Kyocera KM-1530 User Manual [nl]

GEBRUIKSAANWIJZING
Lees de gebruiksaanwijzing aandachtig door alvorens de kopieermachine te gebruiken.
Bewaar ze in de buurt van de kopieermachine om ze indien nodig later te raadplegen.
Als ENERGY STAR-partner heeft KYOCERA MITA CORPORATION vastgesteld dat dit product in overeenstemming is met de ENERGY STAR-richtlijnen voor zuinig energieverbruik. ENERGY STAR is een programma voor zuinig energieverbruik, gestart door het Amerikaanse Environmental Protection Agency, dat een antwoord wil bieden op milieuproblemen en tot doel heeft de ontwikkeling en het gebruik van kantoorapparatuur met een zuiniger energieverbruik te bevorderen. * ENERGY STAR is een geregistreerd handelsmerk in de Verenigde Staten.
De tijdsduur vóór het in werking treden van de automatische uitschakeling wordt 15 tot 120 minuten in gebieden die overeenstemmen met het Zwitserse Energy 2000­programma.
OPMERKING: De afbeeldingen van de kopieermachine in deze gebruiksaanwijzing
tonen de optionele lade.
Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd of openbaar worden gemaakt in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of door opslag in een geautomatiseerd gegevensbestand zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Wettelijke beperkingen inzake kopiëren
• Het is mogelijk verboden auteursrechtelijk beschermd materiaal te kopiëren zonder toestemming van de houder van het auteursrecht.
• Het is onder alle omstandigheden verboden nationale of vreemde valuta te kopiëren.
• Ook voor het kopiëren van andere zaken kan een verbod gelden.
Lees de gebruiksaanwijzing aandachtig door alvorens de kopieermachine te gebruiken. Bewaar ze in de
buurt van de kopieermachine om ze indien nodig later te raadplegen.
Sommige plaatsen in deze gebruiksaanwijzing en sommige delen van de kopieermachine zijn voorzien van veiligheidswaarschuwingen onder de vorm van symbolen, die tot doel hebben de gebruiker en andere personen en voorwerpen in de buurt te beschermen en een correct en veilig gebruik van de kopieermachine te garanderen. Hieronder wordt de betekenis van deze symbolen verklaard.
GEVAAR: Duidt op punten die, indien ze niet of slecht worden nageleefd, zeer waarschijnlijk ernstig
letsel of zelfs de dood tot gevolg zullen hebben.
WAARSCHUWING: Duidt op punten die, indien ze niet of slecht worden nageleefd, ernstig letsel of zelfs
de dood tot gevolg kunnen hebben.
OPGELET: Duidt op punten die, indien ze niet of slecht worden nageleefd, lichamelijk letsel of mechanische
schade tot gevolg kunnen hebben.
Symbolen
Het symbool m geeft aan dat het betrokken deel veiligheidswaarschuwingen bevat. Specifieke aandachtspunten worden binnen het symbool aangeduid.
.................... [Algemene waarschuwing]
.................... [Waarschuwing voor gevaar voor elektrische schok]
.................... [Waarschuwing voor hoge temperatuur]
Het symbool geeft aan dat het betrokken deel informatie over verboden handelingen bevat. Specifieke verboden handelingen worden binnen het symbool aangeduid.
.................... [Waarschuwing voor verboden handeling]
.................... [Demonteren verboden]
Het symbool geeft aan dat het betrokken deel informatie bevat over handelingen die moeten worden uitgevoerd. Specifieke vereiste handelingen worden binnen het symbool aangeduid.
.................... [Waarschuwing voor vereiste handeling]
.................... [Trek de stekker uit het stopcontact]
.................... [De kopieermachine moet altijd worden aangesloten op een geaard stopcontact]
Neem contact op met uw servicevertegenwoordiger om een vervangexemplaar te bestellen als de veiligheidswaarschuwingen in het handboek onleesbaar zijn geworden of als het handboek verloren is geraakt. (tegen betaling)
INHOUD
HOOFDSTUK 1
BELANGRIJK! LEES DIT EERST ........ 1-1
WAARSCHUWINGSLABELS ............................... 1-1
VOORZORGSMAATREGELEN BIJ DE
INSTALLATIE........................................................ 1-2
VOORZORGSMAATREGELEN BIJ GEBRUIK .... 1-3
HOOFDSTUK 2
NAMEN VAN ONDERDELEN ................ 2-1
(1) Hoofdeenheid .................................................... 2-1
(2) Bedieningspaneel .............................................. 2-3
HOOFDSTUK 3
VOORBEREIDINGEN VOOR GEBRUIK ...
1. Papier laden .......................................................... 3-1
(1) Voorzorgsmaatregelen bij het laden van papier .. 3-1
(2) Papier laden in de lade ..................................... 3-1
(3) Papier laden in de handinvoer .......................... 3-2
2. Vervangen van het tonerpatroon en van het
gebruikte-tonerreservoir ........................................ 3-5
HOOFDSTUK 4
BASISBEDIENING ................................ 4-1
1. Basisbediening voor kopiëren ................................. 4-1
2. Vergroten/verkleinen ............................................... 4-3
(1) Automatische keuze van de reproductiefactor ... 4-3
(2) Kopiëren met zoomfactor ................................... 4-3
(3) Kopiëren met automatische zoomfactor ............. 4-4
3. Kopieeronderbreking ............................................... 4-5
4. Energiespaarfunctie (voorverwarming) ................... 4-6
5. Automatische uitschakeling .................................... 4-6
HOOFDSTUK 5
FUNCTIES ............................................. 5-1
1. Margefunctie ........................................................... 5-1
2. Randschaduw-wisfunctie ....................................... 5-2
(1) Wisfunctie voor losse vellen .............................. 5-2
(2) Wisfunctie voor boeken ..................................... 5-2
3. Opmaakfunctie ....................................................... 5-4
2 in 1 .................................................................. 5-4
4 in 1 .................................................................. 5-4
4. Sorteerfunctie ......................................................... 5-6
5. Rotatiesorteerfunctie .............................................. 5-6
3-1
HOOFDSTUK 7
OPTIONELE UITRUSTING ................... 7-1
(1) ADF (automatische documentinvoer) ............... 7-1
1 Originelen die met de documentinvoer kunnen
worden gebruikt ............................................ 7-1
2 Voorzorgsmaatregelen bij gebruik van de
documentinvoer ............................................ 7-1
3 Namen van de onderdelen van de
documentinvoer ............................................ 7-1
4 Plaatsen van originelen in de
documentinvoer ............................................ 7-1
5 Automatische keuzestand ............................. 7-2
6 Plaatsen van originelen op de kopieerplaat .. 7-2
(2) Lade.................................................................. 7-3
(3) Jobscheider ...................................................... 7-3
(4) Sleutelteller ....................................................... 7-3
(5) Geheugenkaart ................................................. 7-4
(6) Printerkaart ....................................................... 7-4
(7) Printernetwerkkaart .......................................... 7-4
HOOFDSTUK 8
IN GEVAL VAN PROBLEMEN ............... 8-1
1. Foutdisplay ............................................................. 8-1
2. In geval van een papierstoring ................................ 8-3
(1) Papierstoringspositie-indicators ......................... 8-3
(2) Voorzorgsmaatregelen....................................... 8-3
(3) Procedures voor het verwijderen van papier ..... 8-3
3. Oplossen van problemen ........................................ 8-7
HOOFDSTUK 9
REINIGING EN TECHNISCHE
GEGEVENS .......................................... 9-1
1. Reinigen van de kopieermachine .......................... 9-1
2. Technische gegevens ............................................ 9-2
HOOFDSTUK 6
BEHEER VAN DE KOPIEERMACHINE . 6-1
1. Kopiebeheer ........................................................... 6-1
(1) Kopiebeheerfuncties .......................................... 6-1
(2) Inschakelen van de kopiebeheerfunctie ............. 6-2
(3) Kopiëren wanneer de kopiebeheerfunctie
is ingeschakeld .................................................. 6-3
2. Standaardinstellingen ............................................. 6-4
(1) Standaardinstellingen ........................................ 6-4
(2) Hoe standaardinstellingen maken? .................. 6-8
i
OPTIMAAL GEBRUIKMAKEN VAN DE GEAVANCEERDE FUNCTIES VAN DE MACHINE
De machine automatisch
1
papier laten kiezen van hetzelfde formaat als het origineel <Automatische papierkeuze> (blz. 4-1) * Deze functie is op sommige
modellen niet beschikbaar.
Haarscherpe kopieën maken
34
van foto's <Kiezen van de kopieerkwaliteit> (blz. 4-2)
Diverse functies voor het
2
maken van vergrote en verkleinde kopieën
Vergroten/verkleinen van kopieën om het beeld te doen passen op het papierformaat van de gekozen lade <Automatische keuze van reproductiefactor> (blz. 4-3)
Een marge creëren op kopieën <Margefunctie> (blz. 5-1) * Wanneer de optionele
geheugenkaart is geïnstalleerd.
Vergroten/verkleinen van kopieën tot elk gewenst formaat binnen een bereik van 50 tot 200%. <Kopiëren met zoomfactor> (blz. 4-3)
Kopieën maken met nette
5
randen <Radschadow-wisfunctie> (blz. 5-2) * Wanneer de optionele
geheugenkaart is geïnstalleerd.
De reproductiefactor bepalen door het papierformaat te kiezen <Kopiëren met automatische zoomfactor> (blz. 4-4)
Eén kopie maken van twee of
6
vier originelen <Opmaakfunctie> (blz. 5-4) * Wanneer de optionele
geheugenkaart is geïnstalleerd.
Automatisch sorteren
78
<Sorteerfunctie> (blz. 5-6) * Wanneer de optionele
geheugenkaart is geïnstalleerd.
Er is een volledig scala van
11
optionele uitrusting verkrijgbaar
ADF (automatische documentinvoer) (blz. 7-1)
Veranderen van de kopieeroriëntatie voor eenvoudig sorteren <Rotatiesorteerfunctie> (blz. 5-6) * Wanneer de optionele
geheugenkaart is geïnstalleerd.
Lade (blz. 7-3) Jobscheider (blz. 7-3) Sleutelteller (blz. 7-3)
Originelen van verschillend
9
formaat gelijktijdig kopiëren <Automatische keuzestandard> (blz. 7-2) * Wanneer de optionele ADF is
geïnstalleerd.
Bijhouden van het
10
gemaakte aantal kopieën per ID-code <Kopiebeheer> (blz. 6-1)
Geheugenkaart (blz. 7-4)
Printerkaart (blz. 7-4)
Printernetwerkkaart
(blz. 7-4)
ii
HOOFDSTUK 1 BELANGRIJK! LEES DIT EERST.

WAARSCHUWINGSLABELS

Met het oog op uw veiligheid zijn op de kopieermachine waarschuwingslabels aangebracht op de aangegeven plaatsen. WEES UITERST VOORZICHTIG wanneer u vastgelopen papier verwijdert of de toner vervangt, om brand of een elektrische schok te vermijden.
Label 2
Hoge temperatuur. Raak nooit onderdelen in de buurt van dit label aan, om het gevaar dat u zich verbrandt te
voorkomen.............................................
Label 3
Gooi toner of tonerhouders nooit in het vuur. Gevaarlijke vonken
kunnen brandwonden veroorzaken........
Label 1
Hoge spanning. Raak NOOIT onderdelen in de buurt van dit label aan, om gevaar voor brand of een elektrische schok te
vermijden. ..............................................
OPMERKING: Verwijder deze labels NIET.
1-1

VOORZORGSMAATREGELEN BIJ DE INSTALLATIE

Omgeving
OPGELET
• Plaats de kopieermachine niet op een onstabiele of oneffen ondergrond. Op een dergelijke ondergrond bestaat het gevaar dat de machine omkantelt of valt. Dit houdt gevaar in voor lichamelijk letsel of
beschadiging van de kopieermachine. .......................
• Vermijd stoffige of vochtige en vuile plaatsen. Als stof of vuil zich vastzetten op de stekker, moet u de stekker schoonmaken om gevaar voor brand of een elektrische
schok te vermijden. .....................................................
• Vermijd plaatsen in de buurt van radiators, verwarmingstoestellen of andere warmtebronnen en plaatsen in de buurt van ontvlambare stoffen, om
brandgevaar te vermijden. ..........................................
• Voor een goede ventilatie en om het vervangen van onderdelen te vergemakkelijken, moet u voldoende ruimte laten rondom de machine, zoals hieronder getoond. Laat voldoende ruimte, vooral rondom het linkerdeksel, om een goede ventilatie van de kopieermachine
mogelijk te maken. .....................................................
Achter
Links
Rechts
Voeding/aarding van de kopieermachine
WAARSCHUWING
• Gebruik UITSLUITEND de voorgeschreven voedingsspanning. Het aansluiten van meerdere toestellen op hetzelfde stopcontact wordt afgeraden. Dit houdt immers gevaar in voor brand of een elektrische
schok. .........................................................................
• Steek de stekker van het netsnoer stevig in het stopcontact. Als metalen voorwerpen in contact komen met de stekkerpennen, kan dit brand of een elektrische
schok veroorzaken. ....................................................
• Sluit de kopieermachine altijd aan op een geaard stopcontact, om gevaar voor brand of een elektrische schok in geval van kortsluiting te vermijden. Als er geen aarding mogelijk is, neem dan contact op met uw
servicevertegenwoordiger. .........................................
Andere voorzorgsmaatregelen
• Sluit de stekker aan op het stopcontact dat zich het dichtst bij de kopieermachine bevindt.
Waarschuwing betreffende de plastic
zakken
WAARSCHUWING
• Houd de plastic zakken die met de kopieermachine worden gebruikt uit de buurt van kinderen. Het plastic kan vast komen te zitten op hun neus en mond, met
gevaar voor verstikking tot gevolg. ..............................
Voor
• Zodra de machine op haar plaats staat, moet u de wieltjes vergrendelen om ervoor te zorgen dat de machine stabiel blijft en niet kan bewegen en/of omkantelen, met mogelijk
letsel tot gevolg. .........................................................
Andere voorzorgsmaatregelen
• Ongunstige omgevingsomstandigheden kunnen een veilige
en goede werking van de kopieermachine in het gedrang brengen. Plaats de machine in een kamer met airconditioning (aanbevolen kamertemperatuur: ongeveer 20°C, vochtigheid: ongeveer 65%RV) en vermijd de volgende plaatsen als installatieplaats voor de kopieermachine. . Vermijd plaatsen dicht bij een raam of waar de machine
wordt blootgesteld aan rechtstreeks zonlicht. . Vermijd plaatsen die onderhevig zijn aan trillingen. . Vermijd plaatsen waar de temperatuur sterk
schommelt. . Vermijd plaatsen die rechtstreeks zijn blootgesteld aan
warme of koude lucht. . Vermijd slecht geventileerde plaatsen.
1-2

VOORZORGSMAATREGELEN BIJ GEBRUIK

Voorzorgsmaatregelen bij gebruik van de kopieermachine
WAARSCHUWING
• Plaats GEEN metalen voorwerpen of voorwerpen gevuld
met water (vazen, bloempotten, bekers, enz.) op of in de buurt van de kopieermachine. Als deze metalen voorwerpen of water in de machine terechtkomen, kan dit
brand of een elektrische schok veroorzaken. ................
• Verwijder GEEN deksels van de kopieermachine, aangezien
de onderdelen in de machine die onder hoge spanning staan
een elektrische schok kunnen veroorzaken. ...................
• Let op dat u het netsnoer NIET beschadigt of breekt en
probeer het niet te repareren. Plaats GEEN zware voorwerpen op het snoer, trek er niet aan, buig het niet onnodig en let op dat u het niet op een andere manier beschadigt.
Dit kan brand of een elektrische schok veroorzaken. .....
• Probeer NOOIT de machine of onderdelen ervan te
repareren of uit elkaar te nemen, want dit kan brand, een elektrische schok of beschadiging van de laser veroorzaken. Als de laserstraal in contact komt met de
ogen, kan dit blindheid veroorzaken. ..........................
• Als de kopieermachine erg warm wordt, er rook uit de
machine komt, de machine een vreemde geur afgeeft of er zich een andere abnormale situatie voordoet, kan dit brand of een elektrische schok veroorzaken. Zet de hoofdschakelaar onmiddellijk uit (OFF) (O), trek de stekker uit het stopcontact en neem contact op met uw
servicevertegenwoordiger. ..........................................
• Als er iets schadelijks (paperclips, water, andere
vloeistoffen, enz.) in de kopieermachine terechtkomt, moet u de hoofdschakelaar onmiddellijk uitzetten (OFF) (O). Trek vervolgens de stekker uit het stopcontact om gevaar voor brand of een elektrische schok te vermijden. Neem
dan contact op met uw servicevertegenwoordiger. ........
• De stekker mag NIET met natte handen worden
ingestoken of uitgetrokken, want dit kan brand of een
elektrische schok veroorzaken. ..................................
• Neem ALTIJD contact op met uw servicevertegenwoordiger
voor onderhoud of reparatie van interne onderdelen. ......
OPGELET
• Trek niet aan het snoer wanneer u het netsnoer uit het
stopcontact verwijdert. Als u aan het netsnoer trekt, kunnen de draden in het snoer breken, met gevaar voor brand of een elektrische schok tot gevolg. (Neem het netsnoer ALTIJD bij de stekker vast wanneer u het uit
het stopcontact verwijdert.) .........................................
• Trek ALTIJD de stekker uit het stopcontact wanneer u de
kopieermachine verplaatst. Beschadiging van het netsnoer
kan brand of een elektrische schok veroorzaken. ..........
• Als de kopieermachine gedurende een korte tijd niet
zal worden gebruikt (bijvoorbeeld 's nachts), zet u de hoofdschakelaar uit (OFF) (O). Als de machine gedurende langere tijd niet zal worden gebruikt (bijvoorbeeld in een vakantieperiode), trekt u uit veiligheidsoverwegingen de stekker uit het
stopcontact. ................................................................
• Neem de machine ALTIJD bij de aangeduide delen vast
wanneer u ze opheft of verplaatst. ..............................
Trek uit veiligheidsoverwegingen ALTIJD de stekker
uit het stopcontact voordat u vastgelopen papier
verwijdert. .....................................................................
• Een ophoping van stof binnen in de kopieermachine
kan brandgevaar of andere problemen veroorzaken. Daarom verdient het aanbeveling dat u contact opneemt met uw servicevertegenwoordiger voor het reinigen van
interne onderdelen. Deze reiniging is vooral van belang vóór een vochtig seizoen. Neem contact op met uw servicevertegenwoordiger voor meer informatie over de kosten voor het reinigen van de interne onderdelen van
de kopieermachine. ....................................................
Andere voorzorgsmaatregelen
• Plaats GEEN zware voorwerpen op de kopieermachine en let op dat u de kopieermachine niet op een andere manier beschadigt.
• Open het voorpaneel NIET, zet de hoofdschakelaar NIET uit of trek de stekker NIET uit het stopcontact tijdens het kopiëren.
• Tijdens het kopiëren komt er een kleine hoeveelheid ozon vrij, die evenwel onschadelijk is voor uw gezondheid. Als de kopieermachine echter gedurende lange tijd wordt gebruikt in een slecht geventileerde ruimte of wanneer u erg veel kopieën maakt, kan dit een onaangename geur veroorzaken. Zorg steeds voor een goede ventilatie om ervoor te zorgen dat het kopiëren in een veilige omgeving gebeurt.
• Neem contact op met uw servicevertegenwoordiger wanneer de machine moet worden opgeheven of verhuisd.
• Raak geen elektrische onderdelen, zoals stekkers of printplaten, aan. Zij kunnen immers worden beschadigd door statische elektriciteit.
• Probeer GEEN bedieningen uit te voeren die niet in deze handleiding worden beschreven.
• OPGELET: Het gebruik van bedieningselementen of instellingen of het uitvoeren van procedures die niet in deze handleiding worden beschreven, kan leiden tot blootstelling aan een gevaarlijke straling.
Voorzorgsmaatregelen bij het
gebruik van verbruiksproducten
OPGELET
• Vermijd inademen, inslikken en contact met de huid of met de ogen. Ingeval toner wordt ingeslikt, moet de maaginhoud grondig worden opgelost met water en moet u onmiddellijk medische hulp inroepen. In geval van contact met de huid, moet de aangetaste huid worden gewassen met water en zeep. In geval van contact met de ogen, moeten de ogen grondig worden gespoeld met water en moet onmiddellijk medische hulp
worden ingeroepen. ....................................................
• Langdurig inademen van grote hoeveelheden stof kan beschadiging van de longen veroorzaken. Wanneer dit product wordt gebruikt zoals voorgeschreven, kan dit niet
leiden tot het inademen van grote hoeveelheden stof. ....
• Uit de buurt van kinderen houden. ..............................
• Gooi toner en tonerhouders niet in het vuur. Gevaarlijke
vonken kunnen brandwonden veroorzaken. ...............
Andere voorzorgsmaatregelen
• Lees steeds de veiligheidsvoorschriften die in de doos zitten of op de tonerhouder worden vermeld voordat u met verbruiksproducten werkt.
• Doe toner of tonerhouders weg in overeenstemming met de geldende milieuvoorschriften.
• Bewaar verbruiksproducten op een koele, donkere plaats.
• Als de kopieermachine gedurende lange tijd niet zal worden gebruikt, neem dan het papier uit de cassette, berg het op in zijn originele verpakking en maak de verpakking weer dicht.
1-3
HOOFDSTUK 2 NAMEN VAN ONDERDELEN

(1) Hoofdeenheid

2-1
1 Origineeldeksel
(Openen/sluiten om het origineel op de kopieerplaat te plaatsen.)
2 Bedieningspaneel
(Bevat de toetsen en indicators voor de bediening van de kopieermachine.)
3 Handvat van linkerdeksel
(Vastnemen om het linkerdeksel te openen.)
4 Linkerdeksel
(Openen in geval van een papierstoring.)
5 Handinvoer
(Om te kopiëren op papier van een klein formaat of op speciaal papier.)
6 Papiergeleiders
(Stel de juiste papierbreedte in wanneer u papier laadt in de handinvoer.)
7 Steungeleider 8 Tonerpatroon 9 Ontgrendelingshendel van tonerpatroon
(Bedien deze hendel wanneer u het tonerpatroon vervangt.)
0 Gebruikte-tonerreservoir ! Ontgrendelingshendel van gebruikte-tonerreservoir
(Bedien deze hendel wanneer u het gebruikte-tonerreservoir vervangt.)
@ Reinigingsstaaf
(Uittrekken en weer induwen na vervanging van het tonerpatroon of wanneer de kopieën bevuild zijn met toner.)
# Voorpaneel
(Openen om het tonerpatroon of het gebruikte-tonerreservoir te vervangen.)
$ Hoofdschakelaar
(Aanzetten (|) voordat u begint te kopiëren.)
% Kopie-opvang
(Hierop komt het gekopieerde papier terecht.)
^ Uitwerpgedeelte & Lade
(Kan tot 250 vellen gewoon papier bevatten [gewoon papier zoals door ons gedefinieerd].)
* Kopieerplaat
(Plaats hierop de originelen om te kopiëren. Plaats de originelen met de beeldzijde naar onder, de randen gelijk met de schalen links en rechts van de kopieerplaat.)
( Origineelformaatschalen
(Leg het origineel gelijk met deze schalen wanneer u het op de kopieerplaat plaatst.)
) Lengte-instelplaat
(Stel deze plaat in op de lengte van het papier dat in de lade wordt geplaatst.)
Breedte-instelhendel
(Houd de hendel vast en stel de breedtegeleider in op de breedte van het papier dat in de lade wordt geplaatst.)
¤ Ladebodemplaat
(Indrukken wanneer u papier laadt.)
Transporthandvatten
(De twee handvatten rechts zijn inspringende handvatten. De twee handvatten links worden handvatten wanneer u ze uittrekt.)
HOOFDSTUK 2 NAMEN VAN ONDERDELEN
2-2
HOOFDSTUK 2 NAMEN VAN ONDERDELEN

(2) Bedieningspaneel

1 Starttoets (-indicator)
(Druk op deze toets om het kopiëren te starten. Kopiëren is mogelijk wanneer de indicator groen is.)
2 Stop-/wistoets
(Druk op deze toets om de instellingen of het ingestelde aantal kopieën te veranderen.)
3 Nummertoetsen
(Druk op deze toetsen om het aantal kopieën in te stellen of om de reproductiefactor in te voeren.)
4 Terugsteltoets
(Zie “ Beginstand” op blz. 2-4.)
5 Onderbreektoets (-indicator)
(Druk op deze toets om het kopiëren te onderbreken. De indicator licht op wanneer de toets wordt ingedrukt. Zie blz. 4-5.)
6 Toets (indicator) voor energiebesparing (voorverwarming)
(Druk op deze toets om de energiespaarstand in te schakelen wanneer de kopieermachine niet wordt gebruikt. De indicator licht op wanneer de energiespaarstand wordt ingeschakeld. Zie blz. 4-6.)
7 Handmatige keuze-/invoertoets
(Druk op deze toets om het papierformaat of de reproductiefactor handmatig te kiezen en de automatische papierkeuze en de automatische keuze van de reproductiefactor te annuleren. Ook gebruikt om gekozen instellingen te bevestigen.
8 Display van aantal kopieën/reproductiefactor
(Toont het ingestelde aantal kopieën en de reproductiefactor in geval van kopiëren met zoomfactor. Wanneer de reproductiefactor wordt getoond, licht % op. Toont ook de kopieerstatus.)
9 Zoomtoets (+)
(Druk op deze toets om de reproductiefactor te verhogen in geval van kopiëren met zoomfactor.)
0 Zoomtoets (-)
(Druk op deze toets om de reproductiefactor te verlagen in geval van kopiëren met zoomfactor.)
! Keuzetoets automatische stand/APS/AMS-indicators
(Druk op deze toets om de stand voor automatische papierkeuze of voor automatische keuze van de reproductiefactor in te stellen. De bijbehorende indicators lichten op.)
@ Oproeptoets %
(Druk op deze toets om te kopiëren met de zoomkopieerfunctie. Zie blz. 4-3.)
# Papierkeuzetoets
(Druk op deze toets om een lade of de handinvoer te kiezen. Een ladekeuze-indicator en een papierformaatindicator lichten op.)
$ Ladekeuze-indicators
(De momenteel gekozen lade [papiertoevoerlade] licht op.)
% Indicators van plaats van papierstoring
(Geven in geval van een papierstoring de plaats aan waar het papier is vastgelopen.)
^ Papierformaatindicators
(Geven het papierformaat van de gekozen lade of van de handinvoer aan.)
& Origineeltoets
(Druk op deze toets om het origineelformaat te kiezen.)
* Origineelformaatindicators
(Geven het gekozen origineelformaat aan.)
( Papierstoringsindicator ) Indicator papier toevoegen Indicator toner toevoegen
(Knippert wanneer het tonerniveau laag is. Zie blz. 3-5.)
¤ Indicator toner verwijderen
(Geeft aan wanneer het gebruikte-toner reservoir moet worden vervangen. Zie blz. 3-5.)
Onderhoudindicator
(Licht op wanneer het tijd is voor een onderhoudsbeurt van de machine. Zie blz. 8-2.)
Geheugenoverloop-/datafoutindicator
(Licht op wanneer het geheugen vol raakt tijdens het scannen van originelen. Deze indicator licht ook op tijdens het uitwisselen van gegevens met een computer wanneer de optionele printerfunctie wordt gebruikt.)
2-3
HOOFDSTUK 2 NAMEN VAN ONDERDELEN
Belichtingsinsteltoetsen
(Druk op de linkertoets voor een een lichtere kopie; druk op de rechtertoets voor een donkerdere kopie.)
Belichtingsindicators
(Geven bij handmatige instelling van de belichting het ingestelde belichtingsniveau aan.)
Beeldstandkeuzetoets/indicators voor automatische belichting/
tekst & foto/foto/tekst
(Druk op deze toets om de beeldstand te kiezen. Zie blz. 4-2.)
Automatische keuzetoets (-indicator)
(Kan worden gebruikt wanneer de optionele ADF is geïnstalleerd. Zie blz. 7-2.)
· Opmaaktoets/2 in 1-indicator/4 in 1-indicator
(Druk op deze toets om meerdere beelden op één kant van de kopie te kopiëren. Zie blz. 5-2.)
Margetoets (-indicator)
(Druk op deze toets om marges te creëren. Zie blz. 5-1.)
Œ Randschaduw-wistoets (-indicator)
(Druk op deze toets om schaduw aan de randen van kopieën te wissen. Zie blz. 5-2.)
Transparanttoets (-indicator)
(Druk op deze toets om te kopiëren op dik papier of op transparanten. Zie blz. 3-3.)
´ Boekschaduw-wistoets (-indicator)
(Druk op deze toets om schaduw aan de randen en in het midden van kopieën van boeken te wissen. Zie blz. 5-2.)
Sorteertoets (-indicator)
(Druk op deze toets om kopiëren te sorteren in afzonderlijke sets. Zie blz. 5-6.)
ˇ Printertoets
(Druk op deze toets om de optionele printerfunctie te gebruiken.)
Á Data online-indicator
(Licht op bij het gebruik van de optionele printerfunctie of bij ontvangst van gegevens van een computer.)
Beginstand (na het opwarmen of wanneer de terugsteltoets
wordt ingedrukt)
In de beginstand wordt automatisch papier van hetzelfde formaat als het origineel gekozen (“automatische papierkeuze”), wordt het aantal kopieën ingesteld op “1” en wordt de belichting ingesteld op “tekst & foto”. * Op sommige modellen is de automatische papierkeuze niet beschikbaar.
Automatische annulering van instellingen
Ongeveer 90 seconden nadat het kopiëren is gestopt, keert de kopieermachine automatisch terug naar de instellingen die waren ingesteld na het opwarmen. (De instelling van de belichting verandert evenwel niet.) U kunt verder kopiëren met dezelfde instellingen (kopieerstand, aantal kopieën en belichting) als het kopiëren wordt gestart voordat de automatische annuleerfunctie in werking treedt.
Automatische verandering van lade
Als twee laden papier van hetzelfde formaat bevatten en het papier in de ene lade op raakt tijdens het kopiëren, zorgt deze functie ervoor dat het papier niet langer vanuit de lege, maar vanuit de volle lade wordt toegevoerd, zonder dat het kopiëren wordt onderbroken. * De automatische verandering van lade kan worden uitgeschakeld.
(Zie “Automatische verandering van lade” OP BLZ. 6-5.)
2-4
HOOFDSTUK 3 VOORBEREIDINGEN VOOR GEBRUIK

1. Papier laden

U kunt papier laden in de lade en in de handinvoer.
(1) Voorzorgsmaatregelen bij het laden van papier
Waaier het papier enkele malen uit nadat u het uit de verpakking hebt gehaald alvorens het in de lade te plaatsen.
(2) Papier laden in de lade
In de lade kunnen maximaal 250 vellen gewoon papier (75 of 80 gr/ m2/gewoon papier zoals door ons gedefinieerd) of gekleurd papier worden geladen. (Specificaties in inch) * De lade kan worden ingesteld op elk papierformaat van 11" x 17" tot
5 1/2" x 8 1/2". (Metrische specificaties) * De lade kan worden ingesteld op elk papierformaat van A3 tot A5
(verticaal).
Druk de bodemplaat van de lade in en zet ze in deze stand
2
vast.
Verplaats de breedte-instelhendel om de breedtegeleider in
3
te stellen op de vereiste papierbreedte. De papierformaten zijn aangegeven in de lade.
Neem de lengte-instelplaat aan beide zijden vast en plaats
4
ze in de juiste stand voor de vereiste papierlengte.
3-1
Trek de lade zo ver mogelijk naar u toe uit.
1
* Trek niet meer dan één lade tegelijk uit als optionele laden
zijn geïnstalleerd.
HOOFDSTUK 3 VOORBEREIDINGEN VOOR GEBRUIK
Leg het papier gelijk met de linkerwand van de lade.
5
BELANGRIJK
* Aan de binnenkant van de lade is een sticker (“1” in de afbeelding)
aangebracht die de papiercapaciteit aangeeft. Laad het papier niet boven deze grens.
* Laad het papier in de lade met de kopieerkant naar boven. (De
kopieerkant is de kant die naar boven ligt wanneer de verpakking wordt geopend.)
* Controleer of de lengte-instelplaat en de breedtegeleider goed tegen
het papier aanliggen. Schuif indien nodig de lengte-instelplaat of de breedtegeleider volledig tegen het papier.
Duw de lade voorzichtig weer naar binnen.
7
* Controleer of het papier goed onder de papierklemmen in
de lade zit. Zo niet moet u het papier opnieuw laden.
* Als u de kopieermachine gedurende lange tijd niet gaat
gebruiken, moet u het papier uit de lade(n) verwijderen en in zijn originele verpakking opbergen om het te beschermen tegen vocht.
(3) Papier laden in de handinvoer
In de handinvoer kan zowel speciaal papier als gewoon papier worden geladen. Gebruik voor het kopiëren van speciaal papier altijd de handinvoer. * Het aantal vellen gewoon papier, gekleurd papier en
briefhoofdpapier dat in de handinvoer kan worden geladen verschilt afhankelijk van het papierformaat. 11" x 17" en 8 1/2" x 14" (A3, B4 en folio): 25 vellen 11" x 8 1/2" en 5 1/2" x 8 1/2" (A4 tot A5 [verticaal]): 50 vellen
* De verschillende soorten speciaal papier en het aantal vellen dat in
de handinvoer kan worden geladen zijn:
• Transparanten: 1 vel
• Gewoon papier (120 gr/m
Open de handinvoer.
1
2
, 160 gr/m2): 1 vel
Plaats het bijgeleverde etiket met de vermelding van het
6
papierformaat, zodat u op de voorkant van de lade kunt aflezen welk papierformaat geladen is.
3-2
HOOFDSTUK 3 VOORBEREIDINGEN VOOR GEBRUIK
BELANGRIJK
Wanneer u kopieert op dik papier of op transparanten, drukt u op de transparanttoets zodat de indicator oplicht.
* Wanneer u transparanten of dik papier gebruikt, kiest u “Transparen-
cies” of “Thick paper” in de “Transparency mode” (zie blz. 6-6) van
de standaardinstellingen.
Voer het papier zo ver mogelijk in tussen de geleiders.
3
BELANGRIJK
Laad het papier met de kopieerkant naar onder in de handinvoer. (De kopieerkant is de kant die naar boven ligt wanneer de verpakking wordt geopend.) Als de voorste rand van het papier omgekruld is, moet u het papier vlak maken alvorens het in de handinvoer te laden.
Stel de papiergeleiders in op het papierformaat dat wordt
2
ingevoerd.
* Trek de steungeleider uit wanneer u papier van A4-formaat
(verticaal) of groter laadt.
Instellen van het papierformaat voor de handinvoer
Het papierformaat voor de handinvoer kan vast worden ingesteld, zodat de handinvoer automatisch wordt gekozen overeenkomstig het origineelformaat, zoals bij de automatische papierkeuze.
Druk de papierkeuzetoets in gedurende 3 seconden. De
1
indicator van het papierformaat dat momenteel in de handinvoer is geladen licht op. “F12” verschijnt in het display van het aantal kopieën en 2 seconden later verschijnt een nummer. Het getoonde nummer geeft als volgt het papierformaat aan: 1: A3 2: A4 (verticaal) 3: A4 4: B4 5: B5 (verticaal) 6: B5 7: Folio 8: U (geen formaat ingesteld) xxx: Instelling van niet-standaard papierbreedte voor
handinvoer
3-3
HOOFDSTUK 3 VOORBEREIDINGEN VOOR GEBRUIK
Druk op de zoomtoets (+) of Zoom (-) en verander het
2
nummer om het juiste papierformaat te kiezen.
Druk op de invoertoets. De papierformaatindicator van het
3
gekozen papierformaat licht op. Gewoon kopiëren is nu mogelijk.
Plaatsen van enveloppen
Wanneer u de optionele printerfunctie gebruikt, kunnen enveloppen in de handinvoer worden geplaatst.
Open de enveloppe, plaats hem met de afdrukzijde naar
3
onder en de flap weg van de invoergleuf gericht en voer hem zo ver mogelijk in tussen de geleiders. * Als u de enveloppen verkeerd laadt, kunnen ze in de
verkeerde richting of op de verkeerde kant worden bedrukt.
OPMERKING
De soorten enveloppen die kunnen worden gebruikt zijn COM-10, Monarch, DL en C5. U kunt maximaal 6 enveloppen tegelijk in de handinvoer laden.
Open de handinvoer.
1
Stel de papiergeleiders in op het enveloppeformaat.
2
3-4
HOOFDSTUK 3 VOORBEREIDINGEN VOOR GEBRUIK

2. Vervangen van het tonerpatroon en van het gebruikte-tonerreservoir

Wanneer de toner toevoegen-indicator oplicht, moet u toner bijvullen. Hoewel nog meerdere kopieën kunnen worden gemaakt na het oplichten van de indicator, verdient het aanbeveling het tonerpatroon onmiddellijk te vervangen. Wanneer de toner toevoegen-indicator oplicht, licht de toner verwijderen-indicator eveneens op. Vervang het gebruikte-tonerreservoir na het vervangen van het tonerpatroon. * Vul alleen toner bij wanneer de toner toevoegen-indicator oplicht.
OPGELET
Gooi toner en tonerhouders niet in het vuur. Gevaarlijke vonken kunnen brandwonden veroorzaken.
Trek het oude tonerpatroon naar u toe.
3
WAARSCHUWING
Het ladergedeelte staat onder hoge spanning. Let goed op wanneer u in de buurt hiervan werkt, aangezien er gevaar bestaat voor een elektrische schok.
Open het voorpaneel.
1
Draai de ontgrendelingshendel van het tonerpatroon zo ver
2
mogelijk naar rechts. Het oude patroon wordt ontgrendeld.
Tik 5 of 6 maal op de bovenkant van het nieuwe
4
tonerpatroon en schud het 8 tot 10 maal heen en weer.
Plaats het nieuwe tonerpatroon in de kopieermachine.
5
* Plaats het pijltje op de bovenkant van het tonerpatroon
recht tegenover de uitsparing in de kopieermachine en plaats vervolgens het patroon in de machine.
3-5
Loading...
+ 40 hidden pages