Kyocera KM-6230 User Manual [nl]

INSTRUCTIE HANDLEIDING
A.u.b. eerst de instructieaanleiding doorlezen voordat u het kopieerapparaat
gebruikt. Het op de daarvoor gereserveerde plaats in de afdekking aan de
voorkant bewaren.
Als een partner van ENERGY STAR, heeft KYOCERA MITA CORPORATION gecertifieerd dat dit produkt aan de voorschriften van ENERGY STAR voor gunstig energieverbruik voldoet. Het programma van ENERGY STAR is een plan voor energiereductie, voorgesteld door het United States Environmental Protection Agency als antwoord op het probleem van het milieu en met doel het gebruiken van meer energiesparende uitrustingen voor bureaus te stimuleren. * ENERGY STAR is een in de U.S. geregistreered merk.
De regeling voor automatisch uitschakelen is na 15 tot 120 minuten, overeenkomstig met het Swiss Energy 2000 programma.
Alle rechten voorbehouden. Geen deel van dit materiaal mag zonder schriftelijke toestemming van de uitgever gereproduceerd of doorgegeven worden, in welke vorm of door welke middelen dan ook, zij het elektronisch of mechanisch, inclusieve door fotokopieren, opnemen, of door het een of ander systeem om informatie op te slaan en terug te vinden.
Wettelijke begrenzing voor het kopieren.
• Het kan verboden zijn copyright materiaal zonder toestemming van de bezitter van het copyright te kopieren.
• Het is onder alle omstandigheden verboden eigen of vreemde bankbiljetten te kopieren.
• Het kopieren van andere voorwerpen kan verboden zijn.
A.u.b. eerst de instructieaanleiding lezen, voordat U de kopieerapparaat gebruikt. Het in de daarvoor
bestemde plaats bewaren om het gemakkelijk te kunnen raadplegen.
De gedeeltes van dit handboek en de onderdelen van de kopieerapparaat die met symbolen voorzien zijn, zijn veiligheidswaarschuwingen om de gebruiker, andere personen en voorwerpen in de omgeving te beschermen en om het juiste en veilige gebruik der kopieerapparaat zeker te stellen. De symbolen en hun betekenis zijn hier beneden aagegeven.
GEVAAR: Betekent dat zware verwondingen of zelfs de dood gevolg zijn kunnen van onvoldoende
voorzicht of onjuist gebruik der betreffende onderdelen.
WAARSCHUWING: » Betekent dat zware verwondingen of zelfs de dood gevolg zijn kunnen van
onvoldoende voorzicht of onjuist gebruik der betreffende onderdelen.
ATTENTIE : Betekent dat persoonlijke verwondingen of mechanische beschadiging gevolg zijn kunnen
van onvoldoende voorzicht of onjuist gebruik der betreffende onderdelen.
Symbolen
Het m symbol betekent dat er in de betreffende afdeling veiligheids waarschuwingen zijn. Specifieke tekens waar opgelet moet worden, zijn in het symbol aangegeven.
.................... [Algemene waarschuwing]
.................... [ Waarschuwing voor een elektrische schok]
.................... [ Waarschuwing voor hoge temperaturen]
The symbol betekent dat de betreffende afdeling informaties over niet toegestane handelingen tot inhoud heeft. Details over de verbodene handeling zijn in het symbol aangegeven.
.................... [Waarschuwing voor een niet toegestane handeling]
.................... [ Verboden te demonteren]
Het symbol betekent dat de betreffende afdeling informaties over niet toegestane handelingen tot inhoud heeft. Details over de verbodene handeling zijn in het symbol aangegeven.
.................... [Teken voor een nodige handeling]
.................... [ De stekker uit het kontakt nemen]
.................... [ Het kopieerapparaat altijd met een geaard stopkontakt verbinden]
a.u.b kontakt op met uw service vertegenwoordiger kontakt opnemen om een nieuwe instructieaanleiding te bestellen als de veiligheidswaarschuwingen in het handboek onleesbaar zijn of als het ontbreekt. ( de onkosten worden verrekend).

INHOUD

BELANGRIJK! EERST LEZEN A.U.B ..................................
VEILIGHEIDS SETIKETTEN
VEILIGHEIDSVOORZIENINGEN VOOR DE INSTALLATIE
VOORZICHTSVOORZIENINGEN VOOR HET GEBRUIK
HET VOLLE GEBRUIK VAN DE GEAVANCEERDE FUNCTIES VAN
HET APPARAAT .......................................................................................
......................................................
.......
.......... 4
NAMEN DER ONDERDELEN ................................................
(1) Hoofdgedeelte .............................................................................. 8
(2) Operatiepaneel ........................................................................... 10
(3) Oorspronkelijk beeldscherm op het toetsenpaneel .................... 11
(4) Opties ......................................................................................... 12
Finisher .................................................................................. 12
Zijdek ..................................................................................... 13
VOORBEREIDINGEN .............................................................
1. Papier laden ................................................................................. 14
(1) Hoe het kopieerpapier geladen moet worden ......................... 14
1 Papier in de laden leggen .................................................. 14
2 Papier in de voorkant laden ............................................... 15
3 Papier op de stapeldrager laden ........................................ 15
4 Papier in het zijdek laden (optie) ........................................ 16
2. Originelen plaatsen ...................................................................... 17
1 Waarvoor is de DF? ................................................................ 17
2 Originelen die in de DF geplaatst kunnen worden… ............. 17
3 Voorzichtsmaatregelen wanneer de DF gebruikt wordt … ...... 17
4 Originelen in de DF plaatsen .................................................. 17
5 Auto selectie modus ................................................................ 18
6 Originelen op de plaat leggen ................................................. 18
3. Toner toevoegen ........................................................................... 18
BASIS VERRICHTINGEN .......................................................
2 Het wachtwoord veranderen .................................................. 36
2
3
5
3 Data van een virtuele mailbox uitwissen ................................ 36
EXTRA-UITRUSTING: OPTIES ..............................................
(1) Finisher ....................................................................................... 37
1 De gewenste modus kiezen ................................................... 37
2 In de modus sorteren kopieren .............................................. 38
3 In de modus groeperen kopieren ........................................... 38
4 In de modus sorteren-hechten ............................................... 39
5 In de modus gaten ponsen kopieren ..................................... 40
6 In de modus niet-sorteren kopieren ....................................... 41
7 Modus stapelen ..................................................................... 41
8 Mogelijke capaciteit van de dragers voor de modi sorteren
en niet sorteren ...................................................................... 41
9 Hechtblok ............................................................................... 42
0 Het hechtblok navullen........................................................... 42
! Nieten wegruimen .................................................................. 44
@ Afval van het gaten ponsen ................................................... 45
(2) Brochure hechter ........................................................................ 46
(3) Zijdek .......................................................................................... 47
(4) Telsleutel ..................................................................................... 47
(5) Mailbox ........................................................................................ 48
(6) Drukken/Scannen System .......................................................... 48
(7) Tandem Board ............................................................................. 48
STORINGEN OPHEFFEN ......................................................
1. Berichten gedurende het kopieren ............................................... 49
2. Het tonerafval vat ......................................................................... 51
3. Als het papier verkeerd toegevoerd wordt .................................... 52
(1) Indicatoren voor deplaats waar het papier verkeerd toegevoerd
wordt ....................................................................................... 52
(2) Veiligheidsmaatregelen ........................................................... 52
(3) Verwijderingsprocedures ......................................................... 53
4. Het kopieerapparaat reinigen ....................................................... 65
(1) Basis kopieer procedure ............................................................. 20
(2) Vergroten/Krimpen ..................................................................... 22
1 Auto magnificate selectie modus........................................... 22
2 Zoom kopieer modus ............................................................ 22
3 Standaard zoom modus ........................................................ 23
4 Vaste grootte zoom modus .................................................... 23
(3) Twee-zijdig kopieren vanaf verschillende originelen
[Twee-zijdige kopieer modus] ..................................................... 24
Twee-zijdig kopieren vanaf dubbelzijdige originelen ............... 24
Twee-zijdig kopieren van twee-zijdige (open) originelen ........ 24
Twee-zijdig kopieren van een-zijdige originelen ..................... 24
(4) Kopie roteren .............................................................................. 25
(5) Energie sparende (automatisch warmlopen) functie ................. 25
(6) Funktie voor automatisch afzetten ............................................. 26
ANDERE PRAKTISCHE FUNKTIES......................................
(1) Een brochure maken (blad originelen) [Brochure kopieren]........ 27
(2) Automatisch sorteren [Sorteren-kopieren] .................................. 28
(3) Geheugen voor vaak gebruikte regelingen [Programma modus]29
1 Verschillende regelingen als een programma registreren ...... 29
2 Met een registreerd programma kopieren............................. 29
GEAVANCEERDE KOPIEER MODI .......................................
(1)
Verschillende originelen in een stapel kopieren [functie Job Bouwen] ..
1 Uit het geheugen van de DF of van de plaat kopieren.......... 31
Groot aantal originelen. ...................................................... 31
Gelijke kopieer grootte [Automatische grootte] .................. 31
Voortdurend hand scannen [Grootte kiezen] ..................... 31
31
SPECIFICATIES .....................................................................
Specificaties ..................................................................................... 67
Veiligeheid van de laser ................................................................... 68
DOCUMENT MANAGEMENT FUNCTIES ............................
(1) Herhaald kopieren ....................................................................... 34
(2) Virtuele mailboxen ...................................................................... 34
1 Alle originelen van een virtuele mailbox drukken ................... 35
1

BELANGRIJK! EERST LEZN A.U.B.

VEILIGHEIDS ETIKETTEN

Er zijn op het kopieerapparaat op de volgende plaatsen veiligheidsetiketten aangebracht voor het veilig gebruik. GOED OPPASSEN vanwege brandgevaar en elektrische schoks als U een papieropstopping verwijdert of de toner wisselt.
Etiket 2
Hoge temperatuur hierbinnen. Geen onderdelen in dit gedeelte aanraken, want er is een gevaar dat U zich
verbrandt. .............................................
Etiket 3
Hoge temperatuur hierbinnen. Geen onderdelen in dit gedeelte aanraken, want er is een gevaar dat U zich
verbrandt. .............................................
Etiket 1
Hoge spanning hierbinnen. Dit gedeelte NOOIT aanraken, aangezien het gevaar
van een elektrische schok bestaat. ......
OPMERKING: DEZE ETIKETTEN NIET VERWIJDEREN.
2

VEILIGHEIDSVOORZIENINGEN

Omgeving
ATTENTIE
• Vermijden, het kopieerapparaat op of in plaatsen die oneven of onstabiel zijn neer te zetten. Het zou kunnen dat het dan omvalt of naar beneden valt. Deze situatie brengt het gevaar dat iemand verwond wordt of dat het
apparaat kapot gaat. ...................................................
• Plaatsen met vochtigheid of vuil en stof vermijden. Als er stof of vuil aan de stekker komt, de stekker schoonmaken om het gevaar van een elektrische schok
of brand te vermijden. .................................................
• Om het brandgevaar te ontgaan, plaatsen in de buurt van radiators, verwarmingen of andere warmtebronnen of plaatsen in de buurt van ontbrandbare voorwerpen,
vermijden. ...................................................................
• Om het kopieerapparaat koel te houden en de onderdelen gemakkelijk vervangen te kunnen, genoeg plaats laten, zoals verder aangegeven. Voldoende plaats laten, vooral aan de linker kant, zodat het kopieerapparaat goed geventileerd kan
worden. ......................................................................
Stroomaansluiting/ het kopieerapparaat aarden
WAARSCHUWING
• NIET een stroomaansluiting met een ander dan de
aangegeven spanning gebruiken. Niet meerdere stekkers in dezelfde doos gebruiken. Deze situaties
bergen gevaar van brand of een elektrische schok. ...
• De kabel met de stekker volledig in de kontaktdoos
steken. Als voorwerpen uit metaal met de tanden van de stekker in kontakt raken, kan dit brand of een
elektrische schok veroorzaken. ...................................
• Het kopieerapparaat altijd met een geaarde kontaktdoos
verbinden om het gevaar van een brand of een elektrische schok in geval van een kortsluiting te vermijden. Als er geen geaard kontakt is, Uw service
vertegenwoordiger kontakteren...................................
Andere Veiligheidsmaatregelen
• De stekker met de kontaktdoos, die het dichtste bij het
kopieerapparaat is, verbinden.
Omgang met plastkzakken
WAARSCHUWING
• De plastikzakken die met het apparaat gebruikt worden,
van kinderen weg houden. Het plastik kan aan hun neus
blijven kleven en verstikken veroorzaken. ...................
Links
Voorkant
• Altijd de stoppers gebruiken om het kopieerapparaat te stabiliseren, zodra het op de juiste plaats staat, zodat het niet bewegen of omvallen kan en daardoor iemand
zou verwonden............................................................
Andere veiligheidmaatregelen
• Ongunstige omgeving kan het veilig functioneren en hanteren van het kopieerapparaat verhinderen. In een lokaal met airconditioning (aanbevolen temperatuur: ongeveer 20 o, luchtvochtigheid ca 65 % RH) neerzetten en de volgende plaasten vermijden, als een plaats voor het kopieerapparaat gekozen wordt. . Plaatsen in de buurt van een raam of met direkt zonlicht
vermijden. . Plaatsen met vibraties vermijden. . Plaatsen met sterke temperatuurfluctuaties vermijden. . Plaatsen met een direkt invloed van hete of koude lucht
vermijden. . Slecht geluchte plaatsen vermijden.
Achterkant
Rechts
3

VEILIGHEIDS VOORZIENINGEN BIJ HET GEBRUIK

Veiligheidsvoorzieningen wanneer het kopieerapparaat in gebruik is
WAARSCHUWING
• NIET voorwerpen uit metaal of met water
(bloemenvazen, bloempotten, glazen enz) op of naast het kopieerapparaat neerzetten. Dit soort situatie bergt het gevaar van BRAND of een elektrische schok als ze
er in zouden vallen. .....................................................
• GEEN afdekking van het kopieerapparaat verwijderen,
aangezien er door de onderedelen met hoge spanning in het apparaat het gevaar van een elektrische schok
bestaat. .......................................................................
• NIET de kabel beschadigen, breken of proberen te
repareren. GEEN zware voorwerpen op het kabel zetten, er niet aan trekken, het niet onnodig buigen , of op andere manier beschadigen. Dit soort situaties bergen het gevaar van brand of een
elektrische schok. .......................................................
• NOOIT proberen het kopieerapparaat te repareren of
uitelkaar te nemen want dit bergt het gevaar van brand, een elektrische schok of beschadiging van de laser. Als de laserstraal ontsnapt, is er een gevaar dat iemand
blind wordt. ..................................................................
• Als het kopieerapparaat extreem warm wordt, er rook
uit het kopieerapparaat komt, er een eigenaardige geur is of wat dan ook voor andere abnormale situatie plaats vindt, bestaat er een gevaar van brand of van een elektrische schok. De hoofdschakelaar onmiddelijk op OFF (O) zetten, de stekker uit het kontakt verwijderen
en Uw service vertegenwoordigen kontakteren. .........
• Als er iets schadelijks (papierclips, water, ondere
vloeistoffen enz) in het kopieerapparaat, vallen, de hoofdschakelaar onmiddelijk op OFF (O) zetten. Daarna de stekker uit het kontakt nemen om het gevaar van brand of een elektrische schok te vermijden. Dan Uw
service vertegenwoordiger kontakteren. . ...................
NIET de stekker met natte handen uittrekken of insteken,
want dat bergt het gevaar van een elektrische schok. .....
• ALTIJD uw service vertegenwoordiger kontakteren voor
onderhoud of reparatie van de onderdelen. ................
ATTENTIE
• NIET aan de stroomkabel trekken als U het uit het
kontakt haalt. Als er aan de stroomkabel getrokken wordt, kunnen de draden breken en er is brandgevaar of gevaar van een elektrische schok. ALTIJD de stekker vast pakken om de kabel uit het kontakt te trekken). ..
• ALTIJD de stekker uit het kontakt nemen als het
kopieerapparaat verplaatst wordt. Als de kabel beschadigd is, bestaat er een gevaar van brand of een
elektrische schok. .......................................................
• Als het kopieerapparaat voor korte tijd niet in gebruik is
(gedurende de nacht enz) de hoofdschakelaar op OFF (O). zetten. Als het kopieerapparaat voor langere tijd niet genruikt wordt, als veiligheidsmaatregel de stekker uit het kontakt
trekken voor die tijd .....................................................
• ALTIJD alleen de aangegeven onderdelen vasthouden
als het kopieerapparaat opgetild of verplaatst wordt. .
Als veiligheidsmaatregel, ALTIJD de stekker uit het
kontakt nemen als het apparaat gereinigd wordt. .........
• Als er stof in het kopieerapparaat komt bestaat er
brandgevaar of ander gevaar. Daarom wordt aanbevolen met Uw service vertegenwoordiger te bespreken hoe de onderedelen gereinigd moeten worden. Dit is vooral een voordeel voor periodes met een hoge luchtvochtigheid. Met Uw service vertegenwoordiger de kosten voor het reinigen van de onderdelen van het
kopieerapparaat bespreken. .......................................
• De DF NIET openlaten, want er is een gevaar dat er
iemand door verwond kan worden. .............................
Andere veiligheidsmaatregelen
• GEEN zware voorwerpen op het kopieerapparaat plaatsen of andere beschadigingen veroorzaken.
• Gedurende het kopieren NIET de afdekking aan de voorkant openen, de hoofdschakelaar afzetten of de stekker uittrekken.
• Gedurende het kopieren wordt ozon uitgelaten, maar niet in een hoeveelheid die de gezondheid kan storen. Als darentegen het kopieerapparaat lange tijd in een slecht gelucht lokaal gebruikt wordt, of als er een groot aantal kopien gemaakt wordt, kan de geur onaangenaam worden. Om de juiste omgeving voor kopieerwerk te garanderen, wordt aanbevolen het lokaal voldoende te luchten.
• Als het kopieerapparaat opgetild of verplaatst moet worden, Uw service vertegewoordiger kontakteren.
• Geen elektrische onderdelen zoals connectoren of gedrukte stroomkringplaten aanraken. Deze kunnen door statische elektriciteit beschadigd worden.
• NIET proberen operaties die niet in dit handboek beschreven zijn te verrichten.
• WAARSCHUWING: Het gebruik van andere bedieningselementen of regelingen of verrichtingen als die, die hier beschreven zijn, kan tot gevolg hebben dat U een gevaarlijke stralingsdosis krijgt.
Veiligheidsmaatregelen met de
accessoires
ATTENTIE
• Inademen, innemen, kontakt met de huid of de ogen vermijden. Als het ingenomen wordt, de inhoud van de maag grondig verdunnen met water en medische behandeling halen. Bij kontakt met de huid met zeep en water wassen. Bij kontakt met de ogen, grondig met water spoelen en een medische behandeling
ondergaan. ..................................................................
• Langdurig inademen van te veel stof kan de longen beschadigen. Als dit produkt op de juiste manier gebruikt wordt, bestaat er geen gevaar dat er te veel
stof ingeademd wordt. .................................................
• Weg houden van kinderen. .........................................
• De toner en het tonervat niet verbranden. U kunt door
gevaarlijke vonken verbrandingen oplopen. ................
Andere veiligheidsmaatregelen
• Altijd de veiligheidsinstrukties lezen die bij de doos gelegd zijn of op de container gedrukt zijn, als U met de accessoires omgaat.
• De toner of de tonervaten in overeenkomst met de statelijke of lokale regelingen en wetten weggooien.
• Accessoires in een koele donkere plaats bewaren.
• Als het kopieerapparaat voor lange tijd niet gebruikt wordt, het papier uit de bak nemen, en het in de oorspronkelijke verpakking terugdoen en dichtkleven.
4

VOL GEBRUIK MAKEN VAN DE GEAVANCEERDE FUNCTIES VAN HET APPARAAT

Een afbeelding voor overlappende
1
vormen registreren
Vaak gebruikte formulieren enz. opslaan.
4
< Gemeenzame data box >
Kopieertijd minimaal houden < Herhaald
2
kopieren > (pagina 34)
Meervoudige sets van originelen voor
56
het drukken kiezen < Synergy drukken boxes >
Data uit de computer opslaan < Snel
3
kopieren >
* Het kopieerapparaat moet de optie
drukken/scannen uitgerust zijn.
Data van verschillende computers opslaan. < Virtuele mailboxen > (pagina 34) * Het kopieerapparaat moet met
Drukken/Scannen (optie) uitgerust zijn.
Vergroten/Krimpen Een randafstand in de kopien maken
7
Paginanummers op de kopien drukken
10
< Functie paginanummers drukken >
Op de voor- en achterkant van het
8
kopieerpapier vanaf verschillende originelen kopieren. < Twee- zijdige kopieer modus > (pagina 24)
Elke kant van tweezijdige (open)
11
originelen op aparte bladzijden kopieren < modus paginas apart >
9
voor het binden enz. < Randafstand modus >
De randen rond om kopien van boeken
12
enz uitwissen.< Modus Randen uitwissen >
Bladzijden tussen de kopien voegen
13
< Modus bladzij kopieren >
5
Materiaal met transparenten maken.
14
< Presentatiemodus >
Het papier als achterkant tussen
15
transparenten voegen < Modus transparenten + achterkant >
VOL GEBRUIK MAKEN VAN DE GEAVANCEERDE FUNCTIES VAN HET APPARAAT
Afbeeldingen overlappen < Modus
16
vormen overlappen >
Een brochure met tweezijdige (open)
19
originelen) < Brochure+ dekbladkopieer modus > (pagina 27)
Afbeeldingen van twee of vier
17
originelen op een enkel blad kopieren. < Gekombineerde kopieer modus >
Kopieren en als brochure binden
20
(bladzij originelen) < Modus hechten > * Het kopieerapparaat moet met de
optie brochure hechter uitgerust zijn.
Een brochure maken. (Bladzij
18
originelen) < Modus brochure kopieren > (pagina 27)
Automatisch sorteren < Modus
21
kopieren-sorteren > (pagina 28)
De richting van der kopieerbeeld
22
veranderen om gemakkelijker te sorteren < dus roteren-sorteren kopieren > (pagina 28)
Vaak gebruikte regelingen in het
25
geheugen opslaan < Programma modus >
Zwart-wit omkeren < Modus
23
omgekeerd kopieren >
Verschillende originelen in een stapel
26
kopieren < Functie Job bouwen > (pagina 31)
Spiegelbeeld kopien maken
24
< Spiegelbeeld modus >
Originelen van verschillende grootte
27
tegelijkertijd plaatsen < Auto selectie >
Codes gebruiken om het aantal kopien
28
van elk departement te beheren < Kopieer management modus >
De hoofschakelaar automatisch ON/
29
OFF schakelen < Wekelijkse timer >
De taal op het toetsenpaneel
30
veranderen < Taal van het toetsen paneel kiezen >
6
VOL GEBRUIK MAKEN VAN DE GEAVANCEERDE FUNCTIES VAN HET APPARAAT
Een heel sortiment extra-uitrusting kan
31
besteld worden.
Finisher (pagina 37)
Side Deck (pagina 47) Key Counter (pagina 47) Print/Scan System (pagina 48)
Booklet Stitcher (pagina 46) Mailbox (pagina 48)
Tandem Board (pagina 48)
7

NAMEN DER ONDERDELEN

NAMEN DER ONDERDELEN
8
(1) Hoofdgedeelte
1 Afdekking voorkant 2 Operatiepaneel 3 Lijnen voor het aantonen van de grootte van de originelen
(Als een origineel op de plaat gelegd wordt, op de juiste lijnen richten.)
4 Plaat 5 Afdekking aan de rechter kant van het operatiepaneel.
(Deze afdekking openen als er toner toegevoegd wordt.)
6 Drager voor de originelen
(Al naar land of gebiet waar U het kopieerapparaat gekocht heeft, kan dit onderdeel ontbreken.)
7 Afdekking rechts boven
(Deze afdekking openen als het papier verkeerd getransporteerd wordt.)
8 Afdekking rechts beneden
(Deze afdekking openen als het papier verkeerd getransporteerd wordt.)
9 Afdekking voorkant
(Inhoud tot 3,000 bladeren standaard [75 g/m2 of 80 g/m2] papier.)
0 Lade 1
(Inhoud tot 500 bladeren standaard [75 g/m2 of 80 g/m2] papier.)
! Lade 2
(Inhoud tot 500 bladeren standaard [75 g/m2 orf80 g/m2] papier.)
@ Papierleiding voor de breedte # Papierleiding lengte $ Stapeldrager
(Het papier hier neerleggen als op klein of speciaal papier gekopieerd wordt.)
% Ondersteuning ^ Inlaatleidingen
& Knop voor de papiertransport afdeling
(Deze knop draaien om verkeerd ingelaten papier in de papiertransport afdeling te verwijderen.)
* Papiertransport afdeling ( Onttgrendelingshendel.
(Deze hendel hanteren als het papier verkeerd ingetrokken wordt in de papiertransport afdeling.)
) FixeerblokKnop van het fixeerblok
(Deze knop draaien om het papier dat verkeerd in het fixeerblok, komt te verwijderen.)
¤ Totaal tellers
(De bovenste regel toont het aantal originelen dat gescand is, de onderste het aantal gemaakte kopien .)
Bak voor instructieaanleiding
(De instructieaanleiding hierin bewaren.)
NAMEN DER ONDERDELEN
DF (Document Feeder)
(Laat de originelen automatisch in en scant ze, een na de ander, om te kopieren .)
· Originelendrager
(De originelen die U kopieren wilt, op deze drager leggen. )
Originelen inlaatleiding
(Deze leidingen richten zodat ze op de breedte van de originelen in de DF passen.)
Œ Indicator voor het regelen van de originelen
(Toont de status van de originelen in de DF.) Groen licht: De originelen liggen juist. Op de Start knop drukken om met het kopieren te beginnen. Groen knipperlicht: De originelen liggen niet juist. Ze opnieuw in de Df leggen. Rood knipperlicht: Een origineel is verkeerd ingelaten. (Op pagina 10 na zien en de verkeerd ingelaten originelen verwijderen. )
DF Open/Dicht hendel
(Deze hendel vasthouden om de DF open of dicht te doen.)
´ Opvanger voor de originelen
(Gekopieerde originelen worden hier bewaard.)
Originelen omkeerafdekking
(Deze afdekking openen als een origineel verkeerd in de DF komt.)
ˇ Originelen uitwerpleiding
(Deze leiding openen als originelen van 8-1/2" x 14" [A4] of groter gekopieerd worden.)
Duplex blok
(In dit blok wordt het papier omgedraait als er op beide kanten gekopieerd wordt.)
Á Afdeling voor het opnieuw inlaten Á Duplex afdekking
(Deze afdekking openen als het papier verkeerd in het duplex blok getransporteerd wordt)
Transporthendels
(Deze hendels hanteren om het apparaat te verplaatsen. Er zijn in het geheel vier transport heldels. )
Papier uitwerpafdekkking
(Deze afdekking openen bij verkeerd transport in het fixeerblok of in de uitwerpafdeling.)
Hoofdschakelaar
(Deze schakelaar op ON ( | ) zetten voor het kopieren .)
Afdekking van het tonerafval vat
(Deze afdekking openen om het tonerafval vat te vervangen.)
Tonerafval vat
9
NAMEN DER ONDERDELEN
(2) Operatiepanee
1 Ponstoets / Pons modus indicatoren
(Voor gaten met de Finisher, op deze toets drukken tot de juiste indicator verlicht is. Pagina 37.)
2 Hecht-Sorteer toets / Hecht-Sorteer modus indicatoren
(Voor kopien met de optie Finisher, op deze toets drukken totdat de indicator die de gewenste hecht manier aantoont verlicht is. Zie pagina
37.)
3 Sorteren-Groeperen toets / Sorteren-Grouperen indicators
(Om de kopien te sorteren of te groeperen, op deze toets drukken tot de indicator die met de gewenste manier overeenstemt verlicht is. Paginas 37 en 46 nazien.)
4 Helderheid bedieningsschijf
(Deze schijf draaien om de verlichting van het toetsenpaneel te regelen [vloeibaar cristal display].)
5 Job Bouw toets
(Deze toets drukken voor toegang tot de job bouw functies van dit kopieerapparaat. Pagina 31.)
6 Doc. Mgmt. toets
(Op deze toets drukken voor toegang tot de document management functies van dit kopieerapparaat.)
7 Programma toets
(Op deze toets drukken om als een enkel programma te registreren.)
8 Kopieerapparaat/Drukker/Scanner toets
(Op deze toets drukken om de optionele functies voor de drukker of de scanner te gebruiken.)
9 Manueel toets en indicator
(Op deze toets drukken om de indicator te verlichten, wanneer de grootte van de kopieerpapier of de vergroting ratio met de hand en niet automatisch gekozen moet worden.)
0 Job toevoegen toets en indicator
(Op deze toets drukken om de indicator te verlichten, als U de job reservatie functies van het kopieerapparaat gebruiken wilt.)
! Toetsenpaneel
(Toont informaties zoals het aantal kopien, status van het apparaat, verrichtingen, enz. Door zachtjes drukken op de getoonde toetsen, kan het gewenste item gekozen worden, de regeling, de functie enz. Niet op het paneel drukken met houten, metaal of andere harde voorwerpen en er geen puntige voorwerpen in prikken. In dit handboek worden de toetsen met aanhalingstekens aangeven.)
@ Nummertoetsen
(Op deze toetsen drukken, om het aantal kopien dat gemaakt moet worden aan te geven, of om een gewenst getal aan te geven.)
# Herstel toets (Zie “Initial mode” rechts.) $ Stop/Wissen toets
(Op deze toets drukken om het kopieren te stoppen, of om het aantal kopien te veranderen.)
% Start toets en indicator
(Op deze toets drukken, als de indicator groen verlicht is om met kopieren te beginnen.)
^ Testkopie toets en indicator
(Op deze toets drukken om de indicator te verlichten, als U een testkopie wilt maken.)
& Energiespaar toets en indicator
(Deze toets om de indicator te verlichten, voor de energiesparende warmloopfunctie. Pagina 25.)
* Onderbreking toets en indicator
(Deze toets om de indicator te verlichten, als U de functie kopieren onderbreken wilt gebruiken.)
( Data / Storing indicator
(Deze indicator knippert en is dan voortdurend verlicht, als data uit Uw computer ontvangen wordt. Hij knippert en is dan rood verlicht, als er een storing voorkomt tijdens de controle enz.)
Oorspronkelijke modus (Aan het einde van het warmlopen of na drukken van de herstel toets.)
In de oorspronkelijke modus wordt de kopieer methode automatisch op “auto papier selection mode” met kopieren in 100 % vergroting ( dezelfde grootte) op papier van dezelfde grootte als het origineel, het aantal kopien is op “1” geregeld en de belichting voor de kopie staat op “manual exposure mode”.
* Het is mogelijk de standaard regeling van de oorspronkelijke modus
in “auto exposure mode” te veranderen.
* Het is ook mogelijk de standaard regeling zo te veranderen, dat U de
grootte van het kopieerpapier met de hand kunt bepalen.
Auto clear functie
Ongeveer 90 sekonden na het einde van het kopieren, keert het kopieerapparaat automatisch tot de zelfde regelingen als die na het warmlopen terug. (Echters, de belichtings modus voor de kopien verandert niet) Er kan meerdere keren met dezelfde kopieer modus, aantal kopien, en belichting gekopieerd worden, zolang er weer opnieuw gekopieerd wordt voodat de auto clear functie begint.
Functie automatisch lade wisselen
Als twee laden papier in dezelfde grootte als inhoud hebben, wordt met deze functie automatisch uit de tweede lade het papier genomen, wanneer het in de eerste lade op raakt.
* De automatisch lade wisselen functie kan gedeaktiveert worden.
10
○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○
NAMEN DER ONDERDELEN
(3) Oorspronkelijk beeldscherm op het toetsenpaneel
1 “BASIS” TOETS
(Op deze toets drukken, als U tot het oorspronkelijke beeldscherm wilt terugkeren..)
2 “ZOOM” TOETS
(Op deze toets drukken, om het ratio van de vergroting te veranderen. Zie pagina 22.)
3 “FUNCTIE” toets
(Op deze toets drukken, als U de kopieer functie wult kiezen. Het beeldscherm om de functies te kiezen verschijnt.)
4 “SPECIAAL” [Management modus] toets
(Op deze toets drukken, als U de taal op het toetsenpaneel wilt veranderen, of de wekelijkse timer enz. wilt veranderen. Het beeldscherm om het management te kiezen verschijnt.)
5 Berichten display
(Toont berichten over het hanteren van het apparaat, en toont indicaties over de status van het apparaat.)
6 Aantal kopien display
(Toont, bij het starten en bij het einde van het kopieren het aantal kopien dat gemaakt moet worden. Gedurende het kopieren ,toont dit het aantal kopien dat gemaakt is, en daarboven het aantal kopien dat gemaakt moet worden.)
7 Kopien vergroting ratio display
(Toont het gekozen vergrotings ratio.)
8 Kopien kwaliteit modus selectie toetsen
(Of op de “GEKOMBINEERD” (tekst en fotos), “TEKST” of op “FOTO” toets drukken om de modus die met de gebruikte originelen overeenstemt te kiezen. De verlichte toets toont de aktuele gekozen modus. Zie pagina 21.)
9 Kopie belichting schaal scale
(Verschijnt in de manuele belichtings modus. Het rol-feld in de belichtingsschaal naar rechts schuiven, om donkere kopien de maken en naar links om lichtere kopien te maken. Het totale aantal belichtings nuancen kan op 7 of 13 geregeld worden.)
0 Kopie belichtings aanpassing toetsen
(Op de juiste toets drukken, als U de belichting automatisch aangepast wilt hebben. Op de toets “LICHTER” drukken om de belichting lichter te maken en op “DONKERDER” om hem donkerder te maken.)
! “AUTO” [AUTO/MANUEEL BELICHTEN MODUS SELECTIE]
TOETS
(Op deze toets drukken om van de auto belichtings modus naar de manuele belichtingsmodus en omgekeerd te wisselen. Als de toets verlicht is, is de automatische belichtings modus gekozen. Als de manuele modus gekozen is, wordt de belichtings schaal getoond.)
@ “ECO” TOETS
(Op deze toets drukken om hem te verlichten, als U de toner spaar modus wilt hebben. In deze modus wordt er minder belicht en er wordt minder toner verbruikt. Deze modus gebruiken voor testdrukken enz. als er geen bezonder goede kwaliteit van nodig is. Om te bepalen, of U deze toets aangetoond wilt hebben, zie “3 Toner spaar modus”.)
# Stapeldrager toets
(Op deze toets drukken, als U papier dat op het stapeldrager ligt, wilt kopieren.)
$ Papiergrootte toets
(Toont de grootte van het papier, dat in elke lade ligt. Om de lade te kiezen waaruit het papier kommen moet, op de juiste toets drukken om hem te verlichten.)
% “DUPLEX” toets
(Op deze toets drukken om kopieren op beide kanten te regelen. Het beeldscherm om het kopieren op beide papierkanten te regelen verschijnt.
^ Papiergrootte toets
(Deze toets wordt alleen getoond, als het kopieerapparaat met de optionele zijkant uitgerust is.)
& Kopieertijd display
(Toont de tijd die vergaat tussen het begin en het einde van elke kopieerjob.)
11
NAMEN DER ONDERDELEN
(4) Optionele items

Finisher 1 Sorteerdrager

(Als U sorteer-kopieert of groepeer-kopieert, worden de kopien op deze drager uitgeworpen. De sorteeerdrager gaat automatisch naar beneden als het aantal kopien groter wordt en naar boven als er maar weinig kopien gemaakt worden.)
2 Niet-sorteren drager
(Als U in de niet-sorteren modus kopieert, worden de kopien op deze niet -sorterendrager uitgeworpen. Het maximale aantal kopien dat op deze drager bewaard kan worden, hangt van de grootte van het gebruikte kopieerpapier af. Zie pagina 41.)
3 Finisher ontgrendelingsknop
(Deze knop hanteren, als U de Finisher van het kopieerapparaat wilt ontgrendelen.)
4 Afdekking voorkant
(Deze afdekking openen, als het papier in de Finisher verkeerd getransporteerd wordt of om de nieten in de nieten houdersop te vullen.)
5 Afdekking voorkant hendel
(Deze hendel hanteren om de afdekking voorkant te openen.)
6 Afdekking bovenkant
(Deze afdekkeing openen als het papier verkeerd getransporteerd wordt tijdens het uitwerpen op de niet-sorteren drager.)
7 Afvalvat voor de gatenponser
(Het afval van de gatenponser wordt hier verzameld.)
8 Afvalvat voor de gatenponser knoppen
(Deze knoppen hanteren om het afvalvat van de gatenponser te verwijderen.)
9 Interne drager 0 Hendel interne drager
(Deze hendel hanteren, om het Interne drager eruit te trekken als het papier verkeerd getransporteerd wordt of er een ander probleem komt.)
! Transporteerknop
(Deze knop hanteren, als het papier wordt tussen de interne drager en de sorteer-drager verkeerd getransporteerd.)
@ Transporteerleidingshendel A
(Deze hendel gebruiken, als het papier verkeerd getransporteerd wordt.)
# Transporteerleidingshendel B
(Deze hendel gebruiken, als het papier verkeerd getransporteerd wordt.)
$ Hechtblok hendel
(Deze hendel hanteren om het hechtblok te verwijderen.)
% Hechtblok ontgrendelingshendel
(Deze hendel hanteren om de nietenhouder te verwijderen.)
^ Nietenhouder
(Nieten hier in doen.)
12
NAMEN DER ONDERDELEN

Zijdek

& Afdekking bovenkant * Rechter afdekking
(Deze afdekking openen om papier in het zijdek te laden.)
( Papierdrager naar boven/beneden (voor de rechter kant)
(Deze schakelaar naar beneden houden om het papier in het zijdek naar boven of naar beneden te laten schuiven. Als de afdekking bovenkant of de zijkantafdekking open is, beweegt de papierdrager niet, zelfs als U op deze schakelaar drukt.)
) Papierdrager naar boven/naar beneden schakelaar (voor de afdekking bovenkant)
(Deze schakelaar naar beneden houden, om het papier in het zijdek naar boven of naar beneden te laten schuiven. Een keer drukken om het papier op een niveau van 1000 bladeren te leggen. De schakelaar naar beneden houden om op een niveau voor 4000 bladeren te komen. Als de rechter afdekking open is, beweegt de papierdrager niet, zelfs als er op deze schakelaar gedrukt wordt.)
Ontgrendelingsknop Zijdek
(Deze knop naar beneden houden, om het zijdek van het kopieerapparaat te ontgrendelen.)
¤ Papier plaat
13

VOORBEREIDUNG

VOORBEREIDING
1. Papier opladen
INFORMATIE
Na het wegnemen van een papierstapel uit de oorspronkelijke verpakking, de stapel een paar keer heen en weer waaien voordat U het in de laden, of op de dragers legt.
(1) Het kopieerpapier opladen
Het papier kan in vier verschillende plaatsen geladen worden: de voorkant, in de beide laden en op de stapeldrager.
1Papier in de laden leggen
Elke lade kan tot 500 blad papier, standaard 75 g/m of gekleurd papier, standaard (75 g/ m2 of 80 g/m2) opnemen. (Inch versie) * Elke lade kan zo geregeld worden, dat hij papier in de grootten tussen 5-1/2" x 8-1/
2" en 11" x 17" opneemt. (Metrische versie) * Elke lade kan zo geregeld worden, dat hij papier in de grootten tussen A5R en A3
opneemt.
1. De gewenste lade zover als het gaat naar U toe trekken.
* GEEN andere lade of drager tegelijkertijd eruittrekken.
2. Op de knop voor de papierleiding in de lengte drukken en de papierleider richten
zodat hij op het papier dat in de lade gelegd wordt, gericht is.
3. Op de knop voor de nauwste breedte van het papier drukken en de papierleider
richten tot op de breedte van het papier dat in die lade gelegd wordt.
4. Het papier eerst tegen de rechter kant van de lade leggen en dan loslaten, zodat
het op de bodem van de lade ligt.
BELANGRIJK
• De klever1in de lade geeft aan, hoe hoog het papier geladen kan worden. Niet
boven de grens op de klever gaan.
• Als het papier in de lade gelegd wordt, moet de kant waarop gekopieerd moet
worden, naar beneden liggen. (In de oorspronkelijke verpakking ligt het papier
meestal met deze kant naar boven).
• Verzekeren, dat de papierleider voor de lengte precies op de rand van het papier
gericht is. De leider nog eens aanpassen als er een opening is tussen de
papierstapel en de leider is.
5. Het etiket voor de grootte van het papier aan de voorkant van de lade bevestigen,
zodat de papiergrootte in de lade duidelijk zichtbaar is.
6. De lade zachtjes in het kopieerapparaat terugschuiven.
* De grootte van het papier dat in de lade gelegd is, wordt op het toetsenpaneel
aangetoond.
* Als U het kopieerapparaat lange tijd niet gebruikt, al het papier uit de laden en
van de dragers wegnemen, het in de oorspronkelijke verpakking terugleggen en dichtkleven, zodat het niet vochtig wordt.
14
VOORBEREIDING
2 Het papier op de drager aan de voorkant laden.
De drager aan de voorkant kan tot 1,500 bladeren of 11" x 8-1/2" [A4] grootte, standaard (75 g/m2 of 80 g/m2) of gekleurd papier in elke van de twee rijen dragen, tot een totale hoeveelheid 3000 bladeren.
1. De drager aan de voorkant zover als het gaat naar U toe trekken. * NIET tegelijkertijd andere laden eruittrekken wanneer de drager aan de voorkant
open is.
2. Het papier in de beide rijen leggen.
BELANGRIJK!
De klever in de drager aan de voorkant toont aan hoe hoog het papier geladen kan worden. Niet hoger als de grens, die op de klever aangegeven is, laden.
3. De drager zachtjes in het kopieerapparaat terugschuiven.
3 Papier op de stapeldrager laden.
De stapeldrager draagt tot 100 bladeren standaard (75 g/m2 of 80 g/m2) papier. Het papier kan alle grootten tussen 5-1/2" x 8-1/2" en 11" x 17" [A6R en A3 zijn]. Als er op speciaal papier gekopieerd moet worden, altijd deze drager gebruiken om het papier in te laten. * Om op papier, dat geen standaard grootte heeft te kopieren, de papiergrootte van te
voren registreren.
* De papiersoorten en het aantal bladeren dat op de stapeldrager gelegd kan worden:
• Doorslagpapier: 1 blad
• Briefhoofden: 100 blad
• Enveloppen: 10 enveloppen
• Gekleurd papier: 100 blad
• Standaard (120 g/m2, 160 g/m2) papier: 25 blad
• Transparenten: 25 blad (Als op transparenten gekopieerd wordt, deze tenminste een keer uit waaien voordat ze op de stapeldrager gelegt worden.)
1. De stapeldrager openen.
* Als groot papier, zoals 8 1/2" x 11", A4R of groter op de drager gelegd wordt, de
ondersteuning eruittrekken.
2. De leiders op de breedte van het papier dat geladen wordt, richten.
15
VOORBEREIDING
3. Het papier, zover als het gaat, langs de leiders op de stapeldrager schuiven.
BELANGRIJK!
Als U het papier op de stapeldrager legt, moet het met de kant waarop gekopieerd wordt naar boven liggen. (In de oorspronkelijke verpakking ligt het papier meestal met deze kant naar boven.)
Enveloppen gebruiken
Wanneer de optionele drukker functies van het apparaat gebruikt worden, is het mogelijk op enveloppen te drukken, als ze vanuit de stapeldrager ingelaten worden.
INFORMATIE
Op de stapeldrager kunnen tot tien COM-10, Monarch, DL of C5 enveloppen tegelijkertijd gelegd worden.
1. De stapeldrager openen.
2. De leiders richten, zodat ze op de breedte van de enveloppen die geladen worden, passen.
3. Het lid op de enveloppen dicht doen, met de enveloppen naar boven gekeerd (het lid naar beneden) en het lid naar de achterkant van het kopieerapparaat gekeerd, ze langs de leiders opde stapeldrager schuiven, zover als het gaat. * Als de enveloppen niet in de juiste richting gelegd worden, kan het zijn, dat er op
de verkeerde kant of in de verkeerde richting gedrukt wordt.
* De grootte van de enveloppen die U gebruiken wilt kan geregistreerd worden.
4Papier in de zijkant laden (optie)
In de zijlade kunnen als optie 4000 blad 11" x 8-1/2" [A4] grootte, standaard (75 g/m of 80 g/m2) papier gelegd worden.
1. De schakelaar voor de papierdrager up/down naar beneden houden om de papierdrager in de zijkant in de laagste positie te brengen * Als of de bovenste afdekking of de zijdelijkse afdekking van de zijkant open is,
beweegt de papierdrager niet, zelfs als U op deze schakelaar drukt.
2. De rechter afdekking van de zijkant openen.
BELANGRIJK!
Alle papierstapels uitwaaien voordat ze in de zijkant gelegd worden.
3. Het papier op de papierdrager leggen.
BELANGRIJK!
ZEKER ZIJN dat het papier helemaal, zo ver als het gaat, in de zijlade gelegd is.
4. De rechter afdekking sluiten. * Als U het kopieerapparaat lange tijd niet gebruikt, al het papier uit de laden en
van de dragers wegnemen, het in de oorspronkelijke verpakking terugleggen en dichtkleven zodat het niet vochtig wordt.
Het papier van boven in van de zijkant laden
1. De bovenste afdekking van de zijkant openen.
2. Op de up/down schakelaar voor de papierdrager drukken om de papierdrager in de zijkant naar beneden te laten.
3. Het papier de papierdrager laden.
4. De bovenste afdekking sluiten.
2
16
VOORBEREIDING
2. De originelen plaatsen

1 Waarvoor is de DF? De DF (Document Feeder) laat automatisch elk origineel in en scant het, het ene na het andere om ze te kopieren. Als kopien van twee kanten van origineel gemaakt worden, draait hij de originelen automatisch om om de achterkant ook te kopieren.

2 Originelen die in de DF gelegt kunnen worden...

• Blad originelen
• Dikte: Originelen voor een kant: tussen 35 g/m2 - 160 g/m Originelen voor beide kanten: tussen 50 g/m2 - 120 g/m
• Grootte: Max. 11" x 17" (A3) - Min. 5-1/2" x 8-1/2" (A5R)
• Aantal bladeren: 100 blad (11" x 8-1/2" [A4] of kleiner [75 g/m2 or 80 g/m2]) 70 bladeren (8-1/2" x 14" [B4] of groter [75 g/m2 of 80 g/m2]) (Echters, hoogstens 30 blad wanneer de auto selectie modus gebruikt wordt.)

3Veiligheidsvoorzieningen voor het gebruik van de DF

De volgende soorten originelen NIET in de DF leggen. Bovendien, als er geperforeerde bladeren of originelen met gaten gebruikt worden, de kant met de perforaties of gaten NIET als eerste inleggen.
• Transparenten
• Carbon papier, gekreukelde originelen of originelen met sterke vouwen en zachte originelen zoals vinyl
• Originelen die niet rechthoeking zijn, natte originelen en originelen met plakband of kleefsel
• Originelen met clips of nieten (om zulke originelen te gebruiken, de clips of nieten eraf halen en de kreukels of vouwen recht strijken voordat ze gebruikt worden.)
• Snijdsels of originelen met een erg slipperige oppervlakte
• Originelen met nat typex
• Originelen met vouwen ( Als zulke originelen gebruikt moeten worden, ze eerst openvouwen voordat ze in de DF gelegd worden.)

4Originelen in de DF leggen

2
2
1. De leiders voor de originelen richten, zodat ze op de grootte van de originelen
passen. * Voordat nieuwe originelen neergelegd worden, alle originelen die nog op de uitwerpdrager liggen, verwijderen. Als er uitgeworpen originelen op de uitwerpdrager blijven liggen, kan dit tot gevolg hebben, dat andere originelen niet juist ingelaten worden.
2. De originelen in de juiste volgorde met de juiste kant naar boven (de eerste kant
naar boven voor originelen met twee kanten) op de drager voor de originelen neerleggen. De indicator voor het leggen van de originelen is groen verlicht. Als de indicator niet verlicht is, de originelen nog een keer in de DF leggen.
BELANGRIJK!
NIET meer originelen als op de klever achteraan de inlaatleider voor de originelen aangegeven is. Als er meer dan het akseptabele aantal originelen ingelegd wordt, kan het zijn dat de originelen niet juist getransporteerd worden.
* Als grote originelen, zoals 8-1/2" x 14" en 11" x 17" (B4, Folio, A3) neergelegd
worden, de uitwerpleider voor de originelen openen om te voorkomen dat de uitgeworpen originelen van de uitwerptafel glijden.
BELANGRIJK!
Als van beide kanten van een origineel kopien gemaakt worden, wordt elk origineel tijdelijk uit de houder voor omkeren van het origineel geworpen voordat het omgekeerd wordt. Op dit moment NIET proberen het origineel aan te raken of te verwijderen, want dit veroorzaakt een fout bij het inlaten.
17
VOORBEREIDING

5Auto selectie mode

Het kopieerapparaat ontdekt automatisch de grootte van ieder origineel en kiest het papier van dezelfde grootte om erop te kopieren.
INFORMATIE
• In deze modus kunnen hoogstens 50 originelen tegelijkertijd in de DF gelegd worden.
• De grootte van de originelen die in deze modus gebruikt kunnen worden is beperkt tot 11" x 17" en 11" x 8-1/2" (A3 en A4) en alle originelen moeten even breed zijn.
1. Op de toets “FUNCTIE” drukken.
Het beeldscherm om de functie te kiezen verschijnt.
2. Op de toets “Auto Selection” drukken. (Als deze toets niet aangetoond is, op de
toets “” drukken of op de toets “” totdat hij aangetoond wordt.) Het toetsenpaneel komt terug naar het oorspronkelijke beeldscherm.

6De originelen op de plaat leggen

Om kopien van originelen, die niet in de DF gelegd kunnen worden (boeken, tijdchriften enz.books, magazines, etc.), te maken, de DF openen en een origineel tegelijkertijd op de plaat leggen.
1. De open/close hendel van de DF vastpakken en de DF openen.
* Voordat de DF geopend wordt, alle originelen die op de drager van de originelen
en op het uitwerpplateau liggen verwijderen om te voorkomen dat ze van de DF vallen wanneer deze geopend wordt.
2. Het origineel ondersteboven op de drager leggen en op de juiste plaats leggen,
gericht op de lijnen die de grootte aantonen.
3. De open/close hendel van de DF vastpakken en de DF sluiten.
BELANGRIJK!
Geen te grote druk op de drager uitoefenen als de DF gesloten wordt. Te grote druk kan ter gevolg hebben dat het glas breekt.
VEILIGHEIDSVOORZIENING
De DF niet open laten, daar er gevaar bestaat, dat iemand zich verwonden kan.
18
3. Toner toevoegen
Toner toevoegen als “Toner toevoegen om verder te kopieren.” in de display getoond wordt. * GEEN toner toevoegen als dit bericht niet getoond wordt. * Op de toets the “? Toner” op het toetsenpaneel drukken om de voorrichting voor het
toevoegen van de toner aan te tonen.
VEILIGHEIDSVOORZIENING
De toner en de tonervaten niet verbranden. Men kan door gevaarlijke vonken een verbranding oplopen.
VOORBEREIDING
1. De afdekking aan de rechter kant van het operatiepaneel openen.
2. De nieuwe tonerfles onderste boven keren en ongeveer 10 keer op de bodem kloppen.
3. De fles stevig vasthouden en de inhoud schudden door 10 keer of meer onderste boven en rechtop te keren, zoals in de illustratie getoond wordt.
4. Dan de fles horizontaal houden en zo 10 keer schudden.
5. Het gat in de tonerfles (beneden aan de the toner fles▼) over de metalen stift 1 die uit de gleuf in de tonercontainer steekt, houden.
6. De fles 90 o met de klok draaien, de toner vloeit uit de fles wordt in het kopieerapparaat. * Zeker zijn dat de fles helemaal gedraaid wordt tot het niet meer verder gaat, zodat
de op de fles gericht is op het hoofdgedeelte van het kopieerapparaat.
7. Ongeveer 60 sekonden wachten en dan op de zijkanten van de fles kloppen om de hele rest van de toner eruit te krijgen.
8. De toner fles tegen de klok tot de oorspronkelijke positie terugdraaien en langzaam uit de tonercontainer nemen.
9. De deksel en de rechter afdekking van het operatiepaneel sluiten.
19

BASIS VERRICHTING

Basis kopieer procedure

1
1. Warmlopen
De hoofschakelaar op ON ( | ) zetten. Na het warmlopen, komt het bericht “Klaar voor het kopieren.” in de display. * Als U de originelen, die U kopieren wilt, neerlegt en terwijl het
apparaat aan het warmlopen is op start drukt, begint het kopieren direkt na het warmlopen.
4
2
2. De originelen plaatsen
De originelen, die U kopieren wilt, in de DF of op the plaat leggen.
5
-1
4. De grootte van het papier kiezen.
Als “APS” getoond wordt, wordt automatisch papier van dezelfde grootte als het origineel gekozen. Om het origineel op een papier van een andere grootte te kopieren, zonder dat de grootte van het beeld veranderd wordt, op die toets voor de grootte van het papier drukken, die met de papiergrootte die U wenst overeenkomstig, is en dan op de toets “hand” drukken. Om kopien van 100 % magnifikatie te maken (dezelfde grootte) op papier dat even groot is als het origineel, is geen bezondere regeling noding.
7. Het aantal kopien regelen.
De numerische toetsen op het toetspenpaneel gebruiken, om het aantal kopien dat U maken wilt aan te geven. U kunt tot 999 kopien tegelijkertijd kiezen. * Het is mogelijk, een onderste grens voor het aantal kopien dat
tegelijkertijd gemaakt kan worden, aan te geven.
5. Kopiebelichtings aanpassing
In de oorspronkelijke modus, wordt de belichting met de hand gekozen, de schaal wordt getoond en de kopieer belichting kan zoals gewenst aangepast worden. Als U de belichting donkerder wilt maken, op de toets “Donkerder” drukken om de rol-box in de belichtingsschaal naar rechts te bewegen. Als U de belichting lichter wilt hebben, op de toets “Lichter” drukken om de rol-box naar links te bewegen. * Als de kopien steeds te licht of te donker zijn, kan ook het
algemene belichtingsniveau aangepast worden.
* Het totale aantal belichtingsnuances kan op 7 of 13 geregeld
worden.
87
8. Beginnen te kopieren
Op de toets Start drukken. Er kan nu direkt gekopieerd worden. In de display wordt “Klaar om te kopieren” getoond en de Start indicator is groen verlicht.
20
4-
Loading...
+ 51 hidden pages