Gebruiksen montageaanwijzing
Wasemkappen
DA 337 i en DA 337 i EXT
Lees absoluut uw gebruiksaanwijzing voor u het toestel installeert
en in gebruik neemt.
Daardoor zorgt u voor uw veiligheid en vermijdt u schade aan het apparaat.
*
M.-Nr. 05 474 300
Inhoud
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
Opmerkingen omtrent uw veiligheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
Beschrijving van het toestel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
Hoe werkt uw toestel? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
Bediening
De ventilator inschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11 Het vermogen kiezen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11 De wasemkap laten nawerken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11 De ventilator uitschakelen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12 De verlichting in- / uitschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12 Bedrijfsurenteller . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
Reiniging en onderhoud
Ommanteling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16 De vetfilters . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16 De reukfilter plaatsen / vervangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19 De lamp vervangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
Technische dienst . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21
Afmetingen van het toestel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22
Montage
Montagetoebehoren. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24 1. Terugslagklep . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26 2. Verloopmof . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27 3. Montagerails. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27 4. De meubeldeur monteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28 5. Het toestel in de wandkast schuiven . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29 6. Het toestel in de hoogte regelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29 7. Het toestel in de diepte regelen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30 8 a. Afdeklijsten voor de zijkanten van het toestel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30 8 b. Afstandslijst aan rugzijde van het toestel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 31 9 a. Klaarmaken voor werking met luchtafvoer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 31 9 b. Aansluiten op werking met circulatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 32 10. Het toestel op het stroomnet aansluiten. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 32 Speciale gevallen
Montage in een wandkast met 19 mm dikke zijwanden . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33 Montage in een 70 cm brede wandkast . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33
Luchtafvoerleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 35
Elektrische aansluiting en technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36
2
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu
Recycleerbare verpakking
De verpakking behoedt het toestel voor transportschade. Er werd materiaal gekozen, dat het milieu verdraagt en dus opnieuw kan worden benut.
Door de verpakking weer in kringloop te brengen, wordt er grondstof gespaard en verkleint de afvalberg. Geef deze stoffen dus niet gewoon met het vuilnis mee. Breng ze liever naar het dichtstbijzijnde verzamelen sorteerterrein. Waar u dat vindt, komt u zeker bij uw gemeentebestuur aan de weet.
Berging van uw oud toestel
Oude toestellen bevatten nog waardevol materiaal. Geef uw oud toestel dus niet gewoon met het grof huisvuil mee. Vraag liever inlichtingen aan uw gemeentebestuur of aan het dichtstbijzijnde autowrakof schrootverwerkend bedrijf omtrent de mogelijkheden om die stoffen opnieuw te gebruiken.
Zorg er ook voor dat het toestel intussen kinderveilig wordt bewaard. Hou dus rekening met de gelijknamige rubriek in de ‘Opmerkingen omtrent uw veiligheid’.
3
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Dit toestel voldoet aan de voorgeschreven veiligheidsvoorschriften. Bij ondeskundig gebruik kan er schade optreden aan het toestel en kan de gebruiker gevaar lopen.
Lees aandachtig uw gebruiksaanwijzing voordat u uw toestel in gebruik neemt. U vindt er belangrijke wenken omtrent veiligheid, montage, gebruik en onderhoud. Zo beschermt u zichzelf en vermijdt u schade aan het apparaat.
Bewaar deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig. Geef ze door aan wie het toestel eventueel na u gebruikt.
Deskundig gebruik
Dit toestel is enkel voor huishoudelijk gebruik bestemd.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade die werd veroorzaakt doordat het toestel niet volgens de voorschriften gebruikt of verkeerd bediend werd.
Technisch veilig
Vergelijk eerst de aansluitgegevens (spanning en frequentie) op
het typeplaatje met die van uw huisinstallatie. Sluit dan pas uw toestel aan. Deze gegevens dienen absoluut overeen te stemmen. Anders treedt er schade op aan uw toestel. Vraag in geval van twijfel inlichtingen aan uw installateur.
De elektrische veiligheid van dit toestel wordt enkel gewaarborgd indien u het op een aardingssysteem aansluit, dat volgens de voorschriften
werd geïnstalleerd. Het is heel belangrijk dat deze fundamentele veiligheidsvoorziening voorhanden is. Laat uw installatie bij twijfel door een vakman nakijken. De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade die werd veroorzaakt doordat de aardingsleiding onderbroken was of gewoon ontbrak. Er zijn elektrische schokken mogelijk.
Door ondeskundige installatieof reparatiewerkzaamheden kunnen er niet te onderschatten risico’s opdui-
ken voor wie het toestel gebruikt.
Laat de installatie en de herstelling van uw elektrische toestellen dus enkel door een erkend vakman uitvoeren.
Het toestel is pas stroomloos indien aan een van deze voorwaar-
den werd voldaan:
–het snoer is van het elektrisch net losgekoppeld;
trek daarbij niet aan het snoer, wel aan de stekker.
–de smeltstoppen van uw installatie zijn uitgeschakeld.
Gebruik uit veiligheidsoverwegingen geen verlengsnoeren om het
toestel aan te sluiten.
Die bieden niet voldoende veiligheidsgaranties. Er bestaat onder meer gevaar voor oververhitting.
4
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Gebruik
Maak onder de wasemkap nooit iets klaar met open vlam. Grilleren
met open vlam alsook flamberen zijn uit den boze.
De ingeschakelde wasemkap trekt de vlammen in de vetfilter. Door het opgezogen kookvet bestaat er brandgevaar!
Gebruikt u de wasemkap boven een gaskookvlak? Zet dan steeds
een kookpan op de brander die in gebruik is.
Door de te sterke hitte van de vlammen kan de wasemkap schade oplopen.
Schakel uw wasemkap telkens in wanneer er een kookplaat of -zone
in gebruik is.
Is de wasemkap niet ingeschakeld, dan kan er zich condenswater vormen. Dan kan het toestel corrosie oplopen.
Indien u met olie of vet kookt, dient u uw kookpan of frituurstel voortdu-
rend in het oog te houden. Dat geldt ook voor elektrische grillapparaten. Door oververhitting kunnen olie en vet in brand geraken en de wasemkap vlam doen vatten.
Gebruik de wasemkap nooit zonder vetfilters.
Zo vermijdt u dat er zich vet en vuil afzet in het toestel. Daardoor komt de goede werking immers in het gedrang.
De filters dient u geregeld schoon te maken. Door erg vette filters be-
staat er brandgevaar!
Gebruik om de wasemkap schoon te maken in geen geval een toestel
dat met stoom onder druk werkt.
De stoom kan onderdelen van het toestel aanraken, die onder spanning staan. Zo kan er kortsluiting optreden.
Montage
Hou tussen het kookvlak en de wasemkap ter wille van de veilig-
heid een minimumafstand van:
–45 cm boven een elektrisch kookvlak,
–65 cm boven een gaskookvlak,
–65 cm boven een Miele-elektrogrill.
Bij andere toestellen dient u de afstand in acht te nemen, die in de bijgeleverde handleiding wordt vermeld.
Gebruikt u verschillende kooktoestellen onder de wasemkap en is de veiligheidsafstand telkens anders, kies dan de grootst opgegeven afstand.
Boven ovens of fornuizen die met vaste brandstof worden verwarmd,
mag u geen wasemkap monteren.
Gebruik voor de luchtafvoerleiding enkel buizen of slangen van
onbrandbaar materiaal. Die zijn bij uw handelaar of in de Technische Dienst van Miele verkrijgbaar.
De luchtafvoer van de wasemkap mag u niet aansluiten op een
schoorsteen die in gebruik is, noch op een schacht die stookplaatsen ontlucht.
Zo de afvoer in een niet meer gebruikte afvoerschouw moet worden
geleid, hou dan rekening met de plaatselijk geldige voorschriften.
5
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Wees voorzichtig als u de wasemkap tegelijk gebruikt met andere
verwarmingstoestellen die lucht uit het vertrek nodig hebben. Bv. verwarmingstoestellen met gas, stookolie of steenkool, doorstroomverwarmers, boilers, gaskookvlakken en -ovens. De wasemkap zuigt uit het vertrek waar hij geïnstalleerd is, immers lucht weg, die voor de verbranding in het verwarmingstoestel bestemd is.
Bovendien kunnen door het zuigeffect van de wasemkap uitlaatgassen uit de schouw terugstromen. De werking van verwarmingsinstallaties met schouwaansluiting komt in het gedrang.
U vermijdt risico’s als er bij gelijktijdig gebruik van de wasemkap en van een verwarmingstoestel waarvoor lucht uit het vertrek is vereist, een onderdruk wordt bereikt van maximum 4 Pa (0,04 mbar). Hierdoor verhindert u namelijk dat er uitlaatgassen uit het ver-
warmingstoestel worden teruggezogen. Dit brengt u tot stand door via niet afsluitbare openingen - bv. in deuren en vensters, luchttoevoeren afvoerconstructies en andere technische maatregelen als onderlinge vergrendeling e.d. lucht voor de verbranding toe te voeren.
Opmerking: bij de beoordeling moet u steeds rekening houden met de globale ventilatietoestand van de woning.
In geval van twijfel neemt u het best contact op met een beëdigd schoorsteenveger.
Gebruikt u de wasemkap met luchtcirculatie, dan gelden deze opmerkingen niet.
6
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Enkel bij toestellen met elders geplaatste ventilator
Bij toestellen met een elders geplaatste ventilator sluit u beide
elementen via de verbindingsleiding met stekkers op elkaar aan. Let erop dat u de juiste toestellen combineert.
Uw oud toestel afdanken
Bij oude, niet meer gebruikte toestellen trekt u de stekker uit het
stopcontact. Maak daarna snoer en stekker onbruikbaar.
Zo vermijdt u dat uw toestel voor verkeerde doeleinden wordt gebruikt.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade die ontstaan is doordat deze veiligheidsrichtlijnen niet in acht werden genomen.
7
Beschrijving van het toestel
8 |
Beschrijving van het toestel
b Luchtafvoertuit C 150 mm c Gleuf voor reukfilter
d Bedieningspaneeltje e Uitschuifbare luifel f Secundaire vetfilter g Verlichting
h Primaire vetfilter
i Toets voor verlichting
j Toets aan/uit voor ventilator
kToetsen voor de regeling van het vermogen
Het vermogen van de wasemkap kan u op 4 niveaus, waaronder een intensief, aan de intensiteit van de kookdampen aanpassen.
l Toets voor werking achteraf
Hiermee kan u de ventilator na het kookproces nog even laten draaien. U kan hem automatisch laten stoppen na 5 of 15 minuten.
m Toets voor de vetfilters
Het lampje in deze toets gaat aan zodra u de vetfilters dient te reinigen.
Met een druk op deze toets kan u
–het aantal afgelopen bedrijfsuren laten aanduiden. Zie rubriek ‘Bediening / Bedrijfsurenteller’.
–het aantal uren van de bedrijfsurenteller wijzigen. Zie rubriek ‘Bediening / Bedrijfsurenteller wijzigen’.
n Toets voor de reukfilter
Het lampje bij deze toets gaat aan zodra de reukfilter, die bij werking met luchtcirculatie wordt gebruikt, aan vervanging toe is.
Met een druk op deze toets kan u
–het aantal afgelopen bedrijfsuren laten aanduiden. Zie rubriek ‘Bediening / Bedrijfsurenteller’.
–het aantal uren van de bedrijfsurenteller wijzigen. Zie rubriek ‘Bediening / Bedrijfsurenteller wijzigen’.
9
Hoe werkt uw toestel?
Uw wasemkap kan werken met ...
... luchtafvoer naar buiten
De aangezogen lucht wordt door de primaire vetfilter en de daarboven liggende secundaire vetfilter gereinigd en naar buiten afgevoerd.
Het toestel werkt met een terugslagklep.
Als de wasemkap niet werkt, is deze klep gesloten. Er kan geen buitenlucht naar binnen noch binnenlucht naar buiten stromen. Zodra u het toestel inschakelt, gaat de klep open. Zo kan de keukendamp ongehinderd naar buiten.
... met circulatie
De aangezogen lucht wordt door de primaire en de secundaire vetfilter en ook nog door een reukfilter gereinigd. Via een uitlaatopening boven op het toestel komt de lucht weer in de keuken terecht.
Controleer of de reukfilter is gemonteerd voor u de wasemkap voor het eerst gebruikt. Zie rubriek ‘Reiniging en onderhoud’.
... met een elders geplaatste ventilator:
Deze wasemkappen werken met een buiten het vertrek geplaatste ventilator. Die afzuigventilator installeert u dus buiten de keuken op een plaats naar uw keus.
Zo’n buiten-de-keuken-ventilator wordt door een besturingsleiding verbonden met de wasemkap. U kan hem via het bedieningspaneel van de wasemkap bedienen.
10
De ventilator inschakelen
Trek de luifel ca. 5 cm uit.
De motor start in stand ‘II’.
Het vermogen kiezen
Naar gelang van de intensiteit van de kookdampen kan u uit vier ventilatiestanden kiezen.
Bij een normaal kookproces volstaat een laag tot gemiddeld vermogen. Kies bij het begin van een braadof kookproces met sterke reukontwikkeling bij voorkeur de vierde, nl. de intensieve stand.
|
|
|
lage stand |
|
hoge stand |
Kies met de toetsen -/+ het gewenste vermogen.
De controlelampjes duiden de gekozen vermogensstand aan.
De wasemkap laten nawerken
Hangt er na het kookproces nog damp in de keuken? Laat uw wasemkap dan even nawerken.
Het toestel schakelt zichzelf uit na 5 of 15 minuten.
Druk, terwijl de wasemkap in werking is, op de toets om het toestel te laten nawerken.
1 x drukken = de ventilator valt na
5 minuten uit (linker controlelampje brandt)
2 x drukken = de ventilator valt na
15 minuten uit (rechter controlelampje brandt)
Druk nogmaal op de toets om deze functie uit te schakelen.
11
Bediening
De ventilator uitschakelen
Druk op de toets aan/uit voor de ventilator
of
schuif de luifel naar binnen toe.
Als u de luifel de volgende keer uitschuift, start de ventilator op stand ‘II’.
De verlichting in- / uitschakelen
De verlichting kunt u altijd inof uitschakelen. De ventilator kan intussen al dan niet in werking zijn.
Trek de luifel ca. 3 cm uit.
Druk op de toets voor de verlichting.
Als het licht aan is, brandt het controlelampje bij de toets.
Om de verlichting uit te schakelen
drukt u op de toets voor de verlichting
of
schuift u de luifel naar binnen.
Als u de luifel de volgende keer uitschuift, gaat het licht weer aan.
Veiligheidsuitschakeling
Treedt er 10 uur lang geen wijziging op in de bediening van uw ingeschakeld toestel, dan wordt de ventilator automatisch uitgeschakeld. De verlichting blijft wel aan.
Druk op de toets aan/uit om de ventilator weer in te schakelen.
12