KENNISGEVING BEGRENSDE EN BEPERKTE RECHTEN: als gegevens of software worden geleverd conform een
'GSA'-contract (General Services Administration), zijn gebruik, vermenigvuldiging en openbaarmaking onderhevig aan
beperkingen zoals beschreven in Contractnr. GS-35F-05925.
• Deze handleiding is van toepassing op de onderstaande Lenovo-productmodellen. De afbeeldingen in
deze gebruikershandleiding kunnen er mogelijk anders uitzien dan uw productmodel.
ModelnaamMachinetype (MT)
Yoga Slim 7 14IIL05
Yoga Slim 7 14IIL05 U
Yoga Slim 7 14IIL05 D
Yoga Slim 7 14ARE05
Yoga Slim 7 15IIL05
Yoga Slim 7 15IIL05 U
Yoga Slim 7 15IIL05 D
82A1
82A2
82AA
• Deze handleiding bevat mogelijk informatie over accessoires, functies en software die niet beschikbaar
zijn in alle modellen.
• Deze handleiding bevat instructies die zijn gebaseerd op het besturingssysteem Windows 10. Deze
instructies zijn niet van toepassing als u andere besturingssystemen installeert en gebruikt.
• Microsoft
®
brengt periodiek functiewijzigingen in het Windows®-besturingssysteem aan via Windows
Update. Hierdoor kunnen de instructies die betrekking hebben op het besturingssysteem verouderd
raken. Raadpleeg de Microsoft-bronnen voor de meest recente informatie.
• De inhoud van de gebruikershandleiding kan zonder kennisgeving worden gewijzigd. U kunt de nieuwste
versie downloaden vanaf
2. ToetsenbordVoer tekens in en heb interactie met programma's.
Opmerking: Het toetsenbord beschikt ook over sneltoetsen en
functietoetsen om instellingen te wijzigen en snel taken uit te voeren.
3. Touchpad
4. Subwoofer
Gebruik vingerbewegingen en alle functies van een traditionele muis.
Opmerking: De touchpad ondersteunt ook de functie multi-touch.
Produceert lage tonen.
Hoofdstuk 1. Leer uw computer kennen3
Linkerkant
1. USB-C®-voedingsaansluitingSluit de computer aan op de netvoeding met de meegeleverde
netvoedingsadapter en het meegeleverde netsnoer.
Opmerking: Deze USB-C-aansluiting ondersteunt geen
weergaveapparaten of gegevensapparaten met hoge snelheid.
2. OplaadlampjeGeeft de stroom- en batterijstatus van de computer aan.
3. HDMI
4. Thunderbolt™ 3/USB-C-aansluitingSluit aan op een externe beeldscherm-, opslag- of
5. Gecombineerde audio-aansluitingSluit hoofdtelefoons of headsets aan met een 3,5 mm 4-polige
Tabel 1. Status van het oplaadlampje
Status lampje
Brandt witAangesloten
Brandt oranjeAangeslotenBezig met opladen1% – 90%
UitNiet aangesloten
®
-aansluitingSluit een compatibel digitaal audioapparaat of digitale videomonitor
aan, bijvoorbeeld een HDTV.
Opmerking: Uw computer wordt geleverd zonder HDMI-kabel. U
moet de HDMI-kabel apart aanschaffen.
gegevensapparaten.
Opmerking: Uw computer beschikt, afhankelijk van het model,
mogelijk over een Thunderbolt 3- of een volledig functionele USB-Caansluiting. Mogelijk hebt u een passende adapter nodig om externe
apparatuur aan te sluiten.
stekker.
Opmerking: Deze aansluiting biedt geen ondersteuning voor
zelfstandige externe microfoons. Als u een headset gebruikt, kiest u
een headset met een enkele stekker.
NetstroomBatterijstatusBatterijcapaciteit
Opgeladen91% – 100%
//
4Gebruikershandleiding
Rechterkant
Figuur 3. 14-inch modellen
Figuur 4. 15-inch modellen
1. GeheugenkaartsleufPlaats een compatibele geheugenkaart in de sleuf voor
gegevensoverdracht of opslag.
• 14-inch modellen: microSD-kaart
• 15-inch modellen: SD-kaart
2. USB (3.2 Gen 1) Type-A-aansluitingSluit aan op een USB-compatibel apparaat, zoals een USBtoetsenbord, USB-muis, USB-opslagapparaat of USB-printer.
Hoofdstuk 1. Leer uw computer kennen5
3. USB (3.2 Gen 1) Type-A-aansluiting
(always-on)
De Always On-aansluiting kan externe apparatuur opladen wanneer
de computer is uitgeschakeld, in de slaapstand staat of in de
sluimerstand staat. De functie Always-on kan worden in- of
uitgeschakeld in het UEFI/BIOS Setup Utility.
Opmerking: Als Lenovo Vantage vooraf op uw computer is
geïnstalleerd, kunt u de Always-on-functie ook instellen in Lenovo
Vintage.
• USB type-A-aansluiting × 2 (één aansluiting met Always-On-functie)
– Ondersteunt gegevensoverdrachtssnelheden tot 5 Gbps met USB 3.2 gen 1
• USB-C-voedingsaansluiting
• Thunderbolt 3*/Volledig functionele USB-C* × 1
– Ondersteunt gegevensoverdrachtssnelheden tot 40 Gbps (alleen met Thunderbolt
3-aansluiting)
– Ondersteunt gegevensoverdrachtssnelheden tot 10 Gbps met USB 3.2 gen 2
– Biedt maximaal 5 V, 3 A aan vermogen
– Ondersteunt DisplayPort 1.4b
– Beheerderswachtwoord
– Gebruikerswachtwoord
– Masterwachtwoord voor de vaste schijf
– Gebruikerswachtwoord voor de vaste schijf
Draadloze voorzieningen
Overige eigenschappen
• Bluetooth
• Draadloos LAN
• ToF-sensor
• Omgevingslichtsensor (ALS)
• Novo-knop
* voor bepaalde modellen
Opmerking: De hier opgegeven batterijcapaciteit is de gebruikelijke of gemiddelde capaciteit zoals gemeten
in een specifieke testomgeving. Capaciteiten gemeten in andere omgevingen kunnen verschillen, maar zijn
niet lager dan de vermelde capaciteit (zie productlabel).
Verklaring op USB overdrachtssnelheid
Afhankelijk van vele factoren, zoals de verwerkingscapaciteit van de host en randapparaten,
bestandseigenschappen en andere factoren die betrekking hebben op de systeemconfiguratie en
gebruiksomgevingen, kan de feitelijke overdrachtssnelheid met behulp van de verschillende USBaansluitingen op dit apparaat variëren en langzamer zijn dan de opgegeven gegevenssnelheid voor elk
onderstaand overeenkomstig apparaat.
Hoofdstuk 1. Leer uw computer kennen9
USB-apparaatGegevenssnelheid (Gbit/s)
3.2 Gen 1
3.2 Gen 2
3.2 Gen 2 × 2
5
10
20
Gebruiksomgeving
Maximumhoogte (zonder kunstmatige druk)
3048 m
Temperatuur
• Op hoogten tot 2438 m
– In bedrijf: 5 °C tot 35 °C
– In opslag: 5 °C tot 43 °C
• Op hoogten boven 2438 m
– Maximumtemperatuur bij werking zonder kunstmatige druk: 31,3 °C
Opmerking: Bij het opladen van de batterij mag de temperatuur niet lager dan 10 °C zijn.
Relatieve vochtigheid
• In bedrijf: 8% tot 95% bij een natteboltemperatuur van 23 °C
• Opslag: 5% tot 95% bij een natteboltemperatuur van 27 °C
10
Gebruikershandleiding
Hoofdstuk 2.Aan de slag met uw computer
Aan de slag met Windows 10
Maak kennis met de basisbeginselen van Windows 10 en ga meteen met het besturingssysteem aan de slag.
Raadpleeg de Help-informatie van Windows voor meer informatie over Windows 10.
Windows-account
U moet ten minste één account maken om het Windows-besturingssysteem te kunnen gebruiken. Dit kan
een lokaal account of een Microsoft-account zijn.
Lokale accounts
Een lokaal account wordt op een bepaald Windows-apparaat gemaakt en kan alleen op dat apparaat worden
gebruikt. U wordt aangeraden een wachtwoord in te stellen voor elk lokaal account om te voorkomen dat
onbevoegden toegang tot het apparaat hebben.
Microsoft-accounts
Een Microsoft-account is een gebruikersaccount dat u gebruikt om u aan te melden bij software en services
van Microsoft. Als u Microsoft-services zoals OneDrive, Outlook.com, Xbox Live, Office 365 en Skype
gebruikt, hebt u waarschijnlijk al een account. Als u nog geen Microsoft-account hebt, kunt u gratis een
account maken.
Er zijn twee belangrijke voordelen als u een Microsoft-account gebruikt:
• U hoeft zich slechts één keer aan te melden. Als u een Microsoft-account gebruikt om u aan te melden bij
Windows 10, hoeft u zich niet opnieuw aan te melden als u OneDrive, Skype, Outlook.com en andere
Microsoft-services wilt gebruiken.
• Instellingen kunnen worden gesynchroniseerd. Als u uw Microsoft-account gebruikt om u bij meerdere
Windows-apparaten aan te melden, kunnen bepaalde Windows-instellingen worden gesynchroniseerd
tussen de apparaten.
Schakelen tussen een lokaal account en een Microsoft-account
Als u een lokaal account gebruikt om u aan te melden bij Windows 10, kunt u ook overschakelen als u in
plaats daarvan een Microsoft-account wilt gebruiken.
Stap 1. Open het menu Start en selecteer Instellingen ➙ Accounts.
Stap 2. Selecteer In plaats daarvan aanmelden met een Microsoft-account.
Stap 3. Als u al een Microsoft-account hebt, voert u de naam en het wachtwoord van het account in om u
aan te melden. Selecteer anders Maak er een om een nieuw Microsoft-account te maken.
Opmerking: Het apparaat moet toegang tot internet hebben de eerste keer dat u een Microsoftaccount op dat apparaat gebruikt.
Als u weer wilt overschakelen naar een lokaal account, opent u het menu Start en selecteert u Instellingen ➙
Accounts ➙ In plaats daarvan aanmelden met een lokaal account.
Extra gebruikersaccounts toevoegen
Als u extra gebruikersaccounts aan Windows wilt toevoegen, moet uw account van het type 'Administrator'
zijn.
Voeg extra gebruikersaccounts toe als u uw computer deelt met uw gezinsleden of andere gebruikers.
Stap 1. Open het menu Start en selecteer Instellingen ➙ Accounts ➙ Gezin en andere personen.
Stap 2. Selecteer Iemand anders aan deze pc toevoegen.
Opmerking: Als u familieleden wilt toevoegen, moet u zich aanmelden met een Microsoft-account.
Stap 3. Stel de gebruikersnaam en het wachtwoord voor het gebruikersaccount in.
Gezichtsherkenning instellen
Als uw computer beschikt over een infraroodcamera die compatibel is met Windows Hello, kunt u
gezichtsherkenning instellen om u aan te melden met uw gezicht.
Stap 1. Open het menu Start en selecteer Instellingen ➙ Accounts ➙ Aanmeldingsopties.
Opmerking: Als u een lokaal account gebruikt, moet het account zijn beveiligd met een
wachtwoord. Als dat niet het geval is, kunt u geen gezichtsherkenning instellen.
Stap 2. Onder Beheer hoe u zich aanmeldt bij uw apparaat, selecteert u Windows Hello Gezicht ➙
Instellen ➙ Aan de slag.
Stap 3. Volg de aanwijzingen op het scherm om het instellen van gezichtsherkenning te voltooien.Maak een
PIN wanneer daarom wordt gevraagd, voor het geval dat gezichtsherkenning niet werkt bij het
aanmelden bij Windows.
Uw vingerafdruk registreren
Als uw computer beschikt over een vingerafdruklezer, kunt u uw vingerafdruk registreren voor het aanmelden
bij Windows.
Stap 1. Open het menu Start en selecteer Instellingen ➙ Accounts ➙ Aanmeldingsopties.
Opmerking: Als u een lokaal account gebruikt, moet het account zijn beveiligd met een
wachtwoord. U kunt anders geen vingerafdrukken registreren.
Stap 2. Selecteer Windows Hello Vingerafdruk ➙ Instellen ➙ Aan de slag.
Stap 3. Volg de instructies op het scherm om het registreren te voltooien.Maak indien gevraagd een PIN
voor het geval uw vingerafdruk niet wordt herkend bij het aanmelden bij Windows.
Opmerking: U kunt meer dan één vingerafdruk registreren.
12
Gebruikershandleiding
Bureaublad van Windows
1. Account
2. Documenten
3. Afbeeldingen
4. Instellingen
5. Aan/uit
6. Startknop
7. Windows Zoeken
8. Taakweergave
9. Windows-systeemvakGeef kennisgevingen en de status van enkele functies weer.
10. Batterijstatuspictogram
11. Netwerkpictogram
Wijzig accountinstellingen, vergrendel de computer of meld u af bij het
huidige account.
Open de map Documenten, een standaardmap om uw ontvangen
bestanden in op te slaan.
Open de map Afbeeldingen, een standaardmap om uw ontvangen
afbeeldingen in op te slaan.
Open Instellingen.
Uw computer uitschakelen, opnieuw opstarten of in de slaapstand
zetten.
Open het menu Start.
Voer in het zoekvak in wat u zoekt en haal zoekresultaten op van uw
computer en internet.
Geef alle geopende apps weer en schakel tussen de apps.
Geef de stroomstatus weer en wijzig de instellingen voor de batterij of
de energie-instellingen.
Maak verbinding met een beschikbaar draadloos netwerk en geef de
netwerkstatus weer. Als de computer is aangesloten op een bekabeld
netwerk, verandert het pictogram in
.
12. Actiecentrum
Geef de meest recente kennisgevingen van apps weer en voer snel
bepaalde acties uit.
Het menu Start openen
• Klik op de knop Start.
• Druk op de toets met het Windows-logo op het toetsenbord.
Hoofdstuk 2. Aan de slag met uw computer13
Het Configuratiescherm openen
• Open het menu Start en selecteer Systeem ➙ Configuratiescherm.
• Gebruik Windows Search.
Een app openen
• Open het menu Start en selecteer de app die u wilt openen.
• Gebruik Windows Search.
Lenovo Vantage en Lenovo PC Manager
Lenovo Vantage en Lenovo PC Manager zijn softwaretoepassingen die door Lenovo zijn ontwikkeld. Met de
software kunt u het volgende doen:
• Productgegevens weergeven
• Informatie over de garantie en ondersteuningsinformatie weergeven
• Een hardwarescan uitvoeren en de oorzaak van een probleem opsporen
• Hardware-instellingen wijzigen
• Windows, stuurprogramma's en UEFI/BIOS bijwerken
Lenovo Vantage of PC Manager is mogelijk vooraf geïnstalleerd op uw computer. Als u de software wilt
openen, voert u in Windows Search de naam van de software in en selecteert u het overeenkomende
resultaat.
Opmerking: Als Lenovo Vantage niet vooraf is geïnstalleerd, kunt u het downloaden in de Microsoft Store.
Verbinding maken met netwerken
Uw computer helpt u bij het maken van een verbinding met de wereld via een bekabeld of draadloos
netwerk.
Verbinding maken met bekabelde netwerken
Uw computer beschikt niet over een RJ-45 ethernetaansluiting. Als u via een kabel verbinding wilt maken
met netwerken, moet u een van de volgende adapters aanschaffen en gebruiken.
• USB Type-A-naar-RJ-45
• USB-C-naar-RJ-45
Stap 1. Steek de USB-stekker van de adapter in de juiste aansluiting op uw computer.
Stap 2. Steek één uiteinde van de RJ-45-ethernetkabel in de RJ45-aansluiting op de adapter.
Stap 3. Steek het andere uiteinde van de RJ-45-ethernetkabel in de juiste aansluiting om verbinding te
maken met het netwerk.
Zodra u klaar bent met het aansluiten van de RJ-45 ethernetkabel maakt Windows in de meeste gevallen
automatisch verbinding met het netwerk. In sommige gevallen moet u echter contact opnemen met de
netwerkbeheerder om het verbinden met een bekabeld netwerk te voltooien. Dit is in de meeste gevallen
alleen nodig op kantoren en evenementen, maar het kan soms ook nodig zijn voor sommige thuisnetwerken.
Verbinding maken met Wi-Fi-netwerken
Als uw computer beschikt over een draadloze adapter, kunt u met uw computer verbinding maken met WiFi-netwerken.
14
Gebruikershandleiding
Stap 1. Klik op het pictogram van het netwerk in het systeemvak van Windows.Er wordt een lijst met
netwerken in de buurt weergegeven.
Opmerking: Als er geen netwerk wordt weergegeven, controleert u dat de vliegtuigstand niet is
ingeschakeld.
Stap 2. Selecteer een netwerk en klik op Verbinding maken. Geef een beveiligingssleutel op als daarom
wordt gevraagd.
Opmerking: De netwerksleutel wordt doorgaans beheerd door de netwerkbeheerder.
Een Wi-Fi-netwerk vergeten
Windows slaat een lijst met Wi-Fi-netwerken op waarmee u verbinding hebt gemaakt, samen met de
bijbehorende wachtwoorden en andere instellingen. Zo maakt uw computer automatisch verbinding wanneer
deze zich bevindt binnen het bereik van een netwerk waarmee eerder verbinding is gemaakt. Als het
netwerkwachtwoord echter is gewijzigd, moet u het netwerk vergeten om een nieuw wachtwoord te kunnen
invoeren.
Stap 1. Selecteer Start ➙ Instellingen ➙ Netwerk en internet ➙ Wi-Fi.
Stap 2. Klik op Bekende netwerken beheren.
Stap 3. Klik op de netwerknaam en klik op Niet onthouden.
Vliegtuigstand in- of uitschakelen
De vliegtuigstand is een handige instelling om alle draadloze communicatie van uw computer in of uit te
schakelen. U moet de vliegtuigstand mogelijk inschakelen wanneer u aan boord van een vliegtuig stapt.
Stap 1. Klik op het pictogram van het actiecentrum in het systeemvak van Windows.
Stap 2. Klik op het pictogram voor de Vliegtuigstand om deze in of uit te schakelen.
Opmerking: Klik op Uitvouwen als u het pictogram voor de vliegtuigstand niet kunt vinden.
Een extern beeldscherm aansluiten
U kunt uw computer aansluiten op externe beeldschermen via bekabelde of draadloze verbindingen.
Type verbindingBenodigdheden
BekabeldU moet een van de volgende zaken hebben:
• HDMI-kabel
• Een geschikte USB-C-adapter en videokabel
• Een USB-C-naar-USB-C-kabel (indien uw beeldscherm een USB-C-aansluiting
heeft die video-invoer ondersteunt)
DraadloosU moet een van de volgende zaken hebben:
• Een extern beeldscherm dat Miracast ondersteunt
• Een Miracast-adapter voor het externe beeldscherm
®
Aansluiten op een bekabeld beeldscherm
HDMI
Gebruik een HDMI-kabel (niet meegeleverd) om uw computer aan te sluiten op een bekabeld beeldscherm.
Lees de documentatie van het beeldscherm voordat u een kabel koopt.
Hoofdstuk 2. Aan de slag met uw computer15
Stap 1. Steek één uiteinde van de HDMI-kabel in de HDMI-aansluiting op uw computer.
Stap 2. Steek het andere uiteinde van de HDMI-kabel in de juiste HDMI-aansluiting op het beeldscherm.
USB-C
Gebruik de Thunderbolt 3-aansluiting om uw computer aan te sluiten op een bekabeld beeldscherm.
Afhankelijk van het soort aansluitingen dat het beeldscherm ondersteunt, moet u mogelijk een van de
volgende adapters aanschaffen en gebruiken.
• USB-C naar DisplayPort
• USB-C naar HDMI
• USB-C naar DVI
• USB-C naar VGA
• USB-C-naar-USB-C
Lees de documentatie van het beeldscherm voordat u een adapter of kabel koopt.
Stap 1. Steek de USB-C-adapter of -kabel in de Thunderbolt 3-aansluiting op uw computer.
Stap 2. (Optioneel) Als u een adapter gebruikt, steek de videokabel dan in de juiste aansluiting op de
adapter.
Stap 3. Steek het andere uiteinde van de kabel in de juiste aansluiting op het beeldscherm.
Verbinden met een draadloos beeldscherm
U kunt uw computer via Miracast verbinden met een extern beeldscherm.
Opmerking: Het is mogelijk om gebruik te maken van een beeldscherm dat Miracast direct ondersteunt,
maar u kunt ook gebruik maken van een adapter die Miracast ondersteunt.
Stap 1. Selecteer in Windows 10 Start ➙ Instellingen ➙ Apparaten.
Stap 2. Selecteer Bluetooth- of ander apparaat toevoegen ➙ Draadloos beeldscherm of
dockingstation.
Stap 3. Selecteer de naam van het apparaat waarmee u verbinding wilt maken.
Opmerkingen: Als de naam van het apparaat niet wordt weergegeven, controleert u het volgende
• Wifi is ingeschakeld op uw computer.
• Het beeldscherm is ingeschakeld en bevindt zich in de buurt van uw computer.
Het menu van de Novo-knop
Het menu van de Novo-knop kan worden weergegeven voordat het besturingssysteem wordt gestart. U kunt
vanuit het menu ervoor kiezen om het volgende te doen
• De BIOS/UEFI Setup Utility openen
• Het selectiemenu voor een opstartapparaat openen
• Het scherm met opstartopties voor Windows openen
Opmerking: U kunt vanaf het scherm met opstartopties voor Windows vervolgens ervoor kiezen om het
volgende te doen
De computer opstarten met een herstelstation
De computer opnieuw instellen
16
Gebruikershandleiding
Het scherm voor geavanceerde opties openen
Het menu van de Novo-knop openen
Voor Lenovo-computers met een Novo-knop kunt u op de knop drukken om het menu van de Novo-knop te
openen.
Stap 1. Zet de computer uit.
Stap 2. Open het LCD-scherm en druk op de Novo-knop.
Opmerking: U kunt ook de computer uitschakelen. Druk op Fn en de aan/uit-knop om het menu van de
Novo-knop te openen.
Communiceren met uw computer
Toetsenbordsneltoetsen
Op bepaalde toetsen op het toetsenbord zijn pictogrammen afgedrukt. Deze toetsen worden sneltoetsen
genoemd. U kunt deze toetsen afzonderlijk gebruiken of in combinatie met de Fn-toets om snel bepaalde
apps te openen of bepaalde instellingen te wijzigen. De functies van de sneltoetsen worden symbolisch
aangegeven met de pictogrammen die zijn afgedrukt op de toetsen.
Sneltoets
Functie
Hiermee dempt u het geluid of heft u het dempen op.
Hiermee verlaagt of verhoogt u het volume.
Microfoon dempen/dempen van de microfoon opheffen.
Helderheid van het scherm verhogen/verlagen.
Hiermee schakelt u over naar een ander weergaveapparaat.
Vliegtuigstand in- of uitschakelen.
De Windows-app instellingen openen.
Hiermee vergrendelt u het scherm.
Miniaturen van alle geopende apps weergeven.
De Windows-app Rekenmachine openen.
Lenovo Vantage, Lenovo PC Manager of een startbalk voor apps openen.
De Windows-app Knipprogramma openen.
Het afspelen van media starten of pauzeren.
Opmerking: De vier multimediasneltoetsen zijn alleen beschikbaar op 15-inch
modellen.
Het afspelen van media stoppen.
Naar het volgende mediabestand in de afspeellijst of map gaan.
Hoofdstuk 2. Aan de slag met uw computer17
SneltoetsFunctie
Naar het vorige mediabestand in de afspeellijst of map gaan.
Hiermee schakelt u de achtergrondverlichting van het toetsenbord in of uit of past
u de helderheid van de achtergrondverlichting van het toetsenbord aan.
Opmerking: Deze sneltoets moet worden gebruikt in combinatie met de Fntoets.
* voor bepaalde modellen
Hotkey Mode
Sommige sneltoetsen maken gebruik van de functietoetsen (F1 tot F12). Hotkey Mode is een UEFI/BIOSinstelling die bepaalt hoe sneltoetsen (of functietoetsen) worden gebruikt.
Hotkey Mode-instelling
DisabledHoud de Fn-toets ingedrukt en druk
EnabledDruk direct op de sneltoetsen.Houd de Fn-toets ingedrukt en druk
Sneltoetsen gebruiken
op een van de sneltoetsen.
Functietoetsen gebruiken
Druk direct op de functietoetsen.
op een van de functietoetsen.
Opmerking: Sneltoetsen die niet werken met functietoetsen, worden niet beïnvloed door de instelling voor
Hotkey Mode. Ze moeten altijd worden gebruikt met de Fn-toets.
De Fn-toets gebruiken of FnLock inschakelen
U kunt de Fn-toets gebruiken om de functie van sneltoetsen met twee functies te wijzigen. Als u dit wilt doen,
houdt u de Fn-toets (3) ingedrukt en drukt u tegelijkertijd op de sneltoets.
U kunt ook FnLock inschakelen om de functie van functietoetsen (F1-F12) met twee functies te wijzigen. Als
u dit wilt doen, drukt u op Fn + Esc.
18Gebruikershandleiding
Loading...
+ 54 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.