Lees altijd eerst de gebruiksaanwijzing voordat u het apparaat
plaatst, installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u
voorkomt schade aan het apparaat.
nl-NLM.-Nr. 11 881 170
Inhoud
Uw bijdrage aan de bescherming van het milieu ...........................................6
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen.....................................................7
Bediening van de wasautomaat....................................................................... 15
De verpakking beschermt het apparaat
tegen transportschade. Het verpakkingsmateriaal is uitgekozen met het
oog op een zo gering mogelijke belasting van het milieu en de mogelijkheden
voor recycling.
Door hergebruik van verpakkingsmateriaal wordt er op grondstoffen bespaard
en wordt er minder afval geproduceerd.
Uw vakhandelaar neemt de verpakking
in het algemeen terug.
Het afdanken van een apparaat
Oude elektrische en elektronische apparaten bevatten meestal waardevolle
materialen. Ze bevatten ook stoffen,
mengsels en onderdelen die nodig zijn
geweest om de apparaten goed en veilig te laten functioneren. Wanneer u uw
oude apparaat bij het gewone huisafval
doet of er niet goed mee omgaat, kunnen deze stoffen schadelijk zijn voor de
gezondheid en het milieu. Doe uw oude
apparaat daarom nooit bij het gewone
afval.
Lever het apparaat in bij een gemeentelijk inzameldepot voor elektrische en
elektronische apparatuur, bij uw vakhandelaar of bij Miele. U bent wettelijk
zelf verantwoordelijk voor het wissen
van eventuele persoonlijke gegevens op
het af te danken apparaat. Bewaar het
afgedankte apparaat buiten het bereik
van kinderen.
6
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Deze wasmachine voldoet aan de geldende veiligheidsvoorschriften. Onjuist gebruik kan echter persoonlijk letsel of materiële
schade tot gevolg hebben.
Lees daarom de gebruiksaanwijzing aandachtig door voordat u de
wasmachine in gebruik neemt. Hierin vindt u belangrijke instructies
met betrekking tot de inbouw, de veiligheid, het gebruik en het onderhoud. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt schade aan de
wasmachine.
In overeenstemming met de norm IEC60335-1 adviseert Miele u
uitdrukkelijk om het hoofdstuk over de installatie van de wasmachine en de veiligheidsinstructies en waarschuwingen te lezen en
op te volgen.
Wanneer de veiligheidsinstructies en waarschuwingen niet worden
opgevolgd, kan Miele niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die daarvan het gevolg is.
Bewaar de gebruiksaanwijzing zorgvuldig en geef deze door aan
een eventuele volgende eigenaar.
Als meerdere personen de wasmachine bedienen, moeten de veiligheidsvoorschriften en waarschuwingen voor deze personen toegankelijk worden gemaakt en/of worden uitgelegd.
Verantwoord gebruik
De wasautomaat is uitsluitend bestemd voor wasgoed dat volgens
het wasetiket geschikt is voor machinaal wassen. Ieder ander gebruik kan gevaarlijk zijn. De fabrikant kan niet aansprakelijk worden
gesteld voor schade die wordt veroorzaakt door gebruik voor andere
doeleinden dan hier aangegeven of door foutieve bediening.
De automaat moet overeenkomstig de gebruiksaanwijzing worden
gebruikt, regelmatig worden onderhouden en de werking moet regelmatig worden gecontroleerd.
De wasautomaat is uitsluitend bestemd voor gebruik binnenshuis.
7
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Deze wasautomaat mag ook in openbare ruimtes worden ge-
bruikt.
Personen die op grond van hun fysieke of psychische gesteldheid,
hun onervarenheid of gebrek aan kennis van dit apparaat niet in
staat zijn om het veilig te bedienen, mogen het alleen gebruiken als
ze onder toezicht staan van of worden geïnstrueerd door een verantwoordelijke persoon.
Kinderen onder 8 jaar mogen alleen in de buurt van de wasauto-
maat komen als ze constant onder toezicht staan.
Kinderen vanaf 8 jaar mogen het apparaat alleen zonder toezicht
gebruiken als ze precies weten hoe ze dit veilig moeten bedienen. De
kinderen moeten zich bewust zijn van de gevaren van een foutieve
bediening.
Kinderen mogen de wasautomaat niet zonder toezicht reinigen of
onderhouden.
Houd kinderen in de gaten wanneer deze zich in de buurt van de
wasautomaat bevinden. Laat kinderen nooit met de wasautomaat
spelen.
U mag desinfectieprogramma´s nooit onderbreken, omdat dit een
negatieve invloed op het desinfectieresultaat kan hebben. De desinfectiestandaard van thermische en chemo-thermische procédés
dient te worden bewaakt.
8
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Technische veiligheid
Controleer het apparaat voordat u het installeert en in gebruik
neemt op zichtbare schade. Een beschadigde wasautomaat mag
niet worden geïnstalleerd en in gebruik genomen.
De elektrische veiligheid van de wasautomaat is uitsluitend gega-
randeerd als deze wordt aangesloten op een aardingssysteem dat
volgens de geldende voorschriften is geïnstalleerd.
Het is belangrijk dat wordt nagegaan of aan deze fundamentele veiligheidsvoorwaarde is voldaan. Laat in geval van twijfel de huisinstallatie door een vakman inspecteren.
Miele kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die wordt
veroorzaakt door een ontbrekende of beschadigde aarddraad (bijvoorbeeld door een elektrische schok).
Ondeskundig uitgevoerde reparaties leveren gevaar op voor de
gebruiker. De fabrikant kan hiervoor niet aansprakelijk worden gesteld. Reparaties mogen alleen worden uitgevoerd door vakmensen
die door Miele zijn geautoriseerd, anders kan bij eventuele schade
geen aanspraak op de garantie worden gemaakt.
Breng geen wijzigingen aan de wasautomaat aan die niet uitdruk-
kelijk door Miele zijn toegestaan.
In geval van een storing of bij reinigings- en onderhoudswerk-
zaamheden is de automaat alleen spanningsvrij als:
- de stekker uit de contactdoos is getrokken of
- de hoofdschakelaar van de huisinstallatie uitgeschakeld is of
- de betreffende zekering van de huisinstallatie er helemaal uitgedraaid is.
Zie ook het hoofdstuk “Installatie”, paragraaf “Elektrische aansluiting”.
9
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Wanneer de aansluitkabel is beschadigd, moet de kabel door een
door Miele erkende vakkracht worden vervangen om gevaren voor
de gebruiker te voorkomen.
De wasautomaat mag alleen met een nieuwe slangenset op de
waterleiding worden aangesloten. Een oude slangenset mag niet opnieuw worden gebruikt. Controleer de slangensets regelmatig. U
kunt deze dan tijdig vervangen en waterschade voorkomen.
Defecte onderdelen mogen alleen door originele Miele-onderdelen
worden vervangen. Alleen van deze onderdelen kan Miele garanderen dat zij volledig voldoen aan de veiligheidseisen die Miele aan de
producten stelt.
Het apparaat mag niet met een verlengsnoer, een stekkerdoos of
iets dergelijks op het elektriciteitsnet worden aangesloten in verband
met gevaar voor oververhitting.
Als u het apparaat voor professionele doeleinden gebruikt, moet u
alle betreffende voorschriften in acht nemen. Wij adviseren u, het apparaat periodiek door een deskundige te laten controleren (bijvoorbeeld door Miele). De resultaten van de controles moeten in het zogenaamde machinevolgboek worden vastgelegd (verkrijgbaar bij
Miele).
Deze wasautomaat mag niet op een niet-stationaire locatie (bijv.
op een schip) worden gebruikt.
Volg de aanwijzingen uit de hoofdstukken “Installatie” en “Tech-
nische gegevens”.
Als de wasautomaat een stekker heeft, zorg er dan voor dat u al-
tijd bij de stekker kunt komen om de spanning van de wasautomaat
te halen.
10
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Als er sprake is van een vaste aansluiting, moet de wasautomaat
via een schakelaar met alle polen van de netspanning kunnen worden losgekoppeld.
De wasautomaat kan alleen betrouwbaar en veilig functioneren,
als deze op het openbare elektriciteitsnet is aangesloten.
Veilig gebruik
De maximale beladingscapaciteit is 6,0kg (droog wasgoed). De
beladingscapaciteit voor de specifieke programma's vindt u in het
hoofdstuk “Programma-overzicht”.
Plaats uw wasautomaat niet in een vorstgevoelige ruimte. Bevro-
ren slangen kunnen scheuren of barsten en de betrouwbaarheid van
de elektronische besturing kan door temperaturen onder het vriespunt afnemen.
Verwijder voor de ingebruikneming de transportbeveiliging aan de
achterkant van de wasautomaat (zie hoofdstuk: “Installatie”, paragraaf: “Transportbeveiliging verwijderen”). Wanneer u de transportbeveiliging niet verwijdert, kan dat bij het centrifugeren schade veroorzaken aan uw wasautomaat en aan de meubels/apparaten die ernaast staan.
Sluit de waterkraan als u langere tijd afwezig bent (bijvoorbeeld tij-
dens vakanties), zeker als er zich in de buurt van de wasautomaat
geen afvoer in de vloer bevindt, bijvoorbeeld een putje.
11
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Voorkom dat vreemde voorwerpen (spijkers, naalden, munten, pa-
perclips, etc.) in de wasautomaat terechtkomen. In het bijzonder metaalsplinters, die zich in dweilhoezen kunnen bevinden, moeten voor
het wassen worden uitgeschud. Dergelijke voorwerpen kunnen de
automaat beschadigen (zoals de kuip en de wastrommel). Beschadigde onderdelen kunnen op hun beurt het wasgoed beschadigen.
Als u het wasmiddel op de juiste manier doseert, hoeft u de was-
automaat niet te ontkalken. Moet u toch ontkalken, gebruik dan een
ontkalkingsmiddel dat een anti-corrosiemiddel bevat. Een geschikt
ontkalkingsmiddel is verkrijgbaar bij uw Miele-vakhandelaar en bij
Miele. Volg de aanwijzingen op de verpakking nauwkeurig op.
Controleer of wasgoed, dat met reinigingsmiddel behandeld is,
dat oplosmiddel bevat, in de wasautomaat mag worden gewassen.
Criteria voor deze controle zijn de waarschuwingen, de milieuvriendelijkheid van de producten en verdere gegevens.
Gebruik nooit reinigingsmiddelen die oplosmiddelen bevatten (zo-
als wasbenzine) in de wasautomaat. Onderdelen van de automaat
kunnen beschadigd raken en er kunnen giftige dampen vrijkomen. Er
bestaat brand- en explosiegevaar.
Bewaar en gebruik in de buurt van de automaat geen benzine, pe-
troleum of andere licht ontvlambare stoffen. Brand- en explosiegevaar
12
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Textielverf moet geschikt zijn voor gebruik in een wasautomaat.
Volg de aanwijzingen op de verpakking nauwkeurig op.
Ontkleuringsmiddelen kunnen door hun chemische samenstelling
corrosie veroorzaken. Ontkleuringsmiddelen mogen niet in de wasautomaat worden gebruikt.
Voorkom dat de roestvrijstalen oppervlakken (front, deksel, om-
manteling) in aanraking komen met vloeibare reinigings- en desinfectiemiddelen die chloor of natriumhypochloride bevatten. Deze middelen kunnen op het roestvrije staal corrosie veroorzaken. Agressieve chloordampen kunnen eveneens corrosie tot gevolg hebben. Bewaar geopende verpakkingen van deze middelen daarom niet in de
onmiddellijke omgeving van het apparaat.
Voor de reiniging van het apparaat mag geen hogedrukreiniger of
waterstraal worden gebruikt.
Let bij gebruik en combinatie van speciale reinigingsmiddelen en
speciale producten op de aanwijzingen van de betreffende fabrikant.
Gebruik het middel alleen voor de toepassingen die door de producent zijn aangegeven. Hiermee voorkomt u materiaalschade en
eventuele heftige chemische reacties.
Als u wasmiddelen in de ogen krijgt, spoel deze dan onmiddellijk
uit met veel lauw water. Raadpleeg onmiddellijk een arts als u het
middel per ongeluk inslikt. Personen die een beschadigde of gevoelige huid hebben, kunnen beter niet met het wasmiddel in aanraking
komen.
Wanneer u wasgoed toevoegt of verwijdert tijdens de hoofdwas,
kunt u in contact komen met wasmiddel, vooral als het wasmiddel
van buitenaf wordt gedoseerd. Grijp voorzichtig in de trommel. Spoel
bij huidcontact het wasmiddel onmiddellijk af met lauw water.
13
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Accessoires
Accessoires mogen alleen worden aan- of ingebouwd als deze
nadrukkelijk door Miele zijn vrijgegeven. Als andere onderdelen worden aan- of ingebouwd, vervalt de aansprakelijkheid van Miele op
basis van de garantie en/of de productaansprakelijkheid.
Droog- en wasautomaten van Miele kunnen als was-droogzuil
worden geplaatst. Hiervoor is een specifiek tussenstuk (WTV) nodig
dat kan worden nabesteld. Plaats het tussenstuk dat bedoeld is voor
de betreffende droog- en wasautomaat.
Wilt u een Miele-sokkel plaatsen, dan kunt u deze nabestellen. Let
er dan wel op dat de sokkel bij uw wasautomaat past.
Als de veiligheidsinstructies en waarschuwingen niet worden opgevolgd, kan Miele niet aansprakelijk worden gesteld voor schade
die daarvan het gevolg is.
14
Bedieningspaneel
Bediening van de wasautomaat
a
Sensortoets Taal
Met deze toets kunt u de displaytaal
voor de gebruiker kiezen.
Na afloop van het programma wordt
weer de exploitatietaal weergegeven.
b
Touchscreen met sensortoetsen
Het display toont het gekozen programma.
Met de sensortoetsen in het touchscreen worden de programma-instellingen gekozen.
c
Sensortoets Terug
Hiermee gaat u een niveau terug in
het menu.
d
Sensortoets Start/Stop
Met deze toets kunt u het gekozen
programma starten en een gestart
programma afbreken.
e
Programmaschakelaar
Met deze schakelaar kunt u een wasprogramma kiezen. U kunt de programmaschakelaar rechts- en linksom draaien.
f
Toets
Met deze toets kunt u de wasautomaat in- en uitschakelen.
De wasautomaat wordt automatisch
uitgeschakeld om energie te besparen. Dat gebeurt 15minuten nadat
Programmaeinde/Anti-kreuk is verschenen of na het inschakelen, als er
verder niets gebeurt.
15
Bediening van de wasautomaat
Symbolen op het bedieningspaneel
Rechterkant:
Mops
Mops plus
Mops thermische desinfectie
Mops chemothermische desinfectie
Temperatuur: met de sensortoets Temperatuur kunt u de temperatuur
van het wasprogramma instellen.
Toerental: met de sensortoets Toerental kunt u het centrifugetoerental
van het wasprogramma instellen.
Extra functies: met de sensortoets Extra functies kunt u extra functies bij
een wasprogramma kiezen.
Voorwas: met de sensortoets Voorwas kunt u de extra functie Voorwas
bij een wasprogramma kiezen.
Voorspoelen: met de sensortoets Voorspoelen kunt u kiezen of de was
voor aanvang van het wasprogramma moet worden gespoeld.
Spoelen plus: met de sensortoets Spoelen plus kunt u een extra spoel-
gang bij een wasprogramma kiezen.
Microvezels: met de sensortoets Microvezels kunt u microvezelmops aan
het einde van de hoofdwas voorzichtig afkoelen.
Restvocht: met de sensortoets Restvocht kunt u het restvocht na het
centrifugeren bepalen.
Bediening van de wasautomaat
Centrifugeerduur: met de sensortoets Centrifugeerduur kunt u het rest-
vocht na het centrifugeren bepalen.
Meer opties: met de sensortoets Meer opties kunt u verdere “Opties” in-
stellen.
Exploitatieniveau: met de sensortoets Exploitatieniveau kunt u de instel-
lingen van de wasautomaat veranderen.
Voorprogrammering: met de sensortoets Voorprogrammering kunt u de
starttijd van een programma...
...of de eindtijd
... of de tijd tot de start van het programma instellen.
17
Bediening van de wasautomaat
1400
Mops
60°C
h
0:47
1400
Mops nieuw
0:42
h
60°C
Sensortoetsen en touchscreen
met sensortoetsen
De sensortoetsen , en Start/
Stop en de sensortoetsen in het display
reageren op aanraking met de vingertoppen. Elke aanraking wordt met een
toetssignaal bevestigd. U kunt het volume van het toetssignaal veranderen of
uitschakelen (zie hoofdstuk: “Exploitatieniveau”).
Door puntige of scherpe voorwerpen, zoals pennen, kunnen er
krassen op het bedieningspaneel
met de sensortoetsen en het touchscreen ontstaan.
Tip het bedieningspaneel en het display alleen met uw vingers aan.
Basismenu
Het basismenu van een wasprogramma
toont, afhankelijk van het programma,
verschillende waarden.
- verder te selecteren : de voorpro-
grammering en de instellingen van
het exploitatieniveau
Bij programma's met een variabele temperatuurinstelling:
- het gekozen programma
- de programmaduur
- de ingestelde temperatuur
- het ingestelde centrifugetoerental
- de te kiezen extra functies
- verder te selecteren : de voorpro-
grammering en de instellingen van
het exploitatieniveau
Bij programma's met vaste temperatuurinstelling:
- het gekozen programma met de ingestelde temperatuur
- de programmaduur
- het ingestelde centrifugetoerental
- de te kiezen extra functies
18
Bediening van de wasautomaat
Taal
deutsch
čeština
english
(AU)
dansk
Toerental
800
1000
400
0
1200
1400
Einde om
(vandaag)
10
OK
25:
Voorbeelden voor de bediening
Keuzemenu's
De pijlen en rechts in het display
geven aan dat een keuzemenu ter beschikking staat.
Door sensortoets aan te tippen gaat
u naar beneden in het keuzemenu. Door
sensortoets aan te tippen gaat u naar
boven in het keuzemenu.
Aan de scrollbalk kunt u zien dat er
meer keuzemogelijkheden volgen.
De gekozen waarde wordt door een kader gemarkeerd.
Tip de gewenste waarde aan om deze
te selecteren.
Waarden instellen
U kunt een waarde wijzigen met de pijlen en boven of onder de te wijzigen cijfers.
Tip de pijlen en aan en bevestig de
instelling met sensortoets OK.
Een submenu verlaten
U verlaat het submenu met de sensortoets Terug .
Als u in een submenu een waarde kiest
en de keuze niet met OK bevestigt,
wordt deze waarde als u sensortoets
kiest, niet ingesteld.
Eenvoudige selectie
Als er geen pijlen te zien zijn, kunt u alleen de getoonde waarden kiezen.
De gekozen waarde wordt door een kader gemarkeerd.
Tip de gewenste waarde aan om deze
te selecteren.
19
Eerste ingebruikneming
Taal
deutsch
čeština
english
(AU)
dansk
Schade door onjuist plaatsen en
aansluiten.
Het onjuist plaatsen en aansluiten
van de wasautomaat leidt tot ernstige materiële schade.
Lees het hoofdstuk: “Installatie”.
Trommel leegmaken
In de trommel kan een bocht voor de
afvoerslang en/of montagemateriaal liggen.
Bij de eerste ingebruikneming worden de instellingen voor het dagelijks
gebruik van de wasautomaat vastgelegd. Enkele instellingen kunnen uitsluitend tijdens de eerste ingebruikneming worden gewijzigd. Daarna
kunnen deze alleen nog door een
technicus van Miele worden gewijzigd.
Voer de eerste ingebruikneming geheel uit.
De instellingen zijn ook beschreven in
het hoofdstuk “Exploitatieniveau”.
Displaytaal instellen
U wordt verzocht, de gewenste displaytaal in te stellen. U kunt de taal op
elk gewenst moment aanpassen (zie
hoofdstuk: “Exploitatieniveau”, paragraaf: “Taal”).
Open de deur.
Neem de bocht en het montagemate-
riaal uit de trommel.
Zwaai de deur voorzichtig dicht.
Wasautomaat inschakelen
Druk op de toets.
Het startdisplay licht op.
20
Loop met de sensortoeten en
door de talen, totdat de gewenste
taal in het display verschijnt.
Tip de sensortoets van de gewenste
taal aan.
De gekozen taal is gemarkeerd met een
kader en het display gaat naar de volgende instelling.
Eerste ingebruikneming
Lichtsterkte
–
70
OK
+
%
JaNee
Wilt u de dagtijdweergave
uitschakelen?
Dagtijd
12
OK
05:
Lichtsterkte display instellen
Stel met de sensortoetsen – en + de
gewenste lichtsterkte in en bevestig
de instelling met sensortoets OK.
Het display gaat naar de volgende instelling.
Verwijzing naar externe apparaten
U krijgt een verwijzing naar externe
hardware.
Bevestig met de sensortoets OK.
Sluit de XCI-box of -adapter voor de
eerste ingebruikneming aan of schuif
een communicatiemodule in de moduleschacht. De wasmachine moet op
dat moment spanningsvrij zijn. Begin
pas daarna met de ingebruikneming.
Opvragen tijd bevestigen
Tip sensortoetsja of nee aan.
Als u ja heeft gekozen, wordt de instel-
ling Dagtijd overgeslagen.
Als u nee heeft gekozen, gaat het dis-
play naar de instelling Dagtijd.
Tijd instellen
Stel met de sensortoetsen en de
tijd in en bevestig de instelling met
OK.
Het display gaat naar de volgende instelling.
21
Eerste ingebruikneming
Program.pakketten
Standaard
Prepareren
mops
Standaard
Extra spoelen
OK
Keuze bevestigen
Program.pakketten
Desinfectie
Verder
Betaal-
systeem
Geen
betaalsysteem
Programmagestuurd
Programmapakketten kiezen
Loop met de sensortoetsen en
door de programmapakketten, totdat
het gewenste pakket in het display
verschijnt.
Tip de sensortoets van het program-
mapakket aan.
Het display toont de bijbehorende programma's.
De geactiveerde programma's zijn gemarkeerd met een kader.
Kies nog meer programmapakketten
of bevestig de keuze met sensortoets
Verder.
Het display gaat naar de volgende instelling.
Muntautomaat installeren
Als u een muntautomaat wilt installeren,
lees dan het hoofdstuk “Exploitatieniveau”, paragraaf “Betaalsysteem”.
Als u geen muntautomaat wilt installeren, kunt u de installatie van de muntautomaat overslaan.
Tip sensortoetsGeen betaalsysteem
aan.
Het display gaat naar de volgende instelling.
Tip de sensortoets van de program-
ma's aan.
De programma's worden geactiveerd
(kader) of gedeactiveerd (geen kader).
Bevestig met sensortoets OK.
Het display toont nu weer de programmapakketten.
22
Eerste ingebruikneming
Water
voorwas
KoudWarm
Water
hoofdwas
KoudWarm
Water voorwas kiezen
Tip sensortoets koud aan als de was-
automaat alleen op koud water is
aangesloten of warm, als de wasautomaat op koud en warm water is aangesloten.
Het display gaat naar de volgende instelling.
Water hoofdwas kiezen
Tip sensortoets koud aan als de was-
automaat alleen op koud water is
aangesloten of warm, als de wasautomaat op koud en warm water is aangesloten.
Transportbeveiliging verwijderen
In het display verschijnt een tekst om u
aan het verwijderen van de transportbeveiliging te herinneren.
Schade doordat de transportbe-
veiliging niet verwijderd is.
Als de transportbeveiliging niet ver-
wijderd wordt, kan dit schade veroorzaken aan de wasautomaat en de
meubels/apparaten die ernaast
staan.
Verwijder de transportbeveiliging. Zie
hoofdstuk: “Installatie”
Als de transportbeveiliging verwijderd
is, bevestig dat dan met de sensortoets OK.
In het display verschijnt de melding: In-
gebruikneming volgens gebruiksaanwijzing
voortzetten.
Bevestig de melding met de sensor-
toets OK.
In het display verschijnt nog meer informatie.
23
Eerste ingebruikneming
1400
Doeken desinfectie
85 °C
h
1:05
min
I 15
Ingebruikneming afsluiten
Om de ingebruikneming af te sluiten,
moet u het programma Doeken desin-fectie zonder wasgoed en zonder wasmiddel starten.
Als de stroom voor de start van het
eerste wasprogramma wordt onderbroken (bijv. door het uitschakelen met
de toets ) kan de eerste ingebruikneming nog een keer worden uitgevoerd.
Als een wasprogramma langer dan
20minuten bezig is, vindt er geen
nieuwe eerste ingebruikneming plaats.
Draai de waterkranen open.
Draai de programmakeuzeschakelaar
op de stand Doeken desinfectie.
Tip sensortoets Start/Stop aan.
Na afloop van het programma is de
eerste ingebruikneming afgerond.
24
1. Wasgoed voorbereiden
Schade door voorwerpen.
Voorwerpen zoals spijkers, munten
en paperclips kunnen het wasgoed
en onderdelen van de automaat beschadigen.
Controleer voordat u gaat wassen of
er voorwerpen in de was of het wasgoed zitten. Zo ja, verwijder deze
dan.
Schade door oplosmiddelhou-
dende reinigingsmiddelen.
Wasbenzine, vlekkenmiddeltjes etc.
kunnen kunststof onderdelen beschadigen.
Wanneer u het wasgoed van tevoren
met een oplosmiddelhoudend reinigingsmiddel, bijv. wasbenzine, behandelt, let er dan op dat het middel
niet met kunststof onderdelen in aanraking komt.
Explosiegevaar door reinigings-
middelen die oplosmiddelen bevatten.
Bij gebruik van oplosmiddelhoudende reinigingsmiddelen kan een explosief mengsel ontstaan.
Gebruik geen oplosmiddelhoudende
reinigingsmiddelen in de wasautomaat.
Wasgoed sorteren
Sorteer mops, doeken en pads.
Schud mops, doeken en pads goed
uit, zodat grotere vuildelen niet in de
wastrommel komen.
Was sorteren
Maak de zakken leeg.
Verwijder vóór het wassen eventuele
vlekken op het wasgoed. Verwijder
vlekken door ze met een niet afgevende doek te deppen.
Sorteer het wasgoed naar kleur en
naar de symbolen op het wasetiket.
Tip: Was geen textiel dat volgens het
onderhoudsetiket niet kan worden gewassen (Symbool).
25
2. Trommel vullen
Deur openen
Pak de deur bij de greep vast en trek
deze open.
Controleer of er zich voorwerpen in
de trommel bevinden, voordat u het
wasgoed erin stopt.
Leg mops, doeken en pads losjes in
de trommel.
Leg de was uitgevouwen en losjes in
de trommel.
Deur sluiten
Let erop dat er niets tussen deur en
manchet beklemd raakt.
Doe zowel groot als klein wasgoed in
de trommel. Hierdoor bereikt u een beter wasresultaat en kan het wasgoed
zich tijdens het centrifugeren beter verdelen.
Bij maximale belading is het energieen waterverbruik het laagst (gerelateerd aan de hoeveelheid wasgoed).
Wordt de maximale beladingscapaciteit overschreden, dan vallen de wasresultaten tegen en gaat het wasgoed
sneller kreuken.
26
Zwaai de deur voorzichtig dicht.
3. Programma kiezen
Meer programma's
Mops nieuw
Vitrages
Wasautomaat inschakelen
Druk op de toets.
Programma kiezen
Standaardprogramma's kiezen met
de programmakeuzeschakelaar
Draai de keuzeschakelaar op het ge-
wenste programma.
De naam van het gekozen programma
verschijnt in het display. In het display
verschijnt vervolgens het basismenu
van het gekozen programma.
Meer programma's kiezen met de
programmainstelling
Draai de programmakeuzeschakelaar
op .
In het display kunt u het gewenste programma kiezen.
Loop met de sensortoetsen of
door de programma's, totdat het gewenste programma in het display
staat.
Tip de sensortoets van het program-
ma aan.
In het display verschijnt het basismenu
van het programma.
27
4. Programma-instellingen kiezen
Tempera-
tuur
40°C60°C30°C
Toerental
800
1000
400
0
1200
1400
Temperatuur instellen
Bij enkele programma's kunt u de vooraf ingestelde temperatuur wijzigen.
Tip sensortoetsTemperatuur aan.
In het display verschijnt:
Kies de gewenste temperatuur.
De gekozen temperatuur wordt gemarkeerd met een kader.
Centrifugetoerental kiezen
U kunt een eerder ingesteld toerental
wijzigen.
Tip sensortoetsToerental aan.
In het display verschijnt:
Kies het gewenste centrifugetoeren-
tal.
Het gekozen toerental wordt gemarkeerd met een kader.
28
4. Programma-instellingen kiezen
Extra's
Voorwas
Spoelen plus
Meer
keuzes
Einde om
Exploitatieniveau
Extra functies kiezen
U kunt bij een programma extra functies
kiezen.
Bij sommige programma's wordt een
extra functie direct in het basismenu
aangeboden.
Tip de sensortoets van de extra func-
tie aan om deze te activeren.
Bij sommige programma's worden de
extra functies via het submenu Extrafuncties geselecteerd.
Tip sensortoets Extra functies aan.
Kies een of twee van de aangeboden
extra functies.
Niet alle extra functies kunnen bij alle
wasprogramma's worden gekozen. Als
een extra functie niet aangeboden
wordt, betekent dit, dat deze niet is
toegestaan voor het desbetreffende
programma.
Overige opties kiezen
U kunt een voorgeprogrammeerde tijd
kiezen of de instellingen van de wasmachine wijzigen.
Tip sensortoets Meer keuzes aan.
In het display verschijnt:
Kies de gewenste optie.
In het display verschijnt nu het submenu van de gekozen optie.
Bij sommige programma's is voorprogrammering niet mogelijk.
29
5. Wasmiddel doseren
Er zijn verschillende mogelijkheden om
wasmiddel te doseren.
Wasmiddellade
U kunt alle wasmiddelen gebruiken die
geschikt zijn voor wasautomaten.
Wasmiddeldosering
Volg bij de dosering de aanwijzingen
van de wasmiddelproducent op.
Door overdosering ontstaat er te veel
schuim.
Voorkom een overdosering.
De dosering is afhankelijk van:
- de hoeveelheid wasgoed
- de mate waarin het wasgoed is verontreinigd
- de waterhardheid
Hardheids-
graad
Zacht (I)0-1,50-8,4
Gemiddeld (II)1,5-2,58,4-14
Hard (III)Meer dan 2,5Meer dan 14
Als u de waterhardheid in uw regio niet
kent, neem dan contact op met uw waterbedrijf.
Totale hard-
heid in mmol/l
Duitse hardheid
°dH
Wasmiddel doseren
Trek de wasmiddellade naar buiten en
doseer het wasmiddel in de vakken.
Wasmiddel voor de voorwas.
(Advies: doseer van de totale
wasmiddelhoeveelheid ⅓ in vak
en ⅔ in vak )
Vak voor de hoofdwas
Vakje voor wasverzachter, appre-
teermiddel of stijfsel
Bij desinfectieprogramma's kunnen de
vakken en met wasmiddel
voor de hoofdwas gevuld worden, als
er geen voorwas gekozen wordt.
30
5. Wasmiddel doseren
Apart spoelen met wasverzachter of
appreteermiddel
Kies het programma Extra spoelen.
Wijzig het centrifugetoerental indien
nodig.
Doseer wasverzachter, appreteermid-
del of stijfsel in vak . Doseer niet
hoger dan de pijl.
Tip de toets Start/Stop aan.
Het middel wordt automatisch met het
laatste spoelwater in de trommel gespoeld. Aan het einde van het wasprogramma blijft er een klein beetje water
in vak staan.
Ontkleuringsmiddelen en textielverf
Schade door ontkleuringsmidde-
len.
Ontkleuringsmiddelen veroorzaken
corrosie in de wasautomaat.
Geen ontkleuringsmiddelen in de
wasautomaat gebruiken.
Textielverf moet geschikt zijn voor gebruik in een wasautomaat. Volg de aanwijzingen van de fabrikant voor het gebruik strikt op.
Externe dosering
De wasautomaat is geschikt voor aansluiting op externe wasmiddeldoseersystemen. Voor het gebruik van een extern doseersysteem is een ombouwset
vereist die uw Miele-vakhandelaar of
Miele moet installeren.
31
6. Programma starten – einde programma
Programma starten
Zodra een programma kan worden gestart, gaat sensortoets Start/Stop knipperen.
Tip sensortoets Start/Stop aan.
De deur wordt vergrendeld (symbool )
en het wasprogramma gestart.
Is er een starttijd ingesteld, dan wordt
deze in het display getoond.
Na afloop van de voorgeprogrammeerde tijd of direct na de start verschijnt de programmaduur in het display. Het programmaverloop wordt op
het display getoond.
Tip: Als u sensortoets aantipt, kunt u
de ingestelde temperatuur, het centrifugetoerental en extra functies laten weergeven.
Einde programma
Tijdens de kreukbeveiliging is de deur
nog vergrendeld. De deur kan echter op
elk moment met de toets Start/Stop
worden ontgrendeld.
Controleer of er voorwerpen in de
manchet van de deur zijn achtergebleven.
Tip: laat de deur op een kiertje open,
zodat de trommel kan drogen.
Schakel de wasautomaat met de
toets uit.
Tip: laat de wasmiddellade op een kiertje openstaan, zodat de lade kan drogen.
Trommel leeghalen
Open de deur.
Neem het wasgoed uit de trommel.
Achtergebleven wasgoed kan bij de
volgende wasbeurt krimpen of afgeven.
Verwijder al het wasgoed uit de
trommel.
32
Voorprogrammering
Trommel bijvullen
Programma
afbreken
Programma
meteen starten
Met de voorprogrammering kunt u de
tijd tot de start of het einde van een
programma kiezen (zie hoofdstuk “Exploitatieniveau”, paragraaf “Voorprogrammering”).
Voorprogrammering kiezen
Tip sensortoets Meer keuzes aan.
Kies de optie Einde om, Start om
of Start over.
Voer met de sensortoetsen en
de uren en de minuten in en bevestig
de instelling met sensortoets OK.
De minutenweergave springt naar het
volgende “volle kwartier” en kan vervolgens in stappen van 15 minuten
gewijzigd worden.
Voorprogrammering starten
Tip de toets Start/Stop aan.
De deur wordt vergrendeld en in het
display staat de resterende tijd tot de
start van het programma.
Voorprogrammering afbreken
of wijzigen
Tip sensortoets Start/Stop aan.
In het display verschijnt:
Tip sensortoetsProgramma meteen
starten aan.
Het wasprogramma start direct.
of
Tip sensortoetsProgramma afbreken
aan.
De programmastart is afgebroken, de
toets Start/Stop knippert.
33
Programma-overzicht
Programma's voor mops
- Voor de hoofdwas wordt een keer Afpompen* en een keer Voorspoelen uitgevoerd.
Mops 60°Cmaximaal 6,0kg
WasgoedMops van katoen, mengweefsels of microvezels
TipGebruik speciale wasmiddelen die geschikt zijn.
1400omw/
min
Mops plus 40°C tot 90°Cmaximaal 6,0kg
WasgoedMops van katoen, mengweefsels of microvezels
Tip- Gebruik speciale wasmiddelen die geschikt zijn.
WasgoedReinigingsdoeken van katoen, mengweefsels of microvezels
Tip- Overige desinfectieprocedures kunnen worden gekozen.*
Extra functies: Voorwas Spoelgangen: 2–5*
- De voorgeprogrammeerde temperatuur kan worden gewijzigd.*
Extra functies: Voorwas Spoelgangen: 2–5*
Extra functies: Voorwas Spoelgangen: 3–6*
- Gebruik speciale wasmiddelen die geschikt zijn. Landspecifieke
desinfectievoorschriften dienen in acht te worden genomen.
1400omw/
min
* De instellingen kunnen via het exploitatieniveau worden gewijzigd.
Extra functies: Voorwas Spoelgangen: 3–6*
35
Programma-overzicht
Katoen PRO 60°Cmaximaal 6,0kg
WasgoedTextiel van mengweefsels (50% katoen en 50% polyester)
Tip- Zeer energiezuinig wasprogramma voor normaal vervuild indus-
trieel textiel van katoen of mengsels van katoen en synthetische
weefsels, bijvoorbeeld werkkleding.
1400omw/
min
Pads40°Cmaximaal 1,0kg
WasgoedPolijstsponzen of -schijven van microvezels
Tip- Vóór de hoofdwas wordt een keer voorgespoeld.
1400omw/
min
Extra functies: Voorwas Spoelgangen: 2
- Gebruik speciale wasmiddelen die geschikt zijn.
Extra functies: 2e voorspoelen Spoelgangen: 3
Programmapakketten
U kunt verschillende programmapakketten kiezen. De gekozen programma's uit de
programmapakketten worden in de lijst met de Overige programma's getoond.
Standaard
Mops nieuw 60°C tot 90°Cmaximaal 6,0kg
WasgoedMops van katoen, mengweefsels of microvezels
Tip- Voor het inwassen van nieuwe mops. De chemische resten die
bij de productie zijn achtergebleven worden uit de vezels gewassen. De wateropname van de vezels bij het schoonvegen
wordt verhoogd.
1400omw/
min
36
- Gebruik een universeel wasmiddel of wasmiddel voor gekleurde
was.
- Gebruik geen wasverzachter.
Extra functies: MicrovezelsSpoelgangen: 2
Programma-overzicht
Vitrages koud tot 40°Cmaximaal 2,0kg
WasgoedVitrages die volgens de fabrikant in de wasautomaat kunnen wor-
den gewassen
Tip- Vóór de hoofdwas wordt een keer voorgespoeld.
- Centrifugeer bij kreukgevoelige vitrage niet.
600omw/
min
Extra spoelenmaximaal 6,0kg
WasgoedWasgoed dat alleen gespoeld en gecentrifugeerd moet worden
Tip- Voor het uitspoelen van wasmiddelresten.
1400omw/
min
Afvoer/centrifugerenmaximaal 6,0kg
TipLet op het ingestelde toerental.
1400omw/
min
Machine reinigen 70 °Cgeen belading
Extra functies: Voorwas Spoelgangen: 3
- Voor het verwijderen van grof vuil vóór het wassen.
- Let op het ingestelde toerental.
Spoelgangen: 2
Voor de reiniging van de trommel, de kuip en het afvoersysteem.
- Vul vak met een universeel wasmiddel.
- Gebruik het programma Machine reinigen regelmatig als u vaak
desinfectieprgramma's gebruikt.
37
Programma-overzicht
Voorbehandeling mops (ready to use)
- Mops worden in één procesgang gewassen en voorbehandeld.
- Voor de hoofdwas wordt een keer Afpompen* en een keer Voorspoelen uitgevoerd.
- Bij desinfectie vindt geen watertoevoer via het vakje voor de wasverzachter
plaats.
Mops + rtu 60°Cmaximaal 6,0kg
WasgoedMops van katoen, mengweefsels of microvezels
TipVoeg het voorbehandelmiddel via het vakje voor wasverzachter of
extern toe.
0–60 secExtra functies: 2e keer voorspoelen, mi-
crovezels
Mops plus + rtu 40°C tot 90°Cmaximaal 6,0kg
WasgoedMops van katoen, mengweefsels of microvezels
TipVoeg het voorbehandelmiddel via het vakje voor wasverzachter of
extern toe.
0–60 secExtra functies: 2e keer voorspoelen, mi-
crovezels
Mops desinfectie + rtu 85°Cmaximaal 6,0kg
WasgoedMops van katoen, mengweefsels of microvezels
Tip- Overige desinfectieprocedures kunnen worden gekozen.*
Spoelgangen: 2–5*
Spoelgangen: 2–5*
- Gebruik een poederwasmiddel met bleekmiddel.
0–60 secExtra functies: 2e keer voorspoelen, mi-
crovezels
Mops desinfectie + rtu 70°Cmaximaal 6,0kg
WasgoedMops van katoen, mengweefsels of microvezels
Tip- Overige desinfectieprocedures kunnen worden gekozen.*
- Gebruik speciale wasmiddelen die geschikt zijn. Landspecifieke
desinfectievoorschriften dienen in acht te worden genomen.
0–60 secExtra functies: 2e keer voorspoelen, mi-
crovezels
38
Spoelgangen 3-6*
Spoelgangen: 3–6*
Programma-overzicht
Mops rtumaximaal 6,0kg
WasgoedMops van katoen, mengweefsels of microvezels
Tip- Voor achteraf prepareren van schone mops.
- Voeg het voorbehandelmiddel via het vakje voor wasverzachter of
extern toe.
0–60 secSpoelgangen: 1
* De instellingen kunnen via het exploitatieniveau worden gewijzigd.
39
Programma-overzicht
Voorbehandeling doeken (ready to use)
- Doeken worden in één procesgang gewassen en voorbehandeld.
- Vóór de hoofdwas wordt een keer voorgespoeld.
- Bij desinfectie vindt geen watertoevoer via het vakje voor de wasverzachter
plaats.
Doeken + rtu 60°Cmaximaal 3,0kg
WasgoedReinigingsdoeken van katoen, mengweefsels of microvezels
TipVoeg het voorbehandelmiddel via het vakje voor wasverzachter of
extern toe.
0–60 secExtra functies: Voorwas Spoelgangen 2-5*
Doeken plus + rtu 40°C tot 90°Cmaximaal 3,0kg
WasgoedReinigingsdoeken van katoen, mengweefsels of microvezels
TipVoeg het voorbehandelmiddel via het vakje voor wasverzachter of
WasgoedReinigingsdoeken van katoen, mengweefsels of microvezels
Tip- Voor achteraf behandelen van schone doeken.
- Voeg het voorbehandelmiddel via het vakje voor wasverzachter
of extern toe.
0–60 secExtra functies: Voorwas Spoelgangen: 1
* De instellingen kunnen via het exploitatieniveau worden gewijzigd.
41
Programma-overzicht
Ready to use
- De restvochtigheid na het voorbehandelen wordt met de sensortoets gese-
lecteerd.
Mops + rtu 40°C tot 90°Cmaximaal 6,0kg
WasgoedMops van katoen, mengweefsels of microvezels
Tip- Mops worden in één procesgang gewassen en behandeld.
- Voor de hoofdwas wordt een keer Afpompen* en een keer Voorspoelen uitgevoerd.
- Voeg het voorbehandelmiddel via het vakje voor wasverzachter
of extern toe.
–Extra functies: Voorspoelen , Microve-
zels
Mops rtu koudmaximaal 6,0kg
WasgoedMops van katoen, mengweefsels of microvezels
Tip- Voor achteraf behandelen van schone mops.
- Voeg het voorbehandelmiddel via het vakje voor wasverzachter
of extern toe.
–Spoelgangen: 1
* De instellingen kunnen via het exploitatieniveau worden gewijzigd.
Spoelgangen: 2–5*
42
Programma-overzicht
Werkkleding
Olie/Vet speciaal 60°C tot 90°Cmaximaal 6,0kg
WasgoedOveralls, jassen, mutsen, reinigingsdoeken van katoen of meng-
weefsels
Tip- Activeer Voorwas bij een sterkere verontreiniging.
- Gebruik een vloeibaar wasmiddel.
1400omw/
min
Stof/Meel speciaal 40°C tot 90°Cmaximaal 6,0kg
WasgoedDoor stof of meel verontreinigde werkkleding, afdek- en reini-
Tip- Door automatisch voorspoelen worden grove vervuilingen ver-
1400omw/
min
Intensief wassen 60°C bis 90°Cmaximaal 6,0kg
WasgoedSterk verontreinigde werkkleding van katoen, linnen of mengweef-
TipDoor een hoge waterstand wordt een bijzonder goed was- en
1400omw/
min
Extra functies: Voorwas Spoelgangen: 3
gingsdoeken van katoen of mengweefsels
wijderd. Kies bij zeer sterke verontreiniging een extra keer Voorspoelen.
- Kies Voorwas bij hardnekkige verontreinigingen.
Extra functies: Voorwas , Voorspoelen Spoelgangen: 3
sels
spoelresultaat bereikt.
Extra functies: Voorwas Spoelgangen: 2
43
Programma-overzicht
Basisprogramma's
Witte was 90°Cmaximaal 6,0kg
WasgoedTextiel van katoen, linnen of mengweefsels
TipHet is mogelijk om extra voorspoelen te programmeren.*
1400omw/
min
Bonte was 30°C tot 60°Cmaximaal 6,0kg
WasgoedTextiel van katoen, linnen of mengweefsels
Tip- Was donkergekleurd textiel met een bontwasmiddel of met een
1400omw/
min
Kreukherstellend 30°C tot 60°Cmaximaal 3,0kg
WasgoedWasgoed van synthetische vezels, mengweefsels of kreukherstel-
Tip- Kies bij kreukgevoelig wasgoed een lager eindcentrifugetoeren-
1200omw/
min
Express 20°C tot 60°Cmaximaal 3,0kg
WasgoedKatoenen wasgoed dat nauwelijks gedragen of vrijwel niet vuil is
Extra functies: Voorwas Spoelgangen: 2–5*
vloeibaar wasmiddel.
- Het is mogelijk om extra voorspoelen te programmeren.*
Extra functies: Voorwas Spoelgangen: 2–5*
lend katoen
tal.
- Het is mogelijk om extra voorspoelen te programmeren.*
Extra functies: Voorwas Spoelgangen: 2–4*
1400omw/
min
Vitrages fijn koud tot 40°Cmaximaal 2,0kg
WasgoedVitrages die volgens de fabrikant in de wasautomaat kunnen wor-
TipCentrifugeer bij kreukgevoelige vitrage niet.
600omw/
min
* De instellingen kunnen via het exploitatieniveau worden gewijzigd.
44
Extra functies: Spoelen plus Spoelgangen: 1
den gewassen
Extra functies: Voorwas , Spoelen plus
Spoelgangen: 2
Extra functies
Met de extra functies kunt u de gekozen
programma's nog beter afstemmen op
uw wasgoed.
Niet alle extra functies kunnen bij alle
wasprogramma's worden gekozen. Als
een extra functie niet aangeboden
wordt, betekent dit, dat deze niet is toegestaan voor het desbetreffende programma.
Extra functies kiezen
Bij sommige programma's wordt een
extra functie direct in het basismenu
aangeboden.
Tip de sensortoets van de extra func-
tie aan om deze te activeren.
Bij sommige programma's worden de
extra functies via het submenu Extrafuncties geselecteerd.
Tip sensortoets Extra functies aan.
Kies een of twee van de aangeboden
extra functies.
Voorwas
Voor sterk verontreinigd wasgoed kunt
u een voorwas kiezen. Het grove vuil
wordt losgeweekt en voor de hoofdwas
verwijderd.
Voorspoelen
Het wasgoed wordt vóór de hoofdwas
gespoeld om grotere hoeveelheden vuil,
zoals stof en zand, te verwijderen.
Spoelen plus
Voor een bijzonder goed spoelresultaat
kunt u extra spoelen activeren.
Microvezels
Microvezelmops worden aan het einde
van de hoofdwas voorzichtig afgekoeld.
45
Nadere bijzonderheden over het programmaverloop
Centrifugeren
Toerental eindcentrifugeren
Wanneer u een programma kiest, verschijnt in het display altijd het maximale
centrifugetoerental voor dit programma.
Het is mogelijk om een lager eindcentrifugetoerental in te stellen.
Het is echter niet mogelijk om een eindcentrifugetoerental in te stellen dat hoger is dan het maximale eindcentrifugetoerental dat in de tabel is aangegeven.
Centrifugeren tussen de spoelgangen
Het wasgoed wordt na de hoofdwas en
tussen de spoelgangen gecentrifugeerd. Als het eindcentrifugetoerental
verlaagd wordt, wordt ook het centrifugetoerental bij het spoelen verlaagd.
Centrifugeren tussen de spoelgangen
en eindcentrifugeren overslaan
Kies bij het programma Toerental 0.
Centrifugeren bij mops- en doekenprogramma's
Bij programma's waarbij mops en doeken worden voorbehandeld, kan de
restvochtigheid van het wasgoed afhankelijk van het programma met de sensortoets Centrifugeerduur of met de
sensortoets Restvocht worden bepaald. De gemarkeerde centrifugeertoerentallen kunnen worden gewijzigd (zie
hoofdstuk “Exploitatieniveaus”).
Kreukbeveiliging
Na afloop van het programma draait de
trommel nog maximaal 30 minuten in
een rustig ritme om kreukvorming te
vermijden. De wasautomaat kan op elk
moment worden geopend.
Bij enkele programma's is er geen
kreukbeveiliging na afloop van het
programma.
Na de laatste spoelgang wordt het water afgepompt en wordt de kreukbeveiliging ingeschakeld.
46
Programmaverloop wijzigen
Programma wijzigen
Het programma kan niet meer worden
gewijzigd, nadat het is gestart.
Als u een ander programma wilt kiezen,
moet u het gestarte programma afbreken.
Als u aan de programmakeuzeschakelaar draait, verschijnt U kunt geen ander
programma kiezen in het display. Deze
tekst wordt gedoofd wanneer de programmakeuzeschakelaar op het oorspronkelijke programma wordt gezet.
Programma afbreken
U kunt een wasprogramma op elk moment afbreken, nadat u het heeft gestart.
Desinfectieprogramma's kunnen alleen met een pincode worden afgebroken.
Tip de toets Start/Stop aan.
KiesProgramma afbreken.
De wasautomaat pompt het waswater
weg. Het programma is afgebroken. De
deurvergrendeling wordt vrijgegeven.
Open de deur.
Neem het wasgoed uit de trommel.
Wilt u een ander programma kiezen,
doe dan het volgende:
Sluit de deur.
Kies het gewenste programma.
Doseer eventueel nog wasmiddel in
de wasmiddellade.
Tip de toets Start/Stop aan.
Het nieuwe programma start.
Wasautomaat inschakelen na
een stroomstoring
Als de wasautomaat tijdens het wassen
wordt uitgeschakeld met de toets ,
wordt het programma onderbroken.
Schakel de wasautomaat met de -
toets weer in.
Let op de melding in het display.
Tip de toets Start/Stop aan.
Als een stroomstoring is veroorzaakt
door stroomuitval, wordt het programma onderbroken.
Bevestig na een stroomstoring de
melding in het display met OK.
Tip de toets Start/Stop aan.
Het programma wordt voortgezet.
47
Programmaverloop wijzigen
Trommel bijvullen
Programma
afbreken
Trommel bijvullen of wasgoed
voortijdig verwijderen
In de eerste minuten nadat u het programma heeft gestart, kunt u nog wasgoed in de trommel leggen of wasgoed
uit de trommel halen.
Tip de toets Start/Stop aan.
In het display verschijnt:
Tip sensortoetsTrommel bijvullen aan.
Het wasprogramma stopt en de deur
wordt ontgrendeld.
Open de deur.
Leg wasgoed in de trommel of neem
er wasgoed uit.
Sluit de deur.
Zolang de temperatuur in de trommel
hoger is dan 55°C, blijft de deurvergrendeling ingeschakeld. Pas nadat de
temperatuur tot onder de 55°C is gedaald, wordt de deurvergrendeling uitgeschakeld.
Tip de toets Start/Stop aan.
Het wasprogramma wordt voortgezet.
Nadat een programma is gestart, kunnen geen wijzigingen in de hoeveelheid wasgoed meer vastgesteld worden.
Daarom gaat de wasautomaat, ook
nadat u nog wasgoed in de trommel
heeft gelegd of uit de trommel heeft
gehaald, altijd van de maximale beladingshoeveelheid uit.
U kunt de deur niet openen als:
- de temperatuur van het waswater boven 55°C ligt.
48
Reiniging en onderhoud
Gevaar voor elektrische schok
door netspanning.
Reinigings- en onderhoudswerk-
zaamheden mogen alleen worden
uitgevoerd als het apparaat spanningsvrij is.
Maak de wasautomaat spanningsvrij.
Ommanteling en bedieningspaneel reinigen
Schade door reinigingsmiddelen.
Oplosmiddelhoudende reinigingsmiddelen, schuurmiddelen, glas- of
allesreinigers kunnen kunststof oppervlakken en andere onderdelen beschadigen.
Gebruik geen van deze reinigingsmiddelen.
Schade door binnendringend
water.
Door de druk van een waterstraal
kan er water in de wasautomaat komen en onderdelen beschadigen.
Spoel de wasautomaat niet met een
waterstraal af.
Wasmiddellade reinigen
Wanneer er met lage temperaturen en
vloeibare wasmiddelen gewassen
wordt, raakt de wasmiddellade sneller
verontreinigd.
Reinig daarom regelmatig de hele
wasmiddellade.
Trek de wasmiddellade naar buiten
totdat u weerstand voelt, druk de ontgrendelingsknop in en neem de lade
uit het apparaat.
Reinig de wasmiddellade met warm
water.
Reinig ommanteling en paneel met
een vochtige doek en een mild reinigingsmiddel of sopje en droog beide
onderdelen daarna met een zachte
doek.
Reinig de trommel en andere onder-
delen van roestvrij staal met een geschikt reinigingsmiddel voor roestvrij
staal.
49
Reiniging en onderhoud
Zuighevel en kanaal reinigen
Trek de zuighevel uit het vakje .
Reinig de zuighevel onder stromend
warm water. Reinig ook het buisje
waarop de zuighevel aangesloten is.
Plaats de zuighevel weer terug.
Ruimte wasmiddellade reinigen
Reinig ook de ruimte waarin de was-
middellade zit. Verwijder wasmiddelresten en kalkaanslag van de inspuiters van de wasmiddellade. Gebruik
daarvoor een flessenborstel.
Plaats de wasmiddellade weer in het
apparaat.
Tip: laat de wasmiddellade op een kiertje openstaan, zodat de lade kan drogen.
Reinig het kanaal voor de wasver-
zachter met warm water en een borsteltje.
50
Reiniging en onderhoud
Trommel, kuip en afvoersysteem reinigen
Indien nodig kunt u de trommel, de kuip
en het afvoersysteem reinigen.
Start het programma Machine reini-
gen.
Vul vakje van de wasmiddellade
met waspoeder.
Controleer na afloop van het pro-
gramma de trommel en verwijder
eventueel achtergebleven grove verontreinigingen.
Gebruik het programma Machine rei-nigen regelmatig als u vaak desinfectieprgramma's gebruikt.
Zeefjes watertoevoer reinigen
De wasautomaat heeft zeven ter bescherming van de watertoevoerkleppen.
Deze zeven moeten eens per 6 maanden worden gecontroleerd. Als de watertoevoer vaak is onderbroken, moet u
vaker controleren.
Zeefjes in de toevoerslangen reinigen
Draai de kraan dicht.
Schroef de toevoerslang van de
kraan.
Trek het rubberen dichtingsringetje 1
uit de groef.
Pak het kunststof zeefje 2 met een
combinatietang of punttang aan de
opstaande rand in het midden vast en
trek het eruit.
Reinig het kunststof zeefje.
Plaats alles in omgekeerde volgorde
terug.
Zorg, dat er geen water uit de
schroefkoppeling loopt.
Draai de schroefkoppeling aan.
51
Reiniging en onderhoud
Zeefjes in de koppelstukken reinigen
Draai de geribbelde kunststof moer
voorzichtig met een tang los.
Trek het zeefje er aan de opstaande
rand met een punttang uit en reinig
het. Plaats alles in omgekeerde volgorde terug.
Reinig de zeefjes en plaats ze terug.
52
Nuttige tips
Het oplossen van problemen
De meeste storingen en problemen die bij dagelijks gebruik kunnen optreden, kunt
u zelf verhelpen. U bespaart daarmee niet alleen tijd, maar ook kosten, omdat u
Miele niet hoeft in te schakelen.
De volgende tabellen helpen u de oorzaken van een probleem te achterhalen en
het probleem te verhelpen. Houdt u daarbij rekening met het volgende:
U kunt geen wasprogramma starten
ProbleemOorzaak en oplossing
Het display blijft donker
en de sensortoets
Start/Stop brandt of
knippert niet.
In het display staat:
De deur kan niet worden
vergrendeld. Neem contact
op met Miele.
Nadat u het programma
Centrifugeren heeft gekozen, start het programma niet.
Het display is donker en
de sensortoets Start/Stop knippert langzaam.
Er staat geen stroom op het apparaat.
Controleer of de wasautomaat ingeschakeld is.
Controleer of het apparaat elektrisch is aangeslo-
ten.
Controleer of de zekering van de huisinstallatie in
orde is.
De wasautomaat is in het kader van de energiebesparing automatisch uitgeschakeld.
Schakel de wasautomaat met de - toets weer
in.
De deur is niet goed gesloten. De deur kon niet worden vergrendeld.
Sluit de deur nogmaals.
Start het programma opnieuw.
Verschijnt de melding weer, neem dan contact op
met Miele.
De eerste ingebruikneming is niet uitgevoerd.
Voer de handelingen voor de eerste ingebruikne-
ming uit, zoals beschreven in het gelijknamige
hoofdstuk.
Het display wordt automatisch uitgeschakeld om
energie te besparen.
Tip een toets aan. Het display wordt weer inge-
schakeld.
53
Nuttige tips
Afbreking programma en foutmelding
ProbleemOorzaak en oplossing
Storing waterafvoer.
Fout watertoevoer.
Open de kraan.
Reactie waterproof
De desinfectietem-
peratuur is niet bereikt.
Fout F. Is het pro-
bleem na een herstart niet opgelost,
neem dan contact
op met Miele.
De waterafvoer is niet optimaal of zelfs geblokkeerd.
Neem contact op met Miele.
De watertoevoer is niet optimaal of zelfs geblokkeerd.
Controleer of de kraan ver genoeg is openge-
draaid.
Controleer of er knikken in de toevoerslang zitten.
De waterdruk is te laag.
Schakel de instelling Lage waterdruk in (zie het
De toevoer van warm water is niet optimaal of zelfs
geblokkeerd.
Controleer of de warmwaterkraan ver genoeg is
opengedraaid.
Controleer of er knikken in de toevoerslang zitten.
Het ingestelde centrifugetoerental werd bij het eindcentrifugeren niet bereikt door een te grote onbalans.
Controleer of de wasautomaat waterpas staat.
Centrifugeer het wasgoed opnieuw.
De wasautomaat of de afvoerklep is lek.
Draai de kraan dicht.
Neem contact op met Miele.
1)
1
De meldingen verschijnen aan het einde van het programma en wanneer de wasautomaat wordt ingeschakeld. Ze moeten met sensortoets OK worden bevestigd.
55
Nuttige tips
Een tegenvallend wasresultaat
ProbleemOorzaak en oplossing
Het wasgoed wordt met
een vloeibaar wasmiddel niet schoon.
Op gewassen, donker
wasgoed zitten witte,
wasmiddelachtige bestanddelen.
Wasgoed met zeer vette
verontreinigingen wordt
niet goed schoon.
Vloeibare wasmiddelen bevatten geen bleekmiddelen. Vlekken van fruit, koffie of thee worden niet altijd verwijderd.
Gebruik een poedervormig wasmiddel met bleek-
middel.
Doseer vlekkenzout in vakje en het vloeibare
wasmiddel in een doseerbolletje.
Doseer vloeibaar wasmiddel en vlekkenzout nooit
bij elkaar in het wasmiddelvakje.
Het wasmiddel bevat bestanddelen voor de waterontharding (zeolieten) die niet in water oplosbaar zijn.
Deze hebben zich op het textiel vastgezet.
Probeer de resten met een borstel te verwijderen
als het wasgoed droog is.
Was donker textiel voortaan met een wasmiddel
zonder zeolieten. Vloeibare wasmiddelen bevatten
meestal geen zeolieten.
Kies een programma met voorwas. Gebruik voor
de voorwas een vloeibaar wasmiddel.
Gebruik voor de hoofdwas waspoeder.
Op het gewassen wasgoed zijn grijze, elastische bolletjes achtergebleven (vetbolletjes).
56
Voor sterk vervuilde bedrijfskleding adviseren wij
voor de hoofdwas speciale wasmiddelen. Neem voor
meer informatie contact op met de leverancier van
uw reinigingsmiddelen.
Te lage wasmiddeldosering. Het wasgoed bevatte
veel vet (oliën, zalven).
Wanneer wasgoed op deze manier vervuild is,
moet u óf meer wasmiddel doseren óf een vloeibaar wasmiddel gebruiken.
Draai vóór de volgende wasbeurt een waspro-
gramma op 60°C met een vloeibaar wasmiddel en
zonder wasgoed.
Algemene problemen met de wasautomaat
ProbleemOorzaak en oplossing
De wasautomaat trilt tijdens het centrifugeren.
In de wasmiddellade
blijft vrij veel wasmiddel
achter.
De wasverzachter
wordt niet volledig ingespoeld of er blijft te veel
water in vakje staan.
In het display staat een
vreemde taal.
De wasautomaat heeft
het wasgoed niet normaal gecentrifugeerd.
Het wasgoed is nog nat.
De trommel staat stil
maar het programma
blijft lopen.
De stelvoeten (machinevoeten) staan niet goed en
zijn niet met de contramoer vastgezet.
Plaats de wasautomaat stabiel en schroef de stel-
voeten met een contramoer vast.
Er staat onvoldoende druk op het water.
Reinig de zeefjes in de watertoevoer.
Poedervormige wasmiddelen in combinatie met onthardingsmiddelen hebben de neiging te gaan plakken.
Reinig de wasmiddellade en doseer voortaan eerst
het wasmiddel en dan pas het onthardingsmiddel
in het vakje.
De zuighevel zit niet goed of is verstopt.
Reinig de zuighevel. Zie hoofdstuk: “Reiniging en
onderhoud”, “Wasmiddellade reinigen”.
De displaytaal is gewijzigd.
Schakel de wasautomaat uit en weer in.
De ingestelde exploitatietaal verschijnt in het display.
De exploitatietaal is gewijzigd.
Stel de gebruikelijke taal in (zie hoofdstuk: “Exploi-
tatieniveau”, paragraaf: “Taal”).
Bij het eindcentrifugeren heeft de automaat een grote
onbalans herkend en het centrifugetoerental automatisch gereduceerd.
Vul de trommel altijd met groot en klein wasgoed
om het wasgoed beter in balans te krijgen.
Schakel de wasmachine daartoe met de toets
uit en weer in.
Let op de melding in het display.
Tip de toets Start/Stop aan.
De trommel draait weer en het programma wordt
voortgezet.
Nuttige tips
57
Nuttige tips
De deur kan niet worden geopend.
ProbleemOorzaak en oplossing
De deur kan tijdens het
wasprogramma niet geopend worden.
Aan het einde van het
programma of nadat het
programma is afgebroken, verschijnt in het
display de melding:
Programma afgebroken.
In het display staat:
Het deurslot is geblok-
keerd. Neem contact op
met Miele.
Tijdens het wassen is de deur vergrendeld.
Tip sensortoets Start/Stop aan.
Kies Programma afbreken of Trommel bijvullen.
De deur wordt ontgrendeld en u kunt de deur openen.
Het waterniveau in de trommel is te hoog.
Breek het programma af. De wasautomaat pompt
vervolgens het water af.
De deur gaat bij een temperatuur van meer dan 55°C
niet open. Op deze manier wordt voorkomen dat u
zich verbrandt.
Wacht totdat de temperatuur in de trommel is ge-
daald en de melding in het display is gedoofd.
Het deurslot is geblokkeerd.
Neem contact op met Miele.
58
Nuttige tips
Het openen van de deur bij
verstopte afvoer en/of stroomuitval
Gevaar voor elektrische schok
door netspanning.
Reinigings- en onderhoudswerk-
zaamheden mogen alleen worden
uitgevoerd als het apparaat spanningsvrij is.
Maak de wasautomaat spanningsvrij.
Verstopte afvoer
Wanneer de afvoer is verstopt, kan zich
een vrij grote hoeveelheid water (max.
30 l) in de automaat bevinden.
U kunt zich branden door heet
sop dat uit het apparaat stroomt.
Als u kort daarvoor met hoge tempe-
raturen gewassen heeft, is het sop
dat uit de automaat loopt heet.
Laat het sop voorzichtig wegstromen.
Trommel leegmaken
... bij de uitvoering met een afvoerklep
Maak het klepje naar de afvoer open.
Druk de hendel voor de noodafvoer
omlaag en houd deze vast tot er geen
water meer uit de trommel loopt.
59
Nuttige tips
Deur openen
Gevaar voor verwonding door
draaiende trommel.
Het is zeer gevaarlijk om uw hand in
een nog draaiende trommel te steken.
Controleer voordat u het wasgoed uit
de trommel neemt altijd of de trommel stilstaat.
Ontgrendel de deur met een schroe-
vendraaier.
Open de deur.
60
Service
Contact bij storingen
Voor storingen die u niet zelf kunt verhelpen, waarschuwt u uw Miele-vakhandelaar of Miele.
Het telefoonnummer van Miele vindt u
aan het einde van dit document.
Voor een goede en vlotte afhandeling
moet Miele weten welk type apparaat u
heeft en welk fabricagenummer het
heeft. Beide gegevens vindt u op het typeplaatje.
Het typeplaatje vindt u bij geopende
deur boven het kijkglas:
Bij te bestellen accessoires
Voor een nog efficiënter gebruik van de
wasautomaat kunt u bij de Miele-vakhandelaar of bij Miele accessoires bestellen.
61
*INSTALLATION*
Installatie
Voorkant
a
Toevoerslang koud water
b
Toevoerslang warm water
c
Elektrische aansluiting
d
Bedieningspaneel
62
e
Wasmiddellade
f
Deur
g
Klep voor afvoerklep en noodontgrendeling
h
Stelvoeten
*INSTALLATION*
Achterkant
Installatie
a
Elektrische aansluiting
b
Interface voor de communicatie met
externe apparaten
c
Aansluitpunt voor externe dosering
d
Toevoerslang (koud water)
e
Toevoerslang (warm water), indien
gemonteerd
f
Draaibeveiligingen met transportstangen
g
Houders voor de slangen tijdens het
transport
h
Afvoerbuis
i
Moduleschacht (voor externe communicatiemodule)
j
Houders voor de verwijderde transportbeveiliging
63
*INSTALLATION*
1132
850
>1000
714
min. 300
1702
Installatie
Plaatsingsmogelijkheden
Zijkant
Was-droogzuil
Sokkelopstelling
De wasautomaat kan op een stalen
sokkel (open of gesloten onderbouw,
niet bijgeleverd) of op een betonnen
sokkel worden geplaatst.
Gevaar voor verwonding doordat
de wasautomaat niet geborgd is.
Bij plaatsing op een sokkel bestaat
het gevaar dat de automaat tijdens
het centrifugeren van de sokkel valt.
Zet de wasautomaat vast met de bijgeleverde bevestigingsbeugels.
Aanwijzingen voor de plaatsing
De wandafstanden zijn aanbevelingen
om de servicewerkzaamheden te vergemakkelijken. Als de opstellingsmogelijkheden beperkt zijn, kan de machine ook tegen de wand worden geschoven.
Deze wasmachine is niet geschikt voor
onderbouw.
Deze wasmachine kan samen met een
Miele droger als een was-droogzuil
worden geplaatst. Daarvoor is een tussenstuk (te bestellen accessoire) vereist.
64
Schade door vocht in het appa-
raat.
Binnendringend vocht kan beschadi-
ging van elektrische onderdelen tot
gevolg hebben.
Plaats de machine niet vlakbij of vlak
boven een open afvoerputje of een
open afvoergoot.
*INSTALLATION*
Installatie
Transport naar de plaats van
opstelling
Gevaar voor verwonding door
verkeerd transport.
Als de wasautomaat kantelt, kunt u
zich verwonden en kan het apparaat
beschadigd raken.
Zorg ervoor dat de wasautomaat tijdens het transport stevig staat.
Wasautomaat met een steekwagen
vervoeren
Wasautomaat naar de plaats van opstelling dragen
Het deksel heeft aan de achterkant
draagpunten voor transportdoeleinden.
Gevaar voor verwonding doordat
het bovenblad loszit.
De bevestiging van het bovenblad
aan de achterkant kan door invloeden van buitenaf breken. Het bovenblad kan dan bij het dragen loslaten.
Controleer of de rand van het bovenblad stevig vastzit voordat u het apparaat optilt.
Vervoer de wasautomaat met de
steekwagen alleen op de linker of de
rechter zijkant.
Schade door verkeerd transport.
De achter- en voorwand van de wasautomaat kunnen beschadigd raken
als het apparaat met een steekwagen wordt vervoerd.
Vervoer de wasautomaat altijd op de
zijkant op een steekwagen.
Draag het apparaat vooraan bij de
stelvoeten en achteraan bij de rand
van het bovenblad.
65
*INSTALLATION*
Installatie
Plaats van opstelling
Een betonnen vloer is de meest geschikte ondergrond. In tegenstelling tot
een houten of een zachte vloer trilt een
betonnen vloer nauwelijks mee als het
apparaat centrifugeert.
Plaats de wasautomaat waterpas en
stabiel.
Plaats het apparaat niet op een zach-
te vloerbedekking, omdat het in dat
geval tijdens het centrifugeren gaat
trillen.
Bij plaatsing van het apparaat op een
houten vloer:
Plaats de wasautomaat op een multi-
plex plaat (minimaal 70x60x3cm).
Deze plaat moet aan zoveel mogelijk
vloerbalken worden vastgeschroefd,
niet alleen aan de vloerplanken.
Tip: plaats de wasautomaat in een hoek
van het vertrek. Daar is de vloer het
meest stabiel.
Transportbeveiliging verwijderen
Linker transportbeveiliging verwijderen
Druk de klep naar buiten en draai de
transportbeveiliging met de bijgevoegde steeksleutel 90°.
66
Trek de transportbeveiliging eruit.
*INSTALLATION*
Installatie
Rechter transportbeveiliging verwijderen
Druk de klep naar buiten en draai de
transportbeveiliging met de bijgevoegde steeksleutel 90°.
Gaten afsluiten
Gevaar voor verwonding door
scherpe randen.
Als de gaten niet worden afgedekt,
kunt u zich verwonden wanneer u erin grijpt.
Sluit de gaten van de verwijderde
transportbeveiliging af.
Druk de kleppen stevig dicht totdat
ze vastklikken.
Trek de transportbeveiliging eruit.
67
*INSTALLATION*
Installatie
Transportbeveiligingen bevestigen
Bevestig de transportbeveiliging aan
de achterwand van de wasmachine.
Tip: De openingen moeten op de
houders worden gestoken.
Schade door verkeerd transport.
Wanneer de wasmachine zonder
transportbeveiliging wordt vervoerd,
kan deze beschadigd raken.
Bewaar de transportbeveiliging.
Monteer de transportbeveiliging weer
voordat u de wasmachine transporteert (bijvoorbeeld bij een verhuizing).
Transportbeveiliging monteren
Kleppen openen
Druk met een scherp voorwerp, bij-
voorbeeld een smalle schroevendraaier, tegen het vergrendelingshaakje.
De klep gaat open.
Transportstangen monteren
Voer de montage in omgekeerde
volgorde uit.
Tip: til de trommel iets op, dan kunt u
de transportstangen er makkelijker inschuiven.
68
*INSTALLATION*
Wasautomaat stellen
Om optimaal te kunnen functioneren,
moet de automaat stevig en waterpas
staan.
Wanneer een wasautomaat verkeerd
wordt geplaatst, wordt er meer water en
energie verbruikt dan nodig is en kan
het apparaat gaan schuiven.
Stelvoeten naar buiten draaien en
vastzetten
U kunt de wasautomaat met behulp van
de 4 stelvoeten waterpas plaatsen.
Wanneer het apparaat wordt geleverd,
zijn alle stelvoeten naar binnen gedraaid.
Installatie
Controleer met een waterpas of de
automaat goed staat.
Houd de stelvoet 1 met een water-
pomptang vast. Draai de contramoer
2 weer met de steeksleutel tegen de
behuizing vast.
Draai de contramoer 2 met de bijge-
voegde steeksleutel los (met de wijzers van de klok mee). Draai de contramoer 2 samen met de stelvoet 1
naar buiten.
Schade doordat de wasauto-
maat verkeerd afgesteld is.
Als de stelvoeten niet met een con-
tramoer vastgedraaid zijn, kan de
wasautomaat gaan schuiven.
Draai de 4 contramoeren van de stelvoeten stevig tegen de behuizing.
Controleer ook de stelvoeten die bij
het afstellen niet naar buiten gedraaid zijn.
69
*INSTALLATION*
Installatie
Bevestigingsbeugel voor sokkel
De bevestigingsbeugel voorkomt dat de
wasmachine tijdens het gebruik van de
sokkel kan vallen.
De bevestiging met behulp van de bevestigingsbeugel is alleen beschikbaar
voor sokkels van beton. De sokkel moet
vlak en waterpas zijn. De ondergrond
van de sokkel moet bestand zijn tegen
de fysieke belastingen.
Controleer voor de montage of de sokkel aan de minimummaat voldoet.
Hoogte:6cm
Breedte:60cm
Diepte:65cm
Bevestigingsbeugel plaatsen
Gevaar voor verwonding door
scherpe randen.
De bevestigingsbeugel heeft scherpe
kanten. U kunt zich aan de kanten
snijden.
Pak de bevestigingsbeugel voorzichtig vast.
Draag bij de installatie van de bevestigingsbeugel handschoenen.
Plaats de bevestigingsbeugel op de
voorste stelvoeten.
Teken met een potlood de positie van
de voorkant van de bevestigingsbeugel af.
Verwijder de bevestigingsbeugel weer
van de stelvoeten.
Verschuif de wasmachine voorzichtig
tot u voldoende plaats voor het monteren van de bevestigingsbeugel
heeft.
De voorste stelvoeten moeten minimaal 3mm uitsteken. De wasmachine
moet al waterpas staan (zie hoofdstuk
“Installatie”, paragraaf “Wasmachine
stellen”)
70
*INSTALLATION*
Installatie
Bevestigingsbeugel monteren
Leg de bevestigingsbeugel op de
markering op de sokkel.
Markeer in het midden van de twee
buitenste sleufgaten telkens een punt
voor de boorgaten.
Boor telkens twee gaten (8mm) met
een diepte van ca. 55mm.
Steek de pluggen in de boorgaten.
Monteer de bevestigingsbeugel met
de zeskantschroeven en de vulringen.
Wasmachine met bevestigingsbeugel
fixeren
Schuif de wasmachine terug tegen de
bevestigingsbeugel.
Plaats de stelvoeten tussen voet en
contramoer in de openingen van de
bevestigingsbeugel.
Schuif de bevestigingsbeugel naar
rechts totdat u weerstand voelt.
Draai de zeskantschroeven met een
moersleutel vast.
De wasmachine is in de bevestigingsbeugel gefixeerd.
Draai de schroeven nog niet stevig
aan, zodat u de bevestigingsbeugel
nog kunt verschuiven.
71
*INSTALLATION*
Installatie
Externe besturingsinstallaties
U heeft een “XCI-box” nodig om externe besturingsinstallaties, zoals muntautomaten, doseersystemen of een
piekbelastingsschakelaar, aan te kunnen sluiten.
Betaalsysteem
De wasmachine kan worden voorzien
van een muntautomaat (bij te bestellen
accessoire).
De automaat moet hiervoor worden geherprogrammeerd. Dat mag alleen worden gedaan door Miele of door een
Miele-vakhandelaar.
Verwijder de ingeworpen munten/
waardemunten regelmatig uit de
muntautomaat. De muntautomaat kan
anders verstopt raken.
72
*INSTALLATION*
Installatie
Wateraansluiting
Koudwateraansluiting
De wasmachine mag zonder terugslagklep op het waterleidingnet worden
aangesloten, omdat het apparaat is gebouwd volgens de geldende DIN-normen.
De waterdruk moet minimaal 100kPa
zijn en mag niet hoger zijn dan
1.000kPa overdruk. Is de druk hoger
dan 1.000 kPa, dan moet er een drukreduceerventiel worden ingebouwd.
Voor de aansluiting is een kraan met
3/4"-schroefkoppeling vereist. Ontbreekt deze, dan mag het apparaat alleen door een erkend installateur op de
drinkwaterleiding worden aangesloten.
De schroefkoppeling staat onder
druk van de waterleiding.
Controleer daarom of de aansluiting
lekt. Draai de kraan hiervoor langzaam open. Corrigeer zo nodig de
positie van de dichting en de
schroefkoppeling.
Schroef de bijgeleverde dop erop.
Onderhoud
Als u de slang vervangt, gebruik dan
uitsluitend een originele Miele-slang.
Deze is bestand tegen een druk van
ruim 7.000kPa.
Om de watertoevoerklep te beschermen, zit er een zeefje in het vrije uiteinde van de toevoerslang en een
zeefje in het koppelstuk.
De zeefjes mogen niet verwijderd
worden.
Accessoires - verlenging slang
Als accessoire zijn er verlengslangen
van 2,5en 4,0m. Deze zijn verkrijgbaar
bij de Miele-vakhandel en bij Miele.
De toevoerslang voor koud water is
niet geschikt voor aansluiting op warm
water.
Omschakelen naar gebruik met koud
water
Als de wasautomaat niet op warm water
wordt aangesloten, moeten de instellingen Water hoofdwas, Water voorwas
en Water spoelen worden ingesteld op
koud (zie hoofdstuk: “Exploitatieni-
veau”).
Schroef de warmwaterslang eraf.
73
*INSTALLATION*
Installatie
Warmwateraansluiting*
De temperatuur van het warme water
mag niet hoger dan 70°C zijn.
Om ervoor te zorgen dat het energieverbruik bij gebruik van warm water zo
laag mogelijk blijft, moet de wasautomaat worden aangesloten op een ringleiding voor warm water. Afzonderlijke
leidingen naar de warmwatervoorziening leiden tot afkoeling van het water
in de leiding als niet voortdurend water
wordt afgenomen. Voor het opwarmen
van het water moet dan meer elektrische energie worden gebruikt.
Voor de warmwateraansluiting gelden
dezelfde aansluitvoorwaarden als voor
de koudwateraansluiting.
De toevoerslang (warm – rode strepen)
wordt op de kraan aangesloten.
Het is niet mogelijk om de wasautomaat alleen op een warmwaterleiding
aan te sluiten.
* Bij enkele uitvoeringen is de warmwaterslang niet gemonteerd.
Omschakelen naar gebruik met warm
water
Als u de wasmachine op warm water
wilt aansluiten, kunt u de instellingen
Water hoofdwas, Water voorwas en Water spoelen worden ingesteld op warm
(zie hoofdstuk: “Exploitatieniveau”).
Schroef de dop van de warmwater-
klep eraf.
Schroef de wamwaterslang eraan.
Waterafvoer
Afvoerklep
U kunt het apparaat gebeurt leegmaken
via een afvoerklep met motoraandrijving. U kunt deze met een normale
hoeksteun DN70 aansluiten op de ter
plekke aan te brengen afwatering (afvoerput met reukslot).
74
*INSTALLATION*
Installatie
Elektrische aansluiting
De beschrijving is geldig voor wasautomaten met en zonder stekker.
Voor wasmachines met stekker geldt:
- De wasautomaat kan direct worden
aangesloten.
- Zorg ervoor dat u altijd bij de stekker
kunt komen om de spanning van de
wasautomaat te halen.
Schade door verkeerde aansluit-
spanning.
Op het typeplaatje staat informatie
over de nominale aansluitwaarde en
de zekering.
Vergelijk de gegevens op het typeplaatje met de waarden van het elektriciteitsnet.
Aansluiting mag alleen plaatsvinden op
een elektrische installatie die voldoet
aan alle daarvoor geldende voorschriften (zoals NEN 1010).
De wasautomaat mag niet met een verlengsnoer, een meervoudig stopcontact
of iets dergelijks op het elektriciteitsnet
worden aangesloten in verband met gevaar voor oververhitting.
Bij een vaste aansluiting moet het apparaat via een schakelaar met alle polen
van de netspanning kunnen worden losgekoppeld. Als werkschakelaar gelden
schakelaars met een contactopening
van meer dan 3 mm. Geschikte schakelaars zijn zelfuitschakelaars, zekeringen
en relais (IEC/EN60947). Deze aansluiting mag alleen door een elektricien
worden uitgevoerd.
De stekkerverbinding of de schakelaar
voor het loskoppelen van de netspanning moet altijd toegankelijk zijn.
Gevaar voor elektrische schok
door netspanning.
Als de wasautomaat wordt losgekop-
peld van het elektriciteitsnet, moet u
ervoor zorgen dat deze niet onbedoeld weer kan worden ingeschakeld.
Bij loskoppeling van de netspanning
moet het betreffende systeem afsluitbaar zijn. Hierop moet op elk moment controle mogelijk zijn.
Werkzaamheden in verband met heraansluiting, veranderingen in de installatie of controle van de aarddraad of de
zekeringen mogen alleen worden uitgevoerd door een vakman die op de
hoogte is van alle geldende voorschriften.
Als het apparaat naar een andere
spanningssoort moet worden omgeschakeld, moet de betreffende instructie op het schakelschema in
acht worden genomen. De omschakeling mag alleen door de geautoriseerde vakhandel of door Miele worden uitgevoerd.
75
Technische gegevens
Hoogte850mm
Breedte596mm
Breedte (machines met roestvrijstalen bo-
605mm
venblad)
Diepte714mm
Diepte bij geopende deur1132mm
Gewichtca. 100kg
Maximale vloerbelasting (in gebruik)3000Newton
Capaciteit6,0kg droog wasgoed
Aansluitspanningzie typeplaatje op de achterkant
van het apparaat
Aansluitwaardezie typeplaatje op de achterkant
van het apparaat
Zekeringzie typeplaatje op de achterkant
van het apparaat
Met A beoordeeld geluidsdrukniveau L
pa
< 70dB re 20µPa
volgens ENISO11204/11203
Minimale waterdruk100kPa (1bar)
Maximale waterdruk1.000kPa (10bar)
Lengte van de toevoerslang1,55m
Lengte van de aansluitkabel1,80m
Opvoerhoogte maximaal (afvoerpomp)1,00m
Gehanteerde normen inzake productveilig-
volgens EN 50571, EN 60335
heid
KeurmerkenZie typeplaatje
Frequentieband van de WiFi-module2,4000GHz–2,4835GHz
Maximaal zendvermogen van de WiFi-mo-
< 100mW
dule
76
Technische gegevens
Conformiteitsverklaring
Hiermee verklaart Miele, dat deze wasautomaat voldoet aan richtlijn 2014/53/EU.
U kunt de volledige tekst van deze EU-conformiteitsverklaring op de volgende internetadressen vinden:
Het menu met de instellingen in het
is tegen onbevoegd gebruik beveiligd. Het menu moet met een code
worden geopend.
Toegang met code
Het exploitatieniveau moet worden geopend met een code.
De code is 000 (fabrieksinstelling).
Code wijzigen
U kunt de code voor de toegang tot
het exploitatieniveau wijzigen om de
wasautomaat tegen onbevoegde toegang te beschermen.
Als u de code later niet meer weet,
neem dan contact op met Miele. De
technicus van Miele moet de code
resetten.
Noteer de nieuwe code en bewaar
deze op een veilige plek.
Voer de cijfers in en bevestig steeds
met OK.
Kies de gewenste instelling.
Enkele instellingen zijn alleen zichtbaar
wanneer externe apparaten via de
XCI-box zijn aangesloten.
Exploitatieniveau verlaten
Tip sensortoets aan of schakel de
wasautomaat uit.
Exploitatieniveau openen
Zet de programmakeuzeschakelaar
bijvoorbeeld op het programma Mops60°C.
Tip sensortoets Meer keuzes aan.
Raak de sensortoets Exploitatieni-
veaus aan.
KiesToegang via code.
78
Exploitatieniveau
Taal
Er zijn verschillende talen waarin de
meldingen in het display kunnen worden weergegeven. Via het submenu
Taal kunt u de vaste taal kiezen voor
de meldingen in het display op het exploitatieniveau.
Voor een lopend programma kan de gebruikerstaal met sensortoets gewijzigd worden.
Lichtsterkte
De lichtsterkte van het display kan in
stappen van 10% worden ingesteld tot
100%.
Fabrieksinstelling: 70%
Dagtijd
Na de keuze van het tijdformaat kan
de tijd worden ingesteld.
Tijdformaat
Volume toetssignaal
Het volume van het geluidssignaal dat
klinkt bij het aanraken van de sensortoetsen kan worden gewijzigd.
U kunt 7 standen instellen en het signaal kan ook uitgeschakeld worden.
Fabrieksinstelling: normaal
Volume begroeting
Het volume van het geluidssignaal bij
inschakeling van de wasautomaat kan
gewijzigd worden.
U kunt 7 standen instellen en het signaal kan ook uitgeschakeld worden.
Fabrieksinstelling: normaal
Storingszoemer
Het geluidssignaal bij een storing kan
in- of uitgeschakeld worden.
Fabrieksinstelling: uit
- 24uur (fabrieksinstelling)
- 12 uur
- Klok uit
Instellen
- U kunt nu de tijd instellen.
Volume eindsignaal
Het volume van het geluidssignaal
voor het programma-einde kan worden gewijzigd.
U kunt 7 standen instellen en het signaal kan ook uitgeschakeld worden.
Fabrieksinstelling: uit
Memory
De wasautomaat slaat de laatst gekozen instellingen voor een wasprogramma (temperatuur, toerental en enkele
opties) na de start van het programma
op.
Wanneer u de volgende keer hetzelfde
programma kiest, geeft de automaat de
opgeslagen instellingen aan.
Fabrieksinstelling: uit
79
Exploitatieniveau
Kreukbeveiliging
De kreukbeveiliging gaat kreukvorming
aan het einde van het programma tegen.
De trommel draait na afloop van het
programma nog max. 30 minuten om
kreukvorming te voorkomen. De wasautomaat kan op elk moment worden geopend.
Fabrieksinstelling: aan.
Afkoeling waswater
Met deze instelling kunt u ervoor zorgen dat aan het einde van de
hoofdwas extra water in de trommel
stroomt ter afkoeling van het waswater.
Het waswater wordt afgekoeld wanneer
u programma's kiest met een temperatuur van 70°C en hoger.
Wij adviseren u deze functie ook te gebruiken:
- wanneer u de waterafvoerslang in
een wasbak, wastafel of gootsteen
hangt. Op deze manier kunt u voorkomen, dat u zich brandt.
Uitschakeling "Displays"
De verlichting van het display gaat uit
en de Start/Stop – toets knippert langzaam. Dit in het kader van de energiebesparing.
Als u deze instelling wijzigt, leidt dit tot
een hoger energieverbruik.
- Uit
Het display blijft verlicht.
- Aan na 10min, niet tijdens progr. (fabrieksinstelling)
Het display blijft tijdens het programma verlicht, maar wordt 10minuten
na afloop van het programma donker.
- Aan na 30min, niet tijdens progr.
Het display blijft tijdens het programma verlicht, maar wordt 30minuten
na afloop van het programma donker.
- Aan na 10min.
Het display wordt na 10minuten
donker.
- Aan na 30min.
Het display wordt na 30minuten
donker.
- als het apparaat in een gebouw staat
met waterafvoerleidingen die niet aan
de betreffende normen voldoen.
Fabrieksinstelling: aan.
80
Exploitatieniveau
Uitschakeling "Apparaat"
De wasautomaat wordt automatisch
uitgeschakeld. Dat gebeurt nadat Programmaeinde/Anti-kreuk is verschenen of na het inschakelen als er verder
geen bediening plaatsvindt.
Als u deze instelling wijzigt, leidt dit tot
een hoger energieverbruik.
- Niet uitschakelen
- Uitschakelen na 15minuten
- Uitschakelen na 20minuten
- Uitschakelen na 30minuten (fabrieksinstelling)
Voorpro-grammering
De wijze waarop de tijd aangegeven
wordt bij voorprogrammering kan gewijzigd of uitgeschakeld worden.
- Uit
De voorprogrammering kan niet worden geselecteerd.
- Programma-einde (fabrieksinstelling)
Met de voorprogrammering legt u
vast, wanneer een programma beëindigd moet worden.
- Programmabegin
Met de voorprogrammering legt u
vast, wanneer een programma gestart moet worden.
- Tijd tot start
Met de voorprogrammering legt u
vast, na hoeveel uur een programma
gestart moet worden.
Programmanaam
Bij de selectie van de standaardprogramma's kan de naam van het wasprogramma in het display getoond
worden.
- Aan (fabrieksinstelling)
De programmanaam wordt bij de
programmakeuze gedurende enkele
seconden getoond voordat het basismenu verschijnt.
- Uit
Het basismenu wordt direct getoond.
Zichtbaarheid parameters
Bij de programmakeuze worden er
verschillende parameters aangeboden/weergegeven. U legt vast welke
parameters niet hoeven te worden
aangegeven. Deze parameters kunt u
dan bij de programmakeuze ook niet
meer wijzigen.
Fabrieksinstelling: alle parameters zijn
zichtbaar.
Water voorwas
U kunt het soort water voor de voorwas kiezen.
- Koud
Er wordt alleen koud water toegevoerd voor de voorwas.
- Warm
Er wordt ook warm water toegevoerd
voor de voorwas.
Warm water is alleen mogelijk bij een
wastemperatuur van meer dan 30°C.
81
Exploitatieniveau
Water hoofdwas
U kunt het soort water voor de
hoofdwas kiezen.
- Koud
Er wordt alleen koud water toegevoerd voor de hoofdwas.
- Warm
Er wordt ook warm water toegevoerd
voor de hoofdwas.
Warm water is alleen mogelijk bij een
wastemperatuur van meer dan 30°C.
Als de wasautomaat niet op warm water
is aangesloten, neemt de programmaduur toe en zijn er afwijkingen ten aanzien van de weergegeven resttijd.
Water 1e spoelen
In sommige programma's kunt u het
soort water voor de eerste spoelgang
kiezen.
- Koud (fabrieksinstelling)
Er wordt alleen koud water toegevoerd voor de eerste spoelgang.
Water laatste spoelen
In sommige programma's kunt u het
soort water voor de laatste spoelgang
kiezen.
- Koud (fabrieksinstelling)
Er wordt alleen koud water toegevoerd voor de laatste spoelgang.
- Warm
Er wordt ook warm water toegevoerd
voor de laatste spoelgang (dit is alleen mogelijk bij programma's met
een minimale temperatuur van 60°C).
Lage waterdruk
Als de waterdruk lager is dan 100kPa
(1bar) wordt het programma afgebroken met de foutmelding Watertoevoer
controleren.
Als de waterdruk ter plaatse niet verhoogd kan worden, voorkomt instelling
Lage waterdruk, als deze geactiveerd is,
dat het programma afgebroken wordt.
Fabrieksinstelling: uit
- Warm
Er wordt ook warm water toegevoerd
voor de eerste spoelgang.
82
Mops ontwateren
In het standaard mopsprogramma
kunnen natte mops aan het begin van
het programma door kort centrifugeren worden ontwaterd.
Fabrieksinstelling: inschakelen
Exploitatieniveau
Mops temperat. standaard plus
In de programma's Mops plus en
Mops plus +rtu kan de voorgepro-
grammeerde temperatuur worden gewijzigd.
- 40°C (fabrieksinstelling)
- 60°C
- 70°C
- 90°C
Mops chem.-ther. desinfectieproces
In het programma Mops chemothermische desinfectie kan het voorgepro-
grammeerde desinfectieproces worden gewijzigd.
- 40°C/20min
- 60°C/20min (fabrieksinstelling)
- 70°C/10min
Mops thermisch desinfectieproces
In het programma Mops thermische
desinfectie kan het voorgeprogram-
meerde desinfectieproces worden gewijzigd.
- 75°C/10min
- 85°C/15min (fabrieksinstelling)
Mops microvezel
In het mopsprogramma kan de extra
functie Microvezels worden geactiveerd.
- inactief, niet zichtbaar
- selecteerbaar, zichtbaar (fabrieksinstelling)
- actief, niet zichtbaar
Mops prep.-toerental
In het mopsprogramma met Behandelen kan het voorgeprogrammeerde
centrifugeertoerental worden gewijzigd.
- 300omw/min
- 400omw/min
- 600omw/min
- 800omw/min (fabrieksinstelling)
Doeken temp. standaard plus
In de programma's Doeken plus en
Doeken plus +rtu kan de voorgepro-
grammeerde temperatuur worden gewijzigd.
- 40°C (fabrieksinstelling)
- 60°C
- 70°C
- 90°C
83
Exploitatieniveau
Doek. chem.-ther. desinfectieproces
In het programma Doeken chemothermische desinfectie kan het voorgepro-
grammeerde desinfectieproces worden gewijzigd.
- 40°C/20min
- 60°C/20min (fabrieksinstelling)
- 70°C/10min
Doeken pre-par.toerent.
In het doekenprogramma met Behandelen kan het voorgeprogrammeerde
centrifugeertoerental worden gewijzigd.
- 400omw/min
- 600omw/min
- 800omw/min (fabrieksinstelling)
- 1000omw/min
Sensor leegmelding
Een zuiglanscontact controleert of de
externe reservoirs voor vloeibaar wasmiddel leeg zijn. In het display verschijnt een melding als de reservoirs
leeg zijn.
Waarschuwings-teller
Een interne teller meldt dat een van de
externe doseerreservoirs bijna leeg is.
De desbetreffende teller moet vervolgens worden gereset.
Niveau Wit/Bont
Voor het programma Witte/Bonte was
kan het waterniveau voor de hoofdwas
worden verhoogd.
- + 0 mmwk (fabrieksinstelling)
- + 10mmwk
- + 20mmwk
- + 30mmwk
Niveau Kreukherstellend
Voor het programma Kreukherstellend
kan het waterniveau voor de hoofdwas
worden verhoogd.
- + 0 mmwk (fabrieksinstelling)
- + 10mmwk
- + 20mmwk
- + 30mmwk
- Uit (fabrieksinstelling)
De sensor leegmelding is uitgeschakeld.
- Maker
De zuiglansen hebben een maakcontact.
- Verbreekcontact
De zuiglansen hebben een verbreekcontact.
84
Exploitatieniveau
Temperatuur voorwas Wit/Bont
Voor het programma Witte/Bonte was
kunt u de temperatuur voor de voorwas kiezen.
- 30°C (fabrieksinstelling)
- 35 °C
- 40 °C
- 45 °C
Wastijd voorwas
Voor het programma Witte/Bonte was
kan de duur van de voorwas worden
verlengd.
- + 0 min (fabrieksinstelling)
- + 6 min
- + 9 min
- + 12 min
Wastijd Wit/Bont
Voor het programma Witte/Bonte was
kan de wastijd voor de hoofdwas worden verlengd.
- + 0 min (fabrieksinstelling)
- + 10 min
- + 20 min
- + 30 min
- + 40 min
Wastijd Kreukherstellend
Voor het programma Kreukherstellend
kan de wastijd voor de hoofdwas worden verlengd.
- + 0 min (fabrieksinstelling)
- + 5 min
- + 10 min
- + 15 min
- + 20 min
Voorspoelen Wit/Bont
Voor het programma Witte/Bonte was
kunt u ervoor kiezen de was te laten
voorspoelen.
Fabrieksinstelling: uit
Voorspoelen Kreukherstellend
Voor het programma Kreukherstellend
kunt u ervoor kiezen de was te laten
voorspoelen.
Fabrieksinstelling: uit
Voorwas Wit/ Bont/Kreukherst.
Voor de programma's Witte/Bonte was
en Kreukherstellend kunt u instellen of
de voorwas permanent moet worden
uitgevoerd of dat deze bij de programmakeuze kan worden gekozen.
Fabrieksinstelling: Menukeuze
85
Exploitatieniveau
Spoelgangen Wit/Bont
Voor het programma Witte was/Bonte
was en het standaardprogramma voor
mops kunt u het aantal spoelgangen
wijzigen.
- 2spoelgangen (fabrieksinstelling)
- 3spoelgangen
- 4spoelgangen
- 5spoelgangen
Spoelgangen Kreukherstellend
Voor het programma Kreukherstellend
kunt u het aantal spoelgangen wijzigen.
- 2 spoelgangen (fabrieksinstelling)
- 3 spoelgangen
- 4 spoelgangen
Desinfectiespoelen
Als er een desinfectieprogramma
wordt gekozen met een temperatuur
van minimaal 60°C kunnen er extra
spoelgangen worden geactiveerd.
Programma-pakketten
De programmakeuze kan worden uitgebreid door afzonderlijke programma's uit de programmapakketten te
activeren.
De gekozen programma's worden uit de
programmapakketten in de lijst Overigeprogramma's getoond.
- Standaard
- Prepareren mops
- Prepareren doeken
- Ready to use
- Werkkleding
- Basisprogramma's
Na selectie van de programmapakketten worden de afzonderlijke programma's uit de lijst geactiveerd (geactiveerde programma's zijn gemarkeerd
met een kader). Tot slot moet de keuze
worden bevestigd.
Er wordt met heet water gespoeld. De
programmaduur wordt verlengd.
Na afloop van het programma kan
het wasgoed heet aanvoelen.
Wees voorzichtig wanneer u het
wasgoed uit de trommel haalt.
Fabrieksinstelling: uit
86
Exploitatieniveau
Code desinfectieprog.
U moet een code invoeren om een
desinfectieprogramma af te breken.
De code kan gewijzigd worden.
De code is: 0 0 0
Tip: Noteer de nieuwe code als u de
code wijzigt.
Temperatuurverlaging
Om te voorkomen dat het waswater
op hooggelegen locaties voortijdig
gaat koken, kan de watertemperatuur
worden verlaagd.
Fabrieksinstelling: uit
Automatische dosering
De automatische dosering via een extern doseersysteem kan worden ingeschakeld.
Fabrieksinstelling: uit
Aanpassing dosering1–6
De dosering (ml/min) voor de pompen
kan worden gecorrigeerd om te kunnen reageren op toleranties die gedurende de looptijd in het pompsysteem
optreden.
De kalibratiewaarde kan in drie stappen
worden verlaagd of in drie stappen worden verhoogd.
De kalibratiewaarde wordt afhankelijk
van de gekozen stap één, twee of drie
keer met de aanpassingswaarde verhoogd of verlaagd.
Kalibratiewaarde en aanpassingswaarde moeten door de technicus van Miele
in de gegevens van de doseerpompen
worden ingevoerd.
Keuze COM-module
Deze wasmachine heeft een geïntegreerde wifi-module. Maar hij kan ook
voorzien worden van een externe module.
- uit (fabrieksinstelling)
- interne module
De interne wifi-module wordt gebruikt.
- Externe module
Er is een XKM- of RS232-module in
de moduleschacht geschoven.
87
Exploitatieniveau
Beschikbaarheid van digitale
Miele producten
Het gebruik van digitale Miele producten is afhankelijk van de beschikbaarheid van de services in uw land.
De verschillende services zijn niet in elk
land beschikbaar.
Informatie over de beschikbaarheid
vindt u op de website www.miele.com.
Wifi/LAN
Sluit de wasmachine aan op het netwerk.
- Installeren
Deze melding verschijnt alleen als de
wasmachine nog niet met een wifinetwerk is verbonden.
- Deactiveren (zichtbaar als het netwerk is ingeschakeld).
Het netwerk blijft ingesteld, de wififunctie wordt uitgeschakeld.
- Activeren (zichtbaar als het netwerk
is uitgeschakeld).
De wifi-functie wordt weer ingeschakeld.
- Verbindingsstatus (zichtbaar als het
netwerk is geactiveerd)
- Resetten (zichtbaar als het is ingesteld)
Het netwerk is niet meer geïnstalleerd. U kunt het netwerk weer gebruiken als u een nieuwe verbinding
opbouwt.
– De wifi wordt uitgeschakeld.
– De verbinding met wifi wordt naar
de fabrieksinstelling gereset.
Wifi instellen
Er zijn 2 verbindingsmethodes mogelijk.
WPS
Activeer binnen 2minuten de functie
“WPS” op uw router.
Tip: Is er na afloop van de time-outtijd
nog geen verbindingsopbouw, herhaal
dan het proces.
Soft-AP
Activeer binnen 10minuten de functie
met de Miele app op uw smart device.
Tip: De app leidt u door de verdere
stappen.
– de ontvangst van de wifi
– de naam van het netwerk
– het IP-adres
- Opnieuw instellen (zichtbaar als het is
ingesteld).
Reset de aanmelding bij wifi (netwerk) om deze onmiddellijk opnieuw
in te stellen.
88
Exploitatieniveau
Netwerk- tijd
Datum en tijd kunnen via het netwerk
worden gesynchroniseerd.
- uit
Datum en tijd worden niet via het netwerk gesynchroniseerd.
- als master
De apparaten staan met elkaar in verbinding, maar niet met het internet.
Een apparaat wordt master gemaakt
en stuurt de gegevens naar de slaveapparaten.
- als slave
De apparaten staan met elkaar in verbinding en met het internet. Alle apparaten worden als slave ingesteld.
De gegevens worden met het internet
gesynchroniseerd.
Ext. progr. vergrend.
De besturing biedt de mogelijkheid
programma's te blokkeren. De blokkering vindt plaats door een extern
systeem via de KOM-interface.
Signaal piekbelasting
Met de piekbelastingsschakelaar kan
de wasautomaat worden geïntegreerd
in een energiemanagementsysteem.
Als er een signaal wordt geregistreerd,
wordt de verwarming van de wasautomaat korte tijd uitgeschakeld. De wasautomaat mag uitsluitend op een piekbelastingsschakelaar worden aangesloten als deze via de XCI-box van
Miele met de wasautomaat is verbonden.
- Geen functie (fabrieksinstelling)
- Piekbelasting bij 230V
- Piekbelasting bij 0V
Piekbelasting vermijden
Bij desinfectieprogramma's kunt u uitschakeling bij piekbelasting voorkomen. Als er een signaal wordt geregistreerd, wordt de verwarming van de
wasautomaat niet uitgeschakeld.
Fabrieksinstelling: uit
Fabrieksinstelling: uit
89
Exploitatieniveau
Remote
De bedrijfsgegevenscommunicatie van
de wasmachine (bijv. foutmeldingen of
instructies) vindt extern plaats.
Fabrieksinstelling: inschakelen
RemoteUpdate
Via RemoteUpdate kunt u de software
van de wasmachine actualiseren.
Af fabriek is de RemoteUpdate geactiveerd.
Als u een RemoteUpdate niet installeert,
kunt u uw wasmachine zoals gewoonlijk
gebruiken. Miele adviseert u echter om
de RemoteUpdates te installeren.
Het verloop van de RemoteUpdate
Als er een RemoteUpdate voor uw wasautomaat beschikbaar is, verschijnt dit
in het geopende exploitatieniveau.
U kunt dan kiezen of u de RemoteUpdate direct of later wilt starten. Als u “later starten” kiest, verschijnt de vraag
weer als u de wasautomaat opnieuw inschakelt.
- Schakel de wasautomaat niet uit tijdens de RemoteUpdate. Anders
wordt de RemoteUpdate afgebroken
en niet geïnstalleerd.
SmartGrid
Met de instelling SmartGrid kunt u uw
wasmachine in energiemanagementsystemen van gebouwen integreren.
Fabrieksinstelling: uit
Gestuurd energieverbruik
Als Gestuurd energieverbruik is ingeschakeld, wordt voor de programma's
Witte was, Bonte was en Kreukherstellend een optimaal energieverbruik ge-
garandeerd.
Fabrieksinstelling: inschakelen
De RemoteUpdate kan enkeleminuten
duren.
Let bij de functie RemoteUpdate op het
volgende:
- Zolang u geen melding ontvangt, is er
geen RemoteUpdate beschikbaar.
- Is een RemoteUpdate een keer geïnstalleerd, dan kunt u deze niet ongedaan maken.
90
Exploitatieniveau
Draaistroom
De resttijdaanduiding is afhankelijk
van de stroomaansluiting. Bij een 1-fase-aansluiting moet de instelling op
nee worden gezet.
Fabrieksinstelling: ja
Verwarming
De verwarming kan worden uitgeschakeld en de thermostopfase wordt
overgeslagen. Bovendien wordt de
bewaking van verwarmingsstoringen
gedeactiveerd.
Fabrieksinstelling: aan.
Juridische informatie
Open source licenties
Hier kunt u informatie inzien.
Auteursrechten en licenties voor bedienings- en besturingssoftware
Voor de bediening en besturing van de
machine gebruikt Miele eigen software
of software van derden waarvoor geen
open source licentievoorwaarde geldt.
Deze software/softwarecomponenten
zijn auteursrechtelijk beschermd. De auteursrechten van Miele en derden dienen in acht te worden genomen.
Bovendien bevat deze machine softwarecomponenten die onder open
source licentievoorwaarden worden
doorgegeven. U kunt de ontvangen
open source componenten en de bijbehorende auteursrechtmededelingen, kopieën van de telkens toepasselijke licentievoorwaarden en eventueel overige informatie over de machine onder de
menuoptie Instellingen| Machineparame-
ters| Juridische informatie| Open-source-licenties oproepen. De daar beschreven
aansprakelijkheids- en garantieregeling
van de open source licentievoorwaarden geldt slechts in verhouding tot de
betreffende rechthebbenden.
91
Exploitatieniveau
Betaalautomaat
Voor het aansluiten van een betaalautomaat is het accessoire XCI-AD of
XCI-box vereist.
Wilt u deze later toch wijzigen, neem
dan contact op met Miele.
Instellingen voor betaalautomaten
Als u een betaalautomaat aansluit, zijn
de volgende instellingen mogelijk.
- Geen betaalautomaat
De volgende instellingen worden
overgeslagen en de eerste ingebruikneming kan worden beëindigd.
- Programmagestuurd
Er wordt gebruik gemaakt van een
muntautomaat: de gebruiker koopt
een programma.
- Tijdgestuurd
Er wordt gebruik gemaakt van een
muntautomaat met tijdmeter: de gebruiker koopt een tijdgestuurd programma.
- KOM-module
Terugmeldsignaal betaalsysteem
Instelling van het bevestigingssignaal
van de muntautomaat.
- Fabrieksinstelling: uit
- Einde programma
Het bevestigingssignaal klinkt aan
het einde van het programma.
- Loslaten starttoets
Het bevestigingssignaal klinkt nadat
de starttoets is losgelaten.
- Start en einde programma
Het bevestigingssignaal klinkt bij de
start en aan het einde van het programma.
- Programma loopt
Het bevestigingssignaal klinkt continu van de start tot het einde van het
programma.
De bediening vindt plaats met een
centrale besturing.
92
Exploitatieniveau
Vergrendeling betaalsysteem
Om manipulatie te voorkomen, kan bij
een programmagestuurd betaalsysteem een programmavergrendeling
worden ingesteld. Als de deur van het
apparaat wordt geopend, wordt het
programma vergrendeld en vervolgens
afgebroken, waarbij het ingeworpen
geld verloren gaat.
Om wel de mogelijkheid te bieden om
de trommel bij te vullen, kan het tijdstip
van de vergrendeling worden gewijzigd.
- Uit
- Direct na de start van het programma
- 1minuut na de start van het programma
- 2minuten na de start van het programma
- 3minuten na de start van het programma (fabrieksinstelling)
- 4minuten na de start van het programma
- 5minuten na de start van het programma
Gratis programma's
Bij gebruik met een muntautomaat kan
worden vastgelegd of het programma
Pompen/Centrifugeren gratis kan wor-
den gebruikt.
Fabrieksinstelling: uit
Wissen betaald-signaal
Het “betaald signaal” bij gebruik van
een muntautomaat kan tot het einde
van het programma klinken of na 5minuten zonder programmastart worden
uitgeschakeld.
Fabrieksinstelling: uit
Alt. contacttijd betaalsysteem
Bij gebruik met een muntautomaat kan
de minimale debounce-tijd voor het
betaalsignaal worden ingesteld.
- Fabrieksinstelling: kort
Voor muntautomaten waarbij de vallende munt de “betaald”-impuls genereert.
- Lang
Voor centrale besturingen op basis
van 230V.
93
Miele Professional
De Limiet 2
Postbus 166
4130 ED VIANEN
Afdeling Customer Service Professional
Tel.: (03 47) 37 88 84
Fax: (03 47) 37 84 29
E-mail: professional@miele.nl (verkoop & algemene vragen)
E-mail: serviceprofessional@miele.nl (service & onderhoud)
Website: www.miele-professional.nl
Miele & Cie. KG
Carl-Miele-Straße 29, 33332 Gütersloh, Duitsland
PWM 506 Mop Star 60
M.-Nr. 11 881 170 / 00nl-NL
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.