Gefeliciteerd met uw keuze van de BOSS OD-20 Overdrive/Distortion.
Voordat u het apparaat gaat gebruiken, lees eerst de hoofdstukken “VEILIG GEBRUIK
VAN HET APPARAAT” en “BELANGRIJKE PUNTEN” aandachtig door. Deze
hoofdstukken geven belangrijke informatie over de juiste bediening van het apparaat.
Aansluitend, om zeker te zijn dat u alle kenmerken van het apparaat goed begrijpt, zou
dit instructieboekje in zijn geheel gelezen moeten worden. Het instructieboekje moet
bewaard en bij de hand gehouden worden voor een gemakkelijke referentie.
Voornaamste Kenmerken
Dankzij COSM technologie, geeft deze distortion de meest krachtige vervorming, die u ooit
gehoord heeft. U krijgt 22 verschillende soorten vervormingsgeluiden, van traditioneel
klassiek tot nieuwe, orginele geluiden.
Heeft een ATTACK SHAPE effect-regelaar om het geluid van de snaaraanslag te
veranderen, en een HEAVY OCTAVE effect-regelaar, om het geluid van een lekker vet
octaaf te voorzien, zodat u de mogelijkheid heeft om een grote verscheidenheid aan
geluiden te creëren.
Met vier Memories plus Manual, kunt u tussen een totaal van vijf geluiden met gebruik van
de pedaal schakelen.
Een ingebouwde Amp Control maakt het mogelijk om van versterker en andere functies te
switchen, zodat uw set-up nog meer mogelijkheden geeft, in combinatie met een versterker.
Copyright 2002 BOSS CORPORATION
Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze publicatie
mag, in welke vorm dan ook, worden verveelvoudigd
zonder schriftelijke toestemming van BOSS
CORPORATION.
Installeren van de batterijen
Batterijen worden meegeleverd met het apparaat. De gebruiksduur van deze
batterijen kan gelimiteerd zijn. Installeer de meegeleverde batterijen, zoals op de
figuur staat aangegeven. Plaats ze vervolgens in de juiste volgorde.
fig.02
• Wanneer u het apparaat ondersteboven keert, plaats dan een stapeltje kranten of
tijdschriften onder de vier hoeken of aan de uiteinden van het apparaat om schade
aan de knoppen en regelaars te voorkomen. Tevens moet u proberen het apparaat
zodanig te plaatsen dat er geen schade aan knoppen of regelaars kan ontstaan.
• Wanneer u het apparaat ondersteboven keert, doe dit dan voorzichtig om te
voorkomen dat het valt.
• Zorg ervoor dat de “+” en “-” uiteinden van de batterijen correct geplaatst zijn.
• Wanneer de batterijen leeg of bijna leeg zijn, wordt de POWER verlichting vager.
Vervang de batterijen als dit gebeurt.
• Wanneer u de batterijen vervangt, gebruik dan zes type AA batterijen.
• Gebruik geen nieuwe batterijen samen met oude. Gebruik ook geen verschillende
soorten batterijen. Dit kan leiden tot lekkage van de batterijen.
• De gebruiksduur van de batterij verschilt per type batterij.
Continu gebruiksduur van het apparaat met batterijvoeding is
ongeveer 10 uur met alkaline batterijen en ongeveer 4 uur met koolstof
batterijen. ( Dit kan variëren naar gebruiksomstandigheden).
2
Aansluitingen
• Wanneer het apparaat op batterijen gebruikt wordt, zal het apparaat stroom
krijgen als u de jack inplugt.
• Het gebruik van een adapter wordt aangeraden, omdat het elektrisch verbruik van
het apparaat relatief hoog is. Geeft u de voorkeur aan batterijen, gebruik dan bij
voorkeur alkaline batterijen.
• Er kan ruis ontstaan, wanneer er draadloze communicatie apparatuur, zoals
draadloze telefoons, in de buurt van dit apparaat staan. Zo'n geluid zou kunnen
ontstaan wanneer u zelf telefoneert of getelefoneerd wordt of tijdens een
telefoongesprek. Indien u deze klachten ondervindt, is het raadzaam deze draadloze
apparatuur verder van dit apparaat af te zetten of uit te schakelen.
• Gebruik een Roland kabel voor de aansluiting. Wanneer u een ander merk
aansluitkabel gebruikt, volg dan de volgende voorzorgsmaatregelen.
• Sommige aansluitkabels bevatten weerstanden. Gebruik voor de aansluiting van
dit apparaat geen kabels met weerstanden. Het gebruik van dit soort kabels kan
een extreem laag geluidsniveau geven of een onmogelijk hoorbaar niveau. Voor
informatie over kabelspecificaties, dient u met de fabrikant contact op te nemen.
• Om te voorkomen dat speakers of andere apparatuur niet goed werken en/of
beschadigd raken, zet altijd het volume laag en zet de stroomtoevoer aan alle
apparatuur af, voordat u enige aansluiting maakt.
• Als het apparaat batterijen bevat, wanneer u een adapter gebruikt, zal normale
werking doorgang vinden als de snoerstroom onderbroken wordt
(electriciteitsuitval of stroomtoevoer onderbreking).
• Wanneer alle aansluitingen gedaan zijn, zet dan de stroomtoevoer tot uw andere
apparatuur in gespecificeerde volgorde aan. Door apparatuur in de verkeerde
volgorde aan te zetten, riskeert u schade en/of slecht functioneren van uw speakers
en andere apparatuur.
• Bij aanzetten van apparatuur: Zet als
• Bij afzetten van apparatuur: Zet als
• Zorg er altijd voor dat het volume laag staat, voordat u het apparaat aan zet. Zelfs als
het volume op zijn laagste stand staat, kunt u een geluid horen, wanneer u het
apparaat aan zet. Dit is normaal en duidt niet op slecht functioneren van het apparaat.
• Als u het apparaat alleen op batterijen laat werken, zal het indicator lampje vager
worden, wanneer de batterijen leeg beginnen te raken. Vervang de batterijen dan zo
snel mogelijk.
laatste
de stroom van uw gitaar versterker aan.
eerste
de stroom van uw gitaar versterker af.
3
Aansluitingen
Aansluiting aan een Gitaar Versterker
fig.03
adapter
PSA-serie
(optie)
Elektrische
Gitaar
Koptelefoon
Gitaar Versterker
Met een standaard gitaarversterker kan het een goed idee zijn om alle
toonschakelaars (BASS, MIDDLE EN TREBLE) op hun centrale stand te
zetten en ze van daaruit aan te passen.
Aansluiting aan een MTR
versterker simulator)
fig.04
Elektrische
Gitaar
of MIXER
(zonder integrale gitaar
adapter
PSA-serie
(optie)
MixerMTR
4
Bediening
Selecteer “MANUAL” en “EFFECT ON”, wanneer de stroom aan staat.
EFFECT aan/uit pedaal bediening
fig.05
Bij ON
←Verlicht
Elke druk op het EFFECT ON/OFF pedaal
beïnvloedt aan of uit. Wanneer de effecten uit
staan, is het geluid dat binnenkomt door de jack
naar buiten onveranderd.
Bij OFF
←
Niet
verlicht
5
Bediening
MANUAL/MEMORY Pedal bediening
De Pedal stand (1-3)verandert de functie van de MANUAL/MEMORY pedaal (of
de MANUAL/MEMORY Pedal gebruikt samen met de EFFECT ON/OFF pedaal).
Gebruik de meest geschikte stand voor uw eigen gemak.
De fabrieks stand van de Pedal mode is “1“.
Wanneer u de Pedal mode standen wilt veranderen, verwijzen wij naar blz.12.
Pedal mode:1
Door op de MANUAL/MEMORY pedaal te duwen krijgt u een aantal selectie
keuzes, in de volgorde: MANUAL → MEMORY 1 → MEMORY 2 → MEMORY 3
→
MEMORY 4 → MANUAL. Deze handige bediening maakt het makkelijker om
om tussen geheugens te schakelen, wanneer meerdere geheugens gebruikt worden.
fig.13
MEMORY 1MEMORY 2MEMORY 3MEMORY 4
Pedal mode: 2
fig.14
Door op de MANUAL/MEMORY pedaal te duwen
schakelt u tussen MANUAL en de geselecteerde
MEMORY (aangegeven door de verlichte indicator). Dit
is handig, wanneer u een effect geluid onmiddelijk aan of
uit wilt schakelen.
MEMORY
Pedal mode: 3
fig.15
Door op de MANUAL/MEMORY pedaal te duwen kunt
u tussen de MANUAL en een geselecteerde MEMORY
blijven kiezen ( aangegeven door de verlichte indicator).
Ook kunt u tussen de MEMORIES 1-4 selecteren door
tegelijkertijd op de MANUAL/MEMORY en de EFFECT ON/OFF pedaal te
duwen. Dit is handig voor zowel het onmiddelijk aan- en uitschakelen van de
effect geluiden als het schakelen naar MEMORIES tussen songs.
fig.09
MEMORY 1MEMORY 2MEMORY 3MEMORY 4
6
MEMORY
Bediening
Veranderen van de Pedal Mode instellingen
Gebruik de volgende procedure voor het veranderen van de Pedal Mode instellingen.
* De Pedal Mode instelling is in het geheugen opgeslagen, wanneer u het apparaat uit zet.
1.
Schakel het apparaat uit.
• Als het apparaat op batterijen werkt:
Haal de INPUT R (MONO) jack eruit.
• Als het apparaat via een adapter werkt:
Haal de adapter jack eruit.
2.
Terwijl u de SELECT knop ingedrukt houdt, schakelt u het apparaat aan.
• Als het apparaat op batterijen werkt:
Plug de INPUT R (MONO) jack erin.
• Als het apparaat via een adapter werkt:
Plug de adapter jack erin.
Wanneer de knop losgelaten wordt, zullen de MANUAL en MEMORY indicatoren
oplichten, en zal de MEMORY indicator voor de huidige Pedal Mode knipperen.
3.
Stel de Pedal Mode (1-3) in door op de SELECT knop te drukken.
Pedal Mode 1: MEMORY 1 indicator knippert.
Pedal Mode 2: MEMORY 2 indicator knippert.
Pedal Mode 3: MEMORY 3 indicator knippert.
4.
Druk de WRITE knop in.
Nadat de MEMORY nummer indicator snel begint te knipperen, is de instelling in
het geheugen geplaatst, en keert het apparaat in de normale staat terug.
* Om de instellingsveranderingen te wijzigen, en terug te gaan naar de oorspronkelijke
instelling, bedien dan eerst de MANUAL/MEMORY of EFFECT ON/OFF Pedal, voordat
u op de WRITE knop drukt.
Pedal
Mode
1
2
3
EFFECT
ON/OFF Pedal
effect aan/uit
effect aan/uit
effect aan/uit
EFFECT ON/OFF Pedal
+
MANUAL/MEMORY Pedal
–
–
Selecteeert van MEMORY 1–4
MANUAL/MEMORY Pedal
schakelt
MANUAL/MEMORY 1/2/3/4
schakelt
MANUAL/MEMORY
schakelt
MANUAL/MEMORY
7
Bediening
Paneel Bediening
Om de hier gegeven instructies te kunnen blijven volgen, moet u beginnen met
effecten aan te zetten (druk op de EFFECT ON/OFF pedaal en bevestig dat de
EFFECT ON/OFF indicator heeft gebrand) en druk op de MANUAL/MEMORY
pedaal en schakel MANUAL in (MANUAL indicator heeft gebrand).
fig.10
3
1
1.
Selecteer het vervormingstype met de TYPE knop en de VARIATION knop.
2.
Stel de DRIVE knop in om de hoeveelheid vervorming te regelen.
452
3.
Stel de TONE en BOTTOM knoppen in om de toon aan te passen.
4.
Stel de ATTACK SHAPE en HEAVY OCTAVE knoppen in om andere effecten
toe te passen dan vervorming.
5.
Regel het volume met de LEVEL knop.
Het kan een goed idee zijn om aan- en uitschakeling te regelen met de
EFFECT ON/OFF pedaal en het volume tot ongeveer hetzelfde niveau
aan te passen.
8
De kanaal schakeling van de versterker
(Amp Control)
Door uw gitaar op de OD-20's AMP CTRL jack aan te sluiten, kunt u de AMP
CTRL knop gebruiken om tussen de kanalen van de versterker te schakelen. Door
deze combinatie van de OD-20 en de versterkerkanalen krijgt u een nog grotere
variatie van vervormingsgeluiden.
fig.11
Onderbroken
Verlicht
Bediening
Gitaar versterker
(kanaalschakeling op de versterker)
Uit
Gitaar versterker
(kanaalschakeling op de versterker)
* Om te bepalen hoe de versterkerkanalen geschakeld zijn, refereer dan naar het instructie-
boekje van de versterker of pas het geluid aan door de versterker te bedienen.
* U kunt de Amp Control instellen, onafhankelijk van de effecten Aan/Uit instellingen
* U kunt de Amp Control instellingen apart in elke Memory opslaan. Voor meer informatie
over deze procedure, refereren wij u naar “Instellingen opslaan (write bediening)” (blz.10).
Met Amp Control kunt u niet alleen versterkerkanalen schakelen, u
kunt het ook gebruiken om de effecten van de versterker aan en uit te
schakelen, zoals met een voetschakelaar.
OD-20
(AMP CTRL jack)
Gesloten
OD-20
(AMP CTRL jack)
9
Bediening
Instellingen opslaan (write bediening)
Eigen instellingen opslaan
Schakel de stroom niet uit, wanneer er een write bediening in gang is.
1.
Creëer een eigen geluid wanneer het apparaat in MANUAL staat.
2.
Druk op de WRITE knop
De MEMORY indicator en de indicator voor de huidige geselecteerde memory
flash en de OD-20 is in WRITE standby gezet.
fig.12
Write standby
knippert
3.
Druk op de MEMORY SELECT knop om de MEMORY (nummer) te selecteren,
waarin u een geluid wilt bewaren.
De indicator van het geselecteerde MEMORY nummer knippert.
fig.13
knippertknippert
knippert
10
4.
Druk op de WRITE knop.
De write bediening is klaar, wanneer de MEMORY indicator en de indicator voor
de WRITE-bstemming MEMORY sneller beginnen te knipperen.
fig.14
knippert
Schrijft Schrijven klaar
Bediening
snel knipperen
indicator aan
* Om een write bediening te wijzigen, draai dan de knop of bedien de MANUAL/MEMORY
pedaal, voordat u op de WRITE knop drukt.
11
Bediening
Veranderen en opslaan van het MEMORY geluid
Schakel het apparaat niet uit, wanneer er een write bediening gaande
is.
1.
Duw op de MANUAL/MEMORY pedaal of de MEMORY SELECT knop om het
MEMORY geluid te veranderen.
2.
Bedien de knoppen om het geluid te veranderen.
* Om plotselinge ongewenste veranderingen in het geluid te voorkomen, zijn de DRIVE,
BOTTOM, TONE, LEVEL, ATTACK SHAPE en HEAVY OCTAVE regelaars zodanig
ontworpen, dat de instelling niet veranderd, tenzij de knop eerst naar de opgeslagen
instellingswaarde gedraaid wordt. Wanneer de knop positie overeenkomt met de opgeslagen
instellingswaarde in het geheugen, zal het geluid gaan veranderen.
Wanneer een instelling verandert, knippert de MEMORY indicator automatisch.
fig.15
knippert
3.
Druk op de WRITE knop.
De MEMORY indicator en de indicator van het geselecteerde MEMORY nummer
gaan knipperen, en de OD-20 wordt in write-standby gezet.
fig.16
verlichtknippert
12
Write standby
knippert
4.
Druk op de MEMORY SELECT knop om het MEMORY nummer te selecteren,
waarop u het geluid wilt opslaan.
De indicator van het geselecteerde MEMORY nummer knippert.
fig.17
knippertknippert
5.
Druk op de MEMORY WRITE knop.
De write bediening is klaar, wanneer de MEMORY indicator en de indicator voor
de write-bestemming MEMORY sneller gaan knipperen.
fig.18
knippert
Writing (schrijven)Write klaar
Bediening
knippert snel
verlicht
* Als de knop of de MANUAL/MEMORY pedaal posities veranderd zijn, voordat er op de
WRITE knop gedrukt is, is de write bediening stop gezet en de OD-20 terug naar stap 2.
13
Namen van de onderdelen en functies
Voorpaneel
fig.19
BOTTOM knop
Regelt het lagere frequentiebereik. Door de knop
naar links (tegen-de-klok-in) te draaien, wordt het
lage einde meer afgebroken. De lage frequenties
worden meer opgedreven door de knop naar
rechts te draaien. Vervorming wordt
geoptimaliseerd door te selecteren met "TYPE".
DRIVE knop
Regelt de hoeveelheid vervorming. Door de
knop naar rechts (met-de-klok-mee) te draaien
wordt er een sterkere vervorming gecreëerd en
het volume opgevoerd. Door de knop helemaal
naar het TURBO bereik te draaien, wordt het
effect nog meer versterkt.
LEVEL knop
Regelt het volume
ATTACK SHAPE knop
Verandert de toon van de attack
(dynamiek). Door de knop links van
het midden te draaien, wordt een
zachtere toon gevormd. Een toon
met een scherper geluid wordt
gemaakt door de knop rechts van
het midden te draaien.
TONE knop
Regelt de toon. Door de knop naar links te
draaien wordt een milder geluid gecreëerd;
een scherper geluid krijgt u door de knop
naar rechts te draaien. Vervorming wordt
geoptimaliseerd door te selecteren met
"TYPE".
HEAVY OCTAVE knop
Voegt geluid toe dat een octaaf
lager klinkt dan de gitaar. Door de
knop naar rechts te draaien wordt
het octaafgeluid verhoogd. Output
van het octaafgeluid stopt, wanneer
de knop volledig naar links wordt
gedraaid.
* Er wordt geen octaafgeluid
weergegeven, wanneer er in
midden-hoge tonen wordt gespeeld.
14
fig.20
TYPE knop
VARIATION knop
Selecteer het vervormingstype met de TYPE knop,
Druk dan op de VARIATION knop om de variatie te
selecteren. De indicator van de knop zal branden,
wanneer er een variatie geselecteerd is.
“TYPE List” (blz. 16)
AMP CTRL (amp control) knop
Deze schakelt de amp channel, wanneer u de
gitaar amp channel switching jack
aangesloten heeft op de OD-20’s AMP CTRL
jack.
MEMORY WRITE knop
Druk hierop om de MEMORY
instellingen op te slaan.
Namen van de onderdelen en functies
MEMORY Nummer Indicator (1–4)
De indicator van het huidige geselcteerde
MEMORY nummer (1-4) brandt. Deze indicator
knippert als de OD-20 in write standby staat;
deze indicator knippert sneller, wanneer er een
write opdracht gaande is.
MEMORY SELECT knop
Gebruik deze knop om een memory
te selecteren (1-4) en om een
schrijfbestemming toe te wijzen aan
een schrijf- (write) procedure.
* Wanneer "1" geselecteerd is als Pedal
mode (blz. 6), kunt u schakelen tussen
"MANUAL" en "MEMORY (1-4)"
15
Namen van de onderdelen en functies
TYPE Lijst
* Alle genoemde namen in dit document zijn handelsmerken of geregistreerde handelsmerken
van hun respectievelijke eigenaren.
Deze bedrijven zijn niet aangesloten bij BOSS en hebben geen vergunning of authorisatie
gegeven. Hun merken worden uitsluitend gebruikt om aan te geven, welke apparatuur voor
het simuleren van het geluid door de BOSS OD-20 gebruikt wordt .
Niet verlichtVerlicht
OD-1
DS-1
MT-2
LEADOD-20 orginele vervormer.
STACKOD-20 orginele vervormer.
LOUDOD-20 orginele vervormer.
TSCREAM
DST+Modelleert de MXR
GUV DS Modelleert de Marshall
R-MANModelleert de ROCKMAN.MUFF
FACEModelleert de FUZZFACE.OCT
Modelleert de BOSS OD-1.
Modelleert de BOSS DS-1.
Modelleert de BOSS MT-2.
Produceert een vervormingsgeluid met de soepelheid van
een overdrive tezamen met de
diepte van een vervormer.
Een vet geluid met een
toegevoegd element van een
stack amp's vervormer.
Een zware vervorming met
een opvoerend laag einde.
Modelleert de Ibanez TS-808
TUBESCREAMER.
DISTORTION+.
GOV’NOR.
OD-2
BD-2
HM-2Modelleert de BOSS HM-2.
BOOSTOD-20 orginele booster.
CRUNCH OD-20 orginele vervormer.
METALOD-20 orginele vervormer.
FULL-DModelleert de Fulltone FULL-
CENTA ODModelleert de KLON
P-RATModelleert de Proco RAT.
FUZZ
FUZZ
Modelleert de BOSS OD-2.
Modelleert de BOSS BD-2.
Een schitterend crunchgeluid
met een toegevoegd element
van gain.
Een intens, radicaal
vervormingsgeluid.
DRIVE 2.
CENTAUR.
* Wanneer de P-RAT ingesteld
en de TONE knop naar rechts
gedraaid wordt, zijn de hoge
frequenties onderdrukt
Modelleert de ElectroHarmonix Big Muff
Modelleert de ACETONE
FUZZ.
16
fig.21
Namen van de onderdelen en functies
POWER Indicator
Deze brandt als het apparaat aanstaat. Als deze
indicator vaag of helemaal niet brandt en het
apparaat op batterijen werkt, betekent dit dat de
batterijen leeg zijn en zo snel mogelijk vervangen
dienen te worden.
EFFECT ON/OFF
Indicator
Deze brandt als de effecten aan
staan.
EFFECT ON/OFF Pedal
Elke druk op het pedaal schakelt de
effecten aan of uit.
MANUAL Indicator
Deze brandt als Manual is ingesteld.
MEMORY Indicator
Deze brandt als MEMORY is ingesteld. Als "MEMORY"
geselecteerd is, knippert het lichtje, wanneer de
instellingen van de regelaars veranderd worden of
wanneer de OD-20 in WRITE standby staat; het lichtje
knippert sneller, als er een write opdracht gaande is.
In “MANUAL”
← Verlicht
Niet
←
verlicht
In “MEMORY”
Niet
←
verlicht
← Verlicht
MANUAL/MEMORY Pedal
Stel het apparaat in op "MANUAL", wat
het geluid weergeeft met de instellingen
van de knoppen en "MEMORY"(1-4),
wanneer de instellingen van tevoren
opgeslagen zijn.
* De Pedal mode (1-3) verandert de functie
van de MANUAL/MEMORY Pedal (of
de MANUAL/MEMORY Pedal tezamen
gebruikt met de EFFECT ON/OFF Pedal).
Gebruik de meest geschikte instellingen
voor uw persoonlijke toepassing. (blz 6)
17
Namen van de onderdelen en functies
Achterpaneel
fig.22
INGANG Jack
Dit is de ingang jack voor de verbinding aan de
output van een elektrische gitaar of ander instrument
of effectenprocessor.
* De jack heeft een dubbele functie als stroom schakelaar,
wanneer het apparaat op batterijen werkt. Het apparaat gaat
aan, als er een plug in de INPUT) jack wordt gestoken en
gaat weer uit als deze er weer uit wordt gehaald. Wanneer
het apparaat niet in gebruik is, dienen alle aangesloten
draden eruit te worden gehaald.
Adaptor Jack
Deze ingang is om een adapter (BOSS
PSA-serie, apart verkocht) aan te
sluiten. Het gebruik van een adapter
maakt het mogelijk om langdurig
gebruik te maken van het apparaat
zonder dat de batterijen leeg raken.
18
AMP CTRL (amp control) Jack
Deze jack wordt gebruikt voor
aansluitingen aan jacks op andere
apparatuur, zoals bijvoorbeeld een gitaar
amp channel switching jack.
LINE OUT/PHONES Jack
Aan deze jack kunnen koptelefoon, een multitrack
recorder of mixer zonder amp simulator worden
aangesloten.
OUTPUT Jack
Deze jack is voor de aansluiting
van een gitaar versterker of een
ander effecten processor.
Veranderen van de Weergave van de Memory Nummers
Niet alleen kunt u de geselecteerde MEMORY bevestigen door de verlichte
indicatoren van de MEMORY nummers te controleren, ook kunt u de volgorde,
waarin de indicatoren oplichten, veranderen. Selecteer een volgorde, die op de
makkelijkste manier en in elke omgeving de MEMORY controleert.
Wanneer u de OD-20 in een weinig verlichte omgeving gebruikt, kunt u
de MEMORY nummers makkelijker bevestigen bij Verlichtingspatroon 2
instelling.
Verlichtingspatroon 1 (Normaal):
Alleen de indicator van de geselecteerde MEMORY brandt of knippert.
Verlichtingspatroon 2:
Het aantal indicatoren dat brandt, komt overeen met het geselecteerde
MEMORY nummer.
Als MEMORY 1 geselecteerd is: brandt indicator 1.
Als MEMORY 2 geselecteerd is: branden indicatoren 1 en 2.
Als MEMORY 3 geselecteerd is: branden indicatoren 1, 2 en 3.
Als MEMORY 4 geselecteerd is: branden indicatoren 1, 2, 3 en 4.
U kunt de indicator Verlichtingpatroon kiezen volgens de volgende procedure:
1. Schakel het apparaat uit.
• Als het apparaat op batterijen werkt:
Haal de INPUT Jack eruit.
• Als het apparaat via een adapter werkt:
Haal de adapter jack eruit.
2. Terwijl u de MEMORY WRITE knop en de MEMORY SELECT knop ingedrukt
houdt, schakelt u het apparaat aan.
• Als het apparaat op batterijen werkt:
Steek de INPUT jack erin.
• Als het apparaat via een adapter werkt:
Plug de adapter jack in.
Wanneer de knop weer wordt los gelaten, knippert alleen indicator nummer 1 of
alle indicatoren van 1 tot 4 knipperen.
3. Druk op de MEMORY SELECT knop om de MEMORY indicator Lightning
Nadat de MEMORY indicatoren snel beginnen te knipperen, is de instelling
opgeslagen in het geheugen en keert het apparaat terug naar zijn normale stand.
19
Instellingen terugzetten naar de fabrieksinstellingen
U kunt de MEMORIES (1-4), Pedal mode instellingen en de MEMORY Nummer
Indicatie terugbrengen naar de fabrieksinstellingen.
Memory
Settings
Pedal Mode (blz. 7)1
MEMORY Nummer Indicatie
(blz. 19)
1. Schakel het apparaat uit.
• Als het apparaat op batterijen werkt:
Haal de INGANG Jack eruit.
• Als het apparaat via een adapter werkt:
Haal de stroomstekker eruit.
2. Terwijl u de WRITE knop ingedrukt houdt, schakelt u het apparaat aan.
• Als het apparaat op batterijen werkt:
Plug de INPUT jack erin.
• Als het apparaat via een adapter werkt:
Plug de stroomstekker erin.
Wanneer de knop weer wordt losgelaten, knipperen de MEMORY indicatoren.
Memory 1 (blz. 23)LOUD
Memory 2 (blz. 24)LEAD
Memory 3 (blz. 24)OD-1
Memory 4 (blz. 24)STACK
(MANUAL → MEMORY 1 → MEMORY 2 →
MEMORY 3 → MEMORY 4 → MANUAL)
Verlichtingspatroon 1
(Alleen de indicator van de geselcteerde memory
brandt)
Door de volgende procedure uit te voeren, wordt de volledige inhoud
van MEMORIES 1-4 verwijderd.
3. Druk op de MEMORY WRITE knop.
Nadat de MEMORY indicatoren snel beginnen te knipperen, is de instelling
opgeslagen in het geheugen en keert het apparaat terug in de normale stand.
* Om de instellingsveranderingen te wijzigen, en terug te gaan naar de oorspronkelijke
instelling, druk dan eerst de MANUAL/MEMORY of de EFFECT ON/OFF pedaal in,
voordat u op de WRITE knop drukt.
20
Problemen
Het Apparaat schakelt niet aan
Is de gitaar correct aangesloten in de
ingang?
→ Controleer de aansluitingen (blz. 3-4).
* Wanneer het apparaat op batterijen werkt, zal
het apparaat niet aangaan, tenzij er een
aansluiting is in de ingang. Dit helpt de
batterijen langer mee te laten gaan.
Zijn de batterijen leeg?
→ Vervang ze met nieuwe batterijen (blz.2).
Is de gespecificeerde adapter (PSA-serie,
apart verkocht) correct aan gesloten?
→ Controleer de aansluitingen (blz. 3-4).
Er is geen geluid/het volume is te
laag
Zijn de andere apparaten correct
aangesloten?
→ Controleer de aansluitingen (blz. 3-4).
Is het volume van de aangesloten gitaar
versterker, effectprocessor of ander
apparaat laag gezet?
→ Controleer de instellingen van de
aangesloten apparaten (blz. 3-4).
De versterkerkanalen schakelen
niet correct
Is de Amp Channel Switching Jack
correct aangesloten aan de OD-20's AMP
CTRL jack?
→ Controleer de aansluitingen nogmaals.
Komt de polariteit van de versterker
schakelaar overeen met de OD-20's Amp
Control?
→ De OD-20's Amp Control is gesloten,
wanneer de indicator uit staat en
onderbroken, wanneer de indicator
brandt (blz 9).
Bevestig hoe de versterkers geschakeld
zijn, wanneer het circuit onderbroken of
gesloten is.
Het volume niveau van het
aangesloten instrument op de
input jack is te laag
Gebruikt u een aansluitkabel met
weerstand?
→ Gebruik een aansluitkabel zonder
weerstand.
Er wordt een bijgeluid
geproduceerd
Is de gitaar correct aangesloten aan de
ingang?
→ Indien u de adapter gebruikt, schakelt het
apparaat automatisch aan, zelfs als er
geen aansluiting is via de ingang. Dit
betekent dat er een bijgeluid
geproduceerd kan worden. Wees ervan
verzekerd dat alles correct aangesloten is,
voordat u de apparatuur inschakelt.
Stroomindicator
(dient ook als batterij sontrole indicator)
EFFECT ON/OFF Indicator
MANUAL Indicator
MEMORY Indicator
VARIATION Indicator
AMP CTRL (amp control) Indicator
MEMORY Nummer Indicator (1-4)
Aansluitingen
INGANG Jack
AMP CTRL (amp control) Jack
LINE OUT/KOPTELEFOON Jack
UITGANG Jack
Adapter aansluiting (DC 9 V)
Stroom
DC 9V: Batterij (zes type R6/LR6 (AA))
adapter
Voeding
85 mA (9 V max.)
* Verwachte levensduur batterijen bij continu gebruik:
Koolstof: 8 uur
Alkaline: 20 uur
Deze getallen kunnen veranderen al naar gelang de
gebruiksomstandigheden.
Afmetingen
173 (B) ( 158(D) ( 57 (H) mm
Gewicht
1.1 kg (inclusief batterijen)
Accessoires
Instructieboekje
Brochure (“VEILIG GEBRUIK VAN HET
APPARAAT”, “BELANGRIJKE PUNTEN“ en
“Informatie“)
6 Batterijen (type R6/LR6 (AA))
* Wij adviseren u alkaline batterijen te gebruiken,
wanneer deze vervangen dienen te worden.
Optioneel
Adapter (PSA-serie)
* 0 dBu = 0.775 Vrms
* In het belang van productverbetering, zijn de
specificaties en/of uiterlijk van dit apparaat
onderhevig aan verandering, zonder voorafgaande
vermelding
26
Voor EU Landen
Dit product voldoet aan de eisen van de Europese Standaard 89/336/EEC.
For the USA
FEDERAL COMMUNICATIONS COMMISSION
RADIO FREQUENCY INTERFERENCE STATEMENT
This equipment has been tested and found to comply with the limits for a Class B digital device, pursuant to Part 15 of the FCC Rules. These limits are designed to provide reasonable protection against harmful interference in a residential installation. This equipment generates, uses, and can radiate radio frequency energy and, if not installed and used in accordance with the instructions, may cause harmful interference to radio communications. However, there is no guarantee that interference will not occur in a particular installation. If this equipment does cause harmful interference to radio or television reception, which can be determined by turning the equipment off and on, the user is encouraged to try to correct theinterference by one or more of the following measures:
— Reorient or relocate the receiving antenna.— Increase the separation between the equipment and receiver.— Connect the equipment into an outlet on a circuit different from that to which the receiver is connected.— Consult the dealer or an experienced radio/TV technician for help.
This device complies with Part 15 of the FCC Rules. Operation is subject to the following two conditions: (1) This device may not cause harmful interference, and (2) This device must accept any interference received, including interference that may cause undesired operation.
Unauthorized changes or modification to this system can void the users authority to operate this equipment.This equipment requires shielded interface cables in order to meet FCC class B Limit.
For Canada
NOTICE
This Class B digital apparatus meets all requirements of the Canadian Interference-Causing Equipment Regulations.
Cet appareil numrique de la classe B respecte toutes les exigences du Rglement sur le matriel brouilleur du Canada.
AVIS
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.