Neff C67M70S0GB User Manual [nl]

C67M70.0
*9000590634* 9000590634
3[nl] Gebruiksaanwijzing ...............................2

é Inhoudsopgave

Veiligheidsvoorschriften............................................................ 3
Voor het inbouwen..............................................................................3
Instructies voor uw veiligheid ...........................................................3
Oorzaken van schade ........................................................................4
Energie en milieutips ................................................................ 5
Energie besparen ...............................................................................5
Milieuvriendelijk afvoeren .................................................................. 5
Uw nieuwe apparaat ................................................................... 5
Bedieningspaneel ...............................................................................5
Functies ................................................................................................6
Inschuifhoogtes ...................................................................................6
Toebehoren..........................................................................................6
Binnenruimte........................................................................................7
Het apparaat in- en uitschakelen .............................................. 7
Inschakelen ..........................................................................................7
Uitschakelen ........................................................................................7
Voor het eerste gebruik .............................................................7
Tijd instellen .........................................................................................7
Binnenruimte opwarmen ...................................................................8
Toebehoren reinigen .......................................................................... 8
Apparaat bedienen ..................................................................... 8
Functie en temperatuur instellen. ....................................................8
CombiSpeed normaal CombiSpeed intensief...............................8
Verwarmingscontrole ......................................................................... 9
Snelvoorverwarming instellen ...........................................................9
De magnetron ........................................................................... 10
Magnetronvermogens ..................................................................... 10
Magnetron instellen ......................................................................... 10
Combinatie ................................................................................ 11
Geschikte magnetronvermogens.................................................. 11
Combinatie instellen ........................................................................ 11
Serie instelling .......................................................................... 11
Vormen ............................................................................................. 11
Serie-instelling instellen .................................................................. 11
Memory...................................................................................... 12
Instellingen in Memory opslaan .................................................... 12
Memory starten ................................................................................ 12
Elektronische klok.................................................................... 12
Klokdisplay........................................................................................ 12
Kookwekker ...................................................................................... 13
Gebruiksduur .................................................................................... 13
Gebruikseinde .................................................................................. 13
Voorkeuzefunctie ............................................................................ 13
Tijd instellen ...................................................................................... 13
Kinderslot.................................................................................. 14
Blokkering ......................................................................................... 14
Permanente blokkering................................................................... 14
Automatische veiligheidsuitschakeling........................................ 14
Autostart ................................................................................... 14
Basisinstellingen...................................................................... 15
Basisinstellingen wijzigen............................................................... 15
Onderhoud en reiniging ..........................................................15
Schoonmaakmiddelen .................................................................... 15
Reiniging van de glazen afscherming ......................................... 16
Ovenruiten reinigen ......................................................................... 17
Storingen en reparaties ........................................................... 18
Storingstabel..................................................................................... 18
Ovenlamp vervangen...................................................................... 19
Deurdichting vervangen ................................................................. 19
Servicedienst............................................................................ 19
Enummer en FDnummer .............................................................. 19
Automatische programma's .................................................... 20
Programma kiezen .......................................................................... 20
Individueel aanpassen .................................................................... 20
Ontdooien en garen met de automatische programma's........ 21
Voor u in onze kookstudio getest. .......................................... 25
Ontdooien, verwarmen en garen met de magnetron............... 25
Tips voor de magnetron ................................................................. 28
Taart, cake en gebak ...................................................................... 28
Tips voor het bakken ...................................................................... 30
Braden en grillen ............................................................................. 31
Tips voor het braden en grillen..................................................... 34
Ovenschotels, gegratineerde gerechten, toast .......................... 34
Kant-en-klaar producten ................................................................. 35
Langzaam garen....................................................................... 36
Langzaam garen toepassen .......................................................... 36
Langzaam garen .............................................................................. 36
Tips voor het langzaam garen ...................................................... 37
Testgerechten........................................................................... 37
Bakken............................................................................................... 37
Grillen................................................................................................. 38
Acrylamide in levensmiddelen................................................ 38

Produktinfo

Meer informatie over producten, accessoires, onderdelen en diensten vindt u op het internet: www.neff-international.com en in de online-shop: www.neff-eshop.com
2
ã=Veiligheidsvoorschriften
Lees deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig door. Alleen dan kunt u uw apparaat goed en veilig bedienen.
Bewaar de gebruiksaanwijzing en het installatievoorschrift goed. Geeft u het apparaat door aan anderen, doe de gebruiksaanwijzing en het installatievoorschrift er dan bij.
Voor het inbouwen
Transportschade
Controleer het apparaat na het uitpakken. Bij transportschade mag u het apparaat niet aansluiten.
Elektrische aansluiting
Alleen een daartoe bevoegd vakman mag het apparaat aansluiten. Bij schade door een verkeerde aansluiting maakt u geen aanspraak op garantie.
Opstellen en aansluiten
Neem het speciale installatievoorschrift in acht.
Instructies voor uw veiligheid
Dit apparaat is alleen voor huishoudelijk gebruik bestemd. Gebruik het uitsluitend voor het bereiden van gerechten.
Volwassenen en kinderen mogen het apparaat niet zonder toezicht gebruiken wanneer
ze hiertoe lichamelijk of geestelijk niet in staat zijn,
of niet over de nodige kennis en ervaring beschikken.
Laat kinderen nooit met het apparaat spelen.
Hete binnenruimte Risico van verbranding!
Nooit de hete oppervlakken van verwarmings- en
kooktoestellen aanraken. Nooit de hete binnenkant van de binnenruimte en de verwarmingselementen aanraken. De deur van de binnenruimte voorzichtig openen. Er kan hete damp vrijkomen. Houd kleine kinderen uit de buurt.
Nooit gerechten klaarmaken die een hoog percentage
alcohol bevatten. Alcoholdampen kunnen in de binnenruimte vlam vatten. Gebruik alleen kleine hoeveelheden drank met een hoog alcoholpercentage en open de deur van de binnenruimte voorzichtig.
Risico van brand!
Geen brandbare voorwerpen in de binnenruimte bewaren.
Nooit de deur openen wanneer er sprake is van rookontwikkeling in het apparaat. Zet het apparaat uit. Haal de netstekker uit het stopcontact of schakel de zekering in de meterkast uit.
Bij het voorverwarmen het bakpapier nooit onbevestigd op
de toebehoren leggen. Wanneer de apparaatdeur geopend wordt, ontstaat er een tochtstroom. Het bakpapier kan de verwarmingselementen raken en vlam vatten. Verzwaar het bakpapier altijd met een vorm. Bekleed alleen het benodigde oppervlak met bakpapier. Het bakpapier mag niet over de toebehoren uitsteken.
Risico van kortsluiting!
Nooit aansluitkabels van elektrische apparaten tussen de hete apparaatdeur beklemd laten raken. De kabelisolatie kan smelten.
Kans op verbrandingen!!
Nooit water in de hete binnenruimte gieten. Er ontstaat dan hete waterdamp.
Hete toebehoren en vormen Risico van verbranding!
Nooit hete toebehoren of vormen zonder pannenlappen uit de binnenruimte nemen.
Beschadigde deur van de binnenruimte of deurdichting Ernstig gezondheidsrisico!
Het apparaat nooit gebruiken wanneer de deur van de binnenruimte of deurdichting beschadigd is. Dan kan er energie van de magnetron vrijkomen. Gebruik het apparaat pas weer als het gerepareerd is.
Doorgeroeste oppervlakken Ernstig gezondheidsrisico!
Bij een gebrekkige reiniging kan het oppervlak van het apparaat in de loop van de tijd doorroesten. Dan kan er energie van de magnetron vrijkomen. Maak het apparaat regelmatig schoon.
Open behuizing Kans op een elektrische schok!
Nooit de behuizing verwijderen. Het apparaat werkt met hoogspanning.
Ernstig gezondheidsrisico!
Nooit de behuizing verwijderen. Deze biedt bescherming tegen het vrijkomen van energie van de magnetron.
Hete of vochtige omgeving Risico van kortsluiting!
Stel het apparaat nooit bloot aan grote hitte en vochtigheid.
Ondeskundige reparaties Kans op een elektrische schok!
Ondeskundige reparaties zijn gevaarlijk. Reparaties en de
vervanging van beschadigde aansluitleidingen mogen uitsluitend worden uitgevoerd door technici die zijn geïnstrueerd door de klantenservice.
Is het apparaat defect, schakel dan de zekering in de
meterkast uit of haal de netstekker uit het stopcontact. Neem contact op met de servicedienst.
Dragers van elektronische implantaten Ernstig gezondheidsrisico!
Voor dragers van elektronische implantaten, bijv. pacemakers en insulinepompen:
Kom nooit direct aan het apparaat wanneer u instelt of reinigt. In de schakelaars zitten sterke magneten. Deze zorgen ervoor dat de schakelaars kunnen worden ingedrukt. Het kan zijn dat implantaten door magneetvelden beïnvloed worden.
Instructies voor de magnetron
Bereiding van levensmiddelen Risico van brand!
Gebruik de magnetron uitsluitend voor de bereiding van levensmiddelen die geschikt zijn voor consumptie. Andere toepassingen kunnen gevaarlijk zijn en schade veroorzaken. Verwarmde granen of zaadjes kunnen bijvoorbeeld ook na uren nog vlam vatten.
3
Vormen Risico van letsel!
Vormen van porselein en keramiek kunnen kleine gaatjes
hebben in de handgrepen en deksels. Achter deze gaatjes bevindt zich een lege ruimte. Als er vocht in deze ruimte komt, kan dit barsten veroorzaken in de vormen.
Gebruik nooit vormen die niet geschikt zijn voor de
magnetron.
Risico van verbranding!
Door hete gerechten kunnen de vormen worden verhit. Neem servies en toebehoren altijd met behulp van een pannenlap uit de binnenruimte.
Magnetronvermogen en -tijd Risico van brand!
Bij de magnetron nooit een te groot vermogen of te lange tijdsduur instellen. De levensmiddelen kunnen vlam vatten en het apparaat beschadigen. Houd u aan de informatie in deze gebruiksaanwijzing.
Levensmiddelen met vel of schil Risico van verbranding!
Nooit eieren koken in de schil. Nooit hardgekookte eieren
opwarmen. Deze kunnen exploderen. Dit geldt ook voor schaal- en schelpdieren. Bij spiegeleieren of eieren in een glas dient u eerst de dooier door te prikken.
Bij levensmiddelen met een vaste schil of pel, bijv. appels,
tomaten, aardappelen en worstjes, kan de schil knappen. Prik hier voor het verwarmen gaatjes in.
Levensmiddelen drogen Risico van brand!
Nooit levensmiddelen drogen met de magnetron.
Levensmiddelen met een laag watergehalte Risico van brand!
Nooit levensmiddelen met weinig water, zoals bijv. brood, met een te hoog vermogen of gedurende lange tijd ontdooien of verwarmen.
Verpakkingen Risico van brand!
Nooit gerechten opwarmen in verpakkingen die bestemd zijn
om ze warm te houden.
Levensmiddelen nooit zonder toezicht verwarmen in
voorwerpen van kunststof, papier of ander brandbaar materiaal.
Risico van verbranding!
De verpakking van luchtdicht verpakte levensmiddelen kan barsten. Houd u aan de informatie op de verpakking.
Dranken Kans op verbrandingen!!
Bij het verwarmen van vloeistof kan er kookvertraging ontstaan. Dit houdt in dat de kooktemperatuur wordt bereikt zonder dat er bellen ontstaan. Al bij een kleine trilling van de vorm kan de hete vloeistof plotseling hevig overkoken en opspatten. Wanneer u vloeistof verhit, zet dan altijd een lepel in het voorwerp waarin de vloeistof zich bevindt. Zo voorkomt u kookvertraging.
Kans op explosie!
Nooit dranken verwarmen in dicht afgesloten voorwerpen.
Alcoholische dranken nooit te veel verwarmen.
Babyvoeding Risico van verbranding!
Nooit babyvoeding in gesloten vormen opwarmen. Verwijder altijd het deksel of de speen. Na het verwarmen goed roeren of schudden. Op deze manier wordt de warmte gelijkmatig verdeeld. Controleer de temperatuur voordat u uw kind de voeding geeft.
Spijsolie Risico van brand!
Warm nooit uitsluitend spijsolie op met de magnetron.
Oorzaken van schade
Attentie!
Bakplaat, bakpapier, aluminiumfolie of vormen op de bodem
van de binnenruimte: Plaats geen bakplaat of vormen op de bodem van de binnenruimte. Geen aluminiumfolie op de bodem van de binnenruimte leggen. Er ontstaat dan een opeenhoping van warmte. De bak- en braadtijden kloppen niet meer en het email wordt beschadigd.
Aluminiumschalen: Geen aluminiumschalen in het apparaat
gebruiken. Het apparaat wordt door het ontstaan van vonken beschadigd.
Water in de hete binnenruimte: Nooit water in de hete
binnenruimte gieten. Er ontstaat dan waterdamp. Door de verandering van temperatuur kan schade aan het email ontstaan.
Vochtige levensmiddelen: Geen vochtige levensmiddelen
langere tijd in de afgesloten binnenruimte bewaren. Het email raakt dan beschadigd.
Sla geen gerechten op in het apparaat. Dit kan tot leiden tot corrosie.
Vruchtensap: De braadslede bij zeer vochtig vruchtengebak
niet te overvloedig bedekken. Vruchtensap dat van de braadslede druppelt, laat vlekken achter die niet meer kunnen worden verwijderd.
Afkoelen met de deur open: De binnenruimte alleen laten
afkoelen wanneer deze afgesloten is. Zorg ervoor dat er niets tussen de deur klemt. Ook wanneer de deur slechts op een kier openstaat, kunnen aangrenzende voorzijden van meubels op den duur worden beschadigd.
Sterk vervuilde dichting: Als de dichting sterk vervuild is, sluit
de deur tijdens het gebruik niet meer goed. De aangrenzende voorzijden van meubels kunnen worden beschadigd. De dichting altijd schoon houden.
De deur van het apparaat als vlak om op te zitten of iets op te
plaatsen: Niet op de open deur zitten of staan. Geen vormen of toebehoren op de deur plaatsen.
Apparaat transporteren: Het apparaat niet aan de deurgreep
vasthouden of dragen. De deurgreep houdt op den duur het gewicht van het apparaat niet en kan afbreken.
Gebruik van de magnetron zonder levensmiddelen: Schakel
de magnetron alleen in als zich levensmiddelen in de binnenruimte bevinden. Zonder levensmiddelen kan het apparaat overbelast raken. Een uitzondering hierop is de korte serviestest (zie "Aanwijzingen over serviesgoed").
4
Magnetron-popcorn: Nooit een te hoog magnetronvermogen
   

3 0 6WDUW 6WRS
+HWHOXFKWSOXV
'UDDLNQRS
7HNVWGLVSOD\
7RHWV6HULHLQVWHOOLQJ
0DJQHWURQ YHUPRJHQV
7HPSHUDWXXUGLVSOD\
.ORNIXQFWLHWRHWV
)XQFWLHNHX]HNQRS
7HPSHUDWXXUNHX]HNQRS
,QIRWRHWV
%HGLHQLQJV HOHPHQWHQ
(OHNWURQLVFKH NORN

instellen.Maximaal 600 watt gebruiken.De popcornzak altijd
Energie en milieutips
op een glazen bord leggen. Door overbelasting kan de ruit springen.
Hier krijgt u tips over de manier waarop u bij het bakken en braden kunt besparen op energie en het apparaat op de juiste manier afvoert.
Energie besparen
De oven alleen voorverwarmen als dit in het recept of in de tabellen van de gebruiksaanwijzing is opgegeven.
Gebruik donkere, zwart gelakte of geëmailleerde bakvormen. Deze nemen de hitte bijzonder goed op.
Open de apparaatdeur tijdens het garen, bakken of braden zo weinig mogelijk.
Meerdere taarten of cakes kunt u het beste na elkaar bakken. De oven is dan nog warm. Hierdoor kan de baktijd voor de tweede taart of cake korter zijn.
Uw nieuwe apparaat
In dit hoofdstuk vindt u informatie over
het bedieningspaneel
de functies
Bedieningspaneel
Bij langere bereidingstijden kunt u de oven 10 minuten voor het einde van de bereidingstijd uitzetten en de restwarmte gebruiken voor het afbakken..
Milieuvriendelijk afvoeren
Voer de verpakking op een milieuvriendelijke manier af.
Dit apparaat beantwoordt aan de Europese richtlijn 2002/96/EG inzake gebruikte elektro en elektronica­apparatuur (WEEE - waste electrical and electronic equipment). De richtlijn biedt het kader voor de terugname en verwerking van gebruikte apparaten geldend voor de hele EU.
de inschuifhoogtes
de toebehoren
Bedieningseleme nten
90 Magnetronvermogen 90 watt kiezen 180 Magnetronvermogen 180 watt kiezen 360 Magnetronvermogen 360 watt kiezen 600 Magnetronvermogen 600 watt kiezen 900 Magnetronvermogen 900 watt kiezen
°±²
Ã
Gebruik
Serie-instelling kiezen Klokfunctietoets
De gewenste klokfunctie of de functie Snel voorverwarmen kiezen (zie het hoofdstuk:
Elektronische klok)
Bedieningseleme nten
Gebruik
Draaiknop Instellingen binnen een klokfunctie uitvoeren of de functie Snel voorverwarmen inschakelen (zie het
hoofdstuk: Elektronische klok
Functiekeuzeknop Gewenste functie kiezen (zie het
hoofdstuk: Apparaat inschakelen)
5
Bedieningseleme
nten
±
ì
X l
ƒ „
Magnetronvermogen en bedieningselementen
Wanneer u op een toets drukt, is de betreffende indicatie verlicht.
Gebruik
Infotoets Actuele temperatuur tijdens het opwarmen weergeven (zie het hoofdstuk: Apparaat
inschakelen) Menu Basisinstellingen opvragen (zie het
hoofdstuk: Basisinstellingen wijzigen)
Temperatuurkeuzeknop Temperatuur instellen (zie het hoofdstuk:
Apparaat inschakelen)
Instellingen in het menu Basisinstellingen wijzigen (zie het hoofdstuk:
Basisinstellingen wijzigen
Navigatietoets Naar een andere regel van het tekstdisplay gaan.
Automatische programma's kiezen Memory kiezen Hiermee start u de ovenfunctie. Hiermee onderbreekt u de ovenfunctie
resp. wist u de instelling
Functies en temperatuurbereik
à
á
ç
CombiSpeed normaal 30-250 °C
CombiSpeed intensief 30-250 °C
Warmhouden 60-100 °C
Toepassing
Voor roerdeeg in vormen, sappig gevuld zandtaartdeeg en gebak van bakmengsels. Bij de ovenfunctie wordt automatisch een lager magnetronvermogen ingeschakeld.
Voor gevogelte, vis en ovenschotelsBij de ovenfunctie wordt automatisch een gemiddeld magnetronvermogen ingeschakeld.
Voor het warmhouden van gerechten.
Attentie!
Warme gerechten bederven sneller. Houd de gerechten niet langer dan twee uur warm.
Inschuifhoogtes
De toebehoren kunnen op 3 verschillende hoogtes in de binnenruimte geschoven worden.
Volledig te verzinken bedieningsknop
De draai-, temperatuur en functiekeuzeknop zijn indrukbaar. Om in en uit te schakelen op de daarvoor bestemde keuzeknop drukken.
Functies
Hier krijgt u een overzicht van de functies van uw apparaat.
Functies en temperatuurbereik
3
2
%
$
4
+
(
/
Hete lucht 30-250 °C
Hete lucht plus 30-250 °C
Boven- en onderwarmte 30-300 °C
Onderwarmte 30-200 °C
Thermogrillen 100-250 °C
Grill, groot zwak (1) gemiddeld (2) sterk (3)
Grill, klein zwak (1) gemiddeld (2) sterk (3)
Langzaam garen 70-100 °C
Toepassing
Voor het bakken en braden op één niveau.
Voor het bakken van gebak en klein gebak op twee niveaus.
Voor het bakken en braden op één niveau. Bijzonder geschikt voor taarten met een vochtige bedekking (bijv. kwarktaarten).
Voor gerechten en bakwaren die aan de onderkant sterker gebruind of krokant moeten worden. Schakel de onderwarmte aan het einde van de baktijd slechts kort in.
Voor gevogelte en grotere stukken vlees.
Voor grote hoeveelheden platte, kleine gerechten van de grill (bijv. steaks, worstjes)
Voor kleine hoeveelheden platte, kleine gerechten van de grill (bijv. steaks, toast)
Voor malse stukken vlees die medium/rosé of à point (medium) gegaard moeten worden.
Aanwijzing: Wanneer de toebehoren heet worden, kunnen ze vervormen. Zodra ze weer afgekoeld zijn, verdwijnt de vervorming en de werking wordt hierdoor niet beïnvloed.
Toebehoren
Bij de levering van uw apparaat zijn de volgende toebehoren inbegrepen:
Braadslede voor grote braadstukken en vochtig gebak, ovenschotels en gegratineerde gerechten. Hij dient ook als bescherming tegen spetters, wanneer u vlees direct op het rooster grilt. Schuif de braadslede hiervoor met de schuine kant naar de ovendeur in de oven.
Rooster voor servies, taartvormen, braad- en grillstukken.
Meer toebehoren kunt u kopen in speciaalzaken:
Toebehoren Bestelnummer
Bakplaat geëmailleerd Z6360X0 Glazen schaal Z6360X0
Klantenserviceartikelen
Voor uw huishoudelijke apparaten kunt u bij de klantenservice, in de vakhandel of via het Internet voor afzonderlijke landen in de e-shop de juiste onderhouds en reinigingsmiddelen of
6
andere toebehoren kopen. Geef hiervoor het betreffende artikelnummer op.
Schoonmaakdoekjes voor roestvrijstalen oppervlakken
Ovengrillreinigergel Artikel-nr. 463582 Voor het reinigen van de binnenruimte. De gel is reukloos. Microvezeldoek met honingraatstructuur Artikelnr. 460770 Bijzonder geschikt voor het schoonmaken van gevoelige
Deurbeveiliging Artikel-nr. 612594 Om te voorkomen dat kinderen de ovendeur openen. De
Binnenruimte
Uw apparaat heeft een koelventilator.
Koelventilator
De koelventilator wordt zonodig in- en uitgeschakeld. De warme lucht ontsnapt via de deur.
Attentie!
De ventilatiesleuven niet afdekken. Anders raakt de oven oververhit.
Artikelnr. 311134 Het afzetten van vuil wordt tegengegaan. Door de impregnatie
met een speciale olie worden de oppervlakken van roestvrijstalen apparaten optimaal schoongemaakt.
oppervlakken, zoals bijv. glas, glaskeramiek, roestvrij staal of aluminium. Het microvezeldoekje verwijdert in één keer vochtig en vethoudend vuil.
beveiliging wordt vastgeschroefd op een manier die afhangt van de apparaatdeur. Neem de aanwijzingen in het bijlageblad bij de deurbeveiliging in acht.
Aanwijzingen
Na gebruik loopt de koelventilator een bepaalde tijd lang na.
Bij gebruik van de magnetron wordt het apparaat niet warm.
Toch wordt de koelventilator ingeschakeld. Hij kan ook doorlopen wanneer de magnetronfunctie beëindigd is.
Bij het deurvenster, de binnenwanden en op de bodem kan
condenswater optreden. Dit is normaal, de werking van de magnetron wordt hierdoor niet gehinderd. Veeg het condenswater na de bereiding weg.
Het apparaat in- en uitschakelen
Met de functiekeuzeknop schakelt u de magnetron­compactoven in en uit.
Inschakelen
1.Op de functiekeuzeknop drukken.
Op het tekstdisplay verschijnt "Apparaat gebruiksklaar". Het apparaat gaat aan.

2.Kies een nieuwe functie:

toets 90, 180, 360, 600 of 900 W voor een
magnetronvermogen

Voor het eerste gebruik

In dit hoofdstuk leest u
hoe u de tijd instelt
hoe u het apparaat voor het eerste gebruik schoonmaakt
Tijd instellen
Op het klokdisplay knippert ‹:‹‹.
1.De klokfunctietoets indrukken.
De symbolen verschijnt
KJ en 3 zijn verlicht. Op het klokdisplay
‚ƒ:‹‹.
toets ° ±²= serie-instelling
Een functie en temperatuur instellen.
Toets X = automatische programma's
Toets l = memoryprogramma
Hoe u instelt, kunt u in de afzonderlijke hoofdstukken nalezen.

Uitschakelen

De functiekeuzeknop terugdraaien naar de stand Û en indrukken. De oven gaat uit. Er wordt een aflopende wekker of de restwarmte in de binnenruimte weergegeven.

2.Met de draaiknop de actuele tijd instellen.

Uw instelling wordt na 3 seconden automatisch overgenomen.

Tijd wijzigen

Om de tijd achteraf te veranderen, drukt u zo vaak op de klokfunctietoets tot de symbolen draaiknop de actuele tijd wijzigen.
KJ en 3 verlicht zijn. Met de
7

Binnenruimte opwarmen

%RYHQHQRQGHUZDUPWH
Om de geur van het nieuwe te verwijderen, warmt u de lege, gesloten binnenruimte op. Stel boven- en onderwarmte 240 °C in.
Let erop dat zich geen verpakkingsresten, zoals korreltjes piepschuim, in de binnenruimte bevinden.
Ventileer de keuken zolang de oven opwarmt.
1. Op de functiekeuzeknop drukken.
Op het tekstdisplay verschijnt "Apparaat gebruiksklaar".
% en

Apparaat bedienen

2. Met de functiekeuzeknop boven- en onderwarmte % kiezen.

3. Met de temperatuurkeuzeknop 240 °C instellen.

4. De toets ƒ indrukken.

5. Na 60 minuten met de functiekeuzeknop het apparaat
uitschakelen.
Maak de afgekoelde binnenruimte schoon met warm zeepsop.

Toebehoren reinigen

Reinig de toebehoren voor het eerste gebruik grondig met warm zeepsop en een zacht schoonmaakdoekje.
In dit hoofdstuk leest u
welke functies er voor uw oven beschikbaar zijn
hoe u een functie en temperatuur kiest
hoe u de snelvoorverwarming instelt
Voor uw magnetron-compactoven zijn een groot aantal functies beschikbaar. Als u instelt verschijnt er altijd een voorgestelde temperatuur.
Functie Voorgestelde
temperatuur in °C
Hete lucht 160 30-250
3
Hete lucht plus 160 30-250
2
Boven- en
%
onderwarmte Onderwarmte 180 30-200
$
Thermogrillen 190 100-250
4
Grill, groot sterk (3) gemiddeld (2)
+
Grill, klein sterk (3) gemiddeld (2)
(
Langzaam garen 80 70-100
/
CombiSpeed
à
normaal CombiSpeed
á
intensief Warmhouden 70 60-100
ç
180 30-300
180 30-250
200 30-250
Temperatuurbereik in °C
zwak (1)
zwak (1)
Functie en temperatuur instellen.
Voorbeeld in de afbeelding: Boven- en onderwarmte
1. Aan de functieschakelaar draaien tot de gewenste functie op
het tekstdisplay verschijnt. Op het temperatuurdisplay verschijnt een voorgestelde
temperatuur.
%, 200 °C.
2. Aan de temperatuurkeuzeknop draaien om de voorgestelde
temperatuur te wijzigen.

3. De toets ƒ indrukken.

De werking start. Op het temperatuurdisplay verschijnen de verwarmingsbalken van de temperatuurcontrole.

Uitschakelen

Wanneer het gerecht klaar is, de oven met de functiekeuzeknop uitschakelen of opnieuw instellen.

Temperatuur of grillstand wijzigen

Dit is altijd mogelijk. Met de draaiknop de temperatuur of grillstand wijzigen.

Ovendeur tussentijds openen

De werking wordt onderbroken. de deur opnieuw op de toets voortgezet.

Werking onderbreken

De toets de pauzetoestand. Opnieuw op voortgezet.

Werking afbreken

De oven met de functiekeuzeknop uitschakelen.

Aanwijzingen

Wanneer u ook een gebruiksduur instelt, schakelt de
Wanneer u een gebruiksduur en een eindtijdstip instelt,
kort indrukken. ƒ knippert. De oven bevindt zich in
ingestelde functie hierna automatisch uit. Zie het hoofdstuk Elektronische klok.
schakelt de ingestelde functie automatisch in en uit. Zie het hoofdstuk Elektronische klok.
ƒ knippert. Na het sluiten van
ƒ drukken. De functie wordt
ƒ drukken, de werking wordt

CombiSpeed normaal CombiSpeed intensief

Bij deze verwarmingsmethoden wordt automatisch een magnetronvermogen ingeschakeld. U stelt eenvoudig de in het recept opgegeven temperatuur in en houdt de helft van de bereidingstijd aan.
8
CombiSpeed normaal
$ %
à
CombiSpeed normaal is geschikt voor gebak in vormen, zoals
cake, bijv. marmercake, cake met rozijnen en amandel- of
vruchtentaart
taarten van zandtaartdeeg met een sappige vulling,
bijv. donkere appeltaart, kwarktaart.
gebak van bakmengsels
taarten van gistdeeg, bijv. rozentaart
Ook voor braadvlees kan met deze verwarmingsmethode de
helft van de bereidingstijd worden aangehouden.
Aanwijzing: Gebruik donkere bakvormen van metaal of flexibele vormen van kunststof. Voor braadvlees is een hittebestendige glazen vorm met of zonder deksel geschikt.
CombiSpeed intensief
á
Deze verwarmingsmethode is geschikt voor
gevogelte, bijv. kip
ovenschotels, bijv. noedelsoufflé
gegratineerde gerechten, bijv. gegratineerde aardappels
gegratineerde vis, vers en diepvries
Aanwijzing: Gebruik hittebestendige vormen van glas of keramiek.
Zo stelt u in
Staan er in het recept verschillende verwarmingsmethoden, neem dan de instelling voor boven- en onderwarmte. De in het recept opgegeven bereidingstijd mag niet korter zijn dan 30 minuten.
Schuif het gerecht in de onverwarmde binnenruimte. Plaats de vorm midden op het rooster op hoogte 1.
1.Met de functiekeuzeknop de verwarmingsmethode
CombiSpeed normaal of CombiSpeed intensief instellen. Er wordt een vooraf ingestelde gebruiksduur van
x20.00 minuten voorgesteld.

2.Met de temperatuurkeuzeknop de temperatuur instellen.

3.De klokfunctietoets à zo vaak indrukken tot de symbolen
KJ en x verlicht zijn.

4.Met de draaiknop de tijdsduur veranderen.

5.De toets ƒ indrukken.

De werking start.
Apparaat warmt na (Fig. B)
Restwarmte-indicatie
Op het temperatuurdisplay ziet u of de restwarmte in de binnenruimte hoog of laag is.
Temperatuurdisplay Tekstdisplay
• œ
Restwarmte hoog Restwarmte laag
Snelvoorverwarming instellen
Het snel voorverwarmen is niet geschikt voor alle functies.
Geschikte functies
3 Hete lucht
2 Hete lucht plus
% Boven- en onderwarmte
Geschikte temperaturen
De functie Snelvoorverwarming werkt niet wanneer de ingestelde temperatuur beneden de 100 °C ligt. Als de temperatuur in de binnenruimte slechts enigszins lager is dan de ingestelde temperatuur, is het snel voorverwarmen niet nodig. Deze functie wordt niet ingeschakeld.
Snelvoorverwarming instellen
Voorwaarde: er moet een passende functie en temperatuur ingesteld zijn.
1.Functie en temperatuur instellen.
2.De klokfunctietoets zo vaak indrukken tot de symbolen
KJuen f verlicht zijn en Œ op het klokdisplay verschijnt.

3.De draaiknop naar rechts draaien.

Op het klokdisplay wordt symbool
f verlicht. De functie Snel voorverwarmen is
ingeschakeld.
Ž weergegeven en is het

De tijdsduur is afgelopen

Er klinkt een signaal. De werking is beëindigd. U kunt het geluidssignaal voortijdig met de toets klokdisplay staat
y 0:00.
à uitschakelen. Op het

Verwarmingscontrole

De vijf balken van de verwarmingscontrole geven de opwarmfase of de restwarmte in de binnenruimte aan.
Actuele temperatuur
Druk op de toets weergegeven.
Opwarmfasen
Na de start verschijnen er vijf balken in de statusregel. De ingestelde temperatuur is bereikt wanneer de laatste balk gevuld is.
Wanneer u een grillstand of de magnetron heeft ingesteld verschijnen de balken niet.
Tijdens het opwarmen kunt u met de toets opwarmtemperatuur opvragen. Door de thermische traagheid kan de weergegeven temperatuur een beetje anders zijn dan de werkelijke temperatuur in de binnenruimte.
Temperatuur bereikt (Fig. A)
±. De actuele temperatuur wordt 3 seconden
± de actuele

4.De toets ƒ indrukken.

Het apparaat warmt op. Om een gelijkmatig resultaat te krijgen, doet u het gerecht pas
in de oven wanneer het snel voorverwarmen beëindigd is.
Het snel voorverwarmen is beëindigd
Na het bereiken van de ingestelde temperatuur schakelt de functie Snel voorverwarmen uit. Het symbool
f verdwijnt. Plaats
uw gerecht in de oven.

Snelvoorverwarming afbreken

De klokfunctietoets zo vaak indrukken tot verschijnt. Met de draaiknop naar links draaien tot
Ž op het klokdisplay
Œ op het
9
klokdisplay verschijnt. Het symbool klokdisplay.

Aanwijzingen

Wanneer u een functie wijzigt, wordt het snel voorverwarmen
afgebroken.
f verdwijnt van het

De magnetron

Tijdens het snel voorverwarmen kunt u met de toets ± de
actuele temperatuur van de binnenruimte opvragen.
Een ingestelde gebruiksduur loopt onafhankelijk van het snel
voorverwarmen direct na de start af.
Wanneer u de ovendeur tussentijds opent, wordt het snel
voorverwarmen afgebroken.
De microgolven worden in de levensmiddelen omgezet in warmte. U kunt de magnetron solo, d.w.z. alleen, of in combinatie met een andere verwarmingsmethode gebruiken.
In dit hoofdstuk krijgt u
informatie over de vormen
aanwijzingen hoe u de magnetron instelt
Aanwijzing: In het hoofdstuk Voor u in onze kookstudio getest vindt u voorbeelden voor het ontdooien, verwarmen en garen met de magnetron.
Aanwijzingen voor de vormen
Geschikte vormen
Geschikt zijn hittebestendige vormen van glas, glaskeramiek, porselein, keramiek of temperatuurvaste kunststof. Deze materialen laten microgolven door.
U kunt ook servies voor het opdienen gebruiken. Zo hoeft u de gerechten niet over te plaatsen. Als uw serviesgoed een versiering van goud of zilver heeft, mag u het uitsluitend gebruiken indien de fabrikant garandeert dat het geschikt is voor de magnetron.
Ongeschikte vormen
Vormen van metaal zijn niet geschikt. Metaal laat geen microgolven door. In gesloten metalen voorwerpen blijven de gerechten koud.
Attentie!
Het ontstaan van vonken: metaal - bijv. een lepel in het glas dient zich op minstens 2 cm van de ovenwanden en de binnenzijde van de deur te bevinden. Door vonken kan het glas aan de binnenkant van de deur worden vernietigd.
Vormtest
De magnetron nooit inschakelen als er geen levensmiddelen in zitten. De enige uitzondering hierop is de volgende vormtest.
Wanneer u niet zeker weet of een vorm geschikt is voor de magnetron, doet u deze test:
1. Plaats de lege vorm ½ tot 1 minuut bij maximaal vermogen in
het apparaat.

2. Controleer tussentijds de temperatuur.

De vorm moet goed koud of handwarm zijn. Als hij heet wordt of als er vonken ontstaan, is hij niet geschikt.

Magnetronvermogens

Met de toetsen stelt u het gewenste magnetronvermogen in.
Aanwijzingen
Wanneer u op een toets drukt, is het gekozen vermogen
verlicht.
U kunt het magnetronvermogen 900 watt voor maximaal
30 minuten instellen. Bij alle andere vermogens is een tijdsduur tot 1 uur en 30 minuten mogelijk.

Magnetron instellen

Voorbeeld: magnetronvermogen 600 W, tijdsduur 15 minuten.
1. Op de functiekeuzeknop drukken.
Op het tekstdisplay verschijnt "Apparaat gebruiksklaar".

2. De toets voor het gewenste magnetronvermogen indrukken.

De toets is verlicht en voorgestelde tijd op het klokdisplay.

3. Met de draaiknop de tijdsduur instellen.

4. De toets ƒ indrukken.

De werking start. U kunt het verloop van de tijdsduur aflezen.

De tijdsduur is afgelopen

Er klinkt een signaal. De magnetronfunctie is beëindigd. U kunt het geluidssignaal voortijdig met de toets apparaat uitzetten of opnieuw instellen.

Tijdsduur veranderen

Dit is op elk moment mogelijk. Met de draaiknop de tijdsduur veranderen.

Magnetronvermogen veranderen

De toets voor het nieuwe magnetronvermogen indrukken. Met de draaiknop de tijdsduur instellen en weer starten.

Ovendeur tussentijds openen

De werking wordt onderbroken. de deur de toets

Werking onderbreken

De toets de pauzetoestand. Opnieuw op de toets werking wordt voortgezet.

Werking afbreken

De toets houden tot de melding “Apparaat gebruiksklaar" verschijnt. U kunt opnieuw instellen.
Aanwijzing: Wanneer u de deur van het apparaat tussentijds opent, kan de ventilator verder lopen.
kort indrukken. ƒ knippert. De oven bevindt zich in
twee keer indrukken, of de toets ingedrukt
‚.‹‹ minuten verschijnt als
à uitschakelen. Het
ƒ knippert. Na het sluiten van
ƒ indrukken. De functie wordt voortgezet.
ƒ drukken, de
90 W voor het ontdooien van gevoelige gerechten. 180 W voor het ontdooien en doorgaren 360 W voor het garen van vlees en het opwarmen van
600 W voor het verwarmen en garen van gerechten 900 W voor het verwarmen van vloeistoffen
10
gevoelige gerechten.

Combinatie

Hierbij wordt een functie gebruikt in combinatie met de magnetron. Uw gerechten zijn door de microgolven sneller klaar en worden toch mooi bruin.
U kunt een tijdsduur tot 1 uur en 30 minuten instellen. In dit hoofdstuk leest u
welke functies en magnetronvermogens geschikt zijn
hoe u de combinatiefunctie instelt
Geschikte functies
3 Hete lucht
2 Hete lucht plus
% Boven- en onderwarmte
4Thermogrillen
+ Grill, groot
■ ( Grill, klein
Aanwijzing: Het snel voorverwarmen kan niet worden ingeschakeld bij de combinatiefunctie.
Geschikte magnetronvermogens
Alle magnetronvermogens, behalve 900 watt, kunt u combineren met een functie.
Combinatie instellen
Voorbeeld: magnetron 360 W, 17 minuten en boven- en onderwarmte
1.Aan de functiekeuzeknop draaien tot boven- en
onderwarmte Op het temperatuurdisplay wordt 180 °C voorgesteld.

2.Met de temperatuurkeuzeknop 200 °C instellen.

% 200 °C.
% op het tekstdisplay verschijnt.

3.De toets voor het gewenste magnetronvermogen indrukken.

‚†:‹‹ min en het symbool x verschijnen op het
klokdisplay.

4.Met de draaiknop de tijdsduur instellen.

5.De toets ƒ indrukken.

De werking start. U kunt het verloop van de tijdsduur aflezen.

De tijdsduur is afgelopen

Er klinkt een signaal. De combifunctie is beëindigd. U kunt het geluidssignaal voortijdig met de toets Apparaat uitzetten of opnieuw instellen.

Temperatuur of grillstand wijzigen

Dit is altijd mogelijk. Met de draaiknop de temperatuur of grillstand wijzigen.

Magnetronvermogen veranderen

De toets voor het nieuwe magnetronvermogen indrukken. Met de draaiknop de tijdsduur instellen en weer starten.

Ovendeur tussentijds openen

De werking wordt onderbroken. de deur de toets

Werking onderbreken

De toets de pauzetoestand. Opnieuw op de toets werking wordt voortgezet.

Werking afbreken

De toets houden en met de functiekeuzeknop uitschakelen.
Aanwijzing: Wanneer u ook een eindtijdstip instelt, schakelt de ingestelde functie automatisch in en uit. Zie het hoofdstuk Elektronische klok.
kort indrukken. ƒ knippert. De oven bevindt zich in
twee keer indrukken, of de toets ingedrukt
ƒ indrukken. De functie wordt voortgezet.
à uitschakelen.
ƒ knippert. Na het sluiten van
ƒ drukken, de

Serie instelling

Bij de serie instelling kunt u tot drie verschillende functies achter elkaar instellen en dan starten. Voorwaarde: u moet voor elke stap een tijdsduur instellen.
Geschikt zijn:
alle magnetronvermogens
de combinatiefunctie
Vormen
Gebruik altijd hittebestendige vormen die geschikt zijn voor de magnetron.
Serie-instelling instellen
Voorwaarde: de functiekeuzeknop mag niet ingedrukt zijn.
1.De toets °±² indrukken.
De
° voor de eerste serie-instelling is verlicht.

2.Het eerste magnetronvermogen en de tijdsduur instellen.

3.De toets °±² opnieuw indrukken.

De
± voor de tweede serie-instelling is verlicht.

4.Het tweede magnetronvermogen en de tijdsduur instellen.

5.De toets °±² opnieuw indrukken.

De
² voor de derde serie-instelling is verlicht.

6.Het derde magnetronvermogen en de tijdsduur instellen.

7.De toets ƒ indrukken.

De werking start. Op het klokdisplay wordt de tijdsduur van de eerste serie-instelling weergegeven. De instelling is verlicht.

De totale of resterende tijdsduur opvragen

De klokfunctietoets resterende tijdsduur wordt weergegeven.

De tijdsduur is afgelopen

Er klinkt een signaal. De serie-instelling is beëindigd. U kunt het symbool voortijdig met de toets uitzetten of opnieuw instellen.

Ovendeur tussentijds openen

De werking wordt onderbroken. de deur de toets

Instelling wijzigen

Een verandering is alleen voor de start mogelijk. Met de toets
°±² naar de gewenste instelling gaan en wijzigen.
Aanwijzing: U kunt ook een functie combineren met de serie­instelling. Stel eerst de ovenfunctie in.
à twee keer indrukken, de actuele
uitschakelen. Het apparaat
ƒ knippert. Na het sluiten van
ƒ indrukken. De functie wordt voortgezet.
° voor de eerste serie-
11

Memory

.ORNIXQFWLHWRHWV 'UDDLNQRS
Memory geeft u de mogelijkheid eigen instellingen op te slaan en met een druk op een toets weer op te vragen. U heeft hiervoor zes geheugenplaatsen tot uw beschikking. Memory is nuttig voor gerechten die u zeer vaak klaarmaakt.
In dit hoofdstuk leest u
hoe u Memory opslaat
hoe u Memory start
Instellingen in Memory opslaan
Voorwaarde: de functiekeuzeknop mag niet ingedrukt zijn.
1. Functie, temperatuur en een tijdsduur voor het gewenste
gerecht instellen of een programma kiezen. Niet starten.

2. De toets l indrukken.

“Memory 1 vrij" verschijnt.
3. Met de functiekeuzeknop een van de zes geheugenplaatsen
kiezen.
4. Taste l lang ingedrukt houden tot er een signaal klinkt en
“Memory opgeslagen" verschijnt.

Elektronische klok

Memory starten

U kunt de opgeslagen instellingen voor uw gerecht op elk moment starten.
Voorwaarde: de functiekeuzeknop mag niet ingedrukt zijn. Plaats het gerecht in de binnenruimte.
1. De toets l kort indrukken en met de draaiknop de
geheugenplaats kiezen. De opgeslagen instellingen worden weergegeven. Wanneer
“Memory vrij" verschijnt, is er nog geen instelling opgeslagen op deze geheugenplaats.

2. De toets ƒ indrukken.

Memoryinstelling start.

Geheugenplaats wijzigen

Na de start kunt u de geheugenplaats niet meer veranderen.

Instellingen veranderen

Dit is altijd mogelijk.Wanneer u de volgende keer Memory start, verschijnt weer de oorspronkelijk opgeslagen instelling.
Uw apparaat heeft verschillende klokfuncties. In dit hoofdstuk leggen wij u uit
hoe het klokdisplay werkt
hoe u de kookwekker instelt
hoe u het apparaat automatisch uitschakelt (gebruiksduur en
gebruikseinde)
hoe u het apparaat automatisch in- en uitschakelt (voorkeuze-
functie)
hoe u de tijd instelt of wijzigt.
Klokfunctie Gebruik
Kookwekker U kunt de wekker gebruiken als een kook- of eierwekker. Het apparaat gaat niet
Q
automatisch aan of uit.
x y
Gebruiksduur Gebruikseinde
Het apparaat gaat na een ingestelde gebruiksduur (bijv. Het apparaat gaat op een ingesteld tijdstip (bijv.
Voorkeuzefunctie Het apparaat wordt automatisch in- en uitgeschakeld. Gebruiksduur en gebruikseinde
worden gecombineerd
Tijd Tijd instellen
3
Snel voorverwarmen Opwarmtijd verkorten
f
Klokdisplay
‚:„‹ uur) automatisch uit
‚ƒ:„‹ uur) automatisch uit
Aanwijzingen
Tussen ƒƒ:‹‹ en :†Š uur wordt het klokdisplay
verduisterd wanneer u in deze tijd niets instelt of als er geen klokfunctie geactiveerd is.
Bij de klokfuncties Kookwekker Q, Gebruiksduur x,
Gebruikseinde
y en Voorkeuze-functie klinkt er na afloop
van de instellingen een signaal en knippert het betreffende
12
symbool. Wilt u het geluidssignaal voortijdig beëindigen, druk dan op de klokfunctietoets.
U kunt uw instellingen op elk moment opvragen. Druk zo
vaak op de klokfunctietoets tot het betreffende symbool verlicht is.
Wilt u een instelling wissen, draai de ingestelde tijd dan terug
naar
‹:‹‹ en schakel het apparaat uit.
U kunt de instelling zo nodig met de draaiknop corrigeren.
Klokdisplay uit- en inschakelen
De functiekeuzeknop terugdraaien naar de stand
Û en
indrukken.
Loading...
+ 28 hidden pages