Kyocera KM-2540, KM-3040 User Manual [nl]

Page 1
Page 2
Deze gebruikershandleiding is van toepassing op modellen KM-2540 en KM-3040. In deze handleiding verwijst KM-2540 naar het model van 25 kpm (kopieën per minuut) en verwijst KM-3040 naar het model van 30 kpm.
Opmerking Deze gebruikshandleiding bevat informatie die geldt voor zowel de inch- als de metrische modellen van deze apparaten.
De schermen in deze handleiding geven de inch-modellen weer. Als u het metrische model gebruikt, moet u de berichten voor het inch-model louter als referentie beschouwen. In de hoofdtekst worden alleen de inch-berichten weergegeven als het verschil tussen de modellen louter een kwestie van grote of kleine letters is. Als er een verschil is tussen de berichten - hoe klein ook ­hebben we de informatie voor het inch-model vermeld, gevolgd door de overeenkomstige informatie voor het metrische model tussen haakjes.
Page 3
Veiligheidsconventies in deze handleiding
Lees deze gebruikershandleiding voordat u het apparaat in gebruik neemt. Bewaar de handleiding in de buurt van het apparaat, zodat deze direct beschikbaar is.
De delen van deze handleiding en onderdelen van het apparaat die zijn aangeduid met symbolen, bevatten veiligheidswaarschuwingen ter bescherming van de gebruiker, andere personen en voorwerpen in de buurt. Ze zijn ook bedoeld voor een correct en veilig gebruik van het apparaat. De symbolen met hun betekenis worden hieronder beschreven.
WAARSCHUWING: Dit geeft aan dat, wanneer u onvoldoende aandacht besteedt aan of u niet op de juiste wijze houdt aan de betreffende punten, dit kan leiden tot ernstig letsel of zelfs levensgevaar.
VOORZICHTIG: Dit geeft aan dat, wanneer u onvoldoende aandacht besteedt aan of u niet op de juiste wijze houdt aan de betreffende punten, dit kan leiden tot lichamelijk letsel of mechanische beschadiging.
Symbolen
Het -symbool geeft aan dat het betreffende deel veiligheids­waarschuwingen bevat. Specifieke aandachtspunten worden binnen in het symbool aangegeven.
.... [Algemene waarschuwing]
.... [Waarschuwing voor gevaar van elektrische schokken]
.... [Waarschuwing voor hoge temperatuur]
Het -symbool geeft aan dat het betreffende deel informatie bevat over niet-toegestane handelingen. Specifieke informatie over de niet­toegestane handeling wordt binnen in het symbool aangegeven.
.... [Waarschuwing voor niet-toegestane handeling]
.... [Demontage verboden]
Het z-symbool geeft aan dat het betreffende deel informatie bevat over handelingen die moeten worden uitgevoerd. Specifieke informatie over de vereiste handeling wordt binnen in het symbool aangegeven.
.... [Waarschuwing voor vereiste handeling]
.... [Haal de stekker uit het stopcontact]
.... [Sluit het apparaat altijd aan op een geaard stopcontact]
Neem contact op met uw servicevertegenwoordiger om een vervanging te bestellen als de veiligheidswaarschuwingen in deze gebruikers­handleiding onleesbaar zijn of als de handleiding zelf ontbreekt. (Tegen betaling.)
i
Page 4

Inhoud

Wettelijke kennisgevingen en conventies .................................. ix
1 Onderdeelnamen ........................................................................ 1-1
Hoofdgedeelte ........................................ ..................................... 1-2
Bedieningspaneel ....................................................................... 1-5
Aanraakpaneel ............................................................................ 1-6
2 Voorbereiding voor het gebruik ................................................2-1
Papier plaatsen ................................................... .... ... ... ... ... .... ... . 2-2
Het mediatype en het papierformaat voor de cassettes
en de MF-lade instellen .............................................................. 2-8
Originelen plaatsen .................................................................. 2-15
Taal .................................... ................ ................ ................ ......... 2-19
3 Basishandelingen ....................................................................... 3-1
Procedures voor basishandelingen bij kopiëren .....................3-2
Beeldkwaliteit selecteren ........................................................... 3-4
Dichtheid aanpassen ..................................................................3-5
Zoomen ........................................................................................3-6
Duplexmodus ............................................................................ 3-10
Splitsmodus .............................................................................. 3-13
Sorteermodus ...........................................................................3-15
Onderbrekingskopie .............................. ................................... 3-16
Laagverbruikmodus .................................................................3-17
Slaapmodus ..............................................................................3-17
4 Optionele apparatuur ............ .... ... ... ... ... .... ... ... ... .... ... ... ... ... .... ... . 4-1
Overzicht optionele apparatuur ................................................. 4-2
Documenttoevoer ....................................................................... 4-3
Papierinvoer ................................................................................ 4-3
Ingebouwde finisher ...................................................................4-3
Documentfinisher ....................................................................... 4-6
Takenscheider ..................................... .................... .................... 4-7
Sleutelteller ................................................................................. 4-7
Printerkit ...................................................................................... 4-8
Faxkit ........................................................................................... 4-8
5 Onderhoud ..................................................................................5-1
Reinigen ...................................... ................... ................ .............. 5-2
De tonercontainer en tonerafvalbak vervangen ......................5-7
6 Problemen oplossen .................................................................. 6-1
Storingen oplossen .................................................................... 6-2
Reageren op foutberichten ............................................. ... .... ... . 6-4
Papierstoringen oplossen ..................... .... ... ... ... .... ... ... ... ... .... ... . 6-9
7 Appendix ..................................................................................... 7-1
Tekens invoeren op het aanraakpaneel .................................... 7-2
Papier ...................................... ................................................. ....7-5
Specificaties ..................................... ........................................... 7-6
Index ................... ... ... .... ...................................... .... ... ... ... ... .Index-1
ii
Page 5

Waarschuwingsetiketten

Er zijn ten behoeve van de veiligheid op de volgende plaatsen waarschuwingsetiketten op het apparaat aangebracht. Voorkom brand of elektrische schokken bij het verhelpen van een papierstoring of wanneer u de toner vervangt.
Het aangegeven gebied bevat hoge temperaturen. Raak geen onderdelen in dit gebied aan, want er bestaat kans op brandwonden.
Verbrand de toner en tonercontainer niet. Dit kan gevaarlijke vonken doen ontstaan die brandwonden kunnen veroorzaken.
Het aangegeven gebied bevat hoge temperaturen. Raak geen onderdelen in dit gebied aan, want er bestaat kans op brandwonden.
Raak de steun van de documenttoevoer niet aan. Het gevaar bestaat dat uw vingers of voorwerpen erin bekneld raken, met letsel tot gevolg.
Etiket binnen in de printer (waarschuwing voor laserstraling)
Bewegende delen binnenin. Kans op lichamelijk letsel. Raak geen bewegende delen aan.
Opmerking Verwijder deze etiketten niet.
iii
Page 6
Voorzorgsmaatregelen
bij de installatie
Omgeving
Voorzichtig
Plaats het apparaat niet op of in plaatsen die niet stabiel of vlak zijn. Op dergelijke plaatsen kan het apparaat vallen. Dergelijke situaties leveren gevaar van lichamelijk letsel of beschadiging van de apparatuur op.
Plaats het apparaat niet op vochtige, stoffige of vuile locaties. Wanneer er stof of vuil op de stekker is terechtgekomen, moet u deze reinigen om gevaar van brand of elektrische schokken te voorkomen.
Plaats het kopieerapparaat niet in de buurt van radiatoren, kachels of andere warmtebronnen of in de buurt van ontvlambare voorwerpen om gevaar van brand te voorkomen.
Laat ruimte vrij, zoals hieronder wordt aangegeven, om het apparaat koel te houden en het vervangen van onderdelen en onderhoud te vergemakkelijken. Laat met name rond de achterklep voldoende ruimte vrij, zodat de lucht het apparaat gemakkelijk kan verlaten.
10 cm
40 cm 30 cm
100 cm
Overige voorzorgsmaatregelen
De geschikte bedrijfsomgeving voor het apparaat is:
Temperatuur: 10 tot 32,5 °C
Relatieve luchtvochtigheid: 15 tot 80 %
Een ongeschikte bedrijfsomgeving kan de beeldkwaliteit beïnvloeden. Vermijd de volgende plaatsen als installatieplaats voor het apparaat.
Vermijd plaatsen in de buurt van een venster of direct in het zonlicht.
Vermijd plaatsen met trillingen.
Vermijd plaatsen met sterke temperatuurschommelingen.
Vermijd plaatsen met directe blootstelling aan warme of koude lucht.
Vermijd slecht geventileerde plaatsen.
iv
Page 7
Tijdens het kopiëren komen er kleine hoeveelheden ozon en andere chemische stoffen vrij, maar deze hoeveelheden houden geen gezondheidsrisico in voor mensen. Als het apparaat echter langere tijd in een slecht geventileerde ruimte wordt gebruikt of wanneer er een zeer groot aantal kopieën wordt gemaakt, kan de reuk onaangenaam worden. Een juiste omgeving voor kopieerwerk moet goed geventileerd zijn.
Plaats dit apparaat niet onder fluorescerend licht. Het formaat van het origineel kan dan niet goed worden herkend.
Stroomtoevoer/aarding van het apparaat
Waarschuwing
Gebruik geen stroomtoevoer met een ander voltage dan aangegeven. Sluit niet meerdere apparaten op één stopcontact aan. Dergelijke situaties leveren gevaar van brand of elektrische schokken op.
Steek de stekker stevig in het stopcontact. Als metalen voorwerpen in contact komen met de pinnen van de stekker, kan dit brand of elektrische schokken veroorzaken.
Sluit het apparaat altijd aan op een geaard stopcontact, om het gevaar van brand of elektrische schokken bij kortsluiting te voorkomen. Neem contact op met uw servicevertegenwoordiger als een geaarde aansluiting niet mogelijk is.
Overige voorzorgsmaatregelen
Sluit de stekker aan op het dichtstbijzijnde stopcontact.
Gebruik van plastic zakken
Waarschuwing
Houd de plastic zakken die bij het apparaat worden gebruikt uit de buurt van kinderen. Het plastic kan aan neus en mond vast blijven zitten en verstikking veroorzaken.
v
Page 8
Voorzorgsmaatregelen
voor gebruik
Waarschuwi ngen bij het gebruik van het apparaat
Waarschuwing
Plaats geen metalen voorwerpen of voorwerpen die water bevatten (vazen, bloempotten, kopjes, enz.) op of in de buurt van het apparaat. Dit vormt een risico voor brand of elektrische schokken mocht het water in het apparaat terechtkomen.
Haal geen panelen van het apparaat, omdat er dan kans bestaat op elektrische schokken als gevolg van de hoge spanning in het apparaat.
Zorg dat het netsnoer niet beschadigd raakt of breekt en probeer het niet te repareren. Plaats geen zware voorwerpen op het snoer, trek er niet aan, buig het niet onnodig en veroorzaak geen andere schade. Dergelijke situaties leveren gevaar van brand of elektrische schokken op.
Probeer het apparaat of onderdelen ervan nooit te repareren of te demonteren, omdat er dan gevaar van brand, elektrische schokken of schade aan de laser bestaat. Als de laserstraal buiten het apparaat komt, kan deze blindheid veroorzaken.
Als het apparaat uitzonderlijk heet wordt, als er rook uit het apparaat komt, als er een vreemde geur ontsnapt of als er zich een andere ongewone situatie voordoet, bestaat er gevaar van brand of een elektrische schok. Zet de hoofdstroomschakelaar onmiddellijk uit ( -stand), zorg ervoor dat u de stekker uit het stopcontact haalt en neem contact op met uw servicevertegenwoordiger.
Als er schadelijke zaken (paperclips, water, andere vloeistoffen, enz.) in het apparaat terechtkomen, moet u onmiddellijk de stroomschakelaar uitzetten ( -stand). Vervolgens moet u direct de stekker uit het stopcontact halen, om gevaar van brand of elektrische schokken te voorkomen. Neem hierna contact op met uw servicevertegenwoordiger.
Zorg ervoor dat u de stekker niet met natte handen in het stopcontact steekt of eruit haalt, omdat er dan gevaar van elektrische schokken bestaat.
Neem altijd contact op met uw servicevertegenwoordiger voor onderhoud of reparatie van interne onderdelen.
Voorzichtig
Trek niet aan het netsnoer wanneer u het uit het stopcontact haalt. Als u aan het netsnoer trekt, kunnen de draden breken en bestaat er gevaar van brand of elektrische schokken. (Pak altijd de stekker vast wanneer u het netsnoer uit het stopcontact wilt trekken.)
Haal altijd de stekker uit het stopcontact wanneer u het apparaat verplaatst. Als het netsnoer beschadigd raakt, bestaat er gevaar van brand of elektrische schokken.
vi
Page 9
Houd het apparaat altijd alleen vast bij de daarvoor bestemde plaatsen wanneer u het optilt of verplaatst.
Haal om veiligheidsredenen altijd de stekker uit het stopcontact wanneer u het apparaat reinigt.
Als zich in het apparaat stof ophoopt, bestaat er gevaar van brand of andere problemen. Het wordt daarom aanbevolen uw servicevertegenwoordiger te raadplegen voor het reinigen van interne onderdelen. Dit is met name effectief als u dit laat doen voorafgaande aan een periode van hoge luchtvochtigheid. Raadpleeg uw servicevertegenwoordiger met betrekking tot de kosten voor het reinigen van de interne onderdelen van het apparaat.
Overige voorzorgsmaatregelen
Als de optionele faxkit is geïnstalleerd, kunt u geen faxen verzenden/ontvangen wanneer de hoofdschakelaar is uitgeschakeld ( -stand). Als u de stroom wilt uitschakelen, drukt u op de Power-toets van het bedieningspaneel.
Plaats geen zware voorwerpen op het apparaat en veroorzaak geen andere schade aan het apparaat.
Open tijdens het kopiëren de voorklep niet, schakel de hoofdstroomschakelaar niet uit en trek de stekker niet uit het stopcontact.
Neem contact op met uw servicevertegenwoordiger wanneer het apparaat moet worden opgetild of verplaatst.
Raak geen elektrische onderdelen zoals connectoren of printplaten aan. Deze kunnen beschadigd raken door statische elektriciteit.
Probeer geen handelingen te verrichten die niet in deze handleiding zijn beschreven.
Voorzichtig: Het gebruik van andere instellingen of aanpassingen of de uitvoering van andere procedures dan hierin vermeld, kan leiden tot gevaarlijke blootstelling aan straling.
Kijk niet rechtstreeks in het licht van de scanlamp. Dit kan vermoeidheid of pijn aan uw ogen veroorzaken.
Waarschuwingen bij de omgang met verbruiksartikelen
Voorzichtig
De tonercontainer en de tonerafvalbak mogen niet worden verbrand. De vonken kunnen brandwonden veroorzaken.
Houd de tonercontainer en de tonerafvalbak buiten het bereik van kinderen.
Als er onverhoopt toner uit de tonercontainer of de tonerafvalbak wordt gemorst, moet u inademing of inname van toner voorkomen, evenals contact met de ogen en de huid.
Als u onverhoeds toner inademt, gaat u naar een plaats met frisse lucht en gorgelt u met veel water. Neem bij opkomende hoest contact op met een arts.
Als u toner binnenkrijgt, spoelt u uw mond met water en drinkt u 1 of 2 koppen water om de inhoud van uw maag te verdunnen. Neem indien nodig contact op met een arts.
vii
Page 10
Als u toner in uw ogen krijgt, spoelt u ze grondig met water. Als de ogen gevoelig blijven, neemt u contact op met een arts.
Als u toner op de huid krijgt, wast u uw huid met water en zeep.
De tonercontainer en de tonerafvalbak mogen niet worden opengemaakt of vernietigd.
Overige voorzorgsmaatregelen
Verwijder de tonercontainer en de tonerafvalbak na gebruik altijd overeenkomstig de plaatselijke milieuwetgeving.
Als het apparaat langere tijd niet wordt gebruikt, verwijdert u het papier uit de cassette en de MF-lade (multifunctionele lade), legt u dit terug in de oorspronkelijke verpakking en verzegelt u deze weer.
Bewaar het apparaat niet op een plaats die is blootgesteld aan:
Direct zonlicht
Hoge of snel variërende temperaturen of luchtvochtigheid
(limiet: 40 °C)
viii
Page 11

Wettelijke kennisgevingen en conventies

Lees deze informatie voor u het apparaat in gebruik neemt. Dit hoofdstuk bevat informatie over de volgende onderwerpen:
Wettelijke kennisgevingen x Wat betreft handelsnamen x Energiebesparingsfunctie xi Automatische dubbelzijdige kopieerfunctie xi Gerecycled papier xi Energy Star (ENERGY STAR®)-programma xii Over deze gebruikershandleiding xvii Conventies in deze handleiding xvii Originelen en papierformaten xviii
ix
Page 12
Wettelijke kennisgevingen
Kennisgeving: De informatie in deze handleiding kan zonder
voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. In toekomstige edities kunnen extra pagina's worden ingevoegd. De huidige editie kan technische onvolkomenheden of drukfouten bevatten.
Wij aanvaarden geen verantwoordelijkheid voor ongevallen die het gevolg zijn van het niet opvolgen van de instructies in deze handleiding. Wij aanvaarden geen verantwoordelijkheid voor fouten in de firmware van de printer (de inhoud van het ROM).
Deze handleiding en al het materiaal dat onder het auteursrecht valt en wordt verkocht of meegeleverd bij of in verband met de verkoop van het apparaat, zijn auteursrechtelijk beschermd. Alle rechten voorbehouden. Het kopiëren of op een andere manier reproduceren van de gehele of gedeelten van deze handleiding, of een willekeurig onderwerp waarop copyright van toepassing is, zonder de voorafgaande schriftelijke toestemming van Kyocera Mita Corporation, is verboden. Elke kopie die van deze handleiding of een deel daarvan wordt gemaakt, en alles wat onder het auteursrecht valt, moet dezelfde copyrightvermelding bevatten als het materiaal dat wordt gekopieerd.
Wettelijke beperking op kopiëren
Het kan verboden zijn om auteursrechtelijk beschermd materiaal te kopiëren zonder toestemming van de copyrighthouder.
Het is in elk geval verboden om binnen- en buitenlandse valuta's te kopiëren.
Het kopiëren van andere items kan verboden zijn.
Wat betreft handelsnamen
PRESCRIBE en ECOSYS zijn gedeponeerde handelsmerken van
Kyocera Corporation.
KPDL is een handelsmerk van Kyocera Corporation.
Windows en Windows Server zijn gedeponeerde handelsmerken
van Microsoft Corporation.
Windows NT is een handelsmerk van Microsoft Corporation.
PCL en PJL zijn gedeponeerde handelsmerken van Hewlett-
Packard Company.
Adobe, Adobe Acrobat en Adobe Reader zijn gedeponeerde handelsmerken van Adobe Systems Inc.
PowerPC is een handelsmerk van International Business Machines Corporation.
CompactFlash is een handelsmerk van SanDisk Corporation.
Alle overige merk- en productnamen zijn gedeponeerde handelsmerken of handelsmerken van de respectieve bedrijven. De symbolen ™ en ® worden niet in deze gebruikershandleiding gebruikt.
x
Page 13
Energiebesparingsfunctie
Het apparaat is uitgerust met een laagverbruikmodus, waarbij het energieverbruik tot een minimum wordt beperkt wanneer er gedurende een bepaalde tijdsperiode sinds het apparaat voor het laatst werd gebruikt geen activiteiten hebben plaatsgevonden. Het heeft ook een uitschakelmodus, waarbij het apparaat zichzelf uitschakelt wanneer er gedurende een ingestelde tijdsperiode geen activiteiten hebben plaatsgevonden. Wanneer het kopieerapparaat over printer- en faxfuncties beschikt, is het uitgerust met een laagverbruikmodus, waarbij de printer- en faxfuncties in een wachtstand blijven staan, maar het energieverbruik wordt beperkt nadat er een bepaalde tijd is verstreken sinds het apparaat voor het laatst werd gebruikt. Het heeft ook een slaapmodus, waarbij de printer- en faxfuncties in een wachtstand blijven staan, maar het energieverbruik tot een minimum wordt beperkt wanneer er binnen een ingestelde tijdsperiode geen activiteiten op het apparaat plaatsvinden.
Laagverbruikmodus
Het apparaat schakelt de standbymodus automatisch in wanneer er 1 minuten zijn verstreken sinds het apparaat voor het laatst werd gebruikt. De tijdsperiode waarin er geen activiteiten mogen plaatsvinden voordat de standbymodus wordt geactiveerd, kan worden verlengd. Raadpleeg Laagverbruikmodus op pagina 3-17 voor meer informatie.
Uitschakelmodus
Het apparaat schakelt de uitschakelmodus automatisch in wanneer er 9 minuten zijn verstreken sinds het apparaat voor het laatst werd gebruikt. De tijdsperiode waarin er geen activiteiten mogen plaatsvinden voordat de uitschakelmodus wordt geactiveerd, kan worden verlengd. Raadpleeg Slaapmodus op pagina 3-17 voor meer informatie.
Slaapmodus (als het kopieerapparaat een printer- en/of faxfunctie heeft)
Het apparaat schakelt de slaapmodus automatisch in wanneer er 9 minuten zijn verstreken sinds het apparaat voor het laatst werd gebruikt. De tijdsperiode waarin er geen activiteiten mogen plaatsvinden voordat de slaapmodus wordt geactiveerd, kan worden verlengd. Raadpleeg Slaapmodus op pagina 3-17 voor meer informatie.
Automatische dubbelzijdige kopieerfunctie
Dit apparaat beschikt over dubbelzijdig kopiëren als standaardfunctie. Als u bijvoorbeeld twee enkelzijdige originelen als dubbelzijdige kopie op één vel papier kopieert, kunt u de hoeveelheid gebruikt papier beperken. Raadpleeg Duplexmodus op pagina 3-10 voor meer informatie.
Gerecycled papier
Dit apparaat ondersteunt het gebruik van gerecycled papier om de belasting van het milieu te verminderen. Uw verkoop- of servicevertegenwoordiger kan informatie geven over aanbevolen papiersoorten.
xi
Page 14
Energy Star (ENERGY STAR®)-programma
Wij hebben als bedrijf dat deelneemt aan het internationale Energy Star­programma vastgesteld dat dit product voldoet aan de standaarden zoals bepaald in het internationale Energy Star-programma.
Veiligheid van de laserstraal (Europa)
Laserstralen kunnen gevaarlijk zijn voor het menselijk lichaam. Om deze reden is de laserstraal in het apparaat hermetisch afgesloten binnen een beschermende behuizing en achter een externe afdekking. Bij normale bediening van het product door de gebruiker kan er geen straling uit het apparaat ontsnappen.
Dit apparaat wordt geclassificeerd als een laserproduct van klasse 1 volgens IEC 60825.
Voorzichtig: Het uitvoeren van andere procedures dan in deze handleiding beschreven, kan leiden tot blootstelling aan gevaarlijke straling.
Deze etiketten zijn aangebracht op de laserscaneenheid in het apparaat en bevinden zich niet op een plaats die toegankelijk is voor de gebruiker.
xii
Het onderstaande etiket bevindt zich aan de rechterkant van het apparaat.
Page 15
Veiligheidsinstructies met betrekking tot het afsluiten van de stroomtoevoer
Voorzichtig: De stekker is het belangrijkste onderdeel voor het afsluiten
van de stroomtoevoer! Andere schakelaars op de apparatuur zijn slechts functionele schakelaars en zijn niet geschikt om de apparatuur van de stroomtoevoer los te koppelen.
VORSICHT: Der Netzstecker ist die Hauptisoliervorrichtung! Die anderen Schalter auf dem Gerät sind nur Funktionsschalter und können nicht verwendet werden, um den Stromfluß im Gerät zu unterbrechen.
VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING MET 2004/108/EC, 2006/95/EEC, 93/68/EEC en 1995/5/EC
Wij verklaren op basis van onze eigen verantwoordelijkheid dat het product waarop deze verklaring betrekking heeft in overeenstemming is met de volgende specificaties:
EN55024 EN55022 Klasse B EN61000-3-2 EN61000-3-3 EN60950-1 EN60825-1 EN300 330-1 EN300 330-2
Radiofrequentiezender
Dit apparaat bevat een verzendmodule. Wij, de fabrikant, verklaren hierbij dat deze apparatuur in overeenstemming is met de essentiële vereisten en andere relevante bepalingen van Richtlijn 1999/5/EC.
Radio-identificatietechnologie
In sommige landen is de radio-identificatietechnologie die bij deze apparatuur wordt gebruikt om de tonercontainer te identificeren onderhevig aan autorisatie. Het gebruik van deze apparatuur kan als gevolg hiervan beperkt zijn.
xiii
Page 16
SAFETY OF LASER BEAM (USA)
1. Safety of laser beam
This machine has been certified by the manufacturer to Class 1 level under the radiation performance standards established by the U.S.DHHS (Department of Health and Human Services) in 1968. This indicates that the product is safe to use during normal operation and maintenance. The laser optical system, enclosed in a protective housing and sealed within the external covers, never permits the laser beam to escape.
2. The CDRH Act
A laser-product-related act was implemented on Aug. 2, 1976, by the Center for Devices and Radiological Health (CDRH) of the U.S. Food and Drug Administration (FDA). This act prohibits the sale of laser products in the U.S. without certification, and applies to laser products manufactured after Aug. 1, 1976. The label shown below indicates compliance with the CDRH regulations and must be attached to laser products marketed in the United States. On this machine, the label is on the right.
3. Optical unit
When checking the optical unit, avoid direct exposure to the laser beam, which is invisible. Shown at below is the label located on the cover of the optical unit.
4. Maintenance
For safety of the service personnel, follow the maintenance instructions in the other section of this manual.
5. Safety switch
The power to the laser unit is cut off when the front cover is opened.
xiv
Page 17
Safety Instructions Regarding the Disconnection of Power
Caution: The power plug is the main isolation device! Other switches on
the equipment are only functional switches and are not suitable for isolating the equipment from the power source.
Attention: Le débranchement de la fiche secteur est le seul moyen de mettre l’appareil hors tension. Les interrupteurs sur l’appareil ne sont que des interrupteurs de fonctionnement: ils ne mettent pas l’appareil hors tension.
WARNING
This equipment has been tested and found to comply with the limits for a Class B digital device, pursuant to Part 15 of the FCC Rules. These limits are designed to provide reasonable protection against harmful interference in a residential installation. This equipment generates, uses and can radiate radio frequency energy and, if not installed and used in accordance with the instructions, may cause harmful interference to radio communications. However, there is no guarantee that interference will not occur in a particular installation. If this equipment does cause harmful interference to radio or television reception, which can be determined by turning the equipment off and on, the user is encouraged to try to correct the interference by one or more of the following measures:
Reorient or relocate the receiving antenna.
Increase the separation between the equipment and receiver.
Connect the equipment into an outlet on a circuit different from that
to which the receiver is connected.
Consult the dealer or an experienced radio/TV technician for help.
The use of a non-shielded interface cable with the referenced device
is prohibited.
CAUTION The changes or modifications not expressly approved by the party responsible for compliance could void the user’s authority to operate the equipment.
This device complies with Part 15 of FCC Rules and RSS-Gen of IC Rules.
Operation is subject to the following two conditions; (1) this device may not cause interference, and (2) this device must accept any interference, including interference that may cause undesired operation of the device.
* The above warning is valid only in the United States of America.
Radio Tag Technology
In some countries the radio tag technology used in this equipment to identify the toner container may be subject to authorization and the use of this equipment may consequently be restricted.
MERCURY WARNING
THE LAMP(S) INSIDE THIS PRODUCT CONTAIN MERCURY AND MUST BE RECYCLED OR DISPOSED OF ACCORDING TO LOCAL, STATE OR FEDERAL LAWS.
xv
Page 18
Warranty (USA)
KM-2540 / KM-3040
MULTIFUNCTIONAL PRODUCT LIMITED WARRANTY
Kyocera Mita America, Inc. and Kyocera Mita Canada, Ltd. (both referred to as “Kyocera”) warrant the Customer’s new Multifunctional Product (referred to as “MFP”), and the new accessories installed with the initial installation of the MFP, against any defects in material and workmanship for a period of one (1) year, or 300,000 copies/prints from date of installation, whichever first occurs. In the event the MFP or an accessory is found to be defective within the warranty period, Kyocera’s only obligation and the Customer’s exclusive remedy shall be replacement of any defective parts. Kyocera shall have no obligation to furnish labor.
This warranty is valid only for the original retail purchaser (referred to as the “Customer”) of a new Kyocera MFP in the United States of America or Canada, based upon the country of purchase.
In order to obtain performance of this warranty, the Customer must immediately notify the Authorized Kyocera Dealer from whom the product was purchased. If the Kyocera Dealer is not able to provide service, write to Kyocera at the address below for the name and address of the Authorized Kyocera Dealer in your area or check Kyocera’s Website at www.kyoceramita.com
This warranty does not cover MFP’s or accessories which: (a) have become damaged due to operator negligence, misuse, accidents, improper storage or unusual physical or electrical stress, (b) have used parts or supplies which are not genuine Kyocera brand parts or supplies, (c) have been installed or serviced by a technician not employed by Kyocera or an Authorized Kyocera Dealer, or (d) have had the serial number modified, altered, or removed.
.
This warranty does not cover Maintenance Kits or the components of Maintenance Kits, which consist of the drum unit, the fixing unit, and the developing unit which have separate warranties.
This warranty gives the Customer specific legal rights. The Customer may also have other rights, which vary from state to state, or province to province. Neither the seller, nor any other person, is authorized to extend the time period or expand this warranty on behalf of Kyocera.
THIS WARRANTY IS MADE IN LIEU OF ALL OTHER WARRANTIES AND CONDITIONS, EXPRESS OR IMPLIED, AND KYOCERA SPECIFICALLY DISCLAIMS ANY IMPLIED WARRANTY OR CONDITION OF MERCHANTABILITY OR FITNESS FOR A PARTICULAR PURPOSE. THIS WARRANTY SHALL NOT EXTEND TO, AND KYOCERA SHALL NOT BE LIABLE FOR, ANY INCIDENT AL OR CONSEQUENTIAL DAMAGES WHICH MAY ARISE OUT OF THE USE OF, OR INABILITY TO USE, THE MFP.
xvi
Page 19
Over deze gebruikershandleiding
Deze gebruikershandleiding bestaat uit de volgende hoofdstukken:
1 Onderdeelnamen
Beschrijft de onderdelen van het apparaat en de toetsen op het bedieningspaneel.
2 Voorbereiding voor het gebruik
Uitleg over het toevoegen van papier, het plaatsen van originelen, het aansluiten van het apparaat en benodigde configuraties voor het eerste gebruik.
3 Basishandelingen
Beschrijft de basisprocedures voor kopiëren.
4 Optionele apparatuur
Introduceert de handige optionele apparatuur die voor dit apparaat beschikbaar is.
5 Onderhoud
Beschrijft het reinigen van het apparaat en het vervangen van de toner.
6 Problemen oplossen
Uitleg over het verwerken van foutberichten, papierstoringen en andere problemen.
Appendix
Bevat uitleg over het invoeren van tekst, beschrijft de mediatypen die kunnen worden gebruikt met het apparaat en geeft een overzicht van de specificaties van het apparaat.
Conventies in deze handleiding
De volgende conventies worden gebruikt, afhankelijk van de aard van de beschrijving.
Conventie Vet Geeft toetsen op het
[Normaal] Geeft toetsen op het
Cursief Geeft berichten op het
Opmerking Geeft extra informatie of
BELANGRIJK Geeft verplichte of
Beschrijving Voorbeeld
Druk op de Start-toets.
bedieningspaneel aan.
Druk op [Standaard].
aanraakpaneel aan.
Gereed voor kopiëren
aanraakpaneel aan.
handelingen ter referentie aan.
wordt weergegeven.
Opmerking -
BELANGRIJK -
verboden items aan om problemen te voorkomen.
xvii
Page 20
Originelen en papierformaten
In deze paragraaf wordt de in deze handleiding gebruikte notatie uitgelegd, wanneer naar origineelformaten of papierformaten wordt verwezen.
Bij A4 en B5, die zowel horizontaal als verticaal kunnen worden gebruikt, wordt de horizontale richting van het origineel/papier met een extra R­teken aangegeven.
Ingestelde richting
Verticale richting
B B
Aangegeven formaat
A4, B5, A5, B6, A6, 16K
A A
Origineel Formaat
Bij origineel/papier is afmeting A langer dan B. Horizontale richting
B B
A
Origineel Formaat
Bij origineel/papier is afmeting A korter dan B.
a. Het formaat van het origineel/papier dat kan worden gebruikt,
is afhankelijk van de functie en de invoerlade. Raadpleeg de pagina over die functie of invoerlade voor meer informatie.
A
A4R, B5R, A5R, B6R, A6R, 16KR
a
xviii
Page 21

1 Onderdeelnamen

In dit hoofdstuk worden onderdelen van het apparaat en toetsen op het bedieningspaneel beschreven.
Hoofdgedeelte 1-2 Bedieningspaneel 1-5 Aanraakpaneel 1-6
Onderdeelnamen 1-1
Page 22

Hoofdgedeelte

1
2
7
3
4
5 6
1 Origineelklep (optioneel) 2 Glasplaat 3 Aanduidingsplaten origineelformaat 4 Linkerklep 1 5 Hendel linkerklep 1 6 Linkerklep 2 7 Houder voor paperclips 8 Bedieningspaneel 9 Cassette 1 10 Cassette 2
8
9 10
1-2 Onderdeelnamen
Page 23
13
1211
14
15
16
18
17
11 Tonercontainer 12 Stopper tonercontainer 13 Hoofdlader 14 Tonerafvalbak 15 Reinigingsborstel 16 Groene knop (A1) 17 Papierinvoereenheid (A2) 18 Klep papierinvoereenheid (A3)
Onderdeelnamen 1-3
Page 24
19
24
25
26 27
28
20
232221
19 Voorklep 20 Papierbreedtegeleider 21 Instelmechanisme voor papierbreedte 22 Papierlengtegeleider 23 Draaghendels 24 Bovenste opvangbak 25 Uitvoerstopper 26 Papierbreedtegeleider 27 Hoofdschakelaar 28 MF-lade (multifunctionele lade)
1-4 Onderdeelnamen
Page 25

Bedieningspaneel

1678910111214
2 3 4
5 13
Gereed voor kopiëren.
A4 Normaal
A3
APS
Kleur A4
MF L a de Normaal
Normaal A4
Normaal
Standaard
Auto %
100%
Verk l. / vergroten tingsmodus
Auto m. belichting
Belich-
ProgrammaFunctieGebr.sel.
Pap.form. Inst.
100%
Uit
Nieten Linksboven
Nieten
A4
4-in-1
Marge Links
Rand Wiss en
17
18
19
15
16
1 Draaiknop voor het aanpassen van de helderheid 2 Toets (lampje) Copy (kopieerapparaat) 3 Toets (lampje) Print 4 Toets (lampje) FAX 5 Toets System Menu/Counter (systeemmenu/teller) 6 Toets en lampje Print Management (afdrukbeheer) 7 Toets en lampje Repeat Copy (herhalingskopie) 8 Toets en lampje Job Build (opbouwtaak) 9 Toets en lampje Mixed Sized Originals (originelen met
diverse formaten)
10 Toets Logout (afmelden) 11 Toets en lampje Interrupt (onderbreken) 12 Toets en lampje Energy Saver (energiespaarmodus) 13 Toets en lampje Power (aan/uit) 14 Hoofdvoedingslampje 15 Aanraakpaneel 16 Cijfertoetsen 17 Toets Reset (resetten) 18 Toets Stop/Clear (stoppen/wissen) 19 Toets en lampje Start (starten)
Onderdeelnamen 1-5
Page 26

Aanraakpaneel

Wordt weergegeven door op de Copy-toets te drukken. Het scherm verandert wanneer op 1, 2, 3 en 4 wordt gedrukt.
1 Scherm [Standaard]
Gereed voor kopiëren.
A4 Normaal
A3 Kleur
A4 Normaal
A4 Normaal
APS
MF Lad e Normaal
Aut o %
100%
Verkl./ vergroten tingsmodus
Standaard
1 2 3 4
Autom. belichting
Belich-
ProgrammaFunctieGebr.sel.
Pap.form. Inst.
100%
Uit
Nieten Linksboven
Nieten
A4
4-in-1
Marge Links
Rand Wissen
2 Scherm [Gebr.sel.]
Gereed voor kopiëren.
dubbelz./ splitsen kwaliteit modus
Kop. s mnv.
Beeld-
Pagina
Sorteren/ groeperen
Boek
3 Scherm [Functie]
Gereed voor kopiëren.
Selecteer papier s plitsen
Belich- Verkl./ tingsmodus vergroten
Beeld­kwaliteit
Sorteren/ groeperen
dubbelz./
Marge/ bld ver s ch
Wis-
Selecteer form orig.
Autom. selectie
Pagina nummers
Voorblad­modusmodus
4 Scherm [Programma]
Gereed voor kopiëren.
Oproepen abc
list a
list b
list c
list d
file 1
file 2
Marge/ bld vers ch
Voorblad­modusnummers
ProgrammaFunctieGebr.sel.Standaard
Kop. s mnv.
Batch Scannen
Boek
ProgrammaFunctieGebr.sel.Standaard
ProgrammaFunctieGebr.sel.Standaard
Wis-
Selecteer form orig.
Omhoog
Omlaag
Prog./verw.
Vastleggen
Verw.
Wijzigen naam
Pap.form. Inst.
A4
100%
Pap.form. Inst.
A4
100%
Pap.form. Inst.
A4
100%
4-in-1
Marge Links
Rand Wissen
4-in-1
Marge Links
Rand Wissen
4-in-1
Marge Links
Rand Wissen
1-6 Onderdeelnamen
Page 27
2 Voorbereiding voor het
gebruik
Dit hoofdstuk geeft uitleg over de voorbereidingen die u moet treffen voordat u het apparaat in gebruik neemt.
Papier plaatsen 2-2
Voordat u papier plaatst...................... ... .... ... ... ........................ 2-2
Papier in cassette 1 en 2 plaatsen .......................................... 2-3
Papier in de MF-lade plaatsen................................................. 2-5
Enveloppen plaatsen............................................................... 2-7
Het mediatype en het papierformaat voor de cassettes en de MF-lade instellen 2-8
Het papierformaat voor de cassettes opgeven........................ 2-8
Het mediatype voor de cassettes opgeven ............................. 2-9
Het papierformaat voor de MF-lade opgeven........................ 2-10
Het mediatype voor de MF-lade opgeven ............................. 2-14
Originelen plaatsen 2-15
Originelen op de glasplaat leggen................ ... ... ... .... ... ... ... ... 2-15
Originelen in de documenttoevoer plaatsen (optioneel)........ 2-16
Taal 2-19

Voorbereiding voor het gebruik 2-1

Page 28

Papier plaatsen

In de standaardconfiguratie kan papier in de twee cassettes en de MF­lade worden geplaatst. Er is ook een optionele papierinvoer verkrijgbaar . (Zie Hoofdstuk 4 Optionele apparatuur.)

Voordat u papier plaatst

Wanneer u een nieuw pak papier opent, waaiert u het papier eerst los om de vellen uit elkaar te halen. Volg daarbij onderstaande stappen.
1 Buig de stapel papier zodanig dat het midden van het papier
omhoog wijst.
2 Houd beide uiteinden van de stapel vast, zorg dat de onderkant van
de stapel vlak is en doe de bovenkant omhoog wijzen.
3 Beweeg uw rechter- en linkerhand beurtelings omhoog om een
opening te creëren en lucht tussen de vellen papier te brengen.
4 Maak er ten slotte een rechte stapel van op een vlakke tafel. Als het papier gekruld of gevouwen is, maakt u dit recht voordat u het
papier plaatst. Gekruld of gevouwen papier kan papierstoringen veroorzaken.
BELANGRIJK Als u op gebruikt papier (papier dat al voor kopiëren is gebruikt) kopieert, gebruikt u geen geniet papier of papier dat met een paperclip aan elkaar is bevestigd. Dit kan het apparaat beschadigen of een slechte beeldkwaliteit veroorzaken.
Opmerking Als afdrukken omkrullen of niet netjes zijn gestapeld, draait u de stapel papier in de cassette om.
Stel geopend papier niet bloot aan hoge temperaturen en hoge luchtvochtigheid, aangezien vocht problemen kan veroorzaken. Sluit na het plaatsen van papier in de MF-lade of in een cassette eventueel resterend papier goed in de bewaarzak voor papier af.
Als het apparaat langere tijd niet gebruikt gaat worden, beschermt u al het papier tegen vocht door het uit de cassettes te verwijderen en in de bewaarzak voor papier op te bergen.
Opmerking Raadpleeg de Advanced Operation Guide als u speciaal papier gebruikt zoals briefhoofden, papier met perforaties of voorgedrukt papier met bijvoorbeeld een logo of bedrijfsnaam.
2-2 Voorbereiding voor het gebruik
Page 29

Papier in cassette 1 en 2 plaatsen

U kunt tot 500 vellen standaardpapier (80 g/m²) of gekleurd papier (80 g/m²) in elk van de twee standaardcassettes plaatsen.
De volgende papierformaten worden ondersteund: 11 × 17", 8 1/2 × 14", 11 × 8 1/2", 8 1/2 × 11", 5 1/2 × 8 1/2", 8 1/2 × 13" (Oficio II), 8 1/2 × 13 1/2", A3, B4, A4, A4R, B5, B5R, A5R, Folio, 8K, 16K en 16KR.
BELANGRIJK Wanneer u andere mediatypen gebruikt dan normaal papier (zoals gerecycled of gekleurd papier), moet u altijd de instelling van het mediatype opgeven. (Raadpleeg Het mediatype voor de cassettes opgeven op pagina 2-9.)
In de cassettes kan papier van 60 tot 120 Wanneer u papier van 120 voor Het mediatype voor de cassettes opgeven op pagina 2-9. Een verkeerde instelling van het mediatype kan papierstoringen en een slechtere kopieerkwaliteit tot gevolg hebben.
g/m² gebruikt, moet u [Dik papier] opgeven
g/m² worden geplaatst.
1 Trek de cassette naar u toe, totdat deze stopt.
Opmerking Trek niet meer dan één cassette tegelijkertijd uit.
2 Houd het instelmechanisme voor de papierbreedte vast, terwijl u de
papierbreedtegeleiders op het papierformaat aanpast.
Opmerking De papierformaten staan op de cassette vermeld.
3 Pas de papierlengtegeleider aan de lengte van het papier aan.
Voorbereiding voor het gebruik 2-3
Page 30
Opmerking De papierformaten staan op de cassettes vermeld.
A
B
Volg onderstaande stappen voor het instellen van de formaatschakelaar om te wisselen tussen het inchformaat en het metrisch formaat (A, B-formaten).
1 Houd het instelmechanisme voor de papierbreedte vast,
terwijl u de papierbreedtegeleider op een andere stand zet dan die van het papier.
2 Draai de formaatschakelaar A 90°. > 3 Zet de formaathendel B omhoog (C) of omlaag (I).
C: metrisch formaat (centimeter) (A, B-formaten) I: inchformaat
4 Draai de formaatschakelaar 90° om hem te vergrendelen.
>
4 Leg het papier strak tegen de linkerkant van de cassette aan.
BELANGRIJK Zorg voor het plaatsen van het papier dat het niet gekruld of gevouwen is. Gekruld of gevouwen papier kan papierstoringen veroorzaken.
Zorg dat het papier niet boven de niveau-aanduiding uitkomt (zie de afbeelding).
Wanneer u het papier plaatst, houdt u de kant van de sluiting opwaarts gericht.
De lengte- en breedtegeleiders van het papier moeten aan het papierformaat worden aangepast. Wanneer u het papier plaatst zonder deze geleiders aan te passen, kan het papier schuin worden ingevoerd met papierstoringen tot gevolg.
Zorg ervoor dat de lengte- en breedtegeleiders stevig tegen het papier geklemd zitten. Als er nog ruimte is, past u de ge leid er s opnieuw aan het papier aan.
5 Plaats het relevante papierformaatkaartje in de sleuf om het formaat
van het geplaatste papier aan te geven.
6 Duw de cassette voorzichtig terug.
Opmerking Als het apparaat langere tijd niet gebruikt gaat worden, beschermt u al het papier tegen vocht door het uit de cassettes te verwijderen en in de oorspronkelijke verpakking op te bergen.
7 Selecteer het mediatype (normaal, gerecycleerd, enz.) voor de
cassette op het bedieningspaneel. (Raadpleeg Het mediatype voor de cassettes opgeven op pagina 2-9.)
2-4 Voorbereiding voor het gebruik
Page 31

Papier in de MF-lade plaatsen

De MF-lade kan tot 200 vellen standaardpapier (80 g/m²) bevatten. De MF-lade kan papierformaten van 11 × 17" tot 5 1/2 × 8 1/2", A3 tot
A6R, 8K, 16K en 16KR bevatten. Gebruik de MF-lade om af te drukken op speciaal papier.
BELANGRIJK Wanneer u andere mediatypen gebruikt dan normaal papier (zoals gerecycled of gekleurd papier), moet u altijd de instelling van het mediatype opgeven. (Raadpleeg Het mediatype voor de MF- lade opgeven op pagina 2-14.)
De capaciteit van de MF-lade is als volgt:
Dik papier (120 g/m²): 130 vellen
Dik papier (160 g/m²): 100 vellen
Dik papier (200 g/m²): 50 vellen
Hagaki: 80 vellen
OHP-folies: 25 vellen
Envelop DL, Envelop C5, Comm. #10, Monarch, Y oukei4, Youkei 2:
20 vellen
Opmerking Wanneer u papier met een aangepast formaat plaatst, geeft u het papierformaat op volgens de richtlijnen in Het papierformaat voor de MF-lade opgeven op pagina 2-10.
Wanneer u speciaal papier gebruikt zoals transparanten of dik papier, selecteert u het papiertype volgens de richtlijnen in Het mediatype voor de MF-lade opgeven op pagina 2-14.
1 Open de MF-lade.
2 Pas de papierbreedtegeleiders aan de breedte van het papier aan.
Voorbereiding voor het gebruik 2-5
Page 32
3 Plaats het papier langs de papierbreedtegeleiders in de lade, totdat
het niet verder kan.
BELANGRIJK Houd de kant van de sluiting opwaarts gericht. Gekruld papier moet u recht maken voor gebruik. Strijk de bovenzijde glad als die opgekruld is. Wanneer u papier plaatst, moet u de papierbreedtegeleiders
steeds aanpassen aan de breedte van het papier. Als u het papier tegen een zijde van de MF-lade aandrukt en vervolgens het apparaat gebruikt zonder de papierbreedtege leiders aan te passen aan de breedte van het papier, zullen storing en on tstaan.
2-6 Voorbereiding voor het gebruik
Page 33

Enveloppen plaatsen

Er kunnen tot 20 enveloppen in de MF-lade worden geplaatst. De volgende envelopformaten kunnen worden gebruikt.
Ondersteunde envelop Formaat
Monarch 3 7/8 × 7 1/2" Comm. #10 4 1/8 × 9 1/2" Envelope DL 110 × 220 mm Envelope C5 162 × 229 mm Executive 7 1/4 × 10 1/2" Comm. #9 3 7/8 × 8 7/8" Comm. #6-3/4 3 5/8 × 6 1/2" ISO B5 176 × 250 mm Envelope C4 229 × 324 mm Oufuku Hagaki 148 × 200 mm Youkei 2 162 × 114 mm Youkei 4 234 × 105 mm
1 Open de MF-lade.
2 Pas de papierbreedtegeleiders aan de breedte van de envelop aan.
3 Sluit de flap bij enveloppen met een liggend formaat. Schuif de
envelop zo ver mogelijk langs de geleiders en houd daarbij de te bedrukken zijde naar boven met de klep gesloten.
Open de flap bij enveloppen met een staand formaat. Schuif de envelop zo ver mogelijk langs de geleiders en houd daarbij de te bedrukken zijde naar boven met de klep in de tegenovergestelde richting van de ingang gericht.
BELANGRIJK Hoe u de enveloppen precies moet plaatsen (richting en kant) hangt af van het soort envelop. Zorg dat u ze op de juiste manier plaatst. Anders kunnen ze in de verkeerde richting of op de verkeerde kant worden bedrukt.
Opmerking Wanneer u enveloppen in de MF-lade plaatst, raadpleegt u Het mediatype voor de MF-lade opgeven op pagina 2-14 om de envelopsoort te selecteren.
Voorbereiding voor het gebruik 2-7
Page 34
Het mediatype en het papierformaat voor de
t
n
n
cassettes en de MF-lade instellen
De standaardinstelling van het papierformaat voor cassettes 1 en 2 en voor de optionele papierinvoer (cassettes 3 en 4) is [Autom. Detectie], en de standaardinstelling van het mediatype is [Normaal]. Om het papiertype dat wordt gebruikt vast in te stellen, moet u de instellingen van het papierformaat en het mediatype opgeven. Raadpleeg Het
papierformaat voor de cassettes opgeven hieronder en Het mediatype voor de cassettes opgeven op pagina 2-9.
De standaardinstelling van het papierformaat voor de MF-lade is [Autom. Detectie], en de standaardinstelling van het mediatype is [Normaal]. Om het papiertype dat wordt gebruikt vast in te stellen, moet u de instellingen van het papierformaat en het mediatype opgeven. Raadpleeg Het
papierformaat voor de MF-lade opgeven op pagina 2-10 en Het mediatype voor de MF-lade opgeven op pagina 2-14.

Het papierformaat voor de cassettes opgeven

Om het papiertype dat wordt gebruikt in cassette 1 en 2 en de optionele papierinvoer (cassettes 3 en 4) vast in te stellen, moet u het papierformaat opgeven. Als u het papierformaat automatisch wilt zoeken, stelt u [Autom. Detectie] in en kiest u [Centimeter] of [Inch].
De volgende papierformaten zijn beschikbaar. 11 × 17", 8 1/2 × 14", 11 × 8 1/2", 8 1/2 × 11", 5 1/2 × 8 1/2",
8 1/2 × 13 1/2", 8 1/2 × 13" (Oficio II), A3, B4, A4, A4R, B5, B5R, A5R, Folio, 8K, 16K, 16KR
1 Druk op de toets System Menu/Counter.
Systeem Menu/ Counter
Systeemmenu
Kopiëren standaard
Mac hine standaard
Taal
MF La de instelling
Registreer orig form.
Systeem Menu/ Counter
Machine standaard
Standa ardmenu
Automat. la de nwisseling
Papierform a a t (1e lade )
Papierform a a t (2e lade ) Papierform a a t (3e lade ) Papierform a a t (4e lade) Wijz .
Systeemmenu
Instellingsmodus
Aan / Alle types papier
Auto/Centimeter
Auto/Centimeter Auto/Centimeter Auto/Centimeter
2 Druk op [Machine standaard]. 3 Gebruik de cijfertoetsen om de 4-cijferige beheercode in te voeren.
Taak Accou
Print rappor
De standaardinstelling is 2500 voor het model van 25 kpm en 3000 voor het model van 30 kpm.
Als de juiste beheercode is ingevoerd, wordt het scherm Machine standaard weergegeven.
4 Druk op [S] of [T], selecteer de lade waar u het papierformaat van
wilt instellen in Papierformaat (1e lade) - Papierformaat (4e lade) en druk op [Wijz. nr].
Opmerking Wanneer de optionele papierinvoer is geïnstalleerd, worden 3e lade en 4e lade weergegeven.
2-8 Voorbereiding voor het gebruik
Page 35
Papierformaat (1e lade)
n
d
t
n
n
Selecteer aut o m. papiersele ct ie e voor s pe ciale pa pie rlade(s ).
A3
Autom. Detectie
Stand. formaat
Systeemmenu Machine standaar
A4
A4
A5
-
½×8½"
½×13 ½"
½×13 "
K
Vorige
16K
16K
Sluiten
5 Als [Autom. Detectie] is geselecteerd, kiest u de eenheid. Als [Stand.
formaat] is geselecteerd, kiest u het papierformaat. Druk op [Sluiten].
Toets Beschrijving
[Sluiten] Bewaart de instellingen en keert terug naar de
vorige pagina.
[Vorige] Annuleert de instellingen en keert terug naar de
vorige pagina.
6 Druk op [Sluiten]. 7 Druk op [Einde]. Het scherm keert terug naar het scherm
[Standaard].

Het mediatype voor de cassettes opgeven

Om een ander mediatype dan normaal papier te gebruiken in cassettes 1 en 2 of de optionele papierinvoer (cassettes 3 en 4), moet u de instelling van het mediatype opgeven.
De volgende mediatypen zijn beschikbaar.
Normaal, Ruw, Velijn papier, Recycle, Preprint, Zwaar, Kleur, Geperf., Briefpap., Dik papier, Hoge kwaliteit, Vrij 1 - 8
Systeem Menu/ Counter
Systeemmenu
Kopiëren standaard
Mac hine standaard
Systeem Menu/ Counter
Mac hine s tandaard
Standaardmenu
Papiert ype (1e la de )
Papiert ype (2e la de ) Papiert ype (3e la de ) Papiert ype (4e la de ) Pap form . vo or MFL ops l.
Systeemmenu
Normaal
Kleur Normaal Normaal
Taal
MF Lade instelling
Registreer orig form.
Instellingsmodus
BELANGRIJK Als de optionele faxkit is geïnstalleerd, zijn de onderstaande mediatypen beschikbaar voor het afdrukken van ontvangen faxen.
Normaal, Ruw, Recycle, Zwaar, Kleur, Hoge kwaliteit, Vrij 1 - 8
1 Druk op de toets System Menu/Counter.
2 Druk op [Machine standaard]. 3 Gebruik de cijfertoetsen om de 4-cijferige beheercode in te voeren.
Taak Accou
Print rappor
De standaardinstelling is 2500 voor het model van 25 kpm en 3000 voor het model van 30 kpm.
Als de juiste beheercode is ingevoerd, wordt het scherm Machine standaard weergegeven.
4 Druk op [S] of [T], selecteer de lade waar u het mediatype van wilt
instellen in Papiertype (1e lade) - Papiertype (4e lade) en druk op [Wijz. nr].
Opmerking Wanneer de optionele papierinvoer is geïnstalleerd, worden 3e lade en 4e lade weergegeven.
Wijz .
Voorbereiding voor het gebruik 2-9
Page 36
Papiert ype (1e lad e )
g
Mediatype s electeren en weergeven.
Normaal
Re c y c le Kleur Vrij 2
Ruw Velijn
papier
Preprint
Dik pa pie r Briefpa p.
Machine standaardSysteemmenu
-
Geperf.
Dik papier
Hoge kwaliteit
Vrij 1
Vrij 3
Vrij 4
5 Selecteer het mediatype en druk op [Sluiten].
Vori
6 Druk op [Sluiten]. 7 Druk op [Einde]. Het scherm keert terug naar het scherm
[Standaard].

Het papierformaat voor de MF-lade opgeven

Om het papiertype dat wordt gebruikt in de MF-lade vast in te stellen, moet u de instelling van het papierformaat opgeven.
De volgende papierformaten zijn beschikbaar.
Instellings­methode
Autom. Detectie
Eenheid Papierformaat
Inch 11 × 17", 8 1/2 × 14", 11 × 8 1/2",
8 1/2 × 11", 5 1/2 × 8 1/2"
Centimeter A3, B4, A4, A4R, B5, B5R, A5R, B6R, A6R
Andere standaardformaten
ISO B5, Envelop DL, Envelop C5, Envelop C4, Comm. #10, Comm. #9, Comm. #6­3/4, Monarch, Executive, OUFUKU HAGAKI (antwoordkaart), YOUKEI 2, YOUKEI 4, 8 1/2 × 13 1/2", 8 1/2 × 13" (Oficio II), 8K, 16K, 16KR
Invoer formaat Amerikaanse modellen
Hoogte: 3 7/8 - 11 5/8" (stappen van 1/8") Breedte: 5 7/8 - 17" (stappen van 1/8")
Europese modellen Hoogte: 98 - 297 mm (stappen van 1 mm)
Breedte: 148 - 432 mm (stappen van 1 mm)
Aangepast formaat Vooraf toegewezen papierformaat 1-4
Toewijsbare papierformaten Amerikaanse modellen Hoogte: 3 7/8 - 11 5/8" (stappen van 1/8")
Breedte: 5 7/8 - 17" (stappen van 1/8") Europese modellen Hoogte: 98 - 297 mm (stappen van 1 mm)
Breedte: 148 - 432 mm (stappen van 1 mm)
Autom. Detectie
Het papierformaat wordt automatisch gevonden. Kies tussen maateenheden in [Centimeter] of [Inch].
1 Druk op de toets System Menu/Counter.
2-10 Voorbereiding voor het gebruik
Page 37
Systeem Menu/ Counter
t
n
g r
o
t
n
g r
v
g
Systeemmenu
Kopiëren standaard
Mac hine standaard
Taal
MF Lade instelling
Registreer orig form.
2 Druk op [MF Lade instelling].
Taak Accou
Print rappor
Systeem Menu/ Counter
MF ladeinste lling
Pap.form. Papie
Autom. Detectie
Invoer­formaat
Andere Standaard
Eenheid
Centimeter
Inch
Systeem Menu/ Counter
Systeemmenu
Kopiëren standaard
Mac hine standaard
Taal
MF Lade instelling
Registreer orig form.
Taak Accou
Print rappor
3 Druk op [Autom. Detectie]. 4 Kies tussen [Centimeter] of [Inch].
Vori
5 Druk op [Sluiten]. Het scherm keert terug naar het scherm
[Standaard].
N
Andere standaardformaten
Geef speciale standaardformaten op.
1 Druk op de toets System Menu/Counter.
2 Druk op [MF Lade instelling].
Systeem Menu/ Counter
MF ladeinste lling
Pap.form. Papie
Autom. formaat formaat
Invoer­formaat
Andere Standaard
Envelop C4
Selecteer
Systeem Menu/ Counter
Selecteer form a at
3 Druk op [Andere Standaard] en dan op [Selecteer formaat].
Vori
En
4 Selecteer het papierformaat. 5 Druk op [Sluiten].
Vori
6 Druk op [Sluiten]. Het scherm keert terug naar het scherm
ISO B5 Envelop
DL Envelop
C5 Envelop
C4
Comm.#10
Comm.#9 Comm.
#6-3/4 MO YOU K EI 4
EX
OUFUKU HAGAKI
YOU KE I 2
Voorbereiding voor het gebruik 2-11
8½×13½"
8½×13"
8K
16K
16K
[Standaard].
Page 38
Invoer formaat
t
n
g r
v
t
n
n
Geef het gewenste papierformaat op.
1 Druk op de toets System Menu/Counter.
Systeem Menu/ Counter
Systeemmenu
Kopiëren standaard
Mac hine standaard
Taal
MF La de instelling
Registreer orig form.
Systeem Menu/ Counter
MF ladeinste lling
Pap.form. Papie
Autom. Detectie
Invoer­formaat
Andere Standaard
(98~297)
mm
297
YX
(148~432)
420
mm
2 Druk op [MF Lade instelling].
Taak Accou
Print rappor
3 Druk op [Invoerformaat]. 4 Druk op [+] en [–] om de Y (hoogte) en X (breedte) van het formaat
Vori
in te stellen. Bij de Europese modellen kunt u het formaat rechtstreeks instellen
En
door op de [Cijfers] te drukken.
5 Druk op [Sluiten]. Het scherm keert terug naar het scherm
[Standaard].
Aangepast formaat
Sla veelgebruikte papierformaten als aangepaste formaten op. U kunt voor elk aangepast formaat tevens het mediatype instellen.
Toewijzingsmethode
1 Druk op de toets System Menu/Counter.
Systeem Menu/ Counter
Systeemmenu
Kopiëren standaard
Mac hine standaard
Taal
MF La de instelling
Registreer orig form.
Systeem Menu/ Counter
Mac hine s tandaard
Standaardmenu
Papiert ype (1e la de ) Papiert ype (2e la de ) Papiert ype (3e la de ) Papiert ype (4e la de )
Pap form . vo or MFL ops l.
Systeemmenu
2-12 Voorbereiding voor het gebruik
Normaal Kleur Normaal Normaal
Instellingsmodus
2 Druk op [Machine standaard]. 3 Gebruik de cijfertoetsen om de 4-cijferige beheercode in te voeren.
Taak Accou
Print rappor
De standaardinstelling is 2500 voor het model van 25 kpm en 3000 voor het model van 30 kpm.
Als de juiste beheercode is ingevoerd, wordt het scherm Machine standaard weergegeven.
4 Druk op [S] of [T] om Pap form. voor MFL opsl. te selecteren en
druk op [Wijz. nr].
Wijz .
Page 39
Pap form. voor MFL opsl.
n
r
e
r
t
n
g r
v
Voegt papie r formaat toe voor multif u nct ione le lade.
Standaardmenu
Papierfrm. (Gebr. reg. 1)
Papierfrm. (Gebr. reg. 2) Papierfrm. (Gebr. reg. 3) Papierfrm. (Gebr. reg. 4)
Systeemmenu Machine standaard-
Papierfrm. (Gebr. reg. 1)
Voegt papierformaat toe voor multifunctionele lade.
YmmXmm
Uit
Aan
Systeemmenu Machine standaard- Pa p form. voor MFL ops l.-
297×420mm
297×420mm 297×420mm 297×420mm
(98~297) (148~432)
297 420
Instellingsmodus
5 Druk op [S] of [T], selecteer het te registreren nummer in
Papierfrm. (Gebr. reg. 1 - 4) en druk op [Wijz. nr].
Wijz.
6 Druk op [Aan] en dan op [+] of [–] om de Y (lengte) en X (breedte)
Vo
van het formaat in te stellen.
Papi
Bij de Europese modellen kunt u het formaat rechtstreeks instellen door op de [Cijfers] te drukken.
No
Als u een mediatype wilt opgeven, drukt u op [Selecteer Papiertype]. Selecteer het mediatype en druk op [Sluiten].
7 Druk op [Sluiten]. 8 Druk op [Sluiten]. 9 Druk op [Einde]. Het scherm keert terug naar het scherm
[Standaard].
Instellingsmethode
1 Druk op de toets System Menu/Counter.
Systeem Menu/ Counter
Systeemmenu
Kopiëren standaard
Mac hine standaard
Taal
MF Lade instelling
Registreer orig form.
Systeem Menu/ Counter
MF ladeinste lling
Pap.form. Papie
Autom. formaat formaat
Invoer­formaat
Andere Standaard
Envelop C4
Selecteer
/ Counter
Vorige Sluiten
Gebruik reg.
4
.#10
.#9 .
EX
OUFUKU HAGAKI
YOU KE I 2
YOU KE I 4
8½×13½"
8½×13"
8K
16K
16K
297×420mm
297×420mm
297×420mm
297×420mm
2 Druk op [MF Lade instelling].
Taak Accou
Print rappor
3 Druk op [Andere Standaard] en dan op [Selecteer formaat].
Vori
En
4 Selecteer het papierformaat in Aangepast formaat (Gebruik reg.). 5 Druk op [Sluiten]. 6 Druk op [Sluiten]. Het scherm keert terug naar het scherm
[Standaard].
Voorbereiding voor het gebruik 2-13
Page 40

Het mediatype voor de MF-lade opgeven

t
n
g
Om een ander mediatype dan normaal papier te gebruiken in de MF­lade, moet u de instelling van het mediatype opgeven.
De volgende mediatypen zijn beschikbaar.
Normaal, Overheads, Ruw, Velijn papier, Etiketten, Recycle, Preprint, Zwaar, Karton kaart, Kleur, Geperf., Briefpap., Dik papier , Envelop, Hoge kwaliteit, Vrij 1 - 8
BELANGRIJK Als de optionele faxkit is geïnstalleerd en u de MF­lade gebruikt om ontvangen faxen af te drukken (zie Handmatige papierinvoer in-/uitschakelen (instelling MF-lade) in Hoofdstuk 6 van de gebruikershandleiding van de faxkit), zijn de onderstaande mediatypen beschikbaar.
Normaal, Ruw, Recycle, Zwaar, Kleur, Hoge kwaliteit, Vrij 1 - 8
Opmerking Het mediatype voor het papierformaat van de MF­lade kan niet worden gewijzigd wanneer er een aangepast formaat is geselecteerd waarvoor al een mediatype is ingesteld.
1 Druk op de toets System Menu/Counter.
Systeem Menu/ Counter
Systeemmenu
Kopiëren standaard
Mac hine standaard
/ Counter
Eenheid
Centimeter
Inch
Systeem Menu/ Counter
Selecteer papier type
Normaal
Overheads
Ruw Velijn
papier
Etiketten
Re c yc le Kleur Envelop Vrij 2
Preprint
Dik papier Briefpa p .
Taal
MF La de instelling
Registreer orig form.
SluitenVorige
Papiertype
papier
Hoge kwaliteit
Selecteer Papiertype
Vrij 1
Vrij 4
Normaal
Karton Dik kaart
Geperf. Vrij 3
2 Druk op [MF Lade instelling].
Taak Accou
Print rappor
3 Druk op [Selecteer Papiertype].
4 Selecteer het mediatype. 5 Druk op [Sluiten].
Vori
6 Druk op [Sluiten]. Het scherm keert terug naar het scherm
[Standaard].
2-14 Voorbereiding voor het gebruik
Page 41

Originelen plaatsen

Volg onderstaande stappen om originelen te plaatsen voor kopiëren.

Originelen op de glasplaat leggen

Naast gewone vellen kunt u als origineel ook boeken of tijdschriften op de glasplaat plaatsen.
1 Open de origineelklep.
Opmerking Open in plaats daarvan de optionele documenttoevoer als die is geïnstalleerd. Zorg voor u de documenttoevoer opent, dat geen originelen in de originelenlade of de originelenuitvoer zijn achtergebleven. Achtergebleven originelen kunnen van het apparaat afvallen wanneer de documenttoevoer wordt geopend.
Laat de documenttoevoer open als het origineel dikker dan 40 mm is.
2 Plaats het origineel. Plaats de te scannen zijde met het beeld
omlaag en lijn ze strak uit tegen de aanduidingsplaten voor het origineelformaat met de linkerachterhoek als referentiepunt.
Aanduidingsplaten origineelformaat (Amerikaanse modellen)
Voorbereiding voor het gebruik 2-15
Page 42
(Europese modellen)
3 Sluit de origineelklep.
BELANGRIJK Duw de origineelklep bij het sluiten niet met kracht omlaag. Te veel druk kan ervoor zorgen dat de glasplaat breekt.
Opmerking Er kunnen schaduwen ontstaan aan de randen en in het midden van open originelen.
VOORZICHTIG Laat de documenttoevoer niet openstaan, want dan bestaat er gevaar voor lichamelijk letsel.

Originelen in de documenttoevoer plaatsen (optioneel)

De optionele documenttoevoer scant automatisch elk vel van meerdere originelen. Beide zijden van dubbelzijdige originelen worden gescand.
Onderdeelnamen van de documenttoevoer
1237456
1 Lampje voor geplaatste originelen 2 Bovenklep 3 Breedtegeleiders voor originelen
2-16 Voorbereiding voor het gebruik
Page 43
4 Origineleninvoer 5 Originelenuitvoer 6 Origineelstopper 7 Handgreep voor openen
Originelen ondersteund door de documenttoevoer
De documenttoevoer ondersteunt de volgende origineelsoorten.
Item Specificaties
Gewicht 45 g/m² tot 160 g/m² Formaat Maximum 11× 17" tot minimum 5 1/2 × 8 1/2"
Maximum A3 tot minimum A5R
Capaciteit Normaal papier (80 g/m²), gekleurd papier,
gerecycled papier: 75 vellen (originelen met variërende formaten: 30 vellen)
Dik papier (120 g/m²): 49 vellen Dik papier (160 g/m²): 37 vellen Kunstdrukpapier: 1 vel Papier van hoge kwaliteit (110 g/m²): 54 vellen
Originelen niet ondersteund door de documenttoevoer
Gebruik de documenttoevoer niet voor de volgende soorten originelen.
Zachte originelen zoals vinylvellen
Transparanten zoals OHP-film
Carbonpapier
Originelen met erg gladde oppervlakken
Originelen met kleefband of lijm
Natte originelen
Originelen met niet goed opgedroogde correctievloeistof
Originelen met een onregelmatige vorm (niet rechthoekig)
Originelen met uitsparingen
Gekreukt papier
Originelen met vouwen (Strijk de vouwen glad voor plaatsing. Als u
dit niet doet, kan een papierstoring optreden.)
Originelen met paperclips of nietjes (Verwijder paperclips of nietjes en strijk eventuele golvingen, plooien of kreuken glad. Als u dit niet doet, kan een papierstoring optreden.)
Zo plaatst u originelen
BELANGRIJK Zorg er voor het plaatsen van originelen voor dat er
geen originelen in de originelenuitvoer zijn achtergebleven. Achtergebleven originelen kunnen nieuwe originelen doen vastlopen.
1 Pas de origineelbreedtegeleiders aan de breedte van de originelen
aan.
Voorbereiding voor het gebruik 2-17
Page 44
2 Plaats de originelen. Plaats de te scannen zijde (of de eerste zijde
van dubbelzijdige originelen) naar boven. Schuif de voorrand zo ver mogelijk in de documenttoevoer. Het lampje voor geplaatste originelen gaat aan.
BELANGRIJK Kijk of de breedtegeleiders van de originelen perfect op de originelen passen. Als er nog ru im te is, pa st u de geleiders opnieuw aan. Als u dit niet doet, kan dit leiden tot ee n papierstoring.
Zorg ervoor dat de geplaatste originelen niet boven de niveau­aanduiding uitkomen. Anders kan een papierstoring ontst aan (zie de afbeelding).
Originelen die voorgeboord zijn of perforaties bevatten, plaatst u zo dat de gaten of perforaties als laatste (en niet als eerste) worden gescand.
Lampje voor geplaatste originelen
Het lampje voor geplaatste originelen brandt afhankelijk van de manier waarop de originelen zijn geplaatst.
De aanduidingen en hun status zijn de volgende:
Groen lampje (bovenste lampje) brandt: het origineel is correct geplaatst.
Groen lampje (bovenste lampje) knippert: het origineel is niet correct geplaatst. Verwijder het en plaats het opnieuw.
Rood lampje (onderste lampje) knippert: het origineel is vastgelopen. Verwijder het vastgelopen origineel en plaats het correct.
2-18 Voorbereiding voor het gebruik
Page 45

Taal

t
n
Selecteer de taal die op het aanraakpaneel wordt weergegeven. De volgende talen zijn beschikbaar:
Modeltype Taal
Amerikaanse modellen
Europese modellen
1 Druk op de toets System Menu/Counter.
Engels (English), Frans (Français), Spaans (Español), Japans ( ), Portugees (Português)
Engels (English), Duits (Deutsch), Frans (Français), Spaans (Español), Italiaans (Italiano), Russisch ( ), Nederlands (Nederlands)
Systeem Menu/ Counter
Systeemmenu
Kopiëren standaard
Mac hine standaard
Taal
English Français Español Deutsch
Italiano
Systeemmenu
Taal
MF La de instelling
Registreer orig form.
Nederlands
2 Druk op [Taal].
Taak Accou
Print rappor
3 Selecteer de toets voor de taal die u wilt instellen. Het
aanraakpaneel verandert in deze taal.
Voorbereiding voor het gebruik 2-19
Page 46
2-20 Voorbereiding voor het gebruik
Page 47

3 Basishandelingen

In dit hoofdstuk worden de volgende handelingen uitgelegd.
Procedures voor basishandelingen bij kopiëren 3-2
De hoofdschakelaar uitschakelen............................................ 3-3
Beeldkwaliteit selecteren 3-4 Dichtheid aanpassen 3-5 Zoomen 3-6
Automatische zoom......... ... ... ... .... ... ... ..................................... 3-6
Handmatige zoom ................................................................... 3-7
Vooraf ingestelde zoom........................................................... 3-7
XY-zoom.................................................................................. 3-8
Duplexmodus 3-10
Enkelzijdig naar dubbelzijdig................................................. 3-10
Dubbelzijdig naar dubbelzijdig...... ... ... ... .... ... ... ... ... .... ... ... ... ... 3-10
Boek naar dubbelzijdig.......................................................... 3-10
Splitsmodus 3-13
Dubbelzijdig naar enkelzijdig........ ... ... ... .... ............................ 3-13
Boek naar enkelzijdig ............................................................ 3-13
Sorteermodus 3-15 Onderbrekingskopie 3-16 Laagverbruikmodus 3-17
Automatische laagverbruikmodus ................... ... ... .... ... ... ... ... 3-17
Slaapmodus 3-17
Automatische slaapmodus ........................ ... ... ... ... .... ... ... ... ... 3-17
Basishandelingen 3-1
Page 48
Procedures voor basishandelingen bij
t
t
k
kopiëren
Volg de onderstaande stappen voor de basishandelingen bij het kopiëren.
1 Open het klepje van de hoofdschakelaar en zet de hoofdschakelaar
in de stand Aan (|). Na het opwarmen gaat het groene Start-lampje van de Start-toets
branden.
2 Plaats het origineel.
Opmerking Raadpleeg Originelen plaatsen op pagina 2-15 voor instructies over het plaatsen van originelen.
Gereed voor kopiëren.
A4 Normaal
A3 Kleur
A4 Normaal
A4 Normaal
Standaard
APS
MF La de Normaal
Auto %
100%
Verkl./ vergroten tings modus
Autom. belichting
Belic h-
ProgrammaFunctieGebr.sel.
3 Controleer of [APS] is geselecteerd. In deze modus wordt papier dat
overeenkomt met het formaat van de originelen automatisch geselecteerd. Als u het papierformaat wilt wijzigen, drukt u op het gewenste papierformaat om de papierbron te selecteren.
Uit
Nie Lin
Nie
4 Gebruik de cijfertoetsen om de hoeveelheid kopieën in te vullen. U
kunt maximaal 999 exemplaren opgeven.
Opmerking Open de uitvoerstopper wanneer u kopieert op papier van het formaat 11 × 17" of A3.
5 Druk op de Start-toets.
3-2 Basishandelingen
Page 49
Opmerking Pas de hoek van het bedieningspaneel aan door aan de onderste hendel van het bedieningspaneel te trekken.
6 Verwijder de voltooide kopieën uit de bovenste opvangbak.
De bovenste opvangbak heeft ruimte voor 250 vellen standaardpapier (80 g/m²). De feitelijke capaciteit kan echter afhankelijk van het soort en de conditie van het papier verschillen.

De hoofdschakelaar uitschakelen

Druk via het bedieningspaneel op de Power-toets en schakel, nadat u heeft gecontroleerd of het Power-lampje is uitgegaan, de hoofdschakelaar uit.
Als de optionele faxkit is geïnstalleerd, kunt u geen faxen verzenden/ontvangen wanneer de hoofdschakelaar is uitgeschakeld ( -stand). Als u de stroom wilt uitschakelen, drukt u op de Power-toets van het bedieningspaneel.
Basishandelingen 3-3
Page 50
t
t
k
Gereed voor kopiëren.
g
e o
e
A4 Normaal
A3 Kleur
A4 Normaal
A4 Normaal
Standaard
APS
MF La de Normaal
Auto %
100%
Verkl./ vergroten tings modus
Autom. belichting
Belic h-
ProgrammaFunctieGebr.sel.

Beeldkwaliteit selecteren

Kies de beeldkwaliteit die geschikt is voor het soort origineel.
Beeldkwaliteit Beschrijving
Tekst+Foto Geschikt voor een combinatie van tekst- en foto-
originelen. Foto's Geschikt voor foto-originelen. Tekst Geschikt voor documentoriginelen met grote
hoeveelheden tekst.
1 Plaats het origineel. 2 Druk op [Functie].
Uit
Nie Lin
Nie
Gereed voor kopiëren.
Selecteer papier s plitsen
Belich- Verkl./ tingsmodus vergroten
Beeld­kwaliteit
Sorteren/ groeperen
dubbelz./
Marge/ bld versch
Wis-
Gereed voor kopiëren.
Beeldkwaliteit orig .
Tekst+Foto
Foto's
Tekst
Selecteer form orig.
Autom. selectie
Pagina nummers
Voorblad­modusmodus
Kop. sm nv.
Batch Scannen
Boek
ProgrammaFunctieGebr.sel.Standaard
Regist.
Tekst+foto:Gebruik d gem. (tekst&f Foto : Voe g dimensione Tekst: Kopie e r potl. &fij
3 Druk op [Beeldkwaliteit].
4 Selecteer de beeldkwaliteit.
Vori
5 Druk op de Start-toets. Het kopiëren begint.
3-4 Basishandelingen
Page 51
t
t
k
Gereed voor kopiëren.
A4 Normaal
A3 Kleur
A4 Normaal
A4 Normaal
Standaard
APS
MF La de Normaal
Auto %
100%
Verkl./ vergroten tings modus
Autom. belichting
Belic h-
ProgrammaFunctieGebr.sel.

Dichtheid aanpassen

Pas de dichtheid automatisch of handmatig aan. De standaardinstelling is [Handmatig]. Volg de onderstaande stappen voor de modus Handmatig.
1 Plaats het origineel. 2 Druk op de toets voor het aanpassen van de dichtheid ( / ) om
de dichtheid in te stellen. Druk op [Autom. belichting] om de automatische dichtheid te
Uit
Nie Lin
Nie
gebruiken. Het apparaat bepaalt een geschikte dichtheid voor het kopiëren. Als u de dichtheid wilt wijzigen van [Autom.] in [Handmatig], drukt u op de toets voor het aanpassen van de dichtheid ( / ).
3 Druk op de Start-toets. Het kopiëren begint.
Opmerking Druk op [Belichtingsmodus] om het scherm
Belichtingsmodus weer te geven. U kunt de dichtheid ook aanpassen op dit scherm.
Basishandelingen 3-5
Page 52

Zoomen

t
t
k
t
t
k
Pas de vergroting aan om het origineelbeeld te verkleinen of te vergroten.
De volgende zoommodi zijn beschikbaar:
Automatische zoom – Hiermee kan het origineelbeeld automatisch worden verkleind of vergroot, zodat het beeld op het geselecteerde papierformaat past.
Handmatige zoom – Hiermee kan het origineelbeeld in stappen van 1 % tussen 25 - 400 % worden verkleind of vergroot.
Vooraf ingestelde zoom – Hiermee kan het origineelbeeld met vooraf ingestelde vergrotingen worden verkleind of vergroot.
XY-zoom – Hiermee kunnen verticale en horizontale vergrotingen onafhankelijk van elkaar worden aangepast. Stel he t zoomformaat in stappen van 1 % tussen 25 - 400 % in.

Automatische zoom

81/2×11"
A4
Gereed voor kopiëren.
A4 Normaal
A3 Kleur
A4 Normaal
A4 Normaal
APS
MF La de Normaal
Aut o %
100%
Verkl./ vergroten tingsmodus
Gereed voor kopiëren.
A4 Normaal
A3 Kleur
A4 Normaal
A4 Normaal
APS
MF La de Normaal
Aut o %
100%
Verkl./ vergroten tingsmodus
11 × 17": 129 %
A3: 141 %
5 1/2 × 8 1/2": 64 %
A5: 70 %
Autom. belichting
Belich-
ProgrammaFunctieGebr.sel.Standaard
Autom. belichting
Belich-
ProgrammaFunctieGebr.sel.Standaard
Hiermee kan het origineelbeeld automatisch worden verkleind of vergroot, zodat het beeld op het geselecteerde papierformaat past.
Volg de onderstaande stappen om de automatische zoom te gebruiken.
1 Plaats het origineel en selecteer het papierformaat.
Uit
Nie Lin
Nie
2 Druk op [Auto %].
De vergroting wordt weergegeven.
Uit
Nie Lin
Nie
3 Druk op de Start-toets. Het beeld wordt automatisch verkleind of
vergroot, zodat het op het geselecteerde papier kan worden gekopieerd.
3-6 Basishandelingen
Page 53

Handmatige zoom

t
t
k
i
3
4
5
4
5
25 %
Gereed voor kopiëren.
A4 Normaal
A3 Kleur
A4 Normaal
A4 Normaal
Standaard
APS
MF La de Normaal
Gereed voor kopiëren.
Verkleinen/vergroten
Standaard Zoomen
XY-Zoomen
Cijfers
400 %
Auto %
Aut o %
100%
400%
200%
A5 A3
Autom. belichting
Belic h-
ProgrammaFunctieGebr.sel.
Regist.
100%
Verkl./ vergroten tings modus
141% A4 A3
B5 B
122% A4 B4
A5 B
115% B4 A
B5 A
86% A3 B4
A4 B
Hiermee kan het het origineelbeeld in stappen van 1 % tussen 25 ­400 % worden verkleind of vergroot.
Volg de onderstaande stappen om de handmatige zoom te gebruiken.
1 Plaats het origineel en druk op [Verkl./vergroten].
Uit
Nie Lin
Nie
2 Druk op [+] en [–] om de weergegeven vergroting in te stellen.
Vor
Druk op [Cijfers] om de verkleining/vergroting met de cijfertoetsen in te voeren.
3 Druk op de Start-toets. Het kopiëren begint.

Vooraf ingestelde zoom

Hiermee kunnen vooraf ingestelde zoomniveaus worden verkleind of vergroot.
Modeltype Zoomniveau
Amerikaanse modellen 200 % (5 1/2 × 8 1/2"J11 × 17")
154% (51/2×81/2"J8 1/2 × 14") 129 % (8 1/2 × 11"J11 × 17") 121 % (8 1/2 × 14"J11 × 17") 78 % (8 1/2 × 14"J81/2×11") 77 % (11 × 17"J8 1/2 × 14") 64 % (11 × 17"J81/2×11") 50 % (11 × 17"J5 1/2 × 8 1/2")
Europese modellen 200 % (A5JA3)
141 % (A4JA3, A5JA4) 127 % (FolioJA3) 106 % (11 × 15"JA3) 90 % (FolioJA4) 75 % (11 × 15"JA4) 70 % (A3JA4, A4JA5)
Basishandelingen 3-7
Page 54
t
t
k
Gereed voor kopiëren.
j
t
t
k
A4 Normaal
A3 Kleur
A4 Normaal
A4 Normaal
Standaard
APS
MF La de Normaal
opiëren.
Auto %
100%
400%
fers
200%
A5 A3
Aut o %
100%
Verkl./ vergroten tingsmodus
Regist.
141% A4 A3
122% A4 B4
115% B4 A3
86% A3 B4
Autom. belichting
Belich-
ProgrammaFunctieGebr.sel.
Pap.form.
A4
100%
Vorige Sluiten
B5 B4
A5 B5
B5 A4
A4 B5
81% B4 A4
70% A3 A4
50%
25%
Inst.
B5 A5
B4 B5
Modeltype Zoomniveau
Europese modellen (Azië/Pacific)
200 % (A5JA3) 141 % (A4JA3, B5JB4) 122 % (A4JB4, A5JB5) 115 % (B4JA3, B5JA4) 86 % (A3JB4, A4JB5) 81 % (B4JA4, B5JA5) 70 % (A3JA4, B4JB5)
Volg de onderstaande stappen om de vooraf ingestelde zoom te gebruiken.
1 Plaats het origineel en druk op [Verkl./vergroten].
Uit
Nie Lin
Nie
2 Selecteer het zoomniveau.
Opmerking U kunt de vergroting desgewenst ook in stappen van 1 % aanpassen door op [+] en [–] te drukken.
Gereed voor kopiëren.
A4 Normaal
A3 Kleur
A4 Normaal
A4 Normaal
Standaard
APS
MF La de Normaal
Y
X
Aut o %
100%
Verkl./ vergroten tingsmodus
Autom. belichting
Belich-
ProgrammaFunctieGebr.sel.
3 Druk op de Start-toets. Het kopiëren begint.

XY-zoom

Hiermee kunnen verticale en horizontale vergrotingen onafhankelijk van elkaar worden geselecteerd. Stel het zoomniveau in stappen van 1 % tussen 25 - 400 % in.
Volg de onderstaande stappen om de XY-zoom te gebruiken.
1 Plaats het origineel en druk op [Verkl./vergroten]. 2 Druk op [XY-Zoomen].
Uit
Nie Lin
Nie
3-8 Basishandelingen
Page 55
i
e n
c
Gereed voor kopiëren.
Verkleinen/vergroten Regist.
XY
Standaard Zoomen
XY-Zoomen
Cijfers Cijfers
3 Druk op [+] en [–] om de X- en Y-percentages in te stellen.
Vor
Sel sta
Druk op [Cijfers] om de verkleining/vergroting met de cijfertoetsen in te voeren.
A
opiëren.
X
Cijfers Cijfers
Regist.
Pap.form.
A4
100%
Vorige
Select e e r oor sp. afb.­stand.
Achterrand
L.-boven­hoek
Inst.
4 Selecteer [Achterrand] of [L-bovenhoek] onder Selecteer oorspr.
afb.-stand.
Sluiten
5 Druk op de Start-toets. Het kopiëren begint.
Basishandelingen 3-9
Page 56

Duplexmodus

Gebruik de duplexmodus om dubbelzijdige kopieën van verschillende originelen te maken, waaronder tegenover elkaar liggende pagina's (zoals boeken of tijdschriften) en dubbelzijdige originelen.

Enkelzijdig naar dubbelzijdig

5
4
3
2
1
3
4
1
2
Origineel Kopie
5
3
4
1
2
2
3
4
1
Origineel Kopie
Hiermee kunnen dubbelzijdige kopieën van enkelzijdige originelen worden gemaakt. De achterzijde van de laatst gekopieerde pagina zal
5
voor originelen met een oneven aantal pagina's leeg zijn. De volgende bindopties zijn beschikbaar.
Origineel met inbinding links/rechts naar voltooid product met inbinding links/rechts: hierbij wordt de achterzijde gekopieerd met
dezelfde richting als de voorzijde. ...A
Origineel met inbinding links/rechts naar voltooid product met inbinding boven: hierbij worden beelden op de achterzijde met een rotatie van 180° gekopieerd. De pagina's van het gekopieerde document hebben dezelfde richting als de pagina's vanaf de
onderzijde worden omgekeerd. ...B
ghi
def
abc
AB
ghi
abc
def
ghi
abc
def
Origineel Kopie

Dubbelzijdig naar dubbelzijdig

Hiermee kunnen dubbelzijdige kopieën van dubbelzijdige originelen
5
worden gemaakt.
Opmerking Voor deze bewerking is de optionele documenttoevoer nodig.
De ondersteunde papierformaten voor afdrukken van dubbelzijdig naar dubbelzijdig zijn: 11 × 17", 8 1/2 × 14", 11 × 8 1/2", 8 1/2 × 11", 5 1/2 × 8 1/2", 8 1/2 × 13" (Oficio II), 8 1/2 × 13 1/2", A3, B4, A4, A4R, B5, B5R, A5R en Folio.

Boek naar dubbelzijdig

Hiermee kunnen dubbelzijdige kopieën van originelen zoals boeken en tijdschriften met tegenover elkaar liggende pagina's worden gemaakt.
3
34
212143
4
1
2
3
4
1
2
Origineel Kopie
Opmerking De ondersteunde papierformaten voor kopiëren van
boek naar dubbelzijdig zijn: 11 × 17", 8 1/2 × 11", A3, B4, A4R, B5R, A5R en 8K.
3-10 Basishandelingen
1
2
0
3
3
2
1
0
Page 57
t
t
k
Gereed voor kopiëren.
i
e n
c
i
c
e n
i
e n
c
i
r
A4 Normaal
A3 Kleur
A4 Normaal
A4 Normaal
Standaard
APS
MF La de Normaal
Aut o %
100%
Verkl./ vergroten tingsmodus
Autom. belichting
Belich-
ProgrammaFunctieGebr.sel.
Volg de onderstaande stappen om dubbelzijdig te kopiëren.
1 Druk op [Functie].
Uit
Nie Lin
Nie
Gereed voor kopiëren.
Selecteer papier s plitsen
Belich- Verkl./ tingsmodus vergroten
Beeld­kwaliteit
Sorteren/ groeperen
dubbelz./
Marge/ bld versch
Wis-
Duplex Modus.
dubbelz./splitsen
Enkelz .
Enkelz .
Dubbelz.
Enkelz .
Boek
Enkelz .
Enkelz .
Dubbelz
Dubbelz.
Dubbelz
Boek
Dubbelz
Duplex Modus.
dubbelz./splitsen
Enkelz .
Enkelz .
Dubbelz.
Enkelz .
Boek
Enkelz .
Enkelz .
Dubbelz
Dubbelz.
Dubbelz
Boek
Dubbelz
Selecteer form orig.
Autom. selectie
Pagina nummers
Voorblad­modusmodus
Origineel
Lnks/rchts binden
Boven binden
Kop. sm nv.
Batch Scannen
Boek
ProgrammaFunctieGebr.sel.Standaard
Regist.
Gereed
Lnks/rchts binden
Boven binden
Regist.
Gereed
Lnks/rchts binden
Boven binden
2 Druk op [dubbelz./splitsen].
3 Selecteer de gewenste duplexmodus.
Vor
Sel sta
A
4 Selecteer voor [Dubbelz. J Dubbelz] of [Boek J Dubbelz] de
inbindrichting voor Origineel.
Vor
Sel sta
A
Duplex Modus.
dubbelz./splitsen
Enkelz .
Enkelz .
Dubbelz.
Enkelz .
Boek
Enkelz .
Enkelz .
Dubbelz
Dubbelz.
Dubbelz
Boek
Dubbelz
Regist.
Gereed
Lnks/rchts binden
Boven binden
Vor
Sel sta
Duplex Modus.
dubbelz./splitsen
Enkelz .
Enkelz .
Dubbelz.
Enkelz .
Boek
Enkelz .
Enkelz .
Dubbelz
Dubbelz.
Dubbelz
Boek
Dubbelz
Origineel
Links binden
Rechts binden
Basishandelingen 3-11
Regist.
Boek Dubbelz
Boek
Gereed
Boek
Vor
Zet naa
Selecteer voor [Enkelz. J Dubbelz] of [Dubbelz. J Dubbelz] de inbindrichting voor Gereed.
A
Stel voor [Boek J Dubbelz] de paginavolgorde van de kopieën voor Gereed in.
Page 58
.
Origineel
Lnks/rchts binden
Boven binden
Regist.
Gereed
Lnks/rchts binden
Boven binden
Pap.form. Inst.
A4
100%
Vorige
Selecteer oors p. afb.­stand.
Achterrand
L.-boven­hoek
Sluiten
Stel voor [Enkelz. J Dubbelz] of [Dubbelz. J Dubbelz] [Achterrand] of [L.-bovenhoek] onder Selecteer oorspr. afb.-stand. in.
5 Plaats het origineel en druk op de Start-toets.
Als het origineel in de optionele documenttoevoer is geplaatst, wordt automatisch met kopiëren begonnen.
Als het origineel op de glasplaat wordt geplaatst, wordt Scan volgende originelen. weergegeven. Plaats de volgende origineelpagina en druk op Start.
Als alle origineelpagina's zijn gescand, drukt u op [Scannen voltooid]. Het kopiëren begint.
3-12 Basishandelingen
Page 59

Splitsmodus

t
t
k
Gebruik de splitsmodus om enkelzijdige kopieën van dubbelzijdige originelen of originelen met tegenover elkaar liggende pagina's (zoals boeken of tijdschriften) te maken. U doet dit als volgt.

Dubbelzijdig naar enkelzijdig

1
2
1
2
Origineel Kopie
21
1
Origineel Kopie
Hiermee kan elke zijde van een tweezijdig origineel op een afzonderlijk vel worden gekopieerd.
Opmerking Voor deze bewerking is de optionele documenttoevoer nodig.
De volgende bindopties zijn beschikbaar.
Binding links/rechts: hierbij worden de achterzijde en voorzijde van het origineel met dezelfde richting gekopieerd.
Binding boven: hierbij wordt de achterzijde ten opzichte van de voorzijde met een rotatie van 180 ° gekopieerd.

Boek naar enkelzijdig

Hiermee wordt elke pagina van originelen met tegenover elkaar liggende
2
pagina's (zoals boeken of tijdschriften) op een afzonderlijk vel gekopieerd.
De volgende bindopties zijn beschikbaar.
Binding links: originelen met tegenover elkaar liggende pagina's worden van links naar rechts gekopieerd.
Binding rechts: originelen met tegenover elkaar liggende pagina's worden van rechts naar links gekopieerd.
Opmerking De origineelformaten voor de splitsmodus zijn beperkt tot 11 × 17", 8 1/2 × 11", A3, B4, A4R, B5R en 8K. De papierformaten zijn beperkt tot 11 × 8 1/2", A4, B5 en 16K. Wijzig het papierformaat om het origineel op dat formaat aan te passen.
Gereed voor kopiëren.
A4 Normaal
A3 Kleur
A4 Normaal
A4 Normaal
Standaard
APS
MF La de Normaal
Gereed voor kopiëren.
Selecteer papier s plitsen
Belich- Verkl./ tingsmodus vergroten
Beeld­kwaliteit
Sorteren/ groeperen
dubbelz./
Marge/ bld versch
Wis-
Aut o %
100%
Verkl./ vergroten tingsmodus
Selecteer form orig.
Autom. selectie
Pagina nummers
Voorblad­modusmodus
Autom. belichting
Belich-
ProgrammaFunctieGebr.sel.
Kop. sm nv.
Batch Scannen
Boek
ProgrammaFunctieGebr.sel.Standaard
Volg de onderstaande stappen om de splitsmodus te gebruiken.
1 Druk op [Functie].
Uit
Nie Lin
Nie
2 Druk op [dubbelz./splitsen].
Basishandelingen 3-13
Page 60
i
c
e n
Gereed voor kopiëren.
i
c
e n
3 Selecteer de gewenste splitsmodus.
dubbelz./s plitsen
Enkelz .
Enkelz .
Dubbelz.
Enkelz .
Boek
Enkelz .
Enkelz .
Dubbelz
Dubbelz.
Dubbelz binden
Boek
Dubbelz
Gereed voor kopiëren.
dubbelz./s plitsen
Enkelz .
Enkelz .
Dubbelz.
Enkelz .
Boek
Enkelz .
Enkelz .
Dubbelz
Dubbelz.
Dubbelz binden
Boek
Dubbelz
opiëren.
Origineel
Lnks/rchts binden
Boven binden
Regist.
Origineel
Lnks/rchts binden
Boven
Origineel
Lnks/rchts binden
Boven
Vorige
Selecteer oors p. afb.­stand.
Regist.
Regist.
Pap.form. Inst.
A4
100%
Achterrand
Sluiten
L.-boven­hoek
Vor
Sel sta
A
4 Geef de ining op in het gedeelte Origineel.
Vor
Sel sta
A
5 Wanneer [Dubbelz. J Enkelz.] is geselecteerd, selecteert u
[Achterrand] of [L.-bovenhoek] onder Selecteer oorspr. afb.-stand.
6 Plaats het origineel en druk op de Start-toets.
Als het origineel in de optionele documenttoevoer is geplaatst, wordt automatisch met kopiëren begonnen.
Als het origineel op de glasplaat wordt geplaatst, wordt Scan volgende originelen. weergegeven. Plaats de volgende origineelpagina en druk op Start.
Als alle origineelpagina's zijn gescand, drukt u op [Scannen voltooid]. Het kopiëren begint.
3-14 Basishandelingen
Page 61

Sorteermodus

t
t
k
r
2
1
Origineel Kopie
Gereed voor kopiëren.
A4 Normaal
A3 Kleur
A4 Normaal
A4 Normaal
Standaard
Selecteer papier s plitsen
Belich- Verkl./ tingsmodus vergroten
Beeld­kwaliteit
Sorteren/ groeperen
APS
MF La de Normaal
Gereed voor kopiëren.
dubbelz./
Marge/ bld versch
Wis-
3
3
2
1
Aut o %
100%
Verkl./ vergroten tingsmodus
Selecteer form orig.
Autom. selectie
Pagina nummers
Voorblad­modusmodus
3
2
1
Autom. belichting
Belich-
ProgrammaFunctieGebr.sel.
Kop. sm nv.
Batch Scannen
Boek
ProgrammaFunctieGebr.sel.Standaard
3
2
1
Hiermee kunnen meerdere originelen worden gescand om volledige sets met kopieën op paginanummer af te leveren.
Volg de onderstaande stappen om de sorteermodus te gebruiken.
1 Druk op [Functie].
Uit
Nie Lin
Nie
2 Druk op [Sorteren/groeperen].
Gereed voor kopiëren.
Sorteren/groeperen
Sorteren Groeperen
Sorteren: uit
Sorteren: aan
Uit
1 set
Regist.
3 Druk op [Sorteren: aan]. 4 Gebruik de cijfertoetsen om de hoeveelheid kopieën in te vullen.
Vo
5 Plaats het origineel en druk op de Start-toets.
Als het origineel in de optionele documenttoevoer is geplaatst, wordt automatisch met kopiëren begonnen.
Als het origineel op de glasplaat wordt geplaatst, wordt Scan volgende originelen. weergegeven. Plaats de volgende origineelpagina en druk op Start.
Als alle origineelpagina's zijn gescand, drukt u op [Scannen voltooid]. Het kopiëren begint.
Er worden complete sets kopieën in de bovenste opvangbak afgeleverd.
Basishandelingen 3-15
Page 62

Onderbrekingskopie

Bij onderbrekingskopiëren kan een kopieertaak worden onderbroken om andere originelen met andere kopieerinstellingen te kopiëren. Wanneer de dringende taak is voltooid, kunt u de onderbroken taken hervatten met hun oorspronkelijke instellingen. U kunt kopieertaken ook onderbreken terwijl ze worden afgedrukt om dringende kopieën te maken.
Volg de onderstaande stappen om onderbrekingskopiëren te gebruiken.
1 Druk op de Interrupt-toets.
Onderbrekings OK. wordt nu weergegeven.
2 Verwijder de origineelpagina's van de huidige taak tijdelijk en leg ze
terzijde.
3 Plaats het origineel voor de onderbrekingstaak.
4 Geef de kopieerinstellingen voor de onderbrekingstaak op en druk
op de Start-toets.
5 Wanneer de dringende t aak is voltooid, verwijdert u de originelen en
drukt u op de Interrupt-toets. De vorige instellingen worden hersteld. Als er voor de
onderbrekingstaak een taak werd afgedrukt, wordt deze taak nu hervat.
6 Plaats het onderbroken origineel terug en druk op Start om de taak
weer te starten.
3-16 Basishandelingen
Page 63

Laagverbruikmodus

Wanneer u de laagverbruikmodus wilt inschakelen, drukt u op de Energy Saver-toets.
Alleen de lampjes voor Energy Saver, Power en de hoofdschakelaar blijven op het bedieningspaneel branden.
Als u wilt doorgaan met kopiëren, voert u een van de volgende handelingen uit. Het apparaat is klaar om te kopiëren.
Druk op een willekeurige toets van het bedieningspaneel.
Open de origineelklep of de optionele documenttoevoer.
Plaats originelen in de optionele documenttoevoer.
Het apparaat zal het kopiëren binnen 10 seconden hervatten. Als u de optionele printerfunctie of faxfunctie gebruikt en er
afdrukgegevens of een fax binnenkomen terwijl het apparaat in de laagverbruikmodus staat, wordt het apparaat automatisch uit de slaapmodus gehaald en begint het af te drukken.

Automatische laagverbruikmodus

In de automatische laagverbruikmodus schakelt het apparaat automatisch naar de laagverbruikmodus als het apparaat een vooraf ingestelde tijdsperiode niet actief is geweest. De standaardtijdsperiode voor het overschakelen naar de automatische laagverbruikmodus is 1 minuten.

Slaapmodus

Wanneer u de slaapmodus wilt inschakelen, drukt u op de Power-toets. Op het bedieningspaneel blijft alleen het lampje van de hoofdschakelaar
branden. Het apparaat gebruikt veel minder stroom dan in de laagverbruikmodus.
Als u weer wilt kopiëren, drukt u nogmaals op Power. Het apparaat zal het kopiëren binnen 15 seconden hervatten.
Als u de optionele printerfunctie of faxfunctie gebruikt en er afdrukgegevens of een fax binnenkomen terwijl het apparaat in de slaapmodus staat, begint het apparaat af te drukken zonder dat het bedieningspaneel oplicht.

Automatische slaapmodus

In de automatische slaapmodus schakelt het apparaat automatisch naar de slaapmodus als het apparaat een vooraf ingestelde tijdsperiode niet actief is geweest. De standaardtijdsperiode voor het overschakelen naar de automatische slaapmodus is 9 minuten.
Basishandelingen 3-17
Page 64
3-18 Basishandelingen
Page 65

4 Optionele apparatuur

Dit hoofdstuk introduceert de optionele apparatuur die voor het apparaat beschikbaar is.
Overzicht optionele apparatuur 4-2 Documenttoevoer 4-3 Papierinvoer 4-3 Ingebouwde finisher 4-3
Nietjes toevoegen.................................................................... 4-4
Nietstoringen oplossen............................................................ 4-6
Documentfinisher 4-6 Takenscheider 4-7 Sleutelteller 4-7
De sleutelteller plaatsen.......................................................... 4-7
Printerkit 4-8 Faxkit 4-8
Optionele apparatuur 4-1
Page 66

Overzicht optionele apparatuur

De volgende optionele apparatuur is beschikbaar voor het apparaat.
Documentfinisher
Documenttoevoer
Sleutelteller
Takenscheider
Printerkit
Papierinvoer FaxkitIngebouwde finisher
4-2 Optionele apparatuur
Page 67

Documenttoevoer

Scant automatisch de originelen. U kunt deze ook gebruiken voor dubbelzijdig en gesplitst kopiëren. Voor uitleg over het gebruik van de documenttoevoer raadpleegt u Originelen in de documenttoevoer plaatsen (optioneel) op pagina 2-16.

Papierinvoer

Twee bijkomende cassettes die identiek zijn aan de dubbele cassettes van het apparaat kunnen in het apparaat worden geïnstalleerd. De papiercapaciteit is hetzelfde als de papiercapaciteit van cassette 1 en 2 en het papier wordt op dezelfde manier geplaatst. Raadpleeg Papier in cassette 1 en 2 plaatsen op pagina 2-3.
Opmerking Voor het verhelpen van papierstoringen vindt u linkerklep 3 aan de linkerkant van de papierinvoer.

Ingebouwde finisher

In de ingebouwde finisher kan een grote hoeveelheid afgewerkte afdrukken worden afgeleverd. De finisher biedt een handige sorteerfunctie. Gesorteerde afgewerkte afdrukken kunnen tevens worden geniet.
12356
4
1 Verlengstuk van papieruitvoergeleider 2 Papieruitvoergeleider 1 3 Papieruitvoergeleider 2 4 Opvangbak finisher 5 Verwerkingsbak 6 Verlengstuk van opvangbak finisher
Optionele apparatuur 4-3
Page 68
Opmerking Gesorteerde kopieën worden afgeleverd in de opvangbak van de finisher.
Pas het verlengstuk van de papieruitvoergeleider aan het formaat van het papier aan.
De papierformaten staan op het verlengstuk van de papieruitvoergeleider vermeld. Open papieruitvoergeleiders 1 en 2, afhankelijk van het gebruikte papierformaat.
Bij het nieten van papier van het formaat 1 1 × 17", 8 1/2 × 14", A3 of B4 opent u het verlengstuk van de opvangbak van de finisher om te voorkomen dat het papier uit de bak valt.

Nietjes toevoegen

1 Open de voorklep van het nietapparaat.
4-4 Optionele apparatuur
Page 69
2 Haal de nietjeshouder eruit.
3 Verwijder het lege nietjespatroon uit de nietjeshouder.
4 Neem de nietjeshouder in uw linkerhand en plaats met uw
rechterhand een nieuw nietjespatroon in de richting van de pijl.
5 Schuif het nietjespatroon volledig tot op het einde. Trek de
papierband rond het nietjespatroon los.
6 Plaats de nietjeshouder opnieuw in de sleuf van het nietapparaat.
De nietjeshouder klikt vast wanneer hij volledig op zijn plaats is geschoven.
Optionele apparatuur 4-5
Page 70

Nietstoringen oplossen

1 Verwijder de nietjeshouder volgens stappen 1 en 2 van Nietjes
toevoegen.
2 Til de afdekklep op met het lipje A.
A
3 Verwijder het geklemde nietje uit het patrooneinde (laadzijde
nietjes).
4 Laat de afdekklep weer zakken. 5 Zet de afdekklep weer op zijn plaats. De afdekklep klikt vast
wanneer hij volledig op zijn plaats is geschoven.
6 Til het nietapparaat iets op, laat het zakken en zet het opnieuw op
zijn plaats.
7 Sluit de voorklep van het nietapparaat.

Documentfinisher

In de documentfinisher kan een grote hoeveelheid afgewerkte kopieën worden afgeleverd. De finisher biedt een handige sorteerfunctie. Gesorteerde afgewerkte kopieën kunnen tevens worden geniet. Raadpleeg de Gebruikershandleiding van de documentfinisher voor meer informatie.
4-6 Optionele apparatuur
Page 71

Takenscheider

Scheidt papier volgens de opvangbak, zodat u het gemakkelijk kunt sorteren. Geef hem op als opvangbak voor kopieer- of afdrukopdrachten. U kunt ook de standaard afleveringsbestemming voor kopieën en ontvangen faxen opgeven.
Een papierindicator op de voorkant van het apparaat geeft aan wanneer er papier in de takenscheider zit.
BELANGRIJK Sommige papiersoorten krullen gemakkelijk om en kunnen vastlopen in de papieruitvoereenheid.
Als het uitgevoerde papier wegglijdt of niet netjes op een stapel ligt, draait u de stapel papier in de cassette om en probeert u het opnieuw.
Opmerking Als u wilt dat het papier wordt afgeleverd in de takenscheider, moet u de uitvoerbestemming selecteren of de standaardinstelling wijzigen. (Raadpleeg Chapter 1 Selecting
Output Destination en Chapter 3 Machine Default in de Advanced Operation Guide voor meer informatie.)
Wanneer u papier uit de takenscheider verwijdert, moet u het schuin uittrekken om te vermijden dat de hoeken van het papier worden beschadigd.

Sleutelteller

Met de sleutelteller kunt u het gebruik van het apparaat bijhouden. De sleutelteller biedt een handige oplossing voor gecentraliseerd beheer van het kopieervolume voor verschillende afdelingen binnen een groot bedrijf.

De sleutelteller plaatsen

Plaats de sleutelteller goed in de sleuteltellersleuf.
Opmerking Wanneer de sleuteltellerfunctie is ingeschakeld, kunnen er alleen kopieën worden gemaakt wanneer er een sleutelteller in het apparaat is geplaatst. Als de sleutelteller niet goed is geplaatst, wordt Plaats sleutelteller weergegeven.
Optionele apparatuur 4-7
Page 72

Printerkit

Installeer de printerkit als u het apparaat ook als printer wilt gebruiken. Raadpleeg de Gebruikershandleiding van de printerkit voor meer informatie.

Faxkit

Installeer de faxkit als u het apparaat ook als fax wilt gebruiken. Raadpleeg de Gebruikershandleiding van de faxkit voor meer informatie.
4-8 Optionele apparatuur
Page 73

5 Onderhoud

Dit hoofdstuk beschrijft het reinigen van de printer en het vervan gen van de toner.
Reinigen 5-2
Origineelklep, documenttoevoer en glasplaat ......................... 5-2
Sleufglas.................................................................................. 5-2
Scheider .................................................................................. 5-3
Transferrol............................................................................... 5-4
Hoofdlader............................................................................... 5-5
De tonercontainer en tonerafvalb ak vervangen 5-7
Onderhoud 5-1
Page 74

Reinigen

Reinig het apparaat regelmatig om een optimale kopieerkwaliteit te garanderen.
VOORZICHTIG Haal voor de veiligheid altijd de stekker uit het stopcontact voordat u het apparaat gaat reinigen.

Origineelklep, documenttoevoer en glasplaat

Veeg de achterkant van de optionele documenttoevoer of de origineelklep en de glasplaat schoon met een zachte doek bevochtigd met alcohol of een mild reinigingsmiddel.
BELANGRIJK Gebruik geen verdunners of andere organische oplosmiddelen.
Origineelklep (documenttoevoer)
Reinig het sleufglas voor de origineleninvoer.
1.Open de documentv erwerkingseenhe id.
2.Reinig het oppervla k van de gla s plaat aan de linkerkant en de leeslij n op de documentverwerkingseenheid met de meegeleverde droge doek.
3.Sluit de docume ntve r werkings ee n he id.
4.Dr uk op [END]. Als de glas pla a t vuil is, kome n e r zwa r te lijnen op de kopie.
Glasplaat

Sleufglas

Als bij het gebruik van de optionele documenttoevoer zwarte strepen of ander vuil op de kopieën verschijnen, veegt u het sleufglas en de witte geleider met de meegeleverde doek schoon. Het bericht: Reinig het sleufglas voor de origineleninvoer. kan verschijnen als het sleufglas gereinigd moet worden. Druk na het reinigen op [Einde].
BELANGRIJK Veeg het sleufglas en de witte geleider zachtjes met een droge doek schoon. Dep voor het verwijderen van lijm of inkt een beetje alcohol op een doekje en reinig het glas voorzichtig. Gebruik geen water, verdunner of organische oplosmiddelen.
1 Verwijder de doek uit het compartiment voor de reinigingsdoek.
5-2 Onderhoud
Page 75
2 Open de documenttoevoer en veeg sleufglas A schoon.
A
3 Veeg de witte geleider B op de documenttoevoer schoon. 4 Druk op [Einde].
B

Scheider

Reinig het apparaat regelmatig (eenmaal per maand) zoals hieronder wordt beschreven om de afdrukkwaliteit optimaal te houden.
1 Open de voorklep.
2 Verwijder de reinigingsborstel (blauw).
3 Trek de hendel van linkerklep 1 omhoog en open linkerklep 1.
Onderhoud 5-3
Page 76
4 Verwijder het vuil van de afscheider door de borstel langs de
afscheider heen en weer te bewegen, zoals getoond in de afbeelding.
5 Berg de reinigingsborstel op en sluit de voorklep en linkerklep 1.
BELANGRIJK Duw op de aangegeven plaats om linkerklep 1 goed te sluiten.

T ransferrol

Reinig het apparaat regelmatig (eenmaal per maand) zoals hieronder wordt beschreven om de afdrukkwaliteit optimaal te houden.
1 Open de voorklep.
2 Verwijder de reinigingsborstel (blauw).
3 Trek de hendel van linkerklep 1 omhoog en open linkerklep 1.
5-4 Onderhoud
Page 77
4 Verwijder het vuil van de transferrol door de borstel langs de rol
heen en weer te bewegen, zoals getoond in de afbeelding, terwijl u de rol ronddraait met het raderwerk aan het uiteinde.
5 Berg de reinigingsborstel op en sluit de voorklep en linkerklep 1.
BELANGRIJK Duw op de aangegeven plaats om linkerklep 1 goed te sluiten.

Hoofdlader

Als zwarte of witte verticale strepen op de kopieën verschijnen, moet u de hoofdlader reinigen.
1 Open de voorklep.
2 Verwijder de tonerafvalbak. 3 Reinig de hoofdlader zoals beschreven in stap 6 t/m 11 van De
tonercontainer en tonerafvalbak vervangen op pagina 5-7.
4 Plaats de tonerafvalbak terug en sluit de voorklep.
Onderhoud 5-5
Page 78
5 Druk op de toets System Menu/Counter.
/ Counter
Taal
MF La de instelling
Registreer orig form.
Systeem Menu/ Counter
Aanpas s ing Gebruiker
Reinig drum
Systeemmenu
fdlader.
1.Open de voorklep en verwijder de ba k voo r ge br uikte t o ne r .
2.R einig de hoofdlad er.
3.Plaats na het reinigen de bak voor gebruikte t on e r terug. Sluit de voorklep en druk op [End]. De ma c hine wor dt gedure nde 5 min. ingesteld. Ra a dple e g de folder bij de tonerho ude r of de ha ndleiding voor he t reinige n .
Taak Accounting
Print rapport
Lader Reinigen
Einde
Controleer teller
Aanpassing Gebruiker
Einde
6 Druk op [Aanpassing Gebruiker].
7 Druk op [Lader Reinigen].
8 Druk op [Einde]. De afstelling begint. Wacht 5 minuten.
5-6 Onderhoud
Page 79

De tonercontainer en tonerafvalbak vervangen

Wanneer op het aanraakpaneel Voeg toner toe verschijnt, vervangt u onmiddellijk de toner ook al kunt u nog verschillende kopieën maken. Wanneer u de tonercontainer vervangt, dient u tegelijkertijd de tonerafvalbak te vervangen.
Reinig telkens als u de tonercontainer vervangt de onderdelen volgens onderstaande instructies. Door vuile onderdelen kan de uitvoerkwaliteit verslechteren.
VOORZICHTIG De tonercontainer en de tonerafvalbak mogen niet worden verbrand. De vonken kunnen brandwonden veroorzaken.
VOORZICHTIG De tonercontainer en de tonerafvalbak mogen niet worden opengemaakt of vernietigd.
1 Open de voorklep.
WAARSCHUWING De laadsectie bevat hoogspanningsonderdelen. Neem voldoende voorzorgsmaatregelen wanneer u in dit gebied werkt, aangezien er gevaar bestaat voor elektrische schokken.
2 Verwijder de tonerafvalbak.
3 Trek de sticker los van de tonerafvalbak en verwijder de dop.
Onderhoud 5-7
Page 80
4 Steek de dop in de opening in de tonerafvalbak en plak de sticker
over de dop.
5 Doe de gebruikte tonerafvalbak in de meegeleverde plastic afvalzak.
VOORZICHTIG De tonercontainer en de tonerafvalbak mogen niet worden verbrand. De vonken kunnen brandwonden veroorzaken.
VOORZICHTIG De tonercontainer en de tonerafvalbak mogen niet worden opengemaakt of vernietigd.
6 Trek de reinigingsstaaf langzaam zover mogelijk uit en duw hem
daarna weer in. Doe dit twee of drie keer.
BELANGRIJK Trek niet te hard aan de stang en trek hem niet helemaal uit.
7 Houd de hoofdlader naar rechts en trek hem ongeveer 5 cm uit.
8 Neem de meegeleverde gridreiniger uit de zak en verwijder de dop.
5-8 Onderhoud
Page 81
9 Plaats de gridreiniger tegenover de inkeping en bevestig hem op het
apparaat.
10Houd de gridreiniger voorzichtig op zijn plaats met uw linkerhand en
trek de hoofdlader volledig uit. Duw hem vervolgens weer in tot een positie waarbij de rol A het witte vlak op de gridreiniger niet raakt.
A
Doe dit twee of drie keer.
BELANGRIJK Let op dat u de hoofdlader niet helemaal naar binnen duwt. Dit kan beschadiging van de kopieën veroorzaken.
11Met de hoofdlader ongeveer 5 cm uitgetrokken, verwijdert u de
gridreiniger. Duw vervolgens de hoofdlader weer volledig in. Oefen hierbij druk uit in de door de pijl aangeduide richting zodat de hoofdlader in de aangegeven positie staat.
12Installeer een nieuwe tonerafvalbak.
13Verwijder de reinigingsborstel (blauw).
Onderhoud 5-9
Page 82
14Trek de hendel van linkerklep 1 omhoog en open linkerklep 1.
15Verwijder het vuil van de afscheider door de borstel langs de
afscheider heen en weer te bewegen, zoals getoond in de afbeelding.
16Verwijder het vuil van de transferrol door de borstel langs de rol
heen en weer te bewegen, zoals getoond in de afbeelding, terwijl u de rol ronddraait met het raderwerk aan het uiteinde.
17Na het reinigen plaatst u de reinigingsborstel terug en sluit u
linkerklep 1.
BELANGRIJK Duw op de aangegeven plaats om linkerklep 1 goed te sluiten.
18Duw de stopper van de container naar rechts en trek de oude
tonercontainer uit.
BELANGRIJK Trek de tonercontainer niet volledig uit, om te voorkomen dat hij op de grond valt.
5-10 Onderhoud
Page 83
19Houd de tonercontainer met beide handen vast en verwijder hem
langzaam.
20Doe de gebruikte tonercontainer in de meegeleverde plastic
afvalzak.
21Houd de nieuwe tonercontainer rechtop en tik 5 keer of meer op de
bovenkant van de container. Draai vervolgens de container om en tik opnieuw 5 keer of meer op
de bovenkant van de container.
5~5~
5~ 5~
5~
22Schud vervolgens de tonercontainer 5 keer of meer op en neer.
Draai de tonercontainer om en schud hem opnieuw 5 keer of meer op en neer.
23Schud de tonercontainer 5 keer of meer heen en weer om de toner
in de container gelijkmatig te verdelen.
Onderhoud 5-11
Page 84
24Houd de nieuwe tonercontainer met beide handen vast en duw hem
voorzichtig in het apparaat.
25Schuif de tonercontainer vervolgens met beide handen naar binnen
tot hij vastklikt.
26Open de MF-lade.
27Verwijder het filter.
28Verwijder het stof van het filter met een stofzuiger of een droge
doek.
BELANGRIJK Spoel het filter niet met water. Gebruik de meegeleverde reinigingsborstel niet.
29Plaats het filter terug en sluit de MF-lade. 30Sluit de voorklep. 31Wanneer Is tonerhouder vervangen? verschijnt, drukt u op [Ja]. 32Wanneer Is hoofdlader gereinigd? verschijnt, drukt u op [Ja]. 33De afstelling begint. Wacht 5 minuten.
Verwijder de tonercontainer en de tonerafvalbak na gebruik altijd overeenkomstig de plaatselijke milieuwetgeving.
5-12 Onderhoud
Page 85

6 Problemen oplossen

In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u problemen met het apparaat kunt oplossen.
Storingen oplossen 6-2 Reageren op foutberichten 6-4 Papierstoringen oplossen 6-9
Lampjes voor storingslocaties................................................. 6-9
Voorzorgsmaatregelen bij papierstoringen............................ 6-10
Cassette 1 .......................... ... ... ....................................... ... ... 6-10
Cassette 2 .......................... ... ... ....................................... ... ....6-11
Optionele cassettes 3 en 4.................................................... 6-12
MF-lade ................................................................................. 6-13
Binnenkant linkerklep 1, 2 en 3 ............................................. 6-13
Duplexeenheid....................................................................... 6-14
Duplexeenheid en cassette 1................................................ 6-15
Papierinvoer .......................................................................... 6-16
Optionele ingebouwde finisher.............................................. 6-17
Optionele documenttoevoer .................................................. 6-19
Optionele documentfinisher................................................... 6-20
Optionele takenscheider........................................................ 6-20
Problemen oplossen 6-1
Page 86

Storingen oplossen

In de onderstaande tabel vindt u de algemene richtlijnen voor het oplossen van problemen.
Als er zich een probleem voordoet met uw apparaat, leest u de controles door en voert u de procedures op de aangegeven pagina's uit. Als het probleem zich blijft voordoen, neemt u contact op met uw servicevertegenwoordiger.
Symptoom Controles Correcties Pagina
Het bedieningspaneel werkt niet wanneer het apparaat is ingeschakeld (positie | ).
Er worden geen kopieën gemaakt als ik op Start druk.
Het origineelformaat wordt niet goed gedetecteerd.
Er worden lege vellen papier uitgevoerd.
De kopieën zijn te licht. Staat het apparaat in de modus
De kopieën zijn te donker.
Kopieën hebben een moiré-patroon (puntjes staan in patronen op het papier en worden niet gelijkmatig uitgelijnd).
De kopieën zijn niet duidelijk.
Zit de stekker van het apparaat in het stopcontact?
Wordt er een bericht op het aanraakpaneel weergegeven?
Zijn de originelen goed geplaatst? Wanneer u de originelen op de
Is het apparaat onder TL-verlichting geplaatst?
Zijn de originelen goed geplaatst? Wanneer u de originelen op de
Is het apparaat onder TL-verlichting geplaatst?
Handmatige belichting?
Is de toner gelijkmatig verdeeld in de tonercontainer?
Verschijnt er een bericht dat de toner moet worden bijgevuld?
Is het papier vochtig? Vervang het papier. pagina 2-2 Staat het apparaat in de modus
Handmatige belichting?
Is het origineel een afgedrukte foto? Stel het origineelbeeld in op [Foto]. pagina 3-4
Hebt u de gepaste beeldkwaliteit voor het origineel gekozen?
Is het papier vochtig? Vervang het papier. pagina 2-2
Steek de stekker van het stroomsnoer in een stopcontact.
Bepaal welke de juiste reactie is op het bericht en neem de passende maatregelen.
glasplaat legt, plaatst u ze met de beeldzijde omlaag en lijnt u ze uit tegen de aanduidingsplaten voor het origineelformaat.
Plaats de originelen met de beeldzijde omhoog in de optionele documenttoevoer.
Plaats dit apparaat niet onder fluorescerend licht.
glasplaat legt, plaatst u ze met de beeldzijde omlaag en lijnt u ze uit tegen de aanduidingsplaten voor het origineelformaat.
Plaats de originelen met de beeldzijde omhoog in de optionele documenttoevoer.
Plaats dit apparaat niet onder fluorescerend licht.
Gebruik de toets voor het aanpassen van de belichting om de juiste belichting in te stellen.
Schud de tonercontainer circa 10 keer op en neer.
Vervang de tonercontainer. pagina 5-7
Gebruik de toets voor het aanpassen van de belichting om de juiste belichting in te stellen.
Selecteer een geschikte beeldkwaliteitmodus.
pagina 6-4
pagina 2-15
pagina 2-16
pagina 2-15
pagina 2-16
pagina 3-5
pagina 5-7
pagina 3-5
pagina 3-4
6-2 Problemen oplossen
Page 87
Symptoom Controles Correcties Pagina
De kopieën zijn vuil. Is de origineelklep of de glasplaat vuil? Maak de origineelklep of de glasplaat
schoon. De kopieën zijn vaag. Is het papier vochtig? Vervang het papier. pagina 2-2 De kopieën zijn scheef. Zijn de originelen goed geplaatst? Wanneer u originelen op de glasplaat
legt, plaatst u ze met de beeldzijde
omlaag en strak tegen de
aanduidingsplaten voor het
origineelformaat.
Wanneer er originelen in de
documenttoevoer worden geplaatst,
moeten de breedtegeleiders van de
originelen goed worden uitgelijnd
voordat u de originelen plaatst.
Is het papier goed geplaatst? Controleer de positie van de
papierbreedtegeleiders. Er treden vaak
papierstoringen op.
Er staan zwarte strepen op kopieën uit de optionele documenttoevoer.
De kopieën zijn gekreukt. Is de takenscheider vuil? Maak de takenscheider schoon. pagina 5-3
Is het papier goed geplaatst? Plaats het papier correct. pagina 2-2 Wordt de papiersoort ondersteund? Is
het papier in goede staat? Is het papier gekruld, gevouwen of
gekreukeld? Zitten er losse stukjes papier of zit er
vastgelopen papier in het apparaat? Is het papier vochtig? Vervang het papier. pagina 2-2 Is het sleufglas vuil? Reinig het sleufglas. pagina 5-2
Is het papier vochtig? Vervang het papier. pagina 2-2 Is het papier in de goede richting
geplaatst?
Verwijder het papier uit de cassette,
draai het om en plaats het opnieuw.
Vervang het papier. pagina 2-2
Verwijder het vastgelopen papier. pagina 6-9
Wijzig de richting waarin het papier is
geplaatst.
pagina 5-2
pagina 2-15
pagina 2-16
pagina 2-2
pagina 2-2
Problemen oplossen 6-3
Page 88

Reageren op foutberichten

Als het aanraakpaneel een van de volgende berichten weergeeft, voert u de bijbehorende procedure uit.
Foutberichten Controles Correcties Pagina
Sluit ### klep. Staat de aangegeven klep
open?
Controleer de klep. Zijn er kleppen open?
Geeft het bericht aan welke klep open is?
Sluit documenttoevoer. Is de optionele
documenttoevoer geopend tijdens het plaatsen van het origineel?
Sluit klep documenttoevoer. Staat de bovenklep van de
optionele documenttoevoer open?
Sluit papiercassette #. Is de aangegeven cassette niet
volledig gesloten?
Open cassette #, controleer en verwijder papier uit machine.
Trek de aangegeven
Sluit alle kleppen goed.
Sluit alle kleppen goed.
Sluit de documenttoevoer.
Sluit de bovenklep van de documenttoevoer.
Trek de cassette eruit en druk hem vervolgens stevig op zijn plaats.
cassette volledig naar buiten en haal het papier eruit.
pagina 2-16
Herplaats aanvoer van papiercassette.
Plaats papier in papiercassette #.
Plaats papier in multifunctionele lade. ##-formaat
Voeg papier toe aan multifunctionele lade.
Wijzig formaat MF-lade. Zit er papier met het
Controleer papierformaat. Is er papier met het opgegeven
Is de papierinvoer goed in het apparaat geduwd?
Is het papier in de aangegeven papiercassette op?
Zit er papier met het aangegeven formaat in de MF­lade?
Is al het papier in de MF-lade ingevoerd?
aangegeven formaat in de MF­lade?
formaat geplaatst?
Trek de papierinvoer naar buiten en druk hem stevig in het apparaat.
Plaats papier. Als dezelfde papiersoort in dezelfde richting in een andere papierlade is geplaatst, kunt u een van de papierselectietoetsen aan de linkerkant van het aanraakpaneel indrukken om voor het kopiëren naar die papierlade over te schakelen.
Plaats papier met het aangegeven formaat in de MF-lade.
Plaats papier in de MF-lade. pagina 2-5
Configureer het formaat van de MF-lade opnieuw.
Plaats papier met een formaat dat kan worden gebruikt.
pagina 6-12
pagina 2-5
pagina 2-10
6-4 Problemen oplossen
Page 89
Foutberichten Controles Correcties Pagina
Plaats origineel opnieuw. Is de richting van het
opgegeven papier anders dan de richting van het origineel?
Papierformaat in cassette verschilt van werkelijk formaat. Controleer papierformaat in cassette.
Is het opgegeven papier geplaatst? Of zijn de instellingen onjuist?
Wijzig de richting van het origineel. Als u op Start drukt zonder de richting te wijzigen, wordt het origineel op het huidige formaat gekopieerd.
Plaats het opgegeven papier . Wijzig eventuele onjuiste instellingen.
Herplaats origineel of kies andere cassette.
Plaats originelen opnieuw in documenttoevoer.
Plaats originelen opnieuw in documenttoevoer.
Plaats originelen opnieuw in documenttoevoer.
Kan dit mediatype niet kopiëren.
Dit mediatype kan niet worden geniet.
Dit papierformaat kan niet worden geniet.
Nieten niet mogelijk. ## :Max. nieten
Bovenste opvangbak is vol. Verwijder papier en druk op toets Start.
Is de richting van het opgegeven papier anders dan de richting van het origineel?
Is het kopieerapparaat onder TL-verlichting geplaatst?
Verwijder de originelen uit de
Verwijder de originelen uit de
Zitten er nog originelen in de optionele documenttoevoer?
Kunnen de opgegeven kopieerfuncties met het geselecteerde mediatype worden gebruikt?
Heeft u een mediatype geselecteerd die niet kan worden geniet?
Is nieten beschikbaar voor het formaat van het geplaatste papier?
Is de maximale hoeveelheid pagina's voor nieten overschreden?
Wordt de maximale capaciteit van de bovenste opvangbak tijdens het kopiëren overschreden?
Wijzig de richting van het origineel.
Plaats dit apparaat niet onder fluorescerend licht.
documenttoevoer, leg ze op een rechte stapel en plaats ze opnieuw.
optionele documenttoevoer en plaats ze opnieuw in de oorspronkelijke volgorde.
Plaats alle originelen opnieuw in de optionele documenttoevoer.
Selecteer een ander mediatype.
Selecteer een ander mediatype.
Wijzig het papierformaat. pagina 7-9
Verlaag het aantal te nieten pagina's tot lager dan het maximumaantal te nieten pagina's.
Verwijder enkele vellen papier uit de bovenste opvangbak en druk op Start. Het afdrukken wordt voortgezet.
pagina 2-16
pagina 2-16
Raadpleeg de Gebruikershandleiding van de optionele documentfinisher.
Raadpleeg de Gebruikershandleiding van de optionele documentfinisher.
pagina 7-9 Raadpleeg de
Gebruikershandleiding van de optionele documentfinisher.
Problemen oplossen 6-5
Page 90
Foutberichten Controles Correcties Pagina
Bovenste opvangbak is vol. Verwijder papier en druk op toets Doorgaan.
Papiercapaciteit overschr. (Finisher) Verwijder papier en druk op toets Start.
Papiercapaciteit overschr. (Finisher) Verwijder papier en druk op toets Doorgaan.
Verwijder papier. Opvangbak finisher.
Deze functies kunnen niet worden gecombineerd.
Plaats sleutelteller. Is de optionele sleutelteller goed
Geheugen vol De huidige kopie kan niet
Toner is binnenkort leeg. De tonercontainer dient
Gereed voor kopiëren. Voeg toner toe.
Voeg toner toe. Vervang de tonercontainer. pagina 5-7 Zet de toner fles. Is de tonercontainer goed
Wordt de maximale capaciteit van de bovenste opvangbak tijdens het afdrukken overschreden?
Is tijdens het kopiëren de maximale capaciteit van de uitvoerlade van de optionele documentfinisher overschreden?
Is tijdens het afdrukken de maximale capaciteit van de uitvoerlade van de optionele documentfinisher overschreden?
Is de maximale capaciteit van de uitvoerlade van de optionele documentfinisher overschreden?
Heeft u functies geselecteerd die niet samen kunnen worden gebruikt?
geplaatst?
De toner in het apparaat is
geïnstalleerd?
Verwijder enkele vellen papier uit de bovenste opvangbak en druk op [Doorgaan]. Het afdrukken wordt voortgezet.
Verwijder enkele vellen papier uit de optionele documentfinisher en druk op Start. Het afdrukken wordt voortgezet.
Verwijder enkele vellen papier uit de optionele documentfinisher en druk op [Doorgaan]. Het afdrukken wordt voortgezet.
Verwijder enkele vellen papier uit de optionele documentfinisher.
Controleer de instellingen.
Plaats de optionele sleutelteller goed en volledig.
worden verwerkt omdat er geen vrij kopieergeheugen is of het aantal origineelpagina's overschrijdt het maximumaantal van 999 pagina's. Wanneer het volgende bericht wordt weergegeven, selecteert u de resolutiemethode.
[Annuleren]: hiermee kan het kopiëren worden geannuleerd. [Doorgaan]: hiermee kunnen alle gescande pagina's worden gekopieerd.
binnenkort vervangen te worden. Bereid de vervangende tonercontainer voor.
bijna op. Er kan slechts één pagina tegelijk worden afgedrukt. Bereid de vervangende tonercontainer voor.
Open de voorklep en trek de tonercontainer uit. Schud de container goed heen en weer en plaats hem terug.
pagina 5-7
pagina 5-7
pagina 5-7
6-6 Problemen oplossen
Page 91
Foutberichten Controles Correcties Pagina
Reinig de hoofdlader. Hebt u de hoofdlader gereinigd? Reinig de hoofdlader na het
vervangen van de tonercontainer. Druk na het reinigen op [Einde]. De afstelling begint. Wacht 5 minuten.
Bezig met toevoegen toner. De toner wordt bijgevuld.
Wacht totdat dit proces is voltooid.
Even geduld a.u.b. Bezig met aanpassen fuseertemperatuur.
Controleer afvaltonercontainer.
Vervang de tonerafvalbak. Vervang de tonerafvalbak. pagina 5-7 Reinig het sleufglas voor de
origineleninvoer.
Installeer duplexeenheid. Is de duplexeenheid goed
Nietmachine leeg. Nieten aanvullen.
Tijd voor onderhoud. Er is regelmatig onderhoud
Papierstoring. Als zich een papierstoring
Verwijder papier uit binnenlade documentfinisher.
Storing in nietapparaat. Doet er zich een storing voor in
Bezig met het uitvoeren van
intern onderhoud. Wacht totdat dit proces is voltooid.
Is de tonerafvalbak goed geplaatst?
Maak het sleufglas met de
geïnstalleerd?
Zijn de nietjes van de optionele documentfinisher of de ingebouwde finisher op?
Zit er nog papier in de optionele documentfinisher?
het nietapparaat van de optionele documentfinisher of de ingebouwde finisher?
Plaats de tonerafvalbak goed.
meegeleverde droge doek schoon.
Open linkerklep 1 en installeer de duplexeenheid zoals het hoort.
Voeg nietjes toe. pagina 4-4
vereist om het apparaat in goede staat te houden. Neem onmiddellijk contact op met uw servicevertegenwoordiger of erkende servicecentrum.
voordoet, wordt de locatie van de papierstoring op het aanraakpaneel aangegeven en wordt het apparaat stopgezet. Laat het apparaat aanstaan (|-positie) en volg de instructies op om de papierstoring op te lossen.
Verwijder al het achtergebleven papier uit de optionele documentfinisher.
Verwijder het geklemde nietje.
pagina 5-7
pagina 5-7
pagina 5-2
Raadpleeg de
Gebruikershandleiding van de optionele documentfinisher.
pagina 6-9
pagina 4-6 Raadpleeg de
Gebruikershandleiding van de optionele documentfinisher.
Problemen oplossen 6-7
Page 92
Foutberichten Controles Correcties Pagina
Systeem fout. Neem contact op met de technicus.
Storing papierlade. Selecteer andere papierlade.
Systeem fout. Hoofdschakelaar Uit/Aan.
Even geduld a.u.b. Remote aanpassen.
Wordt de fout opnieuw weergegeven na het openen en sluiten van de voorklep, het in­en uitschakelen van de hoofdschakelaar en na het uittrekken en weer insteken van de stekker in het stopcontact?
Er is een probleem met de
Er heeft zich een
Wordt een bewerking van de taakaccount uitgevoerd vanaf een computer die met het netwerk is verbonden?
Noteer dit bericht (C gevolgd door een nummer). Zet het apparaat uit (stand ), haal de stekker uit het stopcontact en neem contact op met uw servicevertegenwoordiger of erkende servicecentrum.
gebruikte papierlade waardoor deze tijdelijk niet beschikbaar is. Neem onmiddellijk contact op met uw servicevertegenwoordiger of erkende servicecentrum. Als u wilt doorgaan met kopiëren, gebruikt u een andere papierlade.
systeemfout voorgedaan. Zet de hoofdschakelaar uit en weer aan.
Er kan niet worden gekopieerd tot de bewerking is voltooid.
6-8 Problemen oplossen
Page 93

Papierstoringen oplossen

a
Papierstoring.
JAM 00
Papierstoring.
JAM 00
1.Open linker klep 1 van he t apparaat en verwijde r pa pier uit het appar a a t .
2.Open lade 1.
3.Verwijder het papier.
4.Plaats de lade te r ug en sluit de klep.
1.Op en linkerklep 1 van het en ve rwijder papie r uit het
2.Open lade 1.
3.Ver wijder het papier.
4.Pla ats de la de terug en sluit de klep.
Als er zich een papierstoring voordoet, wordt Papierstoring op het aanraakpaneel weergegeven en wordt het kopiëren gestopt. Raadpleeg de weergegeven procedures om het vastgelopen papier te verwijderen.

Lampjes voor storingslocaties

Wanneer er een papierstoring optreedt, worden de storingslampjes en correcties weergegeven. Storingslampjes geven de positie van de papierstoring aan (zie hieronder).
I
K
JJ
E
J
GE
D
I
K
H
E
GE
D
A
F
B
F
C C
Lampjes voor storingslocaties
Locatie papierstoring Pagina
A
F
B
F
C C
A Cassette 1 pagina 6-10
pagina 6-15
B Cassette 2 pagina 6-11 C Optionele cassettes 3 en 4 pagina 6-12 D MF-lade pagina 6-13 E Duplexeenheid, binnenkant
linkerklep 1
pagina 6-13 pagina 6-15
F Binnenkant linkerkleppen 2 en 3 pagina 6-13 G Papierinvoereenheid pagina 6-16 H Optionele ingebouwde finisher pagina 6-17 I Optionele documenttoevoer pagina 6-19 J Optionele documentfinisher pagina 6-20 K Optionele takenscheider pagina 6-20
Als u de storing heeft opgelost, wordt het kopieerapparaat weer opgewarmd en verdwijnt het foutbericht. Het apparaat gaat verder vanaf de pagina waar de storing zich heeft voorgedaan.
Problemen oplossen 6-9
Page 94

Voorzorgsmaatregelen bij papierstoringen

Gebruik papier dat bij een papierstoring is verwijderd niet opnieuw.
Als het papier tijdens het verwijderen is gescheurd, moet u ervoor
zorgen dat alle losse stukjes papier uit het apparaat worden gehaald. Stukjes papier die in het apparaat achterblijven, kunnen nieuwe papierstoringen veroorzaken.
Vastgelopen papier uit de (optionele) documentfinisher wordt opnieuw uitgevoerd. Plaats dit papier niet opnieuw in de lade van de finisher.
WAARSCHUWING De laadsectie bevat hoogspanningsonderdelen. Neem voldoende voorzorgsmaatregelen wanneer u in dit gebied werkt, aangezien er gevaar bestaat voor elektrische schokken.
VOORZICHTIG De fuser is zeer heet. Neem voldoende voorzorgsmaatregelen wanneer u in dit gebied werkt, aangezien er gevaar bestaat voor brandwonden.

Cassette 1

Volg onderstaande stappen om papierstoringen in cassette 1 op te lossen.
1 Trek de hendel van linkerklep 1 omhoog en open linkerklep 1.
2 Verwijder het vastgelopen papier.
3 Trek cassette 1 naar buiten.
6-10 Problemen oplossen
Page 95
4 Verwijder het vastgelopen papier.
Als het papier scheurt, verwijdert u alle losse stukjes uit het apparaat.
5 Duw cassette 1 weer stevig op zijn plaats.
6 Druk op de aangegeven positie om linkerklep 1 te sluiten.

Cassette 2

Volg onderstaande stappen om papierstoringen in cassette 2 op te lossen.
1 Open linkerklep 2.
2 Verwijder het vastgelopen papier.
3 Trek cassette 2 naar buiten.
Problemen oplossen 6-11
Page 96
4 Verwijder het vastgelopen papier.
Als het papier scheurt, verwijdert u alle losse stukjes uit het apparaat.
5 Duw cassette 2 weer stevig op zijn plaats. 6 Sluit linkerklep 2.

Optionele cassettes 3 en 4

Volg onderstaande stappen om papierstoringen in cassettes 3 of 4 te verhelpen wanneer u de optionele papierinvoer gebruikt.
1 Open linkerklep 3.
2 Verwijder het vastgelopen papier.
Als het papier scheurt, verwijdert u alle losse stukjes uit het apparaat.
3 Trek de gebruikte cassette naar buiten.
4 Verwijder het vastgelopen papier. 5 Duw de cassette weer stevig op zijn plaats. 6 Sluit linkerklep 3.
6-12 Problemen oplossen
Page 97

MF-lade

Volg de onderstaande stappen om papierstoringen in de MF-lade op te lossen.
1 Verwijder al het papier uit de MF-lade.
2 Als papier binnenin vastgeklemd zit, trekt u het papier naar u toe om
het te verwijderen.

Binnenkant linkerklep 1, 2 en 3

Volg onderstaande stappen om papierstoringen in linkerklep 1, 2 of 3 (optie) te verhelpen.
1 Open de linkerklep waar het papier binnenin vastgeklemd zit.
2 Verwijder het vastgelopen papier.
Als het papier scheurt, verwijdert u alle losse stukjes uit het apparaat.
3 Sluit de linkerklep.
Problemen oplossen 6-13
Page 98

Duplexeenheid

Volg de onderstaande stappen om papierstoringen in de duplexeenheid op te lossen.
1 Trek de hendel van linkerklep 1 omhoog en open linkerklep 1.
2 Verwijder het vastgelopen papier.
3 Til de duplexeenheid op en verwijder het vastgelopen papier.
4 Druk op de aangegeven positie om linkerklep 1 te sluiten.
6-14 Problemen oplossen
Page 99

Duplexeenheid en cassette 1

Volg onderstaande stappen om papierstoringen in de duplexeenheid en cassette 1 op te lossen.
1 Trek de hendel van linkerklep 1 omhoog en open linkerklep 1.
2 Verwijder het vastgelopen papier.
3 Til de duplexeenheid op en verwijder het vastgelopen papier.
4 Trek cassette 1 naar buiten en verwijder het vastgelopen papier.
Als het papier scheurt, verwijdert u alle losse stukjes uit het apparaat.
5 Duw cassette 1 weer stevig op zijn plaats.
6 Druk op de aangegeven positie om linkerklep 1 te sluiten.
Problemen oplossen 6-15
Page 100

Papierinvoer

Volg onderstaande stappen om papierstoringen in de papierinvoer op te lossen.
1 Trek de hendel van linkerklep 1 omhoog en open linkerklep 1.
2 Verwijder het vastgelopen papier.
Als het papier scheurt, verwijdert u alle losse stukjes uit het apparaat.
3 Open de voorklep.
4 Draai de onderste groene knop (A1) met de klok mee.
5 Verwijder het vastgelopen papier.
Als u het papier niet kunt verwijderen, gaat u naar de volgende stap.
6-16 Problemen oplossen
Loading...