Miele DA290-2 User Manual [nl]

Gebruiksaanwijzing
Wasemkap DA 290-2
Lees absoluut uw gebruiksaanwijzing voor u het toestel installeert en in gebruik neemt. Daardoor zorgt u voor uw veiligheid en vermijdt u schade aan het apparaat. M.-Nr. 05 633 350
*
Inhoud
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
Opmerkingen omtrent uw veiligheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
Beschrijving van het toestel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
Hoe werkt uw toestel? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
Bediening
Hoofdschakelaar . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
De ventilator inschakelen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
Een ventilatievermogen kiezen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
De wasemkap laten nawerken. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
De ventilator uitschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
De verlichting inschakelen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
De verlichting uitschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
Bedrijfsurenteller . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
De bedrijfsurenteller opvragen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
De bedrijfsurenteller wijzigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
Reiniging en onderhoud
Ommanteling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15
Vetfilters . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
Defecte verlichting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18
Technische dienst . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19
Afmetingen van het toestel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
Montage
Montagemateriaal . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22
Steunplaten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24
Motor . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25
Luifel. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26
Werking met luchtafvoer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27
Elektrische aansluiting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27
Telescopisch deel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28
Schouw . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29
Luchtafvoerleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30
Condenswaterstop. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 31
Elektrische aansluiting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 32
Technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33
2
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu
Recycleerbare verpakking
De verpakking behoedt het toestel voor transportschade. Er werd materiaal ge­kozen, dat het milieu verdraagt en dus opnieuw kan worden benut.
Door de verpakking weer in kringloop te brengen, wordt er grondstof ge­spaard en verkleint de afvalberg. Geef deze stoffen dus niet gewoon met het vuilnis mee. Breng ze liever naar het dichtstbijzijnde verzamel- en sorteerter­rein. Waar u dat vindt, komt u zeker bij uw gemeentebestuur aan de weet.
Berging van uw oud toestel
Oude toestellen bevatten nog waarde­vol materiaal. Geef uw oud toestel dus niet gewoon met het grof huisvuil mee. Vraag liever inlichtingen aan uw gemeentebestuur of aan het dichtstbij­zijnde autowrak- of schrootverwerkend bedrijf omtrent de mogelijkheden om die stoffen opnieuw te gebruiken.
Zorg er ook voor dat het toestel intus­sen kinderveilig wordt bewaard. Hou dus rekening met de gelijknamige ru­briek in de "Opmerkingen omtrent uw veiligheid".
3
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Dit toestel voldoet aan de voorge­schreven veiligheidsvoorschriften. Bij ondeskundig gebruik kan er schade optreden aan het toestel en kan de gebruiker gevaar lopen.
Lees aandachtig uw gebruiksaanwij­zing voor u uw toestel in gebruik neemt. U vindt er belangrijke wen­ken omtrent veiligheid, montage, gebruik en onderhoud. Zo be­schermt u zichzelf en vermijdt u schade aan het apparaat.
Bewaar deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig. Geef ze door aan wie het toestel eventueel na u gebruikt.
Deskundig gebruik
Dit toestel is enkel voor huishoude-
lijk gebruik bestemd. De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade die werd veroorzaakt doordat het toestel niet volgens de voorschrif­ten gebruikt of verkeerd bediend werd.
Technisch veilig
Vergelijk eerst de aansluitgege-
vens (spanning en frequentie) op het typeplaatje met die van uw huisin­stallatie. Sluit dan pas uw toestel aan. Deze gegevens dienen absoluut over­een te stemmen. Anders treedt er schade op aan uw toestel. Vraag in geval van twijfel inlichtingen aan uw installateur.
De elektrische veiligheid van dit
toestel wordt enkel gewaarborgd indien u het op een aardsysteem aan­sluit, dat volgens de voorschriften werd geïnstalleerd. Het is heel belangrijk dat deze fundamentele veiligheidsvoorzie­ning voorhanden is. Laat uw installatie bij twijfel door een vakman nakijken. De fabrikant is niet aansprakelijk voor scha­de die werd veroorzaakt doordat de aardleiding onderbroken was of ge­woon ontbrak. Er zijn elektrische schok­ken mogelijk.
Door ondeskundige installatie- of
reparatiewerkzaamheden kunnen er niet te onderschatten risico’s opdui­ken voor wie het toestel gebruikt. Laat de installatie en de herstelling van uw elektrische toestellen dus enkel door een erkend vakman uitvoeren.
Indien u dit toestel niet op een vas-
te plaats inbouwt en monteert, bv. op een schip, laat dit karwei dan enkel uitvoeren door vakmensen. Die moeten ervoor zorgen dat u het toestel veilig kan gebruiken.
4
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Het toestel is pas stroomloos in­dien aan een van deze voorwaar-
den werd voldaan: – het snoer is van het elektrisch net los-
gekoppeld; trek daarbij niet aan het snoer, wel aan de stekker.
– de smeltstoppen van uw installatie
zijn uitgeschakeld.
Gebruik uit veiligheidsoverwegin-
gen geen verlengsnoeren om het toestel aan te sluiten. Die bieden niet voldoende veiligheids­garanties. Er bestaat onder meer ge­vaar voor oververhitting.
Gebruik
Maak onder de wasemkap nooit
iets klaar met open vlam. Grilleren met open vlam alsook flamberen zijn uit den boze. De ingeschakelde wasemkap zuigt de vlammen in de vetfilter. Door het opge­zogen kookvet bestaat er brandgevaar!
Gebruikt u de wasemkap boven
een gaskookvlak? Zet dan steeds een kookpan op de brander die in ge­bruik is. Door de te sterke hitte van de vlammen kan de wasemkap schade oplopen.
Schakel uw wasemkap telkens in
wanneer er een kookplaat of -zone in gebruik is. Is de wasemkap niet ingeschakeld, dan kan er zich condenswater vormen. Dan kan het toestel corrosie oplopen.
Indien u met olie of vet kookt, dient
u uw kookpan of frituurstel voortdu­rend in het oog te houden. Dat geldt ook voor elektrische grillapparaten. Door oververhitting kunnen olie en vet in brand geraken en de wasemkap vlam doen vatten.
Gebruik de wasemkap nooit zon-
der vetfilters. Zo vermijdt u dat er zich vet en vuil afzet in het toestel. Daardoor komt de goede werking immers in het gedrang.
De filters dient u geregeld schoon
te maken. Door erg vette filters be­staat er brandgevaar!
Gebruik om de wasemkap schoon
te maken in geen geval een toestel dat met stoom onder druk werkt. De stoom kan onderdelen van het toe­stel aanraken, die onder spanning staan. Zo kan er kortsluiting optreden.
5
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Montage
Hou tussen het kookvlak en de wasemkap ter wille van de veilig-
heid een minimumafstand van:
45 cm boven een elektrisch kookvlak,65 cm boven een gaskookvlak,65 cm boven een Miele-elektrogrill.
Bij andere toestellen dient u de afstand in acht te nemen, die in de bijgeleverde handleiding wordt vermeld. Gebruikt u verschillende kooktoestellen onder de wasemkap en is de veilig­heidsafstand telkens anders, kies dan de grootst opgegeven afstand.
Boven ovens of fornuizen die met vaste brandstof worden verwarmd,
mag u geen wasemkap monteren.
Gebruik voor de luchtafvoerleiding
enkel buizen of slangen van onbrandbaar materiaal. Die zijn bij uw handelaar of in de Technische Dienst van Miele verkrijgbaar.
De luchtafvoer van de wasemkap
mag u niet aansluiten op een schoorsteen die in gebruik is, noch op een schacht die stookplaatsen ontlucht.
Zo de afvoer in een niet meer ge-
bruikte afvoerschouw moet worden geleid, hou dan rekening met de plaat­selijk geldige voorschriften.
6
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Wees voorzichtig als u de wasem-
kap tegelijk gebruikt met andere verwarmingstoestellen die lucht uit het vertrek nodig hebben. Bv. verwarmings­toestellen met gas, stookolie of steen­kool, doorstroomverwarmers, boilers, gaskookvlakken en -ovens. De wasem­kap zuigt uit het vertrek waar hij geïn- stalleerd is, immers lucht weg, die voor de verbranding in het verwarmingstoe­stel bestemd is. Bovendien kunnen door het zuigeffect van de wasemkap uitlaatgassen uit de schouw terugstromen. De werking van verwarmingsinstallaties met schouw­aansluiting komt in het gedrang.
U vermijdt risicos als er bij gelijktijdig gebruik van de wasemkap en van een verwarmingstoestel waarvoor lucht uit het vertrek is vereist, een onderdruk wordt bereikt van maximum 4 Pa (0,04 mbar). Hierdoor verhindert u na­melijk dat er uitlaatgassen uit het ver­warmingstoestel worden teruggezogen. U kan daarvoor zorgen door lucht voor de verbranding aan te voeren via niet­afsluitbare openingen. Dat kunnen zijn: openingen in deuren, vensters, lucht­toevoer- en afvoerconstructies en tech­nische maatregelen als onderlinge ver­grendeling e.d.
Enkel bij toestellen met elders geplaatste ventilator
Bij toestellen met een elders ge-
plaatste ventilator sluit u beide elementen via de verbindingsleiding met stekkers op elkaar aan. Let erop dat u de juiste toestellen combineert.
Uw oud toestel afdanken
Bij oude, niet meer gebruikte toe-
stellen trekt u de stekker uit het stopcontact. Maak daarna snoer en stekker onbruikbaar. Zo vermijdt u dat uw toestel voor ver­keerde doeleinden wordt gebruikt.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade die ontstaan is doordat deze veiligheidsrichtlijnen niet in acht werden genomen.
Opmerking: bij de beoordeling moet u steeds rekening houden met de globa­le ventilatietoestand van de woning. In geval van twijfel neemt u het best contact op met een beëdigd schoor­steenveger.
Gebruikt u de wasemkap met luchtcir­culatie, dan gelden deze opmerkingen niet.
7
Beschrijving van het toestel
Beschrijving van het toestel
8
Beschrijving van het toestel
Telescopisch deel
b
Schouw
c
Luifel
d
e Verlichting
f Vetfilters
g Bediening
h Hoofdschakelaar
i Toets voor de verlichting
j Toets aan/uit voor de
ventilator
k Toetsen om het ventilatie-
vermogen in te stellen
l Toets om het toestel te
laten nawerken
Hiermee kan u de wasemkap na het kookproces nog laten draaien. U kan het toestel na 5 of 15 minuten zich vanzelf laten uitschakelen.
o Toets voor de vetfilters
Het lampje bij de vetfiltertoets gaat aan zodra de vetfilters moeten gereinigd worden.
Met deze toets kan u – de bedrijfsurenteller na het reinigen
van de vetfilters weer op zijn begin­stand zetten; zie "Reiniging en onder­houd".
– de afgelopen tijd van de bedrijfsuren-
teller laten aanduiden; zie rubriek "Bediening / Bedrijfsurenteller".
– het aantal uren voor de bedrijfsuren-
teller wijzigen; zie rubriek "Bediening / Bedrijfsurenteller wijzigen".
9
Hoe werkt uw toestel?
Hoe werkt uw toestel?
Uw wasemkap werkt met . . .
. . . luchtafvoer naar buiten
De aangezogen lucht wordt door de vetfilters gereinigd en naar buiten afgevoerd.
Het toestel werkt met een terugslag- klep. Als de wasemkap niet werkt, is deze klep gesloten. Er kan geen buitenlucht naar binnen noch binnenlucht naar bui­ten stromen. Zodra u het toestel inscha­kelt, gaat de klep open. Zo kan de keu­kendamp ongehinderd naar buiten.
10

Bediening

Hoofdschakelaar
De ventilator en de verlichting werken enkel als u de hoofdschakelaar op "I" inschakelt.
Zet het toestel uit door op "0" te druk­ken als het lange tijd niet moet werken, bv. s nachts of tijdens uw vakantie.
Als u het daarna weer inschakelt, be­gint het te werken in de stand die u het laatst had gekozen.
De ventilator inschakelen
Bediening
Bij een normaal kookproces horen, naar gelang van de intensiteit van de kookdamp, de standen van "I" tot "III" (groene controlelampjes).
Intensieve stand
Schakel bij het begin van een braadpro­ces of bij een kookproces met sterke reukontwikkeling even de intensieve stand in (geel controlelampje).
De wasemkap laten nawerken
Hangt er na het kookproces nog damp in de keuken? Laat uw wasemkap dan even nawerken. Het toestel wordt vanzelf uitgescha­keld; u kan kiezen uit 5 of 15 minuten.
Druk op de toets aan/uit.
De ventilator wordt in stand "II" inge­schakeld. Het controlelampje gaat aan.
Een ventilatievermogen kiezen
Kies met de toetsen – /+ het gewens­te afzuigvermogen.
Toets + = hoger vermogen Toets – = lager vermogen
Druk, terwijl de ventilator draait, op de toets om het toestel te laten na­werken.
1 x drukken = de ventilator wordt na
5 minuten uitgeschakeld (linker lampje)
2 x drukken = de ventilator wordt na
15 minuten uitgeschakeld (rechter lampje)
Druk nog eens op deze toets om deze functie uit te schakelen.
11
Loading...
+ 25 hidden pages