Pentax OPTIO S5i User Manual [nl]

Digitale camera
Handleiding
Lees voor optimale cameraprestaties eerst de handleiding door voordat u deze camera in gebruik neemt.
Fijn dat u hebt gekozen voor de PENTAX digitale camera. Lees dit document voor gebruik door om de functies van de camera optimaal te kunnen benutten. Bewaar deze handleiding op een veilige plaats; hij kan een waardevol hulpmiddel zijn om inzicht te krijgen in alle mogelijkheden van de camera.
Auteursrechten
Met de PENTAX digitale camera gemaakte opnamen die voor elk ander doel dan strikt persoonlijk gebruik zijn bestemd, mogen niet worden gebruikt zonder toestemming volgens de rechten zoals neergelegd in de auteursrechtwetgeving. Houd altijd rekening met het volgende: in sommige gevallen is zelfs het fotograferen voor persoonlijk gebruik aan beperkingen gebonden, zoals bij demonstraties, industriële bedrijvigheid of als publicatie-elementen. Opnamen die zijn gemaakt met het doel om auteursrechten te verkrijgen, kunnen ook niet worden gebruikt buiten het gebruiksbereik van het auteursrecht zoals beschreven in de auteurs­rechtwetgeving. Ook hiermee dient men rekening te houden.
Aan de gebruikers van deze camera
• De kans bestaat dat opgenomen gegevens worden gewist of dat de camera niet naar behoren functioneert zoals bij gebruik in omgevingen met installaties die sterke elektromagnetische straling of magnetische velden opwekken.
• Het paneel met vloeibare kristallen in het LCD is gemaakt met behulp van extreem hoge­precisietechnologie. Hoewel het percentage werkende pixels 99,99% of hoger is, dient u er rekening mee te houden dat 0,01% of minder van de pixels niet oplicht of juist wel oplicht wanneer dat niet zou moeten. Dit heeft echter geen effect op het opgenomen beeld.
Handelsmerken
• PENTAX, Optio en smc PENTAX zijn handelsmerken van PENTAX Corporation.
• Het SD-logo is een handelsmerk.
• Alle overige merk- of productnamen zijn handelsmerken of wettig gedeponeerde handels­merken van de betreffende bedrijven.
Dit product ondersteunt PRINT Image Matching III. Met digitale fotocamera’s, printers en software die PRINT Image Matching ondersteunen, kunnen fotografen opnamen produceren die hun bedoelingen beter benaderen. Sommige functies zijn niet beschikbaar op printers die PRINT Image Matching III niet ondersteunen. Copyright 2001 Seiko Epson Corporation. Alle rechten voorbehouden. PRINT Image Matching is een handelsmerk van Seiko Epson Corporation. Het PRINT Image Matching-logo is een handelsmerk van Seiko Epson Corporation.
Meer over PictBridge
• Met PictBridge kan de gebruiker de digitale camera rechtstreeks aansluiten op een printer, waarbij gebruik wordt gemaakt van de universele standaard voor de rechtstreekse uitvoer van opnamen. Met een paar eenvoudige handelingen kunt u opnamen rechtstreeks vanuit de camera afdrukken.
• De illustraties en het weergavescherm van de LCD-monitor in deze handleiding kunnen afwijken van het feitelijke product.
VEILIG GEBRUIK VAN UW CAMERA
Hoewel aan de veiligheid van dit product zeer veel aandacht is besteed, dient u bij gebruik van de camera speciaal te letten op de waarschuwingen die worden aangegeven door de volgende symbolen.
Waarschuwing
Pas op
Over de camera
Waarschuwing
• Probeer de camera niet te demonteren of de vorm van de camera te veranderen. De camera bevat onderdelen die onder hoogspanning staan, waardoor er gevaar voor elektrische schokken bestaat.
• Mocht het binnenwerk van de camera vrijkomen, bijvoorbeeld doordat de camera valt, raak dan nooit de vrijgekomen onderdelen aan, aangezien er gevaar is voor een elektrische schok.
• De camerariem om uw nek doen kan gevaarlijk zijn. Pas vooral op dat kinderen de riem niet om hun nek doen.
• Houd de SD-geheugenkaart buiten het bereik van kleine kinderen om te voorkomen dat deze per ongeluk wordt ingeslikt. Raadpleeg onmiddellijk een dokter als dit toch gebeurt.
• Gebruik uitsluitend een netvoedingsadapter met een voor dit product voorgeschreven vermogen en spanning. Gebruik van een netvoedingsadapter met andere specificaties dan zijn voorgeschreven voor dit product, kan brand of elektrische schokken veroorzaken.
• Als de camera gaat roken of een vreemde geur afgeeft, of in het geval van welke andere onregelmatigheid dan ook, houdt u onmiddellijk op de camera te gebruiken. Verwijder de batterij of haal de netvoedingsadapter uit het stopcontact en neem contact op met het dichtstbijzijnde PENTAX Service Center. Verder gebruik van de camera kan brand of een elektrische schok veroorzaken.
Deze symbolen geven aan dat de gebruiker ernstige problemen kan ondervinden als de waarschuwingen niet in acht worden genomen.
Deze symbolen geven aan dat de gebruiker minder ernstige problemen of fysieke problemen kan ondervinden als de waarschuwingen niet in acht worden genomen.
1
Pas op
• Probeer nooit de batterij uit elkaar te halen of kort te sluiten. Stel de batterij ook nooit bloot aan vuur, aangezien deze kan exploderen.
• Laad geen andere batterijen op dan een oplaadbare lithium-ion-batterij D-LI8. De batterij kan exploderen of in brand vliegen.
• Als u uw vinger op de flitser houdt wanneer deze afgaat, kunt u brandwonden oplopen.
• Activeer de flitser niet als deze uw kleding aanraakt, omdat dan het risico van verkleuring bestaat.
• Mocht het lekkende materiaal van de batterij in contact komen met uw ogen, wrijf ze dan niet uit. Spoel uw ogen met schoon water en ga onmiddellijk naar een arts.
• Mocht het lekkende materiaal van de batterij in contact komen met uw huid of kleding, was de betroffen gebieden dan grondig schoon met water.
• Als de batterij heet wordt of begint te roken, moet u deze onmiddellijk uit de camera halen. Pas op dat u zichzelf niet brandt bij het verwijderen van de batterij.
• Sommige delen van de camera worden tijdens het gebruik heet. Wees daarom voorzichtig: als dergelijke onderdelen lang worden vastgehouden, is er gevaar voor lichte verbrandingen.
• Mocht het LCD beschadigd raken, pas dan op voor glasdeeltjes. Vermijd ook elk contact van de vloeistofkristallen met uw huid, ogen en mond.
Over het batterijlaadstation en de netvoedingsadapter
Waarschuwing
• Gebruik het product uitsluitend met de voorgeschreven spanning. Gebruik met een andere stroombron of een andere spanning dan voorgeschreven, kan resulteren in brand of een elektrische schok. De voorgeschreven spanning is 100-240 V AC (wisselstroom).
• Probeer het product niet uit elkaar te halen of te veranderen. Dit kan resulteren in brand of een elektrische schok.
• Als het product gaat roken of een vreemde geur afgeeft, of in het geval van welke andere onregelmatigheid dan ook, houdt u onmiddellijk op de camera te gebruiken en neemt u contact op met het dichtstbijzijnde PENTAX Service Center. Verder gebruik van het product kan brand of een elektrische schok veroorzaken.
• Mocht er water binnendringen in het product, neem dan contact op met een PENTAX Service Center. Verder gebruik van het product kan brand of een elektrische schok veroorzaken.
• Als het tijdens het gebruik van het product gaat onweren, haal het stroomsnoer dan uit het stopcontact en gebruik het product niet verder. Als u het product toch verder gebruikt, kan dit resulteren in beschadiging van de apparatuur, brand of een elektrische schok.
• Veeg de stekker van het stroomsnoer schoon als deze met stof bedekt is. Dit kan brand veroorzaken.
2
Pas op
• Plaats geen zware voorwerpen op het stroomsnoer, laat er geen zware voorwerpen op vallen en beschadig het snoer niet door overmatig buigen. Mocht het stroomsnoer beschadigd raken, neem dan contact op met een PENTAX Service Center.
• Sluit de uitgangen van het product niet kort en raak ze niet aan terwijl het product nog is aangesloten op de netstroom.
• Neem de batterij uit en haal het netsnoer uit het stopcontact wanneer u het batterij­laadstation niet gebruikt.
• Sluit het netsnoer niet met vochtige handen aan op het stopcontact. Dit kan resulteren in een elektrische schok.
• Stel het product niet bloot aan harde klappen en laat het niet op een hard oppervlak vallen. Dit kan storingen veroorzaken.
• Verminder de kans op ongelukken: gebruik uitsluitend een stroomsnoer met CSA/UL-certificering, snoertype SPT-2 of zwaarder, minimaal AWG-koper NO.18, met aan het ene uiteinde een gegoten mannelijke stekker (met een gespecificeerde NEMA-configuratie), en aan het andere uiteinde een gegoten vrouwelijke connector (met een gespecificeerde IEC-configuratie van een niet-industrieel type) of een gelijkwaardig stroomsnoer.
• Gebruik het batterijlaadstation uitsluitend voor het opladen van batterijen van het gespecificeerde type. Het opladen van andere batterijen kan oververhitting of storingen veroorzaken.
3
Aandachtspunten tijdens het gebruik
• Neem de internationale garantiekaart mee als u naar het buitenland gaat. Neem ook het document Worldwide Service Network mee dat deel uitmaakt van het pakket. Dit komt van pas bij problemen in het buitenland.
• Wanneer de camera lange tijd niet is gebruikt, ga dan na of alles nog goed werkt, vooral als u er belangrijke opnamen mee wilt maken (bijvoorbeeld huwelijksfoto’s of opnamen op reis). Er geldt geen garantie op de inhoud van de opnamen, als opnemen, weergeven of het overzetten van de gegevens naar een computer enz. niet mogelijk is als gevolg van een defect aan de camera of aan het opnamemedium (SD-geheugenkaart), enz.
• Het objectief van deze camera is niet verwisselbaar. Het objectief kan niet worden verwijderd.
• Maak het product niet schoon met organische oplosmiddelen zoals verfverdunner, alcohol of wasbenzine.
• Vermijd plaatsen met een hoge temperatuur en luchtvochtigheid. Met name auto’s kunnen van binnen zeer heet worden.
• Berg de camera niet op een plaats op waar gewerkt wordt met bestrijdingsmiddelen of chemicaliën. Haal de camera uit de tas en berg deze op in een goed geventileerde ruimte om schimmelvorming tijdens de opslag te voorkomen.
• Gebruik de camera niet op een plaats waar deze in contact kan komen met regen, water of enige andere vloeistof; de camera is niet weer-, water- of vloeistofbestendig. Mocht de camera nat worden door regen, waterspatten of enige andere vloeistof, veeg het vocht er dan onmiddellijk af met een droge zachte doek.
• Stel de camera niet bloot aan zware trillingen, schokken of druk. Wordt de camera blootgesteld aan de trillingen van een motor, auto, schip, enz., leg de camera dan ter bescherming op een kussen.
• Deze camera functioneert naar behoren bij een temperatuur van 0° tot 40° C.
• Het LCD (liquid crystal display) wordt zwart bij een temperatuur van ongeveer 60° C, maar werkt weer normaal bij een normale omgevingstemperatuur.
• De reactiesnelheid van de vloeistofkristallen van het LCD wordt traag bij lage temperaturen. Dit ligt aan de eigenschappen van de vloeistofkristallen en wijst niet op een defect.
• Laat de camera om de 1 tot 2 jaar nakijken teneinde de prestaties van het product op peil te houden.
• Als de camera wordt blootgesteld aan plotselinge temperatuurschommelingen, kan aan de binnen- en buitenkant van de camera condensvorming optreden. U kunt in dergelijke gevallen de camera het best in een tas of een plastic zak doen en de camera er pas uithalen als het temperatuurverschil minimaal is geworden.
• Vermijd contact met afval, vuil, zand, stof, water, giftige gassen, zout, enz., aangezien de camera hierdoor beschadigd zou kunnen raken. Als er regen of water op de camera komt, veeg deze dan droog.
4
• Zie “Voorzorgsmaatregelen bij het gebruik van een SD-geheugenkaart” (blz. 21) voor meer informatie over de SD-geheugenkaart.
• Druk niet met kracht op de LCD-monitor. De kans bestaat dat de monitor hierdoor breekt of niet meer naar behoren functioneert.
• Ga niet zitten met de camera in uw achterzak. Hierdoor kan het buitenwerk van de camera of de LCD-monitor beschadigd raken.
• Als u de camera op een statief bevestigt, draai de schroef dan niet te ver in de statiefaansluiting van de camera.
5
INHOUDSTAFEL
VEILIG GEBRUIK VAN UW CAMERA...................................................................... 1
Aandachtspunten tijdens het gebruik ........................................................................ 4
Inhoud van de handleiding ........................................................................................ 9
De inhoud van het pakket controleren .................................................................... 10
Namen van onderdelen........................................................................................... 11
Voorbereidingen 13
Snel aan de slag 28
Veel voorkomende handelingen 32
Opnamen maken 42
Namen van bedieningsonderdelen ......................................................................... 12
De draagriem bevestigen ............................................................................................. 13
De camera aanzetten .................................................................................................... 14
De batterij plaatsen ................................................................................................. 14
De batterij uitnemen ................................................................................................ 14
De batterij opladen .................................................................................................. 15
De (optionele) netvoedingsadapter gebruiken ........................................................ 19
De SD-geheugenkaart plaatsen ................................................................................... 21
Opnamegrootte en kwaliteit .................................................................................... 23
Standaardinstellingen .................................................................................................. 25
De schermtaal instellen........................................................................................... 25
Datum en tijd instellen............................................................................................. 26
Foto’s maken................................................................................................................. 28
Foto’s weergeven.......................................................................................................... 30
Een opname weergeven ......................................................................................... 30
De vorige of volgende opname weergeven............................................................. 30
De weergegeven opname draaien .......................................................................... 31
De camera aan- en uitzetten ........................................................................................ 32
Weergavefunctie (Playback Mode) ......................................................................... 33
Geluidsopnamefunctie (Voice Recording Mode)..................................................... 33
De knopfuncties gebruiken.......................................................................................... 34
Opnamefunctie (Capture Mode).............................................................................. 34
Weergavefunctie (Playback Mode) ......................................................................... 36
Geluidsopnamefunctie (Voice Recording Mode)..................................................... 37
De menu’s instellen ...................................................................................................... 38
Hoe de menu’s in te stellen..................................................................................... 38
Menulijst .................................................................................................................. 40
Opnamen maken ........................................................................................................... 42
De eenvoudigste procedure voor het maken van opnamen
(Groene functie - Green Mode) .......................................................................... 42
De functies instellen (programmafunctie - Program Mode)..................................... 43
De Picture-functie selecteren op basis van de opnamesituatie
(Picture-functie - Picture Mode).......................................................................... 44
Opnamen maken in het donker (nachtopnamefunctie - Night Scene Mode) .......... 46
Filmopnamen maken (filmopnamefunctie - Movie Mode) ....................................... 47
Panoramaopnamen maken
(Panorama Assist-functie - Panaorama Assist Mode)........................................ 49
Opnamen met zachte contouren maken(Soft-focusfunctie - Soft Focus Mode) ..... 51
Opnamen maken met digitale filters (digitale filterfunctie - Digital Filter Mode) ...... 52
6
Instellingen van vooringestelde functies gebruiken
(gebruikersfunctie - User Mode)......................................................................... 54
Opnamen maken onder water (onderwateropnamefunctie - Marine Mode) ........... 55
3D-opnamen maken (3D-opnamefunctie - 3D Image Mode) .................................. 57
De zelfontspanner gebruiken .................................................................................. 62
De (optionele) afstandsbediening gebruiken........................................................... 63
Serieopnamen (serieopnamefunctie - Continuous Shooting Mode) ....................... 65
De zoom gebruiken om de grootte van het onderwerp te wijzigen ......................... 66
Versneld weergegeven filmopnamen maken .......................................................... 68
De opnamefuncties instellen ....................................................................................... 69
De functie wijzigen .................................................................................................. 69
De opnamefunctie selecteren (Capture Mode) ....................................................... 69
Opnamegegevens weergeven in de opnamefunctie............................................... 71
De scherpstelfunctie selecteren (Focus Mode)....................................................... 72
De flitsfunctie selecteren (Flash Mode)................................................................... 75
De opnamepixels selecteren (Recorded Pixels) ..................................................... 76
Het kwaliteitsniveau selecteren (Quality Level)...................................................... 78
De witbalans aanpassen (White Balance) .............................................................. 79
De scherpstelzone wijzigen (Focus Area)............................................................... 81
Het lichtmeetbereik voor de bepaling van de belichting instellen (AE Metering) .... 82
De gevoeligheid instellen (Sensitivity...................................................................... 83
De tijd voor de Instantcontrole instellen (Instant Review) ....................................... 84
De opnamescherpte instellen (Sharpness) ............................................................. 85
De kleurverzadiging instellen (Saturation) .............................................................. 86
Het opnamecontrast instellen (Contrast)................................................................. 87
De belichting instellen (LW-correctie - EV Compensation) ..................................... 88
De instellingen opslaan................................................................................................ 89
De menuonderdelen opslaan (Memory).................................................................. 89
Functies vastleggen in de gebruikersfunctie ........................................................... 90
Opnemen en weergeven 91
Geluid opnemen (geluidsopnamefunctie) .................................................................. 91
Geluidsopnamen weergeven ....................................................................................... 92
Een gesproken memo toevoegen................................................................................ 93
Record Voice Memo (Gesproken memo opnemen) op [Off] zetten. ....................... 93
Weergeven, verwijderen en bewerken 94
Opnamen weergeven.................................................................................................... 94
Foto’s weergeven.................................................................................................... 94
Zoomweergave ....................................................................................................... 94
Filmopnamen weergeven........................................................................................ 96
Opnamegegevens weergeven in de weergavefunctie ............................................ 97
Weergave van negen opnamen tegelijk.................................................................. 98
Diavoorstelling......................................................................................................... 99
Foto-, film- en geluidsopnamen verwijderen............................................................ 100
Eén foto- of geluidsopname verwijderen.............................................................. 100
Alle opnamen verwijderen..................................................................................... 102
Foto- en geluidsopnamen beveiligen tegen verwijdering (Protect) ....................... 103
Opnamen weergeven op een TV................................................................................ 104
Opnamen weergeven met de (optionele) afstandsbediening................................ 105
De manier van afdrukken instellen (DPOF) .............................................................. 106
Afzonderlijke opnamen afdrukken......................................................................... 106
Alle opnamen afdrukken ....................................................................................... 108
Rechtstreeks afdrukken met PictBridge ................................................................... 109
De camera aansluiten op een printer .................................................................... 109
7
Afzonderlijke opnamen afdrukken......................................................................... 110
Alle opnamen afdrukken ....................................................................................... 111
Afdrukken met DPOF-instellingen......................................................................... 112
De camera losmaken van de printer ..................................................................... 112
Opnamen bewerken.................................................................................................... 113
De opnamegrootte en kwaliteit wijzigen................................................................ 113
Opnamen aansnijden ............................................................................................ 115
Bestanden kopiëren.................................................................................................... 116
Instellingen 118
Camera-instellingen.................................................................................................... 118
Het scherm instellen.............................................................................................. 118
Een SD-geheugenkaart of het interne geheugen formatteren .............................. 120
De geluidsinstellingen wijzigen ............................................................................. 121
De datum en tijd wijzigen ...................................................................................... 122
De wereldtijd instellen ........................................................................................... 123
De weergavetaal wijzigen ..................................................................................... 124
Het video-uitgangssignaal wijzigen ....................................................................... 125
De USB-aansluitfunctie wijzigen ........................................................................... 125
Sluimerstand ......................................................................................................... 126
Automatisch uitschakelen instellen ....................................................................... 126
Een functie vastleggen (Custom Function) ........................................................... 127
De QUICK-knop instellen ...................................................................................... 128
Standaardinstellingen herstellen (Reset) .............................................................. 129
Het alarm instellen ...................................................................................................... 130
Het alarm controleren............................................................................................ 130
Het alarm instellen ................................................................................................ 130
Het alarm uitschakelen.......................................................................................... 131
Bijlage 132
Overzicht van plaatscodes......................................................................................... 132
Optionele accessoires................................................................................................ 133
Berichten ..................................................................................................................... 134
Problemen oplossen................................................................................................... 136
Belangrijkste technische gegevens .......................................................................... 138
GARANTIEBEPALINGEN............................................................................................ 141
Index............................................................................................................................. 145
8
Inhoud van de handleiding
Deze handleiding bevat de volgende hoofdstukken.
1 Voorbereidingen–––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––
In dit hoofdstuk wordt beschreven wat u na aankoop van de camera moet doen alvorens opnamen te gaan maken. Lees dit hoofdstuk aandachtig door en volg alle aanwijzingen op.
2 Snel aan de slag –––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––
In dit hoofdstuk wordt de eenvoudigste manier beschreven waarop u opnamen maakt en weergeeft. Lees dit hoofdstuk wanneer u meteen opnamen wilt gaan maken.
3 Veel voorkomende handelingen ––––––––––––––––––––––––––––––––––
In dit hoofdstuk komen veel voorkomende bedieningsonderdelen aan de orde, zoals de functies van de knoppen en het gebruik van de menu’s. Zie voor verdere bijzonderheden de hoofdstukken “Opnamen maken”, “Opnemen en weergeven”, “Weergeven, verwijderen en bewerken” en “Instellingen”.
4 Opnamen maken ––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––
In dit hoofdstuk worden de verschillende manieren voor het maken van opnamen beschreven en wordt uitgelegd hoe u de betreffende functies instelt, bijvoorbeeld hoe u het opnamefunctiescherm gebruikt om de opnamefunctie te kiezen die het meest geschikt is voor de situatie.
5 Opnemen en weergeven ––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––
In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u alleen geluid opneemt, een gesproken memo aan een opname toevoegt en gesproken memo’s afspeelt.
6 Weergeven, verwijderen en bewerken –––––––––––––––––––––––––––––
In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u opnamen weergeeft op de camera of op een TV, hoe u opnamen verwijdert, vergroot of verkleint en aansnijdt en hoe u opnamen rechtstreeks op de printer afdrukt.
7 Instellingen –––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––
In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u de cameragerelateerde functies instelt.
8 Bijlage –––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––
Deze bijlage geeft een overzicht van de berichten die op de LCD-monitor verschijnen en van de handelwijze in geval van problemen.
1
2
3
4
5
6
7
8
De betekenis van de in deze handleiding gebruikte symbolen wordt hierna uitgelegd.
1
geeft het nummer aan van de pagina waarnaar wordt verwezen voor een uitleg van het betreffende bedieningsonderdeel.
duidt op informatie die handig is om te weten.
duidt op aandachtspunten bij de bediening van de camera.
9
De inhoud van het pakket controleren
Camera
Optio S5i
AV-kabel
I-AVC7 (∗)
Batterijlaadstation
D-BC25 (∗)
Draagriem
O-ST20 (∗)
USB-kabel
I-USB7 (∗)
Netsnoer
D-CO2 (∗)
Software (cd-rom)
S-SW25
Oplaadbare
lithium-ionbatterij
D-LI8 (∗)
Digital Camera
Operating Manual
To ensure the best performance from your camera, please read the Operating Manual before using the camera.
Handleiding
(deze handleiding)
Artikelen die zijn gemarkeerd met een sterretje (∗), zijn ook beschikbaar als optionele accessoires. Zie “Optionele accessoires” (p.133) voor meer optionele accessoires.
10
Namen van onderdelen
Voorzijde
Achterzijde
Aan/uit-indicatie
Aan/uit-knop
Afstandsbedieningssensor
Ontspanknop
Flitser
Microfoon
Objectief
Zelfontspanner-LED
USB/AV-aansluiting
Riembevestiging
Gelijkstroomaansluiting
Aansluitingenklep
Zoeker
Scherpstelstatus-LED (groen)
Flitserstatus-LED (rood)
LCD-monitor
Luidspreker
Aansluiting voor batterijlaadstation
Klep voor batterij/kaart
Statiefaansluiting
11
Namen van bedieningsonderdelen
QUICK-knop
b/i knop qsz/Z knop
Ontspanknop
Aan/uit-knop
Zoom /f/y knop
Vierwegbesturing (2345)
OK-knop
DISPLAY-knop
MENU-knop
Q Weergaveknop
Bedieningsaanwijzingen
Tijdens de bediening verschijnen op de LCD-monitor aanwijzingen voor de bediening van de beschikbare knoppen. In het volgende overzicht ziet u de aanduidingen van de verschillende knoppen.
Vierwegbesturing (2)
Vierwegbesturing (3)
Vierwegbesturing (4)
Vierwegbesturing (5)
MENU-knop i knop
Ontspanknop Z knop
2 3 4 5
MENU
SHUTTER
Zoom /f/y knop
voor digitale zoom y
voor aansnijden
DISPLAY-knop
OK-knop
DISP
OK
12
Voorbereidingen
De draagriem bevestigen
Leid het dunne uiteinde van de riem door de riembevestiging en haal het andere uiteinde door het lusje.
1
Voorbereidingen
13
De camera aanzetten
1
Voorbereidingen
2
Knop voor batterij­vergrendeling
Batterij
3
2
1
Klep voor
1
batterij/kaart
De batterij plaatsen
Plaats de batterij die bij de camera is geleverd.
1 Open de klep van de batterij/kaart.
Schuif de klep van de batterij/kaart in de door de pijl aangegeven richting en til de klep omhoog .
2
2 Plaats de batterij met het symbool 2 naar de LCD-monitor
gericht terwijl u de batterijvergrendelingsknop met de zijkant van de batterij in de door de pijl aangegeven richting duwt.
3 Sluit de klep van de batterij/kaart.
De batterij uitnemen
1 Als u de batterij wilt uitnemen, drukt u de batterijvergrendelings-
knop in dezelfde richting als bij het plaatsen van de batterij.
Neem de batterij uit.
Als u van plan bent de camera gedurende lange tijd intensief te gebruiken, verdient het aanbeveling de (optionele) netvoedingsadapter D-AC8 te gebruiken.(1blz.19)
• Plaats de batterij op de juiste wijze. Als de batterij verkeerd is geplaatst, werkt de camera niet.
• Verwijder de batterij niet wanneer de camera is ingeschakeld. Als u denkt de camera langere tijd niet te gebruiken, verwijder dan de batterij.
• Als de batterij langere tijd uit de camera is, wordt de datum teruggezet op de standaardinstelling.
1
14
Batterijlaadstation D-BC25
Naar stopcontact
1
Oplaadindicatie CAMERA
Netsnoer
2
4
De batterij opladen
Gebruik het bij de camera geleverde batterijlaadstation D-BC25 om de batterij op te laden alvorens de camera voor de eerste keer in gebruik te nemen of wanneer het bericht [Battery depleted] (batterij uitgeput) verschijnt. U kunt de batterij opladen zonder deze uit de camera te halen.
1 Sluit het netsnoer aan op het batterijlaadstation D-BC25. 2 Sluit het netsnoer aan op een stopcontact.
De batterij in de camera opladen
3 Zet de camera uit. 4 Plaats de camera in het batterijlaadstation.
Plaats de camera zodanig dat het objectief ingeschoven in de body blijft. De laadindicatie CAMERA van het laadstation brandt rood zolang de batterij wordt opgeladen en gaat uit wanneer het opladen gereed is.
5 Haal de camera uit het batterijlaadstation wanneer het opladen
gereed is.
1
Voorbereidingen
15
1
Voorbereidingen
Oplaadindicatie BATTERIJ
3
De batterij los opladen
U kunt de batterij uit de camera halen en opladen.
3 Plaats de batterij zodanig in het batterijlaadstation dat de naam
PENTAX zichtbaar is.
De laadindicatie BATTERIJ van het laadstation brandt rood zolang de batterij wordt opgeladen en gaat uit wanneer het opladen gereed is
4 Haal de batterij uit het laadstation wanneer het opladen
gereed is.
• U kunt de camera en de batterij samen op het batterijlaadstation plaatsen om de batterij in de camera en een reservebatterij op te laden.
• Volledig opladen duurt ongeveer 100 minuten.De batterij kan naar behoren worden opgeladen als de omgevingstemperatuur tussen 0° – 40° C is.
• De oplaadtijd hangt af van de omgevingstemperatuur en de oplaadom­standigheden.
• Wanneer de batterij het einde van zijn levensduur heeft bereikt, wordt de tijd dat de camera kan worden gebruikt korter, zelfs als de batterij volledig is opgeladen. Vervang in dat geval de batterij.
• U kunt de batterij ook uit de camera halen en opladen met de optionele batterijlader D-BC8 en het netsnoer D-CO2.
• Laad de batterij altijd volledig op voordat u de camera voor het eerst gebruikt of wanneer de batterij lange tijd niet is gebruikt.
• Gebruik het batterijlaadstation D-BC25 uitsluitend voor het opladen van oplaadbare D-LI8 lithium-ionbatterijen, anders kan het laadstation oververhit of beschadigd raken.
• Als de batterij correct is geplaatst maar de oplaadindicatie niet rood gaat branden, is de batterij mogelijk defect. Vervang deze door een nieuwe batterij.
16
• Geschatte bedrijfsduur (wanneer de D-LI8 batterij volledig is opgeladen)
Aantal te maken opnamen: Ca. 160 (bij temperatuur van 23° C met
de LCD-monitor aan en 50% flitsopnamen)
Weergavetijd: Ca. 130 min.
• Het aantal te maken opnamen is gebaseerd op standaard meetgegevens van CIPA en kan variëren al naar gelang de opnamefunctie en de opnameomstandigheden.
• Over het algemeen nemen de batterijprestaties tijdelijk af bij een daling van de temperatuur. Wanneer u de camera in een koude omgeving gebruikt, kunt u deze warmhouden in uw zak of onder uw jas. De batterijprestaties worden weer normaal wanneer de batterij weer op kamertemperatuur is gekomen.
• Neem een reservebatterij mee als u naar het buitenland of naar een koud gebied gaat of als u van plan bent veel opnamen te maken.
• Indicatie batterijniveau
U kunt het batterijniveau aflezen aan het symbool op de LCD-monitor.
(brandt groen) : Er is nog voldoende stroom.
(brandt groen) : Batterij raakt leeg.
(brandt geel) : Batterij is bijna leeg.
(brandt rood) : Batterij is uitgeput.
[Battery depleted] : Nadat dit bericht is verschenen, wordt de camera uitgeschakeld.
1
Voorbereidingen
17
• Hergebruik van batterijen
Dit symbool geeft aan dat de batterij recyclebaar is. Plak de polen af met isolatieband en breng de batterij naar
1
een winkel of inzamelpunt waar dit symbool staat aangegeven.
Voorbereidingen
18
4
Netsnoer
Naar stopcontact
1
2
1
4 symbool
Voorbereidingen
3
Netvoedingsadapter
De (optionele) netvoedingsadapter gebruiken
Als u van plan bent de LCD-monitor langdurig te gebruiken of de camera aan te sluiten op een computer, wordt gebruik van de (optionele) netvoedingsadapter D-AC8 aanbevolen.
1 Zet de camera uit en open de klep van de aansluitingen. 2 Sluit de gelijkstroomconnector van de netvoedingsadapter
aan op de gelijkstroomingang van de camera. Zorg dat de symbolen 4 overeenkomen.
3 Sluit het netsnoer aan op de netvoedingsadapter. 4 Sluit het netsnoer aan op een stopcontact.
• Zet de camera uit alvorens de netvoedingsadapter aan te sluiten of los te maken.
• Zorg dat het netsnoer en het verbindingssnoer goed zijn aangesloten. Als het snoer losraakt tijdens het maken van opnamen, kunnen de gegevens verloren gaan.
• Lees bij gebruik van de netvoedingsadapter eerst de bijbehorende gebruiksaanwijzing. Zorg bij het aansluiten van de gelijkstroomconnectoren dat de symbolen 4
• overeenkomen. Sluit de stekkers voorzichtig aan om te voorkomen dat deze beschadigd raken.
19
Aandachtspunten bij gebruik van het batterijlaadstation of de netvoedingsadapter
Voorkom het risico van brand of een elektrische schok bij gebruik van het batterij­laadstation of de netvoedingsadapter door eerst het gedeelte “VEILIG GEBRUIK
1
VAN UW CAMERA” op pagina 1 te lezen. Zie pagina 140 voor de specificaties
Voorbereidingen
van het batterijlaadstation en de netvoedingsadapter.
20
De SD-geheugenkaart plaatsen
SD-geheugenkaart
2
1
321
U verwijdert de kaart door deze in te drukken en uit te nemen.
Deze camera kan werken met een SD-geheugenkaart. Als er een SD-geheugenkaart is geplaatst (op de LCD-monitor staat ), worden opnamen hierop opgeslagen. Is er geen kaart geplaatst (op de LCD-monitor staat
), dan worden de opnamen opgeslagen in het interne geheugen.
• Zorg dat de camera uit staat alvorens de SD-geheugenkaart te plaatsen of uit te nemen.
• Formatteer alleen nieuwe kaarten of kaarten die eerder in een andere camera zijn gebruikt. Zie “Een SD-geheugenkaart of het interne geheugen formatteren” (blz. 120) voor meer informatie over formatteren.
1 Open de klep van de batterij/kaart.
Schuif de klep van de batterij/kaart in de door de pijl aangegeven richting en til de klep omhoog .
2
1
2 Plaats een SD-geheugenkaart zodanig dat het etiket
(de kant met het symbool 2) naar de LCD-monitor is gericht en druk op de kaart tot deze vastklikt.
3 Sluit de klep van de batterij/kaart.
U neemt de kaart uit door deze in de door de pijl aangegeven richting te duwen en uit het compartiment te halen.
Het aantal opnamen dat kan worden gemaakt, hangt af van de capaciteit van de SD-geheugenkaart of het interne geheugen en de geselecteerde opname­grootte en kwaliteit. (1blz.23)
1
Voorbereidingen
21
Reservekopie van de gegevens
In uitzonderlijke gevallen kunnen de gegevens die zijn opgeslagen in het interne geheugen, onleesbaar worden. Daarom wordt aanbevolen van belangrijke gegevens een reservekopie te maken en deze naar een computer te downloaden of in een ander opslagmedium dan het interne geheugen op te slaan.
1
Voorbereidingen
Voorzorgsmaatregelen bij gebruik van een SD-geheugenkaart
• Zorg dat de camera is uitgeschakeld alvorens de klep voor de kaart te openen.
• U kunt de SD-geheugenkaart beveiligen tegen schrijven. Wanneer u de schrijfbeveiliging instelt (door het schuifje op [LOCK] te zetten), kunnen er geen nieuwe gegevens worden opgenomen, kunnen de bestaande gegevens niet worden verwijderd en kan de kaart niet worden geformatteerd.
• Pas op als u de SD-geheugenkaart meteen na gebruik van de camera uitneemt: de kaart kan dan heet zijn.
• Neem de SD-geheugenkaart niet uit en zet de camera niet uit wanneer er gegevens op de kaart worden opgeslagen of opnamen of geluiden worden weergegeven of wanneer de camera met een USB-kabel is aangesloten op een computer. Hierdoor kunnen de gegevens verloren gaan of kan de kaart beschadigd raken.
• Buig de SD-geheugenkaart niet en stel deze niet bloot aan heftige schokken. Houd de kaart uit de buurt van water en bewaar deze niet op een plaats met een hoge temperatuur.
• Niet-gebruikte kaarten of kaarten die zijn gebruikt in een andere camera, moeten eerst worden geformatteerd. Zie “Een SD-geheugenkaart of het interne geheugen formatteren” (blz.120) voor aanwijzingen aangaande formattering.
• Neem de SD-geheugenkaart niet uit tijdens het formatteren, omdat de kaart hierdoor beschadigd kan raken en onbruikbaar kan worden.
• Onder de volgende omstandigheden kunnen de gegevens op de SD-geheugenkaart verloren gaan. PENTAX aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid voor gegevens die verloren gaan. (1) als de SD-geheugenkaart verkeerd wordt gebruikt door de gebruiker. (2) als de SD-geheugenkaart wordt blootgesteld aan statische elektriciteit of elektrische
storingen. (3) als de kaart lange tijd niet is gebruikt. (4) wanneer de kaart wordt uitgenomen, de netvoedingsadapter wordt losgemaakt of
de batterij wordt uitgenomen terwijl er gegevens op de kaart worden opgeslagen of
aangesproken.
• De levensduur van de SD-geheugenkaart is eindig. Als de kaart lange tijd niet wordt gebruikt, kunnen de gegevens op de kaart onleesbaar worden. Sla altijd een reservekopie van belangrijke gegevens op een computer op.
• Gebruik of bewaar de kaart niet op plaatsen waar deze aan statische elektriciteit of elektrische storingen kan worden blootgesteld.
• Gebruik of bewaar de kaart niet op plaatsen waar deze wordt blootgesteld aan rechtstreeks zonlicht of aan snelle temperatuurschommelingen of condensatie.
• Bij gebruik van een SD-geheugenkaart met een lage opnamesnelheid kan de opname stoppen als u filmopnamen maakt, zelfs wanneer er voldoende ruimte vrij is in het geheugen. Ook kan het maken en weergeven van opnamen veel tijd in beslag nemen.
• Wanneer u van plan bent SD-geheugenkaarten aan te schaffen, bezoek dan eerst de website van PENTAX en controleer of ze geschikt zijn voor uw camera. Vragen over de compatibiliteit van kaarten kunnen ook worden beantwoord door het dichtstbijzijnde PENTAX Service Center.
Schuifje voor schrijfbeveiliging
22
Opnamegrootte en kwaliteit
Kies de opnamegrootte en kwaliteit die het beste bij uw bedoeling passen. Een hoger kwaliteitsniveau en een groter aantal opnamepixels resulteert in scherpere opnamen voor afdrukken. Doordat de hoeveelheid gegevens toeneemt, neemt echter wel het totale aantal opnamen af dat kan worden gemaakt. Wanneer u de hoge opnamekwaliteit en een groot opnameformaat kiest, kanhettien seconden of meer duren voordat de camera de opname heeft opgeslagen.
Kies het gewenste aantal opnamepixels en kwaliteitsniveau in het menu [A Rec. Mode].
Hoe de menu’s in te stellen 1blz.38
De opnamepixels selecteren 1blz.76
Het kwaliteitsniveau selecteren 1blz.78
! Geschikte groottes op basis van toepassing
2560×1920 Opnamen afdrukken met een instelling voor hoge resolutie in de printer
2048×1536 Afdrukken op A4-formaat of groter, opnamen bewerken en verwerken
1600×1200
1024×7680 Afdrukken op briefkaartformaat
640×480
De standaardinstelling is 2560×1920.
! Geschikte kwaliteit op basis van toepassing
C Best
Beter
D
Goed
E
De standaardinstelling is D.
Voor gebruik als afbeeldingen op websites, voor toevoeging van
Scherp, Fijn
opnamen als bijlage bij e-mail
Laagste compressiefactor. Geschikt voor grote fotoafdrukken op A4-formaat.
Standaard compressiefactor. Geschikt voor fotoafdrukken of voor weergave van opnamen op het beeldscherm van een computer.
Hoogste compressiefactor. Geschikt om als bijlage bij e-mailberichten te gebruiken of voor het maken van websites.
1
Voorbereidingen
23
! Geschat aantal opnamen op basis van grootte en kwaliteit
Kwaliteitsniveau
Opnamepixels
2560×1920 18 36 61
1
Voorbereidingen
2048×1536 30 56 82
1600×1200 51 88 123
1024×7680 112 206 268
640×480 247 386 515
De bovenstaande tabel geeft het geschatte aantal opnamen en de geschatte opnametijd aan bij gebruik van een SD-geheugenkaart van 64 MB.
• De bovenstaande tabel is gebaseerd op standaard opnameomstandigheden zoals gespecificeerd door PENTAX. De gegevens kunnen afwijken al naar gelang het onderwerp, opname-omstandigheden, opnamefunctie, SD-geheugenkaart, enz.
Best
C
Beter
D
Goed
E
Filmopname
(320×240)
5 min. 32 s
24
Standaardinstellingen
Aan/uit-knop
Q Weergaveknop
Vierwegbesturing
DISPLAY-knop
OK-knop
MENU-knop
Als bij inschakeling van de camera het scherm [Initial Setting] (standaardinstellingen) of het scherm [Date Adjust] (datumaanpassing) verschijnt, volgt u de onderstaande procedure om de weergavetaal en/of de huidige datum en tijd in te stellen.
Als het scherm [Initial Setting] verschijnt:
Als het scherm [Date Adjust] verschijnt:
1blz.25 - 26 “De schermtaal instellen”, “Datum en tijd instellen”
1blz.26 - 27 “Datum en tijd instellen”
Als geen van beide schermen verschijnt, hoeft u niets in te stellen.
De schermtaal instellen
U kunt de taal kiezen waarin menu’s, foutberichten, enz. worden weergegeven. U hebt de keus uit: Engels, Frans, Duits, Spaans, Italiaans, Russisch, Koreaans, Chinees (traditioneel en vereenvoudigd) en Japans.
1 Zet de camera aan. 2 Kies de weergavetaal met
de vierwegbesturing (45).
De standaardinstelling is Engels.
Initial setting
Language/
City DST
English
NYC
3 Druk op de OK-knop.
Het scherm [Date Adjust] (aanpassing van de datum) verschijnt.
MENU
Exit
OK
OK
1
Voorbereidingen
25
Datum en tijd instellen
Stel de actuele datum en tijd en de weergavestijl in.
1 Kies met de vierwegbesturing (23)
1
Voorbereidingen
de weergavestijl voor de datum en tijd.
2 Druk op de vierwegbesturing (5).
2 en 3 verschijnen boven en onder “24h”.
3 Selecteer [24h] (24-uurs weergave)
of [12h] (12-uurs weergave) met de vierwegbesturing (23).
4 Druk op de vierwegbesturing (5).
Boven en onder de maand verschijnen 2 en 3.
5 Wijzig de maand met de
vierwegbesturing (23).
6 Druk op de vierwegbesturing (5).
Boven en onder de dag verschijnen 2 en 3.
7 Wijzig de dag met de vierwegbesturing
(23) en druk op de vierwegbesturing (5).
2 en 3 verschijnen boven en onder het jaar.
Date Adjust
Date Style
//
MENU
Exit
Date Adjust
Date Style
//
MENU
Exit
Date Adjust
Date Style
//
MENU
Exit
Date Adjust
Date Style
//
MENU
Exit
Date Adjust
Date Style
//
MENU
Exit
mm/dd/yy
1 20041
:
12 00
mm/dd/yy
1 20041
:
12 00
mm/dd/yy
1 20041
:
12 00
mm/dd/yy
1 20041
:
12 00
mm/dd/yy
1 20041
:
12 00
OK
OK
AM
OK
AM
OK
AM
OK
24h
OK
24h
OK
12h
OK
12h
OK
12h
OK
26
8 Herhaal stap 7 om [jaar] [uur] en [minuut] te wijzigen.
Als u in stap 3 [12h] hebt geselecteerd, verandert AM in PM en vice versa op de betreffende tijden (12.00 uur ’s middags en 0.00 uur ’s nachts).
9 Druk op de OK-knop waneer u klaar bent met de instellingen.
De camera is gereed voor het maken van opnamen. Als u de datum en tijd instelt met de MENU-knop, keert u terug naar het menuscherm. Druk nogmaals op de OK-knop.
• Wanneer u klaar bent met de instellingen en op de OK-knop drukt, wordt de klok van de camera teruggezet op 00 seconden.
• Om de exacte tijd in te stellen, drukt u op de OK-knop wanneer het tijdsignaal (op TV, radio, enz.) precies 00 seconden aangeeft.
• Wanneer het scherm [Initial Setting] (standaardinstellingen) verschijnt, kunt u het instellen annuleren en overgaan op de opnamefunctie door op de MENU­knop te drukken. In dat geval verschijnt het scherm met standaard-instellingen de volgende keer dat u de camera aanzet.
• U kunt de instellingen wijzigen nadat die zijn uitgevoerd. Zie “De datum en tijd wijzigen” (blz.122).
1
Voorbereidingen
27
Snel aan de slag
12:00
7/18/2004
Foto’s maken
Zoeker
QUICK
2
Snel aan de slag
-knop
LCD-moni tor
De eenvoudigste procedure voor het maken van foto’s wordt hierna beschreven. Afhankelijk van de lichtomstandigheden gaat de flitser automatisch af.
1 Druk op de aan/uit-knop.
De camera wordt ingeschakeld.
2 Controleer het onderwerp en de
opnamegegevens op de LCD-monitor.
Het scherpstelkader in het midden van de LCD-monitor geeft de zone aan waarin automatisch wordt scherpgesteld. U kunt de grootte van het onderwerp wijzigen door op de Zoom/f/y knop te drukken.
x : maakt het onderwerp groter. w : maakt het onderwerp kleiner.
U kunt de grootte van het onderwerp controleren door in de zoeker te kijken.
• De zoeker bevat geen scherpstelkader. Controleer het scherpstelgebied daarom op de LCD-monitor.
Om de Groene functie te activeren en de camera automatisch alle opname­functies te laten instellen, drukt u op de QUICK-knop. Selectie van de Groene functie is de makkelijkste manier om gegarandeerd geslaagde opnamen te maken. Zie “De eenvoudigste procedure voor het maken van opnamen” (
1
blz.42)
3 Druk de ontspanknop tot halverwege in.
Het scherpstelkader op de LCD-monitor licht groen op wanneer de camera heeft scherpgesteld op het onderwerp.
4 Druk op de ontspanknop.
De opname verschijnt één seconde op de LCD-monitor (Instantcontrole) en wordt vervolgens opgeslagen op de SD-geheugenkaart of in het interne geheugen. De groene en rode LED’s rechts van de zoeker knipperen om en om terwijl de opname wordt opgeslagen.
Ontspanknop
Aan/uit-knop
Zoom/f/y knop
Scherpstelkader
7/18/2004
7/18/2004
12:00
12:00
2
2
28
Loading...
+ 118 hidden pages