Lees altijd eerst de gebruiks- en montagehandleiding voordat u uw
toestel installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u
voorkomt schade aan uw toestel.
nl-BEM.-Nr. 11 756 600
Page 2
Inhoud
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen.....................................................4
Uw bijdrage aan de bescherming van het milieu ........................................... 13
De dampkap in één oogopslag ........................................................................ 14
Deze dampkap voldoet aan de geldende veiligheidsvoorschriften.
Onjuist gebruik kan echter persoonlijk letsel of materiële schade
tot gevolg hebben.
Lees de gebruiks- en montagehandleiding aandachtig door voordat u de dampkap in gebruik neemt. Hierin vindt u belangrijke instructies met betrekking tot de montage, de veiligheid, het gebruik
en het onderhoud. Daardoor beschermt u zichzelf en vermijdt u
beschadigingen aan de dampkap.
In overeenstemming met de norm IEC60335-1 adviseert Miele u
uitdrukkelijk om het hoofdstuk over de installatie van het toestel en
de veiligheidsinstructies en waarschuwingen te lezen en op te volgen.
Wanneer de veiligheidsinstructies en waarschuwingen niet worden
opgevolgd, kan Miele niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die daarvan het gevolg is.
Bewaar de gebruiks- en montagehandleiding en geef deze door
aan een eventuele volgende eigenaar.
Verantwoord gebruik
Deze dampkap is bedoeld voor gebruik in het huishouden en in
gelijkaardige omgevingen.
Deze dampkap is niet bestemd voor gebruik buiten.
Gebruik de dampkap uitsluitend in huishoudelijke context voor het
wegzuigen van kookdampen die ontstaan bij het bereiding van gerechten.
Gebruik voor andere doeleinden is niet toegelaten.
De dampkap mag in de recirculatiemodus boven een gaskookstel
niet gebruikt worden voor het ventileren van de plaats van opstelling.
Raadpleeg een gasprofessional.
4
Page 5
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Personen die op grond van hun fysieke of psychische gesteldheid,
hun onervarenheid of gebrek aan kennis van de dampkap niet in
staat zijn om deze veilig te bedienen, mogen de dampkap alleen onder toezicht gebruiken.
Deze personen mogen de dampkap alleen zonder toezicht gebruiken
als ze weten hoe ze het toestel veilig moeten bedienen. Ze moeten
de eventuele risico's van een foutieve bediening kunnen inzien en
begrijpen.
Kinderen in het gezin
Houd kinderen onder 8jaar bij de dampkap vandaan, tenzij u
voortdurend toezicht houdt.
Kinderen vanaf 8jaar mogen de dampkap alleen zonder toezicht
gebruiken als ze weten hoe ze de dampkap veilig moeten bedienen.
Kinderen moeten de eventuele risico's van een foutieve bediening
kunnen inzien en begrijpen.
Kinderen mogen de dampkap niet zonder toezicht reinigen of on-
derhouden.
Houd kinderen in de gaten wanneer zij zich in de buurt van de
dampkap bevinden. Laat kinderen nooit met de dampkap spelen.
De kookplaatverlichting is heel sterk.
Zorg dat vooral baby's niet direct in de lampen kijken.
Verstikkingsgevaar. Kinderen kunnen zich tijdens het spelen in
verpakkingsmateriaal wikkelen (bijvoorbeeld in folie) of het materiaal
over hun hoofd trekken en stikken. Houd verpakkingsmaterialen weg
van kinderen.
5
Page 6
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Technische veiligheid
Door ondeskundig uitgevoerde installatie-, onderhouds- of repara-
tiewerkzaamheden kan de gebruiker aanzienlijke risico's lopen. Installatie-, onderhouds- en reparatiewerkzaamheden mogen alleen
door een door Miele geautoriseerde deskundige worden uitgevoerd.
Schade aan de dampkap kan uw veiligheid in gevaar brengen.
Controleer de dampkap op zichtbare schade. Gebruik nooit een beschadigde dampkap.
De elektrische veiligheid van de dampkap is uitsluitend gegaran-
deerd, als deze wordt aangesloten op een aardingssysteem dat volgens de geldende voorschriften is geïnstalleerd. Aan deze fundamentele veiligheidsvoorwaarde moet worden voldaan. Laat de elektrische installatie bij twijfel door een elektricien inspecteren.
De dampkap kan alleen betrouwbaar en veilig functioneren, als zij
op het openbare elektriciteitsnet is aangesloten.
De aansluitgegevens (frequentie en spanning) op het typeplaatje
van de dampkap moeten beslist met de waarden van het elektriciteitsnet overeenkomen om beschadiging van de dampkap te voorkomen.
Vergelijk deze aansluitgegevens voordat u het toestel aansluit. Raadpleeg bij twijfel een elektricien.
Deze dampkap mag niet op het elektriciteitsnet worden aangeslo-
ten via meervoudige stopcontacten of verlengsnoeren die daarvoor
niet geschikt zijn. Dit in verband met gevaar voor oververhitting.
6
Page 7
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Gebruik uw dampkap enkel in geïnstalleerde toestand. Enkel dan
is een veilige werking gewaarborgd.
Deze dampkap mag niet op niet-vaste plaatsen (bijv. op een
schip) worden gebruikt.
Raak geen onderdelen aan die onder spanning staan. Verander
niets aan de elektrische en mechanische opbouw van het toestel.
Open de ommanteling van de dampkap slechts zo ver als in het kader van de montage en de reiniging is toegestaan. Open in geen geval overige delen van de ommanteling.
Worden deze instructies niet opgevolgd, dan kunnen gebruikers een
elektrische schok krijgen en is het mogelijk dat het toestel niet meer
goed functioneert.
Het recht op garantie vervalt wanneer de dampkap door een tech-
nische dienst wordt hersteld die niet door Miele is erkend.
Enkel bij gebruik van originele Miele-onderdelen garandeert Miele
dat aan de veiligheidseisen wordt voldaan. Defecte onderdelen mogen alleen door originele Miele-onderdelen worden vervangen.
Wanneer de aansluitkabel is beschadigd, moet deze door een er-
kend vakman/vakvrouw worden vervangen.
Bij installatie-, onderhouds- en reparatiewerkzaamheden mag er
geen elektrische spanning op de dampkap staan. Dat is het geval als
aan één van de volgende voorwaarden is voldaan:
- de zekeringen van de elektrische installatie zijn uitgeschakeld of
- de schroefzekeringen van de elektrische aansluiting zijn er geheel
uitgedraaid of
- de stekker (indien aanwezig) is uit de contactdoos getrokken. Trek
daarbij aan de stekker en niet aan de aansluitkabel.
7
Page 8
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Gelijktijdig gebruik met een toestel dat lucht uit dezelfde ruimte verbruikt
Dit kan levensgevaarlijk zijn!
Wees heel voorzichtig als u de dampkap tegelijk gebruikt met verbrandingssystemen die lucht uit dezelfde ruimte gebruiken of gebruikmaken van dezelfde afvoerinstallatie.
Dergelijke verbrandingssystemen halen de lucht die nodig is voor
de verbranding uit de ruimte waar het systeem zich bevindt en
voeren de rookgassen af via een afvoerkanaal (bijvoorbeeld via
een schoorsteen). Dit kunnen bijvoorbeeld gas-, olie-, hout- of
kolenkachels zijn, maar ook gasboilers, warmwaterketels op gas,
gaskookplaten en gasovens.
De dampkap zuigt lucht uit de keuken en de aangrenzende ruimten. Dit geldt bij:
- luchtafvoer en bij
- luchtcirculatie met een buiten het vertrek geplaatste luchtcirculatiebox.
Als de luchtaanvoer niet voldoende is, ontstaat er onderdruk. Het
verbrandingssysteem krijgt te weinig lucht. De verbranding wordt
negatief beïnvloed.
Giftige verbrandingsgassen kunnen uit de schoorsteen of een ander luchtafvoerkanaal naar de woonruimten geleid worden.
Levensgevaarlijk!
8
Page 9
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Het gelijktijdige gebruik van de dampkap en een verbrandingssysteem in dezelfde ruimte is ongevaarlijk als de onderdruk niet groter
is dan 4Pa (0,04mbar). In dat geval is er geen gevaar dat verbrandingsgassen worden teruggezogen.
Er zullen geen onderdrukproblemen ontstaan als door niet-afsluitbare openingen bijvoorbeeld in deuren of ramen voldoende lucht in
de ruimte kan komen. De diameter van de opening waardoor de
lucht naar binnen stroomt, moet dan wel groot genoeg zijn. Alleen
een muurkast voor luchttoevoer/luchtafvoer is meestal niet toereikend.
Bij de beoordeling van een en ander dient men altijd rekening te
houden met de totale ventilatie van de woning. Raadpleeg in ieder
geval een vakman.
Wanneer de dampkap met luchtcirculatie wordt gebruikt en de
lucht wordt teruggevoerd in de ruimte waar het toestel is geplaatst,
is gelijktijdig gebruik van een dampkap en een verbrandingstoestel
in dezelfde ruimte niet gevaarlijk.
9
Page 10
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Veilig gebruik
Bij open vuur bestaat brandgevaar.
Werk nooit met open vuur onder de dampkap. Bijvoorbeeld het flamberen en grillen met open vlam is niet toegestaan. Als de dampkap
ingeschakeld is, worden de vlammen in de filter gezogen. Vetresten
kunnen vuur vatten.
Sterke hitte-ontwikkeling op een gaskookplaat kan de dampkap
beschadigen.
- Let er bij gebruik van de dampkap boven een gaskookplaat of
gasfornuis op, dat er altijd een pan staat op de gaspit die in gebruik is. Draai de gaspit ook uit, wanneer u de pan even van het
gas neemt.
- Kies pannen die niet groter of kleiner zijn dan de kookzone.
- Regel de stand van het gas zo dat er geen gas langs de pan omhoog komt.
- Zorg ervoor dat u een pan nooit overmatig verhit, zoals dit bij het
wokken snel gebeurt.
Condenswater kan zorgen voor corrosieschade aan de dampkap.
Schakel de dampkap altijd in als u een kookzone gebruikt om ophoging van condenswater te voorkomen.
Olie en vet kunnen bij oververhitting vanzelf ontbranden en daarbij
de dampkap in brand zetten.
Let op potten, pannen en friteuses wanneer u met olie en vet werkt.
Ook het grillen op elektrische griltoestellen moet daarom onder continu toezicht plaatsvinden.
10
Page 11
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Gebruik de dampkap nooit zonder vetfilters om te voorkomen dat
zich vuil en vet in de dampkap afzetten,
waardoor deze op den duur niet meer goed zal functioneren.
Hou ermee rekening dat de dampkap bij het koken door de opstij-
gende hitte erg warm kan worden.
Raak de ommanteling en de vetfilters pas aan wanneer de dampkap
is afgekoeld.
Zet niets op de dampkap.
Installatie volgens de voorschriften
Controleer of het gebruik van een dampkap boven uw kooktoestel
volgens de fabrikant van deze apparatuur toegestaan is.
Het is niet toegestaan de dampkap boven stookplaatsen voor
vaste brandstoffen te monteren.
Als de afstand tussen kookplaat en dampkap te klein is, kan dit
schade aan de dampkap veroorzaken.
Tussen de kookplaat en de onderkant van de dampkap moeten de
afstanden worden aangehouden die staan vermeld in het hoofdstuk:
“Montage”, tenzij de fabrikant van de kookplaat een grotere afstand
aangeeft.
Worden er onder de dampkap verschillende kooktoestellen gebruikt
waarvoor verschillende afstanden gelden, dan moet de grootste afstand worden aangehouden.
Volg voor het monteren van de dampkap de aanwijzingen in het
hoofdstuk “Installatie” op.
11
Page 12
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Gebruik voor de luchtafvoerleiding enkel buizen of slangen van
onbrandbaar materiaal. Die zijn bij uw Miele-handelaar of via de
Technische Dienst van Miele verkrijgbaar.
De lucht mag niet worden afgevoerd via een afvoerschoorsteen
die wordt gebruikt voor de afvoer van rook of gas, noch via een
schacht die wordt gebruikt voor de ontluchting van ruimten waarin
wordt gestookt.
Wanneer de lucht moet worden afgevoerd via een schoorsteen die
niet meer in gebruik is, dient u eerst de officiële voorschriften te
raadplegen.
Reiniging en onderhoud
Er kan brand ontstaan als het toestel niet volgens de aanwijzingen
in deze gebruiksaanwijzing wordt gereinigd.
De stoom van een stoomreiniger kan terechtkomen op onderdelen
die onder spanning staan en een kortsluiting veroorzaken.
Gebruik voor het reinigen van de dampkap nooit een stoomreiniger.
Accessoires
Gebruik uitsluitend Miele-accessoires om te voorkomen dat ga-
rantieaanspraken vervallen. Worden er andere onderdelen gemonteerd of ingebouwd, dan vervalt het recht op waarborg en/of productaansprakelijkheid.
12
Page 13
Uw bijdrage aan de bescherming van het milieu
Recycleerbare verpakking
De verpakking behoedt het toestel voor
transportschade. Er werd milieuvriendelijk en recycleerbaar verpakkingsmateriaal gekozen.
Door hergebruik van verpakkingsmateriaal wordt er op grondstoffen bespaard
en wordt er minder afval geproduceerd.
Uw vakhandelaar neemt de verpakking
in het algemeen terug.
Uw toestel afdanken
Oude elektrische en elektronische toestellen bevatten meestal nog waardevolle materialen. Ze bevatten echter ook
stoffen, mengsels en onderdelen die
nodig zijn geweest om de toestellen
goed en veilig te laten functioneren.
Wanneer u uw oude toestel bij het gewone afval doet of er op een andere
manier niet goed mee omgaat, kunnen
deze stoffen schadelijk zijn voor de gezondheid en het milieu. Doe uw oude
toestel daarom nooit bij het gewone
huisafval.
Lever het in bij een gemeentelijk inzameldepot voor elektrische en elektronische apparatuur, bij uw vakhandelaar
of bij Miele. U bent wettelijk zelf verantwoordelijk voor het wissen van eventuele persoonlijke gegevens op het af te
danken toestel.
Bij de aankoop van uw nieuw toestel
heeft u een bijdrage betaald. Die wordt
volledig gebruikt voor de toekomstige
recyclage van dat toestel. Dat bevat
trouwens nog waardevol materiaal.
Door te recycleren wordt er dan ook
minder verspild en vervuild.
Als u vragen heeft omtrent het afdanken
van uw oud toestel, neem dan contact
op met
- de handelaar bij wie u het kocht
of
- de firma Recupel,
telefoon 0800/15 880,
website: www.recupel.be
of
- uw gemeentebestuur als u uw toestel
naar een containerpark brengt.
Zorg er ook voor dat het toestel intussen kindveilig wordt bewaard voor u het
laat wegbrengen.
13
Page 14
De dampkap in één oogopslag
14
Page 15
De dampkap in één oogopslag
a
Bedieningselementen
b
Kookplaatverlichting
c
Anti-geurfilter
Accessoires die voor luchtcirculatie achteraf nog besteld kunnen worden
d
Afdekking voor de anti-geurfilterschacht
e
Vetfilter
f
Luchtafvoertuit
( 150mm, met reduceerstuk 125mm).
g
Luchtafvoeropening
h
Luchtcirculatierooster
i
Schuifschakelaar voor de kookplaatverlichting
j
Schuifschakelaar voor de afzuiging
15
Page 16
Hoe werkt uw toestel?
De dampkap kan op de volgende manieren worden gebruikt:
Werking met luchtafvoer
De aangezogen lucht wordt door de
vetfilters gereinigd en naar buiten afgevoerd.
Werking met luchtcirculatie
(enkel met ombouwset en reukfilter als
mits toeslag verkrijgbaar toebehoren;
zie “Technische gegevens”)
De aangezogen lucht wordt door de
vetfilters en bovendien door een reukfilter gereinigd en wordt daarna weer in
de keuken geleid.
16
Page 17
Het in- en uitschakelen van de
afzuiging
Schakel de afzuiging in, zodra u begint
met koken. Hierdoor worden kookdampen vanaf het eerste moment afgezogen.
Voor lichte tot zware kookdampen en
geuren kunt u kiezen tussen de vermogensstanden 1 tot en met 3.
Bij kortstondige sterke wasem- en geurvorming, bijv. bij het aanbraden, kunt u
de boosterstand B gebruiken.
Schakel de afzuiging met de afzuig-
schakelaar in en selecteer de gewenste stand.
Afzuiging uitschakelen
Het is aan te bevelen om de afzuiging
nog enkele minuten te laten werken.
Dan wordt de keukenlucht gezuiverd
van eventueel nog aanwezige dampen
en geurtjes.
Bediening
U kunt de afzuiging uitschakelen door
de ventilatorschakelaar op 0 te zetten.
Kookplaatverlichting in- en uitschakelen
De kookplaatverlichting kunt u onafhankelijk van de afzuiging in- en uitschakelen.
Schakel de kookplaatverlichting met
de verlichtingsschakelaar in (1) en
uit (0).
17
Page 18
Tips om energie te besparen
Deze dampkap werkt zeer efficiënt en
energiebesparend. Volgende maatregelen ondersteunen u bij het spaarzame
gebruik:
- Zorg bij het koken voor een goede
ventilatie van de keuken. Stroomt bij
luchtafvoer niet voldoende lucht, dan
werkt de dampkap niet efficiënt en
zijn er verhoogde werkingsgeluiden.
- Kook op een zo laag mogelijke kookstand. Weinig kookdampen betekenen een lage vermogensstand aan de
dampkap en hierdoor ook minder
stroomverbruik.
- Controleer de gekozen vermogensstand op de dampkap. Meestal is een
lage vermogensstand voldoende. Gebruik de boosterstand alleen als dat
nodig is.
- Schakel bij sterke kookdampen al
vroeg op een hoge stand. Dat is efficiënter dan de kookdampen nadien
proberen op te vangen.
- Let erop om de dampkap na het koken weer uit te schakelen.
- Maak de filters geregeld schoon of
vervang ze. Door erg vette filters
wordt het vermogen verlaagd en bestaat er brandgevaar. Voorts bestaat
dan een risico voor de hygiëne.
18
Page 19
Reiniging en onderhoud
Koppel de dampkap bij elk on-
derhoud en reiniging los van de voeding (zie hoofdstuk: “Veiligheidsinstructies en waarschuwingen”).
Behuizing
Algemeen
De oppervlakken en bedieningselementen kunnen door ongeschikte
reinigingsmiddelen aangetast worden.
Gebruik geen reinigingsmiddelen die
soda, zuur, chloor of oplosmiddelen
bevatten.
Gebruik geen schurende reinigingsmiddelen zoals schuurpoeder en
vloeibaar schuurmiddel en ook geen
schuursponsjes of sponsjes waar
nog resten van schuurmiddelen in
zitten.
Vocht in de dampkap kan leiden
tot schade.
Let erop dat er geen water in de
dampkap komt.
Roestvrijstalen oppervlakken
De aanwijzingen gelden niet voor de
bedieningstoetsen.
Neem de algemene regels in acht en
gebruik daarnaast een niet-schurend
reinigingsmiddel dat speciaal geschikt
is voor roestvrij staal.
Gebruik, om te voorkomen dat de oppervlakken snel weer vuil worden, ook
een onderhoudsmiddel voor roestvrij
staal (verkrijgbaar bij Miele).
Bijzondere opmerkingen voor ommanteling met een gekleurde coating
Bij het reinigen ontstaan fijne krasjes
op het oppervlak, die afhankelijk van
de kamerverlichting zichtbaar kunnen
zijn.
Reinig oppervlak en bedieningsele-
menten alleen met een licht vochtige
doek, wat reinigingsmiddel en wat
warm water.
Wrijf de oppervlakken daarna met
een zachte doek droog.
19
Page 20
Reiniging en onderhoud
Bedieningselementen
Wanneer verontreinigingen langer
blijven zitten, kunnen de bedieningselementen verkleuren of veranderen.
Verwijder vuil daarom direct.
Bij reiniging met reinigingsmiddel
voor roestvrij staal kan het oppervlak
van de bedieningselementen beschadigd worden.
Gebruik voor het reinigen van de bedieningselementen geen reinigingsmiddel voor roestvrij staal.
Vetfilters
Brandgevaar
Verzadigde vetfilters zijn brandbaar.
Reinig de vetfilters regelmatig.
De recycleerbare metalen vetfilters in
het toestel nemen de vaste deeltjes uit
de keukendampen op (vet, stof, etc.) en
zorgen er zo voor dat de dampkap niet
vuil wordt.
Reinigingsinterval
Aangekoekt vet wordt na verloop van
tijd hard en het wordt dan steeds moeilijker om de filters schoon te krijgen. U
kunt daarom het beste de vetfilters om
de 3–4weken schoonmaken.
De vetfilter uitnemen
Een vetfilter kan makkelijk uit uw
handen glippen.
Daarbij kunnen de vetfilter en de
kookplaat beschadigd raken.
Houd de vetfilter bij het verwijderen,
reinigen en terugplaatsen daarom
goed vast.
De vetfilters moeten regelmatig worden
gereinigd.
Sterk vervuilde vetfilters verminderen
het afzuigvermogen en zorgen voor
meer vervuiling van de dampkap en
de keuken.
20
Open de vergrendeling van de vetfil-
ter, zwenk de vetfilter ca.45° omlaag,
haak hem achteraan los en neem
hem uit.
De vetfilters met de hand reinigen
Reinig de vetfilters in warm water met
een afwasborstel en een zacht handafwasmiddel. Gebruik het handafwasmiddel niet geconcentreerd.
Page 21
Reiniging en onderhoud
Ongeschikte reinigingsmiddelen
Vetfilters kunnen beschadigd raken
door reinigingsmiddelen die daarvoor
niet geschikt zijn.
De volgende reinigingsmiddelen mogen
niet worden gebruikt:
- kalkoplossende reinigingsmiddelen
- schuurpoeder of schuurcrème
- agressieve allesreinigers en vetoplossprays
- ovenspray
Vetfilters reinigen in de vaatwasser
Plaats de vetfilters verticaal of schuin
in het onderrek. Let erop dat de
sproeiarm vrij kan bewegen.
Gebruik een reinigingsmiddel dat ge-
schikt is voor huishoudelijk gebruik.
Kies een programma met een tempe-
ratuur tussen de 50°C en 65°C.
Bij reiniging van de vetfilters in de
vaatwasser kunnen sommige reinigingsmiddelen blijvende verkleuringen
veroorzaken op de filteroppervlakken.
Deze verkleuringen hebben geen nadelig effect op de werking van de vetfilters.
Let er bij het monteren van de vetfil-
ters op dat de vergrendeling naar de
kookplaat toe wijst.
Als er eens een vetfilter verkeerd zit,
ontgrendel die dan langs de uitsparingen met behulp van een kleine
schroevendraaier.
Na het reinigen
Leg de vetfilters na het schoonmaken
nog op een vochtopnemend voorwerp te drogen.
Wanneer de vetfilters uitgenomen
zijn, kan u de bereikbare onderdelen
van de behuizing van vet ontdoen.
Op die manier voorkomt u brandgevaar.
21
Page 22
Reiniging en onderhoud
Actieve koolstoffilter
Bij luchtcirculatie dient u naast de vetfilters ook nog een anti-geurfilter te gebruiken. Deze bindt tijdens het koken
de aanwezige kookgeurtjes.
De anti-geurfilter wordt in het wasemscherm boven de vetfilters geplaatst.
U kunt de anti-geurfilters in de webshop
van Miele, bij Miele zelf (zie achter in
deze gebruiksaanwijzing) of bij de Miele
vakhandelaar verkrijgen. De type-aanduiding vindt u in het hoofdstuk “Technische gegevens”.
Actievekoolstoffilter plaatsen / vervangen
Verwijder eerst de vetfilters voordat u
de actievekoolstoffilter plaatst of vervangt. Zie paragraaf: “Vetfilters”.
Plaats de actievekoolstoffilter in de
schacht en druk het filter omhoog tot
onder het uitblaasrooster.
Plaats de afdekking en de vetfilters
weer terug.
Schuif de afdekking van de schacht
voor de actievekoolstoffilter iets naar
rechts en haal de afdekking uit het
toestel.
Haal de actievekoolstoffilter uit de
verpakking.
22
Vervangingsfrequentie
Vervang de anti-geurfilter altijd zodra
kookluchtjes niet meer voldoende
worden opgenomen.
In ieder geval om de 6 maanden vervangen.
Anti-geurfilters weggooien
Gooi de gebruikte anti-geurfilter bij
het huisvuil.
Page 23
Lampjes vervangen
Vervang de lampjes door lampjes van
hetzelfde type:
Deze beide types verschillen in lichtsterkte. Gebruik in de dampkap alleen
identieke lampjes.
De lampjes zijn verkrijgbaar bij Miele en
bij de vakhandel.
Reiniging en onderhoud
Draai de bevestigingsschroef van het
lampje een beetje los.
Schuif de schroef met het lampje
naar beneden.
Draai de schroef weer vast.
Afzuiging en verlichting uitschakelen.
Verwijder de vetfilters.
Haal de elektrische spanning van de
dampkap (zie hoofdstuk: “Veiligheidsinstructies en waarschuwingen”).
De lampjes kunnen wanneer ze
branden erg heet worden.
Wacht een paar minuten om de
lampjes te vervangen.
Draai het lampje naar links en verwij-
der deze uit de dampkap.
Draai het nieuwe lampje in de fitting.
Neem daarbij de aanwijzingen van de
fabrikant in acht.
Draai de bevestigingsschroef weer
een beetje los, duw het lampje naar
boven en draai de schroef weer vast.
Plaats de vetfilters terug.
23
Page 24
Klantendienst
Contact bij storingen
Voor storingen die u niet zelf kunt verhelpen, waarschuwt u uw Miele vakhandelaar of de klantendienst van Miele.
De klantendienst van Miele kunt u online boeken op www.miele.com/service.
De contactgegevens van de klantendienst van Miele vindt u achteraan in
dit document.
De klantendienst van Miele heeft de typeaanduiding en het fabricagenummer
nodig (Fabr./SN/nr.). Beide gegevens
vindt u op het typeplaatje.
Positionering van het typeplatje
Het typeplaatje is zichtbaar nadat u de
vetfilter hebt verwijderd.
Garantie
De garantietermijn voor dit toestel bedraagt 2 jaar.
Voor meer informatie, zie de bijgevoegde garantievoorwaarden.
24
Page 25
*INSTALLATION*
Voor de installatie
Neem voordat u met de installa-
tie begint de informatie in dit hoofdstuk en in het hoofdstuk: “Veiligheidsinstructies en waarschuwingen”
in acht.
Installatie
25
Page 26
*INSTALLATION*
Installatie
Installatiemateriaal
26
Page 27
*INSTALLATION*
Installatie
a
1luchtafvoertuit
voor een luchtafvoerleiding van
150mm of 125mm (niet bij
luchtcirculatie).
b
2 bevestigingsprofielen
om de dampkap aan de muur te bevestigen (niet nodig bij montage onder een kast).
c
1 boorsjabloon
d
1 afdekfolie
voor de luchtafvoeropening aan de
achterkant bij luchtcirculatie. De folie
wordt met de anti-geurfilter meegeleverd (na te bestellen accessoire).
4schroeven 5x60mm en
4pluggen 8x50mm
Voor het bevestigen aan de muur.
De schroeven en pluggen zijn
geschikt voor een massieve muurconstructie.
Gebruik voor andere muurconstructies bevestigingsmateriaal dat daarbij
past.
Let erop dat de muur voldoende
draagkracht heeft.
4 plaatschroeven 4,2x30mm
voor het bevestigen van de dampkap
aan de kast erboven (van bovenaf).
4 houtschroeven 4x30mm
voor het bevestigen van de dampkap
aan de kast erboven (van onderaf).
4afdekkappen
27
Page 28
*INSTALLATION*
Installatie
Afmetingen van het toestel
DA 1255: B = 548mm
DA 1260: B = 598mm
DA 1200: B = 998mm
Luchtafvoeraansluiting 150mm, met reduceertuit 125mm.
a
Wordt deze dampkap gemonteerd als vervanging van een dampkap van
150mm hoog, dan kunt u een paneel plaatsen om de overgebleven ruimte van
de inbouwkast af te dekken.
Dit paneel is als accessoire verkrijgbaar voor toestellen met verschillende
breedten:
– Miele DAB 55 voor DA 1255
– Miele DAB 60 voor DA 1260
– Miele DAB 100 voor DA 1200
28
Page 29
*INSTALLATION*
Afstand tussen kookplaat en dampkap (S)
Tussen de onderkant van de dampkap en de plek waar gekookt, gebakken, gebraden, gegrilleerd of gefrituurd wordt, moet een minimumafstand worden aangehouden. Deze kunt u hieronder vinden.
Geeft de fabrikant echter een grotere afstand aan, houd dan deze aan.
Neem ook de veiligheidsinstructies en waarschuwingen in het gelijknamige
hoofdstuk in acht.
KooktoestelMinimumafstand S
Elektrische kookplaat450mm
Grill en friteuse (elektrisch)650mm
Installatie
Een gaskookplaat met verschillende branders met een
650mm
totale capaciteit van ≤ 12,6 kW,
waarbij geen brander een capaciteit van > 4,5 kW heeft.
Een gaskookplaat met verschillende branders met een
760mm
totale capaciteit van >12,6 kW en > 21,6 kW,
waarbij geen brander een capaciteit van ≤ 4,8 kW heeft.
Een gaskookplaat met verschillende branders met een
niet mogelijk
totale capaciteit van >21,6 kW,
of met bij één brander een capaciteit van > 4,8 kW.
Een losse gaskookplaat met een capaciteit van ≤ 6 kW650mm
Een losse gaskookplaat met een capaciteit van > 6 kW en
760mm
≤ 8,1 kW
Een losse gaskookplaat met een capaciteit van > 8,1 kWniet mogelijk
29
Page 30
*INSTALLATION*
Installatie
Montagetips
- Om alle kookdampen op te kunnen
vangen, moet de dampkap precies in
het midden boven de kookplaat zijn
gemonteerd.
- Zorg ervoor dat de kookplaat niet
groter is dan de dampkap, liefst kleiner.
- De plaats waar de dampkap komt te
hangen moet makkelijk toegankelijk
zijn. In geval van een storing moet
een technicus makkelijk bij de dampkap kunnen komen en deze ongehinderd kunnen demonteren. Let bij het
monteren van de dampkap dus ook
op de plaatsing van kasten, planken,
plafond- of decorelementen in de
omgeving van de dampkap.
Beschermfolie verwijderen
De roestvrijstalen delen van de ommanteling van de dampkap zijn voorzien van
een folie dat deze delen bij het transport
moet beschermen.
Neem de vetfilters uit het toestel en
verwijder de folie van de ommanteling
en van het frame van de vetfilters,
vóórdat het toestel wordt gemonteerd. De folie kan er eenvoudig worden afgetrokken.
Luchtombuiger
Achterin de dampkap is een luchtombuiger geplaatst. De plaats van de
luchtombuiger is afhankelijk van de gebruikte functie. Bij luchtafvoer wordt de
lucht door de luchtombuiger achteraan
boven uit de ommanteling afgevoerd.
Bij luchtcirculatie sluit de luchtombuiger
de opening af en wordt de lucht naar
het uitblaasrooster aan de voorkant geleid.
30
Page 31
*INSTALLATION*
Installatie
Controleer waar de luchtombuiger
moet worden geplaatst.
Luchtafvoer
ger eruit, draai deze en schuif de
luchtombuiger weer in het toestel totdat deze vastklikt.
Plak bij luchtcirculatie bovendien de
afdekfolie op de luchtafvoeropening
aan de achterkant. De folie wordt bij
de actievekoolstoffilter gevoegd en is
bij te bestellen.
Luchtcirculatie
Neem indien nodig de luchtombuiger
uit het toestel en draai deze voor de
gewenste functie. Druk de beide vergrendelingen in, trek de luchtombui-
31
Page 32
*INSTALLATION*
Installatie
Montage onder een bovenkast
Kies de inbouwpositie zo dat bij luchtcirculatie de circulatieopeningen aan de
voorkant van het toestel niet door de
kast afgedekt worden.
Gat voor de luchtafvoerleiding en
elektrische kabel
Bevestiging van bovenaf
Gebruik alleen de op de boorsja-
bloon aangegeven bevestigingspunten. Gebruik alleen de vermelde
schroeven.
Als de dampkap verkeerd bevestigd
wordt, kan ze beschadigd raken en
kunt u bijv. een elektrische schok
krijgen.
Boor met behulp van de boorsjabloon
vier bevestigingsgaten 5mm in de
onderkant van de kast.
Bevestig de daarvoor bestemde
boorsjabloon op de onderkant van de
kast.
Als de dampkap met luchtafvoer
werkt, maak dan voor de luchtafvoerleiding een gat in de bodem van de
kast van minimaal 170mm.
Moet de elektrische kabel door de
kast lopen, breng dan ook daarvoor
een gat aan.
32
Verwijder de boorsjabloon.
Page 33
*INSTALLATION*
Til de dampkap naar de onderkant
van de kast en voer de elektrische
kabel daarbij door het daarvoor geboorde gat.
Installatie
Bevestiging van onderaf
Miele adviseert de dampkap zoals hiervoor beschreven van bovenaf te bevestigen. Als de bevestiging door de onderkant van de kast niet mogelijk is, kan
de dampkap ook van onderaf aan de
onderkant van de kast bevestigd worden.
De bijgeleverde schroeven zijn geschikt om de dampkap aan een massieve houten onderkant van minimaal
16mm dik te bevestigen. Let erop
dat de onderkant van de kast stevig
genoeg is.
Til de dampkap naar de onderkant
van de kast.
Zet de dampkap vanuit de binnen-
kant van de kast met de bijgevoegde
plaatschroeven vast.
Draai de bijgeleverde houtschroeven
in de hulzen op de dampkap en
schroef de dampkap aan de onderkant van de kast.
33
Page 34
*INSTALLATION*
Installatie
Verwijder de hulzen.
Sluit de gaten met de doppen af (ook
bij bevestiging van bovenaf).
Plaats de vetfilters weer terug.
Montage aan de muur
U kunt de dampkap ook vrij aan de
muur bevestigen. Daar zijn twee bevestigingshaken voor nodig.
Bevestig de daarvoor bestemde
boorsjabloon op de muur. Let er
daarbij op dat de bovenkant van de
sjabloon de bovenkant van de dampkap markeert. Zorg voor een veilige
afstand tussen dampkap en kookplaat. Zie daarvoor hoofdstuk: “Afmetingen van het toestel”.
34
Markeer de vier boorgaten voor de
bevestigingshaken en boor de gaten
in de muur ( 8mm).
Haal de boorsjabloon weer weg.
Page 35
*INSTALLATION*
Maak de bevestigingshaken met de
bijgevoegde pluggen en schroeven
aan de muur vast.
De schroeven en pluggen zijn
geschikt voor een massieve muurconstructie.
Gebruik voor andere muurconstructies bevestigingsmateriaal dat daarbij
past.
Let er op dat de muur stevig genoeg
is voor de dampkap.
Installatie
Demonteer de lampjes:
- Draai de bevestigingsschroef van het
lampje iets los.
- Schuif de schroef met het lampje
naar beneden.
- Draai de schroef weer vast.
- Draai het lampje naar links en haal
het uit het toestel.
35
Page 36
*INSTALLATION*
Installatie
Hang de dampkap in de bevesti-
gingshaken.
Voorbereiding luchtafvoer
Bij een luchtafvoerleiding van
150mm kunt u de uitblaastuit bij de
versmalling met een scherp mes
doorsnijden.
Bij een luchtafvoerleiding van
125mm blijft de uitblaastuit onveranderd.
Draai de beide schroeven rechts en
links aan de achterkant van het toestel vast om de overhelling te corrigeren en te voorkomen dat het toestel
losraakt.
Plaats de lampjes weer terug.
Plaats de vetfilters weer terug.
36
Bevestig de luchtafvoerleiding aan de
uitblaastuit, bijv. een flexibele luchtafvoerslang met een slangklem (na te
bestellen accessoire).
Plaats de uitblaastuit in de luchtaf-
voeropening en vergrendel de tuit
door deze iets naar rechts te draaien.
Page 37
*INSTALLATION*
Installatie
Hoe u voor de montage van de lucht-
afvoerleiding verder te werk moet
gaan, vindt u in het hoofdstuk:
“Luchtafvoersysteem”.
Voorbereiding luchtcirculatie
Plaats de actievekoolstoffilters. Zie
hoofdstuk: “Reiniging en onderhoud”.
Elektrische aansluiting
Neem voordat u de dampkap op de
elektriciteit aansluit de hoofdstukken:
“Elektrische aansluiting” en “Veiligheidsinstructies en waarschuwingen”
in acht.
Steek de stekker in het stopcontact.
Functiecontrole
Schakel de afzuiging in.
- Bij luchtafvoer mag de lucht niet door
de luchtafvoeropeningen aan de
voorkant van het toestel stromen.
- Bij luchtcirculatie moet de lucht wèl
door de luchtafvoeropeningen aan de
voorkant van het toestel stromen.
Is dat niet het geval, dan is de luchtombuiger verkeerd gemonteerd. Zie hoofdstuk: “Luchtombuiger”.
Elektrische aansluiting
Lees voor de aansluiting op elektriciteit het hoofdstuk “Veiligheidsinstructies en waarschuwingen”.
De aansluitgegevens (frequentie, spanning) op het typeplaatje moeten overeenkomen met de waarden van het
elektriciteitsnet. Aanwijzingen voor de
positie van het typeplaatje vindt u in het
hoofdstuk “Klantendienst”.
De dampkap is voorzien van een
stroomkabel en een geaarde stekker.
Voor de aansluiting moet een stopcontact gebruikt worden die toegankelijk is
na de installatie. Als dit niet mogelijk is
of als er een vaste aansluiting is, moet
in de huisinstallatie een werkschakelaar
voor alle polen aanwezig zijn waarmee
het toestel van de netspanning kan
worden losgekoppeld. Deze schakelaar
moet voldoen aan de vereisten in OverspanningscategorieIII.
De veiligheid wordt verbeterd als het
toestel via een verliesstroomschakelaar
wordt bediend.
Alleen een elektricien mag werkzaamheden aan de huisinstallatie uitvoeren.
Dit toestel moet geaard zijn.
Luchtafvoerleiding
Gelijktijdig gebruik van de damp-
kap en een toestel dat lucht in diezelfde ruimte verbruikt kan gevaarlijk
zijn! Er kunnen giftige gassen vrijkomen.
Neem beslist de veiligheidsinstructies en waarschuwingen in het gelijknamige hoofdstuk in acht.
Laat in ieder geval door de plaatselijke schoorsteenveger controleren of
een veilig gebruik van de luchtafvoer
gewaarborgd is.
37
Page 38
*INSTALLATION*
Installatie
Voor de luchtafvoer mogen alleen
gladde buizen of flexibele luchtafvoerleidingen van niet-brandbaar
materiaal gebruikt worden.
Voor een zo groot mogelijk afzuigvermogen en een zo laag mogelijk geluidsniveau moeten de volgende punten in
acht worden genomen:
- De diameter van de luchtafvoerleiding mag niet kleiner zijn dan die van
de luchtafvoertuit (zie het hoofdstuk
“Afmetingen”). Dit geldt vooral bij het
gebruik van platte afvoerkanalen.
- De luchtafvoerleiding moet zo kort en
recht mogelijk zijn.
- Gebruik alleen bochten met een grote
doorsnede.
- Er mogen geen knikken in de luchtafvoerleiding komen en de luchtafvoerleiding mag niet in elkaar gedrukt
worden.
- Alle verbindingspunten moeten stevig
zijn en mogen niet lekken.
- Als de luchtafvoerleiding kleppen
heeft, moeten deze bij het inschakelen van de dampkap worden geopend .
Schoorsteen
Als de verbruikte lucht door een
schoorsteen afgevoerd moet worden,
moet de invoerbuis in stromingsrichting
geplaatst worden.
Als de schoorsteen door meerdere ventilatietoestellen gebruikt wordt, moet de
doorsnede ervan groot genoeg zijn.
Een terugslagklep zorgt ervoor dat er
geen ongewenste luchtuitwisseling tussen kamer en buitenlucht plaatsvindt
als de dampkap uitgeschakeld is.
Als de verbruikte lucht naar buiten afgevoerd wordt, kan het beste een Miele
muurkast of een Miele dakdoorvoer geinstalleerd worden (na te bestellen accessoire). Deze beschikken over een
geïntegreerde terugslagklep.
Als uw afzuiginstallatie geen terugslagklep heeft, kan een terugslagklep achteraf besteld worden.
Iedere beperking in de luchtstroming
vermindert de afzuigcapaciteit en
verhoogt het geluidsniveau.
38
Condenswater
Als de luchtafvoerleiding bijvoorbeeld
door koele ruimtes of over zolders
wordt gelegd, kan door temperatuurverschillen condenswater in de luchtafvoerleiding ontstaan. Isoleer de luchtafvoerleiding om temperatuurverschillen
te verkleinen.
Page 39
*INSTALLATION*
Installatie
Als de luchtafvoerleiding horizontaal gelegd wordt, dient u voor een verval van
minstens 1cm per meter te zorgen. Het
verval voorkomt dat er condenswater in
de dampkap kan lopen.
Naast de isolatie van de luchtafvoerleiding raden wij aan een anti-condensvoorziening te installeren die het condenswater opneemt en verdampt.
Geluiddemper
Voor extra geluiddemping kan in de
luchtafvoerleiding een geluiddemper
worden geplaatst (na te bestellen accessoire).
Anti-condensvoorzieningen zijn verkrijgbaar als bij te bestellen accessoire voor
luchtafvoerleidingen met een diameter
van 125mm of 150mm.
Plaats de anti-condensvoorziening
loodrecht en zo dicht mogelijk boven de
uitblaastuit van de dampkap. De pijl op
de ommanteling geeft de uitblaasrichting aan.
Miele is niet aansprakelijk voor functionele gebreken of schade die veroorzaakt wordt door een ontoereikende
luchtafvoerleiding.
Bij de luchtafvoer dempt de geluiddemper zowel afzuiggeluiden die naar buiten dringen als geluiden die van buiten
via de luchtafvoerleiding de keuken binnendringen (zoals straatlawaai). Daarom
wordt de geluiddemper zo dicht mogelijk voor de opening geplaatst waarlangs de lucht afgevoerd wordt .
39
Page 40
Technische gegevens
Motor van de afzuiging2 x 115W
Kookplaatverlichting2 x 3W
Totale aansluitwaarde236W
Netspanning, frequentieAC 230V, 50Hz
Zekering10A
Lengte van de aansluitkabel1,5m
Gewicht
DA 125511kg
DA 126011,2kg
DA 120014,6kg
Na te bestellen accessoire voor luchtcirculatie
1 actievekoolstoffilter DKF18-P
40
Page 41
Technische gegevens
Productkaart voor huishoudelijke dampkappen
volgens gedelegeerde verordening (EU) Nr. 65/2014 en verordening (EU) Nr.
66/2014
MIELE
Identificatie van het modelDA 1260
Jaarlijks energieverbruik (AEC
Energie-efficiëntieklasseC
Energie-efficiëntie-index (EEI
Hydrodynamische efficiëntie (FDE
Hydrodynamische-efficiëntieklasse
A (meest efficiënt) tot G (minst efficiënt)D
Verlichtingsefficiëntie (LE
afzuigkap
Verlichtingsefficiëntieklasse
A (meest efficiënt) tot G (minst efficiënt)A
Vetfilteringsefficiëntie95,1%
Vetfilteringsefficiëntieklasse
A (meest efficiënt) tot G (minst efficiënt)A
Gemeten luchtdebiet op het beste-efficiëntiepunt
Luchtstroom (minimumsnelheid)
Luchtstroom (maximumsnelheid)
Luchtstroom (intensieve of boostmodus)
Max. luchtstroom (Q
max
)
Gemeten luchtdruk op het beste-efficiëntiepunt313 Pa
A-gewogen geluidsemissie (minimumsnelheid)57 dB
A-gewogen geluidsemissie (maximumsnelheid)64 dB
A-gewogen geluidsemissie in de intensieve of boostmodus74 dB
Gemeten elektrisch opgenomen vermogen op het beste-efficiëntiepunt 169,0 W
Elektriciteitsverbruik in de uit-stand (Po)0,00 W
Elektriciteitsverbruik in de stand-by-stand (Ps)W
Nominaal vermogen van het verlichtingssysteem6,0 W
Gemiddelde verlichting van het verlichtingssysteem op het kookoppervlak
Tijdstoenamefactor1,4
)91,6 kWh/jaar
dampkap
)82,1
dampkap
)16,3
dampkap
)55,0 lx/W
317,1 m3/h
275 m3/h
355 m3/h
545 m3/h
545 m3/h
330 Ix
41
Page 42
Technische gegevens
Productkaart voor huishoudelijke dampkappen
volgens gedelegeerde verordening (EU) Nr. 65/2014 en verordening (EU) Nr.
66/2014
MIELE
Identificatie van het modelDA 1200
Jaarlijks energieverbruik (AEC
Energie-efficiëntieklasseC
Energie-efficiëntie-index (EEI
Hydrodynamische efficiëntie (FDE
Hydrodynamische-efficiëntieklasse
A (meest efficiënt) tot G (minst efficiënt)D
Verlichtingsefficiëntie (LE
afzuigkap
Verlichtingsefficiëntieklasse
A (meest efficiënt) tot G (minst efficiënt)A
Vetfilteringsefficiëntie95,1%
Vetfilteringsefficiëntieklasse
A (meest efficiënt) tot G (minst efficiënt)A
Gemeten luchtdebiet op het beste-efficiëntiepunt
Luchtstroom (minimumsnelheid)
Luchtstroom (maximumsnelheid)
Luchtstroom (intensieve of boostmodus)
Max. luchtstroom (Q
max
)
Gemeten luchtdruk op het beste-efficiëntiepunt313 Pa
A-gewogen geluidsemissie (minimumsnelheid)57 dB
A-gewogen geluidsemissie (maximumsnelheid)64 dB
A-gewogen geluidsemissie in de intensieve of boostmodus74 dB
Gemeten elektrisch opgenomen vermogen op het beste-efficiëntiepunt 169,0 W
Elektriciteitsverbruik in de uit-stand (Po)0,00 W
Elektriciteitsverbruik in de stand-by-stand (Ps)W
Nominaal vermogen van het verlichtingssysteem6,0 W
Gemiddelde verlichting van het verlichtingssysteem op het kookoppervlak
Tijdstoenamefactor1,4
)90,4 kWh/jaar
dampkap
)81,1
dampkap
)16,8
dampkap
)45,8 lx/W
326,8 m3/h
275 m3/h
355 m3/h
545 m3/h
545 m3/h
275 Ix
42
Page 43
Herstellingen aan huis en andere inlichtingen: 02/451.16.16
nv Miele België
Z.5 Mollem 480
1730 Mollem (Asse)
E-mail: info@miele.be
Internet: www.miele.be
Duitsland
Miele & Cie. KG
Carl-Miele-Straße 29
33332 Gütersloh
Page 44
DA 1255,
DA 1260,
DA 1200
M.-Nr. 11 756 600 / 00nl-BE
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.