Miele DA 3560, DA 3590, DA 3560 EXT, DA 3590 EXT User Manual [nl]

Gebruiks- en montagehandleiding
Wasemkap DA 3560 DA 3590 DA 3560 EXT DA 3590 EXT
Lees absoluut uw gebruiksaanwijzing voor u het toestel installeert en in gebruik neemt. Zo zorgt u voor uw veiligheid en vermijdt u schade aan uw toestel.
nl-BE
M.-Nr. 09 728 090
Inhoud
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu ...........................3
Opmerkingen omtrent uw veiligheid ..................................4
Beschrijving van het toestel ........................................10
Hoe werkt uw toestel? .............................................12
Miele|home .....................................................13
Con|ctivity ......................................................13
Bediening .......................................................14
De ventilator inschakelen............................................14
Ventilatiestand kiezen ..............................................14
Intensieve stand ................................................14
Nawerkfunctie 5 ¢15...............................................15
De ventilator uitschakelen ...........................................15
Kookvlakverlichting I ..............................................15
Bedrijfsurenteller [..............................................16
Reiniging en onderhoud ...........................................18
Ommanteling .....................................................18
Vetfilters .........................................................19
De bedrijfsurenteller voor de vetfilters terug in zijn beginstand zetten ......20
Reukfilters monteren/vervangen ......................................21
De bedrijfsurenteller voor de reukfilters terug in zijn beginstand zetten .....21
Halogeenlampjes vervangen.........................................22
Technische dienst ................................................23
Afmetingen van het toestel .........................................24
Montage ........................................................26
Montagemateriaal .................................................26
Luifel regelen ..................................................34
Luchtafvoerleiding................................................38
Condenswaterstop.................................................39
Geluidsdemper ...................................................40
Elektrische aansluiting ............................................41
Werking met stuurmodule DSM 400..................................42
Potentiaalvrije aansluiting .........................................42
Aansluiting van een lichtschakelaar .................................42
Technische gegevens .............................................43
2
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu
Recycleerbare verpakking
De verpakking behoedt het toestel voor transportschade. Er werd materiaal ge kozen, dat door het milieu wordt verdra gen en opnieuw kan worden benut.
Door de verpakking weer in kringloop te brengen, wordt er grondstof ge spaard en verkleint de afvalberg. Geef deze stoffen dus niet met het gewone vuilnis mee. Breng ze liever naar het dichtstbijzijnde gemeentelijk container park. Waar u dat vindt, komt u zeker bij uw gemeentebestuur aan de weet.
Delen van de verpakking als bv. folie of piepschuim kunnen voor kinderen ge­varen inhouden. Er bestaat risico van verstikking! Bewaar deze delen buiten hun bereik en ruim de verpakking zo vlug mogelijk op.
Het afdanken van het apparaat
Oude elektrische en elektronische ap­paraten bevatten vaak nog waardevolle materialen. Ze bevatten echter ook schadelijke stoffen die voor het functio neren en de veiligheid van het apparaat nodig waren. Als u het apparaat bij het gewone afval doet of bij verkeerde be handeling kunnen deze stoffen schade lijk zijn voor de gezondheid en het milieu. Verwijder het afgedankte appa raat dan ook nooit met het gewone af val.
-
-
-
-
-
-
Bij de aankoop van uw nieuw toestel heeft u een bijdrage betaald. Die wordt volledig gebruikt voor de toekomstige recyclage van dat toestel. Dat bevat
­trouwens nog waardevol materiaal.
Door te recycleren wordt er dan ook minder verspild en vervuild.
Als u vragen heeft omtrent het af­danken van uw oud toestel, neem dan contact op met
– de handelaar bij wie u het kocht
of
– de firma Recupel,
telefoon 02 706 86 10, website: www.recupel.be
of
­–
uw gemeentebestuur als u uw toestel naar een containerpark brengt.
Zorg er ook voor dat het toestel intus
-
sen kindveilig wordt bewaard voor u het laat wegbrengen.
-
3
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Deze wasemkap is niet bestemd Deze wasemkap voldoet aan de voorgeschreven veiligheidsvoor schriften. Door ondeskundig gebruik kunnen gebruikers echter letsel op lopen en kan er schade optreden aan het toestel.
Lees deze gebruiksaanwijzing daar om eerst door voordat u deze wa semkap in gebruik neemt. U vindt er belangrijke opmerkingen omtrent uw veiligheid, de montage, het gebruik en het onderhoud van de wasem kap. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt schade aan het toestel.
Bewaar de gebruiksaanwijzing en geef ze door aan wie het toestel eventueel na u gebruikt.
-
-
-
Juist gebruik
Deze dampkap is bedoeld voor ge-
~
bruik in het huishouden en gelijkaardige omgevingen zoals
in winkels, kantoren en gelijkaardige werkomgevingen
op boerderijen
door klanten in hotels, motels, bed-and-breakfasts en andere typische woonomgevingen.
Gebruik de dampkap uitsluitend in
~
huishoudelijke context voor het wegzuigen van kookdampen die ont staan bij het bereiding van gerechten.
~
voor gebruik buiten.
Gebruik voor andere doeleinden is niet toegelaten. Miele is niet verantwoorde
­lijk voor schade die wordt veroorzaakt
door een ander gebruik dan wat hier wordt vermeld of door foutieve bedie ning.
­Personen die door hun fysieke,
~
zintuiglijke of geestelijke mogelijkheden of hun onervarenheid of gebrek aan kennis niet in staat zijn om deze dampkap veilig te bedienen, mogen deze dampkap alleen onder het toe zicht of de begeleiding van een verant­woordelijk iemand gebruiken.
Kinderen in het huishouden
Let op kinderen die in de buurt van
~
de dampkap komen. Laat kinderen nooit met het toestel spelen.
Kinderen jonger dan acht jaar moe-
~
ten uit de buurt van het toestel worden gehouden, tenzij ze constant in het oog worden gehouden.
Kinderen vanaf acht jaar mogen de
~
dampkap alleen maar gebruiken wan neer hun de bediening ervan zo uitge legd is dat ze de dampkap veilig kun nen bedienen. Kinderen moeten de eventuele risico's van een foutieve be diening kunnen beseffen.
-
-
-
-
-
-
-
-
4
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Bij wasemkappen die uitgerust zijn
~
met halogeenlampen, kunnen de lampen tijdens de werking zeer heet worden; ook na het uitschakelen blijven ze nog enige tijd heet. Hou kinderen op een veilige afstand van de lampen, tot de lampen voldoende afgekoeld zijn en er geen enkel verbrandingsgevaar meer bestaat.
Technische veiligheid
Controleer vóórdat de wasemkap
~
wordt geïnstalleerd of het toestel zicht baar beschadigd is. Is dat het geval, neem het dan in geen geval in gebruik. Een beschadigd toestel kan uw veilig­heid in gevaar brengen!
Vergelijk zeker eerst de aansluitge-
~
gevens (spanning en frequentie) op het typeplaatje met die van uw huisinstalla­tie. Sluit daarna pas uw toestel aan. Deze gegevens dienen absoluut over­een te stemmen. Anders treedt er scha­de op aan uw toestel. Vraag bij twijfel inlichtingen aan uw elektricien.
De elektrische veiligheid van dit toe
~
stel wordt enkel gegarandeerd als u het op een aardsysteem aansluit dat vol gens de voorschriften geïnstalleerd is. Het is heel belangrijk dat aan deze fun damentele veiligheidsvoorwaarde is voldaan. Laat de elektrische installatie in uw woning bij twijfel door een elektri cien controleren. De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld worden voor schade die werd veroorzaakt doordat de aardleiding onderbroken was of ge woon ontbrak (bijv. elektrische schok ken).
-
-
-
Gebruik uw wasemkap enkel in
~
geïnstalleerde toestand. Enkel dan is een veilige werking gewaarborgd.
Open de ommanteling alleen voor
~
zover de montage- en reinigingsaan wijzingen dit voorschrijven. Maak an dere onderdelen van de ommanteling in geen geval open. Wanneer u aansluitingen onder span ning aanraakt of de elektrische en me chanische constructie wijzigt, kan dat voor u gevaar opleveren. Het kan ook tot storingen in de werking van de wa semkap leiden.
Installatiewerken, onderhouds-
~
werken en reparaties mogen alleen worden uitgevoerd door vakmensen die door de fabrikant erkend zijn. Door ondeskundig uitgevoerde instal­latie-, onderhouds- of reparatiewerken kunnen er voor de gebruiker aanzien­lijke risico's ontstaan waarvoor de fabri­kant niet aansprakelijk kan worden ge­steld.
Defecte onderdelen mogen enkel
~
worden vervangen door originele Miele
­vervangstukken. Enkel dan bent u ze
ker dat ze ten volle voldoen aan de ei sen die Miele qua veiligheid stelt.
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
5
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Tijdens installatie-, onderhouds- en
~
reparatiewerken moet de wasemkap van het stroomnet losgekoppeld zijn. Het toestel is pas stroomloos als aan een van deze voorwaarden is voldaan:
de zekeringen op uw elektrische in
stallatie zijn uitgeschakeld,
de schroefzekeringen van de huisin
stallatie zijn helemaal uitgedraaid,
de stekker is uit het stopcontact ge
trokken. Bij aansluiting met een stekker: Trek niet aan het snoer maar aan de stek ker om het toestel los te koppelen van het stroomnet.
Gebruik uit veiligheidsoverwegingen
~
geen stopcontactenblokken of verleng­snoeren om de wasemkap aan te slui­ten. Die bieden niet voldoende veilig­heidsgaranties. Er bestaat onder meer gevaar voor oververhitting.
Bij toestellen met een externe venti-
~
lator (modelreeks ...EXT) sluit u beide elementen via de verbindingsleiding met stekkers op elkaar aan. Deze toestellen mag u enkel verbinden met een externe ventilator van Miele.
Deze dampkap mag niet gebruikt
~
worden op een beweegbare plaats (bv.schip).
Gelijktijdig gebruik van de wasemkap en verwarmingstoestellen die lucht uit hetzelfde vertrek nodig hebben
Let op: er bestaat risico op vergifti
-
-
ging!
-
-
Wees uiterst voorzichtig als u de wa-
~
semkap gelijktijdig met verwarmings­toestellen gebruikt die lucht uit hetzelf­de vertrek nodig hebben. Voorbeelden zijn verwarmingstoestellen op gas, stookolie, hout of steenkool, doorstroomtoestellen, boilers, gaskook­vlakken en -ovens. De wasemkap - als ze met luchtafvoer of met een externe ventilator werkt ­zuigt immers uit de keuken alsook uit de vertrekken ernaast lucht weg. Zonder voldoende luchttoevoer ontstaat er onderdruk. Het vuur krijgt daardoor te weinig verbrandingslucht. En de ver branding zal daar nadeel van ondervinden.
-
-
Door de zuigkracht van de wasemkap kunnen er giftige uitlaatgassen van het verwarmingstoestel uit de schouw te rugstromen in de woning. Dit is levens gevaarlijk!
6
-
-
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
U vermijdt risico's als er bij gelijktijdig gebruik van de wasemkap en van een verwarmingstoestel waarvoor lucht uit hetzelfde vertrek is vereist een onder druk wordt bereikt van maximaal 4 Pa (0,04 mbar). Hierdoor verhindert u na melijk dat er uitlaatgassen uit het ver warmingstoestel worden teruggezogen.
U kan daarvoor zorgen door lucht voor de verbranding aan te voeren via niet­afsluitbare openingen, bijv. in deuren en vensters. Let erop dat de diameter van de lucht­toevoeropening voldoende groot is. Luchttoevoer- en afvoerkastjes alleen waarborgen gewoonlijk nog geen af doende luchttoevoer.
-
-
-
-
,
Bij de beoordeling moet u steeds rekening houden met de globale ventilatietoestand van de woning. In geval van twijfel neemt u het best contact op met een er kende schoorsteenveger.
Gebruikt u de wasemkap met luchtcir culatie, dan kunt u de wasemkap gerust tegelijk met verwarmingstoestel len gebruiken die lucht uit hetzelfde vertrek nodig hebben.
-
-
-
7
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Efficiënt gebruik
Maak onder de wasemkap nooit iets
~
klaar met open vlam: grilleren met open vlam alsook flamberen is verboden. Een ingeschakelde wasemkap zuigt de vlammen in de filters. Door het opgezo gen kookvet bestaat er brandgevaar!
Bij gebruik van de wasemkap boven
~
een gaskookvlak moet u erop letten dat er altijd kookgerei staat op branders die in gebruik zijn. Schakel het gasfornuis uit telkens als u kookgerei voor korte tijd van het gasfornuis wegneemt. Regel de vlammen zodanig dat ze in geen geval boven het kookgerei uitste­ken. Zorg ervoor dat u het kookgerei niet overmatig verhit (bijv. bij het koken met een wok). Door de te sterke hitte kan de wasem­kap schade oplopen.
Schakel uw wasemkap in telkens als
~
een kookzone in gebruik is. Als de wasemkap niet ingeschakeld is, kan er zich condenswater vormen. Hier door kan het toestel corrosieschade op lopen.
Gebruik de wasemkap nooit zonder
~
vetfilters. Zo vermijdt u dat er zich vet en vuil af zet in het toestel. Hierdoor zou het toe stel na verloop van tijd niet meer goed functioneren.
­De filters dient u geregeld te reini
~
gen of te vervangen. Een verzadigde filter vergroot het brandrisico! Zie "Reiniging en onder houd".
Hou ermee rekening dat de
~
dampkap bij het koken door de opstijgende hitte erg warm kan worden. Raak de ommanteling en de vetfilters pas aan wanneer de dampkap is afge­koeld.
Gebruik in geen geval een stoomrei-
~
niger om de wasemkap te reinigen. De stoom kan op onderdelen van de wasemkap terechtkomen die onder spanning staan en zo een kortsluiting veroorzaken.
-
-
-
-
-
-
Als u met olie of vet kookt, dient u
~
uw kookpan of friteuse voortdurend in het oog te houden. Dat geldt ook voor elektrische grilltoestellen. Door oververhitting kunnen olie en vet ontvlammen en de wasemkap in brand steken.
8
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Deskundige montage
Controleer in de gegevens van de
~
fabrikant van het gebruikte kooktoestel of het gebruik van een wasemkap bo ven het kooktoestel mogelijk is.
Tenzij de fabrikant van het kooktoe
~
stel grotere veiligheidsafstanden heeft voorgeschreven, moeten tussen het kooktoestel en de onderkant van de wasemkap de afstanden in acht wor den genomen die in de rubriek "Afme tingen van de toestellen" worden ver meld.
Gebruikt u verschillende kooktoestellen onder de wasemkap en is de veilig­heidsafstand telkens anders, kies dan de grootst opgegeven afstand.
Boven ovens of fornuizen die met
~
vaste brandstof worden verwarmd, mag u geen wasemkap monteren.
Gebruik voor de luchtafvoerleiding
~
enkel buizen of slangen van onbrand­baar materiaal. Die zijn bij uw Miele­handelaar of bij de Technische Dienst van Miele verkrijgbaar.
-
-
-
-
-
Toebehoren
Alleen toebehoren dat Miele uitdruk
~
kelijk heeft goedgekeurd, mag worden gemonteerd of ingebouwd. Worden er andere onderdelen gemonteerd of in gebouwd, dan vervalt het recht op waarborg en/of productaansprakelijk heid.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade die ontstaan is doordat deze veiligheidsrichtlijnen niet in acht werden genomen.
-
-
-
De lucht mag niet worden afgevoerd
~
via een in gebruik zijnde schoorsteen voor rook of uitlaatgassen. Laat de lucht ook niet afvoeren in een kanaal dat dient om vertrekken te verluchten waar verwarmingstoestellen opgesteld staan.
Als de lucht moet worden afgevoerd
~
via een niet meer in gebruik zijnde schoorsteen, hou dan rekening met de plaatselijk geldende voorschriften.
9
Beschrijving van het toestel
10
Beschrijving van het toestel
a Uittrekbare luifel
b Bedieningselementen
c Vetfilter
d Kookvlakverlichting
e Luchtafvoertuit C 150 mm
De luchtafvoertuit kan naar achteren worden verplaatst.
f Sleuven voor de reukfilters
g Sleuven voor de vetfilters
h Reukfilter
(mits toeslag verkrijgbaar toebehoren bij werking met luchtcirculatie)
i Toets voor de kookvlakverlichting
(verlichtingstoets)
Hiermee kunt u de kookvlakverlichting in- en uitschakelen en dimmen.
j Aan-uittoets voor de ventilator
k Toetsen voor het instellen van het
ventilatievermogen
l Toets voor de nawerkfunctie
(nawerktoets)
Hiermee blijft de dampkap na het kook proces nog even werken. De ventilator wordt na 5 of 15 minuten automatisch uitgeschakeld.
m Bedrijfsurentoets
Het vetfiltersymbool [ van de toets gaat aan wanneer de vetfilters moeten worden gereinigd.
Het reukfiltersymbool gaat aan wan­neer de reukfilters, die bij werking met luchtcirculatie worden gemonteerd, aan vervanging toe zijn. Daartoe moet de bedrijfsurenteller worden geactiveerd wanneer u het toestel voor de eerste keer gebruikt.
-
Met deze toets kunt u de bedrijfsuren teller na de reiniging van de vetfilters of de vervanging van de reukfilters terug in zijn beginstand zetten (zie "Reiniging en onderhoud").
Bovendien kunnen de bedrijfsuren wor den opgevraagd en kan de bedrijfs duur worden gewijzigd.
Hoe u de functies bedient, vindt u in de rubriek "Bediening".
-
-
11
-
Hoe werkt uw toestel?
Uw dampkap werkt
. . . met luchtafvoer naar bui
-
ten:
De aangezogen lucht wordt door de vetfilters gereinigd en naar buiten afge voerd.
Is het luchtafvoersysteem ter plaatse niet uitgerust met een terugslagklep? Maak dan gebruik van de bijgeleverde terugslagklep. Plaats deze in de lucht­afvoertuit van de motoreenheid.
Er kan dan geen buitenlucht naar bin­nen noch binnenlucht naar buiten stro­men als de dampkap uitgeschakeld is.
Wanneer de dampkap uitgeschakeld is, is de terugslagklep dicht.
Zodra u het toestel inschakelt, gaat de terugslagklep open. Zo kan de keuken­damp ongehinderd naar buiten.
. . . met luchtcirculatie:
(met ombouwset voor luchtcirculatie als toebehoren)
De aangezogen lucht wordt door de vetfilters en daarnaast nog door
-
2 reukfilters gezuiverd. Daarna wordt de lucht teruggevoerd naar de keuken.
De reukfilters zijn verkrijgbaar als toe behoren (zie "Technische gegevens").
Zorg ervoor dat de reukfilters gemon­teerd zijn voor u de dampkap met luchtcirculatie gebruikt. Zie rubriek "Rei­niging en onderhoud".
. . . met een externe ventilator:
(toestellen uit de reeks ...EXT)
Bij dampkappen die geschikt zijn om te werken met een elders geplaatste ven tilator, wordt de afzuigventilator in een vertrek naar uw keuze gemonteerd.
-
-
12
De elders geplaatste ventilator wordt door een besturingsleiding met de dampkap verbonden. U kunt hem via het bedieningspaneel van de dampkap bedienen.
Con|ctivity
Deze dampkap kan communiceren met een ander toestel.
Met de communicatiemodule XKM 2000 DA a, die mits toeslag ver­krijgbaar is, kan de dampkap automa­tisch worden bestuurd en wordt de ven­tilator afhankelijk van de ingestelde ver­mogensstanden voor de kookzones van een niet-gecombineerd elektrisch kook­vlak van Miele automatisch op een be­paalde stand gezet.
Om beide toestellen met elkaar te kun nen laten communiceren, moet ook het kookvlak met de bijhorende communica tiemodule b zijn uitgerust.
Het kookvlak brengt de informatie over de ingeschakelde kookzones en de in gestelde vermogensstanden via het elektriciteitsnet (Powerline) c over naar de dampkap.
-
-
Miele|home
De montage moet worden uitge voerd door een technicus van de Service After Sales van Miele of door een elektricien.
Automatische werking
Schakel het kookvlak in terwijl de luifel
^
ingeschoven is. De kookvlakverlich ting wordt automatisch ingeschakeld.
Trek vervolgens de luifel uit. De venti
^
lator van de dampkap wordt inge schakeld.
Terwijl u kookt, kiest de dampkap afhan­kelijk van het aantal ingeschakelde kookzones en de ingestelde vermogens­standen automatisch de geschikte venti­latiestand. En hierbij kunt u nog altijd al­les manueel doen.
Wanneer u klaar bent met koken, wor­den de ventilator en de kookvlakverlich­ting automatisch uitgeschakeld na de luchtafzuiging achteraf.
Als de luifel uitgetrokken blijft, wordt de dampkap automatisch weer ingescha keld de volgende keer dat u het kook
­vlak inschakelt.
Handmatige bediening
^
Wilt u de dampkap voor een bereiding handmatig bedienen, dan trekt u de luifel van dampkap uit vóórdat u het kookvlak inschakelt.
-
-
-
-
-
-
De communicatiemodule wordt aan de ommanteling van de dampkap gemon teerd en aangesloten op de besturing van de dampkap.
De bediening gebeurt dan zoals be schreven in de rubriek "Bediening".
-
Voor meer informatie over de werking raadpleegt u de gebruiksaanwijzing van de communicatiemodule XKM 2000 DA.
-
13
Bediening
De ventilator inschakelen
Trek de luifel wat naar onderen toe
^
en trek deze vervolgens naar voren toe uit.
De ventilator wordt ingeschakeld op stand 2. Het aan-uitsymbool K en de 2 op de ventilatiestandindicator branden.
Ventilatiestand kiezen
^ Druk op het symbool "–" als u een la-
gere ventilatiestand wilt kiezen of op "+" als u een hogere ventilatiestand wilt kiezen.
Voor een normaal kookproces gebruikt u, naargelang de intensiteit van de kookdamp, de ventilatiestanden 1 tot 3.
Intensieve stand
^
Schakel bij het begin van een braad proces of bij een kookproces met sterke geurontwikkeling even de in tensieve stand IS in. Trek daarbij altijd de luifel volledig uit om een optimale luchtafzuiging te re aliseren en onnodige werkingsgeluiden te vermijden.
-
Automatische uitschakeling van de intensieve stand
U kunt de intensieve stand zo instellen dat de ventilator na 10 minuten altijd automatisch terugkeert naar stand 3.
Trek de luifel uit en schakel de venti
^
lator K en de verlichting I uit.
Druk ca. 10 seconden op de
^
nawerktoets 5 ¢15, totdat de 1 op de ventilatiestandindicator brandt.
Druk daarna achtereenvolgens op
^
de verlichtingstoets I,
– de toets "–" en opnieuw op
– de verlichtingstoets I.
Als de automatische uitschakeling niet is geactiveerd, knipperen 1 en IS.
^ Om de automatische uitschakeling te
activeren, drukt u op de toets "+". De 1 en IS branden continu. Om te deactiveren, drukt u op de toets "–".
^
Bevestig uw keuze met de nawerktoets 5 ¢15.
Als u niet binnen de 4 minuten beves tigt, blijft de oude instelling behouden.
-
-
-
-
14
Loading...
+ 30 hidden pages