Lees beslist de gebruiksaanwijzing
voordat u uw wasautomaat plaatst,
installeert en in gebruik neemt.
Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt
onnodige schade aan uw apparaat.
nl-NL
M.-Nr. 09 244 600
Een bijdrage aan de bescherming van ons milieu
Het verpakkingsmateriaal
De verpakking beschermt het apparaat
tegen transportschade.
Het verpakkingsmateriaal is uitgekozen
omdat dit het milieu relatief weinig be
last en kan worden hergebruikt.
Door hergebruik van verpakkingsmate
riaal wordt er op grondstoffen bespaard
en wordt er minder afval geproduceerd.
Uw vakhandelaar neemt de verpakking
in het algemeen terug.
-
Het afdanken van het apparaat
Oude elektrische en elektronische ap
paraten bevatten meestal nog waarde
volle materialen.
Ze bevatten echter ook schadelijke
stoffen die nodig zijn geweest om de
apparaten goed en veilig te laten functi
oneren. Wanneer u uw oude apparaat
bij het gewone afval doet of er op een
andere manier niet goed mee omgaat,
kunnen deze stoffen schadelijk zijn voor
de gezondheid en het milieu.
Verwijder uw oude apparaat dan ook
nooit samen met het gewone afval,
maar lever het in bij een gemeentelijk
inzameldepot voor elektrische en elektronische apparatuur.
Vraag uw handelaar indien nodig om
inlichtingen.
-
-
-
Het afgedankte apparaat moet tot die
tijd buiten het bereik van kinderen wor
den opgeslagen.
2
-
Inhoud
Een bijdrage aan de bescherming van ons milieu .......................2
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen.............................6
Bediening van de wasautomaat .....................................10
Deze wasautomaat voldoet aan de
voorgeschreven veiligheidsbepalin
gen.
Ondeskundig gebruik kan persoon
lijk letsel en schade aan het appa
raat veroorzaken.
Lees de gebruiksaanwijzing daarom
eerst aandachtig door voordat u uw
apparaat voor het eerst gebruikt.
Hierin vindt u belangrijke instructies
betreffende de veiligheid, het ge
bruik en het onderhoud.
Dat is veiliger voor uzelf en u voor
komt onnodige schade aan uw apparaat.
Bewaar deze gebruiksaanwijzing en
geef deze door aan de eventuele
volgende eigenaar.
-
Efficiënt gebruik
Deze wasautomaat is uitsluitend be-
~
stemd voor huishoudelijk of daarmee
vergelijkbaar gebruik.
Deze wasautomaat is uitsluitend be
~
stemd voor gebruik binnenshuis.
Deze wasautomaat is uitsluitend be
~
stemd voor het wassen van textiel dat
-
volgens de aanwijzingen van de fabri
kant op het onderhoudsetiket in de
wasautomaat mag worden gewassen.
-
Gebruik voor andere doeleinden kan
-
-
gevaarlijk zijn. De fabrikant is niet ver
antwoordelijk voor schade die wordt
veroorzaakt door een ander gebruik
dan hier aangegeven of door een fou
tieve bediening.
Personen die op grond van hun
~
fysieke of psychische gesteldheid, hun
onervarenheid of gebrek aan kennis
van dit apparaat niet in staat zijn om het
veilig te bedienen, mogen het alleen
gebruiken als ze onder toezicht staan
van of worden geïnstrueerd door een
verantwoordelijk persoon.
-
-
-
-
Wanneer er kinderen in huis
zijn
Wanneer er kinderen in de buurt van
~
het apparaat zijn, houd ze dan goed in
de gaten.
Zorg ervoor dat ze er niet mee gaan
-
spelen.
Kinderen vanaf acht jaar mogen het
~
apparaat alleen dan zonder toezicht
gebruiken, wanneer ze weten hoe het
werkt en wat voor gevaar zij lopen wan
neer ze het fout bedienen.
-
Wanneer u met hoge temperaturen
~
wast, bedenk dan dat het glas van de
deur heet wordt.
Zorg ervoor dat kinderen het glas tij
dens een wasprogramma niet aanra
ken.
6
-
-
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Technische veiligheid
Controleer vóórdat het apparaat
~
wordt geplaatst, of het zichtbaar be
schadigd is.
Een beschadigde wasautomaat mag
niet worden geplaatst en niet in gebruik
genomen.
Vergelijk vóórdat u de wasautomaat
~
aansluit de aansluitgegevens (zekering,
spanning en frequentie) op het type
plaatje met die van het elektriciteitsnet.
Deze moeten beslist overeenkomen.
Raadpleeg bij twijfel een elektricien.
De elektrische veiligheid van de
~
wasautomaat is uitsluitend gegarandeerd als deze wordt aangesloten op
een aardingssysteem dat volgens de
geldende veiligheidsbepalingen is geïnstalleerd.
Laat de huisinstallatie bij twijfel door
een vakman / vakvrouw inspecteren.
De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die wordt veroorzaakt door een ontbrekende of beschadigde aarddraad.
Gebruik om veiligheidsredenen
~
geen verlengsnoer.
Dit in verband met gevaar voor bijvoor
beeld oververhitting.
-
-
Reparaties aan de wasautomaat
~
mogen alleen door vakmensen van
Miele worden uitgevoerd.
Ondeskundig uitgevoerde reparaties
kunnen onvoorziene risico's voor de ge
bruiker opleveren, waarvoor de fabri
kant niet aansprakelijk kan worden ge
steld.
Wanneer de aansluitkabel is be
~
schadigd, moet de kabel door erkende
vakmensen worden vervangen.
Wanneer er een storing wordt ver
~
holpen en wanneer de wasautomaat
wordt gereinigd en onderhouden mag
er geen elektrische spanning op de
wasautomaat staan.
Dat is het geval, als aan één van de
volgende voorwaarden is voldaan:
– als de hoofdschakelaar van de huis-
installatie is uitgeschakeld,
– of als de stekker uit de contactdoos
is getrokken.
De wasautomaat mag alleen met
~
een nieuwe slangenset op de waterlei
ding worden aangesloten. Een oude
slangenset mag niet opnieuw worden
gebruikt.
-
-
-
-
-
-
-
Defecte onderdelen mogen alleen
~
door originele Miele-onderdelen wor
den vervangen. Alleen van deze Miele
onderdelen kunnen wij garanderen, dat
zij volledig voldoen aan de veiligheids
eisen die wij stellen aan onze appara
ten en onderdelen daarvan.
-
-
-
-
7
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Deze wasautomaat mag niet op een
~
niet-stationaire locatie (bijv. op een
schip) worden gebruikt.
Breng geen wijzingen aan de was
~
automaat aan die niet nadrukkelijk door
Miele zijn toegestaan.
-
Gebruik
Plaats uw wasautomaat niet in vorst
~
gevoelige ruimten.
Bevroren slangen kunnen scheuren of
barsten en de betrouwbaarheid van de
elektronische besturing kan door tem
peraturen onder het vriespunt afnemen.
Verwijder voordat u de wasautomaat
~
in gebruik neemt de transportbeveiliging aan de achterzijde van het apparaat.
Zie hoofdstuk: "Het plaatsen en aansluiten van de wasautomaat", paragraaf:
"Het verwijderen van de transportbeveiliging".
Wanneer u de transportbeveiliging niet
verwijdert, kan dat bij het centrifugeren
schade veroorzaken aan uw wasauto
maat en aan de meubels / apparaten
die ernaast staan.
-
-
Sluit de kraan af als u langere tijd af
~
wezig bent (bijv. tijdens vakanties), ze
ker als er zich in de buurt van de was
automaat geen afvoer in de vloer zoals
een putje bevindt.
Denk eraan dat er water kan over
~
stromen.
Controleer daarom vóórdat u de water
afvoerslang in een wastafel of wasbak
hangt, of het water snel genoeg weg
stroomt.
Zorg er daarom ook voor dat de afvoer
slang niet weg kan glijden. Wanneer de
slang niet goed vastzit kan hij door de
kracht van het wegstromende water uit
de wastafel of wasbak worden gedrukt.
Let erop dat u voorwerpen zoals
~
spijkers, naalden, munten en paperclips niet meewast.
Deze kunnen namelijk onderdelen van
de wasautomaat beschadigen (bijv.
kuip, wastrommel).
Beschadigde onderdelen kunnen op
hun beurt weer schade aan het wasgoed veroorzaken.
-
-
-
-
-
-
-
8
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Als u het wasmiddel op de juiste
~
manier doseert is het niet nodig dat u
de wasautomaat ontkalkt.
Mocht uw apparaat toch zo sterk ver
kalkt zijn, dat het beslist moet worden
ontkalkt, gebruik daar dan speciale ont
kalkingsmiddelen voor die een anti-cor
rosiemiddel bevatten.
Deze middelen zijn verkrijgbaar via uw
Miele-vakhandelaar of bij de afdeling
Onderdelen van Miele Nederland B.V.
Volg de adviezen voor het gebruik van
de ontkalkingsmiddelen strikt op.
Wasgoed dat met oplosmiddelhou
~
dende reinigingsmiddelen is behandeld, moet vóórdat het in de wasautomaat wordt gewassen, grondig in helder water worden uitgespoeld.
Gebruik in deze wasautomaat nooit
~
reinigingsmiddelen die een oplosmiddel bevatten, zoals wasbenzine.
Doet u dat toch, dan kunnen onderdelen van het apparaat beschadigen en
kunnen er giftige dampen ontstaan. Het
gevaar bestaat dan dat er brand uit
breekt of zich een explosie voordoet.
-
-
-
Ontkleuringsmiddelen kunnen door
~
hun chemische samenstelling corrosie
veroorzaken.
Deze middelen mogen daarom niet in
de wasautomaat worden gebruikt.
Komt er vloeibaar wasmiddel in de
~
ogen terecht, spoel de ogen dan met
veel water schoon.
Wordt dit middel per ongeluk ingeslikt,
bel dan direct de dokter op.
Personen die een gevoelige of bescha
digde huid hebben, kunnen het vloei
baar wasmiddel maar beter niet aanra
ken.
Toebehoren
Alleen originele Miele-toebehoren
~
kunnen worden aan- of ingebouwd.
Wanneer er andere toebehoren worden
aan- of ingebouwd, kan Miele niet voor
de gevolgen instaan en kan er geen
beroep meer worden gedaan op bepalingen met betrekking tot garantie en
productaansprakelijkheid.
-
-
-
Zorg ervoor dat er nooit oplosmid
~
delhoudende reinigingsmiddelen tegen
deze wasautomaat terechtkomen, zoals
wasbenzine.
Dit is slecht voor kunststof oppervlak
ken.
Wanneer u textielverf in de wasauto
~
maat wilt gebruiken, kies dan textielverf
die daar geschikt voor is, gebruik niet
meer verf dan strikt nodig is en neem
de aanwijzingen van de textielverffabri
kant precies in acht.
-
-
Wanneer de veiligheidsinstructies
niet worden opgevolgd, kan de fa
brikant niet verantwoordelijk worden
gesteld voor schade die daar even
tueel het gevolg van is.
-
-
-
-
9
Bediening van de wasautomaat
Bedieningspaneel
a Display
Het display kan verschillende dingen
aangeven.
Zie volgende bladzijde.
b Start - toets
Met deze toets kunt u een wasprogramma starten.
c Toetsen voor de extra functies
Met deze toetsen kunt u extra functies in- of uitschakelen.
Met de bovenste toets kunt u óf Kort
óf Voorwas óf Inweken kiezen.
Met de onderste toets kunt u Extrawater kiezen.
Wanneer u een extra functie in-,
resp. uitschakelt gaat het daarbij be
horende controlelampje branden,
resp. gaat het uit.
d Controlelampjes voor het gekozen
centrifugetoerental, Spoelstop en
Zonder centrifugeren
e Toets voor het centrifugeren
Met deze toets kunt u het gewenste
centrifugetoerental, de Spoelstop of
Zonder centrifugeren instellen.
f Programmakeuzeschakelaar
Met deze schakelaar kunt u het ba
siswasprogramma en een daarbij horende temperatuur instellen.
De programmakeuzeschakelaar kan
rechts- of linksom worden gedraaid.
g Controlelampjes voor het program-
maverloop
Deze controlelampjes laten u tijdens
het wasprogramma zien welke fase
in het programmaverloop is bereikt.
h Andere controlelampjes
Deze controlelampjes geven een
probleem aan.
i I-Aan/0-Uit - toets
Met deze toets kunt u:
de wasautomaat in- en uitschakelen
en het programma onderbreken.
j Deur - toets
Met deze toets kunt u de deur ope
nen.
-
-
10
Bediening van de wasautomaat
Display
Het display geeft aan:
de programmaduur (resttijd);
–
de varianten van de programmeer
–
functies
Programmaduur (resttijd)
Nadat u een programma heeft gestart,
geeft het display in uren en minuten
aan hoe lang dit programma vermoede
lijk gaat duren.
Tijdens de eerste 10 minuten berekent
de wasautomaat hoe lang het duurt
voordat het wasgoed het water heeft
opgenomen en berekent op grond hiervan de belading.
Het is mogelijk dat het programma
daardoor langer of korter gaat duren
dan eerst aangegeven.
-
Programmeerfuncties
U kunt een aantal varianten program
meren om het wasprogramma nog be
ter af te stemmen op het soort wasgoed
en de manier waarop u dit wilt wassen.
Bij het programmeren ziet u de vari
anten in het display.
-
-
-
-
11
Vóór de eerste wasbeurt
Iedere wasautomaat wordt in de fa
briek op zijn werking getest.
Het is mogelijk dat er als gevolg van
deze tests wat water in het apparaat
achterblijft.
Controleer voordat u uw wasauto
maat voor het eerst gebruikt of het
apparaat volgens de regels is ge
plaatst en aangesloten.
Zie hoofdstuk: "Het plaatsen en aan
sluiten van de wasautomaat".
Om veiligheidsredenen is het niet mogelijk om meteen bij de eerste wasbeurt
te centrifugeren. Ter activering van het
centrifugeren moet u eerst een wasprogramma zonder wasgoed
wasmiddel draaien.
Wordt er wel wasmiddel gebruikt kan er
overmatige schuimvorming optreden.
Draait u eerst een wasprogramma zonder wasgoed en zonder wasmiddel
wordt daarmee tegelijk het kogelventiel
geactiveerd.
Het kogelventiel zorgt ervoor dat vanaf
de eerste wasbeurt steeds al het was
middel wordt gebruikt.
en zonder
-
-
-
-
-
^
Draai de kraan open.
^
Druk op de I-Aan/O-Uit - toets.
^
Draai de programmakeuzeschake
laar op Witte / Bonte was 40°C.
^
Druk op de Start - toets.
Na afloop van het programma is de
wasautomaat klaar voor de eerste
wasbeurt.
12
-
Tips om energie en water te besparen
Energie- en waterverbruik
Benut bij ieder programma dat u
–
kiest de maximale beladingscapaci
teit van de trommel.
Het energie- en waterverbruik is dan,
vergeleken met de totale hoeveel
-
heid wasgoed, het laagst.
Gebruik de programma's Automatic
–
en Express voor kleinere hoeveelhe
den wasgoed.
Bij een geringe belading in de pro
–
gramma Witte / Bonte was zorgt de
beladingsautomaat voor een vermin
dering van het water- en energieverbruik en voor een verkorting van de
programmaduur.
– Gebruik in plaats van het programma
Witte / Bonte was 95°C het programma Witte / Bonte was 60°C.
Daarmee bespaart u 35 tot 45%
energie.
In de meeste gevallen is dit genoeg.
Wasmiddelen
Gebruik hoogstens zoveel wasmid
–
-
del als op de wasmiddelverpakking
aangegeven staat.
Reduceer bij geringere beladings
–
hoeveelheden de hoeveelheid was
middel. Bij halve belading kan ca.
minder wasmiddel worden gebruikt.
-
Juiste keuze van extra functies (Kort,
Inweken, Voorwas)
Kies voor:
licht vervuild wasgoed
–
zonder zicht
bare vlekken een wasprogramma
met de extra functie Kort;
– normaal tot sterk vervuild wasgoed
met zichtbare vlekken een wasprogramma zonder extra functie;
– zeer sterk vervuild wasgoed
wasprogramma met de extra functie
Inweken;
een
-
-
-
1
/
3
-
– Gebruik voor wasgoed met hardnek-
kige vlekken of vlekken die er al wat
langer in zitten de extra functie Inweken.
–
Gebruik zoveel mogelijk de extra
functie Inweken in plaats van de ex
tra functie Voorwas.
Bij het inweken en de hoofdwas die
daar direct op volgt wordt hetzelfde
sop gebruikt.
– wasgoed waar veel stof of zand in zit
de extra functie Voorwas.
-
Tip voor machinaal drogen
Wilt u het wasgoed na afloop in de
-
droogautomaat drogen, kies dan het
hoogste centrifugetoerental dat voor dit
wasgoed mogelijk is.
13
Zo wast u goed
Korte handleiding
Wanneer u een kort overzicht wilt heb
ben over hoe u de wasautomaat moet
bedienen, kunt u de met cijfers aange
duide stappen (A, B, C,...)aanhou
den.
A Inspecteer en sorteer het wasgoed
en behandel het voor
Het inspecteren van het wasgoed
^ Maak de zakken leeg.
,
Voorwerpen (spijkers, munten,
paperclips e.d.) kunnen wasgoed en
onderdelen van de wasautomaat be
schadigen.
Keer gebreid of tricot wasgoed bin
^
-
nenstebuiten als de fabrikant dat ad
viseert.
Knoop bed- en kussenovertrekken
^
dicht zodat er geen andere textiel in
terecht kan komen.
Het sorteren van het wasgoed
Sorteer het wasgoed naar kleur en
^
naar de symbolen in het onderhouds
etiket, dat zich in de kraag of in de
zijnaad bevindt.
Was geen textiel dat volgens het on
^
derhoudsetiket niet in de wasautomaat kan worden gewassen. Het
symbool daarvoor is: h.
^ Was licht en donker textiel bij de
eerste wasbeurten apart, want donker textiel geeft dan vaak iets af.
Het voorbehandelen van vlekken
^ Verwijder eventuele vlekken op het
textiel, als het even kan zodra ze ontstaan zijn. Dit is nog belangrijker voor
moeilijke vlekken als thee-, koffie-, eien bloedvlekken.
Neem de vlekken met een tissue af.
Wrijf de vlekken er niet in!
-
-
-
-
^
Sluit de ritsen. Keer kleding met rit
sen eventueel binnenstebuiten.
^
Sluit eventuele haakjes en oogjes.
^
Zorg ervoor dat onderdelen van kle
ding, zoals bh-beugels, niet los kun
nen raken. Maak ze vast of verwijder
ze.
^
Verwijder bij vitrage de haakjes en
het loodband of wikkel de vitrage in
een doek.
14
-
,
Gebruik in geen geval chemi
sche (oplosmiddelhoudende) reini
gingsmiddelen in de wasautomaat!
-
-
-
-
Zo wast u goed
B Schakel de wasautomaat in
C Belaad de wasautomaat
Open de deur met de Deur - toets.
^
Leg het wasgoed uit elkaar gevou
^
wen en losjes in de trommel.
Leg stukken wasgoed van verschil
^
lende grootte in de trommel.
Daardoor wordt een beter wasresultaat
bereikt en kan het wasgoed zich tijdens
het centrifugeren beter verdelen.
Gebruik de maximale belading.
^
Bij een maximale belading is het ener
gie- en waterverbruik, vergeleken met
de totale hoeveelheid wasgoed, het
laagst.
Bij overschrijding van de maximale beladingscapaciteit vallen de wasresultaten tegen en gaat het wasgoed sneller
kreuken.
-
-
-
D Kies een programma
^ Draai de programmakeuzeschake-
laar op het gewenste programma.
Het display geeft de vermoedelijke programmaduur aan.
Let erop dat er niets tussen deur en
manchet beklemd raakt.
^
Sluit de deur met een lichte klap.
15
Zo wast u goed
E Kies eventueel (een) extra func
tie(s)
Met de extra functies kunt u het geko
zen programma nog beter afstemmen
op uw wasgoed.
Met de bovenste toets kunt u de extra
functie Kort of Voorwas of Inweken kie
zen of u kiest geen extra functie.
Met de onderste toets kunt u de extra
functie Extra water kiezen.
-
F Kies het centrifugetoerental
-
-
Druk zo vaak op de toets voor het
^
centrifugeren totdat het controlelampje oplicht van het door u gewenste toerental.
^ Kies de gewenste extra functie.
Wanneer u een extra functie in-, resp.
uitschakelt gaat het daarbij behorende
controlelampje branden, resp. gaat het
uit.
Niet alle extra functies kunnen bij alle
wasprogramma's worden gekozen.
Kiest u een extra functie waarvan het
lampje niet gaat branden, betekent
dat, dat deze functie binnen het was
programma dat u heeft gekozen niet
mogelijk is.
16
-
G Doseer het wasmiddel
Het is belangrijk om niet te weinig en
niet te veel wasmiddel te doseren.
Te weinig wasmiddel heeft tot gevolg
dat
het wasgoed niet schoon en in de
–
loop van de tijd grauw en hard wordt;
er zich vetbolletjes in het wasgoed
–
vormen;
er zich kalk op de kuip en de verwar
–
mingselementen afzet.
Te veel wasmiddel heeft tot gevolg dat
– er zich te veel schuim vormt, de was-
werking daardoor gering is en de
reinigings-, spoel- en centrifugeerresultaten niet optimaal zijn;
– er door een automatisch ingescha-
kelde extra spoelgang meer water
wordt verbruikt;
– het milieu extra wordt belast.
Zo wast u goed
-
Trek de wasmiddellade naar buiten
^
en doseer het middel in de vakjes.
i
Vakje voor de voorwas
Wanneer u de extra functie Voorwas
hebt gekozen, neem dan
totale aanbevolen wasmiddelhoeveelheid.
j
Vakje voor de hoofdwas
en voor het inweken, wanneer u deze
extra functie hebt gekozen.
1
/3van de
§
Vakje voor wasverzachter of stijfsel
^
Schuif de wasmiddellade weer naar
binnen.
Nadere bijzonderheden over wasmid
delen en de dosering daarvan treft u
aan in het hoofdstuk: "Wasmiddelen".
-
17
Zo wast u goed
H Start het programma
De Start - toets is aan het knipperen.
Druk op deze toets.
^
Het display geeft nu in uren en minuten
de vermoedelijke programmaduur aan.
Tijdens de eerste 10 minuten berekent
de wasautomaat hoe lang het duurt
voordat het wasgoed het water heeft
opgenomen en berekent op grond hier
van de belading.
Het is mogelijk dat het programma
daardoor langer of korter gaat duren
dan eerst aangegeven.
I Haal na afloop van het programma
het wasgoed uit de automaat
Wanneer het controlelampje Kreukbeveiliging/Einde brandt, is het program-
ma afgelopen.
^ Open de deur met de Deur - toets.
^ Haal het wasgoed uit de trommel.
^ Controleer of de trommel leeg is.
Blijven er stukken wasgoed in de
trommel liggen, loopt u het risico dat
ze bij de volgende wasbeurt krim
pen of afgeven.
-
-
Controleer of er voorwerpen in de
^
manchet van de deur zijn achterge
bleven.
^ Schakel de wasautomaat met de
I-Aan/0-Uit - toets uit.
^ Draai de programmakeuzeschake-
laar op Einde.
^ Sluit de deur.
Doet u dat niet, dan bestaat het gevaar
dat er voorwerpen per vergissing in de
trommel terechtkomen, worden meegewassen en het wasgoed beschadigen.
-
18
Extra functies
Met de extra functies kunt u het geko
zen programma nog beter afstemmen
op uw wasgoed.
-
Kort
Voor licht vervuild wasgoed zonder
zichtbare vlekken
Met deze functie kunt u de hoofdwas
verkorten.
In de programma's Donker wasgoed en
Jeans worden er 2 in plaats van 3
spoelgangen uitgevoerd.
Voorwas
Voor wasgoed waar veel stof of zand
in zit
Met deze functie kunt u een voorwas instellen.
Inweken
Voor wasgoed dat bijzonder sterk is
vervuild door eiwithoudende vlekken
(bijv. bloed, vet, cacao)
Met deze functie kunt u het wasgoed
vòòr het wassen inweken.
U kunt tussen 4 inweektijden kiezen, te
weten 2 uur, anderhalf uur, 1 uur en 30
minuten.
Op de toets Inweken kuntudege
wenste variant programmeren.
Wanneer de wasautomaat wordt gele
verd is de inweektijd op 2 uur ingesteld.
Voor het wijzigen van de inweektijd zie
hoofdstuk: "Programmeerfuncties", paragraaf: "Inweektijd".
-
-
Extra water
Wanneer u deze functie hebt ingeschakeld, wordt er bij de wasprogramma's
meer water gebruikt.
U kunt tussen vier varianten kiezen.
Op de toets Extra water kuntudege
wenste variant programmeren.
Wanneer de wasautomaat wordt gele
verd, wordt de eerste keer dat u op de
Extra water - toets drukt de waterstand
bij het wassen en spoelen verhoogd.
Voor het wijzigen van de variant zie
hoofdstuk: "Programmeerfuncties", pa
ragraaf: "Systeem extra water".
-
-
-
19
Centrifugeren
Maximaal centrifugetoerental
Het maximale centrifugetoerental kan
van programma tot programma ver
schillen.
ProgrammaOmw/min
Witte / Bonte was1400
Kreukherstellend1200
Fijne was600
Automatic900
Donker wasgoed1200
Overhemden600
Jeans900
Express1400
Zijde400
Wol1200
Pompen/Centrifugeren1400
Extra spoelen/Stijven1200
U kunt een lager toerental instellen.
Het centrifugeren tussen de spoelgangen
Het wasgoed wordt niet alleen aan het
eind, maar ook na de hoofdwas en tus
sen de spoelgangen gecentrifugeerd.
Stelt u een lager centrifugetoerental in,
dan wordt er ook na de hoofdwas en
tussen de spoelgangen met een lager
toerental gecentrifugeerd.
In het programma Witte / Bonte was
wordt bij een toerental van lager dan
700 omw/min een spoelgang ingelast.
-
Het kiezen van de spoelstop
Kies met de toets voor het centrifuge
^
ren Spoelstop.
Het controlelampje Spoelstop brandt.
Het wasgoed blijft na de laatste spoel
gang in het water liggen. Dat heeft het
voordeel dat het wasgoed minder
kreukt wanneer u het niet direct uit de
trommel haalt.
Toch eindcentrifugeren:
–
Kies een toerental.
^
De automaat begint met centrifugeren.
– Beëindigen programma
:
^ Druk op de Deur - toets.
Het water wordt afgepompt.
^ Druk opnieuw op de Deur - toets.
De deur gaat open.
Het overslaan van het centrifugeren
tussen de spoelgangen en het eindcentrifugeren
-
^
Kies Zonder centrifugeren.
Na de laatste spoelgang wordt het wa
ter afgepompt en wordt de kreukbevei
liging ingeschakeld.
In de programma's Witte / Bonte was,
Kreukherstellend en Automatic wordt
een spoelgang ingelast.
-
-
-
-
20
Loading...
+ 44 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.