Gaskookplaten
KM 362 G / KM 362-1 G
KM 370 G / KM 370-1 G
KM 371 G
Lees beslist de gebruiksaanwijzing
voordat u uw apparaat plaatst,
installeert en in gebruik neemt.
Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt
onnodige schade aan uw apparaat.
a Wokring
b Wokbrander
c Sudderbrander
d Normaalbrander
e Pannendrager (2-delig)
f Symbolen voor de kookzones
g Netaansluitsnoer
Bedieningsknop:
h rechts voor
i rechts achter
j links achter
k links voor
3
Algemeen
KM 370 G / KM 370-1 G
a Sterkbrander
b Sudderbrander
c Wokring
d Wokbrander
e Normaalbrander
f Netaansluitsnoer
g Pannendrager (3-delig)
h Symbolen voor de kookzones
4
Bedieningsknop:
i rechts voor
j rechts achter
k midden
l links achter
m links voor
KM 371 G
Algemeen
a Sterkbrander
b Sudderbrander
c Wokring
d Wokbrander
e Normaalbrander
f Pannendrager (per brander)
g Symbolen voor de kookzones
h Netaansluitsnoer
Bedieningsknop:
i rechts voor
j rechts achter
k midden
l links achter
m links voor
5
Algemeen
Brander
WokbranderSudder-, normaal- en sterkbrander
n Branderdop
o Branderring
p Branderkop
q Brandervoet
r Elektrische vonkontsteking
s Thermo-element vlambeveiliging
6
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Lees de gebruiksaanwijzing aan
dachtig door voordat u uw apparaat
voor het eerst gebruikt. Dat is vei
liger voor uzelf en u voorkomt scha
de aan het apparaat.
Dit apparaat mag alleen worden ge
bruikt door personen die in staat zijn
het apparaat veilig te bedienen en
die volledig op de hoogte zijn van
de inhoud van de gebruiksaanwij
zing!
Plak het typeplaatje dat u bij de do
cumentatie van het apparaat vindt
op de daarvoor bestemde plaats in
het hoofdstuk "Typeplaatje".
-
-
-
De elektrische veiligheid van het
apparaat is alleen dan gewaar
borgd als het wordt aangesloten op
een volgens de voorschriften geïnstal
-
leerd aardingssysteem. Het is belang
rijk dat u dit controleert en in geval van
twijfel de huisinstallatie door een vak
man laat controleren. De fabrikant kan
niet aansprakelijk worden gesteld voor
schade die is ontstaan door een ont
brekende of beschadigde aarddraad
(bijvoorbeeld een elektrische schok).
Zorg dat na de inbouw de gas
-
slang en de elektriciteitskabel niet
met hete onderdelen in aanraking komen. Door te hoge temperaturen kunnen de slang en de kabel beschadigd
raken.
-
-
-
-
-
-
Bewaar de gebruiksaanwijzing en
geef deze door aan een eventuele
volgende eigenaar.
Het inbouwen en aansluiten
van het apparaat
Alleen een erkend vakman mag het
apparaat plaatsen en aansluiten op
het gas- en elektriciteitsnet. Een vak
man kent de landelijke voorschriften en
de voorschriften van het energiebedrijf
en houdt zich daar strikt aan. Wanneer
er bij het inbouwen en aansluiten van
het apparaat fouten worden gemaakt,
kan de fabrikant niet aansprakelijk wor
den gesteld voor schade die daar
eventueel het gevolg van is.
-
Wordt het apparaat met een ver-
lengkabel op de netspanning aangesloten, dan moeten de verlengkabel
en de stekkerverbinding tegen vocht
geïsoleerd zijn.
Dit apparaat mag uitsluitend door
een vakman op een niet-stationaire
locatie (bijvoorbeeld een boot of cam
per) worden ingebouwd en aangeslo
ten. Hierbij moet aan alle voorwaarden
voor een veilig gebruik worden vol
daan.
-
-
-
-
7
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Verantwoord gebruik
Gebruik het apparaat alleen als het
is ingebouwd. Alleen dan kunt u er
zeker van zijn dat u niet met delen in
aanraking komt die onder spanning
staan.
Dit apparaat is uitsluitend bestemd
voor huishoudelijk gebruik.
Gebruik het apparaat alleen voor
het bereiden van gerechten. Ge
bruik voor andere doeleinden is niet
toegestaan en kan gevaarlijk zijn. De
fabrikant kan niet aansprakelijk worden
gesteld voor schade die wordt veroorzaakt door gebruik voor andere doeleinden dan hier aangegeven of door
foutieve bediening.
Gebruik dit apparaat niet om er
een ruimte mee te verwarmen.
Door de hoge temperaturen kunnen
brandbare voorwerpen in de buurt van
het apparaat vlam vatten. Bovendien
wordt hierdoor de levensduur van het
apparaat verkort.
Bij gebruik van een gaskookplaat
ontstaan warmte en vocht. Zorg
daarom voor een goede ventilatie in de
ruimte waar het apparaat staat opge
steld. Open een buitenraam of zorg
voor mechanische afzuiging (bijvoor
beeld via een afzuigkap).
-
-
-
Als u het apparaat lang en intensief
gebruikt, is het aan te raden de
ruimte extra te ventileren, bijvoorbeeld
door een buitenraam te openen of door
de afzuigkap op een hoge stand in te
schakelen.
Het apparaat mag niet in de open
lucht worden geplaatst en gebruikt.
Zorg dat alle branderdelen op de
juiste wijze zijn gemonteerd, voor
dat u de brander ontsteekt.
Zorg dat op een ontstoken brander
altijd een pan staat. Een erboven
geplaatste afzuigkap kan anders beschadigd raken of vlam vatten.
Gebruik op gaskookplaten alleen
pannen waarvan de bodemdiameter niet groter of kleiner is dan in de gebruiksaanwijzing staat aangegeven (zie
ook de rubriek "De juiste pannen"). Als
de diameter te klein is, staat de pan
niet stevig genoeg. Is de diameter te
groot, dan worden de hete verbrandingsgassen te ver naar de zijkant ge
voerd en kunnen het werkblad, een niet
hittebestendige wand of onderdelen
van de kookplaat beschadigd raken.
Voor schade die op deze wijze is ont
staan, kan de fabrikant niet aansprake
lijk worden gesteld.
Bewaar geen licht ontvlambare
voorwerpen in de buurt van het ap
paraat.
-
-
-
-
-
8
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Kinderen
Het apparaat is bedoeld voor ge
bruik door volwassenen die volle
dig op de hoogte zijn van de inhoud
van deze gebruiksaanwijzing. Kinderen
kunnen de gevaren van een apparaat
niet altijd goed inschatten. Houd daar
om voldoende toezicht.
Oudere kinderen mogen het appa
raat alleen gebruiken als ze weten
hoe ze het apparaat veilig moeten be
dienen. Ze moeten zich bewust zijn van
de gevaren van een foutieve bediening.
Laat kinderen niet met het appa-
raat spelen.
Het apparaat wordt tijdens het ge-
bruik heet en blijft dat ook nog enige tijd nadat het apparaat is uitgeschakeld. Houd kinderen op een afstand,
totdat het apparaat voldoende is afgekoeld en er geen verbrandingsgevaar
meer bestaat.
-
-
-
-
Kinderen kunnen ook verbran
dingen oplopen als zij pannen van
het apparaat trekken. Bij de vakhan
delaar is een speciaal rek verkrijgbaar
dat ervoor zorgt dat kinderen niet meer
bij het apparaat kunnen komen.
Verpakkingsmateriaal (zoals folies
en piepschuim) kan gevaarlijk zijn
voor kinderen. Verstikkingsgevaar! Be
waar het verpakkingsmateriaal dan ook
buiten het bereik van kinderen en zorg
dat het zo snel mogelijk wordt afge
voerd.
Als u het apparaat afdankt, koppel
het dan los van de gastoevoer en
trek de stekker uit het stopcontact.
Maak de stekker samen met de aansluitkabel onbruikbaar. U voorkomt
daarmee dat het apparaat gevaar oplevert, bijvoorbeeld voor spelende kinderen.
-
-
-
-
Bewaar geen voorwerpen die voor
kinderen interessant zijn in kastjes
boven of achter het apparaat. De kin
deren klimmen anders misschien op
het apparaat en kunnen zich er dan
aan branden.
-
9
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Het voorkomen van schade
aan het apparaat
Reinig het apparaat nooit met een
stoomreiniger. De stoom kan in
aanraking komen met onder spanning
staande delen en kortsluiting veroorza
ken. Door de stoom kunnen ook het op
pervlak en onderdelen van het appa
raat blijvend beschadigd raken, waar
voor de fabrikant niet aansprakelijk kan
worden gesteld.
Gebruik geen kookgerei met een te
dunne bodem. Verhit kookgerei
nooit leeg, tenzij de fabrikant van het
kookgerei een dergelijk gebruik uitdrukkelijk toestaat. Het apparaat kan anders
beschadigd raken!
Bij apparaten met keramische plaat:
Laat geen voorwerpen op de kera-
mische plaat vallen. Zelfs een licht
voorwerp, zoals een zoutvaatje, kan
scheuren of barsten veroorzaken als
het verkeerd terechtkomt.
Bij apparaten met roestvrijstalen lek
blad:
Voorkom dat zouthoudende ge
rechten of vloeistoffen op de roest
vrijstalen plaat terechtkomen. Gebeurt
dat toch, dan moeten deze stoffen met
een grondig worden verwijderd, anders
kan er roestvorming optreden.
-
-
-
Het voorkomen van brandwon
den
Het apparaat wordt bij gebruik erg
heet en blijft dat ook nog enige tijd
na het uitschakelen. Raak het apparaat
daarom niet aan, zolang het nog heet
is.
Trek altijd ovenwanten aan of ge
bruik pannenlappen als u met het
hete apparaat werkt. Zorg dat deze niet
te dicht bij de vlammen komen. Gebruik
dan ook geen al te grote pannenlap
pen, theedoeken of iets dergelijks. De
pannenlappen mogen niet nat of vochtig zijn, omdat ze de warmte dan beter
geleiden. U kunt zich branden!
Verwarm geen dichte blikken en
dergelijke op de kookplaat, anders
ontstaat er overdruk waardoor de blikken uiteenspatten en u zich kunt verwonden.
Gebruik het apparaat niet als werkblad. Als het apparaat per ongeluk
wordt ingeschakeld of als het nog heet
-
is, kunnen voorwerpen - afhankelijk van
het materiaal - heet worden, smelten of
vlam vatten.
-
-
Dek het apparaat nooit af met een
doek of iets dergelijks. Als het ap
paraat nog heet is of wordt ingescha
keld, bestaat er brandgevaar.
-
-
-
-
-
Plaats de pannendragers verticaal
op de kookplaat, zodat er geen
krassen kunnen ontstaan.
10
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Verwijder vetspatten en andere
brandbare verontreinigingen zo
spoedig mogelijk van de kookplaat, an
ders bestaat er brandgevaar.
Houd het apparaat goed in de ga
ten wanneer u met olie of vetten
werkt. Oververhit vet en oververhitte
olie kunnen vlam vatten. Daarbij kan
ook de afzuigkap in brand raken.
Brandgevaar!
Mocht het vet of de olie toch een
keer vlam vatten, gebruik dan nooit
water voor het blussen! Doof de vlam
men met een geschikte deksel, een
vochtige doek of iets dergelijks.
Flambeer nooit onder een afzuig
kap. Door de vlammen kan de af
zuigkap in brand vliegen.
Zorg dat de vlammen van de
-
-
brander niet onder de pan van
daan komen.
-
-
-
11
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Als het apparaat defect is
Wanneer u een defect aan het ap
paraat constateert, schakel dan
eerst het apparaat uit, draai vervolgens
de gaskraan dicht en schakel dan de
hoofdschakelaar van de huisinstallatie
uit. Draai smeltveiligheden er volledig
uit. Is het apparaat niet ingebouwd en
heeft het geen vaste aansluiting, trek
dan ook de aansluitkabel uit het stop
contact. Pak de aansluitkabel bij de
stekker vast.
Bel nu de afdeling Klantcontacten.
Zorg ervoor dat de hoofdschakelaar
niet weer wordt ingeschakeld en dat er
geen spanning op het apparaat komt,
totdat het defect is verholpen.
Bij apparaten met keramische
plaat: Houdt u er rekening mee dat
ook bij scheuren en barsten in het apparaat sprake is van een defect. Schakel het apparaat dan ook meteen uit,
sluit de gastoevoer af en maak het apparaat spanningsvrij. U kunt anders
een elektrische schok krijgen!
Reparaties mogen alleen door vak
mensen worden uitgevoerd. Bij on
deskundig uitgevoerde reparaties loopt
de gebruiker grote risico’s en kan het
apparaat beschadigd raken. Open
nooit de ommanteling van het apparaat.
Als dit apparaat binnen de
garantieperiode defect raakt, mag
het alleen door Miele Nederland wor
den gerepareerd, anders vervalt de ga
rantie.
-
-
-
Het voorkomen van andere ge
varen
Als u een stopcontact in de buurt
van het apparaat gebruikt, let er
dan op dat aansluitkabels van andere
apparaten niet in aanraking komen met
hete kookzones. De isolatie van de ka
bels kan beschadigd raken, waardoor u
een elektrische schok kunt krijgen.
Zorg ervoor dat gerechten altijd
voldoende worden verhit. Eventue
le bacteriën in het eten worden alleen
gedood, wanneer de temperatuur hoog
genoeg is (> 70 °C) en lang genoeg
wordt aangehouden (> 10 min.).
Gebruik geen serviesgoed van
kunststof of aluminiumfolie, want
dat smelt bij hoge temperaturen.
Brandgevaar!
Wanneer zich onder het apparaat
een schuiflade bevindt, zonder tussenbodem, mogen daarin geen licht
ontvlambare stoffen of brandbare voorwerpen zoals spuitbussen worden be
waard. Een eventuele bestekbak moet
van hittebestendig materiaal zijn.
-
Als het apparaat gedurende een
ongebruikelijk lange tijd niet is ge
bruikt, is het aan te bevelen het appa
raat grondig te reinigen voordat u het
weer in gebruik neemt. Laat de cor
recte werking van het apparaat zo no
dig door een vakman controleren.
-
-
-
-
-
-
-
-
-
12
Een bijdrage aan de bescherming van het milieu
Het verpakkingsmateriaal
De verpakking beschermt het apparaat
tegen transportschade. Het verpak
kingsmateriaal is uitgekozen met het
oog op een zo gering mogelijke belas
ting van het milieu en de mogelijkheden
voor recycling.
Hergebruik van het verpakkingsmateri
aal remt de afvalproductie en het ge
bruik van grondstoffen. Vaak neemt de
leverancier de verpakking terug. Als u
de verpakking zelf wegdoet, informeer
dan bij de reinigingsdienst van uw ge
meente waar u die kunt afgeven.
-
-
-
-
Het afdanken van het apparaat
Oude elektrische en elektronische ap
paraten bevatten vaak nog waardevolle
materialen. Ze bevatten echter ook
schadelijke stoffen die voor het functio
neren en de veiligheid van het apparaat
nodig waren. Als u het apparaat bij het
gewone afval doet of bij verkeerde be
handeling kunnen deze stoffen schade
lijk zijn voor de gezondheid en het mili
eu. Verwijder het afgedankte apparaat
dan ook nooit met het gewone afval.
Lever het apparaat in bij een gemeentelijk inzameldepot voor elektrische en
elektronische apparatuur.
Het afgedankte apparaat moet tot die
tijd buiten het bereik van kinderen wor
den opgeslagen. Hierover vindt u meer
informatie in het hoofdstuk "Veiligheids
instructies en waarschuwingen".
-
-
-
-
-
-
-
13
Vóór het eerste gebruik
Reiniging voor het eerste
gebruik
Ga als volgt te werk:
Reinig de afneembare onderdelen
^
van de gaskookplaat in een sopje
van afwasmiddel. Wrijf de onderdelen
daarna weer droog en zet ze
vervolgens weer op de juiste manier
in elkaar (zie "Reiniging en onder
houd").
Neem de roestvrijstalen of kera
^
mische plaat met een vochtige doek
af en wrijf de plaat vervolgens droog.
Gebruik voor het reinigen van de
keramische plaat geen afwasmiddel,
omdat daardoor blijvende blauwe
vlekken kunnen ontstaan.
-
De metalen delen van het apparaat zijn
voorzien van een speciaal bescherm
laagje, waardoor bij het eerste gebruik
geurtjes kunnen ontstaan. Wanneer er
geurtjes en damp vrijkomen, betekent
dat niet dat het apparaat defect is of
verkeerd is aangesloten. Ze verdwijnen
na korte tijd.
-
-
14
Inschakelen, instellen,
uitschakelen
Met de bedieningsknop ontsteekt u het
gas en stelt u de gewenste stand in.
ß de gastoevoer is afgesloten
& grote vlam
/ kleine vlam
Bediening
Om de branders in te schakelen,
moet u de bedieningsknop indruk
ken en naar links draaien. Als u de
branders wilt uitschakelen, moet u
de knop naar rechts draaien. Als u
de branders
-inschakelt zonder de knop in te
drukken,
-inschakelt door de knop naar
rechts te draaien,
-uitschakelt door de knop naar
links te draaien,
kunnen onderdelen van het appa
raat beschadigd raken. Voor schade
die op deze wijze is ontstaan, kan
de fabrikant niet aansprakelijk worden gesteld.
Inschakelen
-
-
^ Ontsteek het gas door de betreffende
bedieningsknop in te drukken en
naar links op het grote vlamsymbool
te draaien.
^
Wanneer er een vlam te zien is, moet
u de bedieningsknop nog 8 - 10 se
conden ingedrukt houden. Laat de
knop vervolgens los.
Mocht de vlam weer uitgaan, herhaal
dan de bovengenoemde stappen en
houd de bedieningsknop eventueel iets
langer ingedrukt.
-
15
Bediening
Instellen
Als de vlam na het loslaten goed
^
brandt, kiest u een stand tussen de
symbolen van de grote en de kleine
vlam. De vlam wordt kleiner als u de
knop naar links draait en groter als u
hem naar rechts draait. U hoeft de
knop daarbij niet in te drukken.
De vlammen mogen niet onder de
^
pan vandaan komen. Omdat de vlam
aan de buitenkant heter is dan in de
kern moeten de punten van de vlam
de panbodem raken. De warmte
wordt anders aan de lucht afgeven.
Bovendien kunnen de pangrepen beschadigd raken en neemt de kans op
verbrandingen toe.
Uitschakelen
Draai de bedieningsknop naar rechts
^
op het symbool "ß".
De gastoevoer wordt afgesloten en de
vlam gaat uit.
de brander past. Algemene regel:
grote diameter = grote brander,
kleine diameter = kleine brander.
–
Gebruik liever brede, lage pannen
dan smalle, hoge pannen. De inhoud
wordt dan sneller verhit.
-
Voor gas zijn geen speciale pannen
–
nodig. Het materiaal moet alleen hit
tebestendig zijn.
Houdt u er rekening mee dat pan
–
nenfabrikanten vaak de diameter aan
de bovenkant vermelden. Van be
lang is echter alleen de bodemdia
meter.
Gebruik alleen pannen waarvan de
–
diameter niet groter of kleiner is dan
in de tabel staat aangegeven. Als de
bodemdiameter te klein is, staat de
pan niet stevig genoeg. Is de
bovendiameter te groot, dan worden
de hete verbrandingsgassen te ver
naar de zijkant gevoerd en kunnen
het werkblad, een niet hittebestendige wand of onderdelen van de
kookplaat beschadigd raken. Voor
schade die op deze wijze is ontstaan, kan de fabrikant niet aansprakelijk worden gesteld.
– Kook bij voorkeur met een deksel op
de pan. Op die manier voorkomt u
dat er onnodig warmte ontsnapt.
Tip
-
-
-
-
–
Gebruik bij voorkeur pannen met een
dikke bodem, omdat de warmtever
deling dan beter is. Bij pannen met
een dunne bodem bestaat het ge
vaar dat de gerechten plaatselijk
oververhit raken. Roer de gerechten
dan ook regelmatig om.
Een wok is een bijzondere pan met een
kleine bodemdiameter en een grote
bovendiameter (meestal 35 - 40 cm).
De wokbrander is ideaal voor dergelijke
pannen.
-
-
17
Bediening
Vlambeveiliging
De thermo-elektrische vlambeveiliging
zorgt ervoor dat de gastoevoer wordt
afgesloten, als de vlam uitgaat, bijvoor
beeld omdat deze uitwaait of omdat
een gerecht overkookt.
Om de brander weer in gebruik te
^
nemen, draait u de bedieningsknop
naar rechts op "ß". Schakel de
brander vervolgens op de normale
manier weer in.
De vlambeveiliging functioneert los van
de stroomvoorziening. De beveiliging is
dus ook actief als u het apparaat tijdens een stroomstoring gebruikt (zie de
rubriek "Wanneer de stroom uitvalt").
Wanneer de stroom uitvalt
Wanneer de stroom uitvalt, kunt u de
gasbrander met een lucifer aansteken:
Druk de bedieningsknop in en draai
^
deze naar links op het grote vlam
symbool.
Houd de knop ingedrukt en steek het
^
gas met een lucifer aan.
Houd de knop nog ca. 8-10 secon
^
den ingedrukt en laat hem dan los.
-
-
18
Algemeen
Reinig het apparaat regelmatig, bij
voorkeur na elk gebruik. Laat het appa
raat eerst voldoende afkoelen.
Reiniging en onderhoud
De ontstekingselektrode van de
brander mag niet nat worden, an
-
ders kan er geen vonk worden afge
geven.
-
-
Gebruik nooit een stoomreiniger
voor het reinigen van dit apparaat.
De stoom kan in aanraking komen
met onder spanning staande delen
en zo een kortsluiting veroorzaken.
Bovendien kunnen door de stoom
het oppervlak en onderdelen van het
apparaat blijvend beschadigd ra
ken, waarvoor de fabrikant niet aan
sprakelijk kan worden gesteld.
Gebruik geen puntige voorwerpen,
zodat de dichtingen tussen de keramische plaat en de lijst (indien aanwezig) dan wel tussen lijst en werkblad niet beschadigd raken.
Gebruik nooit zand-, soda-/alkali-,
zuur- of chloridehoudende reinigingsmiddelen, grill- of ovensprays,
reinigingsmiddelen voor vaatwas
sers, vlekken- of roestverwijderaars,
schuurmiddelen of sponzen/borstels
met een schurend oppervlak. Al
deze middelen tasten het oppervlak
aan.
-
-
Wrijf het apparaat na elke vochtige
reiniging droog. Zo voorkomt u kalk
afzetting.
Pannendragers,
bedieningsknoppen
Verwijder de pannendragers.
De pannendragers en de bedieningsknoppen kunt u met een sponsdoekje,
een beetje afwasmiddel en warm water
reinigen. Aangekoekte verontreinigingen kunt u het beste laten inweken.
Wrijf alles na afloop met een schone
doek droog.
Bij apparaten met roestvrijstalen lek
blad:
Plaats de pannendragers verticaal
op de kookplaat, zodat er geen
krassen kunnen ontstaan.
-
-
19
Reiniging en onderhoud
De bovenkant van het apparaat
Roestvrijstalen lekblad
Reinig het roestvrijstalen lekblad met
een sponsdoekje, een beetje afwasmid
del en warm water. Aangekoekte ver
ontreinigingen kunt u het beste laten in
weken.
Wrijf het lekblad na afloop met een
zachte doek droog.
Voor het reinigen van het roestvrijstalen
lekblad kunt u ook speciale,
niet-schurende reinigingsmiddelen voor
roestvrij staal gebruiken. Let erop dat u
deze middelen alleen met de slijprichting mee gebruikt.
U kunt de roestvrijstalen oppervlakken
extra tegen vervuiling beschermen door
deze in te wrijven met een speciaal onderhoudsmiddel (bijvoorbeeld Neoblank). Verdeel een kleine hoeveelheid
van het middel met een zachte doek
gelijkmatig over het gereinigde oppervlak.
Geschikte reinigings- en onderhouds
middelen zijn verkrijgbaar bij de fabri
kant van het apparaat en bij de vakhan
del.
Voorkom dat er zouthoudende ge
rechten of vloeistoffen op het lekblad
terechtkomen. Gebeurt dat toch,
dan moet u het lekblad meteen
grondig reinigen om corrosie te
voorkomen.
-
-
-
-
Keramische plaat
Verwijder alle grove verontreinigingen
met een vochtige doek. Vastgekoekte
verontreinigingen verwijdert u met een
schraper.
Reinig de keramische plaat vervolgens
grondig met een speciaal reinigings
middel voor keramische platen en met
keukenpapier of een schone doek. Ook
kalkresten (van overgekookt water) en
aluminiumvlekken worden zo verwij
derd.
Wis de keramische plaat daarna met
een vochtige doek af en wrijf de plaat
weer droog met een zachte doek.
Eventueel kunt u een speciaal middel
gebruiken dat een water- en vuilafstotend laagje vormt.
Gebruik voor het reinigen geen afwasmiddel, omdat daardoor blijvende blauwe vlekken op de plaat
kunnen ontstaan.
Als u een speciaal reinigingsmiddel
voor keramische platen gebruikt,
houdt u zich dan aan de aanwij
zingen van de fabrikant.
-
-
-
20
Reiniging en onderhoud
Brander
Nadat de branders zijn afgekoeld, kunt
u deze uit elkaar halen en reinigen.
Branders uit elkaar halen en reinigen
Verwijder de afneembare branderde
^
len en reinig deze in heet water met
afwasmiddel. Wrijf de branderdelen
vervolgens met een schone doek
droog. Zorg dat ook de gleuven in de
brander goed droog zijn.
Het oppervlak van de branderdop
wordt met de tijd iets matter. Dit is nor
maal en heeft verder geen gevolgen
voor het gebruik van de kookplaat.
Wis de niet afneembare branderde
^
len af met een vochtige doek en wrijf
de delen daarna weer droog.
Wis de ontstekingselektrode en het
^
thermo-element voorzichtig af met
een goed uitgewrongen vochtige
doek. Wrijf de onderdelen met een
schone doek weer droog.
-
-
21
Reiniging en onderhoud
Sudder-, normaal- en sterkbrander in
elkaar zetten (zie afbeelding)
Plaats de branderkop p zodanig op
^
de brandervoet q dat de ontste
kingselektrode r en het thermoelement s door de gaten van de
branderkop heen steken. De
branderkop moet goed op de
brandervoet liggen.
Plaats de branderdop n zodanig dat
^
de nokjes in de uitsparingen van de
branderkop p vallen.
-
Zorg dat de branderdelen na het reini
gen in de juiste volgorde worden teruggeplaatst.
Het is belangrijk dat:
1. de boven- en onderkant niet
worden verwisseld.
2. de nokjes precies in de daarvoor
bestemde uitsparingen vallen.
-
22
Reiniging en onderhoud
Wokbrander in elkaar zetten (zie af
beelding)
Plaats de branderkop p zodanig op
^
de brandervoet q dat de ontste
kingselektrode r en het thermoelement s door de gaten van de
branderkop heen steken. De
branderkop moet goed op de
brandervoet liggen.
Plaats de branderring o.
^
Plaats de branderdop n.
^
Zorg dat de branderdelen na het reini
gen in de juiste volgorde worden terug
geplaatst.
Het is belangrijk dat:
1. de boven- en onderkant niet
worden verwisseld.
2. de nokjes precies in de daarvoor
bestemde uitsparingen vallen.
-
-
-
-
23
Nuttige tips
Reparaties aan elektrische appara
ten en aan apparaten die op gas zijn
aangesloten, mogen alleen door
vakmensen worden uitgevoerd. On
deskundig uitgevoerde reparaties le
veren gevaar op voor de gebruiker.
Wat moet u doen als . . .
. . . de brander na enkele pogingen
niet ontsteekt?
Controleer of
– de brander op de juiste wijze in el-
kaar is gezet.
– de gaskraan geopend is.
– de brander schoon en droog is.
– de gleuven in de brander schoon en
droog zijn.
-
-
. . . de gasvlam na het ontsteken weer
uitgaat?
Controleer of de branderdop goed ge
plaatst is.
-
. . . de elektrische vonkontsteking van
de brander niet meer werkt?
Controleer of zich etensresten tussen
de ontstekingselektrode en de brander
dop bevinden. Verwijder deze voorzich
tig. De ontstekingselektrode mag niet
nat worden.
. . . het vlammenbeeld van de brander
plotseling is veranderd?
Controleer of de branderdelen op de
juiste wijze in elkaar zijn gezet.
-
-
-
– de zekeringen van de huisinstallatie
zijn doorgeslagen. Als dit het geval
is, moet u contact opnemen met een
elektricien of met de afdeling Klant
contacten. U kunt het gas wel met
een lucifer aansteken (zie de rubriek
"Wanneer de stroom uitvalt").
24
-
Techniek
Gasaansluiting
Alleen een erkend installateur mag
het apparaat aansluiten op gas of
aanpassen aan een andere gas
soort. De installateur is ervoor ver
antwoordelijk dat het apparaat op de
plaats van opstelling goed functio
neert.
De gasaansluiting moet zo zijn ge
plaatst dat de gaskraan gemakkelijk
toegankelijk is.
Vraag aan het plaatselijke gasbedrijf
welke gassoort u heeft. Vergelijk dit
met de gegevens op het typeplaatje.
Het apparaat is geschikt voor aardgas
en vloeibaar gas.
Het apparaat voldoet aan de eisen van
-
-
-
-
EN 30:
NL II 2 L 3 BP 25/28-30 mbar.
Het apparaat is in de fabriek ingesteld
op aardgas (zie de sticker op het appa
raat).
Voor omschakeling op vloeibaar gas
(butaan of propaan) worden de juiste
inspuiters bijgeleverd. De nominale
gasdruk voor vloeibaar gas moet liggen
tussen 28-30 mbar.
Als de benodigde inspuiters niet zijn
bijgevoegd, neem dan contact op met
uw vakhandelaar of met de afdeling
Klantcontacten.
Hoe het apparaat kan worden aangepast aan een andere gassoort, staat in
de montagehandleiding.
-
25
Techniek
Elektrische aansluiting
Aansluiting op een geaard stopcontact
wordt aanbevolen, omdat dat eventuele
werkzaamheden van de technicus ge
makkelijker maakt. Het stopcontact
moet ook na het inbouwen toegankelijk
zijn.
Wordt de stekker verwijderd, dan mag
het apparaat uitsluitend door een er
kend elektricien op het elektriciteitsnet
worden aangesloten. Deze is op de
hoogte van de landelijke voorschriften
en de voorschriften van het plaatselijke
energiebedrijf. Het apparaat mag al
leen worden aangesloten op een huisinstallatie die volgens NEN 1010 is geïnstalleerd.
Is het stopcontact niet toegankelijk of is
er sprake van een vaste aansluiting,
dan moet het apparaat via een schakelaar met alle polen van de netspanning
kunnen worden losgekoppeld. De contactopening in uitgeschakelde toestand
moet minimaal 3 mm bedragen. Geschikt zijn zelf-uitschakelaars, ze
keringen en relais (EN 60 335).
-
-
-
-
Technische gegevens
Aansluitwaarde:
Zie het typeplaatje.
Aansluiting op:
AC 230 V / 50 Hz
Zekering: 10 A (type B of C)
Aardlekschakelaar:
Om extra veiligheid te kunnen garande
ren, wordt in de EU-voorschriften en
-richtlijnen voor Nederland geadviseerd
de huisinstallatie van een aardlekschakelaar (30 mA) te voorzien.
Bij een beveiliging ß 100 mA kan het
voorkomen dat de aardlekschakelaar
reageert, als het apparaat wordt ingeschakeld, nadat het enige tijd niet gebruikt is.
-
Voordat u het apparaat aansluit, dient u
de aansluitgegevens (spanning en fre
quentie) op het typeplaatje te verge
lijken met de waarden van het elektrici
teitsnet. Deze gegevens moeten beslist
overeenkomen.
Dit apparaat mag slechts aan één zij
kant en aan de achterkant aansluiten
op meubels of wanden die hoger zijn
dan het apparaat zelf (zie de bijge
voegde montagehandleiding).
26
-
-
-
-
-
Klantcontacten
Voor storingen die u niet zelf kunt verhelpen, waarschuwt u
uw Miele-vakhandelaar of
–
de afdeling Klantcontacten van Miele Nederland B.V.
–
Techniek
Het adres en de telefoonnummers van Miele Nederland B.V. en de diverse afde
lingen vindt u op de achterzijde van deze gebruiksaanwijzing.
Voor een goede en vlotte afhandeling moet de afdeling Klantcontacten weten welk
type apparaat u heeft en welk serienummer het heeft. Beide gegevens vindt u op
het typeplaatje.
Miele-Service-Verzekering-Certificaat
Voor informatie over het Miele-Service-Verzekering-Certificaat kunt u zich wenden
tot uw Miele-vakhandelaar of de bijgaande folder raadplegen.
-
Typeplaatje
Plak hier het bijgevoegde typeplaatje. Controleer of de gegevens op het typeplaatje overeenkomen met de gegevens op het titelblad van deze gebruiksaanwijzing.
27
Wijzigingen voorbehouden / 4106
M.-Nr. 05 886 830 / 05
nl-NL
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.