Northstar EXPLORER AP380 Installation Manual [no]

Explorer AP380
Autopilot
Installation
Manual
www.northstarnav.com
Inhoud
1 Introductie ............................................................................................................................................ 5
1-2 Gebruik van het Explorer AP380 systeem met andere instrumenten . . . . . . . . . . . . . . 6
1-2-1 Gebruik van andere instrumenten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
1-2-2 wwwwwww . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
1-2-3 NMEA . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
2 Explorer AP380 systeem-hardware .........................................................................................................
2-1 Wat er geleverd wordt bij het Explorer AP380 systeem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
2-2 Andere benodigde onderdelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
3 Installatie ..............................................................................................................................................
3-1 Installatievolgorde . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
3-2 Installatiehandleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
3-2-1 Plaatsingshandleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
3-2-2 Bedradingshandleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
3-3 Installatie van de MCU600 (hoofdinstrument) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
3-4 Installatie van de stroomvoorziening en besturingsaandrijving . . . . . . . . . . . . . . . . . .
3-4-1 Installatie van de stroomvoorziening . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .11
3-4-2 Installatie van de besturingsaandrijving . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
3-5 Installatie van de RFU (roer-feedback-unit) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
3-6 Installatie van het kompas . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19
3-7 Installatie van de Gyro . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
3-8 Installatie van het Explorer AP380-beeldscherm en andere instrumenten . . . . . . .22
4 Haveninstelling ...................................................................................................................................
4-1 Start haveninstelling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
4-2 Kalibratie van de Roer-feedback-unit . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
5 Zeetesten ............................................................................................................................................
5-1 Kalibratie van het kompas . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
5-2 Uitlijnen van het kompas en het roer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
5-2-1 Uitlijnen van het kompas (Richting uitlijnen) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .27
5-2-2 Uitlijnen van het roer (Roer in het midden) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27
Appendix A - Specificaties - MCU600 ........................................................................................................
5
6
7
8
8
9
11
16
21
26
26 26
27
27 27
28
Appendix B - Specificaties - AP3380-beeldscherm ....................................................................................
Appendix C - Gebruikersdata ...................................................................................................................
Explo rer AP380 Sys teem Inst allatieh andleidi ng Northstar 3
29
30
Belangrijk
Het is de verantwoordelijkheid van de eigenaar om dit instrument en transducer(s) op zodanige wijze te installeren en gebruiken dat geen ongelukken, persoonlijk letsel of zaakschade worden veroorzaakt. De gebruiker van dit product is verantwoordelijk voor het in acht nemen van de regels voor goed zeemanschap.
De keuze, plaatsing en installatie van alle componenten in een automatische piloot-systeem is cruciaal. Indien de installatie niet correct is, kan het instrument niet naar behoren func tioneren. Raadpleeg in geval van twijfel uw Nor thstar-leverancier. Gaten dienen op een veilige plaats gemaakt te worden en de constructie van de boot niet te ondermijnen. Raadpleeg in geval van twijfel een gek walificeerde bootbouwer.
Gebruik van het Explorer AP380 systeem:
Het Explorer AP380 s ysteem is bedoeld als een hulpmiddel voor de schipper bij het sturen voor lange periodes, niet als de belangrijkste manier om de boot te sturen.
De G-E xplorer AP380 is niet bedoeld voor gebruik in extreme weersomstandigheden, onder ongunstige condities of in de buurt van andere boten, verraderlijke wateren of land.
De Explorer AP380 kan de boot niet beter besturen dan een schipper. Bestuur onder ongunstige omstandigheden de boot handmatig.
Laat de helm nooit onbemand. Zorg dat er te allen tijde iemand op de uitkijk staat. De schipper dient altijd de koers van de boot en de Explorer AP380 in de gaten te houden en indien nodig het roer over te kunnen nemen.
Het func tioneren van de Explorer AP380 kan worden beïnvloed door het niet werken van een onderdeel, omgevingscondities, onjuiste installatie en onjuist gebruik.
BRUNSWICK NEW TECHNOLOGIES INC WIJST ALLE AANSPRAKELIJKHEID AF VOOR ENIG GEBRUIK VAN DIT PRODUC T OP EEN WIJZE DIE ONGELUKKEN OF SCHADE ZOU KUNNEN VEROORZAKEN, OF DIE IN STRIJD IS MET DE WET.
Omdat Northstar continu werkt aan productverbetering, behouden we ons het recht voor om veranderingen aan het product door te voeren die nog niet worden weergegeven in deze versie van de handleiding. Neem contact op met een Northstar-kantoor in de buurt indien u verdere assistentie nodig heeft.
Bepalende Taal: Deze bepaling, alle handleidingen, gebruiksaanwijzingen en andere informatie gerelateerd aan het product (Documentatie), zouden kunnen worden vertaald, of zijn vertaald uit een andere taal (Vertaling). Als er strijdigheden zijn tussen enige Vertaling van de Documentatie dan is de Engelstalige versie van de Documentatie de officiële versie van de Documentatie.
Copyright © 2005 BRUNSWICK NEW TECHNOLOGIES INC, Nieuw Zeeland. Alle rechten voorbehouden. Northstar is een geregistreerd handelsmerk van BRUNSWICK NEW TECHNOLOGIES INC.
4 Northstar Explo rer AP380 Sys teem Inst allatieh andleidi ng
1 Introductie
Gebruik van deze handleiding
Deze handleiding b eschrijft hoe het Explorer AP380 systeem geïnstalleerd en opgezet dient te worden. We verwijzen naar de aparte Explore r AP380 Bedieningshan dleiding voor informatie over de bediening van het Explorer AP380 instrument.
De installatie van het Explorer AP380 systeem bestaat uit de installatie, haveninstelling en zeetesten (zie paragrafen 3, 4 en 5).
Om een Explorer AP380 systeem weer volledig in te stellen nadat een onderdeel is vervangen of indien er vermoedelijk een probleem is, voer dan nog een keer de haveninstelling van het
1-1 Een gebruikelijke Explor er AP380 systeeminst allatie
Beeld-
scherm
unit
NavBus
Handmatige helm
systeem en de zeetesten uit (zie paragraaf 4 en 5).
Om te verif iëren dat het Explorer AP380 systeem correct functioneert dienen zeetesten worden uitgevoerd (zie paragraaf 5).
Schoonmaak en onderhoud
Maak de onderdelen van de Explorer AP380 schoon met een vochtige doek of een mild schoonmaakmiddel. Gebruik geen schuurmiddelen, benzine of andere oplosmiddelen.
De onderdelen van de Explorer AP380 dienen niet geschilderd te worden m.u.v. de kabels.
Meer
beeld-
schermen
MCU600
Optionele instrumenten
SNELHEID
WIND
Kompas
Gyro
GPS
NMEA
Koppelingsaandrijving
(optioneel)
Stroomschakelaar of
schakelaars en
Besturings­aandrijving
Roer-beheersing
Roer
Explo rer AP380 Sys teem Inst allatieh andleidi ng Northstar 5
Roer-feed
back-unit
stroombeveiliging
Toets
-
Onderdelen die bij een Explorer AP380 systeem geleverd worden
Andere benodigde onderdelen Optionele onderdelen
Opmerking: Bovenstaand wordt slechts een gebruikelijk installatie weergegeven. We verwijzen naar de bij de aandrijving geleverde informatie voor meer informatie.
Zwak
Sterk
12 V DC Stroomvoorzie­ning
1-2 Gebruik van het E xplorer AP380 systeem met andere instrumenten
1-2-1 Gebruik van andere instrumenten
Het Explorer AP380 s ysteem kan data gebruiken van de volgende instrumenten :
GPS: Een GPS of chartplotter, zoals de Northstar Explorer 500-serie chartplotter, dient op het Explorer AP380 systeem te worden aangesloten, zodat de G-PILOT in
GPS-stand kan functioneren (zie de Explorer AP380 Bediendingshandleiding).
Opmer king: GPS dient vi a NMEA input te zijn.
WIND: Een windinstrument, zoals uit de
Northstar WIND -serie, dient op het Explorer AP380 systeem te worden aangesloten, zodat de G-PILOT in WIND-stand kan functioneren (zie de Expl orer AP380 Bedieni ngshandleiding).
SNELH EID: Een snelheidsinstrument, zoals:
de Northstar SPEED met een logwiel
snelheidssensor
of een GPS of chartplotter, zoals de
Northstar Explorer 500 of Explorer 600-serie kunnen op het E xplorer AP380 systeem worden aangesloten voor verbeterde precisie.
Opmer king: De snelhe id van een
logwielse nsor is de snelheid waarm ee de boot zich door he t water beweegt. De sne lheid van een GPS is de sne lheid over de grond. Indien er st roming in het water is dan zu llen deze snelh eden verschillend zi jn. Indien het Explore r AP380 systeem aan een inst rument met een log wielsensor EN aan een GPS verbonde n is, dan zal het Explo rer AP380 systeem auto matisch de snelheid van d e logwielse nsor gebruiken.
1-2-2 ww wwwww
NavBus is een gedeponeerd Northstar-systeem dat het mogelijk maak t dat systemen met meerdere instrumenten een enkele set transducers kunnen gebruiken. Indien instrumenten via NavBus zijn aangesloten:
Indien de eenheden, alarmen of kalibratie op een instrument veranderd worden, worden deze waarden automatisch veranderd voor andere instrumenten van hetzelfde type.
Elk instrument kan worden toegewezen aan een instrumentengroep, een NavBus­groep genaamd (zie NavBus-groep in het
Instellin g > Comms-menu, in de Ex plorer AP380 Bedien ingshandleiding ). Indien dan
het achtergrondlicht voor een instrument in de groepen 1, 2, 3 of 4 gewijzigd wordt zal het automatisch veranderen in de andere instrumenten in dezelfde groep. Indien u echter het achtergrondlicht voor een instrument in groep 0 heef t gewijzigd zal dit niet van invloed zijn op een ander instrument.
Indien een alarm klinkt, kunt u dit uitschakelen door het alarm op een scherm dat dit alarm weer geeft uit te schakelen.
Voor meer informatie verwijzen we naar de
NavBus instal latie- en bedieni ngshandleiding. Opmerki ng: GPS dient via NMEA input t e zijn.
NavBus en het E xplorer AP380 systeem:
Het Explorer AP380 s ysteem zal automatisch ook functioneren met ex tra Explorer AP380 beeldschermen.
Het Explorer AP380 s ysteem kan winddata ontvangen van Northstar’s WIND via NavBus.
Het Explorer AP380 s ysteem kan winddata ontvangen van een Northstar SPEED via NavBus.
1-2-3 NMEA
NMEA is een industriestandaard, maar is niet zo flexibel als NavBus omdat specifieke verbindingen tussen instrumenten nodig zijn. Het Explorer AP380 s ysteem heeft een NMEA
-input-poort en een poort die als in- of output kan worden geconfigureerd (Zie Exp lorer AP380 Bedieni ngshandleiding).
Explor er AP380 systeem NMEA-input
GPS: Het Explorer AP380 systeem kan NMEA GPS-data ontvangen van een compatibele GPS of chartplotter, zoals de Northstar Explorer 500-serie chartplot ter:
XTE (van APA, APB of XTE-zinnen) is benodigd voor het E xplorer AP380 systeem om de GPS -stand te gebruiken
6 Northstar Ex plorer AP3 80 Systeem I nstallat iehandle iding
BRG (van APA-zinnen) en BOD (van APA of APB zinnen) zijn optioneel en verbeteren functionaliteit.
COG (van VTG -zinnen) is optioneel en kan worden weergegeven.
WIND: Het Explorer AP380 systeem kan NME A­winddata ontvangen van een compatibel windinstrument:
Voor gebruik van de win d-stand op het P3380-systeem zijn ware en schijnbare windrichting (van MW V-zinnen) nodig.
SNELH EID: Het Explorer AP380 systeem kan NMEA snelheidsdata ontvangen van een compatibel logwiel- of GPS -instrument:
SOG (van V TG -zinnen) is optioneel en verbetert de functionaliteit.
Opmerking: Als het Explorer AP38 0 systeem is aangesloten op een Northstar-serie wind of snelheidsinstrument via NavBus, dan zal het Explo rer AP380 systeem automatisch wind- of snelheidsdata ontvangen en dient de NMEA-verbinding niet te worden aangesloten.
Explor er AP380 systeem NMEA-output
De NMEA 2 poort kan als in- of output worden geconfigureerd:
(zie NMEA -stand in het Instelli ng >
Comms -menu, en Zie Exp lorer AP380 Bedieni ngshandleiding).
2 Explorer AP380 systeem-hardware
2-1 Wat er geleverd wordt bij het Explorer AP380 systeem
beide richtingen (HDG & HDT) en roerhoek (RSA) een keer per seconde
of richting (HDG) tien keer per seconde
MCU600 (Main Control Unit =
Hoofdbedieningspaneel)
Kompas met 10 m
(33 voet) vaste kabel
Beschermkap voor het
beeldscherm
Explo rer AP380 Sys teem Inst allatieh andleidi ng Northstar 7
(33 voet) vaste kabel
RFU - Roer-feedback-unit
Gyro, met 10 m
2 mm (#14) dubbel-
draadse kabel voor
krachtstroombedra-ding
Documentatie
• Garantie
• Bevestigingsmal beeldscherm
• Deze installatiehandleiding
• Bedieningshandleiding
Additi onele apparatuur
• Bevestigingsmiddelen
• Kabelhoes
• Spanningsverlaging
• Extra zekeringen
Explorer AP380 Beeldscherm
2-2 Andere benodigde onder delen
Stroomvoorziening: Het Explorer AP380 systeem heeft twee stroombronnen nodig, beide nominaal 12 V DC:
Een sterk stroomvoorziening voor de besturingsaandrijving
Een zwak stroomvoorziening voor de Explorer AP380 systeemelektronica en het beeldscherm ; deze bron voorziet ook overige beeldschermen en andere instrumenten van stroom.
De stroomvoorzieningen hebben een of twee schakelaars en zekeringen of een stroomonderbreker nodig (zie paragraaf 3-4).
Besturingsaandrijv ing
systeem kan een hydraulische pomp, constant aangedreven pompset, hydraulische lineaire aandrijving of een mechanische aandrijving van stroom voorzien bij 12 V DC en maximaal 20 A.
Roerove rbrenging: Om het roer te verbinden aan het roer-feedback-instrument (zie paragraaf 3-5).
Voor bedrading, zie Selecteer B edradingstabel in paragraaf 3-4 -2.
: Het Explorer AP380
3 Installatie
Waarschuwing: Correcte installatie is cruciaal voor het functioneren van het instrument. Het is van vitaal belang dat u deze paragraaf van de handleiding en documentatie bij eventuele andere onderdelen doorleest voordat u met de installatie begint.
Waarschuwing:
De MCU600 (hoofdinstrument) is niet
waterdicht. Bevestig dit instrument op een droge plaats.
3-1 Installatievolgorde
De aanbevolen installatievolgorde:
1 Lees deze handleiding en de documentatie
die bij andere onderdelen werd geleverd.
2 Plan de installatie: selecteer de locatie
van de apparatuur en de bedrading (zie paragraaf 3-2).
3 Installeer de MCU600 (zie paragraaf 3-3).
Exte rne piepers of lichten (option eel ): De externe output is geaard, 30 V DC en maximaal 250 mA. Plaats een relais indien de piepers en lichten meer dan 250 mA in totaal nodig hebben.
Andere scheepvaartinstrumenten (optioneel): Wind-, snelheid- of GPS-
instrumenten kunnen worden aangesloten (zie paragraaf 1-2).
Andere onderdelen: Voor systemen met verschillende instrumenten zijn bedrading en connectoren nodig. Northstar aansluitdozen kunnen het op elkaar aansluiten van verschillende Northstar instrumenten vereenvoudigen (zie paragraaf 1-2 of de NavBus Installati e- en Bedieningsha ndleiding).
Voor het verlengen van het roer-feedback­instrument, kompas of gyrokabels zijn koppelingsverbindingen en 10 m verlengkabels verkrijgbaar. Gebruik niet meer dan een verlengkabel per instrument.
Voor meer informatie, raadpleeg uw Northstar-leverancier.
Het beeldscherm van het Explorer AP380
systeem is waterdicht.
Het kompas, de gyro en het roer-feedback-
instrument zijn volkomen waterdicht.
Waarschuwing: Verzeker t u zich ervan dat de installatiegaten die u maakt de construc tie van de boot niet ondermijnen. Raadpleeg in geval van twijfel een gekwalificeerde bootbouwer.
4 Installeer de besturingsaandrijving
en de bedrading voor sterk- en zwakstroomvoorziening (zie paragraaf 3-4).
5 Installeer de roer feedback unit (zie
paragraaf 3-5).
6 Installeer het kompas (zie paragraaf 3-6).
7 Installeer de gyro (zie paragraaf 3-7).
lange
8 Northstar Explo rer AP380 Sys teem Inst allatieh andleidi ng
8 Installeer het beeldscherm en andere
scheepvaartelektronica die gebruikt gaat worden in het Explorer AP380 systeem (zie paragraaf 3-8).
9 Voer de haveninstelling uit (zie paragraaf 4).
10 Voer de zeetesten uit (zie paragraaf 5).
Indien u niet zeker bent waar een onderdeel geplaatst dient te worden, bevestig en bedraad het onderdeel dan tijdelijk , zonder gaten in de boot te maken. Nadat de testen op zee uitgevoerd zijn kunt u het onderdeel voorgoed installeren en bedraden.
3-2 Installatiehandle iding
Dit is een algemene handleiding voor plaatsing en b edrading van delen van het Explorer AP380 systeem. Voor specifieke onderdelen kunnen additionele instructies nodig zijn.
3-2-1 Plaatsingshandleid ing
Bevestig onderdelen niet op plaatsen waar
ze als handgreep gebruikt kunnen worden, waar ze hinderen tijdens het varen of waar ze onder water kunnen raken.
Bevestig onderdelen niet op plaatsen waar
ze hinderen tijdens het te water laten of uit het water halen van de boot.
Bevestig onderdelen niet binnen een
straal van 0,5 m van het draaivlak van de radarantenne
Bevestig het kompas en de gyro:
Tenminste 1 m verwijderd van bronnen
van elek trische signalen of ruis, zoals accu’s, stroom- of andere bootk abels, motoren, tl-verlichting, stroom­inverters, radio - of radarzenders en antennes.
Tenminste 1 m verwijderd van
apparatuur met magneten zoals een kompas.
147.985 mm
3-2-2 Bedradingshandleiding
Het Explorer AP380 s ysteem heeft t wee soorten kabels:
Voor sterk stroomvoorziening en besturingsaandrijving zijn gewoonlijk sterkstroomkabels nodig.
Selecteer de bedradingsgauge m.b.v. de
bedradingsformaattabel (zie paragraaf 3-4-2).
Plaats sterkstroomkabels tenminste 1 m
verwijderd van andere elek tronica in de boot.
Houd de kabels zo kor t mogelijk.
2 mm (#14) dubbeldraadse kab el wordt
bij de Explorer AP380 geleverd en kan gebruik t worden als sterkstroomkabel indien de gauge passend is.
Alle andere kabels zijn zwak stroom
Installeer zwakstroomkabels tenminste 1
m verwijderd van bronnen van elektrische signalen of ruis, zoals accu’s, stroom- of andere bootkabels, motoren, tl-verlichting, stroom-inverters, radio- of radarzenders en antennes.
Indien de kabel voor het roer-feedback-
instrument, kompas of gyro te lang is, kort deze dan niet in, maar rol de kabel op in de buurt van het hoofdbedieningsinstrument.
Voor het verlengen van het roer-feedback-
instrument, kompas of de gyrokabels zijn een koppelingsverbinding en 10 m lange verlengkabels beschikbaar. Gebruik niet meer dan een verlengkabel per instrument.
Wanneer u een kabel installeert:
dient deze niet geplet, bekneld of uitgerekt
te worden.
dient deze met regelmatige tussenpozen
vastgemaakt te worden.
dienen er zich geen verbindingen of
contactklemmen onbedekt in het ruim te bevinden.
Explo rer AP380 Sys teem Inst allatieh andleidi ng Northstar 9
3-3 Installatie van de MCU600 (hoofdinstrument)
Fysiek
BELANGRIJK:
(7.87”) ruimte is nodig om de beschermkap te verwijderen
200 mm (7,87”)
(2,16”)
55 mm
Schroev en 90 mm (3,54”) u it elkaar
200 mm (7,87”)
1
2
3
140 mm (5,10”)
Schroefgaten 184 mm (7,24”) uit elkaar
60 mm (2,36”)
BELANGRIJK: 60 mm (2,36”) ruimte nodig voor kabels
Installatie
Vind een passende plaats voor het instrument:
Op een droge, koele plaats, indien mogelijk niet in de machinekamer.
Dichtbij krachstroombron en besturingsaandrijving om de lengte van krachtstroombekabeling
te minimaliseren.
Toegankelijk voor installatie en service.
Indien mogelijk op een verticaal paneel dat niet vibreer t.
Volg de plaatsingshandleiding (zie paragraaf 3-2-1).
Bevestig het instrument met de kabelconnectors aan de onderkant of aan een zijkant m.b.v. de bijgeleverde schroeven. Bevestig het instrument niet met de connectors aan de bovenkant i.v.m. binnendringen van stof en vocht.
200 mm
RFU
1
Gyro
2
Kompas /
3
Richtingssensor
10 Northstar Explorer A P380 Syste em Install atiehand leiding
3-4 Installatie van de stroomvo orziening en bes turingsaandrijving
3-4-1 Installatie van de stroomvoor ziening
Het MCU 600-systeem heeft sterk- en zwak stroom nodig, beide 12 V DC.
Opmerking:
Houd alle bedrading zo kort mogelijk. Voor de sterkstroomvoorziening gebruikt u de draad gauge zoals
aangegeven in de tabel (zie paragraaf 3-4-2).
Volg de bedradingshandleiding (zie paragraaf 3-2-2).
Stroomtoevoer: configuratie met 1 schakelaar
Kies deze configuratie om met één schakelaar de Explorer AP380 en andere instrumenten aan en uit te schakelen.
Installeer spanningsregelaar
12 V DC stroom­toe-voer, spanning passend bij aan­drijving
bij de besturingsaandrijving
Stroomtoevoer: configuratie met 1 schakelaar
Kies deze configuratie om de aandrijvingsstroom uit te schakelen terwijl andere instrumenten nog in gebruik zijn.
Stroomonderbreker of
zeke-ring en schakelaar,
stroomvermogen dat past
Zekering 1 A
MCU600
Sterkstroom
1 2 3 4 5 6 7 8
Connector-
hoes
Zwakstroom
1 2 3 4 5 6 7 8
12 V DC stroom­toe-voer, spanning passend bij aan­drijving
Stroomonderbreker of
zekering en schakelaar,
stroomvermogen dat
past bij de besturingsaan
drijving
Installeer spanningsregelaar
Zekering 1 A
-
Sterkstroom
Schakelaar
Connector-
hoes
Zwakstroom
Opmerking: Indien meer dan drie extra beeldschermen of andere 310-serie instrumenten gebruikt worden, dient u een extra schakelaar en zekering te installeren voor de zwakstroomvoorziening voor deze extra instrumenten.
Explo rer AP380 Sys teem Inst allatieh andleidi ng Northstar 11
Loading...
+ 23 hidden pages