Nikon D3400 Reference Guide (full instructions) [nl]

• Lees deze handleiding grondig door voordat u de camera gebruikt.
• Om correct gebruik van de camera te verzekeren, vergeet niet “Voor uw Veiligheid” te lezen (pagina xi).
• Bewaar deze handleiding na het lezen op een gemakkelijk toegankelijke plaats voor later gebruik.
DIGITALE CAMERA
Nl
Your images. The world. Connected
D3400 Model Name: N1510
Welkom bij SnapBridge — de nieuwe servicesfamilie van Nikon om uw beeldervaring te verrijken. SnapBridge elimineert de barrière tussen uw camera en compatibel smartapparaat, door middel van een combinatie van Bluetooth® lage energie (BLE)-technologie en een speciale app. De verhalen die u met uw Nikon-camera en objectieven vastlegt, worden tijdens het maken automatisch naar het apparaat overgezet. Ze kunnen zelfs moeiteloos naar cloud-opslagservices worden geüpload, zodat toegang tot al uw apparaten mogelijk is. U kunt uw enthousiasme delen, wanneer en waar u maar wilt.
Download de app SnapBridge en ga aan de slag!
Profiteer van het uitgebreide gebruiksgemak door de SnapBridge app nu naar uw smartapparaat te downloaden. Door middel van enkele simpele stappen verbindt deze app uw Nikon-camera met een compatibele iPhone®, iPad® en/of iPod touch® of smartapparaten die het besturingssysteem Android™ gebruiken. SnapBridge is gratis beschikbaar in de Apple App Store®, via Google Play™ en via de volgende website:
http://snapbridge.nikon.com
Voor de meest recente informatie over SnapBridge, bezoek de Nikon-website voor uw regio (0 xix).
De spannende beeldervaring die SnapBridge biedt…
Automatische foto-overdracht van camera naar smartapparaat dankzij de constante verbinding tussen de twee apparaten — zo wordt online delen van foto’s gemakkelijker dan ooit tevoren
Uploaden van foto's en miniatuurafbeeldingen naar de cloudservice van NIKON IMAGE SPACE
Een reeks services die uw beeldbeleving verrijkt, inclusief:
Afdrukken van maximaal twee delen aftitelingsinformatie (bijv. copyright, commentaar, tekst en logo’s) op foto’s
Automatische update van datum- en tijdinformatie van de camera en locatie­informatie
Ontvang firmware-updates voor de camera
i
Lees alle aanwijzingen grondig door, zodat u zeker weet dat u de camera optimaal benut en bewaar de handleiding op een plaats waar iedereen die het product gebruikt deze kan lezen.
Symbolen en conventies
Om u te helpen de gewenste informatie gemakkelijker te vinden, worden de volgende symbolen en conventies gebruikt:
Dit pictogram staat bij waarschuwingen; informatie die moet worden
D
gelezen voor gebruik om schade aan de camera te vermijden.
Dit pictogram staat bij opmerkingen; lees deze informatie voordat u
A
de camera gebruikt.
Dit pictogram staat bij verwijzingen naar andere pagina’s in deze
0
handleiding.
In de cameramonitor weergegeven menu-items, opties en berichten worden vetgedrukt getoond.
Camera-instellingen
Deze handleiding gaat er steeds van uit dat de standaardinstellingen worden gebruikt.
Nikon Manual Viewer 2
Installeer de app Nikon Manual Viewer 2 op uw smartphone of tablet om digitale camerahandleidingen van Nikon overal en altijd te bekijken. Nikon Manual Viewer 2 kan gratis worden gedownload in de App Store en via Google Play. Downloaden van de app en alle andere producthandleidingen vereist een internetverbinding, waarvoor kosten in rekening kunnen worden gebracht door uw telefoon- of internetprovider.
A Voor uw veiligheid
Lees voordat u de camera voor het eerst gebruikt de veiligheidsinstructies in “Voor uw veiligheid” (0 xi–xiv).
ii

Inhoudsopgave

Voor uw veiligheid ............................................................................. xi
Kennisgevingen................................................................................. xv
Bluetooth ............................................................................................ xx
Inleiding 1
Kennismaking met de camera .......................................................... 1
De camerabody............................................................................................. 1
De zoeker......................................................................................................... 4
De standknop ................................................................................................ 5
De R (Informatie)-knop............................................................................. 6
De P-knop ..................................................................................................... 11
Eerste stappen 12
De camerariem bevestigen..................................................................... 12
Laad de accu op .......................................................................................... 12
Plaats de accu en een geheugenkaart................................................ 13
Bevestig een objectief .............................................................................. 15
Camera instellen ......................................................................................... 18
Stel de zoeker scherp ................................................................................ 26
Tutorial 27
Cameramenu’s: een overzicht ....................................................... 27
Cameramenu’s gebruiken....................................................................... 28
Het accuniveau en aantal resterende opnamen ........................ 31
Basisfotografie en afspelen 32
“Richten-en-maken”-standen (i en j) ...................................... 32
Basisweergave .................................................................................. 40
Ongewenste foto’s wissen ...................................................................... 41
iii
Hulpstand 42
De hulpgids........................................................................................ 42
Hulpstandmenu’s....................................................................................... 43
De hulpgids gebruiken ............................................................................ 46
Instellingen die overeenkomen met het onderwerp of de
situatie (Onderwerpstand) 48
k Portret ............................................................................................... 48
l Landschap ....................................................................................... 49
p Kinderen........................................................................................... 49
m Sport................................................................................................... 49
n Close-up ........................................................................................... 50
o Nachtportret ................................................................................... 50
Speciale effecten 51
% Nachtzicht........................................................................................ 52
S Superlevendig ................................................................................ 52
T Pop .................................................................................................... 52
U Foto-illustratie................................................................................ 53
' Speelgoedcamera-effect ............................................................ 53
( Miniatuureffect.............................................................................. 53
3 Selectieve kleur.............................................................................. 54
1 Silhouet............................................................................................. 54
2 High-key ........................................................................................... 54
3 Low-key ............................................................................................ 55
Beschikbare opties in livebeeld ............................................................ 56
Meer over fotografie 62
Een ontspanstand kiezen................................................................ 62
Continu opnemen (Seriestand)...................................................... 63
Stil ontspannen................................................................................. 65
Zelfontspannerstand ....................................................................... 66
iv
Scherpstelling ................................................................................... 69
Scherpstelstand .......................................................................................... 69
AF-veldstand................................................................................................ 74
Scherpstelvergrendeling ......................................................................... 79
Handmatige scherpstelling .................................................................... 81
Beeldkwaliteit en -formaat............................................................. 84
Beeldkwaliteit .............................................................................................. 84
Beeldformaat ............................................................................................... 86
De ingebouwde flitser gebruiken ................................................. 87
Automatische pop-up-standen............................................................. 87
Handmatige pop-up-standen................................................................ 89
ISO-gevoeligheid.............................................................................. 93
Fotograferen met de afstandsbediening .................................... 95
Een optionele afstandsbediening ML-L3 gebruiken..................... 95
Standen P, S, A en M 98
Sluitertijd en diafragma .................................................................. 98
Stand P (Automatisch programma)..................................................... 99
Stand S (Sluitertijdvoorkeuze)............................................................ 101
Stand A (Diafragmavoorkeuze).......................................................... 103
Stand M (Handmatig) ............................................................................ 105
Lange tijdopnamen (Alleen stand M) .............................................. 107
Belichting......................................................................................... 111
Lichtmeting ............................................................................................... 111
Vergrendeling automatische belichting......................................... 113
Belichtingscorrectie................................................................................ 115
Flitscorrectie.............................................................................................. 117
Details behouden in hoge lichten en schaduwen ................... 119
Actieve D-Lighting .................................................................................. 119
v
Witbalans ......................................................................................... 121
Fijnafstelling witbalans ......................................................................... 124
Handmatige voorinstelling ................................................................. 126
Picture Controls .............................................................................. 132
Een Picture Control selecteren........................................................... 132
Picture Controls aanpassen................................................................. 134
Films opnemen en bekijken 138
Films opnemen ............................................................................... 138
Filminstellingen....................................................................................... 141
Films bekijken ................................................................................. 144
Films bewerken............................................................................... 146
Films bijsnijden........................................................................................ 146
Geselecteerde beelden opslaan ........................................................ 150
Weergave en verwijderen 152
Schermvullende weergave ........................................................... 152
Miniatuurweergave................................................................................ 153
Kalenderweergave.................................................................................. 154
De P-knop.................................................................................................. 155
Foto-informatie............................................................................... 156
Foto’s van dichtbij bekijken: zoomweergave ........................... 165
Foto’s tegen wissen beveiligen ................................................... 168
Foto’s van een score voorzien...................................................... 169
Individuele foto’s van een score voorzien ..................................... 169
Meerdere foto’s van een score voorzien ........................................ 170
Foto’s wissen ................................................................................... 171
Tijdens weergave .................................................................................... 171
Het weergavemenu................................................................................ 172
Diashows .......................................................................................... 174
Opties diashow ........................................................................................ 176
vi
Verbindingen 177
ViewNX-i installeren ...................................................................... 177
Foto’s naar de computer kopiëren ............................................. 178
Foto’s afdrukken ............................................................................ 181
De printer aansluiten ............................................................................. 181
Foto’s één voor één afdrukken........................................................... 182
Meerdere foto’s afdrukken................................................................... 183
Foto’s op een televisie bekijken.................................................. 184
Cameramenu’s 186
D Het weergavemenu: Beelden beheren ........................................ 186
Weergavemenu-opties.......................................................................... 186
Weergavemap .................................................................................. 187
Weergaveopties............................................................................... 187
Controlebeeld................................................................................... 188
Automatische beeldrotatie.......................................................... 188
Draai portret...................................................................................... 189
Sel. v. verzending n. smartappar................................................ 189
C Het opnamemenu: Opnameopties .............................................. 190
Opnamemenu-opties ............................................................................ 190
Opnamemenu terugzetten.......................................................... 192
ISO-gevoeligheid instellen........................................................... 192
Kleurruimte........................................................................................ 194
Ruisonderdrukking ......................................................................... 195
Vignetteringscorrectie................................................................... 195
Autom. vertekeningscorrectie .................................................... 196
Ingeb. AF-hulpverlichting ............................................................ 196
Flitserregeling ingeb. flitser/Optionele flitser ....................... 197
Optische VR ....................................................................................... 198
vii
B Het setup-menu: Camera-instellingen............................................ 199
Opties setup-menu ................................................................................ 199
Herstel setup-opties....................................................................... 201
Geheugenkaart formatteren....................................................... 201
Datumstempel ................................................................................. 202
Tijdzone en datum.......................................................................... 205
Taal (Language) ............................................................................... 205
Monitorhelderheid ......................................................................... 205
Indeling informatiescherm .......................................................... 206
Automatisch informatiescherm ................................................. 206
Timers automatisch uit ................................................................. 207
Zelfontspanner ................................................................................ 208
Wachttijd afst.bed. (ML-L3).......................................................... 208
Stof-referentiefoto.......................................................................... 209
Beeldcommentaar .......................................................................... 211
Copyrightinformatie ...................................................................... 212
Signaal................................................................................................. 213
Flikkerreductie ................................................................................. 213
Knoppen............................................................................................. 214
Afstandsmeter.................................................................................. 216
Handm. scherpstelring in AF-st.................................................. 217
Opeenvolgende nummering...................................................... 218
Opslagmap ........................................................................................ 219
Naamgeving bestanden ............................................................... 221
Locatiegegevens ............................................................................. 221
Vliegtuigmodus ............................................................................... 222
Verbinden met smartapparaat................................................... 222
Verzenden n. smartapp. (autom.).............................................. 223
Bluetooth ........................................................................................... 223
Uploaden via Eye-Fi........................................................................ 224
Conformiteitsmarkering ............................................................... 225
Ontspannen bij geen kaart.......................................................... 226
Alle instellingen terugzetten ...................................................... 226
Firmwareversie................................................................................. 226
viii
N Het retoucheermenu: Geretoucheerde kopieën maken ................. 227
Retoucheermenu-opties....................................................................... 227
Geretoucheerde kopieën maken....................................................... 228
NEF (RAW)-verwerking .................................................................. 230
Bijsnijden ............................................................................................ 232
Formaat wijzigen............................................................................. 233
D-Lighting .......................................................................................... 235
Snel retoucheren ............................................................................. 236
Rode-ogencorrectie........................................................................ 236
Rechtzetten ....................................................................................... 237
Vertekeningscorrectie.................................................................... 237
Perspectiefcorrectie........................................................................ 238
Fisheye................................................................................................. 238
Filtereffecten..................................................................................... 239
Monochroom .................................................................................... 240
Beeld-op-beeld................................................................................. 241
Lijntekening....................................................................................... 243
Foto-illustratie .................................................................................. 244
Kleurenschets.................................................................................... 244
Miniatuureffect................................................................................. 245
Selectieve kleur ................................................................................ 246
Schilderij ............................................................................................. 248
Vergelijken ......................................................................................... 249
m Recente Instellingen ................................................................. 251
Technische opmerkingen 252
Compatibele objectieven ............................................................. 252
Compatibele CPU-objectieven ........................................................... 252
Compatibele objectieven zonder CPU ............................................ 254
Het Nikon Creatieve Verlichtingssysteem (CVS) ...................... 262
Overige accessoires ....................................................................... 267
Een stroomaansluiting en lichtnetadapter bevestigen............. 270
ix
Behandeling van uw camera ........................................................ 272
Opslag ......................................................................................................... 272
Reinigen ..................................................................................................... 272
Reiniging van de beeldsensor ............................................................ 273
Onderhoud van camera en accu: waarschuwingen................. 276
Beschikbare instellingen............................................................... 281
Problemen oplossen ...................................................................... 282
Accu/weergave........................................................................................ 282
Opname (Alle standen)......................................................................... 283
Opname (P, S, A, M)............................................................................... 287
Weergave................................................................................................... 288
Bluetooth ................................................................................................... 289
Overige ....................................................................................................... 289
Foutmeldingen ............................................................................... 290
Specificaties..................................................................................... 295
AF-P DX NIKKOR 18–55mm f/3.5–5.6G VR- en AF-P
DX NIKKOR 18–55mm f/3.5–5.6G-objectieven.................... 306
AF-P DX NIKKOR 70–300mm f/4.5–6.3G ED VR- en AF-P
DX NIKKOR 70–300mm f/4.5–6.3G ED-objectieven ........... 312
AF-S DX NIKKOR 55–200mm f/4–5.6G ED VR II-
objectieven ................................................................................ 317
Capaciteit geheugenkaart ............................................................ 323
Gebruiksduur van de accu ............................................................ 324
Index ................................................................................................. 326
x

Voor uw veiligheid

Om schade aan eigendommen of letsel aan uzelf of anderen te voorkomen, lees “Voor uw veiligheid” in zijn geheel door alvorens dit product te gebruiken.
Bewaar deze veiligheidsinstructies daar waar iedere gebruiker van dit product ze kan lezen.
GEVAAR: Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregelen, gemarkeerd
met dit pictogram, zorgt voor groot gevaar voor de dood of ernstig letsel.
WAARSCHUWING: Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregelen,
gemarkeerd met dit pictogram, kan de dood of ernstig letsel tot gevolg hebben.
LET OP: Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregelen, gemarkeerd
met dit pictogram, kan letsel of schade aan eigendommen tot gevolg hebben.
WAARSCHUWING
• Gebruik niet tijdens het lopen of het bedienen van een motorvoertuig.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan ongelukken of ander letsel veroorzaken.
• Dit product niet uit elkaar halen of aanpassen. Raak geen interne delen aan die worden blootgesteld als gevolg van een val of ander ongeluk.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregelen kan een elektrische schok of ander letsel tot gevolg hebben.
• Mocht u afwijkingen aan het product ontdekken zoals het produceren van rook, hitte of ongebruikelijke geuren, ontkoppel dan onmiddellijk de accu of voedingsbron.
Voortgaand gebruik kan brand, brandwonden of ander letsel veroorzaken.
• Houd droog. Niet met natte handen vastpakken. Pak de stekker niet met natte handen vast.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregelen kan brand of een elektrische schok tot gevolg hebben.
• Laat uw huid niet langdurig in contact komen met dit product terwijl deze in en uit het stopcontact wordt gehaald.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan lichte brandwonden tot gevolg hebben.
• Gebruik dit product niet in de aanwezigheid van ontvlambaar stof of gas zoals propaan, benzine of spuitbussen.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan een explosie of brand tot gevolg hebben.
xi
• Kijk niet rechtstreeks in de zon of andere felle lichtbronnen door middel van het objectief of camera.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan beperkt gezichtsvermogen tot gevolg hebben.
• R icht de fl itser of AF -hulp verli chtin g nie t op de best uurd er van een mo torv oert uig.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan ongelukken tot gevolg hebben.
• Houd dit product uit de buurt van kinderen.
Het niet in acht nemen van deze voor zorgsmaatregel kan letsel of een defect aan het product tot gevolg hebben. Merk bovendien op dat kleine onderdelen verstikkingsgevaar opleveren. Mocht een kind onderdelen van dit product inslikken, zoek dan onmiddellijk medische hulp.
• Wikkel, draai en raak niet verstrikt in de riemen om uw nek.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan ongelukken tot gevolg hebben.
• Gebruik geen accu’s, laders of lichtnetadapters die niet specifiek zijn bedoeld voor gebruik met dit product. Bij het gebruik van accu’s, laders en lichtnetadapters die bedoeld zijn voor gebruik met dit product, ga geen:
- Snoeren of kabels beschadigen, aanpassen, met overmatige kracht
trekken aan of buigen van kabels of ze onder zware voorwerpen plaatsen of ze blootstellen aan hitte of vlammen.
- Reisadapters of adapters gebruiken die speciaal ontworpen zijn om van
de ene spanning naar een andere spanning over te schakelen, of met DC­naar-AC-omvormers.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregelen kan brand of een elektrische schok tot gevolg hebben.
• Pak de stekker niet vast tijdens het opladen van het product of gebruik van de lichtnetadapter tijdens onweersbuien.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan een elektrische schok tot gevolg hebben.
• Pak niet met blote handen vast op plaatsen die worden blootgesteld aan extreem hoge en lage temperaturen.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan brandwonden of bevriezingsverschijnselen tot gevolg hebben.
LET OP
• Laat het objec tief niet naar de zon of andere sterke lichtbronnen gericht.
Licht dat wordt geconvergeerd door het objectief kan brand of schade aan de interne onderdelen van het product veroorzaken. Houd de zon goed buiten beeld bij het fotograferen van onderwerpen met tegenlicht. Zonlicht geconvergeerd in de camera wanneer de zon zich dicht bij het beeld bevindt, kan brand veroorzaken.
xii
• Schakel dit product uit wanneer het gebruik ervan verboden is. Schakel draadloze functies uit wanneer het gebruik van draadloze apparatuur verboden is.
De radiofrequentie-emissies geproduceerd door dit product kunnen interfereren met apparatuur aan boord van vliegtuigen of in ziekenhuizen of andere medische faciliteiten.
• Verwijder de accu en ontkoppel de lichtnetadapter als voor langere tijd geen gebruik wordt gemaakt van dit product.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan brand of een defect aan het product tot gevolg hebben.
• Raak geen bewegende delen van het objectief of andere bewegende delen aan.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan letsel tot gevolg hebben.
• Laat de flitser niet flitsen terwijl deze in contact is met of zich nabij de huid of voorwerpen bevindt.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan brandwonden of brand tot gevolg hebben.
• Laat het product niet achter op een plaats waar het voor langere tijd wordt blootgesteld aan extreem hoge temperaturen, zoals in een afgesloten auto of in direct zonlicht.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan brand of een defect aan het product tot gevolg hebben.
GEVAAR (Accu’s)
• Voorkom onjuist gebruik van accu’s.
Het niet in acht nemen van de volgende voorzorgsmaatregelen kan ervoor zorgen dat de accu’s lekken, oververhit raken, scheuren of vlam vatten.
- Gebruik uitsluitend oplaadbare accu’s die zijn goedgekeurd voor gebruik in dit
product.
- Stel accu’s niet bloot aan vlammen of extreme hitte.
- Haal niet uit elkaar.
- Sluit de aansluitingen niet kort door ze in aanraking te laten komen met
kettingen, haarspelden of andere metalen voorwerpen.
- Stel accu’s of de producten waarin ze worden geplaatst, niet bloot aan
krachtige fysieke schokken.
• Probeer EN-EL14a oplaadbare accu’s niet op te laden met behulp van laders die niet specifiek bedoeld zijn voor dit doel.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan ervoor zorgen dat de accu’s lekken, oververhit raken, scheuren of vlam vatten.
• Als accuvloeistof in aanraking komt met de ogen, spoel dan met veel schoon water en zoek onmiddellijk medische hulp.
Het uitstellen van deze handeling kan oogletsel tot gevolg hebben.
xiii
WAARSCHUWING (Accu’s)
• Houd accu’s buiten bereik van kinderen.
Mocht een kind een accu inslikken, zoek dan onmiddellijk medische hulp.
• Dompel accu’s niet onder in water en stel ze niet bloot aan regen.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan brand of een defect aan het product tot gevolg hebben. Droog het product onmiddellijk met een handdoek of gelijkwaardig voorwerp, mocht deze nat worden.
• Stop het gebruik onmiddellijk indien u veranderingen aan de accu’s opmerkt, zoals verkleuring en vervorming. Stop met het opladen van EN-EL14a oplaadbare accu’s als ze niet binnen de opgegeven tijdsduur worden opgeladen.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregelen kan ervoor zorgen dat de accu’s lekken, oververhit raken, scheuren of vlam vatten.
• Isoleer de accupolen met tape alvorens deze weg te gooien.
Oververhitting, scheuren of brand kan het gevolg zijn indien metalen voorwerpen in aanraking komen met de aansluiting. Recycle of gooi accu’s weg overeenkomstig de lokale voorschriften.
• Als accuvloeistof in aanraking komt met iemand zijn huid of kleding, spoel het getroffen gebied dan onmiddellijk met veel schoon water.
Het niet in acht nemen van deze voor zorgsmaatregel kan huidirritatie tot gevolg hebben.
xiv

Kennisgevingen

Niets uit de handleidingen die bij dit
product horen, mag in enigerlei vorm of op enigerlei wijze worden verveelvoudigd, uitgezonden, overgezet of opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of worden vertaald in een andere taal zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Nikon.
Nikon behoudt zich het recht voor het uiterlijk en de specificaties van de hardware en software die in deze handleidingen worden beschreven op elk moment te wijzigen zonder voorafgaande kennisgeving.
Mededelingen voor klanten in Europa
VOORZICHTIG: ONTPLOFFINSGEVAAR ALS ACCU/BATTERIJ WORDT VERVANGEN DOOR EEN ONJUIST TYPE. GOOI GEBRUIKTE ACCU'S/BATTERIJEN WEG VOLGENS DE INSTRUCTIES.
Dit symbool geeft aan dat elektrische en elektronische apparaten via gescheiden inzameling moeten worden afgevoerd.
Het volgende is alleen van toepassing op gebruikers in Europese landen:
Dit product moet gescheiden van het overige afval worden ingeleverd bij een daarvoor bestemd inzamelingspunt. Gooi dit product niet weg als huishoudafval.
Gescheiden inzameling en recycling helpt bij het behoud van natuurlijke bronnen en voorkomt negatieve gevolgen voor de menselijke gezondheid en het milieu die kunnen ontstaan door een onjuiste verwerking van afval.
Neem voor meer informatie contact op met de leverancier of de gemeentelijke reinigingsdienst.
Nikon is niet aansprakelijk voor enige schade die voortkomt uit het gebruik van dit product.
Hoewel al het mogelijke in het werk is gesteld om ervoor te zorgen dat de informatie in deze handleidingen accuraat en volledig is, stellen we het ten zeerste op prijs als u eventuele fouten of onvolkomenheden onder de aandacht wilt brengen van de Nikon­vertegenwoordiger in uw land/regio (adres apart vermeld).
Dit symbool op de accu/ batterij duidt aan dat de accu/batterij afzonderlijk moet worden ingezameld.
Het volgende is alleen van toepassing op gebruikers in Europese landen:
Alle accu's/batterijen, al dan niet voorzien van dit symbool, moeten gescheiden van het overige afval worden ingeleverd bij een daarvoor bestemd inzamelingspunt. Gooi dit product niet weg als huishoudafval.
Neem voor meer informatie contact op met de leverancier of de gemeentelijke reinigingsdienst.
xv
Mededeling betreffende het verbod op kopiëren en reproduceren
Let erop dat alleen al het bezit van materiaal dat digitaal is gekopieerd of gereproduceerd door middel van een scanner, digitale camera of ander apparaat wettelijk strafbaar kan zijn.
Voorwerpen die volgens de wet niet mogen
worden gekopieerd of gereproduceerd
Kopieer of reproduceer geen papiergeld, munten, waardepapieren of obligaties van (plaatselijke) overheden, zelfs niet als dergelijke kopieën of reproducties worden voorzien van een stempel “Voorbeeld” of “Specimen”.
Het kopiëren of reproduceren van papiergeld, munten of waardepapieren die in het buitenland in omloop zijn, is verboden.
Tenzij vooraf toestemming is verleend, is het kopiëren of reproduceren van ongebruikte door de overheid uitgegeven postzegels of briefkaarten verboden.
Het kopiëren of reproduceren van door de overheid uitgegeven postzegels en gecertificeerde wettelijke documenten is verboden.
Waarschuwingen met betrekking tot het
kopiëren of reproduceren van bepaalde waardepapieren
De overheid heeft waarschuwingen uitgevaardigd met betrekking tot het kopiëren of reproduceren van waardepapieren uitgegeven door commerciële instellingen (aandelen, wissels, cheques, cadeaubonnen en dergelijke), vervoerspassen of coupons, behalve als het gaat om een minimum aantal kopieën voor zakelijk gebruik door een bedrijf. Het is eveneens niet toegestaan om door de overheid uitgegeven paspoorten, vergunningen van overheidsinstellingen en andere instanties, identiteitsbewijzen, toegangsbewijzen, pasjes en maaltijdbonnen te kopiëren of te reproduceren.
Auteursrechten
Onder de wet op het auteursrecht kunnen foto’s en opnamen van auteursrechtelijk beschermd werk gemaakt met de camera niet worden gebruikt zonder toestemming van de auteursrechthebbende. Uitzonderingen zijn van toepassing op persoonlijk gebruik, maar houd er rekening mee dat zelfs persoonlijk gebruik aan beperkingen onderhevig kan zijn in het geval van foto’s of opnamen van tentoonstellingen of live-optredens.
xvi
Wegwerpen van opslagmedia
Houd er rekening mee dat de oorspronkelijke beel dgegevens niet volledig worden verwijderd als u beelden wist of geheugenkaarten of andere opslagmedia formatteert. Met behulp van in de handel verkrijgbare software is het soms mogelijk verwijderde bestanden op weggeworpen opslagmedia alsnog te herstellen, wat misbruik van persoonlijke beeldgegevens tot gevolg kan hebben. De gebruiker is zelf verantwoordelijk voor de privacybescherming van dergelijke gegevens.
Wis alle gegevens met behulp van speciale software alvorens een opslagmedium weg te werpen of aan een ander over te dragen . Een alternatief is het medium eerst te formatteren en vervolgens geheel te vullen met beelden zonder persoonlijke informatie (bijvoorbeeld foto’s van de lucht). Voorkom letsel bij het fysiek vernietigen van opslagmedia.
Voordat de camera wordt afgedankt of het eigendom ervan aan een ander persoon wordt overgedragen, moet u ook de optie Alle instellingen terugzetten in het setup-menu van de camera gebruiken om alle persoonlijke netwerkinformatie te verwijderen.
AVC Patent Portfolio License
DIT PRODUCT IS GELICENTIEERD ONDER DE AVC PATENT PORTFOLIO LICENSE VOOR HET
PERSOONLIJK EN NIET-COMMERCIEEL GEBRUIK DOOR EEN CONSUMENT OM (i) VIDEO TE CODEREN IN OVEREENSTEMMING MET DE AVC-STANDAARD (“AVC-VIDEO”) EN/OF (ii) AVC-VIDEO TE DECODEREN DIE DOOR EEN CONSUMENT WERD GECODEERD IN HET KADER VAN EEN PERSOONLIJKE EN NIET-COMMERCIËLE ACTIVITEIT EN/OF WERD VERKREGEN VAN EEN VIDEOLEVERANCIER DIE OVER EEN LICENTIE BESCHIKT OM AVC-VIDEO AAN TE BIEDEN. ER WORDT GEEN LICENTIE VERLEEND OF GESUGGEREERD VOOR ENIG ANDER GEBRUIK. VOOR MEER INFORMATIE KUNT U TERECHT BIJ MPEG
LA, L.L.C. Z
IE http://www.mpegla.com
xvii
Gebruik uitsluitend elektronische accessoires van het merk Nikon
Nikon-camera's zijn ontwikkeld volgens de hoogste standaards en bevatten complexe elektronische schakelingen. Alleen elektronische accessoires van het merk Nikon (inclusief batterijladers, accu’s, lichtnetadapters en flitsaccessoires) die door Nikon speciaal zijn gecertificeerd voor gebruik met deze digitale camera, zijn ontwikkeld om binnen de operationele eisen en veiligheidseisen van deze elektronische schakelingen te werken en zijn met het oog daarop getest en goedgekeurd.
Gebruik van niet-originele elektronische accessoires kan schade aan de camera tot gevolg hebben die niet onder de Nikon­garantie valt. Het gebruik van oplaadbare Li-ionbatterijen van andere fabrikanten, die niet zijn voorzien van het holografische zegel van Nikon (zie rechts), kan de normale werking van de camera verstoren of ertoe leiden dat de accu’s oververhit raken, vlam vatten, scheuren of gaan lekken.
Neem voor meer informatie over originele Nikon-accessoires contact op met een door Nikon geautoriseerde leverancier.
xviii
D Gebruik uitsluitend accessoires van Nikon
Alleen originele Nikon-accessoires die specifiek zijn bedoeld voor gebruik met uw Nikon digitale camera, zijn ontworpen en getest om te voldoen aan de geldende veiligheids- en functioneringsvoorschriften. HET GEBRUIK VAN
NIET-ORIGINELE ACCESSOIRES KAN SCHADE AAN UW CAMERA TOT GEVOLG HEBBEN EN KAN UW GARANTIE DOEN VERVALLEN.
A Voordat u belangrijke foto’s gaat maken
Voordat u foto’s gaat maken van belangrijke gelegenheden (zoals een huwelijk of reis), kunt u het beste enkele testopnamen maken om te controleren of de camera goed werkt. Nikon is niet aansprakelijk voor schade of gederfde winst veroorzaakt door het onjuist functioneren van het product.
A Permanente kennisoverdracht
Als onderdeel van Nikons inzet voor “permanente kennisoverdracht” met het oog op doorlopende productondersteuning en -educatie is voortdurend bijgewerkte informatie online beschikbaar op de volgende sites:
Voor gebruikers in de VS: http://www.nikonusa.com/
Voor gebruikers in Europa en Afrika: http://www.europe-nikon.com/support/
Voor gebruikers in Azië, Oceanië en het Midden-Oosten:
http://www.nikon-asia.com/
Bezoek deze sites om up-to-date te blijven met de nieuwste productinformatie, tips, antwoorden op veelgestelde vragen (FAQs) en algemeen advies over digital imaging en digitale fotografie. Aanvullende informatie kan mogelijk worden verstrekt door de Nikon-importeur in uw land/regio. Bezoek de volgende website voor contactgegevens:
http://imaging.nikon.com/
xix

Bluetooth

Dit product valt onder de United States Export Administration Regulations (EAR). Toestemming van de regering van de Verenigde Staten is niet vereist voor export naar andere landen dan de hier vermelde landen waarvoor op het moment van schrijven een embargo of speciale controles gelden: Cuba, Iran, Noord-Korea, Soedan en Syrië (lijst onderhevig aan veranderingen).
Het gebruik van draadloze apparaten kan verboden zijn in sommige landen of regio’s. Neem contact op met een door Nikon geautoriseerde servicevertegenwoordiger alvorens gebruik te maken van de draadloze functies van dit product buiten het land van aankoop.
xx
Kennisgevingen voor klanten in Europa
Hierbij verklaart Nikon Corporation dat het radioapparatuurtype D3400 overeenkomt met Richtlijn 2014/53/EU. De volledige tekst van de EU-conformiteitsverklaring is beschikbaar op het volgende internetadres:
http://imaging.nikon.com/support/pdf/DoC_D3400.pdf.
Beveiliging
Hoewel één van de voordelen van dit product is dat anderen vrijelijk verbinding kunnen maken om overal draadloze gegevens uit te wisselen binnen het betreffende bereik, kan het volgende zich voordoen als de beveiliging niet is ingeschakeld:
Gegevensdiefstal: Kwaadwillige personen kunnen draadloze transmissies onderscheppen om gebruiker-id’s, wachtwoorden en ander persoonlijke informatie te stelen.
Onbevoegde toegang: Onbevoegde gebruikers kunnen toegang krijgen tot het netwerk en gegevens wijzigen of andere kwaadwillige acties uitvoeren. Door het ontwerp van draadloze netwerken kunnen gespecialiseerde aanvallen onbevoegde toegang mogelijk maken, zelfs wanneer de beveiliging is ingeschakeld.
Onbeveiligde netwerken: Verbinding maken met open netwerken kan leiden tot ongeautoriseerde toegang. Gebruik alleen beveiligde netwerken.
xxi
xxii

Inleiding

Kennismaking met de camera

Neem even de tijd om vertrouwd te raken met de bedieningen en weergaveschermen van de camera. Leg eventueel een boekenlegger in dit hoofdstuk, zodat u het gemakkelijk kunt terugvinden terwijl u de rest van de handleiding leest.

De camerabody

21
3
4
5
6
12
1
Filmopnameknop ........................... 139
2
Hoofdschakelaar ............................... 19
3
Ontspanknop ...............................35, 36
4
E/N-knop...................... 106, 116, 117
5
R (informatie)-knop ............ 6, 8, 143
6
Oogjes voor camerariem................. 12
7
Luidspreker
91011
8
Instelschijf
9
Standknop ............................................. 5
10
A/L-knop.............80, 113, 168, 215
11
Accessoireschoen (voor optionele
flitsers)..................................... 262, 268
12
Filmvlakmarkering (E)....................82
6
7
8
D De luidspreker
Plaats de luidspreker niet in de buurt van magnetische apparaten. Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatre gel kan de opgenomen gegevens op de magnetische apparaten beïnvloeden.
1Inleiding
2
1
3 4
9
5
10 11
13
1
AF-hulpverlichting ...................73, 196
Zelfontspannerlampje......................67
Lampje rode-ogenreductie ......88, 90
2
Ingebouwde flitser ............................87
3
M/ Y-knop......................... 87, 89, 117
4
Microfoon ................................ 139, 141
5
Deksel aansluitingen
6
Fn-knop ............................................. 214
7
Objectiefontgrendeling ...................16
8
Bevestigingsmarkering ....................15
12
9
Infraroodontvanger voor
afstandsbediening ML-L3 ..............96
10
CPU-contacten
11
Spiegel............................................... 274
12
Objectiefvatting.......................... 15, 82
13
Bodydop .....................................15, 268
14
USB-aansluiting ..................... 178, 181
15
HDMI-aansluiting ........................... 184
6
7
8
D Sluit het deksel van de aansluitingen
Sluit het deksel van de aansluitingen wanneer de aansluitingen niet in gebruik zijn. Stof en vuil in de aansluitingen kan de gegevensoverdracht verstoren.
14
15
2 Inleiding
1
2
4 5 6 7 8
19
1
Rubberen oogschelp........................ 68
2
Zoekeroculair .......................... 4, 26, 68
3
Dioptrieregelaar ................................ 26
4
K-knop...................................... 40, 152
5
G-knop .................................. 27, 186
6
X-knop .............................................. 165
7
W/Q-knop ....................... 28, 153, 165
8
P-knop........................................ 11, 155
9
a-knop...................................... 32, 138
10
J (OK)-knop...................................... 28
11
Multi-selector..................................... 28
12
Deksel geheugenkaartsleuf......13, 14
18 17
3
9 10 11
12
20
13 14
21
1516
13
O-knop ........................................41, 171
14
Toegangslampje geheugenkaart
....................................................... 14, 36
15
Ontgrendeling deksel batterijvak
....................................................... 13, 14
16
Deksel van het batterijvak........ 13, 14
17
I/E/#-knop........... 62, 63, 65, 66, 95
18
Statiefaansluiting
19
Monitor....................6, 32, 40, 138, 152
20
Batterijvergrendeling ................13, 14
21
Afdekking van de stroomaansluiting
voor optionele stroomaansluiting
........................................................... 270
3Inleiding

De zoeker

1
Scherpstelpunten ..........26, 34, 74, 76
2
Scherpstelaanduiding ...............35, 82
3
Aanduiding vergrendeling
automatische belichting (AE) .....113
4
Sluitertijd ...........................98, 101, 105
5
Diafragma (f-waarde)
............................................98, 103, 105
6
Aanduiding stand speciale effecten
..............................................................51
7
Waarschuwing lage accuspanning
..............................................................31
8
Aantal resterende opnamen...........31
Aantal resterende opnamen voordat
buffergeheugen vult .......................64
Aanduiding witbalansopname
9
“k” (verschijnt als er genoeg
geheugen vrij is voor meer dan
1.000 opnamen) ...............................31
10
Flitsgereedaanduiding .....................38
11
Aanduiding flexibel programma
........................................................... 100
12
Belichtingsaanduiding .................. 106
Weergave belichtingscorrectie... 115
Elektronische afstandsmeter ....... 216
13
Aanduiding flitscorrectie .............. 117
14
Aanduiding belichtingscorrectie
........................................................... 115
15
Automatische ISO-
gevoeligheidsaanduiding ........... 193
16
Waarschuwingsaanduiding ......... 290
.................................. ................ 126, 127
Belichtingscorrectiewaarde .........115
Flitscorrectiewaarde ...................... 117
ISO-gevoeligheid ......................93, 192
Opmerking: Alle aanduidingen in de weergave branden voor illustratieve doeleinden.
4 Inleiding

De standknop

De camera biedt u de keuze uit de volgende opnamestanden en g-stand:
Standen P, S, A en M
P —Automatisch programma (0 99)
S —Sluitertijdvoorkeuze (0 101)
A —Diafragmavoorkeuze (0 103)
M —Handmatig (0 105)
g-stand (0 42)
Automatische standen
i Automatisch (0 32)
j Automatisch (flitser uit) (0 32)
Onderwerpstanden
k Portret (0 48)
l Landsc hap (0 49)
p Kinderen (0 49)
Stand speciale effecten (0 51)
m Sport (0 49)
n Close-u p (0 50)
o Nachtportret (0 50)
5Inleiding
De R (Informatie)-knop
R-knop
Druk op de R-knop om het informatiescherm te bekijken of door de weergaveopties te bladeren.
❚❚ Zoekerfotografie
Om sluitertijd, diafragma, het aantal resterende opnamen, AF-veldstand en andere opname-informatie weer te geven in de monitor, druk op de R-knop.
1
Opnamestand
i automatisch/
j automatisch (flitser uit) ........32
Onderwerpstanden ....................48
Stand speciale effecten..............51
Standen P, S, A en M ....................98
2
Aanduiding Eye-Fi-verbinding .... 224
3
Aanduiding Bluetooth-verbinding
.................................. ...................20, 223
Vliegtuigmodus............................... 222
6 Inleiding
4
Aanduiding vignetteringscorrectie
........................................................... 195
5
Aanduiding datumstempel.......... 202
6
Aanduiding vibratiereductie ..........17
7
Aanduiding flitserregeling ........... 197
Aanduiding flitscorrectie voor
optionele flitsers............................ 265
8
Ontspanstand..................................... 62
9
Aanduiding “pieptoon”................. 213
10
Diafragma (f-waarde)..... 98, 103, 105
Diafragmaweergave.............. 104, 106
11
Sluitertijd .......................... 98, 101, 105
Sluitertijdweergave............... 102, 106
12
Aanduiding vergrendeling
automatische belichting (AE) ..... 113
13
Aanduiding AF-veldstand............... 74
Scherpstelpunt .................................. 76
14
Batterijaanduiding............................ 31
15
ISO-gevoeligheid .............................. 93
16
Aantal resterende opnamen...........31
Aanduiding witbalansopname ... 126
17
“k” (verschijnt als er genoeg
geheugen vrij is voor meer dan
1.000 opnamen) ...............................31
18
Belichtingsaanduiding .................. 106
Aanduiding belichtingscorrectie
........................................................... 115
19
Helppictogram ................................ 290
ISO-gevoeligheidsweergave
..................................................... 93, 194
Automatische ISO-
gevoeligheidsaanduiding ........... 193
Opmerking: Alle aanduidingen in de weergave branden voor illustratieve doeleinden.
A De monitor uitschakelen
Om opname-informatie van de monitor te wissen, druk op de R-knop of druk de ontspanknop half in. De monitor schakelt automatisch uit als er gedurende 8 seconden geen handelingen worden uitgevoerd (voor informatie over de te kiezen tijd dat de monitor ingeschakeld blijft, zie Timers automatisch uit op pagina 207).
7Inleiding
❚❚ Livebeeld en filmstand
a-knop
R-knop
Om livebeeld te starten, druk op de a-knop tijdens zoekerfotografie. U kunt dan op de R-knop drukken om door de weergaveopties te bladeren, zoals hieronder aangeduid.
Toon fotoaanduidingen Toon filmaanduidingen
* Een uitsnede die het opgenomen gebied toont, wordt weergegeven t ijdens
filmopname; omcirkelde gebieden duiden de randen van de filmbeelduitsnede aan (het gebied buiten de filmbeelduitsnede wordt grijs weergegeven wanneer filmaanduidingen worden weergegeven).
8 Inleiding
Raster
*
(0 138, 143)
Verberg aanduidingen
*
*
Het livebeeldscherm
Item Beschrijving 0
q Opnamestand
Aanduiding
w
handmatige filminstellingen
e Resterende tijd
Onderdrukking
r
windruis
Microfoongevoe-
t
ligheid
y Geluidsniveau
Beeldformaat voor
u
films Scherpstelstand De huidige scherpstelstand. 70
i
AF-veldstand De huidige AF-veldstand. 75
o
De stand die momenteel is geselecteerd met de standknop.
Wordt weergegeven wanneer Aan is geselecteerd voor Handmatige filminstellingen in stand M.
De resterende tijd voordat livebeeld automatisch eindigt. Wordt weergegeven als de opname in 30 sec. of minder eindigt.
Wordt weergegeven wanneer Aan is geselecteerd voor Filminstellingen > Onderdrukking windruis in het opnamemenu.
Microfoongevoeligheid voor filmopname. 141
Geluidsniveau voor audio-opname. Wordt in rood weergegeven als het niveau te hoog is; pas de microfoongevoeligheid dienovereenkomstig aan.
Het beeldformaat voor films opgenomen in de filmstand.
32, 48,
51, 98
142
10
142
141
141
9Inleiding
Item Beschrijving 0
Resterende tijd
!0
(filmstand) “Geen film”-
!1
pictogram
!2 Scherpstelpunt
Belichtingsaandui
!3
ding
De resterende opnametijd in de filmstand. 139
Geeft aan dat er geen films kunnen worden opgenomen.
Het huidige scherpstelpunt. De weergave varieert afhankelijk van de optie geselecteerd voor AF-veldstand (0 75).
Duidt aan of de foto zal worden onder- of overbelicht bij de huidige instellingen (alleen
M-stand).
Opmerking: Alle aanduidingen in de weergave branden voor
illustratieve doeleinden.
D De tellerweergave
Dertig sec. voor automatische beëindiging van livebeeld wordt een teller weergegeven (0 9); 5 sec. voordat de timer automatisch afloopt, wordt de timer rood (0 207) of als livebeeld bijna ten einde is om de interne schakelingen te beschermen. Afhankelijk van de opnameomstandigheden wordt de timer mogelijk onmiddellijk weergegeven zodra livebeeld wordt geselecteerd. De filmopname eindigt automatisch zodra de timer afloopt, ongeacht de hoeveelheid beschikbare opnametijd.
10 Inleiding
75
106
De P-knop
P-knop
Om de instellingen onderaan het informatiescherm te wijzigen, druk op de P-knop, markeer vervolgens items met behulp van de multi-selector en druk op J om opties voor het gemarkeerde item te bekijken. U kunt de instellingen ook wijzigen door op de P-knop te drukken tijdens livebeeld.
Beeldkwaliteit (0 84)
Beeldformaat (0 86)
Witbalans (0 121)
Actieve D-Lighting (0 119)
Flitsstand (0 88, 90)
ISO-gevoeligheid (0 93)
Scherpstelstand (0 69)
AF-veldstand (0 74)
Lichtmeting (0 111)
Picture Control instellen (0 132)
Flitscorrectie (0 117)
Belichtingscorrectie (0 115)
11Inleiding

Eerste stappen

Accu laadt op
Opladen voltooid

De camerariem bevestigen

Bevestig de riem stevig aan de twee cameraoogjes.

Laad de accu op

Als er een stekkeradapter is meegeleverd, til de lichtnetstekker op en sluit de stekkeradapter volgens de afbeelding linksonder aan en zorg dat de stekker volledig in de aansluiting is geplaatst. Plaats de accu en steek de lader in het stopcontact. Een lege accu laadt in ongeveer een uur en 50 minuten volledig op.
D De accu en oplader
Lees en volg de waarschuwingen en voorzorgsmaatregelen op de pagina’s xi–xiv en 276–280 van deze handleiding.
12 Eerste stappen

Plaats de accu en een geheugenkaart

Voordat de accu of geheugenkaarten worden geplaatst, controleer of de hoofdschakelaar in de OFF (UIT)-positie staat. Plaats de accu zoals aangeduid en gebruik de accu om de oranje batterijvergrendeling naar één zijde ingedrukt te houden. De vergrendeling vergrendelt de accu op zijn plaats zodra de accu volledig is geplaatst.
Batterijvergrendeling
Houd de geheugenkaart in de getoonde richting en schuif deze in totdat deze op zijn plaats klikt.
A De klokbatterij
De cameraklok wordt gevoed door een afzonderlijke, oplaadbare voedingsbron die indien nodig wordt opgeladen als de hoofdaccu is geplaatst. Drie dagen opladen is voldoende om de klok ongeveer een maand van stroom te voorzien. Als een bericht wordt weergegeven met de waarschuwing dat de klok niet is ingesteld zodra de camera ingeschakeld is, dan is de klokbatterij leeg en is de klok teruggezet. Stel de klok in op de juiste tijd en datum.
13Eerste stappen
❚❚ De accu en geheugenkaarten verwijderen
De accu verwijderen
Zet de camera uit en open het deksel van het batterijvak om de accu te verwijderen. Druk de batterijvergrendeling in de richting zoals aangeduid door de pijl om de accu vrij te geven en verwijder de accu vervolgens handmatig.
Geheugenkaarten verwijderen
Zet, na controle of het toegangslampje van de geheugenkaart uit is, de camera uit, open het deksel van de geheugenkaartsleuf en druk op de kaart om deze uit te werpen (q). De kaart kan vervolgens handmatig worden verwijderd (w).
D Geheugenkaarten
Geheugenkaarten kunnen na gebruik zeer warm zijn. Ga daarom voorzichtig te werk wanneer u geheugenkaarten uit de camera verwijdert.
Verwijder geen geheugenkaarten uit de camera, zet de camera niet uit en koppel de lichtnetadapter niet los tijdens het formatteren of terwijl gegevens worden opgeslagen, verwijderd of naar een computer worden gekopieerd. Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregelen kan gegevensverlies of schade aan de camera of kaart tot gevolg hebben.
Raak de contacten van de kaart niet aan met uw vingers of metalen voorwerpen.
Buig de kaart niet, laat de kaart niet vallen en stel niet bloot aan hevige schokken.
Oefen geen kracht uit op de behuizing van de kaart. Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan de kaart beschadigen.
Stel niet bloot aan water, hitte, hoge luchtvochtigheid of direct zonlicht.
Formatteer geen geheugenkaarten in een computer.
14 Eerste stappen

Bevestig een objectief

Verwijder de bodydop
van de camera
Verwijder de achterste
objectiefdop
Bevestigingsmarkering (objectief)
Bevestigingsmarkering (camera)
Leg de bevestigingsmar­keringen op één lijn
Draai het objectief zoals aangeduid totdat deze op zijn plaats klikt.
Let goed op dat er geen stof in de camera komt wanneer het objectief of de bodydop is verwijderd. Het objectief dat doorgaans voor illustratieve doeleinden in deze handleiding wordt gebruikt is een AF-P DX NIKKOR 18–55mm f/3.5–5.6G VR.
Vergeet niet de objectiefdop te verwijderen alvorens foto’s te maken.
15Eerste stappen
A Objectieven met intrekbare objectiefcilinderknoppen
Knop intrekbare objectiefcilinder
Ontgrendel en verleng het objectief alvorens de camera in gebruik te nemen. Houd de knop voor de intrekbare objectiefcilinder ingedrukt (q) en draai aan de zoomring zoals aangeduid (w).
Er kunnen geen foto’s worden gemaakt wanneer het objectief ingetrokken is; als er een foutbericht wordt weergegeven doordat de camera met ingetrokken objectief werd ingeschakeld, draai dan aan de zoomring totdat het bericht niet langer wordt weergegeven.
A Het objectief verwijderen
Vergeet niet de camera uit te schakelen bij het verwijderen of verwisselen van objectieven. Houd, om het objectief te verwijderen, de objectiefontgrendeling (q) ingedrukt terwijl het objectief naar rechts wordt gedraaid (w). Plaats, na het verwijderen van het objectief, de objectiefdoppen en de bodydop van de camera terug.
16 Eerste stappen
A Vibratiereductie (VR)
Vibratiereductie kan worden ingeschakeld door Aan voor Optische VR te selecteren in het opnamemenu (0 198), indien het objectief deze optie ondersteunt, of door de objectiefschakelaar voor de vibratiereductie naar ON (AAN) te zetten als het objectief is voorzien van een vibratiereductieschakelaar. Een vibratiereductie-aanduiding verschijnt in het informatiescherm zodra vibratiereductie aan is.
A Objectieven met intrekbare objectiefcilinderknoppen intrekken
Om het objectief in te trekken wanneer de camera niet in gebruik is, houd de knop voor de intrekbare objectiefcilinder (q) ingedrukt en draai de zoomring naar de “L” (vergrendelen)­positie zoals afgebeeld (w). Trek het objectief in voordat deze van de camera wordt verwijderd en let op dat u niet de knop voor de intrekbare objectiefcilinder indrukt bij het bevestigen of verwijderen van het objectief.
17Eerste stappen

Camera instellen

❚❚ Installatie met behulp van een smartphone of tablet
Controleer, voordat u verder gaat, eerst de camera om er zeker van te zijn dat de accu volledig is opgeladen en er voldoende ruimte beschikbaar is op de geheugenkaart. Installeer op uw smartphone of tablet (hieronder “smartapparaat”) de SnapBridge-app zoals beschreven in het voordeksel en schakel Bluetooth in. Merk op dat de werkelijke verbinding met de camera tot stand wordt gebracht met behulp van de SnapBridge-app; gebruik niet de Bluetooth-instellingen in de instellingen-app op uw smartapparaat. De instructies die volgen, verwijzen naar versie 2.0 van de SnapBridge-app; zie voor informatie over de nieuwste versie de SnapBridge Verbindingsgids (pdf), als download beschikbaar via de volgende website:
http://downloadcenter.nikonimglib.com
18 Eerste stappen
De werkelijke camera- en smartapparaatweergaven kunnen
1 Omhoog
J-knop (selecteren)
4 Links 2 Rechts
3 Omlaag
Multi-selector
Hoofdschakelaar
verschillen van de hieronder getoonde weergaven.
1 Camera: Zet de camera aan. Een
taalselectievenster wordt weergegeven.
Gebruik de multi-selector en J-knop om door de menu’s te navigeren.
Druk op 1 en 3 om een taal te markeren en druk op J om te selecteren. De taal kan op elk moment worden gewijzigd met behulp van de optie Taal (Language) in het setup-menu.
19Eerste stappen
2 Camera: Wanneer het rechts getoonde
venster wordt weergegeven, druk op J. Als het rechts getoonde venster niet wordt weergegeven of u wilt de camera opnieuw configureren, markeer dan Verbinden met smartapparaat in het setup-menu en druk op J. Als u geen smartapparaat wilt gebruiken om de camera te configureren, stel de klok dan handmatig in (0 25).
3 Camera /smartapparaat: Start het koppelen.
De cam era wa cht op ee n verbindi ng; star t de Snap Bridge a pp op het smartapparaat en volg de instructies op het scherm om op de naam van de camera te tikken waarmee u wilt koppelen.
4 Camera: Controleer of de camera het
rechts getoonde bericht weergeeft en maak het smartapparaat gereed.
5 Smartapparaat: Start de SnapBridge-app
en tik op Met camera koppelen. Wordt u gevraagd een camera te kiezen, tik dan op de cameranaam.
20 Eerste stappen
6 Smar tapparaat: Tik op de cameranaam in
het venster “Met camera koppelen”. Gebruikers die voor het eerst een camera met een iOS-apparaat koppelen, krijgen eerst de instructies voor het koppelen te zien; blader, na het lezen van de instructies, naar de onderkant van het scherm en tik op Begrepen. Wordt u vervolgens gevraagd een accessoire te kiezen, tik dan opnieuw op de cameranaam (er kan enige vertraging optreden voordat de cameranaam wordt weergegeven).
7 Camera/smartapparaat: Controleer of de camera en het
smartapparaat beiden hetzelfde zescijferige getal weergeven. Sommige versies van iOS tonen mogelijk geen getal; ga naar Stap 8 als er geen getal wordt weergegeven.
21Eerste stappen
8 Camera /smartapparaat: Druk op J op de camera en tik op
KOPPELEN op het smartapparaat (de weergave verschilt afhankelijk van het apparaat en het besturingssysteem).
9 Camera /smartapparaat: Voltooi het koppelen.
Camera: Druk op J wanneer het rechts getoonde bericht wordt weergegeven.
Smartapparaat: Tik op OK wanneer het rechts getoonde bericht wordt weergegeven.
22 Eerste stappen
10
Camera: Volg de instructies op het scherm om de setup te
voltooien.
O m de camera de gelegenheid te geven locatiegegevens aan foto’s toe te
voegen, selecteer Ja in reactie op “Locatiegegevens
downloaden van smartapparaat?” en schakel vervolgens locatieservices in op het smartapparaat en schakel Auto koppelingsopties > Locatiegegevens synchroniseren in de SnapBridge-app tab.
O m de cameraklok te synchroniseren met de tijd die wordt verstrekt door
het smartapparaat, selecteer Ja in reactie op “Klok synchroniseren
met smartapparaat?” en schakel vervolgens Auto koppelingsopties > Klokken synchroniseren in de
SnapBridge-app tab.
Het smartapparaat en de camera zijn nu met elkaar verbonden. Foto’s die u met de camera maakt, worden automatisch naar het smartapparaat geüpload.
23Eerste stappen
❚❚ Instellen vanuit de cameramenu’s
1 Omhoog
J-knop (selecteren)
4 Links 2 Rechts
3 Omlaag
Multi-selector
Hoofdschakelaar
De cameraklok kan handmatig worden ingesteld.
1 Zet de camera aan.
Er wordt een taalselectievenster weergegeven.
Gebruik de multi-selector en J-knop om door de menu’s te navigeren.
Druk op 1 en 3 om een taal te markeren en druk op J om te selecteren. De taal kan op elk moment worden gewijzigd met behulp van de optie Taal (Language) in het setup-menu.
24 Eerste stappen
2 Druk op G wanneer het
G-knop
rechtervenster wordt weergegeven.
3 Stel de cameraklok in.
Gebruik de multi-selector en J-knop om de cameraklok in te stellen.
qw
Selecteer tijdzone Selecteer datumnotatie
er
Selecteer optie zomertijd Stel tijd en datum in (merk op dat de
De klok kan op elk gewenst moment worden aangepast met behulp van de optie Tijdzone en datum > Datum en tijd in het setup-menu.
camera een 24-uurs klok gebruikt)
25Eerste stappen

Stel de zoeker scherp

Draai, na het verwijderen van de objectiefdop, aan de dioptrieregelaar totdat de scherpstelpunten scherp in beeld zijn. Let op dat u niet uw vingers of vingernagels in uw oog steekt wanneer u de regelaar bedient met uw oog tegen de zoeker.
Scherpstelpunten
Zoeker niet scherp in beeld Zoeker scherp in beeld
26 Eerste stappen

Tutorial

G-knop
Huidige instellingen worden aangegeven met pictogrammen.
Menuopties
Opties in huidig menu.
Helppictogram (028)
Schuifregelaar toont positie in huidig menu.

Cameramenu’s: een overzicht

De meeste opname-, weergave- en instellingenopties zijn toegankelijk via de cameramenu's. Druk op de G-knop om de menu’s te bekijken.
Tabs
Kies uit de volgende menu’s:
D: Weergave (0 186) N: Retoucheren (0 227)
C: Opname (0 190) m: Recente Ins tellingen (0 251)
B: Instellingen (0 199)
27Tutorial

Cameramenu’s gebruiken

2: selecteer gemarkeerd item of geef submenu weer
1: beweeg cursor omhoog
3: beweeg cursor omlaag
J-knop: selecteer gemarkeerd item
4: annuleer en keer terug
naar vorig menu
W (Q)-knop
De multi-selector en de J-knop worden gebruikt om door de cameramenu’s te navigeren.
A Het d (Help)-pictogram
Als het pictogram d wordt weergegeven in de linkerbenedenhoek van de monitor, kan een beschrijving van de huidige geselecteerde optie of het menu worden weergegeven door op de W (Q) -knop te drukken. Druk op 1 of 3 om door de weergave te bladeren. Druk nogmaals op W (Q) om naar de menu’s terug te keren.
28 Tutorial
❚❚ Door de menu’s navigeren
G-knop
Voer de onderstaande stappen uit om door de menu’s te navigeren.
1 Geef de menu’s weer.
Druk op de G-knop om de menu’s weer te geven.
2 Markeer het pictogram
voor het huidige menu.
Druk op 4 om het pictogram voor het huidige menu te markeren.
3 Selecteer een menu.
Druk op 1 of 3 om het gewenste menu te selecteren.
4 Plaats de cursor in het
geselecteerde menu.
Druk op 2 om de cursor in het geselecteerde menu te plaatsen.
29Tutorial
5 Markeer een menu-item.
Druk op 1 of 3 om een menu-item te markeren.
6 Geef opties weer.
Druk op 2 om opties voor het geselecteerde menu­item weer te geven.
7 Markeer een optie.
Druk op 1 of 3 om een optie te markeren.
8 Selecteer het gemarkeerde item.
Druk op J om het gemarkeerde item te selecteren. Druk op de G-knop om af te sluiten zonder een selectie te maken.
Let op het volgende:
Menu-items die grijs worden weergegeven, zijn niet beschikbaar.
Het indrukken van 2 heeft in het algemeen hetzelfde effect als
het indrukken van J, maar in bepaalde gevallen kan het item alleen worden geselecteerd door op J te drukken.
Druk de ontspanknop half in om de menu's af te sluiten en naar
de opnamestand terug te keren (0 36).
30 Tutorial

Het accuniveau en aantal resterende opnamen

Druk op de R-knop en controleer het accuniveau en het aantal resterende opnamen in het informatiescherm.
Accuniveau
R-knop Aantal resterende opnamen
Accuniveau
Als de accuspanning laag is, wordt ook een waarschuwing weergegeven in de zoeker. Als het informatiescherm niet verschijnt zodra de R-knop wordt ingedrukt, dan is de accu leeg en moet deze worden opgeladen.
Informatiescherm
L Accu volledig opgeladen. K Accu gedeeltelijk ontladen.
H d
H
(knippert)d(knippert)
Aantal resterende opnamen
Waarden hoger dan 1.000 worden in duizendtallen weergegeven, aangeduid door de letter “k”.
Zoeker Beschrijving
Accu bijna leeg. Leg een volledig opgeladen reserveaccu klaar of tref voorbereidingen voor het opladen van de accu.
Accu leeg. Laad de accu op.
31Tutorial

Basisfotografie en afspelen

Standknop
a-knop
“Richten-en-maken”-standen (i en j)
In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe foto’s te maken in de standen i en j. i en j zijn automatische “richten-en-schieten”-standen waarin het merendeel van de instellingen wordt geregeld door de camera in reactie op de opnameomstandigheden; het verschil tussen de twee is dat de flitser niet flitst in de j-stand.
1 Draai de standknop naar i
of j.
Foto’s kunnen worden gekadreerd in de zoeker of in de monitor (livebeeld). Druk op de a-knop om livebeeld te starten.
Foto’s kadreren in de
32 Basisfotografie en afspelen
zoeker
Foto’s kadreren in de
monitor (livebeeld)
2 Maak de camera gereed.
Zoekerfotografie: Houd, bij het kadreren van foto’s in de zoeker, de
handgreep in uw rechterhand en ondersteun de camerabody of het objectief met uw linkerhand. Plaats uw ellebogen tegen de zijkanten van uw borst.
Livebeeld: Houd, bij het kadreren van foto’s in de monitor, de handgreep in uw rechterhand en ondersteun het objectief met uw linkerhand.
A Foto’s kadreren in portretstand (staand)
Houd, bij het kadreren van foto’s in portretstand (staand), de camera vast zoals hieronder aangeduid.
Foto’s kadreren in de zoeker Foto’s kadreren in de monitor
33Basisfotografie en afspelen
3 Kadreer de foto.
Scherpstelpunt
Scherpstelpunt
Inzoomen
Uitzoomen
Zoomring
A Een zoomobjectief gebruiken
Draai, alvorens scherp te stellen, aan de zoomring om de brandpuntsafstand aan te passen en de foto te kadreren. Gebruik de zoomring om op het onderwerp in te zoomen, zodat het onderwerp een groter deel van het beeld vult, of zoom uit voor een groter zichtbaar gebied in de uiteindelijke foto (selecteer een langere brandpuntsafstand op de schaal van de brandpuntsafstand om in te zoomen, en een kortere brandpuntsafstand om uit te zoomen).
Zoekerfotografie: Kadreer een foto in de zoeker met het hoofdonderwerp in ten minste één van de 11 scherpstelpunten.
Livebeeld: Bij standaardinstellingen detecteert de camera automatisch gezichten en selecteert het scherpstelpunt. Als er geen gezicht wordt gedetecteerd, stelt de camera scherp op onderwerpen nabij het midden van het beeld.
34 Basisfotografie en afspelen
4 Druk de ontspanknop half
Scherpstelaanduiding
in.
Zoekerfotografie: Druk de ontspanknop half in om scherp te stellen (als het onderwerp slecht belicht is, kan de flitser opklappen en de AF-hulpverlichting gaan branden). Zodra de scherpstelbewerking is voltooid, klinkt er een signaal (een signaal is mogelijk niet te horen als het onderwerp beweegt) en de scherpstelaanduiding (I) verschijnt in de zoeker.
Scherpstelaanduiding Beschrijving
I Onderwerp scherp in beeld. I
(knippert)
Livebeeld: Het scherpstelpunt knippert groen terwijl de camera scherpstelt. Als de camera kan scherpstellen, wordt het scherpstelpunt groen weergegeven; anders knippert het scherpstelpunt rood.
Camera kan niet scherpstellen met autofocus. Zie pagina 72.
35Basisfotografie en afspelen
5 Maak de foto.
Toegangslampje geheugenkaart
Druk de ontspanknop op soepele wijze helemaal in om de sluiter te ontspannen en de foto vast te leggen. Het toegangslampje van de geheugenkaart gaat branden en de foto wordt gedurende enkele seconden in de monitor weergegeven. De
geheugenkaart mag niet worden uitgeworpen en de voedingsbron niet verwijderd of ontkoppeld voordat het toegangslampje uit is en de opname is voltooid.
Druk op de a-knop om livebeeld te beëindigen.
A De ontspanknop
De camera heeft een tweetraps ontspanknop. De camera st elt scherp zodra de ontspanknop half wordt ingedrukt. Druk de ontspanknop volledig in om de foto te maken.
Het half indrukken van de ontspanknop beëindigt tevens de weergave en maakt de camera gereed voor onmiddellijk gebruik.
Scherpstellen: half
indrukken
Vastleggen: volledig
indrukken
36 Basisfotografie en afspelen
A Automatische onderwerpselectie (automatische scènekeuzeknop)
Als livebeeld wordt geselecteerd in stand i of j, dan analyseert de camera automatisch het
onderwerp en selecteert de juiste opnamestand zodra de ontspanknop half wordt ingedrukt om scherp te stellen met behulp van autofocus. De geselecteerde stand wordt in de monitor getoond.
c Portret Portretten van personen d Landschap Landschappen en stadsgezichten e Close-up Onderwerpen dicht bij de camera
f Nachtportret
Z Automatisch
Automatisch
b
(flitser uit)
Personen die tegen een donkere achtergrond zijn gekadreerd
Onderwerpen geschikt voor de stand i of j of die niet in de bovenstaande categorieën vallen
A De stand-by-timer (zoekerfotografie)
De zoeker en het informatiescherm schakelen uit als er gedurende acht seconden geen handelingen worden uitgevoerd. Zo wordt de gebruiksduur van de accu verlengd. Druk de ontspanknop half in om het scherm opnieuw te activeren. De tijdsduur voordat de stand-by-timer automatisch afloopt, kan worden geselecteerd met behulp van de optie Timers automatisch uit in het setup-menu (0 207).
Belichtingsmeters uit Belichtingsmeters aan
A De stand-by-timer (livebeeld)
De monitor schakelt uit als er gedurende tien minuten geen handelingen worden uitgevoerd. De tijdsduur voordat de stand-by-timer automatisch afloopt, kan worden geselecteerd met behulp van de optie Timers automatisch uit in het setup-menu (0 207).
37Basisfotografie en afspelen
A De ingebouwde flitser
X-knop
Navigatievenster
Mocht er extra verlichting nodig zijn voor juiste belichting in stand i, dan klapt de ingebouwde flitser automatisch op zodra de ontspanknop half wordt ingedrukt (0 87). Met een opgeklapte flitser kunnen alleen foto’s worden gemaakt wanneer de flitsgereedaanduiding (M) wordt weergegeven. Als de flitsgereedaanduiding niet wordt weergegeven, is de flitser aan het laden; verwijder uw vinger kort van de ontspanknop en probeer opnieuw.
Breng de flitser terug naar de gesloten positie wanneer deze niet in gebruik is door de flitser voorzichtig naar beneden te drukken tot de vergrendeling vastklikt.
A Voorbeeld livebeeldzoom
Druk, om het beeld in de monitor tot maximaal 8,3× te vergroten voor nauwkeurige scherpstelling, op de X-knop. Terwijl het beeld door het objectief wordt ingezoomd, verschijnt een navigatiescherm in een grijs beeld in de rechterbenedenhoek van het scherm. Gebruik de multi-s elector om door de delen van het beeld te scrollen die niet op de monitor te zien zijn, of druk op W (Q) om uit te zoomen.
38 Basisfotografie en afspelen
A Belichting
Afhankelijk van het onderwerp kan de belichting verschillen van de belichting die wordt verkregen wanneer livebeeld niet wordt gebruikt.
A In livebeeldstand fotograferen
Hoewel ze niet op de definitieve foto verschijnen, kunnen gekartelde randen, valse kleuren, moiré en heldere vlekken in de monitor verschijnen, terwijl heldere gebieden of banden kunnen verschijnen in bepaalde velden met knipperende tekens en andere met tussenpozen verschijnende lichtbronnen of als het onderwerp kort wordt verlicht door een stroboscooplamp of andere heldere, kortstondige lichtbron. Bovendien kan vertekening optreden bij bewegende onderwerpen, vooral als de camera horizontaal gepand wordt of een object horizontaal op hoge snelheid door het beeld beweegt. Fl ikkeringen en banden die zichtbaar zijn in de monitor onder tl-licht, kwikdamp- of natriumlampen kunnen worden verminderd met behulp van Flikkerreductie (0 213), hoewel ze bij bepaalde sluitertijden nog steeds zichtbaar kunnen zijn in de definitieve foto. Richt de camera niet naar de zon of andere sterke lichtbronnen. Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan schade aan de interne schakelingen van de camera tot gevolg hebben. Livebeeld eindigt automatisch als de standknop naar g wordt gedraaid of als de standknop van g naar een andere instelling wordt gedraaid.
Om te voorkomen dat licht dat via de zoeker binnenvalt in de foto verschijnt of de belichting verstoort, raden we u aan de zoeker af te dekken met uw hand of andere voorwerpen zoals een optioneel oculairkapje voordat u foto’s maakt zonder uw oog tegen de zoeker (0 68).
A HDMI
Wanneer de camera op een HDMI-videoapparaat is aangesloten, geeft het videoapparaat het beeld door het objectief weer. Als het apparaat HDMI­CEC ondersteunt, selecteer Uit voor de optie HDMI > Apparaatbesturing in het setup-menu (0 185) alvorens te fotograferen in livebeeld.
39Basisfotografie en afspelen

Basisweergave

K-knop
1 Druk op de K-knop.
Er wordt een foto weergegeven in de monitor.
2 Meer foto’s bekijken.
U kunt nog meer foto’s weergeven door op 4 of 2 te drukken.
Om weergave te beëindigen en terug te keren naar de opnamestand, druk de ontspanknop half in.
40 Basisfotografie en afspelen

Ongewenste foto’s wissen

K-knop
O-knop
Als u de foto wilt wissen die momenteel in de monitor wordt weergegeven, druk op de O-knop. Merk op dat foto's niet kunnen
worden hersteld nadat ze zijn gewist.
1 Geef de foto weer.
Geef de foto weer die u wilt wissen.
2 Wis de foto.
Druk op de O-knop. Er wordt een bevestigingsvenster weergegeven; druk nogmaals op de O-knop om het beeld te wissen en terug te keren naar weergave.
A Wissen
De optie Wissen in het afspeelmenu kan worden gebruikt om meerdere beelden te wissen (0 172).
41Basisfotografie en afspelen

Hulpstand

Batterijaanduiding (0 31)
Opnamestand: Er verschijnt een hulpstandaanduiding op het pictogram van de opnamestand.
Aantal resterende opnamen (0 31)

De hulpgids

De hulpstand geeft toegang tot verschillende vaak gebruikte en handige functies. Het beginscherm van de hulpgids wordt weergegeven zodra de standknop naar g wordt gedraaid.
Kies uit de volgende items:
Opname Tonen/wissen
Maak foto´s. Bekijk en/of wis foto’s.
Retoucheren Instellen
Retoucheer foto’s. Wijzig camera-instellingen.
42 Hulpstand

Hulpstandmenu’s

Voor toegang tot deze menu’s, markeer Opname, Tonen/wissen, Retoucheren of Instellen en druk op J.
❚❚ Opname
Eenvoudige bediening Geavanceerde bediening
4 Automatisch 5 Geen flits Meer scherp vastleggen
9 Verre onderwerpen
8 Slapende gezichten Stromend water
Bewegend
9
onderwerp
7 Landschappen 6 Portretten " Nachtportret Lichte foto's maken
Nachtlandschap
5
fotograferen
* Beïnvloed andere Geavanceerde bediening-items. Om de
standaardinstellingen te herstellen, schakel de camera uit en vervolgens weer in.
Achtergrond verzachten
#
Beweging vastleggen (mensen)
$
Beweging vastleg. (voertuigen)
Rood in zonsondergangen
H
Donkere (low-key) foto's
*
maken
Pas diafragma aan.
Selecteer een sluitertijd.! Close-ups
Pas witbalans aan om kleuren levendig vast
*
te leggen in zonsondergangen.
*
Pas belichtingscorrectie aan om heldere (high­key) of donkere (low­key) foto’s te maken.
43Hulpstand
“Opname starten”
“Meer instellingen”
❚❚ Tonen/wissen
Eén foto weergeven Meer foto's weergeven Datum kiezen
Markeer een optie en druk op J.
De zoeker gebruiken
Livebeeld gebruiken
Films maken
Als Meer instellingen wordt weergeven, kunt u deze optie markeren en op 2 drukken voor toegang tot de volgende instellingen (de beschikbare instellingen verschillen per geselecteerde opnameoptie):
Flitsinstellingen > Flitsstand
Flitsinstellingen > Flitscorrectie
Ontspanstand
ISO-gevoeligheid instellen > ISO-
gevoeligheid
ISO-gevoeligheid instellen > Autom inst ISO-gevoeligheid
Picture Control instellen
Belichtingscorrectie
Witbalans
Diashow weergeven Foto's wissen
A Hulpstand
Hulpstand wordt teruggezet naar Eenvoudige bediening > Automatisch wanneer de standknop naar een andere instelling wordt gedraaid of de camera wordt uitgeschakeld.
44 Hulpstand
❚❚ Retoucheren
Bijsnijden Filtereffecten (ster) Filtereffecten (zacht)
Foto-illustratie Miniatuureffect Selectieve kleur
❚❚ Instellen
Beeldkwaliteit Beeldformaat Timers automatisch uit Datumstempel Weergave- en geluidsinstelling.
Monitorhelderheid Achtergrondkleur info Automatisch informatiescherm Signaal
Filminstellingen
Beeldformaat/beeldsnelheid Filmkwaliteit Microfoon Onderdrukking windruis Flikkerreductie
* Alleen beschikbaar wanneer een compatibele Eye-Fi-geheugenkaart is
geplaatst (0 224).
Met uitzondering van Flikkerreductie, Klok en taal (language),
Geheugenkaart formatteren, HDMI, Vliegtuigmodus, Verbinding met smartapparaat, Uploaden via Eye-Fi en Ontspannen bij geen kaart, zijn wijzigingen aan instellingen alleen
van toepassing in hulpstand en worden niet weergegeven in andere opnamestanden.
Weergaveopties Klok en taal (language) Geheugenkaart formatteren HDMI Vliegtuigmodus Verbinding met smartapparaat Uploaden via Eye-Fi Ontspannen bij geen kaart
*
45Hulpstand

De hulpgids gebruiken

De volgende bewerkingen kunnen worden uitgevoerd terwijl de hulpgids wordt weergegeven:
Knop Functie Beschrijving
Terug naar
beginpagina van
hulpgids
Zet monitor aan
Markeer een menu
Markeer opties
G-knop
Druk op G om de monitor in te schakelen of terug te keren naar de beginpagina van de hulpgids.
Druk op 1, 3, 4 of 2 om een menu te markeren.
Druk op 1 of 3 om opties in de menu’s te markeren.
Druk op 1, 3, 4 of 2 om opties te markeren in weergaven zoals hieronder getoond.
Selecteer
gemarkeerd menu
of optie
46 Hulpstand
Druk op J om het gemarkeerde menu of de optie te selecteren.
Knop Functie Beschrijving
d (help)-pictogram
Druk op 4 om naar de vorige weergave terug te keren.
Markeer & en druk op J om te annuleren en terug te keren naar de
Terug naar vorige
weergave
Bekijk help
W (Q)-knop
vorige weergave van weergaven zoals hieronder getoond.
Als in de linkerbenedenhoek van de monitor een d-pictogram wordt weergegeven, kan help worden weergegeven door op de W (Q)-knop te drukken. Druk op 1 of 3 om door de weergave te bladeren, of druk nogmaals op W (Q) om af te sluiten.
47Hulpstand

Instellingen die overeenkomen met het onderwerp of de situatie (Onderwerpstand)

De camera beschikt over verschillende onderwerpstanden. Bij het kiezen van een onderwerpstand worden de instellingen automatisch aan het geselecteerde onderwerp aangepast, waardoor creatieve fotografie net zo eenvoudig wordt als het selecteren van een stand, het kadreren van een foto en het maken van een foto zoals wordt beschreven op pagina 32.
De volgende onderwerpen kunnen worden geselecteerd met de standknop:
k Portret m Sport
l Landschap n Close-up
p Kinderen o Nachtportret

k Portret

Gebruik voor portretten met zachte, natuurlijke huidtinten. Als het onderwerp zich te ver van de achtergrond bevindt of als een teleobjectief wordt gebruikt, worden de achtergronddetails verzacht om de compositie een gevoel van diepte te geven.
48
Instellingen die overeenkomen met het onderwerp of de situatie (Onderwerpstand)

l Landschap

Gebruik voor levendige landschapsopnamen bij daglicht.
A Opmerking
De ingebouwde flitser en AF-hulpverlichting schakelen uit.

p Kinderen

Gebruik voor snapshots van kinderen. Kleding en achtergronddetails worden levendig weergegeven, terwijl huidtinten zacht en natuurlijk blijven.

m Sport

Korte sluitertijden bevriezen beweging voor dynamische sportopnamen waarin het hoofdonderwerp duidelijk naar voren komt.
A Opmerking
De ingebouwde flitser en AF-hulpverlichting schakelen uit.
Instellingen die ove reenkomen met het onderwerp of de situatie (Onde rwerpstand)
49

n Close-up

o Nachtportret

Gebruik deze stand voor close­upfoto’s van bloemen, insecten of andere kleine voorwerpen (voor scherpstellen op zeer korte afstand kan een macro-objectief worden gebruikt).
Gebruik voor een natuurlijke balans tussen het hoofdonderwerp en de achtergrond in portretten met weinig licht.
A Onscherpte voorkomen
Gebruik een statief om onscherpte veroorzaakt door cameratrillingen bij lange sluitertijden te voorkomen.
50
Instellingen die overeenkomen met het onderwerp of de situatie (Onderwerpstand)

Speciale effecten

Speciale effecten kunnen worden gebruikt bij het maken van foto’s en opnemen van films.
De volgende effecten kunnen worden geselecteerd door de standknop naar q te draaien en aan de instelschijf te draaien totdat de gewenste optie in de monitor verschijnt.
Standknop Instelschijf Monitor
% Nachtzicht ( Miniatuureffect
S Superlevendig 3 Selectieve kleur T Pop 1 Silhouet
U Foto-illustratie 2 High-key
' Speelgoedcamera-effect 3 Low-key
51Speciale effecten

% Nachtzicht

Gebruik onder donkere omstandigheden om monochrome beelden bij hoge ISO-gevoeligheden vast te leggen.
A Opmerking
Autofocus is alleen in livebeeld beschikbaar; handmatige scherpstelling kan worden gebruikt als de camera niet kan scherpstellen. De ingebouwde flitser en AF-hulpverlichting schakelen uit.

S Superlevendig

Algehele verzadiging en contrast zijn verhoogd voor een helderder beeld.
T Pop
Algehele verzadiging is verhoogd voor een meer levendig beeld.
52 Speciale effecten

U Foto-illustratie

Verscherp omtrekken en vereenvoudig kleuren voor een postereffect dat kan worden aangepast in livebeeld (0 56).
A Opmerking
Films opgenomen in deze stand worden als een diashow van een serie filmbeelden afgespeeld.

' Speelgoedcamera-effect

Maak foto’s en films die er uitzien alsof ze met een speelgoedcamera zijn gemaakt. Het effect kan worden aangepast in livebeeld (0 57).

( Miniatuureffect

Maak foto’s die op prenten of diorama’s lijken. Werkt het best bij het fotograferen vanaf een hoog zichtpunt. Films met miniatuureffecten spelen op hoge snelheid af, waarbij circa 45 minuten aan filmopnamen, opgenomen bij
1.920 × 1.080/30p, worden gecomprimeerd naar een film die in circa drie minuten wordt afgespeeld. Het effect kan worden aangepast in livebeeld (0 58).
A Opmerking
Geluid wordt niet opgenomen met films. De ingebouwde flitser en AF-hulpverlichting schakelen uit.
53Speciale effecten

3 Selectieve kleur

A Opmerking
De ingebouwde flitser schakelt uit.

1 Silhouet

A Opmerking
De ingebouwde flitser schakelt uit.

2 High-key

A Opmerking
De ingebouwde flitser schakelt uit.
Alle andere kleuren dan de geselecteerde kleuren worden zwart­wit vastgelegd. Het effect kan worden aangepast in livebeeld (0 60).
Silhouetonderwerpen tegen heldere achtergronden.
Gebruik bij het fotograferen van heldere onderwerpen om heldere beelden te creëren die met licht lijken te zijn gevuld.
54 Speciale effecten

3 Low-key

Gebruik voor donkere onderwerpen, low-key-beelden met opvallende lichte delen.
A Opmerking
De ingebouwde flitser schakelt uit.
A Onscherpte voorkomen
Gebruik een statief om onscherpte veroorzaakt door cameratrillingen bij lange sluitertijden te voorkomen.
A NEF (RAW)
NEF (RAW)-opname is niet beschikbaar in de standen %, S, T, U, ', ( en
3. Foto's gemaakt wanneer de optie NEF (RAW) of NEF (RAW) + JPEG Fijn is geselecteerd in deze standen, worden vastgelegd als JPEG-beelden. JPEG­afbeeldingen aangemaakt bij deze instellingen worden als fijne-kwaliteit beelden vastgelegd.
A Standen U en (
Autofocus is niet beschikbaar tijdens filmopname. De vernieuwingssnelheid van livebeeld daalt samen met de beeldsnelheid voor continu-ontspanstand; het gebruik van autofocus tijdens livebeeldfotografie verstoort de voorbeeldfunctie.
55Speciale effecten

Beschikbare opties in livebeeld

a-knop
Instellingen voor het geselecteerde effect worden aangepast in het livebeeldscherm.
❚❚ U Foto-illustratie
1 Selecteer livebeeld.
Druk op de a-knop. Het beeld door het objectief zal in de monitor worden weergegeven.
2 Pas de dikte van de omtreklijnen aan.
Druk op J om de rechts getoonde opties weer te geven. Druk op 4 of 2 om omtreklijnen dikker of dunner te maken.
3 Druk op J.
Druk op J om af te sluiten zodra de instellingen zijn voltooid. Druk op de a-knop om livebeeld af te sluiten.
56 Speciale effecten
❚❚ ' Speelgoedcamera-effect
a-knop
1 Selecteer livebeeld.
Druk op de a-knop. Het beeld door het objectief zal in de monitor worden weergegeven.
2 Pas opties aan.
Druk op J om de rechts getoonde opties weer te geven. Druk op 1 of 3 om Levendigheid of Vignettering te markeren en druk op 4 of 2 om te wijzigen. Pas levendigheid aan om kleuren meer of minder verzadigd te maken, vignettering om de hoeveelheid vignettering te regelen.
3 Druk op J.
Druk op J om af te sluiten zodra de instellingen zijn voltooid. Druk op de a-knop om livebeeld af te sluiten.
57Speciale effecten
❚❚ ( Miniatuureffect
a-knop
1 Selecteer livebeeld.
Druk op de a-knop. Het beeld door het objectief zal in de monitor worden weergegeven.
2 Positioneer het scherpstelpunt.
Gebruik de multi-selector om het scherpstelpunt in het scherp te stellen gebied te plaatsen en druk vervolgens de ontspanknop half in om scherp te stellen. Druk op X om de opties voor miniatuureffect tijdelijk van de weergave te wissen en het beeld in de monitor te vergroten om nauwkeurig te kunnen scherpstellen. Druk op W (Q) om weergave van het miniatuureffect te herstellen.
3 Geef opties weer.
Druk op J om opties voor miniatuureffecten weer te geven.
58 Speciale effecten
4 Pas opties aan.
Druk op 4 of 2 om de r icht ing te k iez en van het gebied dat scherp in beeld zal zijn en druk op 1 of 3 om de breedte van het gebied aan te passen.
5 Druk op J.
Druk op J om af te sluiten zodra de instellingen zijn voltooid. Druk op de a-knop om livebeeld af te sluiten.
59Speciale effecten
❚❚ 3 Selectieve kleur
a-knop
Geselecteerde kleur
1 Selecteer livebeeld.
Druk op de a-knop. Het beeld door het objectief zal in de monitor worden weergegeven.
2 Geef opties weer.
Druk op J om de opties voor selectieve kleur weer te geven.
3 Selecteer een kleur.
Kadreer een voorwerp in het witte vierkant in het midden van het scherm en druk op 1 om de kleur van het voorwerp te kiezen als de kleur die behouden blijft in het uiteindelijke beeld (de camera kan problemen ondervinden bij het detecteren van onverzadigde kleuren; kies een verzadigde kleur). Druk op X om in te zoomen op het midden van de weergave voor meer nauwkeurige kleurselectie. Druk op W (Q) om uit te zoomen.
60 Speciale effecten
4 Kies het kleurbereik.
Kleurbereik
Druk op 1 of 3 om het bereik van gelijkwaardige tinten te verhogen of te verlagen die in het uiteindelijke beeld worden vastgelegd. Kies uit waarden tussen 1 en 7; merk op dat hogere waarden tinten van andere kleuren kunnen bevatten.
5 Selecteer extra kleuren.
Draai, om extra kleuren te selecteren, aan de hoofdinstelschijf om een van de andere drie kleurvakken bovenaan het scherm te markeren en herhaal Stap 3 en 4 om een andere kleur te selecteren. Herhaal, indien gewenst, voor een derde kleur. Druk op O om selectie van de gemarkeerde kleur te deselecteren (Houd O ingedrukt om alle kleuren te verwijderen. Er wordt een bevestigingsvenster weergegeven; selecteer Ja).
6 Druk op J.
Druk op J om af te sluiten zodra de instellingen zijn voltooid. Tijdens het fotograferen worden alleen voorwerpen van de geselecteerde tinten in kleur vastgelegd; alle overige kleuren worden in zwart-wit vastgelegd. Druk op de a-knop om livebeeld af te sluiten.
61Speciale effecten

Meer over fotografie

I (E/#)-knop

Een ontspanstand kiezen

Druk, om te kiezen hoe de sluiter wordt ontspannen (ontspanstand), op de I (E/#)-knop, gebruik vervolgens de multi-selector om de gewenste optie te markeren en druk op J.
Stand Beschrijving
Enkel beeld: De camera maakt één foto telkens wanneer de
8
ontspanknop wordt ingedrukt. Continu: De camera maakt foto’s terwijl de ontspanknop wordt
I
ingedrukt (0 63). Stil ontspannen: Zoals voor enkel beeld, behalve dat cameraruis is
J
afgenomen (0 65).
E Zelfontspanner: Maak foto’s met de zelfontspanner (0 66).
Vertraagd op afstand (ML-L3): Na het indrukken van de ontspanknop op
"
de optionele afstandsbediening ML-L3 wordt de sluiter 2 sec. ontspannen (0 95).
Direct op afstand (ML-L3): De sluiter wordt ontspannen wanneer de
#
ontspanknop op de optionele afstandsbediening ML-L3 wordt ingedrukt (0 95).
62 Meer over fotografie

Continu opnemen (Seriestand)

I (E/#)-knop
In de stand I (Continu) maakt de camera continu foto’s terwijl de ontspanknop volledig wordt ingedrukt.
1 Druk op de I (E/#)-knop.
2 Kies I (Continu).
Markeer I (Continu) en druk op J.
3 Stel scherp.
Kadreer het beeld en stel scherp.
4 Maak foto’s.
De camera maakt foto’s terwijl de ontspanknop volledig wordt ingedrukt.
63Meer over fotografie
A Het buffergeheugen
De camera is voorzien van een buffergeheugen voor tijdelijke opslag, zodat u kunt blijven fotograferen terwijl de foto’s op de geheugenkaart worden opgeslagen. Er kunnen maximaal 100 foto’s achtereen worden gemaakt (een uitzondering is als een sluitertijd van 4 seconden of langer is geselecteerd in stand S of M wanneer er geen limiet is voor het aantal opnamen dat achter elkaar kan worden gemaakt in één serieopname). Als de accu leeg is terwijl de buffer nog beelden bevat, wordt de ontspanknop uitgeschakeld en worden de beelden naar de geheugenkaart overgezet.
A Beeldsnelheid
Voor informatie over het aantal foto’s dat in de continu-ontspanstand kan worden gemaakt, zie pagina 296. Beeldsnelheden kunnen afnemen zodra het buffergeheugen vol is of de accu bijna leeg is.
A De ingebouwde flitser
De continu-ontspanstand kan niet worden gebruikt in combinatie met de ingebouwde flitser; draai de standknop naar j (0 32) of schakel de flitser uit (0 87).
A Buffergrootte
Terwijl de ontspanknop wordt ingedrukt, geeft de opnameteller in de zoeker het geschatte aantal beelden aan dat bij de huidige instellingen kan worden opgeslagen in het buffergeheugen.
64 Meer over fotografie

Stil ontspannen

I (E/#)-knop
Kies deze stand om cameraruis tot een minimum te beperken. Er klinkt geen signaal wanneer de camera scherpstelt.
1 Druk op de I (E/#)-knop.
2 Selecteer J (Stil ontspannen).
Markeer J (Stil ontspannen) en druk op J.
3 Maak foto’s.
Druk de ontspanknop volledig in om te fotograferen.
65Meer over fotografie

Zelfontspannerstand

I (E/#)-knop
De zelfontspanner kan worden gebruikt voor zelfportretten of groepsfoto’s waar ook de fotograaf op staat. Bevestig, voordat u verdergaat, de camera op een statief of plaats deze op een stabiele, vlakke ondergrond.
1 Druk op de I (E/#)-knop.
2 Selecteer E (Zelfontspanner)-stand.
Markeer E (Zelfontspanner) en druk op J.
3 Kadreer de foto.
66 Meer over fotografie
4 Maak de foto.
Druk de ontspanknop half in om scherp te stellen en druk vervolgens de knop volledig in. Het zelfontspannerlampje begint te knipperen en er klinkt een geluidssignaal. Twee seconden voordat de foto wordt gemaakt, stopt het zelfontspannerlampje met knipperen en volgen de geluidssignalen elkaar sneller op. De sluiter wordt ongeveer tien seconden na het starten van de timer ontspannen.
Merk op dat de timer mogelijk niet start of dat er mogelijk geen foto kan worden gemaakt als de camera niet kan scherpstellen of als er zich andere situaties voordoen waarin de sluiter niet kan worden ontspannen. een foto te maken.
Schakel de camera uit om de timer te stoppen zonder
67Meer over fotografie
A De zoeker afdekken
Rubberen oogschelp Oculairkapje
Om te voorkomen dat licht dat via de zoeker binnenvalt in de foto verschijnt of de belichting verstoort, raden we u aan de zoeker af te dekken met uw hand of andere voorwerpen zoals een optioneel oculairkapje (0 268) bij het maken van foto’s zonder uw oog tegen de zoeker te houden. Om het kapje te bevestigen, verwijder de rubberen oogschelp (q) en plaats het kapje zoals aangeduid (w). Houd de camera stevig vast terwijl u de oculairdop verwijdert.
A De ingebouwde flitser gebruiken
Alvorens een foto te maken met de flitser in standen die handmatig opklappen van de flitser vereisen, druk op de M (Y)-knop om de flitser op te klappen en wacht tot de M-aanduiding in de zoeker wordt weergegeven (0 38). Het fotograferen wordt onderbroken als de flitser wordt opgeklapt nadat de zelfontspanner is gestart.
A De optie Zelfontspanner in het setup-menu
Voor informatie over het kiezen van de zelfontspannerduur en het aantal gemaakte foto's, zie de optie Zelfontspanner in het setup-menu (0 208).
68 Meer over fotografie

Scherpstelling

Scherpstelling kan automatisch (zie hieronder) of handmatig worden aangepast (0 81). Ook kan de gebruiker het scherpstelpunt voor automatisch of handmatig scherpstellen (0 76) selecteren, of gebruik scherpstelvergrendeling om de compositie van foto’s na het scherpstellen te wijzigen (0 79).

Scherpstelstand

De volgende scherpstelstanden kunnen worden geselecteerd tijdens zoekerfotografie:
Optie Beschrijving
De camera selecteert automatisch enkelvoudige
Automatische
AF-A
servo-AF
Enkelvoudige
AF-S
servo-AF
Continue servo-
AF-C
AF
Handmatige
MF
scherpstelling
Merk op dat AF-S en AF-C alleen beschikbaar zijn in de standen P, S, A en M.
servo-autofocus als het onderwerp stilstaat, continue servo-autofocus als het onderwerp beweegt. De sluiter kan alleen worden ontspannen als de camera in staat is om scherp te stellen.
Voor stilstaande onderwerpen. Scherpstelling vergrendelt wanneer de ontspanknop half wordt ingedrukt. De sluiter kan alleen worden ontspannen als de camera in staat is om scherp te stellen.
Voor bewegende onderwerpen. De camera stelt continu scherp terwijl de ontspanknop half wordt ingedrukt. De sluiter kan alleen worden ontspannen als de camera in staat is om scherp te stellen.
Stel handmatig scherp (0 81).
69Meer over fotografie
De volgende scherpstelstanden kunnen worden geselecteerd
P-knop
tijdens livebeeld:
Optie Beschrijving
Enkelvoudige
AF-S
servo-AF
Fulltime servo-
AF-F
AF
Handmatige
MF
scherpstelling
Voor stilstaande onderwerpen. Scherpstelling vergrendelt wanneer de ontspanknop half wordt ingedrukt.
Voor bewegende onderwerpen. De camera stelt continu scherp totdat de ontspanknop wordt ingedrukt. Scherpstelling vergrendelt wanneer de ontspanknop half wordt ingedrukt.
Stel handmatig scherp (0 81).
Merk op dat AF-F niet beschikbaar is in de standen U, ' en (.
❚❚ De scherpstelstand kiezen
Volg de onderstaande stappen om de scherpstelstand te kiezen.
1 Geef de opties voor de scherpstelstand
weer.
Druk op de P-knop, markeer vervolgens de huidige scherpstelstand in het informatiescherm en druk op J.
70 Meer over fotografie
Zoekerfotografie Livebeeld
2 Kies een scherpstelstand.
Markeer een scherpstelstand en druk op J.
Zoekerfotografie Livebe eld
A Anticiperende scherpstelling
In de AF-C-stand of wanneer continue servo-autofocus is geselecteerd in de AF-A-stand tijdens zoekerfotografie, zal de camera anticiperende
scherpstelling in werking stellen als het onderwerp in de richting van de camera beweegt terwijl de ontspanknop half wordt ingedrukt. Hierdoor kan de camera de scherpstelling opsporen terwijl deze probeert in te schatten waar het onderwerp zich zal bevinden wanneer de sluiter wordt ontspannen.
D Continue servo-autofocus
In de AF-C-stand of wanneer continue servo-autofocus is geselecteerd in de AF-A-stand, geeft de camera hogere prioriteit aan respons van de
scherpstelling (heeft een breder scherpstelbereik) dan in de AF-S-stand, en wordt de sluiter mogelijk al ontspannen voordat de scherpstelaanduiding wordt weergegeven.
71Meer over fotografie
A Goede resultaten bereiken met autofocus
Autofocus werkt niet goed on der de hieronder vermelde omstandigheden. De ontspanknop wordt mogelijk uitgeschakeld als de camera onder deze omstandigheden niet kan scherpstellen, of wordt de scherpstelaanduiding (I) mogelijk weergegeven en laat de camera een geluidssignaal horen, waardoor de sluiter wordt ontspannen zelfs wanneer het onderwerp niet scherp in beeld is. Stel in deze gevallen handmatig scherp (0 81) of gebruik scherpstelvergrendeling (0 79) om op een ander onderwerp op dezelfde afstand scherp te stellen en pas vervolgens de compositie van de foto aan.
Er is weinig tot geen contrast tussen het onderwerp en de achtergrond.
Voorbeeld: Het onderwerp heeft dezelfde kleur als de achtergrond.
Het scherpstelpunt bevat voorwerpen op verschillende afstanden van de camera.
Voorbeeld: Het onderwerp bevindt zich in een kooi.
Het onderwerp bestaat grotendeels uit regelmatige geometrische patronen.
Voorbeeld: Lamellen of een rij vensters in een flatgebouw.
Het scherpstelpunt bevat gebieden met sterk contrasterende helderheid.
Voorbeeld: Het onderwerp bevindt zich half in de schaduw.
Voorwerpen op de achtergrond lijken groter dan het onderwerp.
Voorbeeld: Achter het onderwerp staat een gebouw in beeld.
Het onderwerp bevat veel fijne details. Voorbeeld: Een veld met bloemen of andere onderwerpen die klein zijn of weinig variatie in helderheid hebben.
72 Meer over fotografie
A De AF-hulpverlichting
AF-hulpverlichting
Als het onderwerp slecht belicht is, zal de AF-hulpverlichting automatisch gaan branden ter ondersteuning van de scherpstelling wanneer de ontspanknop half wordt ingedrukt (er zijn een aantal beperkingen van toepassing; 0 284). Merk op dat de lamp heet kan worden wanneer deze meerdere keren na elkaar wordt gebruikt en automatisch zal uitschakelen na een periode van continu gebruik om de lamp te beschermen. Na een korte pauze wordt de normale functie hervat.
73Meer over fotografie

AF-veldstand

Kies hoe het scherpstelpunt voor autofocus wordt geselecteerd. De volgende opties zijn beschikbaar tijdens zoekerfotografie:
Optie Beschrijving
c Enkelpunts AF
Dynamisch
d
veld-AF
3D-tracking
f
(11 punten)
Voor stilstaande onderwerpen. Scherpstelpunt wordt handmatig geselecteerd; camera stelt alleen scherp op onderwerp in geselecteerd scherpstelpunt.
Voor niet-stilstaande onderwerpen. In de scherpstelstanden AF-A en AF-C selecteert de gebruiker het scherpstelpunt met behulp van de multi­selector (0 76), maar stelt de camera scherp op basis van informatie van omliggende scherpstelpunten zodra het onderwerp het geselecteerde punt kortstondig verlaat.
In de scherpstelstanden AF-A en AF-C selecteert de gebruiker het scherpstelpunt met behulp van de multi-selector (0 76). Als het onderwerp beweegt nadat de camera heeft scherp gesteld, gebruikt de camera 3D-tracking om een nieuw scherpstelpunt te selecteren en houd deze de scherpstelling vergrendeld op het oorspronkelijke onderwerp terwijl de ontspanknop half wordt ingedrukt.
Automatisch
e
veld-AF
Camera detecteert automatisch het onderwerp en selecteert het scherpstelpunt.
Merk op dat de AF-veldstanden d (Dynamisch veld-AF) en f (3D-tracking (11 punten)) niet beschikbaar zijn wanneer AF-S is geselecteerd voor scherpstelstand.
A 3D-tracking (11 punten)
Haal uw vinger van de ontspanknop als het onderwerp de zoeker verlaat en stel de compositie van de foto opnieuw samen met het onderwerp in het geselecteerde scherpstelpunt. Wanneer de ontspanknop half wordt ingedrukt, worden de kleuren in het gebied rond het scherpstelpunt in de camera opgeslagen. Hierdoor levert 3D-tracking mogelijk niet het gewenste resultaat op bij onderwerpen die dezelfde kleur hebben als de achtergrond of die een zeer klein deel van het beeld in beslag nemen.
74 Meer over fotografie
In andere standen dan i, j en ( kunnen de volgende AF-veldstanden worden geselecteerd in livebeeld:
Optie Beschrijving
Gebruik voor portretten. De camera detecteert en stelt automatisch scherp; het geselecteerde onderwerp wordt aangeduid door een
Gezicht-
6
prioriteit AF
Breedveld-
7
AF
Normaal
8
veld-AF
dubbele gele rand (bij het detecteren van meerdere gezichten stelt de camera scherp op het dichtstbijzijnde onderwerp; gebruik de multi-selector om een ander onderwerp te kiezen). Als de camera het onderwerp niet langer kan detecteren (bijvoorbeeld omdat het onderwerp zich van de camera heeft afgekeerd), wordt de rand niet langer weergegeven.
Gebruik voor het uit de hand fotograferen van landschappen en andere situaties zonder personen.
Gebruik om nauwkeurig scherp te stellen op een geselecteerd punt in het beeld. Een statief wordt aanbevolen.
75Meer over fotografie
Optie Beschrijving
Gebruik de multi-selector om het scherpstelpunt boven uw onderwerp te plaatsen en druk op J om het volgen te starten. Het scherpstelpunt volgt het geselecteerde onderwerp als deze door het beeld beweegt. Druk nogmaals op J om het volgen te beëindigen. Merk op dat de camera mogelijk niet in staat is onderwerpen te volgen als deze snel bewegen, het beeld verlaten of worden bedekt door andere voorwerpen, zichtbaar in grootte, kleur of helderheid veranderen of te klein, te groot, te helder, te donker zijn of dezelfde kleur of helderheid hebben als de achtergrond.
9
AF met meevolg. scherpst.
Merk op dat AF met meevolg. scherpstelling niet beschikbaar is in de standen %, U, ' en 3.
A Handmatige scherpstelpuntselectie
De multi-selector kan worden gebruikt om het scherpstelpunt te selecteren. Behalve in AF met meevolg. scherpstelling wordt bij het indrukken van J tijdens scherpstelpuntselectie het middelste scherpstelpunt geselecteerd. In AF met meevolgende scherpstel ling wordt bij het indrukken van J in plaats daarvan onderwerp volgen gestart. Handmatige scherpstelpuntselectie is niet beschikbaar in de automatisch veld-AF.
76 Meer over fotografie
Loading...