Hartelijk dank en gefeliciteerd met uw aankoop van de
Roland GR-33 Guitar Synthesizer.
Gelieve de volgende pagina’s aandachtig te lezen,
alvorens dit toestel te gebruiken:
* VEILIG GEBRUIK V AN HET TOESTEL
* BELANGRIJKE OPMERKINGEN
Deze pagina’s bevatten belangrijke informatie over de
correcte bediening van dit toestel.
Om zeker te zijn dat u alle functies van uw nieuw toestel
goed begrijpt, dient u de handleiding in haar geheel te
lezen. Bewaar deze handleiding ter referentie.
Alle rechten voorbehouden. Geen enkel deel van deze
publicatie mag in gelijk welke vorm gereproduceerd
worden, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming
van Roland Benelux N.V.
USING THE UNIT SAFELY
VEILIG GEBRUIK VAN HET TOESTEL
INSTRUCTIES TER V OORK OMING V AN BRAND , ELEKTRISCHE SCHOKKEN OF VERWONDING V AN PERSONEN
Over
WAARSCHUWING en OPGEPAST
Wordt gebruikt voor instructies die de
WAARSCHUWING
gebruiker wijzen op levensgevaar of
ernstige verwondingen bij onjuist
gebruik van het toestel.
Wordt gebruikt voor instructies die de
gebruiker wijzen op het risico op
verwondingen of materi‘le schade bij
onjuist gebruik van het toestel.
OPGEPAST
* Materi‘le schade verwijst naar schade
of andere ongunstige effecten die aan
het huis en de hele inboedel, huisdieren
inbegrepen, worden toegebracht.
NEEM STEEDS HET VOLGENDE IN ACHT
WaarschuwingWaarschuwing
001
¥ Gelieve onderstaande instructies en de hand-
leiding te lezen vooraleer u dit toestel gebruikt.
vervang geen onderdelen (behalve wanneer de
handleiding specifieke instructies hiertoe geeft).
Wend u voor onderhoud steeds tot het dichtstbijzijnde Roland Service Center of een erkende
Roland-verdeler, zoals vermeld op de "Information"pagina.
toestel werd bijgeleverd. Controleer ook of de
netspanning overeenstemt met de input-spanning
die op de AC-adaptor vermeld is. Andere ACadaptors hebben misschien een andere polariteit
of werken met een andere spanning, en zouden
dus schade, defecten of elektrocutie kunnen
veroorzaken.
Het -symbool maakt de gebruiker attent op belangrijke
instructies of waarschuwingen. De juiste betekenis van het
symbool wordt bepaald door de tekening in de driehoek. Het
symbool hier links duidt op algemene verwittigingen of waar-
Het -symbool maakt de gebruiker attent op zaken die
nooit mogen worden uitgevoerd (verboden zijn). De tekening
in de cirkel geeft aan wat er precies verboden is. Het symbool
hier links betekent dat het toestel nooit mag worden
gedemonteerd.
Het●-symbool maakt de gebruiker attent op zaken die
moeten worden uitgevoerd. De tekening in de cirkel geeft aan
wat er precies dient te gebeuren. Het symbool hier links
betekent dat de stekker van de stroomkabel moet worden
uitgetrokken.
009
¥ Beschadig het elektrische snoer niet. Buig het niet
overmatig, ga er niet op staan, plaats er geen
zware voorwerpen op, enz. Gebruik nooit een
beschadigd snoer; dit kan elektrocutie of brand
veroorzaken.
¥ Dit toestel zou, op zichzelf of in combinatie met
een versterker en een hoofdtelefoon of luidsprekers, een geluidsniveau kunnen voortbrengen dat
permanente gehoorschade veroorzaakt. Gebruik
het toestel niet langdurig bij een hoog of onaangenaam volumeniveau. Als u enig gehoorverlies
of suizende oren gewaar wordt, staak dan onmiddellijk het gebruik van het toestel en raadpleeg
een gehoorspecialist.
stekker uit het stopcontact en wend u tot het
dichtstbijzijnde Roland Service Center of een
erkende Roland-verdeler (vermeld op de "Information"-pagina) indien:
met een overdreven aantal andere toestellen aan
op hetzelfde stopcontact. Wees voorzichtig met
verlengsnoeren: het totale vermogen van alle
toestellen aangesloten op het verlengsnoer mag
nooit het nominale vermogen (watt/amp•re) van
het verlengsnoer overschrijden. Een overdreven
belasting kan de isolatie van het snoer doen
opwarmen en zelfs doen doorsmelten.
De GR-33 gitaarsynthesizer mag dan wel klein en compact
zijn, hij herbergt heelwat functies en kwaliteitsgeluiden.
Bij de term ÒsynthesizerÓ denken de meeste mensen aan een
instrument met een klavier. Maar omdat de klaviertoetsen
van een synthesizer in feite weinig meer zijn dan
geavanceerde aan/uit-schakelaars, kunnen synthesizers niet
echt een getrouwe expressie weergeven van strijk- of blaasinstrumenten.
Bij de gitaar, anderzijds, wordt het trillende onderdeel van
het instrument (d.w.z. de snaar) rechtstreeks aangeraakt. Dit
geeft de gitaar enorm veel expressieve ÒpowerÓ, o.a. door
kleine veranderingen van de toonhoogteÑzelfs minder dan
een halve toonÑ, vibrato of muting. Bovendien is de gitaar
een erg populair instrument dat door heel veel mensen
wordt bespeeld.
Wat kan u doen met de GR-33?
●
U bespeelt uw gitaar net zoals vroeger, maar u hebt de
keuze uit een uitgebreid palet aan synthesizerklanken
Ñ384 in totaal.
U kan soleren met enkel synth-geluiden of met een
→
combinatie van een gitaar- en een synth-klank. U kan
zelfs tijdens het spelen afwisselen tussen deze twee
manieren.
Wanneer u akkoorden speelt, kan u ook de rijke, volle
→
ensemble-klanken van een synthesizer verkrijgen.
→
U kan onmiddellijk overschakelen van elektrische gitaar
naar andere instrumentgeluidenÑakoestische gitaar,
bas, orgel, blazers, ethnische instrumenten, enz. Ñ,
allemaal met dezelfde gitaar.
Indien correct gemonteerd, kan de GK-2A synthesizer
●
driver (apart verkocht) ook gebruikt worden op een
akoestische gitaar met metalen snaren.
●
U kan niet alleen twee synthesizer tones ÒlayerenÓÑen
aan elke snaar een aparte klank toewijzenÑ, u kan ook
de instellingen voor helderheid en aanslag aanpassen
en opslaan. U kan ook de toonhoogteverschillen tussen
de gitaar- en de synthesizerklanken opslaan (p. 49Ð52).
Met dit in het achterhoofd werd de gitaarsynthesizer
ontwikkeld als een instrument dat bespeeld wordt zoals een
gitaar, maar waarmee u ook klanken kunt genereren net
zoals met andere synthesizers.
De gitaarsynthesizer is voorzien van een apart pickupelement voor elke snaar van de gitaar. Deze pickups
registreren en verzenden de frequentie- en amplitudeinformatie van de trilling van elke snaar naar de synthesizer,
die dan op zijn beurt deze data weergeeft in de vorm van
toonhoogte, volume en klank.
Als u een extern MIDI-toestel (bv. een andere klankgenerator) aansluit via de MIDI OUT-connector, dan kan u
ook gitaardata exporteren en tegelijkertijd de interne klankgenerator van het instrument aansturen.
U beschikt over een waaier aan panning-effecten:
●
gebruik twee verschillende synth-klanken in stereo of
spreid de klanken van de zes snaren van links naar
rechts, elke klank op zijn ideale stereopositie, enz.
(p. 41).
Met de vier tone-keuzepedalen roept u diverse effecten
●
op, zoals wah-wah en whammy (p. 28Ð29).
●
Met de expressiepedaal controleert u verschillende
aspecten van het geluid, zoals het volume en de tone,
terwijl u speelt (p. 47). U hebt geen extra apparatuur
nodig.
U kan ook een gitaarpartij omzetten in MIDI-
●
boodschappen, waarmee u dan externe MIDI-klankgenerators kan aansturen (p. 86).
Als u uw partij opneemt met een MIDI-sequencer, kan
●
u een realistisch getokkeld snaargeluid verkrijgenÑ
wat met een klavier niet zo evident isÑwat de melodie
des te expressiever maakt (p. 93).
●
Stemmen is een koud kunstje met de ingebouwde
guitar tuner-functie (p. 18).
●
Met de Synth Harmonist-functie, kan u een prachtige
synthesizerharmonieÑin een toonaard naar keuzeÑ
toevoegen aan gitaar- of synth-klanken (p. 80).
Met de ingebouwde arpeggiator beschikt u over
●
verscheidene arpeggio-effecten (p. 76).
●
Door effecten (reverb, chorus en multi-effecten) toe te
passen op een synthesizerklank, wordt deze nog rijker
en voller (p. 53).
8
Belangrijke opmerkingen
291a
Gelieve naast de items onder “VEILIG GEBRUIK VAN HET TOESTEL” op p. 2, ook de volgende zaken in acht te nemen:
Stroombron
301
●
Gebruik dit toestel niet op eenzelfde stroomkring samen
met apparaten die ruis veroorzaken (zoals een elektrische
motor of een regelbaar lichtsysteem).
302
●
De AC-adaptor zal na langdurig gebruik warm worden.
Dit is normaal en is geen reden tot ongerustheid.
307
●
Alvorens dit apparaat aan te sluiten op andere toestellen,
schakelt u best alle toestellen uit. Zo voorkomt u defecten
en/of schade aan luidsprekers of andere toestellen.
Plaatsing
351
Als u dit toestel gebruikt nabij een vervmogensversterker
●
(of een ander apparaat met grote transformators) kan er
brom ontstaan. Orienteer het toestel anders of verwijder
het van de interferentiebron.
352
●
Dit toestel kan radio- of TV-ontvangst verstoren. Gebruik
het niet in de nabijheid van zulke ontvangers.
354a
Stel het toestel niet bloot aan direct zonlicht, plaats het
●
niet nabij verwarmingstoestellen, laat het niet achter in
een gesloten voertuig, of stel het op geen enkele andere
manier bloot aan extreme temperaturen. Overdreven
warmte kan het toestel doen verkleuren of vervormen.
355
Gebruik dit toestel niet op een plaats die blootgesteld is
●
aan de regen of in een andere vochtige omgeving.
Onderhoud
401a
Gebruik voor een gewone schoonmaakbeurt een zachte
●
droge doek of een lichtjes met water bevochtigde doek.
Gebruik voor hardnekkig vuil een doek met een mild,
niet-bijtend schoonmaakmiddel. Veeg nadien het toestel
goed af met een zachte droge doek.
402
● Gebruik nooit benzine, thinner, alcohol of gelijk welk
oplosmiddel. Dit om verkleuring of vervorming te
voorkomen.
Herstellingen en data
452
● Gelieve er rekening mee te houden dat alle gegevens in
het geheugen van het toestel verloren kunnen gaan,
wanneer het toestel wordt hersteld. Maak van belangrijke
data steeds een backup op een externe harddisk, een Zip
disk of een DAT, of schrijf ze neer op papier (indien
mogelijk). Tijdens de reparatie wordt er grote zorg
besteed aan het voorkomen van dataverlies. In sommige
gevallen (bv. wanneer de geheugencircuits zelf defect zijn)
is het helaas niet mogelijk om de data te recupereren.
Roland neemt geen enkele aansprakelijkheid op in
verband met zulk dataverlies.
Memory Backup
501b
● Dit toestel bevat een batterij die de geheugencircuits voedt
wanneer het toestel uit staat. Wanneer deze batterij te
zwak wordt, verschijnt de onderstaande melding in de
display. Wanneer u deze melding ziet, laat dan zo snel
mogelijk de batterij vervangen, om te voorkomen dat u
alle data in het geheugen verliest. Voor het vervangen van
de batterij raadpleegt u best uw handelaar, het dichtstbijzijnde Roland Service Center of een erkende Rolandverdeler (Zie de ÒInformatieÓ-pagina).
“Battery Low!”
Bijkomende voorzorgen
551
● Gelieve er rekening mee te houden dat de inhoud van het
geheugen onherroepelijk verloren kan gaan ten gevolge
van een defect of van het onjuist bedienen van het toestel.
Daarom raden we aan om van belangrijke data die in het
geheugen van het toestel zijn opgeslagen, regelmatig een
backup te maken in een ander MIDI-toestel (bv. een
sequencer).
552
● Helaas kan het gebeuren dat data die opgeslagen werden
in een ander MIDI-toestel (bv. een sequencer), niet meer te
recupereren zijn, eens dat ze verloren zijn. Roland Corporation is niet aansprakelijk voor zulk dataverlies.
553
● Ga voorzichtig tewerk wanneer u de knoppen, regelaars
en andere bedieningsorganen, en de jacks en connectors
van het toestel gebruikt. Ruw omgaan met deze dingen
kan defecten veroorzaken.
554
● Sla of druk nooit op de display.
556
● Neem bij het aan- en afkoppelen van alle kabels steeds de
connector zelf vast Ð trek nooit aan de kabel. Zo voorkomt
u kortsluitingen en schade aan de interne elementen van
de kabel.
558a
● Hou, om uw buren niet te storen, het volume op een
redelijk niveau. U kan ook een hoofdtelefoon gebruiken
zodat u zich geen zorgen hoeft te maken over de mensen
rondom u (vooral in de late uren).
558b559a
● Om het toestel te transporteren, gebruikt u best de
oorspronkelijke verpakking (inclusief opvulling). Anders
dient u te zorgen voor een gelijkwaardige verpakking.
562
● Gebruik Roland-kabels voor de aansluitingen. Gebruikt u
kabels van een ander merk, let dan op het volgende.
❍ Sommige verbindingskabels bevatten resistors. Sluit
op dit toestel geen kabels aan die resistors bevatten.
Als u zulke kabels gebruikt, is het mogelijk dat het
geluid niet of nauwelijks hoorbaar is. Voor meer informatie over de kabels wendt u zich best tot de fabrikant
van de betreffende kabel.
9
Beschrijving van de panelen
fig.0-01
1314
2345
1
6789
1VOLUME-knop
Met de VOLUME-knop regelt u het volume van het
output-signaal van de MIX OUT jack. Het middenmerkteken is een handig referentiepunt wanneer u de
GR-33 aansluit op een instrumentversterker of een
mixer.
* Het output level van de GUITAR OUT jack wordt apart
aangestuurd.
2PLAY-toets
Hiermee kiest u de Play mode.
Druk hierop om de Play mode op te roepen, als u
gewoon wil spelen. (De GR-33 staat in Play mode bij
het opstarten.)
10
11
12
1615
5WRITE-toets
Met deze toets schrijft u een patch weg (Patch Write).
Hiermee bevestigt u ook de Factory Reset- en Bulk
Dump-handelingen.
6COMMON-toets
Hiermee roept u de COMMON-instellingen van de
Patch Edit mode opÑCOMMON-instellingen zijn van
toepassing op een volledige patch, in tegenstelling tot
de instellingen die enkel voor de individuele tones of
effecten gelden.
Druk op deze toets om de Patch Edit mode op te
roepen en pas de instellingen aan (bv. patch name en
patch pedal functions).
3SYSTEM-toets
Hiermee kiest u de System mode.
Druk hierop om de System mode op te roepen. Als u in
de System mode zit, kan u instellingen maken in de
GR-33 zelf, in tegenstelling tot instellingen voor
specifieke klanken.
4TUNER-toets
Hiermee kiest u de Tuner mode.
Druk op deze toets om de Tuner-functie te activeren,
zodat u uw instrument kan stemmen.
10
7TONE-toets
Druk hierop om de TONE-instellingen van de Patch
Edit mode op te roepenÑTONE-instellingen geven
vorm aan het geluid van individuele tones die samen
een patch vormen.
8EFFECTS-toets
Druk hierop om de EFFECTS-instellingen van de Patch
Edit mode op te roepenÑmet deze instellingen kan u
de reverb, chorus en multi-effect van de patch regelen.
Beschrijving van de panelen
9STRING SELECT-toets
Wanneer u de tones die u in een patch (LAYER) wil
spelen, selecteert en activeert, en wanneer u de
transpositie (TRANSPOSE) en andere instellingen voor
individuele snaren regelt, kies dan met deze toets
welke snaar u wenst in te stellen.
10 OUTPUT SELECT-toets
Hiermee selecteert u het output-toestel dat aangesloten
is op de MIX OUT jacks.
11 BANK/PARAMETER-toetsen
In Play mode kiest u met deze toetsen de patch banken.
In System mode en Patch Edit mode kiest u met deze
toetsen de parameter die u wil wijzigen.
12 PATCH/VALUE Dial
In Play mode doorloopt u hiermee de verschillende
patches of tones in volgorde.
In System mode en Patch Edit mode dient deze dial om
de parameterwaarden te wijzigen.
16 Expressiepedaal
Met deze pedaal kunt u verschillende zaken aansturen,
zoals het volume, de tone en de toonhoogte van het
huidige synth-geluid, en het arpeggiator-tempo.
Wanneer u de expressiepedaal bedient, let dan op
●
dat uw vingers niet geklemd geraken tussen de
pedaal en het paneel.
In gezinnen met kleine kinderen dient een
volwassene toezicht te houden tot de kinderen in
staat zijn om het toestel te gebruiken in overeenstemming met de veiligheidsvoorschriften.
13 Kleine display (3 karakters)
In Play mode toont de display het nummer van de
momenteel geselecteerde patch.
In System mode, Patch Edit mode en Pedal Effect mode
verschijnt respectievelijk ÒSYS,Ó ÒEdtÓ of ÒPdLÓ in de
display, als aanduiding van de huidige mode. Bij
parameters die voor elke snaar afzonderlijk kunnen
worden ingesteld, verschijnt het nummer van de
geselecteerde snaar in de display.
14 Grote display
In Play mode verschijnt hier de naam van de
momenteel geselecteerde patch en de huidige
Harmonist/Arpeggiator-status.
In andere modes verschijnt hier de waarde en de status
van de momenteel geselecteerde parameter. In deze
display verschijnen ook diverse boodschappen.
15 Voetpedalen
Dit zijn vier schakelaars die u met de voet bedient. In
Play mode is hun voornaamste functie: patches kiezen;
samen met de ÒS1Ó van de GK-2A. Nadat u op ÒS2Ó van
de GK-2A hebt gedrukt, om naar Pedal Effect mode te
gaan, kan u op een pedaal trappen om performanceeffecten zoals wah, pitch glide en hold te activeren.
11
Beschrijving van de panelen
fig.0-02
171819 2021222324
17
MIX OUT Jacks L(PHONES)/R(MONO)
De output van de synthesizer wordt van hieruit
uitgestuurd, of Òge-output.Ó Normaal gezien worden er
twee kabels ingeplugd, in de L en R jacks, en wordt het
signaal naar een stereo versterker gestuurd.
De L (PHONES) jack kunt u gebruiken als aansluiting
voor een stereo hoofdtelefoon met een standaard 1/4Ó
stereo plugÑplug niets in de R (MONO) jack.
U kan niet tegelijkertijd de R (MONO) jack gebruiken
als mono output terwijl u reeds de L (PHONES) jack als
hoofdtelefoonaansluiting gebruikt.
Als er niets is aangesloten op de GUITAR OUT jack,
dan wordt het geluid van de gitaar zelf ook mee in
deze outputs gemixt.
* Om de standaard-ge•nstalleerde patches volledig tot hun recht
te laten komen, raden we aan om een stereo versterker of een
stereo hoofdtelefoon. Als u de GR-33 aansluit op een mono
versterker, gebruik dan enkel de R (MONO) jack.
21 GK IN-connector
Sluit op deze connector de GK-2A synthesizer driver
(apart verkocht) aan, via de bijgeleverde speciale
13-pins kabel.
* Als u werkt met een speciale gitaar voor gebruik met een
synthesizer, raadpleeg dan de fabrikant van de gitaar of uw
dealer.
22 MIDI-connectors (MIDI IN/OUT)
Via deze connectors kan u de GR-33 aansluiten op een
extern MIDI-toestel, door middel van MIDI-kabels. Doe
dit wanneer u klanken van een externe klankmodule
wil gebruiken op de GR-33 , of als u tone data die
opgeslagen zijn in een extern MIDI-toestel, wil inladen.
23 Power-schakelaar
Hiermee schakelt u de GR-33 in en uit.
18 GUITAR RETURN Jack L/R(MONO)
Als u de GUITAR OUT jack (cfr infra) als externe effect
send gebruikt, stuur het return-signaal dan naar deze
jack. Het synthesizergeluid en het gitaargeluid met
effecten worden samen uitgestuurd via de MIX OUT
jacks.
19 GUITAR OUT Jack
Gebruik deze jack als u het gitaargeluid afzonderlijk
van het synth-geluid wil uitsturen vanuit de GR-33.
Sluit deze jack aan op uw gitaarversterker of effectapparatuur.
20 BANK SHIFT Jack
Via deze jack kan u een patch bank expansion foot
switch aansluiten op de GR-33.
U kan twee Boss FS-5U foot switches aansluiten via een
PCS-31 kabel (elk apart verkocht). Met een expansion
foot switch kan u verschillende functies aansturen in
alle modes behalve Play mode.
24 AC-adaptor Jack/kabelhaakje
Sluit hier de bijgeleverde AC-adaptor aan. Hang het
snoer van de adaptor rond het kabelhaakje om te
voorkomen dat het per ongeluk uitgetrokken wordt
tijdens het spelen.
* Gebruik uitsluitend de AC-adaptor die bij dit product werd
bijgeleverd.
Deze handleiding bevat illustraties die afbeelden wat er
normaal gezien in de display moet verschijnen. Het zou
echter kunnen dat uw toestel een nieuwere verbeterde
versie van het systeem bevat (bv. nieuwe klanken), dus
wat u in de display ziet, zal misschien niet altijd
overeenstemmen met wat er in de handleiding staat.
12
1. Spelen op de GR-33
Wat hebt u nodig?
De volgende items hebt u nodig om klanken te produceren met uw GR-33:
● GR-33 basismodule, met bijgeleverde accessoires (AC-adaptor, 13-pins kabel)
● Versterker, luidsprekers en kabelsÑbij voorkeur een volledig stereofoon systeemÑof een stereo hoofdtelefoon
● GK-2A divided pickup
● Gitaar met metalen snaren, met de GK-2A correct gemonteerd.
Naast de bovengenoemde items kunnen de volgende zaken ook nog goed van pas komen:
● Gitaarversterker, gitaareffecten (om toe te voegen aan de gitaarklank)
● Externe bank shift switches (Boss FS-5U, optioneel) Ñ Als u twee foot switches gebruikt, hebt u een vertakte kabel nodig
Voordat u uw gitaar kunt gebruiken met de GR-33, moet
eerst de GK-2A correct op de gitaar gemonteerd worden.
Volg de procedure in de gebruiksaanwijzing van de GK-2A
en monteer de pickup van de GK-2A zoals in de onderstaande afbeelding.
fig.1-20
Op welke gitaren kan u de GK-2A niet
gebruiken?
Door zijn compact design kan de GK-2A op vele
verschillende gitaartypes gemonteerd worden, maar toch
zijn er enkele types waarbij dit niet kan:
a. 12-snarige gitaren, pedal steel-gitaren en andere gitaren
met speciale snaren (nylon, darm, enz), basgitaren. (De
GK-2A zal niet naar correct werken als u hem op zulke
instrumenten monteert.)
b. Gitaren die door hun fysiek design geen ruimte bieden
om de GK-2A correct te installeren.
Wat betreft situatie Òb.Ó: U zou de GK-2A eventueel wel
kunnen installeren mits een kleine modificatie van de gitaar.
Raadpleeg de dealer waar u de GK-2A hebt gekocht.
Hoofdst.
1
* Zorg dat de Divided Pickup juist geori‘nteerd is: het kabeltje
van de Pickup moet aan de kant van de 6e (dikste) snaar zitten.
* In de handleiding van de GK-2A zal waarschijnlijk uitgelegd
worden hoe u de GK-2A moet monteren voor gebruik met de
GR-9 of de GR-30. Deze instructies zijn in grote lijnen
hetzelfde als u de GR-33 gebruikt.
Om te controleren of de GK-2A goed ge•nstalleerd is, moet u
op de volgende punten letten:
● Zorg dat er exact 1 mm ruimte is tussen de pickup en de
snaren wanneer u ze op de hoogste fret afklemt. (Laat de
snaar niet te dicht bij de pickup komen.)
● Zorg dat de afstand tussen de brug van de gitaar en de
pickups van de GK-2A niet groter is dan 20 mm.
● Zorg dat elk van de polen van de pickup correct
gepositioneerd zijn ten opzichte van de snaren.
Meer details vindt u in de gebruiksaanwijzing van de
GK-2A.
Sommige gitaarbouwers produceren gitaren die u met een
13-pins kabel rechtstreeks op de GR-toestellen kunt
aansluiten, zonder GK-2A. Vraag dit na bij uw dealer of bij
de fabrikant van de betreffende gitaar.
* Let op met gitaren die meer dan 25 frets hebben, of die
abnormaal hoog gestemd zijn, omdat de respons bij de hoogste
frets misschien niet voldoende is om de volledige
mogelijkheden van de GR-33 te benutten.
13
1. Spelen op de GR-33
Aansluitingen
Als het gitaargedeelte van uw systeem ge•nstalleerd is, sluit dan uw andere apparatuur aan zoals in de onderstaande
voorbeelden.
De (L) MIX OUT jacks kunnen
ook gebruikt worden als stereo
hoofdtelefoonaansluiting.
Hou er ook rekening mee dat u
niet tegelijkertijd de ene jack als
LINE OUT kan gebruiken en de
andere als hoofdtelefoonaansluiting Ñ m.a.w., u kan geen
mono-plug en een stereo-plug
tegelijkertijd gebruiken.
* Om defecten en/of schade aan luidsprekers of andere toestellen
te voorkomen, moet u steeds het volume dicht zetten en alle
toestellen uitschakelen voordat u aansluitingen maakt.
* Verhoog het volume van de versterker pas nadat u alle
aangesloten apparaten hebt ingeschakeld.
* Hang het stroomkabeltje rond het kabelhaakje, om te
voorkomen dat het per ongeluk zou worden uitgetrokkenÑmet
alle nadelige gevolgen vandienÑen om de AC-adaptor jack zo
weinig mogelijk te belasten.
fig.1-02
Zie p. 23Zie p. 15
AC-adaptor
(BRC-serie)
* Als u een mono-signaal uitstuurt vanuit de GR-33, sluit de
kabel dan aan op de R (MONO) jack van de MIX OUT jacks.
<Stereo Out>
Om de beste prestaties uit de GR-33 te halen en om de
kwaliteit van de patches volledig tot haar recht te laten
komen, dient u uw setup aan te sluiten op een stereo
(tweekanaals) versterker/luidsprekersysteem of op een
stereo hoofdtelefoon. Stereo apparaten zijn de beste manier
om de volle klank van de GR-33 te horen.
14
1. Spelen op de GR-33
<Output>
Het gitaargeluid en het synth-geluid apart uitsturen
U kan een gewone afgeschermde kabel aansluiten op de
GUITAR OUT jack om externe gitaareffecten toe te
voegen of om uw gitaarsignaal naar een gitaarversterker
te sturen. Op deze manier kan u het gitaargeluid sturen
op net dezelfde manier als wanneer u geen GR-33 zou
gebruiken. Het synthesizergeluid Ñniet gemixt met het
gitaargeluidÑwordt uitgestuurd via de MIX OUT jacks.
Het gitaargeluid en het synth-geluid samen uitsturen
Sluit enkel kabels aan op de MIX OUT jacksÑsluit niets
aan op de GUITAR OUT jack. Het gitaargeluid zelf
worst samen met het synth-geluid uitgestuurd via de
MIX OUT jacks. Op deze manier kan u zowel het gitaarals het synth-geluid uitsturen via ŽŽn enkele stereo (of
mono, indien nodig) versterker.
Een extern effect enkel op het gitaarsignaal toepassen en het samen met het synth-geluid uitsturen
Maak de volgende aansluitingen.
GR-33 GUITAR OUT Jack
↓
External Effect Input
External Effect Output
↓
GR-33 GUITAR RETURN Jack
Het synthesizergeluid en het gitaargeluid met effect
worden samen uitgestuurd via de MIX OUT jacks.
Opstarten en beginnen te
spelen
* Als u klaar bent met de aansluitingen (p. 14), zet dan uw
verschillende apparaten aan in de opgegeven volgorde. Door de
apparaten in de verkeerde volgorde aan te zetten, loopt u het
risico op defecten en/of schade aan luidsprekers of andere
apparatuur.
Controleer de aansluitingen en draai de volumeknop van de
GR-33 helemaal in tegenwijzerzinÑzet het volume helemaal
dichtÑen zet de GR-33 aan met de POWER-schakelaar op
het achterpaneel.
(Met deze schakelaar kunt u het toestel ook weer uitzetten.)
Indien u wenst, kan u de procedure in De fabrieks-instellingen oproepen op p. 16 uitvoeren om de
basisinstellingen van de GR-33 opnieuw op te roepen.
* Dit toestel is uitgerust met een beveiligingscircuit. Na het
opstarten zal het een paar seconden duren voordat de normale
werking begint.
De Play Mode
Zet de GR-33 aan en controleer of ÒA11Ó in de kleine display
verschijnt. Dit is het nummer van de momenteel
geselecteerde patch. Elke patch bevat een paar tones
waartussen u tijdens het spelen kan wisselen met een pedaal,
enz. (→ Voor details, zie p. 21.)
fig.1-03
Patchnaam
Hoofdst.
1
Luisteren met een hoofdtelefoon
Zorg dat er niets in de L (MONO) MIX OUT jack
geplugd is en sluit een stereo hoofdtelefoon aan op de
R (PHONES) jack.
* U kan niet tegelijkertijd de R (MONO) jack als LINE
OUT en de L (PHONES) jack als hoofdtelefoonaansluiting gebruikenÑd.w.z. u kan geen mono plug
tegelijkertijd met een stereo plug gebruiken.
Voor de geschikte instellingen voor uw output-toestel, zie
Het output-toestel selecteren (OUTPUT SELECT) (p. 19).
onenteel geselecteerde patch
(A11)
<De Play Mode>
Wanneer er een patchnummerÑzoals ÒA11Ó, dat direct
na het opstarten verschijntÑin de display staat, dan zit u
in Play mode. Wanneer u speelt, zit u normaal gezien in
Play mode. De Play mode is de basismodus van de
GR-33.
Zolang u de GR-33 niet volledig kent, de volgende tip: U
kunt steeds terugkeren naar de Play mode door het
toestel uit en weer aan te zetten.
(Voor de functies van de dials en de toetsen in de Play
mode, zie p. 30.)
Harmonist (HAR)
of
Arpeggiator (ARP)
15
1. Spelen op de GR-33
De fabrieksinstellingen oproepen (Factory Reset)
■ Een Factory Reset uitvoeren
1. Druk op [SYSTEM] om naar de System mode te gaan.
<Factory Reset>
De procedure waarbij de interne instellingen van de
GR-33 weer op hun oorspronkelijke waarden worden
gezet, noemen we “Factory Reset.”
Bij aankoop zijn de user patches (A11 - D84) van de
GR-33 dezelfde als zijn preset patches (E11 - H84). Deze
patches, alsook de systeeminstellingen van de GR-33Ñ
waaronder de pickup-gevoeligheid en de MIDI-kanalen
die gebruikt worden voor de verzending en ontvangst
van MIDI dataÑkunnen teruggezet worden op hun
fabriekswaarde.
De Factory Reset-handeling annuleert eventuele instellingen
die u gewijzigd hebt en doet alle edits die u in de patches
hebt aangebracht, te niet. Als u bepaalde instellinge of
patches wil behouden, gebruik dan de Bulk Dump-handeling
(p. 37) om ze op te slaan in een extern MIDI-toestel, bv. een
sequencer, alvorens de Factory Reset uit te voeren.
2. Selecteer ÒFACTORY RESETÓ met [PARAMETER].
fig.1-04
3. Kies met [VALUE] welke parameterÑof groep van
parametersÑu wil resetten.
• All:
Alle instellingen worden teruggezet op de fabriekswaarden.
• System:
De System-instellingen worden teruggezet op hun
fabriekswaarden.
• User Patch:
De Patch-instellingen worden teruggebracht naar hun
oorspronkelijke toestand.
• PC Number:
Program Change-nummers worden opnieuw toegewezen volgens de huidige volgorde van de patches.
Meer details over ÒPC NumberÓ vindt u in De Program
Change-nummers aanpassen aan de volgorde van de
patches (p. 97).
4. Selecteer de gewenste parameters en druk op [WRITE].
De melding ÒSure ?Ó verschijnt. U wordt gevraagd om te
bevestigen dat u wil doorgaan met de Factory Resethandeling.
fig.1-05
5. Druk opnieuw op [WRITE] om de handeling uit te
voeren.
ÒNow Writing...Ó verschijnt in de display. Na enkele
ogenblikken zal de GR-33 automatisch terugkeren naar
de Play mode, waarmee de factory Reset voltooid is.
Druk op [PLAY] om deze handeling te annuleren.
* Dit betekent dat de dataverwerking bezig is. Als u op
[WRITE] drukt, zorg dan dat u het toestel niet uitschakelt
voordat u bent teruggekeerd naar de Play mode.
16
1. Spelen op de GR-33
Globale instellingen voor de GR-33 (SYSTEM)
De helderheid van de display
regelen (LCD Contrast)
■ De helderheid van de display regelen
1. Druk op [SYSTEM] om de System mode op te roepen.
2. Selecteer ÒLCD CONTRASTÓ met [PARAMETER].
fig.1-06
3. Regel het contrast met de [VALUE]-schijf.
4. Als de helderheid naar wens ingesteld is, druk dan op
[PLAY] om terug te keren naar de Play mode.
De Input-gevoeligheid regelen
(PICKUP SENS)
Het toestel staat aan. Regel de input-gevoeligheid van elke
snaar naargelang hoe de GK-2A gemonteerd is en afgestemd
opuw eigen aanslagsterkte. Aangezien deze instellingen
automatisch opgeslagen worden,Ñen dus niet verloren gaan
wanneer u het toestel uitschakeltÑhoeft u de gevoeligheid
niet telkens opnieuw in te stellen.
■ Procedure: Input-gevoeligheid instellen
1. Druk op [SYSTEM] om de System mode op te roepen.
2. Selecteer ÒPICKUP SENSÓ met [PARAMETER].
De Sensitivity-instelling wordt geactiveerd en het
volgende verschijnt in de display:
fig.1-07
fig.1-21
Als de uiterst rechtse indicator oplicht, dan is het level te
hoog ingesteld, dus verlaag de gevoeligheid met de
[VALUE]-schijf.
* Als de gevoeligheid te hoog staat, kan het geluid soms weg-
vallen, of krijgt u minder respons op dynamische wijzigingen
in uw gitaarspel. Een te lage gevoeligheid kan ook problemen
geven, dus stel dit zorgvuldig in.
5. Regel de snaren 5 t.e.m. 1 op dezelfde manier.
6. Als u klaar bent, druk dan op [PLAY] om terug te keren
naar de Play mode.
In de volgende gevallen moet u zeker de
sensitivity-instellingen aanpassen!
¥ Als u een gitaar gebruik waarvoor u de gevoeligheid nog
niet hebt geregeld
¥ Nadat u een Factory Reset hebt uitgevoerd (p. 16)
¥ Wanneer u de GK-2A anders monteert als aanpassing
aan een wijziging aan de gitaar, bv. wanneer de hoogte
van de snaren versteld is.
¥ Wanneer u een snaar vervangt door ŽŽn van een
verschillende dikte.
In uitzonderlijke gevallen, kan de sensitivity-meter een te
hoge waarde aangeven, ook al staat de gevoeligheid op zÕn
laagst ingesteld. Als dit gebeurt, moet u iets meer ruimte
laten tussen de pickups van de GK-2A en de snaren.
Hoofdst.
1
Gevoeligheid: laag
Gevoeligheid: hoog
Snaarnummer
Input-gevoeligheid
3. Wanneer u de 6e snaar van de gitaar aanslaat, verandert
het snaarnummer in de display automatisch in Ò6.Ó
De level meter in de display licht op van links en geeft
aan hoe sterk de snaar werd aangeslagen. De huidige
input-sensitivity instelling voor de snaar verschijnt
eveneens naast het snaarnummer.
4. Regel de gevoeligheid met de [VALUE]-schijf zodat het
rechthoekje oplicht wanneeru de snaar tijdens het
spelen heel hard aanslaat.
Level Meter
Meerdere gitaren gebruiken (GUITAR
SELECT)
U kan vier aparte string-sensitivity setups opslaan, die u kan
oproepen naargelang welke gitaar u gebruikt.
■ De verschillende Sensitivity-instellingen
oproepen
1. Druk op [SYSTEM] om de System mode op te roepen.
2. Selecteer ÒGUITAR SELECTÓ met [PARAMETER].
17
1. Spelen op de GR-33
)
fig.1-08
3. Selecteer Gtr1ÐGtr4 met de [VALUE]-schijf.
De instelling die u selecteert, wordt ingeladen.
* De fabrieksinstelling is ÒGtr1.Ó
Als u een nieuwe input-sensitivity setup wil aanmaken,
selecteer dan ÒPICKUP SENSÓ met [PARAMETER] en
pas de sensitivity-instellingen aan voor de zes snaren
van de momenteel gebruikte gitaar.
4. Stel de gevoeligheid voor elke snaar in en druk op
[PLAY] om terug te keren naar de Play mode.
Maak vier verschillende input-sensitivity setups aan
voor Gtr1ÐGtr4 (de verschillende gitaren die u gebruikt).
* De huidige sensitivity setup is degene die u het laatst
geselecteerd hebt.
Afstemmen op de toonhoogte
van een ander instrument
De master tuning (basistoonhoogte) die in de fabriek werd
ingesteld voor de klanken en de interne tuner van de GR-33,
is A = 440.0 Hz.
Als u de stemming van de GR-33 moet aanpassen aan de
stemming van een ander instrumentÑof als u om een andere
reden de master tuning wil veranderenÑ, voer dan de
volgende stappen uit.
De gitaar stemmen (Tunerfunctie)
Gebruik de ingebouwde tuner van de GR-33 om uw gitaar
nauwkeurig te stemmen. Deze tuner werkt op exact dezelfde
manier als andere stemapparaten.
■ De gitaar stemmen
1. Houd [S1] op de GK-2A ingedrukt en druk de eerste
pedaalÑ[1] (TUNER) Ñ in, of druk op [TUNER].
De Tuner-functie wordt opgeroepen en het volgende
verschijnt in de display.
fig.1-09
Snaarnummer (1 tot 6)
2. Sla de 6e snaar van de gitaar aan.
Het snaarnummer verandert automatisch in Ò6.Ó
De noot waarop snaar 6 momenteel gestemd isÑnoten
worden per halve toon gestemdÑ, verschijnt op de
tweede positie in de display. (ÒD#Ó in de onderstaande
figuur.)
fig.1-10
■ De Master Tune-instelling wijzigen
1. Druk op [SYSTEM] om de System mode op te roepen.
2. Selecteer ÒMASTER TUNEÓ met [PARAMETER].
fig.1-13
3. Kies de gewenste toonhoogte met de [VALUE]-schijf. U
kan de toonhoogte vrij instellen tussen 427.4 en 452.6
Hz.
4. Druk op [PLAY] om terug te keren naar de Play mode.
* De toonhoogte van het synthesizergeluid verandert niet
wanneer u de Master Tune-instelling van de GR-33
verandertÑhet synth-geluid blijft de stemming van de gitaar
volgen. Daarom moet u, nadat u de master tuning hebt
veranderd, door middel van de Tuner-functie uw gitaar
herstemmen volgens de nieuwe basistoonhoogte. Daarna
zullen de synth-geluiden meespelen in de nieuwe stemming.
Nootnaam
(“D#” – Het symbool rechts in de display betekent "kruis"
3. Sla snaar 6 aan en draai aan haar stemsleutel tot de
naam van de noot waarop u de snaar wil stemmen, in
de display verschijnt.
fig.1-11
4. Stem de snaar fijn af tot het middelste blokje in de
display oplicht en blijft branden.
Wanneer de middelste indicator oplicht, is snaar 6 exact
op ÒEÓ gestemd.
18
1. Spelen op de GR-33
fig.1-12
te hoog
juist gestemd
te laag
5. Stem de andere snaren, 5 t.e.m. 1, op respectievelijk A,
D, G, B en E.
6. Wanneer u klaar bent met stemmen, druk dan op een
willekeurige pedaal, op [S1] of [S2] van de GK-2A, of
op [PLAY], om terug te keren naar de Play mode.
Het output-toestel selecteren (OUTPUT SELECT)
Opdat de GR-33 de correcte output levels zou uitsturen,
moet u het type van toestel selecteren waarop de outputs
aangesloten zijn (MIX OUT).
fig.1-14
De guitar amp simulator
uitschakelen (G.AMP SIM)
De GR-33 heeft een ingebouwde guitar amp simulator
(G.AMP SIM). Als OUTPUT SELECT ingesteld staat op
ÒLINEÓ, dan wordt de guitar amp simulator enkel op het
gitaargeluid zelf toegepast. Hiermee kan u de indruk wekken
dat het oorspronkelijke gitaargeluid uit een gitaarversterker
komt, ook al wordt het signaal rechtstreeks naar een ander
apparaat gestuurd.
Als u de interne guitar amp simulator van de GR-33 niet
gebruiktÑbv. als u een extern amp simulator effectapparaat
gebruiktÑ, stel dan de GR-33 als volgt in.
Hoofdst.
1
1. Druk op [OUTPUT SELECT] en kies de gepaste
instelling.
De momenteel geselecteerde instelling licht op.
• GUITAR AMP:
Kies deze instelling als u een gitaarversterker gebruikt.
• LINE:
Kies deze instelling als u een keyboardversterker, een
algemene instrumentversterker, een mixer, een MTR of
een hoofdtelefoon gebruikt.
De klankgenerator van de GR-33 is een PCM-synthesizer die
een brede waaier aan timbres (klankkleuren) kan reproduceren. Om de rijke synthesizergeluiden optimaal weer te
geven, gebruikt u best een keyboardversterker, een algemene
instrumentversterker, een PA-systeem, of dergelijke
apparatuur in plaats van een gitaarversterker.
* Wijzigingen aan de OUTPUT SELECT-instelling hebben
geen invloed op de instellingen die in de patches zijn
opgeslagen.
■ De Amp Simulator uitschakelen
1. Druk op [SYSTEM] om de System mode op te roepen.
2. Selecteer ÒG.AMP SIMÓ met [PARAMETER].
fig.1-15
3. Selecteer ÒOffÓ met de [VALUE]-schijf.
• Off:
De amp simulator wordt niet gebruikt.
• On:
De amp simulator wordt gebruikt wanneer OUTPUT
SELECT ingesteld staat op ÒLINE.Ó
4. Druk op [PLAY] om terug te keren naar de Play mode.
* Als u de amp simulatoropnieuw wil gebruiken, kies dan ÒOnÓ
in stap 3.
19
1. Spelen op de GR-33
De interne synth-klanken spelen met de gitaar
Nadat u de aansluitingen op de versterker hebt gecontroleerd, de sensitivity setup hebt voltooid en uw gitaar hebt gestemd, kan u
beginnen te spelen.
■ De klanken van de GR-33 spelen met uw
gitaar
1. Zorg dat in de display de Play mode aangegeven staat
(p. 15).
2. Zet de selectorschakelaar van de GK-2A op ÒSYNTH.Ó
3. Draai SYNTH VOL op de GK-2A in tegenwijzerzin om
een geschikt volume in te stellen.
4. Zet de VOLUME-knop van de GR-33in haar centrale
positie.
5. Wanneer u pedaal 3 indrukt,verandert het nummer in
de display in ÒA13Ó en wordt de overeenkomstige
patch (klank) geselecteerd.
Nu bent u klaar om te spelen. Speel op uw gitaar en verhoog
geleidelijk aan het volume op uw versterker, en u hoort de
geselecteerde patchÑpatch A13Ñuit de interne klankgenerator van de GR-33.
❍ Het normale gitaargeluid horen...
Zet de selector van de GK-2A op ÒMIX.Ó Als u dan
overschakelt naar ÒGUITARÓ, wordt de klankgenerator
van de synthesizer uitgeschakeld en blijft enkel het
gitaargeluid over.
Het volume van de synth-klankgenerator wijzigen...
❍
Regel het volume met de SYNTH VOL-knop van de GK2A oof met de VOLUME-knop van de GR-33.
Met de VOLUME-knop van de GR-33 wijzigt u de globale
volume-output van de MIX OUT jacks. Dus, als het
gitaargeluid deel uitmaakt van het MIX OUT-signaal, dan
verandert het volume van zowel het gitaar- als het
synthesizergeluid. (Het gitaargeluid dat via de GUITAR
OUT jack wordt uitgestuurd, blijft ongewijzigd. Het gitaarvolume blijft eveneens ongewijzigd wanneer u de SYNTH
VOL-knop van de GK-2A gebruikt.)
U speelt op de gitaar, maar u hoort niets. Wat nu?
Controleer eerst en vooral het volgende:
¥ Controleer of het volume van de versterker en andere
apparatuur juist staat en ga na of alle apparatuur correct
is aangesloten (p. 14).
¥ Controleer of het volume van de GR-33 en de GK-2A ver
genoeg open staat. Kijk ook na of de guitar/synthschakelaar niet op GUITAR staat.
❍ De klank van een bepaalde Patch wordt op geen
enkele snaar weergegeven (of wordt op een
specifieke snaar niet weergegeven)
¥ Druk de expressiepedaal (p. 11) zo ver naar beneden als
hij gaat.
¥ Als u een mono-verbinding gebruikt naar de versterker,
zorg dan dat uw kabel aangesloten is op de R (MONO)
jack van de MIX OUT jacks van de GR-33.
¥ Controleer of de synth-geluiden niet uitgeschakeld zijn
voor bepaalde snaren, in de TONE ÒLAYERÓ-parameter
in Patch Edit mode (p. 51).
Als de volumes van de snaren onderling sterk verschillen,
controleer dan opnieuw de input sensitivity-instellingen
(PICKUP SENS) (p. 17).
20
2. Klanken (Patches) kiezen en spelen
Wat is een Patch?
ÒPatchÓ is de term voor de tones van de GR-33 die u ten allen
tijde kan oproepen met een foot switch of een ander
apparaat. Er zitten 256 patches opgeslagen in de GR-33.
Bijvoorbeeld, de ÒA11Ó die in de display verschijnt wanneer
u het toestel aanzet, wijst erop dat het patchnummer A11
opgeroepen is en dat het toestel klaar is voor gebruik.
De basiseenheid van de klanken van dit toestel is de Òtone.Ó
Tones bestaan uit geluidsgolfvormen, zoals ÒGR Piano,Ó
ÒPipe OrganÓ en ÒNylon Gtr mpÓ. In totaal zitten er 384
zulke tones in het toestel. (Hoe kiest u de tones? → p. 49; lijst
van de tones → p. 103)
In een patch worden maximaal twee tones gecombineerd,
waarna u nog verschillende instellingen kunt maken, zoals
brightness, attack, verschil tussen synthesizer- en gitaartoonhoogte, e.d. De gebruiker kan deze parameters volledig
vrij instellen en wijzigen zodanig dat de patch het best klinkt
in de song die hij wil spelen.
Meer nog, 128 patches (in de eerste helft van de patch bank)
kunnen gewijzigd en weggeschreven worden. (Meer details
over de patches vindt u op p. 35.)
De patchnummers bestaan uit drie karakters: Òeen letter van
het alfabet AÐH (groep)Ó gevolgd door Òeen cijfer 1Ð8
(bank)Ó en Òeen cijfer 1Ð4 (nummer op de pedaal).Ó
(Voorbeelden: A83, d24, F61, enz.)
fig.2-01
Cijfer van 1 tot 4 (Pedaalnummers)
Cijfer van 1 tot 8 (Banken)
Letters A, b, C, d, E, F, G, H (Groepen)
Dit systeem kan vervangen worden door een systeem met de
cijfers 001 tot 256 (p. 24).
Herschrijfbare patches (User
Patches)
Patches in de groepen A t.e.m. d
(A11 tot A84, b11 tot b84, C11 tot C84 en d11 tot d84)
Hier kan u patches aanmaken voor een specifieke song, of
voor andere doeleinden, en ze dan opslaan in het geheugen.
(Bij aankoop van de GR-33 zijn de patches in deze groepen
dezelfde als de volgende preset patches. Als u de patches van
de GR-33 wil terugbrengen naar hun oorspronkelijke
toestand, voer dan een Factory Reset uit (p. 16.)
Hoofdst.
2
Een patch kiezen
Patches kiezen met de gitaar
(GK-2A)
Soms (bv. wanneer u alle patches na elkaar wil beluisteren)
wil u de patches gewoon op de gitaar kiezen (GK-2A). Volg
in zulke gevallen de onderstaande stappen. (U hoeft op de
basismodule geen pegaal of knop aan te raken.)
■ Een patch kiezen met de gitaar
1. Druk op [SYSTEM] om de System mode op te roepen.
2. Selecteer ÒS1/S2 FUNCTIONÓ met [PARAMETER].
fig.2-02
3. Kies ÒPatch SelectÓ met de [VALUE]-schijf.
¥ Patch Select:
U kan continu van patch veranderen met [S1] en [S2] op
de GK-2A.
¥ Normal:
Normale status. U kan niet van patch veranderen op de
GK-2A.
4. Druk op [PLAY] om terug te keren naar Play mode.
21
2. Klanken (Patches) kiezen en spelen
5. Als u ŽŽn keer op [UP/S2] van de GK-2A drukt, gaat u
naar de volgende (hogere) patch; als u de toets ingedrukt houdt, doorloopt u de reeks patches snel. Als u
dan ook nog de andere toets (hier de [DOWN/S1]-toets)
indrukt, gaat het nog sneller. Als u net het omgekeerde
doet met de toetsen [S1] en [S2], kan u de vorige
(lagere) patches oproepen.
fig.2-03
S1
(Lager patchnummer)
S2
(Hoger patchnummer)
Kies de patches met de toetsen van de GK-2A, speel op uw
gitaar en beluister achtereenvolgens de patches.
Patches kiezen op de basismodule
Patches kiezen met de pedalen
U kan enkel patches kiezen met de pedalen wanneer ÒS1/S2
FUNCTIONÓ op ÒNormalÓ staat.
Instelling van ÒS1/S2 FUNCTIONÓ, zie p. 21.
❍ Met de pedalen patches oproepen van dezelfde
groep of bank
Wanneer u live speelt of in de studio, kan u met de pedalen
op de basismodule onmiddellijk ŽŽn van de vier patches van
eenzelfde groep of bank kiezen.
1. Zorg dat het toestel in Play mode staat.
Als het niet in Play mode staat, druk dan op [PLAY].
2. Met een druk op de pedalen 1 - 4 kan u direct ŽŽn van
de vier patches kiezen van de geselecteerde bank in een
bepaalde groep. Het rechtse cijfer in de display
verandert in het nummer van de ingedrukte pedaal.
fig.2-05
<Met de pedaal>
Met de GR-33 in de zonet beschreven toestand, kan u
verschillende pedaaleffecten oproepen (verklaring
volgt). Bv. hold, pitch glide, e.d. kunt u activeren door
op een van de vier pedalen van de GR-33 te trappen.
(Voor details, zie p. 28.) Om deze status aan te duiden,
wanneer ÒS1/S2 FUNCTIONÓ geselecteerd is in ÒPatch
Select,Ó verschijnt ÒPdLÓ(ongeveer om de vier seconden)
in de kleine display, waar de patchnummers verschijnen.
fig.2-04
Als het toestel zich in deze status bevindt, kan u een
externe bank shift-pedaal gebruiken om van patch te
veranderen, zowel omhoog als omlaag, net zoals met de
[S1]- en [S2]-toetsen op de GK-2A.
❍ Met de pedalen een patch van een andere groep of
bank oproepen
U kan patches kiezen met de Pedal-functie, in combinatie
met de [S1]-toets van de GK-2A.
1. Zorg dat het toestel in Play mode staat.
Als het niet in Play mode staat, druk dan op [PLAY].
2. Houd [S1] op de GK-2A ingedrukt, en druk op
[GROUP ▲] (pedaal 2).
Pedaal 2 roept enkel de volgende groep op, zolang [S1]
ingedrukt is; door op de pedaal te drukken, gaat u naar
de volgende groep.
* Als u enkel van bank wil veranderen, maar niet van groep, sla
stap 2 dan over en ga door met stap 3.
22
2. Klanken (Patches) kiezen en spelen
fig.2-06
S1 ingedrukt houden
3. Houd [S1] op de GK-2A ingedrukt en druk op [BANK
▲] (pedaal 4) of [BANK ▼] (pedaal 3).
Zolang de [S1]-toets ingedrukt is, fungeert pedaal 4 als
[BANK ▲] (BANK UP) en pedaal 3 als [BANK ▼]
(BANK DOWN). De display begint te knipperen en
wanneer u pedaal 3 of 4 indrukt, verandert het cijfer dat
de bank aangeeft (het middelste cijfer in de display).
fig.2-07
Patches kiezen met de [VALUE]-schijf
Als u patches wil kiezen met de schijf, dan moet u eerst de
volgende instellingen maken.
1. Druk op [SYSTEM] om de System mode op te roepen.
2. Selecteer ÒDIAL FUNCTIONÓ met [PARAMETER].
fig.2-09
3. Selecteer ÒPATCH&VALUEÓ met de [VALUE]-schijf.
¥ PATCH&VALUE:
U kan met de schijf (dial) zowel het patchnummer
kiezen als waarden wijzigen bij het editen.
¥ VALUE Only:
U kan met de dial enkel waarden wijzigen bij het editen.
4. Als u deze instelling gemaakt hebt, druk dan op
[PLAY] om terug te keren naar de Play mode.
In Play mode kan u elk van de 256 patches (A11ÐH84)
kiezen door aan de [VALUE]-schijf te draaien.
U kan ook door middel van [BANK/PARAMETER] de
banken vooruit/achteruit doorlopen.
Hoofdst.
2
S1 ingedrukt houden
4. Kies de gewenste groep/bank, laat [S1] los en druk op
een pedaal.
Wanneer u een pedaal indrukt, wordt de patch
opgeroepen en verandert het geluid.
fig.2-08
Patches kiezen met de basismodule
plus een externe foot switch
Als u een foot switch aansluit op de BANK SHIFT jack op het
achterpaneel, dan kan u van bank veranderen zonder [S1] op
de GK-2A in te drukken.
Deze functie kan u dus volledig met de voet bedienen: met
ŽŽn DP-5 (apart verkocht) kan u de patchbanken in
opklimmende volgorde doorlopen, of met twee Boss FS-5U
foot switches en een vertakte kabel (apart verkocht) kan u de
patchbanken in beide richtingen doorlopen.
fig.2-10
PCS-31
Rood
BANK
DOWN
Wit
BANK
UP
23
2. Klanken (Patches) kiezen en spelen
* Soms, wanneer u met de foot switch een bank kiest, zal u
misschien zien dat de bank verandert, maar het patch nummer
niet (lichtje knippert); dit wijst echter niet op een defect. U kan
ook de polariteitsschakelaar van de FS-5U verzetten, zoals in
de onderstaande figuur.
fig.2-11
Polariteitsschakelaar
* Als ÒS1/S2 FUNCTIONÓ op ÒPatch SelectÓ staat, dan dient
de zonet beschreven foot switch om patches te kiezen (p. 21).
Patches kiezen met een externe
MIDI foot controller
Stel, u gebruikt de vier pedalen van de basismodule voor een
speciale functie (p. 26), bv. voor effecten zoals hold en wah,
maar u wil wel patches kunnen kiezen met de voet.
In zulke gevallen moet u een externe MIDI foot controller
aansluiten (bv. FC-200, Boss FC-50, enz.).
Maak de instellingen volgens de onderstaande procedure.
1. Sluit de apparatuur aan zoals in onderstaande figuur.
fig.2-12
MIDI IN
MIDI OUT
MIDI Foot Controller
2. Druk op [SYSTEM] om de System mode op te roepen.
De patchnummer-display stemt overeen met de display
op de MIDI foot controller, maar deze laatste werkt met
nummers van 001 tot 256 i.p.v. met de alfanumerieke
symbolen in de patchnummers van de GR-33.
4. Selecteer ÒDecimalÓ met de [VALUE]-schijf.
¥ Decimal:
Patchnummers worden getoond als een decimaal getal
van 001 tot 256.
¥ Grp/Bnk/Num:
Patchnummers worden getoond als groep/bank/
nummer van A11ÐH84.
5. Selecteer ÒS1/S2 FUNCTIONÓ met [PARAMETER].
6. Selecteer ÒPatch SelectÓ met de [VALUE]-schijf.
Voor details, zie Patches kiezen met de gitaar (GK-2A) (p.
21)
7. Druk op [PLAY] om terug te keren naar de Play mode.
Het patchnummer dat verschijnt, zal Ò001Ó zijn i.p.v.
ÒA11.Ó
8. Stel het MIDI-zendkanaal van de MIDI foot controller
gelijk met het kanaal van de GR-33 (p. 86; de fabrieksinstelling is kanaal Mono 11).
9. Gebruik de MIDI foot controller om extern van patch te
veranderen. Bedien de controller volgens de instructies
in de handleiding.
* Het patchnummer in Ònumeral-only formatÓ dat in stap 4
werd ingesteld, blijft in het geheugen zitten, ook nadat het
toestel uitgeschakeld is. Zet indien nodig de patchnummerdisplay terug op het Group/bank/number format.
Meestal kan u user patches (001 tot 128, of A11 tot D84)
kiezen wanneer u onmiddellijk na het opstarten MIDI
program change data verzendt vanuit de MIDI foot
controller.
* MIDI program change-nummers die de GR-33 ontvangt,
hebben een vaste ŽŽn -op-ŽŽn overeenstemming met de patches
(001 tot 128, of A11 tot D84) die ze voorstellen; Dit kan niet
gewijzigd worden. (Anderzijds, als u met de GR-33 patches
kiest, dan bent u vrij om de MIDI program change-nummers
die de data naar externe apparatuur zenden, te wijzigen en op
→
te slaan.
p. 88)
3. Selecteer ÒDISPLAY TYPEÓ met [PARAMETER].
fig.2-13
24
2. Klanken (Patches) kiezen en spelen
De volgorde van de patches wijzigen
Als u tijdens het spelen (in de studio of op het podium) van
patch moet veranderen, dan is het erg handig als de
benodigde patches tot dezelfde groep/bank behoren (bv.
A11 tot A14), want dan kan u gewoon de pedalen op de
basismodule gebruiken.
Om de volgorde van de patches te wijzigen, voert u de patch
write-handeling (p. 36) uit. Daarmee bepaalt u het patchnummer (adres) waar de patchdata van de huidige selectie
(of wijziging) worden weggeschreven.
Voorbeeld: de inhoud van A21 en B62 verwisselen
Om te voorkomen dat de inhoud van patch A21 verloren
gaat, moet u eerst een ongebruikte patchnummer leegmaken,
waar u de patchdata van A21 tijdelijk kan bewaren.
(Aangezien de groepen A t.e.m. d van de user patches
dezelfde zijn als de groepen E t.e.m. H van de preset patches,
mag u ze gerust wissen.)
Daarna schrijft u B62 → A21 en de inhoud van de tijdelijke
bewaarplaats → B62. Zo is de inhoud van A21 en B62
verwisseld.
1. Kies de patch ÒA21Ó.
2. Druk op [WRITE].
U gaat over naar Write mode en er verschijnt een scherm
zoals het onderstaande.
fig.2-14
3. Kies met de [VALUE]-schijf de patch naar waar u wil
wegschrijven.
fig.2-15
In dit voorbeeld kiezen we ÒC11Ó als de bestemmingspatch.
4. Druk op [WRITE] nadat u de bestemmingspatch hebt
gekozen.
De onderstaande display verschijnt en vraagt om de
handeling te bevestigen.
fig.2-16
Hoofdst.
2
5. Als u er zeker van bent dat u deze handeling wil
uitvoeren, druk dan nogmaals op [WRITE].
fig.2-17
ÒNow Writing...Ó verschijnt in de display en het toestel
keert automatisch terug naar de Play mode, waarmee de
write-procedure voltooid is.
6. Herhaal de stappen 1 tot 5, om B62 → A21 te kopi‘ren,
net zoals u gedaan hebt met A21 → tijdelijke
bewaarplaats (C11).
7. Kopieer tenslotte de inhoud van de tijdelijke
bewaarplaats (C11) → B62.
* Aangezien de patchgroepen E t.e.m. H read-only zijn, kan u de
volgorden van hun patches niet wijzigen of kan u hun
patchnummers ook niet als tijdelijke bewaarplaats gebruiken.
(U kan ze echter wel ter referentie kopi‘ren of ze als basis
gebruiken om een nieuwe patch aan te maken.)
25
3. Functies en effecten aansturen met de
pedalen van de basismodule
“Pedal Effect Mode”: Wat is het en hoe roep ik het op?
Hetzelfde effect oproepen in Play
Mode
Pedal Effect Mode
Door middel van de vier pedalen op de GR-33 kunt u de
Arpeggiator- en de Harmonist-functie aan en uit zetten
en effecten zoals synth sound hold en wah pedal
oproepen. Deze mode noemen we ÒPedal Effect modeÓ
en hij wordt, net als de Play mode, vaak gebruikt tijdens
het spelen.
■ Pedal Effect Mode oproepen
1. Druk op [SYSTEM] om de System mode op te roepen
en stel ÒS1/S2 FUNCTIONÓ in op ÒNormal.Ó
Meer details en instructies i.v.m. deze procedure vindt u in
Patches kiezen met de gitaar (GK-2A) (p. 21).
Als u ÒS1/S2 FUNCTIONÓ in System mode hebt ingesteld op
ÒPatch SelectÓ, zodat u patches kan kiezen met de toetsen
van de GK-2A, dan kan u pedaaleffecten gebruiken in Play
mode. De vier pedalen werken op net dezelfde manier als in
Pedal Effect mode, in plaats van patches op te roepen, wat ze
normaal zouden doen in Play mode. (ÒPdLÓ verschijnt
ongeveer om de 4 sec. in de kleine display, als teken dat de
pedaaleffecten beschikbaar zijn.)
Meer details en instructies over dit type van setup vindt u in
Patches kiezen met de gitaar (GK-2A) (p. 21).
* Met uitzondering van de arpeggio latch hold (p. 76), kunt u
een onverwacht resultaat verkrijgen als u meer dan ŽŽn pedaal
tegelijk indrukt. Ga dus voorzichtig te werk.
2. Druk op [PLAY] om terug te keren naar de Play mode.
3. Druk ŽŽn maal op [S2] van de GK-2A.
Als u naar Pedal Effect mode gaat, begint in de kleine
display van de GR-33 ÒPdLÓ (Pedal) te knipperen.
fig.3-01
Druk op [S1] of [S2] van de GK-2A om terug te keren
naar de Play mode.
Dezelfde pedaal kan verschillende effecthoeveelheden
produceren, naargelang de patch. De hoeveelheid effect
kan aangepast worden aan een songÑof om een andere
regen gewijzigd wordenÑen kan opgeslagen worden als
onderdeel van de patch.
Meer informatie over de functie van de pedaaleffecten en
over het wijzigen van de hoeveelheid effect, zie
hoofdstuk 5 (p. 35Ð52).
26
3. Functies en effecten aansturen met de pedalen van de basismodule
Arpeggiator en Harmonist in-/uitschakelen
■ In-/uitschakelen met de pedalen
1. Activeer de Pedal Effect mode (p. 26). (Of stel in System
MULTI-FX
Dit zijn effecten voor het synthesizergeluid.
Voor details, zie p. 53.
Arpeggiator
Dit is een functie die automatisch arpeggioÕs cre‘ert Ñ
akkoorden waarvan de noten na elkaar worden
gespeeld, in plaats van tegelijk Ñ wanneer u een
akkoord speelt.
Voor details, zie p. 76.
mode ÒS1/S2 ACTIONÓ in op ÒPatch SelectÓ en keer
terug naar de Play mode.)
2. Druk op pedaal 4 (CTRL).
De betreffende functieÑMULTI-FX BYPASS,
Arpeggiator of HarmonistÑwordt in- of uitgeschakeld.
Deze selectie kan u maken door in Patch Edit mode de
parameter ÒCOMMONÓop ÒCTRL PEDALÓ in te stellen
(p. 46).
<Een woordje uitleg over de display>
MULTI FX BYPASS On/Off
ÒbYPÓ of ÒoFFÓ verschijnt ongeveer 1 sec. in de kleine
display.
Hoofdst.
3
Harmonist
Dit effect cre‘ert een harmonie in een bepaalde toonaard
met gitaar- en synthesizergeluiden, of met twee
synthesizergeluiden.
Voor details, zie p. 80.
De GR-33 beschikt over de functies Multi-Effects,
Arpeggiator en Harmonist, welke u met de pedalen kunt inen uitschakelen.
* De MULTI-FX Bypass, Arpeggiator en Harmonist kunnen
voor elke patch individueel in- en uitgeschakeld worden. Voor
meer informatie over deze instellingen, zie p. 46.
* Wanneer MULTI-FX BYPASS in-/uitgeschakeld wordt, zou
een geruis kunnen horen, maar dit wijst niet op een defect.
Arpeggiator On/Off
ÒArpÓ of ÒoFFÓ verschijnt ongeveer 1 sec. in de kleine
display.
De display reageert als volgt wanneer de Arpeggiator
wordt aangezet.
fig.3-10
Harmonist On/Off
ÒHArÓ of ÒoFFÓ verschijnt ongeveer 1 sec. in de kleine
display.
De display reageert als volgt wanneer de Harmonist
wordt aangezet.
fig.3-02
Toonaard
U kan ofwel de Arpeggiator of de HarmonistÑmaar niet
allebeiÑselecteren voor een patch. Zelfs wanneer ze
uitgeschakeld zijn, is ofwel de Arpeggiator of de Harmonist nog steeds geselecteerd. Wanneer de Arpeggiator (of
Harmonist) wordt aangezet, dan verschijnt ÒARPÓ of
ÒHARÓ in de display van de Play mode, om aan te geven
welk van beide er geselecteerd is. Als de harmonist
geselecteerd is, verschijnt ook de huidige toonaard.
* Als u in een bepaalde patch wil overschakelen van Arpeggiator
naar Harmonist (of omgekeerd), druk dan op [EFFECTS] om
de ÒHAR/ARP SELECTÓ-instelling te wijzigen.
Meer informatie en instructies i.v.m. deze procedure vindt u
op p. 78 en 82.
27
3. Functies en effecten aansturen met de pedalen van de basismodule
Een effect kiezen met de pedalen
In Pedal Effect mode (p. 26) kan u verschillende effecten oproepen door de pedalen 1 tot 4 als volgt te bedienen.
Een Pedal Wah-effect (Wah)
oproepen
U kan verscheidene van de meest gebruikte wah-effecten
oproepen door op pedaal 1 (WAH) te drukken. Door de
pedaal herhaaldelijk in te drukken en te lossen, krijgt u een
gelijkaardig effect als van een wah-wah-pedaal van een
gitaar. Dit effect kan u nu toepassen op synthesizergeluiden.
U kan kiezen uit een aantal voorgeprogrammeerde variaties
die verschillende combinaties gebruiken van modulatiesnelheid, modulatiegraad, panning, hoe verschillend het
geluid wordt, enz. Deze instellingen kunt u opslaan in de
patch.
Bovendien, als u voor ÒWAH TYPEÓ ÒModulationÓ kiest,
dan hoort u een diepe vibrato (golvende of schommelende
toonhoogte) in plaats van een wah-effect wanneer u de
pedaal indrukt. Zo wordt de mechanisch klinkende vibrato
van synthesizers opgewekt Ñ als u wil, kan u met uw
speeltechniek op de gitaar een meer natuurlijk klinkende
vibrato cre‘ren.
Meer informatie en instructies i.v.m. deze procedure vindt u
in Wah-types kiezen (WAH TYPE) (p. 43).
* Wanneer u pedaal 1 (WAH) voor het eerst indrukt, zal u
misschien merken dat het geluid anders is dan wanneer u de
patch aanvankelijk selecteerde. Het geluid zou gedempt
kunnen zijn of zou vreemd kunnen klinken. Keer terug naar de
oorspronkelijke patch, schakel over naar een andere patch en
keer dan weer terug naar de oorspronkelijke patch. Als er een
bank shift-pedaal aangesloten is, dan kan u terugkeren naar de
oorspronkelijke patch door op de bank down-pedaal te drukken
terwijl u nog in de Pedal Effect mode zit.
De toonhoogte dynamisch
wijzigen (Pitch Glide)
Druk op pedaal 2 (P-GLIDE) voor een pitch glide-effect. Dit
effect cre‘ert continue wijzigingen in de toonhoogte over
variabele tijdsintervallen, lang of kort. Bij akkoordenÑwant
u ka bij een ÔglideÕ de harmonische intervallen binnen het
akkoord behoudenÑverschilt dit van de vibrato-arm/
vibrato bar/whammy bar van een gitaar, zodat u een uniek
effect krijgt.
Wat betreft de tijdsduur en de glide-intervallen, hebt u de
keuze uit zeven voorgeprogrammeerde Ôpitch rise and fallÕpatronen, welke u kan opslaan in patches.
Meer informatie en instructies i.v.m. deze procedure vindt u
in Het Pitch Glide-type kiezen (GLIDE TYPE) (p. 44).
* Afhankelijk van de geselecteerde tone, de tone-instellingen en
de omstandigheden kan de breedte van het effect beperkt zijn.
Een Synth Tone aanhouden
wanneer de snaar niet meer trilt
(Hold)
Druk op pedaal 3 (HOLD) om de Hold-functie te activeren.
Wanneer u dit effect gebruikt, blijft het synthesizergeluid
doorklinken, ook nadat de snaar van de gitaar niet meer trilt.
U kan kiezen uit een aantal variaties Ñ het synthesizerakkoord aanhouden terwijl de gitaar een melodie speelt, ŽŽn
van twee gelayerde tones aanhouden, enkel de 5e en 6e snaar
aanhouden, enz. Ñ en u kan ze opslaan in patches.
Meer informatie en instructies i.v.m. deze procedure vindt u
in Het Hold-type kiezen (HOLD TYPE) (p. 45).
* Als de arpeggiator aan staat, zal de Hold-functie anders
reageren en zullen er andere variaties beschikbaar zijn dan
wanneer de arpeggiator uit staat.
Meer informatie en instructies i.v.m. deze procedure vindt u
in Efficiënt gebruik van de Hold-functie tijdens
arpeggio’s (p. 76).
<Een woordje uitleg over de display>
Wanneer u pedaal 1 (WAH) indrukt
ÒUAHÓ of ÒModÓ verschijnt in de kleine display.
Wanneer u pedaal 2 (P-GLIDE) indrukt
ÒP.GLÓ verschijnt in de kleine display.
Wanneer u pedaal 3 (HOLD) indrukt
ÒHLdÓ verschijnt in de kleine display.
28
3. Functies en effecten aansturen met de pedalen van de basismodule
De Tuner-functie oproepen met een pedaal
1. Houd [S1] op de GK-2A ingedrukten druk op pedaal 1
(TUNER).
* Voer deze handeling uit met ÒS1/S2 FUNCTIONÓ ingesteld
op ÒNormal.Ó
De Tuner-functie wordt opgeroepen en het volgende
verschijnt in de display.
fig.3-03
Snaarnummers 1 tot 6
2. Stem uw gitaar.
Meer informatie en instructies i.v.m. deze procedure vindt u
in De gitaar stemmen (Tuner-functie) (p. 18).
Hoofdst.
3
3. Wanneer u klaar bent met stemmen, druk dan op een
willekeurige pedaal of op [S1] of [S2] van de GK-2A.
U keert terug naar Play mode.
29
4. Vijf basismodi
Met de vijf belangrijkste modi van de GR-33 kunt u:
¥ Tones kiezen en spelen “Play mode”
¥ Effecten zoals wah of hold oproepen met de pedalen op
de basismodule “Pedal Effect mode”
¥ Patches aanmaken en wijzigen, en ze opslaan in het
geheugen “Patch Edit mode”
Play Mode
In Play mode werken de toetsen en de dials als volgt:
[BANK/PARAMETER]-toetsen
Hiermee bladert u voor- en achterwaarts door de patchbanken.
[PLAY]-toets
Heeft geen functie in deze mode.
[SYSTEM]-toets
Schakelt over naar System mode (instellingen voor de GR-33
zelf).
[TUNER]-toets
Schakelt over naar Tuner mode (p. 18).
[WRITE]-toets
Hiermee schrijft u de inhoud van de patch weg (p. 36).
[COMMON]-toets
Schakelt over naar Patch Edit mode, COMMON (globale
patch-instellingen).
[TONE]-toets
Schakelt over naar Patch Edit mode, TONE (patchinstellingen i.v.m. de klanken).
[EFFECTS]-toets
Schakelt over naar de Patch Edit mode, EFFECTS (patchinstellingen i.v.m. de effecten).
[STRING SELECT]-toets
Heeft geen functie in deze mode.
[OUTPUT SELECT]-toets
Wijzigt de keuze van het output-toestel (p. 19).
¥ Instellingen maken voor de volledige GR-33 “System
mode”
¥ De stemming regelen “Tuner mode”
Hoe de toetsen, dials en knopppen werken, hangt ervan af in
welke mode u zit.
GK-2A [S1]
Terwijl u deze toets ingedrukt houdt, kan u de functie van de
pedalen wijzigen (p. 22, 29). (TUNER, GROUP ▲, BANK ▲,
BANK ▼)
GK-2A [S2]
Schakelt over naar Pedal Effect mode (p. 26).
External Bank Shift Pedal
Hiermee verandert u van patch bank.
(Dezelfde functie als BANK ▼ en BANK ▲).
Als “S1/S2 FUNCTION” ingesteld staat op
“Patch Select”
Als ÒS1/S2 FUNCTIONÓ ingesteld staat op ÒPatch
SelectÓ, dan kan u met de toetsen [S1] en [S2] van de
GK-2A de patches doorlopen. De functie van de
volgende toetsen zal anders zijn dan in de normale Play
mode.
* Toetsen en dials die hier niet vermeld worden, hebben
dezelfde functie als in de normale Play mode.
Pedalen 1–4
Dezelfde functie als in de Pedal Effect mode (p. 31).
GK-2A [S1]
Voorwaarts bladeren door de patches.
GK-2A [S2]
Achterwaarts bladeren door de patches.
External Bank Shift Pedal
Voor- en achterwaarts bladeren door de patches.
[PATCH/VALUE]-schijf
Hiermee bladert u door de patches (p. 23).
* Als de ÒDIAL FUNCTIONÓ ingesteld staat op ÒVALUE
OnlyÓ, dan wordt dit genegeerd.
Pedalen 1–4
Hiermee kiest u de patches (p. 22).
Expressiepedaal
Hiermee wijzigt u de waarde van de geselecteerde parameter
(p. 47).
30
Als u iets wil controleren door de patches in volgorde te
beluisterenÑ of als u wil afwisselen tussen een pedaaleffect (zoals hold) en een patchÑ, dan is dit een handige
manier, waarbij u niet van mode hoeft te veranderen. Als
PATCH INC/DEC BY S1/S2 geselecteerd is, dan
verschijnen de patchnummers in de display, en
verschijnt ÒPdLÓ ongeveer om de vier seconden.
Loading...
+ 78 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.