Gids voor Wi-Fi-verbinding
High Definition videocamera
Modelnr. HC-X920/HC-X929/HC-X920M
HC-V720/HC-V727/HC-V720M
HC-V520/HC-V520M
Dit toestel kan niet gebruikt worden om de verbinding op een
openbaar draadloos LAN tot stand te brengen.
Stap 1
Stap 2
Stap 3
Installeer de “Image App”
Bevestig de Wi-Fi® verbindingsmethode
Breng de verbinding met Wi-Fi tot stand
Stap 3
Aansluiten op een draadloos
toegangspunt (draadloze LANrouter)
A [Easy Connection (WPS)]
1 Druk op dit toestel op de Wi-Fi-knop en stel Wi-Fi in.
Het instelscherm van het draadloze toegangspunt wordt weergegeven als voor de eerste keer op de Wi-Fi-knop gedrukt
wordt.
Breng de verbinding met Wi-Fi tot stand
Verbinding met een smartphone
maken
C [Directe verbinding]
1 Druk op dit toestel op de Wi-Fi-knop en stel Wi-Fi in.
Om de Wi-Fi®-functie te kunnen gebruiken, moet een verbinding tussen dit toestel en een draadloos
toegangspunt of smartphone via Wi-Fi tot stand gebracht worden.
≥ Deze gids verstrekt een uitleg over de Wi-Fi-verbinding waarvoor de [Afst. Bedien.] gebruikt kan worden.
A [Afst. Bedien.]
B [Afsp. DLNA]
C [Live zenden]
D [Wi-Fi setup]
E [Huis monitor]
≥ Raadpleeg de gebruiksaanwijzing (PDF-formaat) van dit toestel voor
details over de instelling/werking van dit toestel.
≥ Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van het apparaat dat gebruikt wordt
voor details over de instelling/werking van het draadloze
toegangspunt of de smartphone.
Installeer de “Image App”
Stap 1
Om dit toestel met de smartphone te verbinden, moet “Image App” in de gebruikte smartphone geïnstalleerd worden.
1 [Android™]: Selecteer “Google Play™ Store”.
[iOS]: Selecteer “App Store
Er wordt een omgeving vereist waarmee verbinding met het netwerk gemaakt kan worden.
2 Voer “Image App” in het zoekvak in.
SM
”.
3 Selecteer “Image App” en installeer het.
Bevestig de Wi-Fi® verbindingsmethode
Stap 2
Bevestig het draadloze toegangspunt en de smartphone die gebruikt worden.
Aansluiten op een draadloos
toegangspunt (draadloze LAN-router)
1 Controleer of het draadloze toegangspunt compatibel
is met IEEE802.11b/g/n.
≥ Ga verder met 2 nadat de compatibiliteit bevestigd is.
Ga verder met C [Directe verbinding] van Stap 3
2 Controleer of het draadloze toegangspunt compatibel
is met WPS*.
Compatibel met WPS:
Ga verder met A [Easy Connection (WPS)] van Stap 3
Niet compatibel met WPS:
Ga verder met B [Handmatige verbinding] van Stap 3
* WPS is een afkorting van Wi-Fi Protected Setup™.
≥ Android en Google Play zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van Google, Inc.
≥ App Store is een servicemerk van Apple Inc.
≥ “Wi-Fi”, “Wi-Fi Protected Setup”, “WPA” en “WPA2” zijn merken of gedeponeerde merken van Wi-Fi Alliance.
≥ QR Code is een gedeponeerd handelsmerk van DENSO WAVE INCORPORATED.
Verbinding met een smartphone
maken
[Wi-Fi setup] # [Draadl. toegangspunt inst.]
2 Raak het deel zonder weergave van
een draadloos toegangspunt aan.
3 Raak [Easy Connection (WPS)] aan.
4 Zet het draadloze toegangspunt op
wachten op WPS.
≥ Er wordt een bericht op het scherm van het
toestel weergegeven als de verbinding volledig tot stand
gebracht is.
5 Raak [Afst. Bedien.] en start de applicatie van
de smartphone “Image App”.
≥ Als de verbinding volledig tot stand gekomen is, worden de beelden van
dit toestel op het scherm van de smartphone weergegeven.
B [Handmatige verbinding]
≥ Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van het apparaat dat gebruikt wordt
voor details over de instelling en de weergave van het draadloze
toegangspunt.
1 Druk op dit toestel op de Wi-Fi-knop en stel Wi-Fi in.
[Wi-Fi setup] # [Draadl. toegangspunt inst.]
2 Raak het deel zonder weergave van
een draadloos toegangspunt aan.
3 Raak [Handmatige verbinding] aan.
4 Raak [Zoeken] aan.
≥ Raadpleeg de gebruiksaanwijzing (PDF-formaat)
van dit toestel voor details over de instelling
wanneer [Handmatige Input] geselecteerd is.
5 Raak het draadloze toegangspunt aan waarmee
verbinding gemaakt moet worden.
6 Raak [ENTER] aan.
≥ Als geen encryptiecode (password) ingesteld is, is de verbinding volledig
tot stand gebracht en wordt een bericht weergegeven.
7 (Wanneer een encryptiecode (password) aanwezig is)
Raak [INPUT] aan en voeg de encryptiecode
(password) van het draadloze toegangspunt in.
≥ Raadpleeg de gebruiksaanwijzing (PDF-formaat) voor details over de
invoering van karakters.
≥ Als de invoering voltooid is, raak dan [Enter] aan.
8 (Wanneer een encryptiecode (password) aanwezig is)
Raak [VOLG.] aan.
≥ Er wordt een bericht weergegeven als de verbinding volledig tot stand
gebracht is.
9 Raak [Afst. Bedien.] en start de applicatie van de
smartphone “Image App”.
≥ Als de verbinding volledig tot stand gekomen is, worden de beelden van
dit toestel op het scherm van de smartphone weergegeven.
[Wi-Fi setup] # [Directe verbinding]
2 Raak [Wijzig het type verbinding] aan.
3 Raak [QR code] aan.
≥ De QR-code wordt op de scherm van dit toestel weergegeven.
4 Start de toepassing “Image App” van de smartphone.
5 Scan met de smartphone de QR-code die op dit toestel
weergegeven wordt.
≥ Wanneer een iOS-apparaat gebruikt wordt, zal het scherm voor de
installatie van het profiel op de smartphone weergegeven worden. Na de
installatie sluit u het weergegeven scherm door op de Home-knop te
drukken en "Image App" opnieuw te starten.
≥ Als de verbinding volledig tot stand gekomen is, worden de beelden van
dit toestel op het scherm van de smartphone weergegeven.
Verbinden met gebruik van NFC
HC-V720/HC-V727/HC-V720M/HC-V520/HC-V520M
Deze functie kan gebruikt worden met een NFC-compatibel apparaat met
Android (besturingsomgeving versie 2.3.3 of nieuwer) (met uitzondering van
bepaalde modellen).
NFC is een afkorting van Near Field Communication.
≥ Als dit toestel in het draadloze toegangspunt geregistreerd is en de
smartphone verbinding gemaakt heeft met het draadloze toegangspunt, is
het resultaat een draadloze toegangspuntverbinding. Alle andere zijn
rechtstreekse verbindingen.
1 Start de toepassing “Image App” van de smartphone.
2 Raak de smartphone aan op van dit toestel als een
bericht op het scherm van de smartphone verschijnt
met de opdracht om het NFC-merk van het apparaat
aan te raken.
≥ Ga verder met het tot stand brengen van de verbinding door de instructies
op het scherm van de smartphone te volgen.
≥ Als de verbinding volledig tot stand gekomen is, worden de beelden van
dit toestel op het scherm van de smartphone weergegeven.
≥ Als het toestel zelfs niet herkend wordt wanneer de smartphone
aangeraakt wordt, verander dan de posities en probeer het opnieuw.
≥ De NFC-functie kan niet op de gebruikte smartphone gebruikt worden als
geen bericht weergegeven wordt met de opdracht om het NFC-merk van
het apparaat aan te raken. Probeer dan andere verbindingsmethoden.