MIELE W 667 User Manual [nl]

Gebruiksaanwijzing
wasautomaat
Lees absoluut uw gebruiksaanwijzing voor u het toestel installeert en in gebruik neemt. Zo zorgt u voor uw veiligheid en vermijdt u schade aan uw toestel.
M.-Nr. 09 706 360nl-BE
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu
De verpakking behoedt het toestel voor transportschade. Er werd materiaal ge kozen, dat door het milieu wordt verdra gen en opnieuw kan worden benut.
Door de verpakking weer in kringloop te brengen, wordt er grondstof ge spaard en verkleint de afvalberg. Geef deze stoffen dus niet met het gewone vuilnis mee. Breng ze liever naar het dichtstbijzijnde gemeentelijk container park. Waar u dat vindt, komt u zeker bij uw gemeentebestuur aan de weet.
-
Het afdanken van het apparaat
Oude elektrische en elektronische ap paraten bevatten vaak nog waardevolle
­materialen. Ze bevatten echter ook
­schadelijke stoffen die voor het functio neren en de veiligheid van het apparaat nodig waren. Als u het apparaat bij het gewone afval doet of bij verkeerde be handeling kunnen deze stoffen schade lijk zijn voor de gezondheid en het milieu. Verwijder het afgedankte appa
­raat dan ook nooit met het gewone af
val.
Bij de aankoop van uw nieuw toestel heeft u een bijdrage betaald. Die wordt volledig gebruikt voor de toekomstige recyclage van dat toestel. Dat bevat trouwens nog waardevol materiaal. Door te recycleren wordt er dan ook minder verspild en vervuild.
-
-
-
-
-
-
Als u vragen heeft omtrent het af danken van uw oud toestel, neem dan contact op met
de handelaar bij wie u het kocht
of
de firma Recupel, telefoon 02 706 86 10, website: www.recupel.be
of
uw gemeentebestuur als u uw toestel naar een containerpark brengt.
Zorg er ook voor dat het toestel intus sen kindveilig wordt bewaard voor u het laat wegbrengen.
2
-
-
Inhoud
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu ...........................2
Opmerkingen omtrent uw veiligheid ..................................6
Beschrijving van het toestel ........................................13
Bedieningspaneel .................................................13
Het toestel voor het eerst in gebruik nemen ...........................14
Milieuvriendelijk wassen ...........................................15
Stroom- en waterverbruik .........................................15
Wasmiddel ....................................................15
Kies de juiste extra functie (Kort, Inweken, Voorwas) ...................15
Tip voor als het wasgoed daarna in een droogautomaat wordt gedroogd ...15
Zo wast u juist ...................................................16
Korte handleiding .................................................16
Onderhoudssymbolen op het etiket..................................22
Centrifugeren ....................................................23
Eindcentrifugeertoerental ...........................................23
Centrifugeren voor en tussen de spoelbeurten ........................23
Eindcentrifugeren uitschakelen (spoelstop) ...........................23
Niet centrifugeren voor en tussen de spoelbeurten en op het einde van
het programma .................................................23
Programmaoverzicht ..............................................24
Extra functies ....................................................27
Kort ............................................................27
Voorwas .........................................................27
Inweken .........................................................27
Extra water .......................................................27
3
Inhoud
Programmaverloop ...............................................28
Programmaverloop wijzigen ........................................30
Afbreken ........................................................30
Onderbreken .....................................................30
Wijzigen .........................................................30
Wasgoed toevoegen of voortijdig uitnemen .............................31
Wasmiddel ......................................................32
Het juiste wasmiddel ...............................................32
Onthardingsmiddel ................................................33
Combinaties......................................................33
Middelen voor de nabehandeling van het wasgoed .......................34
Wasverzachter, vormspoeler, vloeibaar stijfsel automatisch doseren .......34
Wasverzachter, vormspoeler of stijfsel in een apart programma ...........34
Ontkleuren/kleuren.................................................34
Reiniging en onderhoud ...........................................35
Trommelreiniging (Hygiëne Info) ......................................35
De ommanteling en het bedieningspaneel reinigen .......................35
De wasmiddellade schoonmaken .....................................35
Het watertoevoerzeefje reinigen ......................................37
Storingen verhelpen ..............................................38
Wat gedaan als . . . ...............................................38
Het programma start niet. ...........................................38
Het wasprogramma werd afgebroken en er wordt een fout gemeld. ..........39
Het wasprogramma verloopt normaal hoewel er een service of storing wordt
gemeld. .........................................................40
Algemene storingen of een onbevredigend wasresultaat. ..................41
Problemen bij het openen of sluiten van de wasautomaat ..................43
Deksel openen bij verstopte afvoer en/of stroomonderbreking ..............44
Verstopte afvoer ................................................44
Deksel openen .................................................45
4
Inhoud
Technische Dienst van Miele .......................................46
Herstellingen...................................................46
Programma-actualisering (Update / program correction) ................46
Duur en voorwaarden van de waarborg..............................46
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren ................................46
Opstellen en aansluiten............................................47
Vooraanzicht .....................................................47
De transportbeveiligingen verwijderen .................................48
De transportbeveiligingen weer monteren ............................48
De wasautomaat horizontaal zetten....................................49
Plaats van opstelling.............................................49
Het voetje uitdraaien en met de contramoer borgen ....................49
Het lekbeveiliggingssysteem van Miele ................................50
Koudwatertoevoer .................................................51
Waterafvoer ......................................................52
Elektrische aansluiting ..............................................53
Verbruiksgegevens ...............................................54
Opmerking met het oog op vergelijkende tests: .......................54
Technische gegevens .............................................55
Programmeerfuncties .............................................56
Systeem Extra water ...............................................56
Behoedzame modus ...............................................57
Afkoeling waswater ................................................58
Memory-functie ...................................................59
Inweektijd........................................................60
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren ................................61
CareCollection ....................................................61
5
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Deze wasautomaat voldoet aan de voorgeschreven veiligheids voorschriften. Door ondeskundig gebruik kunnen gebruikers ech ter letsel oplopen en kan er schade optreden aan het toestel.
Lees de gebruiksaanwijzing voor u uw wasautomaat in gebruik neemt. U vindt er belangrijke opmerkingen omtrent uw veiligheid, het gebruik en het onderhoud van uw wasautomaat. Dat is vei liger voor uzelf en u vermijdt schade aan uw wasautomaat.
Bewaar de gebruiksaanwijzing goed en geef ze door aan wie het toestel eventueel na u gebruikt.
-
-
Juist gebruik
Deze wasautomaat is bedoeld voor gebruik in het huishouden en
~
in gelijkaardige omgevingen.
De wasautomaat is niet geschikt voor gebruik in open lucht.
~
Gebruik de wasautomaat uitsluitend in huishoudelijke toepas-
~
singen en enkel om textiel te wassen waarvan de fabrikant op het wasetiket heeft aangegeven dat het machinaal mag worden gewas­sen. Gebruik voor andere doeleinden is niet toegelaten. Miele is niet ver antwoordelijk voor schade die wordt veroorzaakt door een ander ge bruik dan wat hier wordt vermeld of door foutieve bediening.
-
-
-
Personen die door hun fysieke, zintuiglijke of geestelijke mogelijk
~
heden of hun onervarenheid of gebrek aan kennis niet in staat zijn om de wasautomaat veilig te bedienen, mogen deze wasautomaat alleen onder het toezicht of de begeleiding van een verantwoordelijk iemand gebruiken.
6
-
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Kinderen in het huishouden
Kinderen vanaf acht jaar mogen de wasautomaat alleen zonder
~
toezicht bedienen, reinigen of onderhouden wanneer hen de wasau tomaat zodanig is toegelicht dat ze de wasautomaat veilig kunnen bedienen, reinigen of onderhouden. Kinderen moeten de eventuele risico's van een foutieve hantering kunnen herkennen en begrijpen.
-
Kinderen jonger dan acht jaar dienen uit de buurt van de wasau
~
tomaat te worden gehouden, tenzij ze continue in het oog worden gehouden.
Hou kinderen die in de buurt van de wasautomaat komen in het
~
oog. Laat kinderen nooit met de wasautomaat spelen.
-
7
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Technische veiligheid
Vóórdat de wasautomaat wordt opgesteld, controleert u of het
~
toestel zichtbaar beschadigd is. Een beschadigde wasautomaat mag u niet opstellen en in gebruik nemen.
Op het typeplaatje van de wasautomaat vindt u gegevens in ver
~
band met de aansluiting van uw toestel (zekering, spanning en fre quentie). Alvorens u de wasautomaat aansluit, vergelijkt u deze ge gevens met die van uw elektrische installatie. Vraag eventueel uitleg aan een elektricien als u niet zeker bent.
De elektrische veiligheid van deze wasautomaat wordt enkel ge-
~
waarborgd als het toestel op een aardsysteem aangesloten is dat volgens de voorschriften werd geïnstalleerd. Het is heel belangrijk dat aan deze fundamentele veiligheidsvoor­waarde is voldaan. In geval van twijfel dient u uw installatie door een vakman of vakvrouw te laten nakijken. Miele kan niet aansprakelijk gesteld worden voor schade die werd veroorzaakt doordat de aardleiding onderbroken was of gewoon ontbrak.
Gebruik om veiligheidsredenen geen verlengsnoer. Gebruik van
~
een verlengsnoer verhoogt het risico op oververhitting en daarmee op brand.
Laat defecte onderdelen enkel vervangen door originele Miele
~
vervangstukken. Enkel dan bent u zeker dat ze ten volle voldoen aan de eisen die Miele qua veiligheid stelt.
-
-
-
-
Neem de aanwijzingen in de rubriek "Opstellen en aansluiten" en
~
de rubriek "Technische gegevens" in acht.
De aansluitstekker moet te allen tijde bereikbaar zijn om de was
~
automaat van het elektriciteitsnet te kunnen afsluiten.
8
-
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Door ondeskundig uitgevoerde reparaties kunnen er onvoorziene
~
risico's ontstaan voor de gebruiker. Daarvoor kan de fabrikant niet aansprakelijk worden gesteld. Reparaties mag u uitsluitend laten uit voeren door vakmensen die door Miele erkend zijn.
Is het aansluitsnoer beschadigd, laat het dan vervangen door
~
een vakman die door Miele erkend is. Zo vermijdt u risico's voor wie het toestel gebruikt.
-
Bij storingen of bij een reinigings- en onderhoudsbeurt is de was
~
automaat alleen dan van het elektriciteitsnet losgekoppeld in de vol gende gevallen:
– de stekker van de wasautomaat is uit het stopcontact getrokken,
of
– de zekering op uw elektrische installatie is uitgeschakeld, of
– de schroefzekering op uw elektrische installatie is helemaal uitge-
draaid.
Sluit uw wasautomaat enkel met een nieuwe toevoerslang en de
~
vereiste toebehoren aan op de waterleiding. Gebruik oude slangen, bv. van het vorige toestel, niet opnieuw.
Deze wasautomaat mag niet gebruikt worden op een
~
beweegbare plaats (bv.schip).
Doe geen veranderingen aan de wasautomaten, die niet uitdruk
~
kelijk door Miele toegelaten zijn.
-
-
-
9
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Efficiënt gebruik
De maximumlading bedraagt 6,0 kg (droog wasgoed). In de ru
~
briek "Programmaoverzicht" vindt u de deels kleinere ladingen voor afzonderlijke programma's.
Stel uw wasautomaat niet op in een vertrek waar het kan vriezen.
~
Bevroren waterslangen kunnen onder druk scheuren of springen. De betrouwbaarheid van de elektronische elementen kan door tempera turen onder het vriespunt in het gedrang komen.
Verwijder de transportbeveiliging op de achterzijde voor u uw
~
toestel in gebruik neemt. Zie rubriek "Opstellen en aansluiten", alinea "Transportbeveiliging verwijderen". Als die beveiliging niet verwij­derd is, kan die tijdens het centrifugeren schade toebrengen aan het toestel. Ook aan meubelen of apparaten ernaast kan er schade optreden.
Doe de waterkraan dicht bij langere afwezigheid (bijv. vakantie).
~
Vooral wanneer er zich vlakbij het toestel geen afvoer in de vloer be­vindt.
Overstromingsgevaar!
~
Voor u de afvoerslang in een spoelbak hangt, dient u te controleren of het water vlot genoeg wegvloeit. Maak de waterafvoerslang vast opdat ze niet zou wegglijden! Door de terugstoot van het wegvloeiende water kan de slang anders uit de spoelbak worden geslingerd.
-
-
Let erop dat er geen voorwerpen zoals spijkers, naalden,
~
geldstukken of paperclips worden meegewassen. Deze voorwerpen kunnen schade toebrengen aan onderdelen van het toestel, bijv. aan kuip of trommel. Deze beschadigde onderdelen kunnen op hun beurt uw was beschadigen.
10
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Als u het wasmiddel juist doseert, hoeft u uw toestel niet te ont
~
kalken. Is uw toestel zo erg verkalkt dat het moet worden ontkalkt, gebruik dan speciaal ontkalkingmiddel met corrosiebescherming. Dit middel kunt u bij uw Miele-handelaar of de Technische Dienst van Miele verkrijgen. Volg de gebruiksaanwijzing van het ontkalkingmiddel strikt op.
Wasgoed dat met oplosmiddelhoudende reinigingsmiddelen be
~
handeld is, moet voordat het in de was- en droogautomaat wordt gewassen, grondig in zuiver water worden uitgespoeld.
Gebruik in dit toestel nooit reinigingsmiddelen die oplosmiddel
~
(bijv. wasbenzine) bevatten. Er kan namelijk schade optreden aan sommige onderdelen van het toestel. Er kunnen ook giftige dampen ontstaan. Bovendien bestaat er bij deze middelen brand- en ontplof­fingsgevaar.
Gebruik in dit toestel nooit reinigingsmiddelen die oplosmiddel
~
(bijv. wasbenzine) bevatten. Die kunnen schade toebrengen aan vochtige kunststof oppervlakken.
Kleurmiddelen dienen voor gebruik in wasautomaten geschikt te
~
zijn. Ze mogen enkel in beperkte mate - zoals voor een huishouden ­worden gebruikt. Volg de gebruiksaanwijzing van de fabrikant strikt op.
-
-
Ontkleuringsmiddel kan wegens zijn zwavelhoudende verbin
~
dingen corrosie tot stand brengen. U mag geen ontkleuringsmiddel in uw wasautomaat gebruiken.
Als er wasmiddel in uw ogen terechtkomt, spoel ze dan met zui
~
ver lauwwarm water uit. Bij inslikken, direct een arts raadplegen. Personen met gekwetste of gevoelige huid moeten elk contact met het wasmiddel mijden.
-
-
11
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Toebehoren
Toebehoren mag enkel worden ingebouwd indien dat door Miele
~
is goedgekeurd. Worden er andere onderdelen gemonteerd of ingebouwd, dan ver valt elke waarborg of productaansprakelijkheid.
Miele is niet aansprakelijk voor schade die ontstaan is doordat deze veiligheidsrichtlijnen niet in acht werden genomen.
-
12
Bedieningspaneel
Beschrijving van het toestel
a Toets Start
Start het gekozen programma.
b Toetsen voor de extra functies
Voor het kiezen van de bijkomende functies. Met de bovenste toets kunt u kiezen tussen de bijkomende functies Kort, Voorwas of Inweken. Met de onderste toets kunt u de bij­komende functie Extra water selecte­ren. Controlelampje aan = geselecteerd Controlelampje uit = niet geselec teerd
c Controlelampje voor het toerental
voor het centrifugeren
d Toets Centrifugeren
Om een centrifugeertoerental, spoel stop of zonder centrifugeren te kie
zen.
e Programmakiezer
Om een basiswasprogramma en de daarbijbehorende temperatuur te kiezen. U kunt de programmakiezer zowel naar rechts als naar links draaien.
-
f Verklikkerlichtjes voor het pro
grammaverloop
Daaraan merkt u hoever het waspro­gramma al gevorderd is.
g Verklikkerlichtjes voor service en
storingen
h Toets K
Om de wasautomaat in en uit te schakelen. De wasautomaat wordt omwille van energiebesparing automatisch uitge­schakeld. Dit gebeurt 15 minuten na het programma-einde / kreukbeveili ging of na het inschakelen waarop geen verdere bediening volgt.
i Toets Deur
opent de deur.
-
-
-
-
13
Het toestel voor het eerst in gebruik nemen
Stel het toestel juist op en sluit het correct aan voor u het voor het eerst in gebruik neemt. Houd rekening met de rubriek "Opstellen en aan sluiten".
De functies van deze wasautomaat zijn in de fabriek grondig getest. Hierdoor bevindt er zich nog wat wa ter in de trommel.
Uit veiligheidsoverwegingen kunt u het toestel niet laten centrifugeren voordat het een eerste keer in gebruik is geno­men. Om het toestel te kunnen laten centrifugeren, moet eerst een waspro­gramma zonder wasgoed wasmiddel worden uitgevoerd.
en zonder
-
-
Gebruikt u wasmiddel, dan kan er overdreven veel schuim worden ge­vormd!
Tegelijk wordt ook de kogelklep in de waterafvoer geactiveerd. Die klep zorgt ervoor dat het wasmiddel in het vervolg volledig wordt gebruikt.
^
Draai de waterkraan open.
^
Druk op de toets K.
^
Draai de programmakiezer op Ka toen 60°C.
^
Druk op de toets Start.
^
Schakel de wasautomaat na het einde van de wasbeurt uit.
De stappen om het toestel voor het eerst in gebruik te nemen zijn voltooid.
14
-
Milieuvriendelijk wassen
Stroom- en waterverbruik
Hou zoveel mogelijk rekening met de
maximumlading die voor een be paald programma toegestaan is. Als u dat doet, is het stroom- en wa terverbruik, dat wordt berekend op basis van de totale hoeveelheid was goed, het laagst.
Bij een kleinere lading wasgoed
zorgt de automatische aanpassing van de watertoevoer ervoor dat er minder water en stroom wordt ver bruikt. Het kan dus gebeuren dat de programmaduur in de loop van een wasprogramma wordt aangepast.
– Gebruik het programma Express 20
voor kleine hoeveelheden wasgoed.
– Met moderne wasmiddelen kunt u
wassen met lagere temperaturen (bijv. 20°C). Gebruik de overeenkom­stige temperatuurinstellingen om stroom te sparen.
– Voor de hygiëne in de wasautomaat
is het aan te bevelen nu en dan een wasbeurt uit te voeren met een tem peratuur van minstens 60° C. Het servicecontrolelampje Hygiëne Info op het display van de wasautomaat herinnert u daaraan.
-
-
Wasmiddel
Gebruik telkens maar zoveel was
middel als op de verpakking staat aangegeven.
-
-
Hou voor de dosering rekening met
de mate waarin het wasgoed vuil is.
­Gebruik bij kleinere ladingen minder
wasmiddel (ca. bij een halve lading).
Kies de juiste extra functie (Kort, Inweken, Voorwas)
Kies voor:
– lichtjes vuil wasgoed
re vlekken een wasprogramma met de extra functie Kort.
– normaal tot sterk vervuild wasgoed
met zichtbare vlekken een waspro­gramma zonder extra functie.
– heel sterk vervuild wasgoed
wasprogramma met de extra functie Inweken.
wasgoed met een grotere hoeveel heid vuil (bijv. stof, zand) een was programma met de extra functie Voorwas.
Tip voor als het wasgoed daarna in een droogautomaat wordt gedroogd
1
/3minder wasmiddel
zonder zichtba-
-
een
-
-
Kies het hoogst mogelijke centrifu geertoerental dat het wasprogramma te bieden heeft. Zo bespaart u achteraf stroom bij het drogen.
-
15
Zo wast u juist
Korte handleiding
De zinnen met de getallen (A, B, C,...)kanualsbeknopte handleiding
gebruiken.
A Het wasgoed voorbereiden
^ Maak de zakken leeg.
,
Metalen voorwerpen als spijkers, geldstukken, papierklemmen kun­nen het wasgoed en onderdelen van de machine beschadigen.
De vlekken vooraf behandelen
^
Verwijder eventuele vlekken uit het textiel voor u het wast. Doe dat bij voorkeur terwijl de vlekken nog vers zijn. Dop de vlekken weg met een doekje dat geen kleur afgeeft. Niet wrijven!
Speciale vlekken als die van bloed, eie ren, koffie, thee e.d. kan u vaak met een truukje wegkrijgen.
Bij de behandeling van textiel
,
met een schoonmaakmiddel op ba sis van oplosmiddel (schoonmaak benzine) zie erop toe dat er geen kunststof in contact komt met het schoonmaakmiddel.
Gebruik nooit synthetische reini
,
gingsmiddelen (die oplosmiddel bevatten) in uw wasautomaat!
Het wasgoed sorteren
^ Sorteer het textiel volgens de kleur en
de symbolen op het onderhoudseti­ket. Dat vindt u in kragen en zomen.
Donker textiel vertoont de neiging bij de eerste wasbeurten kleur te verliezen. Om geen wasgoed te laten verkleuren, wast u licht en donker textiel het best apart.
Algemene tips
Bij gordijnen: de gordijnrolletjes en de loden band afnemen. U kan de gordijnen ook in een zak steken.
Bij bh's: geloste bh-beugels vast naaien of verwijderen.
Bij breigoed, jeans, broeken, t-shirts en sweaters: binnenstebuiten keren als de fabrikant dat aanbeveelt.
Doe ritssluitingen, haakjes en oogjes
­voor het wassen dicht.
Knoop kussens en slopen dicht. Zo komen er geen kleine spulletjes in te recht.
Was in deze machine nooit textiel met de aanduiding niet wasbaar (onder houdssymbool h).
-
-
-
-
-
-
16
Zo wast u juist
B Buitendeksel en binnendeksel
openen
Druk de toets K in.
^
Druk op de toets Deksel en open het
^
buitendeksel tot aan de aanslag.
Het binnendeksel gaat automatisch open.
C Wastrommel openen
Opgepast! De beide
,
openingshelften staan onder druk van een veer.
^ Ondersteun de achterste
openingshelft licht met de hand.
D Was in de trommel stoppen
Leg de was opengevouwen en losjes
^
in de trommel. Door textiel van ver schillend formaat in de trommel te stoppen, verbetert het waseffect en raakt de was tijdens het centrifugeren beter verdeeld.
Wasgoed bestaande uit verschil lende lagen en met bijzonder fijne en gladde buitenstof kan tijdens het wassen en centrifugeren door de zijspleet van het klapdeksel naar de trommelmantel schuiven. Was der gelijke spullen daarom altijd in een waszak.
Houd zoveel mogelijk rekening met de maximumlading die bij elk waspro­gramma wordt opgegeven. Dan is het stroom- en waterverbruik, berekend op basis van de totale hoeveelheid was­goed, het laagst. Hou er rekening mee dat het wasresul­taat verslecht en er meer kreuken op­duiken als u meer was in de trommel stopt dan wat als maximum aanbevolen wordt.
-
-
-
^
Druk dan op de afsluitvergrendeling (zwarte pijl) en tegelijk de voorste openingshelft naar binnen tot aan de ontgrendeling (in de richting van de pijl).
^
Laat de beide openingshelften ondersteund door de handen naar boven schuiven.
17
Zo wast u juist
E De wastrommel en het binnendek
sel sluiten
^ Om te beginnen de voorste, daarna
de achterste openingshelft naar on­der drukken tot beide vergrendelingshaken op hun plaats vallen en duidelijk zichtbaar ineen grijpen.
,
Indien u deze werkwijze veronachtzaamt, loopt u het risico op schade aan de wasautomaat en/ of het wasgoed.
-
Zorg ervoor dat bij het sluiten van de openingshelften geen textiel ge­klemd raakt.
^
Reinig regelmatig het wieltje in de lin ker vergrendelingshaak, zodat het vlot blijft functioneren.
18
-
^
Sluit het binnendeksel met een lichte druk op de vergrendeling, totdat dit duidelijk hoorbaar in elkaar sluit.
Zolang het binnendeksel niet volgens de voorschriften gesloten is, zal het programma niet kunnen starten en blijft het controlelampje Dosering con
troleren snel knipperen.
-
F Het wasmiddel toevoegen
Het is belangrijk juist te doseren, want . .
. . . gebruikt u te weinig wasmiddel,
dan wordt het wasgoed niet proper
en na verloop van tijd ook grauw en hard.
dan vormen er zich vetluizen op het
wasgoed
dan hecht er zich kalk op de verwar
mingselementen
. . . gebruikt u te veel wasmiddel,
– dan wordt er te veel schuim ge-
vormd, wat het effect van de wasbe­wegingen verzwakt. De was-, spoel­en centrifugeerresultaten gaan dan ook achteruit.
Zo wast u juist
-
Trek de wasmiddellade ietwat uit.
^
Giet het wasmiddel in de vakjes:
i = Wasmiddel voor de voorwas
(indien gekozen, bevolen hoeveelheid wasmiddel
1
/3van de aan-
– dan stijgt het waterverbruik. Wegens
het vele schuim wordt er immers au­tomatisch een bijkomende spoel­beurt ingelast.
dan belast u het milieu
j = Wasmiddel voor de hoofd-
was en het inweken
p = Wasverzachter, vormspoeler
of vloeibaar stijfsel.
Meer details over wasmiddelen en de dosering ervan vindt u in de rubriek "Wasmiddelen".
^
Schuif de wasmiddellade in.
G Het buitendeksel sluiten
19
Zo wast u juist
H Een programma kiezen
Draai de programmakeuzeknop op
^
het gewenste programma.
I Een centrifugeertoerental kiezen
J Extra functies kiezen
Met de bovenste toets kiest u in deze volgorde een van de extra functies: In weken of Voorwas of Kort of geen keu ze.
Met de onderste toets kiest u de extra functie Extra water.
^ Kies de gewenste extra functie.
U kunt niet alle extra functies bij alle wasprogramma's kiezen.
-
-
^
Druk zo vaak op de toets "Centrifuge ren" tot het controlelampje van het gewenste toerental aangaat.
20
Kunt u een bepaalde extra functie niet kiezen, dan is die voor het was programma niet toegelaten.
-
-
Loading...
+ 44 hidden pages