Miele KM 2356, KM 2357 Operating instructions [nl]

Gebruiksen montagehandleiding

Gaskookplaten

Lees beslist de gebruiksen montagehandleiding voordat u uw toestel plaatst, installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt schade aan uw toestel.

nl-BE

M.-Nr. 09 336 900

De kookplaat mag ook gebruikt worden in landen die niet op het toestel vermeld worden als land van bestemming. De Dlandspecifieke uitvoering en de manier waarop de kookplaat wordt aangesloten, hebben er een grote invloed op of de kookplaat op een correcte en veilige manier werkt.

Neem daarom contact op met de Miele-organisatie in het betreffende land als u het toestel in een land wilt gebruiken dat niet op het toestel vermeld staat.

2

 

Inhoud

Opmerkingen omtrent uw veiligheid ...................................................................

5

Een bijdrage aan de bescherming van het milieu ............................................

15

Overzicht ..............................................................................................................

17

Kookplaat ..............................................................................................................

17

Schakelaars...........................................................................................................

18

Brander..................................................................................................................

19

Bijgeleverde accessoires.......................................................................................

20

Ingebruikneming van het toestel .......................................................................

21

Kookplaat voor de eerste keer reinigen.................................................................

21

Kookplaat voor de eerste keer in gebruik nemen..................................................

21

De juiste pannen..................................................................................................

22

Tips om energie te besparen .............................................................................

24

Bediening .............................................................................................................

25

Vonkontsteking......................................................................................................

25

Inschakelen ...........................................................................................................

25

Vlam instellen ........................................................................................................

26

Uitschakelen..........................................................................................................

26

Beveiligingen........................................................................................................

27

Vlambeveiliging .....................................................................................................

27

Automatische uitschakeling ..................................................................................

27

Reiniging en onderhoud......................................................................................

28

Roestvrijstalen lekblad ..........................................................................................

29

Pannendrager ........................................................................................................

30

Schakelaars...........................................................................................................

30

Brander..................................................................................................................

30

Nuttige tips ..........................................................................................................

32

Bij te bestellen accessoires................................................................................

34

Veiligheidsinstructies voor het inbouwen .........................................................

35

Veiligheidsafstanden ...........................................................................................

36

Kookplaten met randlijst / facetrand.................................................................

39

Aanwijzingen voor het inbouwen...........................................................................

39

Inbouwmaten.........................................................................................................

40

KM 2356 ...........................................................................................................

40

3

Inhoud

 

Inbouwen...............................................................................................................

41

Kookplaten zonder randlijst ...............................................................................

43

Aanwijzingen voor het inbouwen...........................................................................

43

Inbouwafmetingen.................................................................................................

44

KM 2357 ...........................................................................................................

44

Inbouwen...............................................................................................................

45

Kookplaat bevestigen .........................................................................................

49

Elektrische aansluiting........................................................................................

50

Gasaansluiting .....................................................................................................

52

Brandervermogen................................................................................................

54

Aanpassen aan een andere gassoort................................................................

55

Tabel voor de inspuiters ........................................................................................

55

Inspuiters vervangen .............................................................................................

55

Grote inspuiters vervangen ..............................................................................

55

De kleine inspuiters vervangen ........................................................................

56

Functie controleren................................................................................................

58

Miele-Service, typeplaatje, garantie ..................................................................

59

Productgegevensbladen.....................................................................................

60

4

Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Deze kookplaat voldoet aan de geldende veiligheidsvoorschriften. Onjuist gebruik echter kan persoonlijk letsel of beschadiging van het toestel tot gevolg hebben.

Lees de gebruiksen montagehandleiding daarom aandachtig door, voordat u het toestel in gebruik neemt. In de handleiding vindt u belangrijke instructies met betrekking tot inbouw, veiligheid, gebruik en onderhoud.

Miele kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die is ontstaan doordat de veiligheidsinstructies en waarschuwingen niet in acht zijn genomen.

Bewaar de gebruiksen montagehandleiding en geef deze door aan een eventuele volgende eigenaar.

5

Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Juist gebruik

Deze kookplaat is bedoeld voor gebruik in het huishouden en in gelijkaardige omgevingen.

Deze kookplaat mag niet buiten worden gebruikt.

Gebruik deze kookplaat uitsluitend in huishoudelijke context voor het bereiden en warmhouden van gerechten. Gebruik voor andere doeleinden is niet toegestaan.

Personen die op grond van hun fysieke, zintuiglijke of psychische problemen, hun onervarenheid of gebrek aan kennis van de kookplaat niet in staat zijn om deze veilig te bedienen, moeten bij de bediening onder toezicht staan. Deze personen mogen het toestel alleen zonder toezicht bedienen als zij een eerst zijn geïnstrueerd. Zij dienen eventuele gevaren van een onjuiste bediening te herkennen en begrijpen.

6

Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Kinderen in het huishouden

Houd kinderen onder acht jaar op een afstand, tenzij u voortdurend toezicht houdt.

Kinderen vanaf acht jaar mogen de kookplaat alleen zonder toezicht gebruiken als ze weten hoe ze het toestel veilig moeten bedienen. De kinderen moeten zich bewust zijn van de gevaren van een foutieve bediening.

Kinderen mogen de kookplaat niet zonder toezicht reinigen.

Houd kinderen in de gaten wanneer deze zich in de buurt van de kookplaat bevinden. Laat ze nooit met de kookplaat spelen.

De kookplaat wordt tijdens het gebruik heet en blijft dat ook nog enige tijd nadat het is uitgeschakeld. Houd kinderen op een afstand, totdat de kookplaat voldoende is afgekoeld en er geen verbrandingsgevaar meer bestaat.

Verbrandingsgevaar!

Bewaar geen voorwerpen die voor kinderen interessant zijn, boven of achter de kookplaat. Dat kan kinderen ertoe brengen op het toestel te klimmen.

Verbrandingsgevaar!

Draai de grepen van de pannen zo dat ze zich boven het werkblad bevinden, zodat kinderen de pannen niet van de kookplaat kunnen trekken.

Verstikkingsgevaar! Spelende kinderen kunnen zich wikkelen in verpakkingsmateriaal (bijv. folies) of het over hun hoofd trekken en daardoor verstikken. Houd verpakkingsmateriaal zoals plastic buiten het bereik van kinderen.

7

Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Technische veiligheid

Door ondeskundig uitgevoerde installaties, onderhoudswerken of herstellingen kunnen er niet te onderschatten risico's ontstaan voor de gebruiker. Installatie-, onderhoudsof herstellingswerken mogen alleen door vakmensen worden uitgevoerd die door Miele erkend zijn.

Beschadigingen aan de kookplaat kunnen uw veiligheid in gevaar brengen. Controleer de kookplaat op zichtbare beschadigingen. Een beschadigde kookplaat mag niet in gebruik worden genomen.

De kookplaat kan alleen betrouwbaar en veilig functioneren, als hij op het openbare elektriciteitsnet is aangesloten.

De elektrische veiligheid van de kookplaat is uitsluitend gegarandeerd, als deze wordt aangesloten op een aardingssysteem dat volgens de geldende voorschriften is geïnstalleerd. Aan deze fundamentele veiligheidsvoorwaarde moet worden voldaan. Laat de elektrische installatie bij twijfel door een vakman inspecteren.

De aansluitgegevens (frequentie en spanning) op het typeplaatje moeten beslist met de waarden van het elektriciteitsnet overeenkomen, om beschadiging van de kookplaat te voorkomen. Vergelijk deze gegevens voor de aansluiting. Raadpleeg bij twijfel een elektricien.

Stekkerdozen of verlengsnoeren bieden niet voldoende veiligheid (brandgevaar). Gebruik deze niet voor het aansluiten van de kookplaat op het elektriciteitsnet.

Gebruik de kookplaat alleen als deze is ingebouwd, zodat de veiligheid gewaarborgd is.

Deze kookplaat mag niet op een niet-stationaire locatie (zoals een boot) worden gebruikt.

8

Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Wanneer u aansluitingen onder spanning aanraakt of de elektrische en mechanische constructie wijzigt, kan dat voor u gevaar opleveren. Het kan ook tot storingen in de werking van de kookplaat leiden.

Open nooit de behuizing van de kookplaat.

Het recht op garantie vervalt wanneer de kookplaat door een technicus wordt gerepareerd die niet door Miele is geautoriseerd.

Defecte onderdelen mogen alleen door originele Miele-onderdelen worden vervangen. Alleen van deze Miele onderdelen kunnen wij garanderen, dat zij volledig aan onze veiligheidseisen voldoen.

De kookplaat mag niet worden gebruikt met een externe schakelklok of een systeem voor besturing op afstand.

Alleen een erkend vakman mag het apparaat plaatsen en aansluiten op het gasen elektriciteitsnet. Als de stekker wordt verwijderd of als de aansluitkabel geen stekker heeft, mag het apparaat uitsluitend door een vakman op het elektriciteitsnet worden aangesloten.

Als de aansluitkabel beschadigd is, moet deze door een elektricien worden vervangen door een speciale aansluitkabel van het type H 05 VV-F (pvc-geïsoleerd). Zie hoofdstuk "Elektrische aansluiting".

Bij installatie-, onderhoudsen reparatiewerkzaamheden moet de kookplaat volledig van het elektriciteitsnet losgekoppeld zijn. Controleer dit als u

de zekeringen in uw zekeringkast uitschakelt, of

de zekeringen van de huisinstallatie volledig worden losgeschroefd, of

als de stekker (indien aanwezig) uit de contactdoos is getrokken. Trek daarbij aan de stekker en niet aan de aansluitkabel.

de gastoevoer sluit.

9

Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Gevaar voor elektrische schok!

Neem het apparaat bij een defect niet in gebruik c.q. schakel het meteen uit. Maak het apparaat spanningsvrij en sluit de gastoevoer af. Neem vervolgens contact op met Miele.

Als het toestel achter een meubeldeur is ingebouwd, mag de deur niet worden gesloten als u het toestel gebruikt. Achter een gesloten deur worden warmte en vocht opgehoopt. Hierdoor kunnen het toestel, de kast en de vloer beschadigd raken. Sluit de deur pas als de kookplaat volledig is afgekoeld.

10

Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Efficiënt gebruik

Het toestel wordt bij gebruik heet en blijft dat ook nog enige tijd na het uitschakelen. Raak het toestel daarom niet aan, zolang het nog heet is.

Voorwerpen in de nabijheid van de ingeschakelde kookplaat kunnen door de hoge temperaturen beginnen te branden.

Gebruik de kookplaat nooit om ruimten te verwarmen.

Olie en vet kunnen bij oververhitting gaan branden. Laat de kookplaat bij werkzaamheden met olie en vet niet zonder toezicht achter. Blus branden met olie en vet nooit met water. Schakel de kookplaat uit en

verstik de vlammen voorzichtig met een deksel of een blusdeken.

Vlammen kunnen de vetfilters van een dampkap in brand doen vliegen. Flambeer nooit onder een dampkap.

Als spuitbussen, licht ontvlambare vloeistoffen of brandbaar materiaal warm worden, kunnen ze gaan branden. Bewaar daarom makkelijk ontvlambare voorwerpen nooit in laden direct onder de kookplaat. Eventueel aanwezige bestekbakken moeten van hittebestendig materiaal zijn.

Verwarm kookgerei nooit zonder inhoud.

In gesloten conservenblikken ontstaat bij het inmaken en opwarmen een overdruk, waardoor deze kunnen ontploffen. Gebruik de kookplaat niet voor het inmaken en verwarmen van conservenblikken.

Wanneer de kookplaat wordt afgedekt, bestaat het risico dat het materiaal van de afdekking in brand vliegt, barst of smelt als u de kookplaat per ongeluk inschakelt of als deze nog warm is van een bereiding. Dek de kookplaat nooit af met bijv. afdekplaten, een doek of een beschermfolie.

11

Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Als u het apparaat per ongeluk inschakelt of als het nog heet is, bestaat het risico dat metalen voorwerpen die op het apparaat liggen heet worden. Ander materiaal kan smelten of vlam vatten. Gebruik het apparaat daarom niet als werkblad.

U kunt zich aan het hete apparaat branden. Gebruik daarom altijd ovenhandschoenen of pannenlappen als u met het hete toestel werkt. Gebruik alleen droge handschoenen of pannenlappen. Nat of vochtig textiel geleidt de warmte beter en kan door stoom verbrandingen veroorzaken. Zorg dat het textiel niet te dicht bij de vlammen komt. Gebruik dan ook geen al te grote pannenlappen, theedoeken of iets dergelijks.

Als u een elektrisch toestel (bijvoorbeeld een mixer) in de buurt van de kookplaat gebruikt, mag de aansluitkabel niet in contact komen met de hete kookplaat. De isolatie van de kabel zou beschadigd kunnen raken.

Serviesgoed van kunststof of aluminiumfolie smelt bij hoge temperaturen. Gebruik daarom geen serviesgoed van kunststof of aluminiumfolie.

Zorg dat op een ontstoken brander altijd een pan staat. Een erboven geplaatste afzuigkap kan anders beschadigd raken of vuur vatten.

Zorg dat alle branderdelen op de juiste wijze zijn gemonteerd, voordat u een brander ontsteekt.

Gebruik alleen pannen waarvan de bodemdiameter niet groter of kleiner is dan in de gebruiksaanwijzing staat aangegeven (zie "De juiste pannen"). Als de diameter te klein is, staat de pan niet stevig genoeg. Is de diameter te groot, dan worden de hete verbrandingsgassen te ver naar de zijkant gevoerd en kunnen het werkblad, een niet hittebestendige wand of onderdelen van de kookplaat beschadigd raken. Voor schade die op deze wijze is ontstaan, kan Miele niet aansprakelijk worden gesteld.

12

Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Zorg dat de vlammen van de brander niet onder het kookgerei vandaan komen.

Gebruik geen pannen met een te dunne bodem. De kookplaat kan anders beschadigd raken.

Gebruik daarvoor de meegeleverde pannendragers. Het kookgerei mag niet rechtstreeks op een brander worden gezet.

Plaats pannendragers van boven op de kookplaat, zodat er geen krassen kunnen ontstaan.

Bewaar geen licht ontvlambare voorwerpen in de buurt van het apparaat.

Verwijder vetspatten en andere brandbare verontreinigingen zo spoedig mogelijk van de kookplaat. Er ontstaat anders brandgevaar.

Gerechten en vloeistoffen die zout bevatten, kunnen op roestvrij staal corrosie veroorzaken. Verwijder dergelijke verontreinigingen daarom meteen.

Bij gebruik van het apparaat ontstaan warmte, vocht en verbrandingsgassen. Zorg daarom voor voldoende ventilatie in de ruimte waar het apparaat zich bevindt. Open een buitenraam of zorg voor mechanische afzuiging (bijvoorbeeld via een afzuigkap).

Als u het apparaat lang en intensief gebruikt, is het aan te raden de ruimte extra te ventileren, bijvoorbeeld door een buitenraam te openen of door de afzuigkap op een hoge stand in te schakelen.

Gebruik geen braadpannen, pannen of grillstenen die zo groot zijn dat zij meerdere branders bedekken. Door warmteophoping kan het apparaat beschadigd raken.

Als het apparaat gedurende een ongebruikelijk lange tijd niet is gebruikt, is het aan te bevelen het apparaat grondig te reinigen voordat u het weer in gebruik neemt. Laat de correcte werking van het apparaat zo nodig door een vakman controleren.

13

Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Reiniging en onderhoud

De stoom van een stoomreiniger kan terechtkomen op onderdelen die onder spanning staan en een kortsluiting veroorzaken.

Gebruik voor het reinigen van de kookplaat nooit een stoomreiniger.

14

Een bijdrage aan de bescherming van het milieu

Recycleerbare verpakking

De verpakking behoedt het toestel voor transportschade. Er werd milieuvriendelijk en recycleerbaar verpakkingsmateriaal gekozen.

Door hergebruik van verpakkingsmateriaal wordt er op grondstoffen bespaard en wordt er minder afval geproduceerd. Uw vakhandelaar neemt de verpakking in het algemeen terug.

Uw toestel afdanken

Oude elektrische en elektronische toestellen bevatten meestal nog waardevolle materialen. Ze bevatten echter ook stoffen, mengsels en onderdelen die nodig zijn geweest om de toestellen goed en veilig te laten functioneren. Wanneer u uw oude toestel bij het gewone afval doet of er op een andere manier niet goed mee omgaat, kunnen deze stoffen schadelijk zijn voor de gezondheid en het milieu. Doe uw oude toestel daarom nooit bij het gewone huisafval.

15

Een bijdrage aan de bescherming van het milieu

Lever het in bij een gemeentelijk inzameldepot voor elektrische en elektronische apparatuur, bij uw vakhandelaar of bij Miele. U bent wettelijk zelf verantwoordelijk voor het wissen van eventuele persoonlijke gegevens op het af te danken toestel.

Bij de aankoop van uw nieuw toestel heeft u een bijdrage betaald. Die wordt volledig gebruikt voor de toekomstige recyclage van dat toestel. Dat bevat trouwens nog waardevol materiaal. Door te recycleren wordt er dan ook minder verspild en vervuild.

Als u vragen heeft omtrent het afdanken van uw oud toestel, neem dan contact op met

de handelaar bij wie u het kocht of

de firma Recupel, telefoon 02 706 86 10, website: www.recupel.be of

uw gemeentebestuur als u uw toestel naar een containerpark brengt.

Zorg er ook voor dat het toestel intussen kindveilig wordt bewaard voor u het laat wegbrengen.

16

Miele KM 2356, KM 2357 Operating instructions

Overzicht

Kookplaat

a Sudderbrander

Bedieningsknop voor de kookzone

b Sterkbrander

g Links voor

c Wokbrander

h Links achter

d Normaalbrander

i Midden

e Normaalbrander

j Rechts achter

f Pannendragers (3-delig)

k Rechts voor

17

Overzicht

Schakelaars

Sudder-/normaal-/sterkbrander

Symbool Beschrijving

Brander uit, gastoevoer afgesloten

Grootste vlam

Kleinste vlam

Wokbrander

Symbool

Beschrijving

 

Brander uit, gastoevoer afgesloten

 

 

 

Grootste vlam: binnenste en buitenste brander branden op de hoogste

 

stand.

 

 

 

Grote vlam: buitenste brander op laagste stand, binnenste brander op hoog-

 

ste stand.

 

 

 

Kleine vlam: buitenste brander uit, binnenste brander op hoogste stand.

 

 

 

Kleinste vlam: buitenste brander uit, binnenste brander op laagste stand.

 

 

18

Overzicht

Brander

Wokbrander

a Branderdop buiten b Branderdop binnen

cBranderkop

dBrandervoet

eThermo-element

fOntstekingselektrode

Sudder-/sterk-/normaalbrander

aBranderdop

bBranderkop

cBrandervoet

dThermo-element

eOntstekingselektrode

19

Overzicht

Bijgeleverde accessoires

U kunt de bijgeleverde accessoires (en andere accessoires) desgewenst ook nabestellen (zie "Bij te bestellen accessoires").

Wokring

Met de bijgeleverde wokring staat het kookgerei extra stevig op de brander. Dit geldt met name voor woks met een ronde bodem.

Combi-ring

Voor kleine en grote pannen, zie ook "De juiste pannen".

20

Loading...
+ 44 hidden pages