Verwijder ook de stekker uit het stopcontact als het apparaat lange tijd niet gebruikt gaat worden. Iedere vorm van stofophoping tussen de stekker en het stopcontact kan resulteren in slechte isolatie en leiden tot brand.

................................................................................................

• Probeer te voorkomen dat snoeren en kabels in de

knoop raken. Ook dienen alle snoeren en kabels buiten het bereik van kinderen geplaatst te worden.

................................................................................................

Klim nooit bovenop het apparaat en plaats er geen zware dingen op.

................................................................................................

• Raak nooit de behuizing van de adapter of de stekkers aan met natte handen bij het inof uitpluggen in een stopcontact of dit apparaat.

................................................................................................

• Maak, alvorens u het apparaat verplaatst, de adapter en alle draden afkomstig van externe apparaten los.

Vraag iemand om hulp als u het drumstel wilt verplaatsen. Zorg bij het verplaatsen, dat het drumstel horizontaal blijft. Houd het drumstel stevig vast, zodat u zich niet kunt bezeren of het drumstel kunt beschadigen.

Controleer of de schroeven van het drumstel vastzitten. Maak ze anders alsnog vast.

................................................................................................

• Zet, voordat u het apparaat reinigt, de stroom uit en

haal de adapter uit het stopcontact (p. 22).

................................................................................................

• Haal de adapter uit het stopcontact als er onweer

wordt verwacht bij u in de omgeving.

................................................................................................

• Mocht u schroeven verwijderen bij het bevestigen

van de drumstandaard, zorg er dan voor dat u ze op een veilig plek legt, buiten het bereik van

kinderen, zodat ze niet per ongeluk ingeslikt kunnen worden.

................................................................................................

3

BELANGRIJKE OPMERKINGEN

Lees alstublieft het volgende als toevoeging op de onderwerpen onder “HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN” op pagina 2 -3:

Voedingsbron

Gebruik dit apparaat niet op hetzelfde stroomcircuit met een apparaat dat ruis zal genereren (zoals een elektrische motor of variabele lichtsystemen).

De adapter zal na langdurig opeenvolgend gebruik warmte genereren. Dit is normaal en niet zorgwekkend.

Zorg voor het aansluiten van dit apparaat op andere apparaten, dat alle stroomknoppen uit staan. Dit zal helpen defecten en/of beschadigingen aan speakers en andere apparaten te voorkomen.

Onderhoud

Gebruik voor het dagelijks schoonmaken van het apparaat een zacht, droog doekje of doekje dat licht vochtig is. Gebruik voor het verwijderen van hardnekkig vuil een doekje dat vochtig is gemaakt met een mild schoonmaakmiddel. Veeg het vervolgens goed droog met een zacht, droog doekje.

Gebruik ter vermijding van verkleuring of misvorming nooit benzine, verdunners, alcohol of oplosmiddelen.

Plaatsing

Het gebruik van dit apparaat in de buurt van versterkers (of andere benodigdheden, die grote stroom transformators bevatten) kan een brom veroorzaken. Verander ter verlichting van dit probleem de positie van dit apparaat of verplaats het apparaat verder weg van de bron.

Bij het gebruik van draadloze communicatiesystemen in de nabijheid van dit apparaat, zoals mobiele telefoons, kan er ruis geproduceerd worden. Dit geruis zou kunnen voorkomen bij het ontvangen of inzetten van een telefoongesprek of tijdens een telefoongesprek. Mocht u zulke problemen ondervinden, zult het draadloze toestel verder van dit apparaat moeten verplaatsen of uitzetten.

Stel dit apparaat niet bloot aan direct zonlicht, plaats het niet bij hittegenerende apparaten, laat het niet in een gesloten voertuig achter en onderwerp het niet aan hoge temperaturen. Overmatige hitte kan het apparaat misvormen of verkleuren.

Bij het verplaatsen van het apparaat van locatie, waar de temperatuur en/of vochtigheid veel verschilt, kan er zich condens aan de binnenkant vormen. Beschadiging of defecten kunnen ontstaan, mocht u in deze conditie het apparaat gebruiken. Mocht er condens optreden, laat het apparaat dan enkele uren staan tot de condens volledig is verdampt.

Laat geen rubber, vinyl of andere gelijksoortige materialen voor langere tijd op het apparaat liggen. Zulke objecten kunnen het uiterlijk verkleuren of nadelig aantasten.

Gebruik dit apparaat niet in een natte omgeving, zoals een omgeving, die blootstaat aan regen of andere vochtigheid. Dit ter voorkoming van defecten.

Leg niets wat water bevat (bijv. een bloemenvaas) op het apparaat. Vermijd tevens het gebruik van insecticiden, parfums, alcohol, nagellak, spuitbussen, etc, bij het apparaat. Verwijder vloeistof dat op het apparaat is gemorst voorzichtig met een droog doekje.

Reparatie en data

Wees er van bewust, dat alle data in het geheugen van het apparaat verloren kan gaan als het apparaat wordt weggebracht voor reparatie. Belangrijke data moet u altijd als back-up opslaan in een ander MIDI apparaat (bijv. een sequencer) of schrijf het ergens op (als dat mogelijk is). Tijdens reparatie wordt er voorzichtig omgegaan met de data om verlies ervan te vermijden. Het kan echter zijn, dat in sommige gevallen (zoals bij defect aan het circuit gerelateerd aan het geheugen) het niet meer mogelijk is dat de data in het geheugen bewaard blijft Roland neemt bij dit soort verlies van data geen verantwoordelijkheid.

Geheugen back-up

Dit apparaat bevat een batterij dat het geheugen circuit van het apparaat voedt als de stroom uitstaat. Als de batterij zwak wordt, zal het onderstaande bericht in het scherm verschijnen. Vervang bij het zien van dit bericht zo spoedig mogelijk de batterij om het verlies van data in het geheugen te voorkomen. Om de batterij vervangen, kunt u een muziekwinkel raadplegen of het dichtstbijzijnde Roland Service Center of een officiële Roland distributeur, die aangegeven staan op de toegevoegde “Informatie” kaart.

4

Aanvullende voorzorgsmaatregelen

Wees ervan bewust, dat de gegevens in het geheugen onherroepelijk verloren kunnen gaan bij defecten of bij onjuist gebruik van dit apparaat. Maak ter bescherming van het verliezen van data regelmatig een back-up in een ander MIDI apparaat (bijv. een sequencer) van belangrijke data, die u in het geheugen van het apparaat heeft opgeslagen.

Helaas kan het onmogelijk zijn om data vanuit een ander MIDI apparaat te herstellen, als het al is verloren. Roland Corporation neemt hiervoor geen verantwoordelijkheid.

Wees zorgvuldig bij het gebruik van de knoppen, schuiven en ander controllers en bij het gebruik van de aansluitingen en de snoeren. Grof gebruik kan defecten veroorzaken.

Druk nooit hard op het scherm.

Gebruik bij het aansluiten of loskoppelen van snoeren altijd de plug. Trek nooit aan de kabel. Op deze manier zult u defecten aan de kabel weten te voorkomen.

Gebruik het apparaat op redelijke volume instellingen, zodat uw buren geen last van u hebben. U zou kunnen overwegen een koptelefoon te gebruiken, zodat u geen zorgen hoeft te maken met degenen om u heen (zeker ’s avonds laat).

Geluidsvibraties kunnen door vloeren en muren meer overlast veroorzaken dan u denkt. Zorg ervoor dat het de buren niet stoort. Hoewel de drumpads en pedalen zo zijn gemaakt, dat ze zo min mogelijk geluid maken wanneer ze vast zitten, kan rubber meer geluid maken dan gaas. U kunt bijgeluiden van de pads effectief verminderen door over te stappen op gaasvellen.

Gebruik bij het vervoeren van het apparaat de doos (inclusief het vulkussen) waar het in zat. Gebruik anders gelijksoortig verpakkingsmateriaal.

Gebruik Roland kabels bij het maken van de verbinding. Mocht u andere kabels gebruiken, let dan alstublieft op de volgende voorzorgsmaatregelen.

Sommige kabels gebruiken weerstanden. Gebruik deze kabels niet. Het gebruik van kabels met weerstanden kan ervoor zorgen, dat het geluidsvolume extreem laag is of zelfs onmogelijk te horen is. Voor informatie over kabelspecificaties neem contact op met de fabrikant van de desbetreffende kabel.

5

Inhoud

HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN.....................

4

BELANGRIJKE OPMERKINGEN...............................................................

6

Inhoud.......................................................................................................

12

Kenmerken...............................................................................................

12

Hoe deze handleiding te gebruiken .......................................................

14

Samenstelling van deze handleiding.....................................................................................

14

Termen gebruikt in deze handleiding ....................................................................................

14

Instellingsgids ................................................

15

Paneelbeschrijving..................................................................................

16

Voorpaneel ............................................................................................................................

16

Achterpaneel .........................................................................................................................

18

Het maken van instellingen ....................................................................

19

Het plaatsen van de TD-6V op de standaard ........................................................................

19

Het aansluiten van de pads en de pedalen ...........................................................................

20

Het aansluiten van twee pads aan de trigger ingangen 5/6 (TOM2/AUX)

 

en 7/8 (TOM3/4) ..................................................................................................................

21

Het aansluiten van koptelefoon, audio-apparatuur, versterkers en andere apparaten .........

22

Aan/uitzetten van de stroom ..................................................................

23

Het uitzetten van de stroom ..................................................................................................

24

Herstel van fabrieksinstellingen (Factory Reset) .................................

25

Luisteren naar de demo songs ..............................................................

27

Selecteren van pad type .........................................................................

29

Aanpassen van de padgevoeligheid......................................................

31

Over de pads............................................................................................

33

Trigger ingangen van pads die u kunt gebruiken ..................................................................

33

Trigger ingang functies.........................................................................................................

33

Combinaties tussen pad en trigger type ............................................................................

34

Aan te raden parameters voor de pads ..............................................................................

35

Spelen op de pads ................................................................................................................

36

Head-shots en rim-shots op de pads ..................................................................................

36

Cross-stick...............................................................................................................................

36

Bekken bow-shots/edge-shots/bell-shots .........................................................................

37

Cymbal choke.........................................................................................................................

38

Hi-hat bedieningspedaal........................................................................................................

38

6

 

 

Inhoud

Snelle start.....................................................

 

39

Kiezen van een drumkit ..........................................................................

 

40

Spelen met de metronoom/Click............................................................

 

41

Aanen uitzetten van de click ...............................................................................................

 

41

Regelen van het click volume (level).....................................................................................

 

42

Regelen van het click tempo .................................................................................................

 

43

Meespelen met songs .............................................................................

 

44

Het kiezen en afspelen van een song ...................................................................................

 

44

Kiezen van een song..............................................................................................................

 

44

Afspelen van een song ..........................................................................................................

 

45

Regelen van het songvolume................................................................................................

 

46

Instellen van het begeleidingsvolume (melodische instrumenten) ...............................

46

Instellen van volume van de drums en percussie. ...........................................................

 

46

Tijdelijk veranderen van het tempo van een song.................................................................

 

47

Dempen van de voorgeprogrammeerde drums in songs ......................................................

 

48

Gebruik van de pads om songs af te spelen ........................................

 

50

Meespelen met CD, Cassette of MD (met gebruik van de

 

MIX IN ingang)..........................................................................................

 

51

Het gebruik van de TD-6V als een General MIDI geluidsmodule ........

52

Gevorderd gebruik ........................................

 

53

Hoofdstuk 1 Het creëren van je eigen drumkit (Kit Edit) .....................

54

Over drumkits en het drumkit scherm....................................................................................

 

54

Over de drumkits ..................................................................................................................

 

54

Over het drumkit scherm .....................................................................................................

 

55

Het kiezen van een drumkit ...................................................

(Drum Kit)..............................

55

Kiezen van een pad om te bewerken ....................................................................................

 

55

Kiezen van een pad door het aan te slaan..........................................................................

 

55

Kiezen op de TD-6V ..............................................................................................................

 

56

Notatie gebruikt in het scherm...............................................................................................

 

56

Hulpvolle bewerkfuncties.......................................................................................................

 

56

Luisteren naar een INST (Instrument) verbonden aan

 

 

een pad ...............................................................................

(Preview) ..................................

56

Vastzetten van het instellingenscherm, onderwijl

 

 

het bewerken van

 

 

een instrument .................................................................

(Note Chase) ............................

57

Kiezen van een instrument....................................................................................................

 

57

Over de instrumenten ...........................................................................................................

 

57

Kiezen uit de groep namen ............................................

(Inst Group)..............................

57

Kiezen van een instrument .............................................

(Inst) ..........................................

58

IInstrumentinstellingen ..........................................................

(INST)....................................

58

7

Inhoud

 

 

Veranderen van het volume van een pad ....................

(Level) .......................................

59

Instellen van pan positie .................................................

Pan)............................................

59

Aanpassen van de toonhoogte ( .....................................

Pitch) .........................................

59

Aanpassen van decay (lengte van het geluid) .............

(Decay) ......................................

59

Ambiance instellingen ...........................................................

(AMBIENCE) .........................

60

Ambiance aan/uitzetten .................................................

(Ambience switch) ..................

60

Ambience Sw ....................................................................

(Ambience Switch): off, on.....

60

Kies een locatie waar de drums gespeeld wordt ........

(Studio Type) ...........................

60

Verander van muur materiaal .......................................

(Wall Type)...............................

61

Stel de kamergrootte vast ...............................................

(Room Size) ..............................

61

Overall ambiance van het gehele drumstel aanpassen (Ambience Level)....................

61

Equalizer instellingen ( ...........................................................

EQUALIZER).........................

62

Equalizer aan/uitzetten ..................................................

(Master equalizer switch).......

62

Aanpassen van het geluid ..............................................

(high gain, low gain)...............

62

Instellingen voor verschillende functies .................................

(CONTROL) ..........................

62

Afspelen van een song door het aanslaan van een pad ..

(Pad Pattern)...............................

63

Bedien het “Level” het Pattern door dynamisch te

 

 

spelen ( ...............................................................................

Pad Pattern Velocity) ..............

63

Pitch control met het hi-hat bedieningspedaal

 

 

aan/uit voor elke pad .....................................................

(Pitch Control Assign) ............

64

MIDI nootnummer voor elke pad .................................

(Note Number) ........................

64

MIDI gate tijd voor elke pad ...........................................

(Gate Time)...............................

65

Algemene drumkit instellingen ..............................................

(COMMON) ...........................

66

Algemeen drumkit volume ............................................

(Master Volume)......................

66

Aanpassen van het volume van het hi-hat

 

 

pedaal geluid ....................................................................

(Pedal Hi-hat Volume) ...........

66

Instellen van het toonhoogte bereik met het hi-hat

 

 

bedieningspedaal .............................................................

(Pedal pitch control range) ....

66

Benoemen van de drumkit (............................................

Kit Name) .................................

67

Kopiëren van een drumkit .....................................................

(COPY)..................................

67

Herstellen van fabrieksinstellingen voor een bewerkte drumkit ...................................

68

Drumkit kopieer functie .......................................................................................................

 

68

Factory reset functie ..............................................................................................................

 

68

Veranderen van volgorde van drumkits .................................

(EXCHANGE)........................

68

Hoofdstuk 2 Het maken van pad en trigger

 

 

instellingen ...........................................................

(SETUP/TRIG)..........

69

Over het scherm....................................................................................................................

 

69

Notatie gebruikt in het scherm ............................................................................................

 

69

Over de ingang indicator......................................................................................................

 

69

Selecteren van pad type ........................................................

(Trigger type).........................

69

Instelling van pad gevoeligheid en andere instellingen .........

(TRIGGER BASIC)................

71

Aanpassen van de pad gevoeligheid ............................

(Sensitivity) ..............................

71

Instellen van de minimale niveaus voor de pads .......

(Threshold) ...............................

72

Volume veranderingen door dynamisch spel .............

(Trigger Curve)........................

72

Elimineer crosstalk tussen pads ....................................

(Crosstalk Cancel) ...................

73

Fijn afstellingvan de trigger parameter instellingen ...............

(TRIGGER ADVANCED) ......

73

Aanpassen van het triggersignaal detectietijd ............

(Scan Time)...............................

74

Detecteren van triggersignaal verzwakking en annuleren van

 

incorrecte triggering ........................................................

(Retrigger Cancel) ...................

74

8

 

 

Inhoud

Voorkomen van dubbel triggeren .................................

(Mask Time) .............................

74

Instellen van randgevoeligheid op de PD-80R, PD-105, PD-120

 

en PD-125 (.........................................................................

Rim Sens) ..................................

75

Gebruiken van de TD-6V met akoestische triggers...............................................................

 

75

Hoofdstuk 3 Algemene instellingen voor de TD-6V ...

(SETUP/UTILITY,

 

 

Factory Reset).........

76

Maken van de algemene instellingen ....................................

(UTILITY) ..............................

76

Schermcontrast aanpassing ............................................

(LCD Contrast) ........................

76

Percussiepartij volumeregeling (....................................

Percussion Part Level) ............

76

Volumeregeling achtergrond–instrumenten ...............

(Backing Level) ........................

76

Dempen van partijen in een song ..................................

(Mute)........................................

77

Tuning the TD-6V (...........................................................

Master Tune) ............................

77

Preview Volume Control ................................................

(Preview Velocity)...................

77

Controleren van de resterende hoeveelheid geheugen .....

(Available Memory) ....................

78

Herstellen van de fabrieksinstellingen ...................................

(Factory Reset) .....................

78

Hoofdstuk 4 Instellen van de metronoom .........

(Click Edit)...............

79

Aan/uitzetten van de klik .......................................................

(Click) ....................................

79

Tempo aanpassing ................................................................

(Tempo).................................

79

Instellen van de klank van de klik.........................................................................................

 

79

Volumeregeling ...............................................................

(Click Level) .............................

79

Instellen van maatsoort ...................................................

(Time Signature) ......................

80

Instellen van interval .......................................................

(Interval) ...................................

80

Klikgeluid selecteren .......................................................

(Inst) ..........................................

80

Stereo Position ..................................................................

(Pan) ..........................................

80

Toevoegen van een tel voor het afspelen of opnemen ...

(Play Count In, Rec Count In) . 80

Hoofdstuk 5 Bewerken van songs ....................

(SONG Edit).............

81

Over songs en het song scherm ...........................................................................................

 

81

Over songs ..............................................................................................................................

 

81

Over het song scherm ...........................................................................................................

 

82

Kiezen van een song.............................................................................................................

 

83

Kiezen vanuit een categorie ...........................................

(Song Category) .......................

83

Kiezen van een song .......................................................

(Song) ........................................

83

Afspelen van een song..........................................................................................................

 

83

Handige functies voor het afspelen ....................................................................................

 

83

Aanpassen van het songvolume ...........................................................................................

 

84

Dempen van een geselecteerde partij ...................................

(Part Mute) ............................

84

Algemene songinstellingen ...................................................

(COMMON) ...........................

85

Instellen van het tempo ..................................................

(Tempo) ....................................

85

Selecteren, hoe de song wordt afgespeeld

 

 

(LOOP, 1SHOT, TAP) .....................................................

(Play Type) ...............................

85

Afspelen van de song vanaf de eerste

 

 

noot/gebeurtenis .............................................................

(Quick Play) .............................

86

Tijd opnieuw zetten bij het gebruik van

 

 

Tap Playback ....................................................................

(Reset Time) .............................

86

Voorkomen van het stapelen van geluiden in

 

 

Tap Playback ....................................................................

(Tap Exclusive Switch) ...........

86

Beschermen van User songinstellingen ........................

(Song Lock) ..............................

86

Benoemen van een song .................................................

(Song Name) ............................

87

9

Inhoud

 

 

Partij instellingen ...................................................................

(PART) ..................................

87

Kiezen van een percussieset en instrumenten .............

(Percussion Set, Inst)...............

88

Regelen van het partijvolume ........................................

(Level) .......................................

88

Bepalen van de stereo positie .........................................

(Pan) ..........................................

89

Bepalen van de hoeveelheid ambiance .........................

(Ambiance Send Level) ..........

89

Bepalen van het bend bereik ..........................................

(Bend Range)............................

89

Kopiëren van een song .........................................................

(COPY)..................................

89

Deleten van een song ...........................................................

(DELETE)..............................

90

Wissen van uitvoeringsdata in een song................................

(ERASE)................................

91

Hoofdstuk 6 Opnemen van een song ...................

(Realtime Recording)..

92

Voorbereiding voor opname................................................................................................

 

92

Bij het opnemen van pad uitvoeringen ..............................................................................

 

92

Uitvoeringen opnemen via externe MIDI apparaten .......................................................

 

92

Hoe op te nemen ...................................................................

(RECORDING STANDBY)....

93

Instellen van de maatsoort .............................................

(Time Signature) ......................

93

Instellen van het aantal maten .......................................

(Length) ....................................

93

Instellen van het song tempo .........................................

(Tempo) ....................................

93

Quantize tijdens het opnemen .......................................

(Quantize).................................

94

Selecteren van de opnamemanier (

 

 

Loop all, loop1, loop2, replace) ......................................

(Recording Mode) ...................

94

Opname starten met een pad of pedaaltrigger ...........

(Hit Pad Start) ..........................

94

Hoofdstuk 7 Maken van MIDI instellingen .........

(SETUP/MIDI,

 

 

BULK DUMP)...........

95

Over MIDI ..............................................................................................................................

 

95

MIDI aansluiting....................................................................................................................

 

95

MIDI kanalen en meerstemmige geluidsmodules............................................................

 

95

Hoe de interne sequencer werkt..........................................................................................

 

96

Maken van MIDI instellingen .................................................

(MIDI COMMON) ..................

96

Automatisch wisselen van instellingsschermen van

 

 

instrumenten ....................................................................

(Note Chase) ............................

97

Bij het gebruik als MIDI regelaar voor een extern

 

 

MIDI apparaat .................................................................

(Local Control).........................

97

Synchroniseren met een extern MIDI apparaat ..........

(Sync Mode) .............................

98

Prioriteit instellen voor het bespelen van drums

 

 

en percussie ......................................................................

(Channel 10 Priority) ..............

98

Data reductie van het hi-hat bedieningspedaal ..........

(Pedal Data Thin) ....................

99

Wissel naar de GM (General MIDI) modus .................

(GM Mode)...............................

99

Voorkomen dat de TD-6V naar GM (General MIDI)

 

 

modus wisselt ...................................................................

(Rx GM ON) ...........................

100

Mixen van in MIDI IN binnenkomende MIDI signalen

 

met realtime uitvoeringen op de pads ..........................

(Soft Thru) ..............................

100

Stel het apparaat ID in ....................................................

(Device ID) .............................

101

Instellen van de TD-6V, zodat programmaveranderingen

 

niet verzonden worden ...................................................

(Tx PC Sw)..............................

101

Instellen van de TD-6V, zodat programmaveranderingen niet

 

worden ontvangen ..........................................................

(Rx PC Sw)..............................

101

MIDI kanaalinstellingen voor een partij .................................

(MIDI PART)........................

102

Stopfunctie voor MIDI berichten voor specifieke partijen in GM

 

(General MIDI) modus ...........................................................

(GM PART) .........................

102

10

 

 

Inhoud

Opslaan van data op een extern MIDI apparaat ...................

(BULK DUMP).....................

103

Terugkeren van opgeslagen data naar de TD-6V ...........................................................

 

104

Datacompatibiliteit tussen de TD-6 en de TD-6V ...........................................................

 

104

Hoofdstuk 8 Gebruik van MIDI en instelling voorbeelden.................

105

Over het verzenden/ontvangen van programmaveranderingen..........................................

105

Triggeren van een extern geluidsapparaat door het bespelen van de TD-6V.....................

105

Combineren met een externe MIDI sequencer ...................................................................

 

106

Importeren van sequencedata van een extern MIDI apparaat naar

 

de interne sequencer van de TD-6V..................................................................................

 

106

Uw uitvoering op een externe sequencer opnemen .......................................................

 

106

Gebruik van de TD-6V als geluidsmodule...........................................................................

 

107

Appendix .....................................................

 

109

Probleemoplosser .................................................................................

 

110

Geen geluid .........................................................................................................................

 

110

Geen geluid/laag volume van het apparaat aangesloten op de MIX IN ingang ..................

112

Drumkit klinkt niet zoals bedoeld.........................................................................................

 

113

Pad klinkt niet zoals bedoeld...............................................................................................

 

113

Song klinkt niet zoals bedoeld.............................................................................................

 

114

Geluid is vervormd ..............................................................................................................

 

114

Problemen met bedienen van de TD-6V .............................................................................

 

115

Scherm is te licht of te donker .............................................................................................

 

115

Berichten en foutmeldingen.................................................................

 

116

Systeem en batterij foutmeldingen ......................................................................................

 

116

Berichten en foutmeldingen met betrekking tot sequencers en songs................................

116

Berichten en foutmeldingen met betrekking tot MIDI ..........................................................

 

117

Drum Kit lijst ..........................................................................................

 

118

Drum onderdelen lijst............................................................................

 

120

Percussie lijst ........................................................................................

 

124

Achtergrondinstrumenten lijst.............................................................

 

126

Voorgeprogrammeerde nummer lijst ..................................................

 

128

Parameter lijst........................................................................................

 

130

MIDI Implementatiekaart .......................................................................

 

135

TD-6V Block Diagram............................................................................

 

138

Specificaties ..........................................................................................

 

139

Index .......................................................................................................

 

140

11

Kenmerken

Volledig palet van interne geluiden voor alle gebruiken, van de oefenruimte tot aan live optredens

Bevat 99 verschillende Drumkits

U kunt onmiddellijk beginnen te spelen op één van de vele drumkits, door er een te selecteren. Deze kits zijn te gebruiken in vele verschillende situaties, van de oefenruimte tot aan live optredens.

1024 Drum instrumenten

U kunt verschillende drum instrumenten uit verschillende muzikale genres combineren om zo uw eigen originele drumkit samen te stellen

170 Verschillende Preset songs

Om meteen met oefenen te beginnen, hoeft u alleen maar een Preset song te selecteren. Vervolgens kunt u de drumpartij spelen door eenvoudig de drumpartij van de Preset song te dempen. U kunt tevens 100 interne songs gebruiken voor het opnemen van uw eigen drumpartij (User songs).

262 Begeleidingsinstrumenten

De TD-6V’s overvloed aan begeleidingsinstrumenten staan u toe op te nemen in een uiteenlopende reeks van muzikale genres.

Klankrijke expressie

Compatible met V-PAD gaasvellen

Roland’s V-PAD gaasvellen, die bekend staan om hun natuurlijke drumgevoel, kunnen worden gebruikt met de TD-6V en zijn tevens compatible met de dual tom trigger.

Crossstick techniek beschikbaar (p.36)

Speel Rim-shots (p.36), Cymbal-edge-shots (p.37) en gebruik Cymbal-choking (p.38)

Toonhoogte bediening beschikbaar met het hi-hat

bedieningspedaal (p.64)

U kunt het hi-hat bedieningspedaal gebruiken om de toonhoogte van de pad instrumenten te veranderen.

Compatible met dual tom triggers

12

Kenmerken

Functie en bediening uitstekend voor live optredens

Flattop ontwerp voor goed zicht

Knoppen lichten op voor makkelijke bediening, zelfs op het podium

Grote [+] en [-] knoppen, die zelfs met drumsticks bediend kunnen worden

Gemakkelijke functies voor het oefenen

Bevat metronoom (Click) (p.79)

Bevat Part Mute functie voor het dempen van specifieke stukken tijdens het spelen met Preset songs (p.48, p.77)

Uitbreidingsmogelijkheden/compatibiliteit

Tevens compatible met

Pads (PD-6, PD-7, PD-80, PD-80R, PD-100, PD-120) Bekkens (CY-6, CY-12H, CY-12R/C, CY-14C, CY-15R)

Kick trigger apparaten (KD-7, KD-80, KD-120) Hi-Hat bedieningspedalen (FD-7, FD-8)

Gebruik de TD-6V als een MIDI sound module met een externe sequencer (p.106)

Ondersteund General MIDI (p.52, p.99)

De TD-6V heeft een GM functie, die GM partituren kan afspelen.

Deze modus bevat een functie, die u toestaat tot het dempen van geluid van een specifiek gedeelte tijdens het afspelen van GM partituren. Dit is zeer handig voor gebruik met oefenen en meespelen.

General MIDI () System

General MIDI bestaat uit een set instructies en voorstellen om de beperkingen van eigen ontwerp tegen te gaan, en de MIDI mogelijkheden van geluidsgeneratoren te standariseren. Alle geluid genererende apparaten en muziek Files, aangepast aan General MIDI zijn van dit logo () voorzien.

Om dezelfde muzikale uitvoering op een apparaat uit te voeren met het General MIDI logo is dan mogelijk.

13

Hoe deze handleiding te gebruiken

Samenstelling van deze handleiding

Deze gebruikershandleiding is als volgt samengesteld:

Instellingsgids (p.15)

Dit gedeelte legt, voor diegenen die de TD-6V voor het eerst gebruiken, uit welke voorbereidingen er nodig zijn voor het spelen, inclusief hoe de standaarden op te zetten, pad instellingen te maken en de stroom van de TD-6V aan te zetten. Tevens bevat dit gedeelte uitleg over hoe de TD-6V te combineren met andere optionele pads voor optimaal gebruik van de functies van de TD-6V.

Snelle start (p.39)

Dit gedeelte bevat uitleg over het spelen met de talrijke interne drumkits en Preset songs.

Gevorderd gebruik (p.5 9)

De TD-6V staat u toe van favoriete drumkits nieuwe drumkits te creëren en songs te schrijven uit het opgenomen materiaal, dat u heeft ingespeeld. Dit gedeelte bevalt gedetailleerde uitleg van alle TD-6V functies.

Hoofdstuk 1 Functies voor het creëren van drumkits (p.54)

Hier staan de instellingen voor het creëren van geluiden.

Hoofdstuk 2 Functies voor het juist gebruiken van de pads (p.69)

Hier worden de instellingen beschreven, die nodig zijn om de creativiteit uit de TD-6V en de pads te halen.

Hoofdstuk 3 TD-6V instellingen (p.76)

Dit gedeelte bevat instellingen als scherm contrast en song volume, die voor de TD-6V in het algemeen gelden.

Hoofdstukken 4-6 Het gebruik van de sequencer en gerelateerde functies (p.79)

Hier vindt u instellingen voor zowel metronoom instellingen als song uitvoeringen, opnames, bewerking en andere instellingen voor sequencers.

Hoofstukken 7-8 MIDI instellingen en voorbeelden, hoe MIDI gebruikt wordt (p.95)

Dit hoofdstuk legt uit, hoe u MIDI gebruikt, zowel voor het opslaan van data naar een extern apparaat als voor het gebruiken van de TD-6V als General MIDI geluidsmodule.

Appendix (p.109)

Mocht u tegen problemen aanlopen, raadpleeg dan “Probleemoplosser” om er zeker van te zijn, dat de instellingen juist zijn. Als er

tijdens gebruik een foutmelding verschijnt, raadpleeg dan “Berichten en foutmeldingen” en neem dan de gepaste maatregelen. Dit gedeelte biedt u ook verschillende lijsten en de MIDI implementatiekaarten.

Termen gebruikt in deze handleiding

Knopnamen staan tussen vierkante haken “ [ ]” , zoals de [KIT] knop.

(p.**) indiceert naar een pagina.

Stappen in handelingen kunnen als volgt verkort worden.

[KIT] [EDIT]

1.Druk op [KIT]

2.Druk op [EDIT]

[SHIFT] + [KIT]

1.Houd [SHIFT] ingedrukt en druk vervolgens op [KIT]

De functies van sommige knoppen, zoals [EDIT (SETUP)], veranderen als [SHIFT] ingedrukt wordt gehouden. De functie, die vrij komt als [SHIFT] ingedrukt wordt gehouden, verschijnt tussen haakjes.

Symbolen, die verschijnen aan het begin van zinnen in de handleiding, hebben de volgende betekenissen.

Dit indiceert een waarschuwende aantekening.

Zorg dat u deze leest.

Dit zijn memo’s die informatie bevatten omtrent instellingen en functies. Lees dit als het nodig is.

Dit zijn nuttige hints voor het gebruik. Lees dit als het nodig is.

Deze verwijst naar informatie. Lees dit als het nodig is.

Dit zijn beschrijvingen van terminologie. Lees dit als het nodig is.

*De uitleg in deze handleiding bevat illustraties, die laten zien wat het scherm zou moeten weergeven. Het kan zijn, dat het apparaat een nieuwere, verbeterde versie van het systeem bevat (bv. nieuwere geluiden). Daardoor zou het kunnen zijn, dat er een verschil is tussen wat er op uw scherm staat en wat de handleiding laat zien.

14

Instellingsgids

Instellingsgids

15

Paneelbeschrijving

Voorpaneel

Scherm

Het scherm geeft informatie weer, zoals de drumkit naam, song naam, instellingen, etc.

VOLUME knop

Regelt het volume van de TD-6V (p.24). Zelfs als er een koptelefoon is aangesloten, zal er geluid worden komen uit de verschillende uitgangen.

Sequencer gedeelte

CLICK (TEMPO) knop

Zet de klik aan/uit (p.41).

Wanneer u de [SHIFT] knop ingedrukt houdt, en vervolgens op de [CLICK(TEMPO)] drukt, zullen de tempo instellingen in het scherm verschijnen (p.43, p.47).

REC knop

Roept het opname-instellingen scherm op (Stand-by opnemen; p.93).

STOP knop

Stop het afspelen van een song (p.45). Wanneer u dit indrukt nadat de song gestopt is, dan zal de song terugkeren naar het begin.

PLAYknop

Weergave van de song (p.45).

Begint met opnemen nadat hij ingedrukt is in de TD-6V stand-by opname modus (p.93).

PART MUTE knop

Dempt het geluid van bepaalde partijen (p.48).

16

SONG knop

Roept het basis songinstellingen scherm op (p.82).

KIT knop

Roept het basis drumkitinstellingen scherm op (p.55).

SHIFT knop

Wordt in combinatie met andere knoppen gebruikt.

Gebruik

 

Functie

 

 

 

 

 

[SHIFT] + [KIT]

Geeft een preview van het

 

 

 

 

 

 

geluid van het instrument, dat

 

 

 

 

 

 

is toegewezen aan de

 

 

 

 

 

 

geselecteerde pad (Preview;

 

 

 

 

 

 

p.56)

 

 

 

 

 

 

[SHIFT] +

 

• Selecteert de trigger input

[

 

], [

 

 

]

(Trigger Selectie; p.56)

 

 

 

 

 

 

 

• Voegt toe en verwijdert

 

 

 

 

 

 

tekens bij het instellen van

 

 

 

 

 

 

drumkit namen en song

 

 

 

 

 

 

namen (p.67, p.87)

[SHIFT] +

 

Geeft het tempo-instellingen

[CLICK (TEMPO)]

scherm weer (p.43, p.47)

[SHIFT] +

 

Voor het algemeen instellen

[EDIT (SETUP)]

van de TD-6V (Instellen; p.69,

 

 

 

 

 

 

p.76, p.92)

 

 

 

 

 

[SHIFT] + [SONG]

Geeft het volume-instellingen

 

 

 

 

 

 

scherm weer voor

 

 

 

 

 

 

begeleidingsinstrument

 

 

 

 

 

 

(melodische en andere

 

 

 

 

 

 

instrumenten) (p.46)

[SHIFT] +

 

Terwijl de song aan het

[PLAY

]

afspelen is, lichten de

 

 

 

 

 

 

knoppen, die corresponderen

 

 

 

 

 

 

aan de percussie pad drum

 

 

 

 

 

 

geluiden, op.

[SHIFT] +

 

Springt naar songs, die nog

[STOP

 

 

]

niet zijn gebruikt (new User

 

 

 

 

 

 

 

songs) (p.92)

 

 

 

 

 

 

[SHIFT] +

 

Geeft het instellingenscherm

[PART MUTE]

weer voor het dempen van

 

 

 

 

 

 

partijen (p.77)

 

 

 

 

 

 

[SHIFT] +

 

• Voor het maken van meer-

[+], [-]

 

 

 

der veranderingen tegelijk

 

 

 

 

 

 

in waardes en instellingen

 

 

 

 

 

 

• Verandert instrumenten-

 

 

 

 

 

 

groepen en songcatego-

 

 

 

 

 

 

rieën (p.57, p.83)

 

 

 

 

 

 

• Verandert van hoofdlet-

 

 

 

 

 

 

ters, kleine letters en sym-

 

 

 

 

 

 

bolen bij het instellen van

 

 

 

 

 

 

drumkit namen en song

 

 

 

 

 

 

namen (p.67, p.87)

 

 

 

 

 

 

 

Paneelbeschrijving

Bewerkingsgedeelte

• EXIT knop

 

Gaat terug naar het vorige scherm. Wanneer

Instellingsgids

deze knop een aantal keer wordt ingedrukt,

 

gaat het scherm terug naar het Drum Kit

 

scherm of het Song scherm.

 

, knop

Veranderen van scherm, als deze knoppen worden ingedrukt als het scherm “ ” of “ ” laat zien.

U kunt de trigger input selecteren door de [SHIFT] knop ingedrukt te houden, en vervolgens op [[ ] of [ ] te drukken (p.56).

In het SONG scherm kunt u per maat terugspoelen en vooruitspoelen. U kunt een drumkit selecteren in het KIT scherm.

EDIT(SETUP) knop

Geeft het drumkit,- of songinstellingen scherm weer. Met het ingedrukt houden van de [SHIFT] knop en het drukken op de [EDIT(SETUP)] knop kunt u algemene instellingen voor de TD-6V instellen.

ENTER knop

Wisselt van scherm als hierop wordt gedrukt als “ ” in het scherm staat.

+ (Verhoging) knop,

- (Vermindering) knop

Deze worden gebruikt om te wisselen van drumkits en songs, en voor het aanmaken van waarde instellingen.

Door het drukken op de [+] knop verhoogt de waarde, door de [-] knop vermindert de waarde.

Bij het maken van een aan/uit instelling, zal [+] de instellingen aanzetten en [-] de instelling uitzetten.

Als [SHIFT] ingedrukt wordt gehouden, en er op [+] of [-] wordt gedrukt, zullen de instellingswaarden verhoogd of verminderd worden.

Als [+] ingedrukt wordt gehouden, en er vervolgens op [-] wordt gedrukt, zullen instellingen versneld vergroten. Als [DEC/+] wordt ingehouden, en vervolgens op [-] wordt gedrukt, zullen de instellingen versneld verminderen.

17

Paneelbeschrijving

Achterpaneel

POWER knop

Schakelt de stroom aan/uit (p.23).

Snoer bevestiging

Bevestigt het stroomsnoer (p.22).

adapter aansluiting

Sluit de bijgeleverde adapter aan op deze aansluiting (p.22).

OUTPUT aansluiting (L (MONO), R)

Sluit deze aan op uw versterker of audio systeem. Voor een mono ouput sluit u het snoer dan aan op de L/MONO aansluiting (p.22).

MIX IN aansluiting

Sluit deze aan op uw CD, MD, cassettedeck of gelijkwaardige apparatuur (p.51).

Het geluid, dat via deze aansluiting binnenkomt, zal naar buiten geleid via de OUTPUT en de PHONES aansluitingen worden.

PHONES aansluiting

Hier kan een stereokoptelefoon op aangesloten worden (p.22).

Zelf als de koptelefoon is aangesloten, zullen de output aansluitingen signaal afgeven.

MIDI aansluitingen (IN, OUT/THRU)

Gebruik deze aansluitingen als u een MIDI sequencer, MIDI keyboard of ander MIDI apparaat gebruikt om geluiden met de TD-6V te spelen, die via een externe MIDI geluidsgenerator via de TD-6V of de pads wordt

gespeeld. Tevens gebruikt u deze aansluitingen, wanneer u TD-6V instellingen wilt opslaan op een MIDI sequencer of gegevens laadt vanaf een MIDI sequencer.

HH CTRL (Hi-Hat Control)

aansluiting

Bevestig hier een hi-hat bedieningspedaal (FD-8) aan. (p.20)

TRIGGER ingangen

Gebruik deze ingangen voor het aansluiten van optionele pads, bekkens en kick trigger apparaten aan de TD-6V (p.20).

Voor meer gedetailleerde informatie over elke aparte trigger ingang kunt u kijken bij “ Trigger ingangen, en de pads die u kunt gebruiken” (p.33).

Veiligheidsgleuf ( )

http://www.kensington.com/

18

Het maken van instellingen

Het plaatsen van de TD-6V op de standaard

1 Bevestig de standaardhouder (bijgeleverd met de optionele

 

drumstandaard) aan de TD-6V.

• Bij het op zijn kop zetten

Bevestig de houder aan het apparaat met behulp van de schroeven, die aan

van het apparaat kunt u

een stapel kranten, tijd-

het onderpaneel vastzitten, zodat het apparaat gericht is, zoals het is laten

schriften pakken en

zien in het diagram.

onder de vier hoeken

 

plaatsen om schade aan

 

het bedieningspaneel te

 

voorkomen. Tevens, zou

Gebruik de 8mm schroeven (M5x8), die met de TD-6V zijn meegeleverd.

u het apparaat zo moe-

Gebruik van andere schroeven kunnen resulteren in schade aan het

ten richten, dat het

bedieningspaneel geen

apparaat.

schade ondervindt.

 

fig.P-009.e

• Wees voorzichtig bij het

 

 

op zijn koppen zetten

 

van het apparaat, zodat

 

het niet valt.

Smal

Breed

2 Bevestig de TD-6V en de standaardhouder aan de drumstandaard (zoals de optionele MDS-3C, MDS-8C of MDS-20).

Voor details over het assembleren van de drumstandaard en het bevestigen van de TD-6V, verwijzen we naar de gebruikershandleiding van de drumstandaard.

Om de TD-6V aan een bek-

kenstandaard of iets derge-

lijks te bevestigen, zou de

optionele APC-33 klem

kunnen gebruiken voor de

standaardhouder. Deze

kan bevestigd worden aan

een pijp met een diameter

van 10,5 mm tot 30 mm.

Instellingsgids

19

Roland TD-6V MIDI IMPLEMENTATION

Het maken van instellingen

Het aansluiten van de pads en de pedalen

Sluit de pads, de bekkenpads, het hi-hat bedieningspedaal en het kick trigger apparaat aan met de bijgeleverde snoeren.

Verwijs zorgvuldig naar de nummers, die in de illustratie te zien zijn, en sluit de juiste TRIGGER INPUT aansluiting aan op het achterpaneel.

Instellingsvoorbeeld

fig.P-011.e

TRIGGER INPUT jacks

Zorg voor een juiste instelling van de spanning, voordat u de pads met gaasvellen (PD-60, PD80R, PD-100, PD-105, PD120, PD-125, KD-80, KD120 of RP-2) gebruikt. Wanneer u op een vel met een te lage spanning slaat, zou dit de sensor kunnen beschadigen. Voor meer informatie over het aanpassen van de spanning van het vel verwijzen wij u naar de gebruikershandleiding van de desbetreffende pad.

Voor de meest complete uitvoeringsexpressie kunt u gebruiken maken van Roland’s exclusieve lijn van optionele pads (PD-6, PD-7, PD-9, PD-80, PD80R, PD-100, PD-120 en RP-2), bekkens (CY-6, CY12H, CY-12R/C, CY-14C en CY-15R) en kick trigger apparaten (KD-7, KD-80 en KD-120).

20

Het maken van instellingen

Het aansluiten van twee pads aan de trigger ingangen 5/6 (TOM2/AUX) en 7/8 (TOM3/4)

Met de optionele kabel (PCS-31) of een standaard tussenkabel kunt u twee pads aansluiten aan de trigger ingangen 5/6 (TOM2/AUX) en 7/8 (TOM3/ 4).

Voor instructies over deze instellingen, kijk op p. 69.

fig.P-012.e

TD-6V Achterpaneel

Wanneer u de optionele kabel (PCS-31) of een standaard tussenkabel (stereo naar twee mono aansluitingen) gebruikt voor het aansluiten van twee pads aan 1 ingang (5/ 6 of 7/8), zijn rim-shots niet meer mogelijk. Wanneer u een enkele pad (met rim-shot functie) via een stereokabel gebruikt, dan zijn rim-shots uiteraard wel mogelijk.

PD-8

Instellingsgids

21

Het maken van instellingen

Het aansluiten van koptelefoon, audioapparatuur, versterkers en andere apparaten

fig.P-010

R

L

Miniatuur stereo koptelefoon type

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Miniatuur stereo koptelefoon type

 

 

 

 

1

Sluit de stroom af van alle apparaten, voordat u ze gaat aansluiten.

921

 

 

 

 

 

 

 

Om storingen en/of defecten aan speakers en andere apparatuur te

 

voorkomen, zorg dat het volume altijd laag staat en zorg dat de stroom van

 

alle apparaten uitstaat voor het aansluiten.

2

Verbind de bijgesloten adaptor met de adaptor ingang.

3

Verbind de OUTPUT L(MONO) en R ingangen op het achterpaneel met

 

uw audio-systeem of versterker. Wanneer u een koptelefoon gebruikt,

 

verbind deze dan met de PHONES ingang.

4

Stop de adapter in een stopcontact.

Gebruik de snoerbevestiging, zoals laten zien in de illustratie, om onbedoeld uitvallen van de stroom naar uw apparaat te voorkomen (als de plug per ongeluk eruit zou worden getrokken), en om onbedoelde spanning aan het snoer te voorkomen.

Door het gebruik van de MIX IN ingang van de TD-6V kunt u met een CD of iets dergelijks meespelen (p.51).

22

Aan/uitzetten van de stroom

941

Zet de stroom aan van uw apparaten in de juiste volgorde als al de verbindingen zijn gemaakt (p.22). Door het in de verkeerde volgorde aanzetten van uw apparaten riskeert u storingen of defecten aan speakers en andere apparatuur.

fig.P-001

1, 5

3

 

5

1

Draai de [VOLUME] knop volledig naar links om het volume naar het

 

minimale niveau te brengen.

2

Draai het volume uit van de verbonden versterker of het audio-systeem.

3

Druk op de [POWER] knop om de stroom aan te zetten.

Voorzorg bij het aanzetten van de stroom

Nadat de stroom is aangezet, verschijnt de drumkit naam in het scherm. Druk NIET op een pad of pedaal, totdat [KIT] oplicht.

fig.P-002ai

Dit apparaat is uitgerust met een veiligheidscircuit. Een klein moment (paar seconden) is nodig, nadat de stroom is aangezet om het apparaat normaal te laten functioneren.

Als het hi-hat bedieningspedaal ingedrukt is tijdens het aanzetten van de stroom, zal de bediening van het openen en dichtmaken van de hi-hat niet juist werken. Wanneer er tijdens het aanzetten van de stroom op de pads wordt geslagen, zal de respons van de pads verminderen als ze licht worden aangeslagen.

Instellingsgids

23

Aan/uitzetten van de stroom

4 Zet de stroom van de aangesloten versterker of het aangesloten audiosysteem aan.

5 Druk op [SHIFT] + [KIT] (PREVIEW) of sla op de pad, draai vervolgens terwijl u luistert de [VOLUME] knop open om het volume te veranderen.

Draai tevens het volume van de aangesloten versterker of het audio-systeem op een geschikt niveau.

Geen geluid, zelfs bij het indrukken van [SHIFT] + [KIT] (PREVIEW)

Controleer de volgende punten.

Bij het gebruik van versterker of audio-systeem

Is de volume-instelling van de versterker of van het audio-systeem correct?

Is de versterker of het audio-systeem op de juiste manier verbonden met de TD-6V?

Is er een probleem met een verbindingskabel?

Zijn de juiste input selectie instellingen van de versterker of het audio-systeem gemaakt?

Bij het gebruik van koptelefoon:

• Is de koptelefoon verbonden aan de [PHONES] ingang?

Waarschuwing wat betreft volume

Als het volume bij het aanslaan van de pads, onveranderd blijft bij het afspelen van demo songs of andere songs, kan het volume opeens verhogen. Dit kan oorpijn of defecten aan speakers veroorzaken. Draai voor het afspelen van songs de [VOLUME] knop naar een lager volumeniveau om vervolgens tijdens het afluisteren het volume op gepaste wijze te verhogen.

Het uitzetten van de stroom

1 Draai het volume van de TD-6V en van de aangesloten externe apparaten volledig uit.

2

3

Zet de stroom van alle externe apparaten uit.

Druk op de [POWER] knop van de TD-6V om de stroom uit te zetten.

24

Herstel van fabrieksinstellingen (Factory Reset)

Dit herstelt de pad en instrument instellingen, song data en andere informatie opgeslagen in de TD-6V naar de originele fabrieksinstellingen.

fig.P-003

1 2

Door het uitvoeren van deze operatie gaan alle data en instellingen opgeslagen in de TD-6V verloren. Gebruik de “Bulk Dump” functie om cruciale data en instellingen op een extern MIDI apparaat op te slaan (SETUP/BULK DUMP/Bulk Dump; p.103).

Kijk voor meer informatie over data compatibiliteit tussen de TD-6 en de TD6V op p.103.

43, 5, 6

1Houd [SHIFT] ingdrukt, druk vervolgens op [EDIT (SETUP)].

[EDIT (SETUP)] brandt.

fig.P-004ai

2 Druk op [ ] om “FactoryReset” te selecteren.

fig.P-005_50

3 Druk op [ENTER ].

Het Factory Reset scherm verschijnt.

fig.P-006_50

Als u [SHIFT] en [EDIT(SETUP)] ingedrukt houdt bij het aanzetten van de stroom, springt het scherm naar het Factory Reset scherm. Bij het uitvoeren van Factory Reset, lees verder vanaf stap 4.

Instellingsgids

25

Herstel van fabrieksinstellingen (Factory Reset)

4 Druk op [+] of [-] om de parameter te selecteren, die u wilt herstellen naar de fabrieksinstellingen.

Selecteer hier “ALL” om alle instellingen naar de originele fabrieksinstellingen te herstellen.

ALL:

Alle interne instellingen worden hersteld naar de originele fabrieksinstellingen.

THIS DRUM KIT:

Alleen de instellingen van de geselecteerde drumkit worden hersteld naar de fabrieksinstellingen.

ALL DRUM KITS:

De instellingen van alle interne drumkits van de TD-6V worden hersteld naar de fabrieksinstellingen.

ALL SONGS:

Alle interne song data van de TD-6V wordt hersteld naar de fabrieksinstellingen.

5 Druk op [ENTER ].

Het bevestigingsscherm verschijnt.

Druk op [EXIT] om de

fig.P-007_50

operatie te annuleren.

6 Als u gereed bent om verder te gaan, druk dan op [ENTER ] en de Factory Reset functie zal worden uitgevoerd.

7 Als de Factory Reset is uitgevoerd, zal het Completed scherm verschijnen

fig.P-008_50

26

Luisteren naar de demo songs

De TD-6V bevat vijf demo songs, die de geluiden en expressieve capaciteiten van de TD-6V demonsteren.

De drums op de demo songs zijn real time via een sequencer ingespeeld.

fig.P-029

4

3

1

5

2

1 Houd [KIT] ingedrukt, en druk op [SONG].

Het “DEMONSTRATION” scherm verschijnt.

fig.P-030_50

• Alle rechten zijn gereserveerd. Ongeautoriseerd gebruik van dit materiaal in welke vorm ook, anders dan privé en persoonlijk plezier, is in strijd met de wet.

• Geen data voor de muziek, die wordt afgespeeld zal uit de MIDI OUT ingangen komen.

Instellingsgids

27

Luisteren naar de demo songs

2 Druk op [+] of [-] of druk op [] of [] om een song te selecteren en af te spelen.

1. How Now

Copyright © 2003, Roland Corporation Gebruikte drumkit: #11 “PopKit X”

2. TC R&B

Copyright © 2003, Roland Corporation Gebruikte drumkit: #80 “AcuStick”

3. CREOLET1

Copyright © 2003, Roland Corporation Gebruikte drumkit: #1 “RoseWood”

4. CREOLET2

Copyright © 2003, Roland Corporation Gebruikte drumkit: #17 “Natural”

5. SNAG LTN

Copyright © 2003, Roland Corporation Gebruikte drumkit: #13 “Groove”

3

Druk op [PLAY ].

 

Het afspelen van de demo songs begint. De vijf demo songs worden achter

 

elkaar afgespeeld.

4

Als het u het afspelen wilt stoppen, druk dan op [STOP

 

].

 

5

 

Als u klaar bent met het luisteren naar de demo song, druk dan op

 

[KIT], [SONG] of [EXIT].

Waarschuwing wat betreft het volume

Als het volume bij het aanslaan van de pads, onveranderd blijft bij het afspelen van demo songs of andere songs, kan het volume opeens verhogen. Dit kan oorpijn of defecten aan speakers veroorzaken. Draai voor het afspelen van songs de [VOLUME] knop naar een lager volumeniveau om vervolgens tijdens het afluisteren het volume op gepaste wijze aan te passen.

28

Selecteren van pad type

Maak de instellingen voor het soort pad (trigger type) om te verzekeren, dat de TD-6V precies ontvangt, wat er op de pads gespeeld wordt. Stel elke trigger ingang in, zoals hieronder wordt beschreven.

Geoptimaliseerde instellingen voor de TD-6V zijn meegeleverd in de fabrieksinstellingen van de TD-6V.

fig.P-014

8

1

63 2

1Houd [SHIFT] ingedrukt, en druk op [EDIT(SETUP)].

[EDIT(SETUP)] brandt.

fig.P-015ai

2 Druk op [ ] om ‘TRIG BASIC” te selecteren.

fig.SETUP-BASIC_50 (SETUP-BASIC)

3 Druk op [ENTER ].

fig.P-016_50

De volgende parameters zijn automatisch ingesteld tot de meest efficiënte waarden voor elke pad, als u het trigger type selecteert.

Instelling van pad gevoeligheid; p.71)

Sensitivity

Threshold

TrigCurve

Fijn afstelling trigger parametersn; p.73)

Scan Time

Retrig Cancel

Mask Time

Rim Sens

De trigger parameters

moeten zodanig worden

aangepast om ze gelijk te

stellen aan uw configuratie

en de omgeving, waarin

het wordt gebruikt.

Instellingsgids

29

Selecteren van pad type

4 Sla op de pad, die u wenst in te stellen

Het instellingenscherm voor de aangeslagen pad verschijnt.

U kunt tevens de selectie maken door op[SHIFT] + [ ] of [SHIFT] + [ ]

(Trigger Select) te drukken.

5 Selecteer het best passende trigger type voor een pad die u gebruikt uit de volgende lijst:

6

7

8

fig.P-017ai

9

Pad

Trigger Type

Pad

Trigger Type

Pad

Trigger Type

 

 

 

 

 

 

PD-8

PD-8

PD-105

PD-125

CY-6

CY Type

PD-6

PD Type

PD-125

 

CY-12H

 

PD-7

 

KD-8

KD-8

CY-12R/C

 

 

 

 

 

 

 

PD-9

 

KD-7

KD Type

CY-14C

 

 

 

 

 

 

 

RP-2

PD-80R

KD-80

 

CY-15R

 

PD-80

 

KD-120

 

RT-7K

RT-7K

 

 

 

 

 

 

PD-80R

 

CY-8

CY-8

RT-5S

RT-5S

PD-100

 

 

 

RT-3T

RT-3T

PD-120

PD-120

 

 

RIM Edge

RIM

Druk op [+] of [-] om het trigger type te selecteren.

Herhaal Stappen 4-6 om het trigger type voor elke pad in te stellen.

Druk op [KIT].

[KIT] brandt, en het Drum Kit scherm verschijnt.

Sla op de pads en druk de pedalen in om het volgende te controleren.

Wordt er geluid geproduceerd door de pads en de pedalen?

Komt het juiste instrumentgeluid uit de juiste pad?

Als het juiste geluid niet wordt geproduceerd, controleer dan nogmaals de pad instellingen, en kijk anders bij “Probleemoplosser” (p.110).

Deze instellingen zijn van pas op zowel het vel als de rand.

30

Loading...
+ 127 hidden pages