Lees absoluut uw gebruiksaanwijzing voor
u het toestel installeert en in gebruik neemt.
Zo zorgt u voor uw veiligheid
en vermijdt u schade aan uw toestel.
nl-BE
M.-Nr. 07 616 840
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu
Recycleerbare verpakking
De verpakking behoedt het toestel voor
transportschade. Er werd materiaal ge
kozen, dat door het milieu wordt verdra
gen en opnieuw kan worden benut.
Door de verpakking weer in kringloop
te brengen, wordt er grondstof ge
spaard en verkleint de afvalberg. Geef
deze stoffen dus niet met het gewone
vuilnis mee. Breng ze liever naar het
dichtstbijzijnde gemeentelijk container
park. Waar u dat vindt, komt u zeker bij
uw gemeentebestuur aan de weet.
-
Het afdanken van het apparaat
Oude elektrische en elektronische ap
paraten bevatten vaak nog waardevolle
materialen. Ze bevatten echter ook
schadelijke stoffen die voor het functio
neren en de veiligheid van het apparaat
nodig waren. Als u het apparaat bij het
gewone afval doet of bij verkeerde be
handeling kunnen deze stoffen schade
lijk zijn voor de gezondheid en het
milieu. Verwijder het afgedankte appa
raat dan ook nooit met het gewone af
val.
Bij de aankoop van uw nieuw toestel
heeft u een bijdrage betaald. Die wordt
volledig gebruikt voor de toekomstige
recyclage van dat toestel. Dat bevat
trouwens nog waardevol materiaal.
Door te recycleren wordt er dan ook
minder verspild en vervuild.
Als u vragen heeft omtrent het afdanken van uw oud toestel, neem dan
contact op met
-
-
-
-
-
-
–
de handelaar bij wie u het kocht
of
–
de firma Recupel,
telefoon 02 706 86 10,
website: www.recupel.be
of
–
uw gemeentebestuur als u uw toestel
naar een containerpark brengt.
Zorg er ook voor dat het toestel intus
sen kindveilig wordt bewaard voor u het
laat wegbrengen.
2
-
Inhoud
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2
Personen die door hun fysieke,
Deze wasautomaat voldoet aan de
voorgeschreven veiligheidsvoor
schriften. Door ondeskundig gebruik
kunnen gebruikers echter letsel op
lopen en kan er schade optreden
aan het toestel.
Lees de gebruiksaanwijzing voor u
uw wasautomaat in gebruik neemt.
U vindt er belangrijke opmerkingen
omtrent uw veiligheid, het gebruik
en het onderhoud van uw wasauto
maat. Dat is veiliger voor uzelf en u
vermijdt schade aan uw wasauto
maat.
Bewaar de gebruiksaanwijzing goed
en geef ze door aan wie het toestel
eventueel na u gebruikt.
-
-
Juist gebruik
Deze wasautomaat is uitsluitend be-
~
doeld voor huishoudelijk gebruik en
voor het wassen van stoffen waarvan
de fabrikant op het wasetiket heeft aan
gegeven dat ze in de machine mogen
worden gewassen. Indien de machine
voor andere doeleinden wordt gebruikt
kan mogelijk schade optreden. Miele is
niet verantwoordelijk voor schade die
wordt veroorzaakt door een ander ge
bruik dan wat hier wordt vermeld of
door foutieve bediening.
~
zintuiglijke of geestelijke mogelijkheden
of hun onervarenheid of gebrek aan
kennis niet in staat zijn om de wasauto
-
maat veilig te bedienen, mogen deze
wasautomaat alleen onder het toezicht
of de begeleiding van een verant
woordelijk iemand gebruiken.
Kinderen in het huishouden
Zie toe op kinderen nabij de wasau
~
tomaat. Laat ze nooit met de wasauto
maat spelen.
Kinderen mogen de wasautomaat
~
alleen maar gebruiken wanneer hen de
bediening ervan zo uitgelegd is dat ze
deze veilig kunnen bedienen. Kinderen
moeten de eventuele risico's van een
foutieve bediening kunnen beseffen.
Denk eraan dat de ronde glazen
~
deur heet wordt wanneer u op hoge
temperaturen wast.
Voorkom daarom dat kinderen tijdens
de werking de ronde glazen deur aanraken.
-
-
-
-
-
-
6
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Technische veiligheid
Vóórdat de wasautomaat wordt op
~
gesteld, controleert u of het toestel
zichtbaar beschadigd is.
Een beschadigde wasautomaat mag u
niet opstellen en in gebruik nemen.
Op het typeplaatje van de wasauto
~
maat vindt u gegevens in verband met
de aansluiting van uw toestel (zekering,
spanning en frequentie). Alvorens u de
wasautomaat aansluit, vergelijkt u deze
gegevens met die van uw elektrische
installatie. Vraag eventueel uitleg aan
een elektricien als u niet zeker bent.
De elektrische veiligheid van deze
~
wasautomaat wordt enkel gewaarborgd
als het toestel op een aardsysteem
aangesloten is dat volgens de voorschriften werd geïnstalleerd.
Het is heel belangrijk dat aan deze fundamentele veiligheidsvoorwaarde is
voldaan. In geval van twijfel dient u uw
installatie door een vakman of vakvrouw
te laten nakijken.
Miele kan niet aansprakelijk gesteld
worden voor schade die werd veroor
zaakt doordat de aardleiding onderbro
ken was of gewoon ontbrak.
Gebruik om veiligheidsredenen
~
geen verlengsnoer. Gebruik van een
verlengsnoer verhoogt het risico op
oververhitting en daarmee op brand.
-
-
-
Door ondeskundig uitgevoerde re
~
paraties kunnen er onvoorziene risico's
ontstaan voor de gebruiker. Daarvoor
kan de fabrikant niet aansprakelijk wor
den gesteld. Reparaties mag u uitslui
tend laten uitvoeren door vakmensen
die door Miele erkend zijn.
Is het aansluitsnoer beschadigd,
~
laat het dan vervangen door een vak
man die door Miele erkend is. Zo ver
mijdt u risico's voor wie het toestel ge
bruikt.
Bij storingen of bij een reinigings- en
~
onderhoudsbeurt is de wasautomaat al
leen dan van het elektriciteitsnet losgekoppeld in de volgende gevallen:
– de stekker van de wasautomaat is uit
het stopcontact getrokken, of
– de zekering op uw elektrische instal-
latie is uitgeschakeld, of
– de schroefzekering op uw elektrische
installatie is helemaal uitgedraaid.
Sluit uw wasautomaat enkel met een
~
nieuwe toevoerslang en de vereiste toe
behoren aan op de waterleiding. Ge
bruik oude slangen, bv. van het vorige
toestel, niet opnieuw.
-
-
-
-
-
-
-
-
-
Laat defecte onderdelen enkel
~
vervangen door originele Miele-ver
vangstukken. Enkel dan bent u zeker
dat ze ten volle voldoen aan de eisen
die Miele qua veiligheid stelt.
-
7
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Als u dit toestel niet op een vaste
~
plaats installeert, bijv. op een schip,
laat dit karwei dan enkel uitvoeren door
vakmensen. Die moeten ervoor zorgen
dat u het toestel veilig kunt gebruiken.
Geen veranderingen aan de wasau
~
tomaten doen, die niet uitdrukkelijk
door Miele toegelaten zijn.
Efficiënt gebruik
Stel uw wasautomaat niet op in een
~
vertrek waar het kan vriezen. Bevroren
waterslangen kunnen onder druk
scheuren of springen. De betrouwbaar
heid van de elektronische elementen
kan door temperaturen onder het vriespunt in het gedrang komen.
Verwijder de transportbeveiliging op
~
de achterzijde voor u uw toestel in gebruik neemt. Zie rubriek "Opstellen en
aansluiten", alinea "Transportbeveiliging
verwijderen". Als die beveiliging niet
verwijderd is, kan die tijdens het centrifugeren schade toebrengen aan het
toestel. Ook aan meubelen of appara
ten ernaast kan er schade optreden.
-
Doe de waterkraan dicht bij langere
~
afwezigheid (bijv. vakantie). Vooral
wanneer er zich vlakbij het toestel geen
afvoer in de vloer bevindt.
Overstromingsgevaar!
~
Voor u de afvoerslang in een spoelbak
hangt, dient u te controleren of het wa
ter vlot genoeg wegvloeit.
Maak de waterafvoerslang vast opdat
ze niet zou wegglijden! Door de
terugstoot van het wegvloeiende water
kan de slang anders uit de spoelbak
worden geslingerd.
Let erop dat er geen voorwerpen zo
~
als spijkers, naalden, geldstukken of
paperclips worden meegewassen.
Deze voorwerpen kunnen schade toebrengen aan onderdelen van het toestel, bijv. aan kuip of trommel. Deze beschadigde onderdelen kunnen op hun
beurt uw was beschadigen.
Als u het wasmiddel juist doseert,
~
hoeft u uw toestel niet te ontkalken. Is
uw toestel zo erg verkalkt dat het moet
worden ontkalkt, gebruik dan speciaal
ontkalkingmiddel met corrosiebescher
ming. Dit middel kunt u bij uw Mielehandelaar of de Technische Dienst van
Miele verkrijgen. Volg de gebruiksaan
wijzing van het ontkalkingmiddel strikt
op.
-
-
-
-
8
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Wasgoed dat met oplosmiddelhou
~
dende reinigingsmiddelen behandeld
is, moet voordat het in de wasautomaat
wordt gewassen, grondig in zuiver wa
ter worden uitgespoeld.
Gebruik in dit toestel nooit reini
~
gingsmiddelen die oplosmiddel (bijv.
wasbenzine) bevatten. Er kan namelijk
schade optreden aan sommige onder
delen van het toestel. Er kunnen ook
giftige dampen ontstaan. Bovendien
bestaat er bij deze middelen brand- en
ontploffingsgevaar.
Gebruik in dit toestel nooit reini
~
gingsmiddelen die oplosmiddel (bijv.
wasbenzine) bevatten. Die kunnen
schade toebrengen aan vochtige kunststof oppervlakken.
Kleurmiddelen dienen voor gebruik
~
in wasautomaten geschikt te zijn. Ze
mogen enkel in beperkte mate - zoals
voor een huishouden - worden gebruikt.
Volg de gebruiksaanwijzing van de fabrikant strikt op.
-
-
-
-
-
Toebehoren
Alleen toebehoren die Miele uitdruk
~
kelijk heeft goedgekeurd, mogen wor
den gemonteerd of ingebouwd.
Worden er andere onderdelen gemon
teerd of ingebouwd, dan vervalt het
recht op waarborg en/of productaan
sprakelijkheid.
Miele is niet aansprakelijk voor scha
de die ontstaan is doordat deze vei
ligheidsrichtlijnen niet in acht wer
den genomen.
-
-
-
-
-
-
-
Ontkleuringsmiddel kan wegens zijn
~
zwavelhoudende verbindingen corrosie
tot stand brengen. U mag geen ont
kleuringsmiddel in uw wasautomaat ge
bruiken.
Als er vloeibaar wasmiddel in uw
~
ogen terechtkomt, spoel ze dan met
zuiver lauwwarm water uit. Bij inslikken,
direct een arts raadplegen. Personen
met gekwetste of gevoelige huid moe
ten elk contact met het vloeibare was
middel mijden.
-
-
-
-
9
Bediening
Bedieningspaneel
a Display
meer informatie op de volgende
bladzijde.
b Toets Start
start het wasprogramma
c Toetsen voor de bijkomende func-
ties
om de bijkomende functies te kiezen
Met de bovenste toets kunt u tussen
de bijkomende functies Kort, Voor-was, Inweken kiezen.
Met de onderste toets kunt u de bij
komende functie Extra water kiezen.
Verklikkerlichtje aan = gekozen
Verklikkerlichtje uit = niet gekozen
d Verklikkerlichtjes voor het centri
fugeertoerental
e Toets centrifugeren
om het centrifugeertoerental te wijzi
gen of om spoelstop of zonder centrifugeren te kiezen
f Programmakiezer
om een basiswasprogramma en de
daarbijbehorende temperatuur te
kiezen. Deze knop kunt u zowel naar
rechts als naar links draaien.
g Aanduiding programmaverloop
informeert tijdens het wasprogramma
over de programmafase die bereikt
is.
h Verklikkerlichtjes voor service en
storingen
-
i Toets _
in-/uitschakelen of programma on
derbreken
j Toets Deur
-
-
-
opent de vuldeur
-
10
Bediening
Display
Het display toont:
de programmaduur (aanduiding rest
–
tijd)
de programmeerfuncties
–
De wasduur
Na de start van het programma wordt
de waarschijnlijke programmaduur in
uren en minuten aangegeven.
Tijdens de eerste 10 minuten berekent
de wasautomaat de hoeveelheid was
goed en de mate waarin dat water opneemt. Daardoor kan de programmaduur verkorten of verlengen.
Programmeerfuncties
Met de programmeerfuncties kunt u de
wasautomaat aan uw eigen behoeften
aanpassen. In de programmeerstatus
wordt de gekozen functie op het dis
play weergegeven.
-
-
11
Het toestel in bedrijf stellen
Laat het toestel voor de eerste was
beurt degelijk opstellen en aan
sluiten. Hou daarbij rekening met de
rubriek "Opstellen en aansluiten".
Bij deze wasautomaat werd een vol
ledige functietest doorgevoerd, waar
door er zich nog water in de trommel
kan bevinden.
Uit veiligheidsoverwegingen kan u het
toestel niet laten centrifugeren voordat
het voor het eerst in bedrijf werd ge
steld. Om het centrifugeren te laten
werken dient u eerst een wasprogramma zonder wasgoed
middel te laten uitvoeren.
Gebruikt u wasmiddel, dan kan er
overdreven schuim worden gevormd!
Meteen wordt dan ook het kogelventiel
in de waterafvoer geactiveerd. Dit ventiel zorgt ervoor dat het wasmiddel volledig wordt benut.
en zonder was-
-
-
-
-
-
^
Draai de waterkraan open.
^
Druk de toets _ in.
^
Draai de programmakiezer op
Bont 60°C.
^
Druk op de toets Start.
Na afloop van dit programma is de in
bedrijfstelling afgesloten.
12
-
Milieuvriendelijk wassen
Stroom- en waterverbruik
Benut de maximumlading die bij elk
–
wasprogramma wordt opgegeven.
Dan zijn het stroom- en waterver
bruik, in verhouding tot de totale hoe
veelheid wasgoed, het geringst.
Gebruik de programma's Automatic
–
en Express voor kleinere hoeveelhe
den wasgoed.
Bij een kleine lading in het program
–
ma Wit/Bont vermindert de wasauto
maat automatisch het water, de tijd
en de energie die nodig zijn. Het kan
dus gebeuren dat de aangeduide
programmaduur in de loop van een
wasprogramma wordt aangepast.
– Gebruik in plaats van het programma
Wit/bont 95°C het programma Wit/
bont 60°C. Zo spaart u tussen 35 à
45 % stroom. Voor het meeste vuil is
dit programma ruim voldoende. Bij
hardnekkig of ouder vuil gebruikt u
de bijkomende functie Inweken.
–
Maak gebruik van de bijkomende
functie Inweken in plaats van Voor
-
was. Tijdens het inweken en de daar
opvolgende hoofdwas wordt dan het
zelfde sop gebruikt.
Wasmiddel
Gebruik telkens maar zoveel was
–
middel als op de verpakking staat
aangegeven.
Gebruik bij kleinere ladingen minder
–
wasmiddel (ca.
1
/3minder wasmiddel
bij een halve lading).
-
De juiste bijkomende functie kiezen
(Kort, Inweken, Voorwas)
-
Kies voor:
lichtjes vuil wasgoed
–
zonder zichtba
re vlekken een wasprogramma met
de bijkomende functie Kort.
– normaal tot sterk vervuild wasgoed
met zichtbare vlekken een wasprogramma zonder bijkomende functie.
– heel sterk vervuild wasgoed
wasprogramma met de bijkomende
functie Inweken.
– wasgoed met een grote hoeveelheid
vuil (bijv. stof, zand) de bijkomende
functie Voorwas.
-
Tip voor het aansluitende machinale
-
drogen
Kies het hoogst mogelijke centrifu
geertoerental dat het wasprogramma te
bieden heeft. Zo spaart u achteraf
stroom bij het drogen in een trommel
droger.
-
-
een
-
-
13
Zo wast u juist
Korte handleiding
De zinnen met de getallen (A, B,
C,...)kanualsbeknopte handleiding
gebruiken.
A Het wasgoed voorbereiden
^ Maak de zakken leeg.
,
Metalen voorwerpen als spijkers,
geldstukken, papierklemmen kunnen het wasgoed en onderdelen van
de machine beschadigen.
De vlekken vooraf behandelen
^
Verwijder eventuele vlekken uit het
textiel voor u het wast. Doe dat bij
voorkeur terwijl de vlekken nog vers
zijn. Dop de vlekken weg met een
doekje dat geen kleur afgeeft. Niet
wrijven!
Speciale vlekken als die van bloed, eie
ren, koffie, thee e.d. kan u vaak met
een truukje wegkrijgen. Zo u problemen
heeft met bevlekt textiel, kan u bij uw
Miele-handelaar of rechtstreeks in het
Miele-filiaal een boekje met tips over
het behandelen van speciale vlekken
krijgen.
Bij de behandeling van textiel
,
met een schoonmaakmiddel op ba
sis van oplosmiddel (schoonmaak
benzine) zie erop toe dat er geen
kunststof in contact komt met het
schoonmaakmiddel.
Gebruik nooit synthetische reini
,
gingsmiddelen (die oplosmiddel
bevatten) in uw wasautomaat!
Het wasgoed sorteren
^ Sorteer het textiel volgens de kleur en
de symbolen op het onderhoudsetiket. Dat vindt u in kragen en zomen.
Donker textiel vertoont de neiging bij de
eerste wasbeurten kleur te verliezen.
Om geen wasgoed te laten verkleuren,
wast u licht en donker textiel het best
apart.
Algemene tips
–
Bij gordijnen: de gordijnrolletjes en
de loden band afnemen. U kan de
gordijnen ook in een zak steken.
–
Bij bh's: geloste bh-beugels vast
naaien of verwijderen.
–
Bij breigoed, jeans, broeken, t-shirts
en sweaters: binnenstebuiten keren
zo de fabrikant dat aanbeveelt.
–
Doe ritssluitingen, haakjes en oogjes
voor het wassen dicht.
–
Knoop kussens en slopen dicht. Zo
komen er geen kleine spulletjes in te
recht.
Was in deze machine nooit textiel met
de aanduiding niet wasbaar (onder
houdssymbool h).
-
-
-
-
-
-
14
Zo wast u juist
B De wasautomaat inschakelen
C De wasautomaat laden
Open de vuldeur met de toets Deur.
^
Leg de was opengevouwen en losjes
^
in de trommel. Door textiel van ver
schillend formaat in de trommel te
stoppen, verbetert het waseffect en
raakt de was tijdens het centrifugeren
beter verdeeld.
Bij de maximumlading zijn het stroomen waterverbruik het laagst in verhou
ding tot de totale lading. Als u te veel
wasgoed laadt, vermindert het wasre
sultaat en komen er meer kreuken in de
was voor.
Let erop dat er geen wasgoed tussen de deur en de dichtingring geklemd zit.
-
-
-
D Programma kiezen
^ Draai de programmakiezer op het
gewenste programma.
Op het display staat de waarschijnlijke
programmaduur.
^
Doe de vuldeur met een lichte zwaai
dicht.
15
Zo wast u juist
E Een bijkomende functie selecteren
Met de bovenste toets kiest u de bijko
mende functies in de onderstaande
volgorde: Kort of Voorwas of Inweken of
geen keuze.
Met de onderste toets kiest u de bijko
mende functie Extra water.
^ Kies de gewenste bijkomende func-
tie.
Niet bij elk wasprogramma kunt u alle
bijkomende functies kiezen.
-
-
F Een centrifugeertoerental kiezen
Druk zo vaak op de toets "Centrifuge
^
ren" tot het verklikkerlichtje van het
gewenste toerental aangaat.
-
Kunt u een bepaalde bijkomende
functie niet kiezen, dan is dat voor dit
wasprogramma niet toegelaten.
16
G Het wasmiddel toevoegen
Het is belangrijk juist te doseren, want
...
. . . gebruikt u te weinig wasmiddel, dan
wordt het wasgoed niet proper en na
–
verloop van tijd ook grauw en hard.
vormen er zich vetluizen op het was
–
goed
hecht er zich kalk op de verwar
–
-
mingselementen
. . . Gebruikt u te veel wasmiddel,
dan wordt er te veel schuim gevormd
–
wat het effect van de wasbewegingen verzwakt. De was-, spoel- en
centrifugeerresultaten gaan dan ook
achteruit.
– dan stijgt het waterverbruik. Wegens
het vele schuim wordt er immers automatisch een bijkomende spoelbeurt ingelast.
– dan wordt het milieu zwaarder belast
Zo wast u juist
-
Trek de wasmiddellade ietwat uit.
^
Giet het wasmiddel in de vakjes:
i
Wasmiddel voor de voorwas
(opsplitsing van de totaal aanbevolen hoeveelheid wasmiddel:
vakje i en
j
Wasmiddel voor de hoofdwas alsook
voor het inweken
§
2
/3in vakje j)
1
/3in
Wasverzachter, vormspoeler of vloei
baar stijfsel
^
Sluit de wasmiddellade.
Meer details over wasmiddelen en de
dosering ervan vindt u in de rubriek
"Wasmiddel".
-
17
Zo wast u juist
H Een programma starten
Druk op de knipperende toets Start.
^
De waarschijnlijke programmaduur ver
schijnt op het display. Tijdens de eerste
10 minuten berekent de wasautomaat
hoeveel water het wasgoed kan opne
men. Daardoor kan de programmaduur
verkorten of verlengen.
I Het wasgoed uit de trommel ne
men
Het verklikkerlichtje Kreukbescherming/
einde signaleert het programma-einde.
^ Open de vuldeur met de toets Deur.
^ Neem het wasgoed uit de trommel.
Vergeet geen stukken wasgoed in
de trommel! Dat kan bij de daaropvolgende wasbeurt krimpen of ander
wasgoed verkleuren.
-
-
-
Zie na of er niets in de dichtingring
^
achtergebleven is.
^ Druk op de toets _ en laat hem uit-
springen. Draai de programmakiezer
daarna op Einde.
^ Sluit de vuldeur. Anders bestaat het
risico dat er onverhoeds voorwerpen
in de trommel terechtkomen. Die kunnen dan per vergissing mee worden
gewassen en het wasgoed beschadigen.
18
Bijkomende functies
U kunt de wasprogramma's met bijko
mende functies aanvullen.
-
Kort
Voor lichtjes vuil wasgoed zonder
zichtbare vlekken.
De duur van de hoofdwas wordt inge
kort.
In de programma's Donker wasgoed en
Jeans worden er 2 in plaats van 3
spoelbeurten uitgevoerd.
-
Voorwas
Voor wasgoed waarin veel vuil zit, bijv.
stof en zand.
Inweken
Voor erg vuil wasgoed en wasgoed
met eiwithoudende vlekken, bijv. van
bloed, vet en cacao.
Extra water
Laat u het wasproces liever met meer
water verlopen, dan kunt u uit vier in
stellingen voor de toets Extra water kie
zen. Die zijn nader toegelicht in de ru
briek "Programmeerfuncties", alinea
"Extra water".
In de fabriek werd uw toestel zo inge
steld dat het, nadat u de toets Extra water ingedrukt hebt, zowel bij het wassen
als bij het spoelen meer water gebruikt.
-
-
-
-
-
–
De inweektijd kunt u, in stappen van
30 minuten, instellen van 30 minuten
tot 2 uur.
–
De fabrieksinstelling bedraagt 2 uur.
Hoe u dat moet programmeren, staat
beschreven in de rubriek "Program
meerfuncties", alinea "Inweken".
-
19
Centrifugeren
Eindtoerental
Programma´sOmw/min
Wit/Bont1600
Kreukherstellend1200
Fijn wasgoed600
Automatic900
Donker wasgoed1200
Overhemden600
Jeans900
Express1600
Zijde400
Wol1200
Pompen/Centrifugeren1600
Extra spoelen/stijven1200
U kunt het eindtoerental verminderen.
Een hoger toerental dan hierboven vermeld kunt u echter niet kiezen.
Centrifugeren voor en tussen de
spoelbeurten
Het wasgoed wordt na de hoofdwas en
tussen de spoelbeurten gecentrifugeerd. Zo het eindtoerental beperkt
werd, gaat dit eveneens op voor het
toerental voor en tussen de spoel
beurten. In het programma Wit/bont
wordt er een extra spoelbeurt ingelast
als het toerental kleiner is dan 700 t/
min.
-
Niet centrifugeren op het einde van
het programma (Spoelstop)
Kies de instelling Spoelstop. Het
^
wasgoed blijft na de laatste spoel
beurt in het water liggen. Daardoor
wordt de kreukvorming beperkt in
dien u de was niet meteen na het
einde van het programma uit de
trommel haalt.
Centrifugeren op het einde van het
–
programma starten:
Het verklikkerlichtje Spoelstop van
de toets "centrifugeren" licht op. Kies
via de toets "centrifugeren" het gewenste toerental. De wasautomaat
begint te centrifugeren.
– Programma beëindigen
:
Druk op de toets Deur. Het water
wordt weggepompt. Druk daarna
nog eens op toets Deur om de vuldeur te openen.
Zonder centrifugeren tussen de
spoelbeurten en op het einde van het
programma
^
Kies de instelling Zonder centrifuge
ren. Na de laatste spoelbeurt wordt
het water weggepompt en de kreuk
bescherming ingeschakeld. Bij deze
instelling wordt er in de programma's
Wit/Bont, Kreukherstellend en Auto
-
matic een bijkomende spoelbeurt in
gelast.
-
-
-
20
Loading...
+ 44 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.