Gebruiks- en montagehandleiding
Inbouw-vacumeerlade
Lees beslist de gebruiks- en montagehandleiding voordat u uw toestel
plaatst, installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u
voorkomt schade aan uw toestel.
nl-BEM.-Nr. 10 688 240
Inhoud
Opmerkingen omtrent uw veiligheid ...................................................................3
Een bijdrage aan de bescherming van het milieu ............................................ 11
Voor de inbouw-vacumeerlade worden hierna ook de aanduidingen lade en
schuiflade gebruikt.
Dit toestel voldoet aan de geldende veiligheidsvoorschriften. Onjuist gebruik kan persoonlijk letsel of beschadiging van het toestel
tot gevolg hebben.
Lees de gebruiks- en montagehandleiding daarom aandachtig
door, voordat u het toestel in gebruik neemt. In de handleiding
vindt u belangrijke instructies met betrekking tot de inbouw, de
veiligheid, het gebruik en het onderhoud.
Miele kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die is
ontstaan doordat de veiligheidsinstructies en waarschuwingen niet
in acht zijn genomen.
Bewaar de gebruiks- en montagehandleiding en geef deze door
aan een eventuele volgende eigenaar.
3
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Juist gebruik
Dit toestel is uitsluitend bestemd voor particulier huishoudelijk ge-
bruik (of daarmee vergelijkbaar).
Het toestel mag niet buiten worden gebruikt.
De schuiflade is uitsluitend voor huishoudelijk gebruik. Het toestel
is voor het vacumeren en sealen van voedingsmiddelen in daarvoor
geschikte vacuümzakken. Het toestel is eveneens geschikt voor het
vacumeren van weckpotten, glazen met Twist-off-deksel en vacuümbestendige bakjes van kunststof of roestvrij staal.
Andere toepassingen zijn niet toegestaan.
Personen die op grond van hun fysieke, zintuiglijke of psychische
problemen, hun onervarenheid of gebrek aan kennis van de culinaire
lade niet in staat zijn om deze veilig te bedienen, moeten bij de bediening onder toezicht staan. Deze personen mogen het toestel alleen zonder toezicht bedienen als zij een eerst zijn geïnstrueerd. Zij
dienen eventuele gevaren van een onjuiste bediening te herkennen
en begrijpen.
4
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Kinderen in het huishouden
Houd kinderen onder acht jaar op een afstand, tenzij u voortdu-
rend toezicht houdt.
Kinderen vanaf acht jaar mogen het toestel alleen zonder toezicht
gebruiken als ze weten hoe ze het toestel veilig moeten bedienen. De
kinderen moeten zich bewust zijn van de gevaren van een foutieve
bediening.
Kinderen mogen de culinaire lade niet zonder toezicht reinigen.
Houd kinderen in de gaten, wanneer zij zich in de buurt van het
toestel bevinden. Laat kinderen nooit met het toestel spelen.
De sealbalk wordt bij gebruik erg heet. Ook de sealnaad van de
vacuümzak is na het sealen heet. Houd kinderen op een afstand, totdat de sealbalk en de sealnaad zover zijn afgekoeld dat er geen verbrandingsgevaar meer bestaat.
Verstikkingsgevaar! Spelende kinderen kunnen zich wikkelen in
verpakkingsmateriaal (bijv. folies) of het over hun hoofd trekken en
daardoor verstikken. Houd verpakkingsmateriaal zoals plastic buiten
het bereik van kinderen.
5
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Technische veiligheid
Door ondeskundig uitgevoerde installaties, onderhoudswerken of
herstellingen kunnen er niet te onderschatten risico's ontstaan voor
de gebruiker. Installatie-, onderhouds- of herstellingswerken mogen
alleen door vakmensen worden uitgevoerd die door Miele erkend
zijn.
Een beschadigd toestel kan uw veiligheid in gevaar brengen. Con-
troleer het voor de inbouw op zichtbare schade. Neem een beschadigd toestel nooit in gebruik.
Let vooral op beschadigingen aan en scheuren in het glazen dek-
sel en de kamerdichting. Beschadigingen aan het glazen deksel kunnen implosie tot gevolg hebben. Gebruik de schuiflade nooit als het
glazen deksel of de kamerdichting beschadigd is.
In de schuiflade is een vacuümpomp met olie ingebouwd. Om te
voorkomen dat de olie uit het toestel loopt, mag u het toestel alleen
rechtop transporteren en bewaren. U mag de schuiflade niet kantelen of op zijn kant zetten.
De garantie vervalt als door verkeerd transport of verkeerde opslag
olie uit de pomp loopt.
De betrouwbare en veilige werking van het toestel is uitsluitend
gegarandeerd, als het toestel op het openbare elektriciteitsnet is
aangesloten.
De elektrische veiligheid van de oven is uitsluitend gegarandeerd,
als hij wordt aangesloten op een aardingssysteem dat volgens de
geldende voorschriften is geïnstalleerd. Laat de elektrische installatie
bij twijfel door een elektricien inspecteren.
De aansluitgegevens (frequentie en spanning) op het typeplaatje
moeten beslist met de waarden van het elektriciteitsnet overeenkomen om beschadiging van het toestel te voorkomen. Vergelijk deze gegevens voor het aansluiten. Raadpleeg bij twijfel een elektricien.
6
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Met een stekkerdoos of verlengsnoer kan een veilig gebruik van
het toestel niet worden gewaarborgd (brandgevaar). Sluit het toestel
hiermee niet op het elektriciteitsnet aan.
Gebruik het toestel alleen als het is ingebouwd, zodat de veilig-
heid is gewaarborgd.
Dit toestel mag niet op een niet-stationaire locatie (zoals een boot)
worden gebruikt.
Wanneer onderdelen worden aangeraakt die onder spanning
staan of wanneer elektrische of mechanische onderdelen worden
veranderd, is dit gevaarlijk voor de gebruiker. Het kan er tevens toe
leiden dat het toestel niet meer goed functioneert.
Open nooit de ommanteling van het toestel.
Bedien het apparaat niet als u natte handen heeft of in contact
met water staat.
De garantie vervalt als het toestel niet wordt gerepareerd door een
technicus die door Miele is geautoriseerd.
Defecte onderdelen mogen alleen door originele Miele-onderdelen
worden vervangen. Alleen van deze Miele onderdelen kunnen wij garanderen, dat zij volledig aan onze veiligheidseisen voldoen.
Als de stekker wordt verwijderd of als de aansluitkabel geen stek-
ker heeft, mag het toestel uitsluitend door een vakman op het net
worden aangesloten.
Als de aansluitkabel beschadigd is, moet deze door een speciale
kabel van het type H 05 VV-F (PVC-isolatie) worden vervangen. Een
dergelijke kabel is verkrijgbaar bij Miele.
Als tijdens het vacumeren een stroomstoring optreedt, blijft het
vacuüm in de vacuümkamer behouden. Het glazen deksel kan dan
niet worden geopend. Probeer nooit het deksel met geweld of met
gereedschap te openen. Zodra de stroomvoorziening is hersteld,
kunt u het deksel weer openen.
7
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Bij installatie-, onderhouds- en reparatiewerkzaamheden dient het
toestel spanningsvrij te worden gemaakt. Ga daarvoor als volgt te
werk:
– schakel de zekeringen in uw zekeringkast uit of
– draai de zekeringen in uw zekeringkast er helemaal uit of
– als de stekker (indien aanwezig) uit de contactdoos is getrokken.
Trek daarbij aan de stekker en niet aan de aansluitkabel.
8
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Efficiënt gebruik
Verbrandingsgevaar! De sealbalk wordt bij gebruik erg heet. Ook
de sealnaad van de vacuümzak is na het sealen heet. Raak de sealbalk en de sealnaad niet meteen na het vacumeren aan.
Brandgevaar! Bewaar geen lichtontvlambare stoffen en materialen
in de buurt van het toestel.
De telescopische geleiders mogen met maximaal 15kg worden
belast. Als u het toestel te vol laadt of op de lade gaat staan, raken
de geleiders beschadigd.
Als het glazen deksel beschadigd is, kan dit implosie tot gevolg
hebben. Leg daarom geen voorwerpen op het deksel.
Voorkom dat voorwerpen op het deksel vallen.
Gebruik de lade en het glazen deksel niet als werkblad, snij- of
legplank.
Bouw de lade zo in dat u deze helemaal kunt uittrekken en het
deksel helemaal kunt openen. Alleen dan kunt u in de vacuümkamer
kijken en voorkomt u verbrandingen door het aanraken van de hete
sealbalk en sealnaad.
Tijdens het vacumeren kunnen al bij lage temperaturen bellen ont-
staan. Hierdoor kan de indruk ontstaan dat het product kookt. Ook
kan er damp vrijkomen die het functioneren van de schuiflade nadelig kan beïnvloeden.
Vacumeer voedingsmiddelen (zowel vloeibaar als vast) daarom alleen gekoeld. Houd tijdens het vacumeren zicht op het toestel en
seal de vacuümzak eventueel voortijdig.
Wanneer vloeistoffen in de aanzuigopening van de vacuümpomp
en in het inwendige van de lade terechtkomen, kan dit schade aan
de vacuümpomp veroorzaken.
Het vocht in gerechten of dranken kan corrosie veroorzaken. Ge-
bruik de lade niet voor het bewaren van gerechten of dranken.
9
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Steek nooit slangen die op het toestel zijn aangesloten in li-
chaamsopeningen.
Als het toestel achter een meubeldeur is ingebouwd, mag de deur
niet worden gesloten als u het toestel gebruikt. Achter een gesloten
deur worden warmte en vocht opgehoopt. Hierdoor kunnen het toestel, de kast en de vloer beschadigd raken. Sluit de deur pas als het
toestel volledig is afgekoeld.
Voor het vacumeren van weckpotten (inmaakglazen) en glazen met twist-offdeksel in de gesloten vacuümkamer geldt:
Letselrisico! Beschadigingen aan en scheuren in het glas of het
glazen deksel/het twist-off-deksel kunnen implosie tot gevolg hebben.
Vacumeer alleen glazen en deksels die in perfecte staat verkeren.
Letselrisico! Bij het vacumeren vervormen de vacuümkamer en
het glazen deksel van de schuiflade door de hoge onderdruk. Weckpotten (inmaakglazen) en glazen met twist-off-deksel mogen tijdens
het vacumeren niet in aanraking komen met het glazen deksel van de
schuiflade omdat anders de beschermlaag van het glazen deksel beschadigd kan raken en het deksel kan barsten.
Vacumeer alleen weckpotten en glazen met twist-off-deksel met een
hoogte van maximaal 8cm zodat er minimaal 1cm zit tussen het
deksel van het glas en het glazen deksel van de lade.
Reiniging en onderhoud
De stoom van een stoomreiniger kan terechtkomen op onderdelen
die onder spanning staan en een kortsluiting veroorzaken.
Gebruik voor het reinigen van de kookplaat nooit een stoomreiniger.
10
Een bijdrage aan de bescherming van het milieu
Recycleerbare verpakking
De verpakking behoedt het toestel voor
transportschade. Er werd milieuvriendelijk en recycleerbaar verpakkingsmateriaal gekozen.
Door hergebruik van verpakkingsmateriaal wordt er op grondstoffen bespaard
en wordt er minder afval geproduceerd.
Uw vakhandelaar neemt de verpakking
in het algemeen terug.
Uw toestel afdanken
Oude elektrische en elektronische toestellen bevatten meestal nog waardevolle materialen. Ze bevatten echter ook
stoffen, mengsels en onderdelen die
nodig zijn geweest om de toestellen
goed en veilig te laten functioneren.
Wanneer u uw oude toestel bij het gewone afval doet of er op een andere
manier niet goed mee omgaat, kunnen
deze stoffen schadelijk zijn voor de gezondheid en het milieu. Doe uw oude
toestel daarom nooit bij het gewone
huisafval.
Lever het in bij een gemeentelijk inzameldepot voor elektrische en elektronische apparatuur, bij uw vakhandelaar
of bij Miele. U bent wettelijk zelf verantwoordelijk voor het wissen van eventuele persoonlijke gegevens op het af te
danken toestel.
Bij de aankoop van uw nieuw toestel
heeft u een bijdrage betaald. Die wordt
volledig gebruikt voor de toekomstige
recyclage van dat toestel. Dat bevat
trouwens nog waardevol materiaal.
Door te recycleren wordt er dan ook
minder verspild en vervuild.
Als u vragen heeft omtrent het afdanken
van uw oud toestel, neem dan contact
op met
– de handelaar bij wie u het kocht
of
– de firma Recupel,
telefoon 02 706 86 10,
website: www.recupel.be
of
– uw gemeentebestuur als u uw toestel
naar een containerpark brengt.
Zorg er ook voor dat het toestel intussen kindveilig wordt bewaard voor u het
laat wegbrengen.
11
Overzicht
Aanzicht schuiflade
a
Afdekking luchtfilter (zie hoofdstuk
"Inbouwen")
b
Glazen deksel met kamerdichting
Het glazen deksel sluit u eenvoudig
door het deksel op het kleine zwarte
driehoekje naar beneden te drukken.
c
Sealbalk in de vacuümruimte en te-
gendrukbalk onderkant glazen deksel
12
d
Push2Open-mechanisme
U kunt de schuiflade gemakkelijk
openen door midden op het frontpaneel te drukken.
U kunt de bijgeleverde accessoires (en
andere accessoires) desgewenst ook
nabestellen (zie "Bij te bestellen accessoires").
De bijgeleverde vacuümzakken zijn
niet geschikt voor gebruik in hogedrukstoomovens!
Vacuümzakken VB 1828
50 zakken voor het bewaren en sous-vide bereiden van vloeibare en vaste voedingsmiddelen
180x280mm (BxH), D = 90µ
Vacuümzakken VB 2435
50 zakken voor het bewaren en sous-vide bereiden van vloeibare en vaste voedingsmiddelen
240x350mm (BxH), D = 90µ
Overzicht
Vacuümadapter
1adapter voor het vacumeren van externe vacuümbakjes
Aanvraagkaart voor het receptenboek "Sous-vide"
Bon om gratis Miele-kookboek aan te
vragen.
13
Bedieningselementen en display
Sensortoetsen
De sensortoetsen reageren op een lichte aanraking van uw vingers. Elke aanraking
wordt met een toetssignaal bevestigd.
Sensor-
toets
In- en uitschakelen
Instellen van de vacuümstand
Instellen van de sealstand / voortijdig sealen van de vacuümzak
Instellen van de vacuümstand voor externe vacuümbakjes
Starten van het vacumeerproces voor externe vacuümbakjes
Afbreken van het vacumeer-/sealproces / afbreken van het droog-
Uitvoeren van een droogproces
Functie
proces
Let op: deze sensortoets licht alleen op als een droogproces zinvol
of vereist is (zie hoofdstuk "Reiniging en onderhoud – Droogproces
uitvoeren").
Controlelampjes
Weergave Beschrijving
Segmentbalkje vacuüm-/sealstand
Waarschuwing (zie hoofdstuk "Nuttige tips")
14
Kleef het typeplaatje dat bij de docu-
mentatie bijgevoegd is, op de daarvoor bestemde plaats in het hoofdstuk "Miele-Service, typeplaatje, garantie".
Verwijder eventueel aanwezige be-
schermfolies en stickers.
Stickers met veiligheids- en inbouwinstructies, alsmede het typeplaatje
mogen niet worden verwijderd.
Lade voor het eerst reinigen
Haal alle accessoires uit het toestel.
Voorkom beschadiging van het
glazen deksel en de kamerdichting.
Gebruik voor de reiniging geen schu-
rende, zuurhoudende reinigingsmiddelen of scherpe, spitse voorwerpen.
Reinig de lade van binnen en van bui-
ten met een schoon sponsdoekje, afwasmiddel en warm water, of met
een schoon, vochtig microvezeldoekje.
Eerste reiniging
Wrijf alles daarna met een zachte
doek droog.
15
Bediening
Belangrijke tips voor het gebruik
– Vacumeer uitsluitend voedingsmid-
delen.
– Gebruik uitsluitend verse voedings-
middelen die in perfecte staat verkeren.
– Zorg voor voldoende hygiëne en on-
derbreek de koelketen niet.
– Vacumeer voedingsmiddelen alleen in
geschikte vacuümzakken, weckpotten en glazen met twist-off-deksel
(schroefdeksel) of in vacuümbestendige externe bakjes.
Wij adviseren voor het vacumeren de
bijgeleverde vacuümzakken (zie
hoofdstuk "Bij te bestellen accessoires"). Deze zakken zijn koudebestendig en kookvast. De zakken zijn ideaal
voor gebruik in de koel- en vrieskast
en voor de sous-vide bereiding van
vaste en vloeibare voedingsmiddelen.
– Vacumeer alleen gekoelde voedings-
middelen.
– Laat ook voorgekookte en voorgebra-
den voedingsmiddelen voor het vacumeren minimaal tot kamertemperatuur (ca.20°C) afkoelen.
Voedingsmiddelen die normaal niet in
de koelkast worden bewaard (zoals
droge deegwaren en muesli), kunt u
ook bij kamertemperatuur vacumeren.
– Als u voedingsmiddelen met koud
water afspoelt, moet u deze vóór het
vacumeren weer afdrogen, zodat zich
geen water in de vacuümzak of het
bakje ophoopt.
– Vacumeer alleen zakken tot een
grootte van 250x350mm (zakken
met sealrand) of tot 240x350mm
(slangvormige zakken).
– Als u voedingsmiddelen na het vacu-
meren sous-vide wilt bereiden, moet
u kookvaste vacuümzakken gebruiken.
– Kies een zakformaat dat past bij de
omvang van het voedingsmiddel. Als
de vacuümzak te groot is, kan er te
veel lucht in achterblijven. U kunt de
zak ook op maat knippen.
– Als u meerdere voedingsmiddelen in
één vacuümzak wilt vacumeren, verdeelt u de voedingsmiddelen gelijkmatig over de zak.
– Vul de vacuümzak bij vaste voedings-
middelen voor maximaal ²/₃; bij vloeistoffen voor maximaal ¹/₃.
– Voor een correcte sealnaad moet de
rand van de vacuümzak droog en
vetvrij zijn.
– Positioneer de open rand van de zak
parallel aan de sealbalk, zodanig dat
de rand ca.2cm over de sealbalk
heen steekt.
– De aanzuigopening van de vacuüm-
pomp mag niet door de zak worden
afgedekt.
– Gebruik een vacuümzak nooit op-
nieuw.
– Bewaar voor koeling geschikte voe-
dingsmiddelen na het vacumeren in
de koelkast of de vriezer.
16
Bediening
– Als u weckpotten en glazen met
twist-off-deksel vacumeert, moeten
de glazen en deksels altijd in perfecte
staat verkeren.
Vacumeer weckpotten en glazen met
twist-off-deksel alleen in de gesloten
vacuümkamer!
– De glazen mogen niet hoger zijn dan
8cm, zodat de minimale afstand van
1cm tot aan het glazen deksel van
de lade gewaarborgd blijft. Zorg er
voor het vacumeerproces voor dat de
glazen de maximale hoogte niet overschrijden.
Tips
– Vries vloeistoffen voor het vacumeren
in. U kunt de vacuümzak dan tot ²/₃
vullen.
– Sla de randen van de vacuümzak
voor het vullen naar buiten toe om.
De sealnaad blijft dan schoon en
goed.
– Om te voorkomen dat kleine zakjes in
de vacuümruimte glijden kunt u voor
het vacumeren een snijplank onder in
de ruimte leggen.
– Als u niet zeker weet of voedingsmid-
delen tijdens het vacumeren goed
blijven, zoals bessen en chips, begint
u met de laagste vacuümstand.
17
Bediening
Gebruik van de vacuümstanden
Voor het vacumeren zijn 3 standen beschikbaar.
Hoe hoger de vacuümstand des te groter is het vacuüm.
Vacuümstand Toepassing
Bewaren, verpakken en portioneren
Geschikt voor
– zeer drukgevoelige voedingsmiddelen, zoals sla, bessen en
chips;
– weckpotten en glazen met twist-off-deksel (schroefdeksel)
met een vloeibare inhoud zoals fond en ingemaakte groenten.
Marineren, inleggen, sous-vide-bereidingen en invriezen
Geschikt voor
– drukgevoelige voedingsmiddelen, zoals zachte visfilets;
– sauzen en voedingsmiddelen met veel vocht (≥50g), zoals ra-
gouts en curry's;
– Weckpotten en glazen met twist-off-deksel (schroefdeksel)
met een relatief vaste of droge inhoud, zoals marmelade,
pesto en cake.
Sous-vide-bereidingen, invriezen en voorraden aanleggen
Geschikt voor
– vlees en stevige voedingsmiddelen, zoals aardappelen en
Voor het sealen van de vacuümzakken kunt u uit 3standen kiezen.
De te kiezen sealstand is afhankelijk van de dikte van de vacuümzak: Hoe dikker
het materiaal van de vacuümzak des te hoger moet de sealstand zijn.
Voor de bijgeleverde vacuümzakken adviseren wij sealstand3.
Tip: Als u meerdere keren achtereen vacumeert, wordt de sealbalk steeds heter.
Na enkele keren kunt u de eerstvolgende lagere stand kiezen.
19
Bediening
Letselrisico!
Beschadigingen aan het glazen deksel kunnen implosie tot gevolg hebben.
Neem de schuiflade niet in gebruik
als het glazen deksel beschadigd is.
De sensortoetsen op het bedieningspaneel moeten schoon en droog zijn.
De toetsen reageren anders niet of er
worden onbedoeld functies geactiveerd.
Voorkom beschadigingen aan de
schuiflade!
Wanneer vloeistoffen tijdens het va-
cumeren in de aanzuigopening van
de vacuümpomp terechtkomen, kan
dit schade aan de vacuümpomp veroorzaken.
Vul een vacuümzak bij vloeistoffen
voor maximaal ¹/₃.
Zak vacumeren en sealen
Vul de vacuümzak.
Open de schuiflade en het glazen
deksel.
Leg de vacuümzak in de vacuüm-
ruimte zodat de open rand van de zak
op de sealbalk ligt. De rand van de
vacuümzak moet zonder vouwen
midden op de sealbalk liggen.
Schakel de schuiflade met de sensor-
toets in.
De sensortoetsen en lichten op.
Tip de sensortoets zo vaak aan tot
het segment van de gewenste vacu-
umstand oplicht.
Tip de sensortoets zo vaak aan tot
het segment van de gewenste seal-
stand oplicht.
Sluit het glazen deksel en druk het
licht aan.
Het vacumeren begint.
20
De volgende verschijnselen zijn normaal tijdens het vacumeren en duiden
niet op een storing of een defect:
– de vacuümzak kan eerst bol gaan
staan voordat het product wordt
omsloten,
– vloeistoffen kunnen bellen vormen,
waardoor de indruk ontstaat dat
het product kookt.
Bediening
Als de bellenvorming tijdens het vacumeren duidelijk toeneemt en de
vloeistoffen dreigen over te lopen,
kunt u de vacuümzak voortijdig sealen (zie hoofdstuk "Vacuümzak voortijdig sealen").
Na het vacumeren
Er klinkt een akoestisch eindsignaal.
Open het glazen deksel.
Verbrandingsgevaar!
De sealbalk en de sealnaad zijn heet.
Raak de sealbalk en de sealnaad niet
meteen na het vacumeren aan.
Haal de vacuümzak uit de vacuüm-
ruimte.
Controleer of de vacuümkamer en de
sealbalk schoon en droog zijn voordat u opnieuw gaat vacumeren.
Verwijder eventuele verontreinigingen
en vochtresten.
Vacuümzak voortijdig sealen
U kunt het vacumeerproces voor het
bereiken van de gekozen vacuümstand
beëindigen en de vacuümzak sealen.
Tip de sensortoets aan.
Het vacumeren wordt beëindigd. Na enkele seconden wordt de zak geseald.
Een zak kan pas goed worden geseald
als het minimale vacuüm (vacuümstand1) in de kamer is bereikt.
Tip de sensortoets opnieuw aan als
het vereiste vacuüm nog niet is bereikt. Om technische redenen duurt
het enkele seconden tot de vacuümzak wordt geseald.
21
Bediening
Letselrisico!
Beschadigingen aan en scheuren in
het glas of het glazen deksel/het
twist-off-deksel kunnen implosie tot
gevolg hebben.
Vacumeer alleen glazen en deksels
die in perfecte staat verkeren.
Vacumeer glazen alleen op vacuumstand1 of 2.
Letselrisico!
Voorkom beschadiging van het glazen deksel!
Vacumeer alleen glazen met een
hoogte van maximaal 8cm, zodat er
minimaal 1cm zit tussen het deksel
van het glas en het glazen deksel van
de schuiflade.
Weckpotten en glazen met
twist-off-deksel vacumeren
Sluit het glas met het bijbehorende
glazen deksel en de rubberen dich-
ting of met het twist-off-deksel licht-
jes af.
Open de schuiflade en het glazen
deksel.
Plaats het glas in de vacuümruimte.
Schakel de schuiflade met de sensor-
toets in.
De sensortoetsen en lichten op.
Tip de sensortoets zo vaak aan tot
het segment van de vacuümstand1
of 2 oplicht.
Tip de sensortoets zo vaak aan tot
het segment van sealstand1 oplicht.
Sluit het glazen deksel en druk het
licht aan.
Het vacumeren begint.
22
Na het vacumeren
Er klinkt een akoestisch eindsignaal.
Open het glazen deksel.
Verbrandingsgevaar!
De sealbalk is heet.
Raak de sealbalk niet meteen na het
vacumeren aan.
Haal het glas uit de vacuümruimte.
Controleer of de vacuümkamer
schoon en droog is voordat u opnieuw gaat vacumeren.
Verwijder eventuele verontreinigingen
en vochtresten.
Bediening
23
Bediening
Letselrisico!
Externe vacuümbakjes van glas kunnen tijdens het vacumeren imploderen.
Vacumeer alleen vacuümbestendige
bakjes van kunststof of roestvrij
staal.
Wij adviseren een bakjesset van de
firma caso®. Deze bakjes kunt u met
de bijgeleverde vacuümadapter op
de schuiflade aansluiten.
Externe vacuümbakjes vacumeren
In het volgende gedeelte wordt beschreven hoe u een vacuümbakje van
de firma caso® vacumeert.
24
Voorbereiding van de vacuümadap-
ter:
Trek de aansluitstekker (kleine dia-
meter) van de verbindingsslang van
de bakjesset af.
Steek de aansluitstekker op het uit-
einde van de slang van de vacuü-
madapter . De slang moet minimaal
0,5cm over de opening van de aan-
sluitstekker worden geschoven.
Vul het bakje tot maximaal 3cm on-
der de rand.
Bediening
Leg het deksel op het bakje en druk
het stevig vast.
Open de schuiflade en het glazen
deksel.
Plaats de vacuümadapter op de
aanzuigopening van de vacuümpomp.
Steek de aansluitstekker in het
deksel van het bakje. De draaiknop
van het deksel moet op "seal" (gesloten) staan.
Laat het deksel van de lade tijdens
het hele vacumeerproces open.
Als er veel bellen worden gevormd,
kunt u het vacumeerproces met de
sensortoets afbreken (zie ook
hoofdstuk "Vacumeren afbreken").
Na het vacumeren
Er klinkt een akoestisch eindsignaal.
Trek de aansluitstekker uit het deksel
van het bakje. De draaiknop van het
deksel moet nog steeds op
"seal" (gesloten) staan.
Haal de vacuümadapter van de aan-
zuigopening van de vacuümpomp.
Controleer of de vacuümadapter, de
slang en de vacuümkamer schoon
en droog zijn voordat u opnieuw gaat
vacumeren.
Verwijder eventuele verontreinigingen
en vochtresten.
Schakel de schuiflade met de sensor-
toets in.
De sensortoetsen en lichten op.
Tip de sensortoets aan.
De sensortoetsen en doven. De
sensortoetsen en lichten op.
Tip de sensortoets zo vaak aan tot
het segment van de gewenste vacu-
umstand oplicht.
Tip de sensortoets aan.
Het vacumeren begint.
25
Bediening
Na gebruik
Schakel het toestel met de sensor-
toets uit.
Reinig de lade en zo nodig de acces-
soires, zoals beschreven in het
hoofdstuk "Reiniging en onderhoud".
Maak alles daarna weer droog.
Sluit het glazen deksel van het toestel
pas als de vacuümkamer helemaal
droog is.
Sluit de lade.
De laatst gekozen standen voor het
vacumeren en sealen worden automatisch ingesteld als u het toestel de volgende keer inschakelt. De standen
worden op het bedieningspaneel aangegeven.
Vacumeren afbreken
U kunt het vacumeren op elk moment
afbreken, bijvoorbeeld als u ziet dat de
rand van de vacuümzak niet goed gepositioneerd is of als de draaiknop van
het deksel van een vacuümbakje niet
op "seal" (gesloten) staat.
Let op! Als u het vacumeren van een
vacuümzak afbreekt, wordt de zak
niet meer geseald.
Tip de sensortoets aan.
Het vacumeren wordt afgebroken.
26
Reiniging en onderhoud
Letselrisico!
De stoom van een stoomreiniger kan
terechtkomen op onderdelen die onder spanning staan en een kortsluiting veroorzaken.
Gebruik voor de reiniging van de
schuiflade nooit een stoomreiniger.
Alle oppervlakken kunnen verkleuren
of veranderen wanneer u ongeschikte reinigingsmiddelen gebruikt.
Gebruik voor de reiniging uitsluitend
normale huishoudelijke afwasmiddelen.
Alle oppervlakken zijn krasgevoelig.
Bij glazen oppervlakken kunnen
krassen glasbreuk tot gevolg hebben.
Verwijder resten van reinigingsmiddelen onmiddellijk.
Laat de sealbalk voor de reiniging afkoelen.
Schakel het toestel voor de reiniging
uit.
Reinig het toestel en de accessoires
na elk gebruik en wrijf alles weer
droog.
Sluit het glazen deksel van het toestel
pas als de vacuümkamer helemaal
droog is.
Ongeschikte reinigingsmiddelen
Om beschadigingen aan de oppervlakken te voorkomen mogen de volgende
middelen niet worden gebruikt:
– soda-, ammoniak-, zuur- en chloride-
houdende reinigingsmiddelen,
– kalkoplossende reinigingsmiddelen,
– schurende reinigingsmiddelen, zoals
schuurpoeder, vloeibaar schuurmiddel en reinigingssteen
– oplosmiddelhoudende reinigingsmid-
delen
– reinigingsmiddelen voor roestvrij staal
– reinigingsmiddelen voor keramische
kookplaten
– reinigingsmiddelen voor vaatwassers
– ovenreinigers of -sprays,
– schurende harde sponzen en bor-
stels, bijvoorbeeld pannensponsjes,
– scherpe metalen schrapers
27
Reiniging en onderhoud
Als verontreinigingen lang inwerken,
kunt u ze soms niet meer verwijderen.
De oppervlakken kunnen verkleuren
of veranderen.
Verwijder verontreinigingen het best
meteen.
Front en glazen deksel reinigen
Verwijder verontreinigingen en vinger-
afdrukken met een normale glasreini-
ger of met een schoon, vochtig mi-
crovezeldoekje.
Wrijf alles daarna met een zachte
doek droog.
Vacuümruimte en sealbalk reinigen
Voorkom beschadigingen aan de
schuiflade!
Wanneer vloeistoffen in de aanzuigo-
pening van de vacuümpomp terechtkomen, kan dit schade aan de vacuumpomp veroorzaken.
Zorg ervoor dat er geen water in de
aanzuigopening terechtkomt.
Vacuümadapter reinigen
Reinig de vacuümadapter met een
schoon sponsdoekje, gewoon afwasmiddel en warm water, of met een
schoon, vochtig microvezeldoekje.
Droog het onderdeel vervolgens met
een doek af.
Gebruik de vacuümadapter pas weer
als het onderdeel helemaal droog is.
Tip: Voor het eenvoudig reinigen van de
sealbalk kunt u de balk naar boven toe
verwijderen.
Verwijder verontreinigingen meteen
met een schoon sponsdoekje, ge-
woon afwasmiddel en warm water of
met een schoon, vochtig microvezel-
doekje.
Verwijder resten van reinigingsmidde-
len met schoon water.
Wrijf de oppervlakken daarna met
een zachte doek droog.
28
Reiniging en onderhoud
Droogproces uitvoeren
Door het vacumeren van voedingsmiddelen komt er vocht in het oliecircuit
van de vacuümpomp. Om het vocht te
verwijderen moet na een bepaalde bedrijfsduur een droogproces worden uitgevoerd.
De sensortoets op het bedieningspaneel van de lade licht geel op als het
droogproces moet worden uitgevoerd.
Als de toets voor het eerst oplicht, kunt
u nog 10keer vacumeren. Daarna licht
de sensortoets rood op en moet het
droogproces worden uitgevoerd. Vanaf
dan is de schuiflade voor elk verder gebruik geblokkeerd.
Wij adviseren u het droogproces al uit
te voeren vóórdat het toestel wordt geblokkeerd.
Het droogproces duurt maximaal20minuten.
Voor het droogproces moet de vacuumkamer leeg zijn. Er mogen zich
geen voorwerpen of vloeistofresten
in de kamer bevinden.
Reinig zo nodig de vacuümkamer en
maak de kamer weer droog.
Tip de sensortoets aan.
Sluit het glazen deksel.
Het droogproces start. Tijdens het proces knippert de sensortoets geel.
U kunt het droogproces met de sensortoets afbreken. Bij afbreking
moet het droogproces na afloop van
het resterende aantal vacumeerprocessen worden uitgevoerd of als u het
toestel een volgende keer inschakelt.
Als het droogproces beëindigd is, klinkt
er een akoestisch eindsignaal en dooft
de sensortoets. U kunt de schuiflade
weer normaal gebruiken.
29
Nuttige tips
De meeste problemen die in de dagelijkse praktijk kunnen voorkomen, kunt u zelf
verhelpen. Het volgende overzicht helpt u daarbij.
Neem contact op met Miele (zie omslag) als u de oorzaak van een probleem niet
kunt vinden of als u het probleem niet kunt verhelpen.
Letselrisico! Ondeskundig uitgevoerde installatie-, onderhouds- en repara-
tiewerkzaamheden leveren grote risico's op voor de gebruiker. Miele kan hiervoor niet aansprakelijk worden gesteld.
Laat installatie-, onderhouds- en reparatiewerkzaamheden uitsluitend door vakmensen uitvoeren die door Miele zijn geautoriseerd.
Open nooit de ommanteling van de schuiflade.
ProbleemOorzaak en oplossing
De lade gaat niet open.De beveiligingsschroeven aan de achterkant van de
lade zijn niet verwijderd.
Neem contact op met Miele.
Het toestel kan niet
worden ingeschakeld.
Bij de ingebruikneming
van de lade klinkt er
een harde knal.
Het toestel is vanzelf
uitgeschakeld.
De sensortoetsen reageren ook na herhaaldelijk drukken niet.
De stekker zit niet goed in de contactdoos.
Steek de stekker in de contactdoos.
De zekering heeft gereageerd.
Controleer de zekering (zie typeplaatje voor de mi-
nimale zekering). Schakel de zekering of de aardlekschakelaar weer in. Kunt u het toestel dan nog
niet in gebruik nemen, neem dan contact op met
een elektricien of met Miele.
De transportbeveiliging is niet verwijderd en de luchtfilter is niet geplaatst.
Neem contact op met Miele.
Om energie te besparen, wordt het toestel automatisch uitgeschakeld als het na het inschakelen of na
afloop van een vacumeerproces gedurende enige tijd
niet wordt bediend.
Schakel het toestel weer in.
Op het bedieningspaneel bevinden zich voorwerpen,
verontreinigingen of vloeistoffen.
Verwijder de voorwerpen en/of reinig het bedie-
ningspaneel. Wis het paneel daarna weer droog.
30
ProbleemOorzaak en oplossing
Het vacumeren duurt
langer dan gebruikelijk.
De vacuümzak wordt
niet voortijdig geseald.
Alle sensortoetsen zijn
gedoofd. Het glazen
deksel kan niet worden
geopend.
Na het vacumeren blijft
te veel lucht in de vacuumzak achter.
Na herhaaldelijk vacumeren is de kwaliteit
van de sealnaad niet
meer helemaal goed.
De olie in de vacuümpomp is erg heet.
Laat de lade gedurende 1uur afkoelen, voordat u
opnieuw gaat vacumeren.
Als u meerdere keren achtereen vacumeert, wacht
dan minimaal 2minuten tussen de afzonderlijke
vacumeerprocessen. Zo voorkomt u dat de olie
opnieuw te heet wordt.
Het voor het sealen vereiste vacuüm (vacuümstand1)
was nog niet bereikt.
Druk opnieuw op de sensortoets of druk zo
vaak tot het vacumeerproces wordt beëindigd en
de vacuümzak wordt geseald.
Tijdens het vacumeren was er een stroomstoring. In
de vacuümkamer heerst nog vacuüm, waardoor het
deksel niet kan worden geopend.
Probeer het deksel nooit met geweld of met gereedschap te openen.
Als de stroomvoorziening weer hersteld is, kunt u
het deksel weer openen, zodra alle sensortoetsen
en controlelampjes oplichten.
Start het vacumeerproces eventueel opnieuw.
De vacuümstand was te laag.
Start het vacumeerproces opnieuw met een
nieuwe vacuümzak en kies een hogere vacuumstand.
De vacuümzak is te groot voor het voedingsmiddel.
Gebruik een nieuwe, kleinere vacuümzak of knip
een te grote zak op de juiste maat.
Start het vacumeerproces opnieuw, eventueel op
een hogere vacuümstand.
De sealbalk is te heet.
Wacht minimaal 2minuten tussen de afzonderlijke
vacumeerprocessen. Zo voorkomt u dat de sealbalk opnieuw te heet wordt.
Nuttige tips
31
Nuttige tips
ProbleemOorzaak en oplossing
De rand van de vacuumzak is niet geheel
geseald.
De sealnaad was niet
sterk genoeg en is losgegaan.
Ondanks een goede
sealnaad blijft het vacuum in de vacuümzak
niet behouden.
De rand van de vacuümzak bevond zich niet midden
op de sealbalk of is verschoven.
Leg de rand midden op de sealbalk. De rand moet
parallel aan de sealbalk liggen en ca. 2cm over de
balk uitsteken.
De vacuümzak is breder dan 25cm.
Gebruik vacuümzakken met een maximale breedte
van 25cm.
De rand van de vacuümzak is niet schoon (binnen- of
buitenkant). Voor een correcte sealnaad moet de rand
van de vacuümzak droog en vetvrij zijn.
Sla de randen van de vacuümzak voor het vullen
naar buiten toe om. De sealnaad wordt dan goed.
De rand van de vacuümzak lag met vouwen op de
sealbalk.
Leg de rand van de vacuümzak zonder vouwen op
de sealbalk.
De sealstand was te laag.
Start het vacumeerproces eventueel met een
nieuwe vacuümzak en kies een hogere sealstand.
Het rubber van de tegendrukbalk is niet gelijkmatig
aangebracht.
Strijk het rubber glad.
De sealbalk en/of de tegendrukbalk is beschadigd.
Laat het onderdeel door Miele vervangen.
De vacuümzak is beschadigd door spitse of scherpe
voorwerpen (spitse deegwaren, botten, etc.).
Start het vacumeerproces opnieuw met een
nieuwe vacuümzak en kies eventueel een lagere
vacuümstand.
Gebruik bij voorkeur een vacuümbakje.
32
ProbleemOorzaak en oplossing
De sealnaad is op een
of meer plaatsen niet
helemaal goed.
Hoewel het droogproces is uitgevoerd, licht
de sensortoets op.
De lade kan niet worden
gebruikt.
De sensortoets licht
geel op. Het vacuüm is
minder dan gebruikelijk.
De sensortoets licht
rood op. U kunt geen
vacumeerproces
starten.
De sealbalk en/of de tegendrukbalk is niet schoon of
er bevinden zich vloeistofresten op de sealbalk.
Reinig en maak de sealbalk en/of de tegendruk-
balk weer droog.
Het rubber van de tegendrukbalk is niet gelijkmatig
aangebracht.
Strijk het rubber glad.
De rand van de vacuümzak is niet schoon (binnen- of
buitenkant). Voor een correcte sealnaad moet de rand
van de vacuümzak droog en vetvrij zijn.
Sla de randen van de vacuümzak voor het vullen
naar buiten toe om. De sealnaad wordt dan goed.
De rand van de vacuümzak lag met vouwen op de
sealbalk.
Leg de rand van de vacuümzak zonder vouwen op
de sealbalk.
Het uitgevoerde droogproces was niet voldoende om
al het vocht uit het oliecircuit van de vacuümpomp te
verwijderen.
De lade is 1uur voor elk gebruik geblokkeerd.
Voer na 1uur opnieuw het droogproces uit (zie
"Reiniging en onderhoud – Droogproces uitvoeren"). In de vacuümkamer mogen zich geen resthoeveelheden van vloeistoffen bevinden.
Door het vacumeren van voedingsmiddelen komt
vocht in het oliecircuit van de vacuümpomp terecht.
Hierdoor neemt het resultaat van de vacuümstanden
af.
Voer het droogproces uit (zie "Reiniging en onder-
houd – Droogproces uitvoeren").
Door het vacumeren van voedingsmiddelen komt
vocht in het oliecircuit van de vacuümpomp. Als de
sensortoets rood oplicht, is de lade voor elk verder
gebruik geblokkeerd.
Voer het droogproces uit (zie "Reiniging en onder-
houd – Droogproces uitvoeren").
Nuttige tips
33
Nuttige tips
ProbleemOorzaak en oplossing
Op het glazen deksel en
in de lade bevindt zich
een oliefilm.
Het vacumeerproces
wordt na 2minuten afgebroken. Er klinkt een
akoestisch signaal en
het symbool licht
rood op.
Het vacumeerproces
wordt na 5seconden afgebroken. Er klinkt een
akoestisch signaal en
het symbool licht
rood op.
De olie in de vacuümpomp is erg heet.
Reinig de lade en laat deze 1uur afkoelen, voordat
u opnieuw gaat vacumeren.
Als u meerdere keren achtereen vacumeert, wacht
dan minimaal 2minuten tussen de afzonderlijke
vacumeerprocessen. Zo voorkomt u dat de olie
opnieuw te heet wordt.
Mocht het probleem daarna toch weer optreden,
neem dan contact op met Miele.
Het gewenste eindvacuüm is niet bereikt.
Schakel het toestel uit en weer in.
Start het vacumeerproces opnieuw, eventueel op
een lagere vacuümstand.
Na intensief gebruik van de lade is de olie in de vacuumpomp te heet geworden.
Laat de lade gedurende 1uur afkoelen, voordat u
opnieuw gaat vacumeren.
Als u meerdere keren achtereen vacumeert, wacht
dan minimaal 2minuten tussen de afzonderlijke
vacumeerprocessen. Zo voorkomt u dat de olie
opnieuw te heet wordt.
Het glazen deksel sluit niet gelijkmatig aan. Voorwerpen (zoals de rand van de vacuümzak of verontreinigingen) belemmeren het aansluiten van de kamerdichting.
Verwijder eventueel aanwezige voorwerpen en vuil.
Sluit het glazen deksel van het toestel en druk het
ca.5seconden licht aan.
De kamerdichting zit niet goed.
Druk de dichting zo aan dat deze overal goed zit.
De kamerdichting is beschadigd.
Laat het onderdeel door Miele vervangen.
34
Bij te bestellen accessoires
Speciaal voor uw toestellen levert Miele
een uitgebreid assortiment aan toebehoren, alsmede reinigings- en onderhoudsmiddelen.
U kunt deze producten heel eenvoudig
via de Miele-webshop bestellen:
De producten zijn ook verkrijgbaar bij
Miele-Service (zie einde van deze gebruiksaanwijzing) en bij uw Miele-handelaar.
Vacuümzakken
VB 1828 (50stuks)
Voor het bewaren en sous-vide bereiden van vloeibare en vaste voedingsmiddelen
180x280mm (BxH), D = 90µ
VB 2435 (50stuks)
Voor het bewaren en sous-vide bereiden van vloeibare en vaste voedingsmiddelen
240x350mm (BxH), D = 90µ
Reinigings- en onderhoudsmiddelen
Microvezeldoekje
Voor het verwijderen van vingerafdrukken en lichte verontreinigingen
35
Veiligheidsinstructies voor het inbouwen
Door ondeskundige inbouw kunnen gebruikers letsel oplopen
en kan er schade optreden aan het toestel.
Voordat u het toestel aansluit, dient u de aansluitgegevens (span-
ning en frequentie) op het typeplaatje te vergelijken met de waarden
van het elektriciteitsnet.
Deze gegevens moeten beslist overeenkomen om schade aan het
toestel te voorkomen. Raadpleeg bij twijfel een elektricien.
De contactdoos moet ook na de inbouw van het toestel goed toe-
gankelijk zijn.
De lade mag alleen in combinatie met bepaalde Miele-toestellen
worden ingebouwd. Als de lade met andere toestellen wordt gecombineerd, vervalt de garantie, aangezien dan niet kan worden gewaarborgd dat de lade correct functioneert.
De bodem waarop u de lade en het combinatietoestel plaatst,
moet vast zijn ingebouwd. De bodem moet het gewicht van beide
toestellen kunnen dragen.
Houdt u zich bij het inbouwen ook aan de instructies uit de ge-
bruiksaanwijzing c.q. montagehandleiding van het toestel waarmee u
de lade combineert.
De lade moet zo worden ingebouwd dat
– u in de vacuümkamer kunt kijken. Alleen zo kunt u voorkomen dat
u zich brandt aan de hete sealbalk of de sealnaad.
– u voldoende ruimte heeft voor het openen van de lade en het
openen van het glazen deksel.
36
Aanwijzingen voor het inbouwen
U kunt een eventueel combinatie-toestel gewoon op de lade plaatsen. Een
tussenbodem is niet nodig.
Alle maten zijn in mm aangegeven.
37
Inbouwafmetingen
Inbouw in een onderkast
a
Uitsparing voor de ventilatie
b
Inbouwmaat met stekker
Aansluitkabel L=2200mm
c
Overstek werkblad
*Glazen front / **metalen front
Inbouw in een hoge kast
a
Uitsparing voor de ventilatie
b
Inbouwmaat met stekker
Aansluitkabel L = 2200mm
*Glazen front / **metalen front
38
Inbouwafmetingen
ESW met H2xxxB(P) /
H6xxxB(P)
EVS mit H6xxxBM(BP) /
M61xx / M62xx
a
Ventilatieopening bij combinatie met
een pyrolyse-oven
b
Inbouwmaat met stekker
Aansluitkabel L = 2200mm
* glazen front / ** metalen front
a
Ventilatieopening bij combinatie met
een pyrolyse-oven
b
Inbouwmaat met stekker
Aansluitkabel L = 2200mm
* glazen front / ** metalen front
39
Inbouwafmetingen
EVS met DGM6800
a
Ventilatieopening bij combinatie met
een stoomoven met bakoven
b
Inbouwmaat met stekker
Aansluitkabel L = 2200mm
EVS met DG6x00 / DG6x0x
a
Ventilatieopening bij combinatie met
een stoomoven met bakoven
b
Inbouwmaat met stekker
Aansluitkabel L = 2200mm
* glazen front / ** metalen front
40
* glazen front / ** metalen front
Inbouwafmetingen
EVS met DGC6300 / DGC6400
a
Ventilatieopening bij combinatie met
een stoomoven met bakoven
b
Inbouwmaat met stekker
Aansluitkabel L = 2200mm
* glazen front / ** metalen front
EVS met DGC6500 /
DGC6600 / DGC680x
a
Ventilatieopening bij combinatie met
een stoomoven met bakoven
b
Inbouwmaat met stekker
Aansluitkabel L = 2200mm
* glazen front / ** metalen front
Voor de DGC 6805 moeten uitsparingen voor de watertoe- en -afvoerslang
worden gerealiseerd (zie montagehandleiding DGC 6805).
41
Inbouwafmetingen
EVS met DGC6660 / DGC686x
a
Ventilatieopening bij combinatie met
een stoomoven met bakoven
b
Inbouwmaat met stekker
Aansluitkabel L = 2200mm
EVS met DGD4635 / DGD6xx5
a
Opvulpaneel AB 45-7 (bij te bestellen)
b
Inbouwmaat met stekker
Aansluitkabel L = 2200mm
*Glazen front / **metalen front
Voor de DGC 6865 moeten uitsparingen voor de watertoe- en -afvoerslang
worden gerealiseerd (zie montagehandleiding DGC 6865).
42
* glazen front / ** metalen front
Voor de stoomoven moeten uitsparingen voor de watertoe- en -afvoerslang
worden gerealiseerd (zie de montagehandleiding van de stoomoven).
EVS met CVA6401 / CVA68xx
Inbouwafmetingen
a
Ventilatieopening bij combinatie met
een koffieautomaat
b
Inbouwmaat met stekker
Aansluitkabel L = 2200mm
* glazen front / ** metalen front
43
Inbouwen
Voorkom beschadigingen aan de
schuiflade!
In de schuiflade is een vacuümpomp
met olie ingebouwd.
Om te voorkomen dat de olie uit het
toestel loopt, mag u het toestel alleen rechtop transporteren en bewaren. U mag de schuiflade niet kantelen of op zijn kant zetten.
Schuiflade voorbereiden
Voor een veilig transport heeft de vacuumpomp een transportbeveiliging die
moet worden verwijderd voordat u de
lade inbouwt. In plaats van de transportbeveiliging moet de bijgeleverde
luchtfilter worden ingebouwd.
Aan de achterkant van de lade bevinden zich tevens 2veiligheidsschroeven
die voorkomen dat de lade onbedoeld
opengaat tijdens het transport of als u
het toestel uit de verpakking haalt.
Let op!
Plaats vóór de inbouw van de lade
de luchtfilter en verwijder de veiligheidsschroeven aan de achterkant
van het toestel.
De schuiflade kan anders niet in gebruik worden genomen en moet weer
worden uitgebouwd.
Luchtfilter inbouwen en veiligheidsschroeven verwijderen
Schuif de afdekking naar rechts en
verwijder deze.
Trek de rode transportbeveiliging
naar boven, bijvoorbeeld met een
combinatietang.
Bewaar de transportbeveiliging en de
veiligheidsschroeven voor het geval
u het toestel nog eens wilt transporteren.
U kunt de transportbeveiliging aan
de achterkant van het toestel bevestigen.
44
Inbouwen
Schroef de luchtfilter met een
schroevendraaier op de vacuüm-
pomp.
U kunt de transportbeveiliging aan
de achterkant van het toestel bevesti-
gen.
Schuif de afdekking weer op de
opening.
Draai de veiligheidsschroeven aan
de achterkant van de lade eruit.
Voorkom beschadigingen aan de
schuiflade!
Demonteer vóórdat u de lade trans-
porteert beslist de luchtfilter en
sluit de vacuümpomp weer met de
transportbeveiliging.
Het uitbouwen van de luchtfilter en het
plaatsen van de transportbeveiliging gebeurt in omgekeerde volgorde.
45
Inbouwen
Schuiflade inbouwen
Letselrisico!
De schuiflade is zwaar en kantelt
voorover als ze geopend is.
Zorg dat er tijdens de inbouw een
tweede persoon aanwezig is.
Laat de lade dicht tot de kantelbeveiliging aan de zijwanden van de keukenkast is aangebracht.
Zorg dat de kast waarin het toestel
geplaatst wordt schoon en waterpas
is. Alleen zo kan het toestel goed
functioneren.
Kantelbeveiliging inbouwen
Meet de afstand rechts en links aan
de zijwanden van de keukenkast af
(zie afbeelding).
Markeer telkens de bovenste positie
van het sleufgat van de kantelbeveiliging. De kantelbeveiliging moet
strak op de kastbodem aansluiten.
46
Bevestig de kantelbeveiliging met de
4 bijgeleverde schroeven (4x16mm)
rechts en links aan de zijwanden van
de keukenkast.
Inbouwen
Schuiflade inbouwen en aansluiten
Controleer of de luchtfilter is inge-
bouwd en de veiligheidsschroeven
aan de achterkant van het toestel zijn
verwijderd (zie "Toestel voorbe-
reiden").
Sluit de aansluitkabel op de schuifla-
de aan.
Schuif de gesloten lade in de keuken-
kast. De aansluitkabel mag niet inge-
klemd of beschadigd raken.
Lijn de schuiflade in een rechte hoek
uit.
Als u de schuiflade voor het eerst aansluit en na een stroomstoring lichten
gedurende ca.10seconden alle sensortoetsen en controlelampjes op. Zodra deze lampjes gedoofd zijn, kunt u
de schuiflade in gebruik nemen.
Bouw het toestel waarmee u de lade
combineert in volgens de aanwijzingen in de bijbehorende gebruiksaanwijzing resp. montagehandleiding.
Open de schuiflade en bevestig deze
met de 2 bijgeleverde houtschroeven
(3,5x25mm) rechts en links aan de
zijwanden van de keukenkast.
Verwijder de 4schuimrubberen stic-
kers die rechts en links aan de ach-
terkant van het frontpaneel zijn aan-
gebracht.
Sluit de schuiflade op het elektrici-
teitsnet aan.
47
Inbouwen
Front stellen
Na het inbouwen van het apparaat
waarmee u de lade combineert, moet u
eventueel nog het front van de lade
stellen en de spleet tussen de lade en
het andere apparaat aanpassen. Hiervoor bevinden zich achter het front van
de lade 2schroeven waarmee het front
aan de behuizing van de lade is bevestigd.
Open de lade.
Draai de bevestigingsschroeven weer
vast.
Draai de bevestigingsschroeven
rechts en links op de behuizing van
de lade iets losser.
Letselrisico!
Zonder bevestigingsschroeven is het
front alleen maar in de behuizing ingehaakt. Het front kan dan gemakkelijk omlaag vallen.
Draai de bevestigingsschroeven er
daarom niet helemaal uit!
Voor het stellen en voor het corrige-
ren van de spleet schuift u het front
gewoon iets omhoog of omlaag.
48
Elektrische aansluiting
Aansluiting op een geaarde contactdoos wordt aanbevolen, omdat dat
eventuele werkzaamheden van de technicus gemakkelijker maakt. De contactdoos moet ook na het inbouwen toegankelijk zijn.
Letselrisico!
Door ondeskundige installatie- en
onderhoudswerkzaamheden of reparaties kunnen zeer gevaarlijke situaties voor de gebruiker ontstaan
waarvoor Miele geen aansprakelijkheid aanvaardt.
Miele kan niet verantwoordelijk worden gesteld voor (de gevolgen van)
een ontbrekende of onderbroken
aarding (bijvoorbeeld een elektrische
schok).
Als de stekker wordt verwijderd of
als de aansluitkabel geen stekker
heeft, mag het toestel uitsluitend
door een vakman op het net worden
aangesloten.
Als bij aansluiting met een stekker na
de inbouw de contactdoos niet meer
toegankelijk is of een vaste aansluiting gepland is, moet het toestel via
een schakelaar met alle polen van de
netspanning kunnen worden losgekoppeld. De schakelaar moet een
contactopening van minimaal 3mm
hebben. Geschikt zijn zelf-uitschakelaars, zekeringen en relais. De aansluitwaarden vindt u op het typeplatje. De waarden op het typeplaatje
en de waarden van het elektriciteitsnet moeten beslist overeenkomen.
Na het inbouwen moet zijn gewaarborgd dat onder spanning staande
delen niet kunnen worden aangeraakt.
Aansluitwaarde
Zie typeplaatje
Aansluiting
AC 230 V / 50Hz
Voordat u het toestel aansluit, dient u
de aansluitgegevens (spanning en frequentie) op het typeplaatje te vergelijken met de waarden van het elektriciteitsnet. Deze gegevens moeten beslist
overeenkomen.
Aardlekschakelaar
Voor extra veiligheid wordt in de EUvoorschriften en -richtlijnen geadviseerd
om de huisinstallatie van een aardlekschakelaar te voorzien (30mA).
49
Elektrische aansluiting
Spanningsvrij maken
Lichamelijk letsel door elek-
trische schok!
Zorg dat de netspanning niet per on-
geluk weer kan worden ingeschakeld.
Moet het toestel spanningsvrij worden
gemaakt, ga dan, afhankelijk van de situatie, als volgt te werk:
Zekeringen
Draai de zekering los en haal deze uit
de houder.
Zekeringsautomaat
Druk op de testknop (rood) totdat de
middelste knop (zwart) eruitspringt.
Inbouwzekeringsautomaat
(Zelfuitschakelaar, min. type B of C!):
tuimelschakelaar van 1(Aan) op
0(Uit) zetten.
Aansluitkabel vervangen
De aansluitkabel mag alleen door een
speciale kabel van het type H 05 VV-F
(PVC-isolatie) worden vervangen. Een
dergelijke kabel is verkrijgbaar bij MieleService.
Aardlekschakelaar
(Aardlekschakelaar)
Zet de hoofdschakelaar van 1(Aan)
op 0(Uit) of druk op de testknop.
50
Miele-Service, typeplaatje, garantie
Afdeling Klantcontacten
Voor storingen die u niet zelf kunt verhelpen, waarschuwt u
– uw Miele-handelaar of
– de afdeling Consumentenbelangen van Miele.
De gegevens van Miele vindt u op de achterkant van deze gebruiks- en montagehandleiding.
Voor een goede en vlotte afhandeling moet de afdeling Miele-Service weten welk
type toestel u heeft en welk fabricagenummer het heeft.
Typeplaatje
Plak hier het bijgevoegde typeplaatje. Controleer of de gegevens op het typeplaatje overeenkomen met de gegevens op de achterzijde van deze gebruiksaanwijzing.
Garantietermijn en garantievoorwaarden
De garantietermijn voor dit toestel bedraagt 2 jaar.
Voor meer informatie zie de bijgevoegde garantievoorwaarden. Voor informatie
over het Miele Service Verzekering Certificaat kunt u zich wenden tot uw Mielevakhandelaar of de bijgaande folder raadplegen.
51
Herstellingen aan huis en andere inlichtingen: 02/451.16.16
nv Miele België
Z.5 Mollem 480
1730 Mollem (Asse)
E-mail: info@miele.be
Internet: www.miele.be
Duitsland
Miele & Cie. KG
Carl-Miele-Straße 29
33332 Gütersloh
EVS 6114 / EVS 6214
M.-Nr. 10 688 240 / 00nl-BE
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.