Nokia 8890 User Manual [nl]

Elektronische handleiding als uitgave bij "Nokia Handleidingen - Voor-
waarden en bepalingen, 7 juni 1998" (“Nokia User’s Guides Terms and Condi-
tions, 7th June, 1998”.)
Gebruikershandleiding
9352600
Uitgave 2
NOKIA MOBILE PHONES Ltd verklaart op eigen verantwoordelijkheid dat het product NSB-6NY conform is aan de bepalingen van de volgende Richtlijn van de Raad:1999/5/EG. Nokia is een gedeponeerd handelsmerk van Nokia Corporation, Finland.
©2000. Nokia Mobile Phones. Alle rechten voorbehouden.
US Patent No 5818437 and other pending patents. T9 text input software Copyright (C) 1997-2000. Tegic Communications, Inc. All rights reserved.
Nokia Mobile Phones voert een beleid dat gericht is op doorlopende ontwikkeling. Wij behouden ons derhalve het recht voor zonder voorafgaande kennisgeving wijzigingen en verbeteringen aan te brengen in de producten die in deze handleiding worden beschreven.

Naslaggids

Proficiat met de aankoop van deze telefoon! Op deze pagina’s worden enkele handige tips gegeven voor het gebruik van de telefoon. Lees de gebruikershandleiding voor uitvoerigere informatie.
In deze gids worden alle toetsaanslagen weergegeven door pictogrammen, zoals en .
De eerste keer bellen
Voordat u de eerste keer kunt bellen, leest u eerst het gedeelte Aan de slag om te leren hoe u de SIM-kaart plaatst,
de batterij installeert en laadt
en de telefoon inschakelt.
1. Toets het netnummer en abonneenummer in en druk op .
2. Druk op om het gesprek te beëindigen.
Belfuncties
Een gesprek beantwoorden
Een oproep beëindigen of weigeren
Volume van de hoorn instellen
Laatste nummer herhalen
Voicemail bellen
Druk op of open de schuifklep.
Druk op of sluit de schuifklep.
Druk op de volumetoetsen aan de zijkant van de telefoon.
Druk op in de standby-modus om de lijst met laatstgekozen nummers weer te geven. Ga met of naar het gewenste nummer en
druk op .
Houd ingedrukt. Als u wordt gevraagd naar het nummer van uw voicemail, toetst u dit in en drukt u op OK.
©2000 Nokia Mobile Phones. All rights reserved.
Telefoonlijstfuncties
Snel opslaan Toets het telefoonnummer in en druk op
Snel zoeken
Telefoonlijst tijdens een gesprek gebruiken
Opslaan. Toets de naam in en druk op OK.
Druk vanuit de standby-modus op , toets de eerste letter van de naam in en blader met of naar de gewenste naam.
Druk tijdens een gesprek op Opties , ga naar
Namen en druk op Kies.
Menus openen
Een menu openen
Een menu afsluiten
Druk op Menu, ga met of naar de gewenste menufunctie en druk op Kies.
Druk op om een menufunctie af te sluiten en terug te keren naar de standby-modus zonder de instellingen te wijzigen.
Overige basisfuncties
Toetsenbord­vergrendeling inschakelen/ uitschakelen
Een bericht intoetsen
Sluit de schuifklep en druk op Blokkeer. Druk op Vrijgeven en vervolgens op OK om de
toetsenbordvergrendeling uit te schakelen.
Druk op Menu , , om
intoetsen
Via tekstinvoer met woordenlijst: Druk eenmaal op de toets met het gewenste teken om een letter in te toetsen. Als het onderstreepte woord juist is, drukt u op voor een spatie. Als het woord niet juist is, drukt u op om het volgende woord te zien. Normale tekstinvoer selecteren: Druk tweemaal op
te activeren. Toets het bericht in.
Berichten
©2000 Nokia Mobile Phones. All rights reserved.
Inhoudsopgave
Voor uw veiligheid .............. 9
Algemene informatie ........ 11
Labels op de telefoon .................... 11
Beveiligingscode ............................. 11
FCC-kennisgeving ­Industry Canada-kennisgeving ... 11
Netwerkdiensten ............................ 12
Accessoires ....................................... 12
Typografische conventies
in deze handleiding ....................... 13
1.De telefoon .....................14
Toetsen en functies .......................15
Schermindicatoren
in de standby-modus ................. 16
2.Aan de slag .....................17
De SIM-kaart en de batterij
plaatsen ............................................ 17
De batterij opladen ........................ 18
De telefoon in-
en uitschakelen ............................... 19
De antenne gebruiken ............... 20
De schuifklep gebruiken ............... 21
3.Belfuncties ......................22
Bellen en gebeld worden .............22
Bellen ............................................. 22
Internationaal bellen ...............22
Kiezen vanuit
de telefoonlijst ........................... 22
Laatste nummer herhalen ......23
Voicemail bellen ........................ 23
Een nummer kiezen
met een snelkeuzetoets ..........23
Een telefoonnummer toewijzen
aan een snelkeuzetoets ........... 24
Gebeld worden ........................... 24
Wachtfunctie ..............................25
Opties tijdens het bellen ...........25
Conferentiegesprekken ............26
Toetsenbordvergrendeling ............27
4.Telefoonlijst (Namen) .... 29
De telefoonlijst selecteren
(Actief geheugen) ...........................29
Een telefoonnummer met een naam opslaan
(Nieuwe invoer) ...............................30
Naam en telefoonnummer
opvragen ...........................................31
Naam en telefoonnummer
kopiëren .............................................31
Een naam en telefoonnummer
wissen ................................................32
Eén voor één .................................32
Alles wissen ..................................33
Bellergroepen ...................................33
Een telefoonnummer
in een bellergroep opnemen ....33
De beltoon en een logo instellen
voor een bellergroep ..................34
Status telefoonlijst .........................34
Weergave instellen voor opgeslagen namen
en telefoonnummers .....................35
Het type weergave instellen ........35
Servicenummers (Servicenrs.) .....35
Kopiëren en afdrukken via IR ......36
Een naam en telefoonnummer
naar de telefoon kopiëren ........36
Kopiëren en afdrukken
vanaf uw telefoon .......................36
Functie voor spraaknummers ......37
Een spraaknummer
aan de telefoonlijst
toevoegen ......................................37
©2000 Nokia Mobile Phones. All rights reserved.
5
Een spraaknummer opnieuw
afspelen ........................................38
Opbellen ........................................39
Bellen met
de hoofdtelefoon HDC-5 ......... 39
Spraaknummers wijzigen .........39
Een spraaknummer wissen .......40
5.De menus gebruiken ..... 41
Een menufunctie activeren
via de selectietoetsen ...................41
Een menufunctie activeren
via het indexnummer .................... 42
Overzicht van de menufuncties .43
6.Menufuncties .................46
Berichten (menu 1) ........................ 46
Een bericht lezen
(Inbox, menu 1-1) ....................... 46
Uw eigen berichten bekijken
(Outbox, menu 1-2) ...................47
Een tekstbericht verzenden (Berichten intoetsen,
menu 1-3) .....................................47
Een tekstbericht intoetsen
en verzenden .............................. 48
Tekstinvoer met woordenlijst 49
Afbeeldingen (menu 1-4) ......... 51
Als u een afbeeldingsbericht
ontvangt ......................................51
Een afbeeldingsbericht
verzenden ....................................52
Berichtenopties (menu 1-5) ....52
Set 1 (menu 1-5- ) ...................52
Algemeen (menu 1-5- ) ......... 53
Infodienst (menu 1-6) ............... 54
Netwerkopdrachteneditor
(menu 1-7) .................................... 54
Fax- of data-oproep
(menu 1-8) .................................... 54
Een fax- of data-oproep
uitvoeren ......................................54
Een fax- of data-oproep
ontvangen ....................................55
De fax- of data-mailbox
bellen ............................................55
Spraakberichten (menu 1-9) ....55
Voicemailberichten opvragen
(menu 1-9-1) ..............................55
Voice mailboxnummer
(menu 1-9-2) ..............................56
Oproep-info (menu 2) ...................57
Gemiste oproepen
(menu 2-1) ....................................57
Ontvangen oproepen
(menu 2-2) ....................................57
Laatst gekozen nummers
(menu 2-3) ....................................57
Laatste oproepen wissen
(menu 2-4) ....................................58
Gespreksduur tonen
(menu 2-5) ....................................58
Gesprekskosten tonen
(menu 2-6) ....................................58
Gesprekskosteninstellingen
(menu 2-7) ....................................59
Oproepkostenlimiet
(menu 2-7-1) ..............................59
Kosten tonen in
(menu 2-7-2) ..............................59
Profielen (menu 3) ..........................60
Profielen aanpassen ....................60
Tooninstellingen
voor profielen ...............................62
Oproepsignaal .............................62
Soort beltoon ..............................62
Beltoonvolume ...........................62
Trilalarm .......................................62
Type beltoon voor berichten ...62
Toetsenbordvolume ...................62
Alarm- en spelgeluiden ...........63
6
©2000 Nokia Mobile Phones. All rights reserved.
Overige instellingen
voor profielen ..............................63
Automatisch opnemen
(alleen profiel Hoofdtelefoon) 63 De naam van profielen
wijzigen ......................................... 63
Instellingen (menu 4) .................... 64
Alarmklok (menu 4-1) ............... 64
Klok (menu 4-2) .......................... 64
Datum en tijd automatisch
(menu 4-3) ...................................65
Oproepinstellingen
(menu 4-4) ...................................65
Automatisch herhalen
(menu 4-4-1) .............................65
Telefoonkaart (menu 4-4-2) .. 65
Closed user group
(menu 4-4-3) .............................67
Eigen nummer zenden
(menu 4-4-4) .............................67
Wachtfunctieopties
(menu 4-4-5) .............................67
Gebruikte telefoonlijn
(menu 4-4-6) .............................67
Gebruiksopties (menu 4-5) ...... 68
Taalkeuze (menu 4-5-1) .........68
Celinformatie (menu 4-5-2) .. 68
Lijst met eigen nummers
(menu 4-5-3) .............................68
Netwerk kiezen
(menu 4-5-4) .............................68
Lengte DTMF-tonen
(menu 4-5-5) .............................69
SIM-dienstactie bevestigen?
(menu 4-5-6) .............................69
Terug naar fabrieksinstellingen
(menu 4-5-7) .............................70
Beveiligingsinstellingen
(menu 4-6) ...................................70
PIN-code vragen
(menu 4-6-1) ..............................70
Beveiligingsniveau
(menu 4-6-2) ..............................70
Oproepen blokkeren
(menu 4-6-3) ..............................70
Vaste nummers
(menu 4-6-4) ..............................71
Toegangscodes wijzigen
(menu 4-6-5) ..............................72
Toegang tot andere lijn
(menu 4-6-6) ..............................72
Doorschak. (menu 5) ......................73
Spelletjes (menu 6) ........................75
Opties voor spelletjes .................75
Een spel voor twee spelers
starten ............................................75
Calculator (menu 7) .......................76
Werken met de calculator ........76
Valutas omrekenen ....................76
Kalender (menu 8) ........................78
Infrarood (menu 9) .........................80
De apparaten instellen op
infraroodverbinding ....................80
Gegevens ontvangen
via de IR-poort .............................80
Gegevens verzenden
via de IR-poort .............................80
De status van een IR-verbinding
controleren ...................................81
SIM-diensten
(menu 10) .........................................82
Diensten (menu 11) .......................83
Operatordiensten gebruiken ....84
Toegangsnummers opslaan .... 84
De lijst met diensten ophalen 84 Een dienstbericht opslaan
als bookmark ..............................84
Een als bookmark opgeslagen
dienst gebruiken ........................85
Overige diensten .........................85
Een dienstadres opslaan .......... 86
©2000 Nokia Mobile Phones. All rights reserved.
7
Een dienst activeren .................86
7.Naslaginformatie ...........87
Toegangscodes ................................87
Beveiligingscode (5 cijfers) ......87
PIN-code (4 tot 8 cijfers) .......... 87
PIN2-code (4 tot 8 cijfers) ....... 88
PUK-code (8 cijfers) ...................88
PUK2-code (8 cijfers) ................. 88
Blokkeerwachtwoord .................89
Coderingsindicator .....................89
PC Suite ............................................. 89
Informatie over de batterij .......... 89
De batterij opladen
en ontladen ..................................89
Het gebruik
van de batterijen ....................... 90
Radiofrequentiesignalen
(RF-signalen) ...................................91
Onderhoud .........................93
Belangrijke veiligheids-
informatie ..........................94
8
©2000 Nokia Mobile Phones. All rights reserved.

Voor uw veiligheid

Lees deze eenvoudige richtlijnen. Het overtreden van de regels kan gevaarlijk of onwettig zijn. Meer informatie vindt u in deze handleiding.
VERKEERSVEILIGHEID HEEFT VOORRANG
Gebruik geen telefoon terwijl u een auto bestuurt. Parkeer eerst de auto.
INTERFERENTIE
Alle draadloze telefoons zijn gevoelig voor interferentie, waardoor de werking van de telefoon kan worden beïnvloed.
SCHAKEL DE TELEFOON UIT IN ZIEKENHUIZEN
Volg alle regels en aanwijzingen op. Schakel de telefoon uit in nabijheid van medische apparatuur.
SCHAKEL DE TELEFOON UIT IN VLIEGTUIGEN
Draadloze telefoons kunnen interferentie veroorzaken. Het gebruik ervan in een vliegtuig is illegaal.
SCHAKEL DE TELEFOON UIT TIJDENS HET TANKEN
Gebruik de telefoon niet in tankstations of in de buurt van brandstoffen of chemische stoffen.
SCHAKEL DE TELEFOON UIT IN DE BUURT VAN EXPLOSIEVEN
Gebruik de telefoon niet waar explosieven worden gebruikt. Houd u aan beperkende maatregelen en volg eventuele voorschriften of regels op.
GEBRUIK DE TELEFOON VERSTANDIG
Maak alleen normaal gebruik van de telefoon (tegen het oor). Raak de antenne niet onnodig aan.
9©2000 Nokia Mobile Phones. All rights reserved.
DESKUNDIG ONDERHOUD
Laat alleen bevoegd servicepersoneel het apparaat installeren of repareren.
ACCESSOIRES EN BATTERIJEN
Gebruik alleen goedgekeurde accessoires en batterijen. Sluit geen ongeschikte producten aan.
AANSLUITEN OP ANDERE APPARATEN
Wanneer u het apparaat op een ander apparaat aansluit, moet u de gebruikershandleiding van dat apparaat lezen voor gedetailleerde veiligheidsinstructies. Sluit geen ongeschikte producten aan.
MAAK RESERVEKOPIEËN
Denk eraan om reservekopieën van alle belangrijke gegevens te maken.
OPBELLEN
Controleer of de telefoon is ingeschakeld. Toets het net- en abonneenummer in en druk op . Als u een gesprek wilt beëindigen, drukt u op . Als u een oproep wilt beantwoorden, drukt u op .
ALARMNUMMER KIEZEN
Controleer of de telefoon is ingeschakeld. Druk zo vaak als nodig is op (bijvoorbeeld om een gesprek te beëindigen, een menu af te sluiten, enzovoort) om het scherm leeg te maken. Toets het alarmnummer in en druk op . Geef op waar u zich bevindt. Beëindig het gesprek niet voordat u daarvoor toestemming hebt gekregen.
VOORZORGSMAATREGELEN INFRAROODSTRALING
Richt de infraroodstraal niet op de ogen van iemand en let op dat er geen interferentie optreedt met de infraroodstraling van andere apparaten.
10
©2000 Nokia Mobile Phones. All rights reserved.

Algemene informatie

In dit hoofdstuk vindt u algemene informatie over uw nieuwe
telefoon en over deze gebruikershandleiding.

Labels op de telefoon

De telefoon is voorzien van labels. Deze labels zijn belangrijk voor
de service en aanverwante zaken. Zorg er daarom voor dat u de
labels en de informatie daarop niet kwijtraakt.

Beveiligingscode

Bij de telefoon wordt de beveiligingscode 12345 geleverd. Wijzig
deze code in het menu Instellingen (menu 4-6-6-1) om onbevoegd
gebruik van de telefoon te voorkomen. Houd de nieuwe code geheim
en bewaar deze op een veilige plaats uit de buurt van de telefoon.
FCC-kennisgeving - Industry
Canada-kennisgeving
Uw telefoon kan tv- of radio-interferentie veroorzaken (als u de
telefoon bijvoorbeeld in de buurt van ontvangstapparatuur
gebruikt). De FCC/Industry Canada kan u verplichten het gebruik van
uw telefoon te staken als dergelijke interferentie niet kan worden
beëindigd. Als u hulp nodig hebt, kunt u contact opnemen met uw
plaatselijke netwerkexploitant.
Dit apparaat voldoet aan deel 15 van de FCC-voorschriften. Voor de
werking geldt de voorwaarde dat dit apparaat geen schadelijke
interferentie veroorzaakt.
11©2000 Nokia Mobile Phones. All rights reserved.

Netwerkdiensten

De draadloze telefoon die in deze handleiding wordt beschreven, is goedgekeurd voor gebruik in de netwerken EGSM900 en SM1900.
Sommige functies die in deze handleiding worden beschreven zijn netwerkdiensten. Dit zijn speciale diensten die worden aangeboden door exploitanten van draadloze netwerken. U kunt pas van deze diensten gebruik maken wanneer u zich via de exploitant van uw thuisnet abonneert op de gewenste dienst(en) en de gebruiksinstructies hebt ontvangen.

Accessoires

De Li-Ion-batterij BLB-2 is de door de fabrikant goedgekeurde, oplaadbare batterij voor uw telefoon.
WAARSCHUWING! Deze apparatuur is bedoeld voor gebruik met de volgende voedingsbronnen: ACP-7, ACP-8 en LCH-9. Gebruik op andere manieren maakt eventuele goedkeuringen op deze apparatuur ongeldig en kan gevaarlijk zijn.
WAARSCHUWING! Gebruik alleen batterijen, laders en accessoires die zijn goedgekeurd door de fabrikant van de telefoon voor gebruik met dit type telefoon. Het gebruik van andere types doet de goedkeuring en garantie vervallen en kan bovendien gevaarlijk zijn.
Vraag uw leverancier naar de beschikbare goedgekeurde accessoires.
Als u het snoer van een accessoire losmaakt, moet u aan de stekker trekken, niet aan het snoer.
12
©2000 Nokia Mobile Phones. All rights reserved.
Typografische conventies in deze
handleiding
De tekst die in het telefoonscherm verschijnt, wordt in deze
handleiding blauw weergegeven, bijvoorbeeld
De tekst bij de selectietoetsen en wordt vetgedrukt
weergegeven, bijvoorbeeld Menu. In de tekst worden alleen de
selectietoetsteksten zonder de toetssymbolen weergegeven.
Belt.
13©2000 Nokia Mobile Phones. All rights reserved.

1. De telefoon

In dit hoofdstuk worden de toetsen en de schermindicatoren in de standby-modus van de telefoon beschreven. Uitvoerigere informatie vindt u elders in deze gebruikershandleiding.
1. Aan/uit-toets. Met de toets bovenop de telefoon schakelt u de telefoon in en uit.
Door kort op de toets te drukken, wordt de schermverlichting van de telefoon ongeveer 15 seconden lang ingeschakeld.
Met de toets kunt u de profielen wijzigen die in de telefoon worden gebruikt.
2. Knop voor openen achterklep. Druk op deze knop om de achterklep te openen.
3. Volumetoetsen. Hiermee kunt u het volume van de hoorn instellen. Met de bovenste toets verhoogt u het volume en met de onderste toets verlaagt u het volume.
4. Infraroodpoort.
5. Aansluiting laadapparaat.
6. Aansluiting hoofdtelefoon.
14
©2000 Nokia Mobile Phones. All rights reserved.

Toetsen en functies

Met tot en met kunt u cijfers en letters intoetsen. Door
ingedrukt te houden, belt u uw voicemail.
en worden voor verschillende doeleinden gebruikt in
verschillende functies.
Met de selectietoetsen voert u de functie uit die boven de betreffende toets wordt weergegeven. Wanneer de tekst Menu boven
wordt weergegeven, opent u met deze toets de menufuncties. Door op onder de tekst Namen te drukken, krijgt u toegang tot de telefoonlijstfuncties.
Door Namen ingedrukt te houden wordt de functie voor het kiezen van spraaknummers geactiveerd.
Met de schuiftoetsen kunt u bladeren door namen, telefoonnummers, menus of menufuncties en instellingen in de telefoonlijst.
Wanneer u een bericht intoetst, kunt u de cursor naar links verplaatsen met en naar rechts met .
Hiermee kunt u een gesprek beantwoorden en een telefoonnummer kiezen. De laatstgekozen nummers worden weergeven.
Hiermee kunt u een gesprek beëindigen of weigeren en op elk gewenst moment een functie afsluiten.
15©2000 Nokia Mobile Phones. All rights reserved.

Schermindicatoren in de standby-modus

De indicatoren die hieronder worden beschreven, zijn zichtbaar wanneer de telefoon klaar is voor gebruik en nog geen tekens zijn ingevoerd door de gebruiker. De naam van het huidige cellulaire netwerk wordt in het scherm weergegeven.
en balk Toont de sterkte van het radiosignaal van het cellulaire
netwerk dat op dit moment wordt gebruikt. Hoe hoger de balk, des te sterker het signaal.
en balk Geeft aan hoeveel capaciteit de batterij nog heeft. Hoe
hoger de balk, des te groter de capaciteit van de batterij.
XXXX Staat voor de naam van de netwerkdienst.
16
©2000 Nokia Mobile Phones. All rights reserved.

2. Aan de slag

De SIM-kaart en de batterij plaatsen

Houd alle kleine SIM-kaarten buiten bereik van kleine kinderen.
De SIM-kaart en de contactpunten kunnen gemakkelijk door
krassen of buigen worden beschadigd. Wees daarom voorzichtig wanneer u de kaart vastpakt, plaatst of verwijdert.
Voordat u de SIM-kaart plaatst, moet u de telefoon altijd
uitschakelen en de batterij verwijderen.
1. Houd de telefoon vast met de
achterzijde naar u toe en druk op de knop voor het openen van de achterklep. Schuif de achterklep van de telefoon.
2. Verwijder de batterij door deze
uit de houder te tillen.
3. Plaats de SIM-kaart. Zorg dat
de goudkleurige aansluitingen naar beneden gericht zijn en dat de schuine hoek zich rechts bevindt.
Opmerking: Als u de SIM­kaart moet verwijderen, schuift u deze voorzichtig uit de SIM-kaartsleuf.
17©2000 Nokia Mobile Phones. All rights reserved.
4. Plaats de batterij terug.
5. Schuif de achterklep terug op zijn
plaats.

De batterij opladen

1. Sluit de stekker van de oplader
voorzichtig aan op de aansluiting (1.) aan de onderzijde van de telefoon.
Opmerking: Aansluiting (2.) is de aansluiting voor de hoofdtelefoon. Sluit de hoofdtelefoon niet aan op de aansluiting voor de oplader. Hierdoor kunt u de aansluiting voor de oplader beschadigen.
2. Sluit de oplader aan op een gewone wandcontactdoos.
De indicatiebalk voor de batterij begint te schuiven.
De tekst weergegeven als de telefoon is ingeschakeld. U kunt de telefoon tijdens het laden gewoon gebruiken.
Opmerking: Als de batterij helemaal leeg is, duurt het vaak enkele minuten voordat de indicatiebalk wordt weergegeven en voordat u de telefoon kunt gebruiken. De oplaadtijd is afhankelijk van de gebruikte oplader en batterij. Het laden van een BLB-2-batterij met de ACP-8-lader duurt ongeveer 1 uur en 40 minuten.
Batterij wordt opgeladen wordt kort
18
©2000 Nokia Mobile Phones. All rights reserved.
3. De batterij is volledig opgeladen wanneer de indicator niet meer
beweegt. Als de telefoon is ingeschakeld, wordt bovendien kort de tekst Batterij opgeladen weergegeven.
4. Haal de stekker van de oplader uit de wandcontactdoos en
telefoon.
Als de tekst afgebroken. Wacht enkele seconden, maak de stekkers van de oplader los, sluit deze opnieuw aan en probeer het nogmaals. Als het opladen nu nog niet lukt, neemt u contact op met uw dealer.
Zie Naslaginformatie - Informatie over de batterij voor meer informatie.
Laadt niet op wordt weergegeven, is het laden

De telefoon in- en uitschakelen

Houd de toets ingedrukt.
Als een PIN-code moet worden opgegeven:
Toets de PIN-code in (deze wordt
met asterisken (*) weergegeven) en druk op OK.
Zie ook ‘Naslaginformatie’ - ‘Toegangscodes’.
Als een beveiligingscode moet worden opgegeven:
Toets de beveiligingscode in (deze wordt met asterisken (*)
weergegeven) en druk op OK.
Zie ook Algemene informatie - ‘Beveiligingscode’.
WAARSCHUWING! Schakel de telefoon niet in wanneer het gebruik van draadloze telefoons is verboden of wanneer het gebruik ervan interferentie of gevaar kan veroorzaken.
19©2000 Nokia Mobile Phones. All rights reserved.

De antenne gebruiken

De telefoon is uitgerust met een interne en een uitschuifbare antenne.
Let bij het gebruik van de uitschuifbare antenne op het volgende:
schuif de antenne volledig uit.
schuif de antenne in als u de
telefoon niet gebruikt.
Opmerking: De positie van de antenne heeft geen invloed op de werking van de telefoon.
Opmerking: Zoals voor alle radiozendapparatuur geldt, dient onnodig contact met de antenne te worden vermeden als de telefoon is ingeschakeld. Het aanraken van de antenne is van invloed op de gesprekskwaliteit en de telefoon kan meer stroom verbruiken dan noodzakelijk.
De prestaties van de antenne en de gesprekstijd van de telefoon zijn optimaal als u het gebied rond de antenne niet aanraakt tijdens een telefoongesprek.
Normale positie: Houd de telefoon net zo vast als elke andere telefoon.
20
©2000 Nokia Mobile Phones. All rights reserved.

De schuifklep gebruiken

De schuifklep beschermt de cijfertoetsen van de telefoon en kan worden gebruikt om een gesprek te beantwoorden of te beëindigen.
Wanneer de schuifklep is gesloten, kunt u functie Menu en de telefoonlijst gebruiken en gesprekken voeren, maar kunt u geen cijfers of letters intoetsen.
U opent de klep door deze omlaag te schuiven. U sluit de klep door de klep omhoog te schuiven totdat deze vastklikt.
Gesprekken beantwoorden, beëindigen en weigeren met behulp van de schuifklep
Als u een inkomend gesprek wilt beantwoorden, schuift u de klep
omlaag.
Als u een inkomend gesprek wilt weigeren, schuift u de klep
omhoog.
Als u een gesprek wilt beëindigen, schuift u de klep omhoog. Als
u tijdens een gesprek echter op Opties drukt en vervolgens de schuifklep sluit, wordt het gesprek niet beëindigd.
Door de schuifklep te sluiten, worden altijd de menu- en
telefoonlijstfuncties afgesloten.
Opmerking: Als de hoofdtelefoon is aangesloten, kunt u geen oproepen beantwoorden of weigeren met de schuifklep.
21©2000 Nokia Mobile Phones. All rights reserved.

3. Belfuncties

Bellen en gebeld worden

Bellen

1. Toets het netnummer en abonneenummer in.
Als u een nummer in het scherm wilt wijzigen, drukt u op of
om de cursor te verplaatsen. Druk op Wis om het teken links
van de cursor te verwijderen.
2. Druk op om het nummer te kiezen.
3. Druk op om het gesprek te beëindigen of het kiezen te
onderbreken. U kunt het gesprek ook beëindigen door de schuifklep te sluiten.
Internationaal bellen
1. Druk tweemaal kort op voor het internationale prefix (het
teken + vervangt de internationale toegangscode).
2. Toets het landnummer, netnummer en abonneenummer in.
3. Druk op om het nummer te kiezen.
Kiezen vanuit de telefoonlijst
1. Druk op Namen.
2. Wanneer
3. Toets de eerste letter(s) van de naam in en druk op OK.
U kunt deze stap desgewenst overslaan.
4. Ga met of naar de gewenste naam.
5. Druk op om het nummer te kiezen.
22
Zoeken is gemarkeerd, drukt u op Kies.
©2000 Nokia Mobile Phones. All rights reserved.
Laatste nummer herhalen
De laatste tien telefoonnummers die u hebt gebeld of geprobeerd te bellen, zijn in het geheugen van de telefoon opgeslagen. Ga als volgt te werk om een van de laatstgekozen nummers te herhalen:
1. Druk in de standby-modus eenmaal op om de lijst met
laatstgekozen nummers weer te geven.
2. Ga met of naar het gewenste nummer of de gewenste
naam.
Voicemail bellen
1. Houd ingedrukt in de standby-modus.
2. Als u wordt gevraagd naar het nummer van de voicemail-
postbus, toetst u dit in en drukt u op OK. U krijgt dit nummer van uw netwerkexploitant. Zie Nummer voicemail-postbus (menu 1­9-2) als u dit nummer op een later tijdstip wilt wijzigen.
Een nummer kiezen met een snelkeuzetoets
Als u een telefoonnummer hebt geprogrammeerd onder een van de snelkeuzetoetsen ( tot en met ), kunt u dat nummer op een van de volgende manieren kiezen:
Druk op de gewenste snelkeuzetoets en druk op of houd de
gewenste snelkeuzetoets ( tot en met ) ingedrukt totdat het gesprek is gestart. Let op: als u ingedrukt houdt, wordt het nummer van uw voicemail gebeld.
23©2000 Nokia Mobile Phones. All rights reserved.
Een telefoonnummer toewijzen aan een snelkeuzetoets
De eerste negen namen en telefoonnummers in de telefoonlijst worden automatisch opgeslagen als snelkeuzenummer en kunnen worden gekozen via de cijfertoetsen - . Als u een ander nummer aan een snelkeuzetoets wilt toewijzen, voert u de volgende stappen uit:
1. Druk op Namen en selecteer
telefoonnummer aan een toets is toegewezen, drukt u op Wijs toe.
Als reeds een telefoonnummer aan een toets is toegewezen, kunt u het nummer weergeven, wijzigen of wissen door eerst op Opties te drukken.
Opmerking: Wijs toe wordt ook weergegeven als de telefoon automatisch een telefoonnummer aan een snelkeuzetoets heeft toegewezen.
2. Selecteer de gewenste naam en/of het telefoonnummer in de
telefoonlijst en druk op OK.
Snelkeuze. Als geen
Gebeld worden
1. Als u een oproep wilt beantwoorden:
druk op of een willekeurige toets, met uitzondering van
, of druk op Weiger of
open de schuifklep.
2. Druk op om het gesprek te beëindigen of sluit de schuifklep. TIP: Als u een inkomend gesprek wilt weigeren, drukt u op . Als
de functie gesprekken door te schakelen (bijvoorbeeld naar uw voicemail), wordt een inkomend gesprek ook doorgeschakeld door het gesprek te weigeren. Zie Doorschakelen indien in gesprek’.
Doorschakelen indien in gesprek is ingeschakeld om
24
©2000 Nokia Mobile Phones. All rights reserved.
Opmerking: Als in de telefoonlijst meer dan één naam wordt aangetroffen met dezelfde laatste zeven cijfers als het telefoonnummer van de beller, wordt uitsluitend het telefoonnummer van de beller weergegeven als dit beschikbaar is.
Wachtfunctie
Als u de functie Wachtfunctie-opties (menu 4-4-4) hebt ingeschakeld, kunt u met deze netwerkfunctie een inkomend gesprek beantwoorden terwijl u aan het bellen bent.
1. Druk tijdens een gesprek op (of druk op Opties en selecteer
Opnemen) om het gesprek in de wachtstand te beantwoorden.
Het eerste gesprek wordt in de wachtstand geplaatst.
2. Als u tussen de twee gesprekken wilt schakelen, drukt u op
Wissel of op .
3. Druk op om het actieve gesprek te beëindigen.
Als u het gesprek in de wachtstand wilt weigeren, drukt u op
Weigeren.

Opties tijdens het bellen

Uw telefoon biedt een aantal functies die u kunt gebruiken terwijl u belt. U kunt niet al deze functies altijd gebruiken. Veel van deze opties zijn netwerkdiensten. Door tijdens een gesprek opOpties te drukken, kunnen de volgende opties beschikbaar zijn:
Standby of Uit standby
Nieuwe opr. om een nieuw gesprek te beginnen terwijl u een
DTMF zenden om DTMF-tonen te verzenden
Alles afsluiten om alle gesprekken te beëindigen
Namen om de telefoonlijst te openen
Menu om de menufuncties te activeren
om een gesprek in de wachtstand te
plaatsen of vrij te geven
ander gesprek voert
25©2000 Nokia Mobile Phones. All rights reserved.
Microfoon uit om de microfoon van de telefoon uit te
schakelen
Doorverbindn om een actief gesprek en een gesprek in de
wachtstand met elkaar te verbinden en zelf de verbinding te verbreken.
Conferentiegesprekken
Met deze functie kunnen maximaal zes personen deelnemen aan een teleconferentie (netwerkdienst).
1. Druk tijdens een gesprek op Opties, ga naar
op Kies.
2. Toets het telefoonnummer in of selecteer het nummer in de
telefoonlijst en druk op Bel om het nummer te kiezen. Het eerste gesprek wordt in de wachtstand geplaatst.
3. Wanneer de oproep is beantwoord, neemt u het gesprek op in de
teleconferentie door op Opties te drukken. Ga naar en druk op Kies.
4. Herhaal stap 1 en 2 voor elke nieuwe deelnemer aan het gesprek.
5. Als u met een van de deelnemers afzonderlijk een gesprek wilt
voeren, drukt u op Opties. Ga naar Selecteer de deelnemer waarmee u een afzonderlijk gesprek wilt voeren en druk op OK
Druk op Wissel of op om tussen de teleconferentie en het
afzonderlijke gesprek te schakelen.
6. Als u terug wilt keren naar de teleconferentie, kiest u opnieuw
Nieuwe opr. en druk
Conferentie
Apart en druk op Kies.
Conferentie. Zie stap 3.
7. Druk op om de teleconferentie te beëindigen.
26
©2000 Nokia Mobile Phones. All rights reserved.

Toetsenbordvergrendeling

De toetsenbordvergrendeling voorkomt dat u per ongeluk toetsen indrukt, bijvoorbeeld wanneer de telefoon zich in uw zak of handtas bevindt.
Wanneer het toetsenbord vergrendeld is, verschijnt bovenin het scherm.
Het toetsenbord vergrendelen/vrijgeven via de schuifklep:
Als u het toetsenbord wilt vergrendelen,
sluit u de schuifklep en drukt u op (Blokkeer). Zie afbeelding.
Als u het toetsenbord wilt vrijgeven,
opent u de schuifklep.
Als u het toetsenbord wilt vrijgeven
zonder de schuifklep te openen, drukt u
Vrijgeven en vervolgens op OK.
op
Het toetsenbord vergrendelen/vrijgeven als de schuifklep geopend is:
Als u het toetsenbord wilt vergrendelen, drukt u op Menu en
vervolgens kort op .
Als u het toetsenbord wilt vrijgeven, drukt u op
vervolgens kort op .
Als de toetsenbordvergrendeling is ingeschakeld:
Als u een oproep wilt beantwoorden, drukt u op .
Als u een gesprek wilt beëindigen of weigeren, drukt u op
of sluit u de schuifklep. Tijdens een gesprek is de toetsenbordvergrendeling uitgeschakeld.
Vrijgeven en
27©2000 Nokia Mobile Phones. All rights reserved.
Opmerking: Wanneer de functie Toetsenbordvergrendeling is ingeschakeld, kunt u nog wel het alarmnummer kiezen dat is geprogrammeerd in het geheugen van uw telefoon (bijvoorbeeld 112, 911 of een ander officieel alarmnummer). Toets het alarmnummer in en druk op . Het nummer wordt alleen weergegeven als alle cijfers zijn ingetoetst.
28
©2000 Nokia Mobile Phones. All rights reserved.

4. Telefoonlijst (Namen)

U kunt telefoonnummers en de bijbehorende namen opslaan in het geheugen van de telefoon (interne telefoonlijst) of van de SIM-kaart (SIM-telefoonlijst). In de interne telefoonlijst kunnen 250 namen (elk van maximaal 20 tekens) en telefoonnummers (elk van maximaal 30 cijfers) worden opgeslagen. De telefoon ondersteunt SIM-kaarten waarop maximaal 250 namen en telefoonnummers kunnen worden opgeslagen.
Naast het opslaan van namen en telefoonnummers biedt de telefoonlijst ook een breed scala aan functies voor het beheren van de namen en nummers.
De telefoonlijst openen
1. Druk in de standby-modus op Namen.
2. Druk tijdens een gesprek op Opties, ga met of naar
Namen en druk op Kies.

De telefoonlijst selecteren (Actief geheugen)

1. Druk in de standby-modus op Namen.
2. Ga met of naar
3. Ga naar
4. Ga naar
Op het scherm wordt het SIM-kaartgeheugen aangegeven met het symbool en het telefoongeheugen met het symbool .
Opmerking: Als de SIM-kaart is vervangen, wordt automatisch de SIM-telefoonlijst geselecteerd.
Actief geheugen en druk op Kies.
SIM-kaart of Telefoon en druk op OK.
Opties en druk op Kies.
29©2000 Nokia Mobile Phones. All rights reserved.

Een telefoonnummer met een naam opslaan (Nieuwe invoer)

U kunt namen en telefoonnummers opslaan in de interne telefoonlijst of de SIM-telefoonlijst.
1. Druk in de standby-modus op Namen.
2. Ga naar
3. Toets de naam in en druk op OK.
Nieuwe invoer en druk op Kies.
Gebruik de toetsen met letters ( - ) om de naam in te toetsen. Druk eenmaal op de toets voor de eerste op de toets afgebeelde letter, druk tweemaal voor de tweede letter, druk driemaal voor de derde letter, enzovoort.
Druk op als u wilt wisselen tussen hoofdletters en kleine letters. De tekst ABC of abc bovenin het scherm geeft aan of hoofdletters of kleine letters zijn geselecteerd.
Houd de toets met het gewenste cijfer ingedrukt als u een cijfer wilt intoetsen.
Houd ingedrukt om te schakelen tussen cijfers en letters.
Druk op om een spatie in te voegen.
Als u op drukt, wordt een lijst met speciale tekens
weergegeven. Blader met of door de lijst naar het gewenste teken en druk op Kies om dit teken in de naam in te voegen.
Als u hierbij een fout maakt, kunt u het teken links van de cursor verwijderen door zo vaak als nodig is op Wis te drukken. Als u Wis ingedrukt houdt, wordt het hele scherm gewist.
en verplaatsen de cursor respectievelijk naar rechts of naar links.
4. Toets het netnummer en abonneenummer in en druk op OK.
30
©2000 Nokia Mobile Phones. All rights reserved.
Loading...
+ 70 hidden pages