JVC KD-SH9101 Instruction Manual [nl]

CD RECEIVER
CD-RECEIVER RECEPTEUR CD CD-RECEIVER
KD-SH9101
ENGLISH
DEUTSCH
ATT
Detachable
ANGLE
CD
DAB
FM
PRESET
AM
CH
AUX SEL
RM-RK100
EQ
DISC
PRESET
R D
DISC
VOLUME
SRC
D
DISP
ATT
MOSFET
SEL
KD-SH9101
T/P
3456 M21
MODE
This unit is equipped with the display demonstration. To cancel it, see page 8. Dieses Gerät ist mit einer Demonstrationsfunktion für das Display ausgestattet. Auf
Seite 8 wird beschrieben, wie Sie diese Demonstrationsfunktion deaktivieren können.
Cet appareil est équipé d’une démonstration des affichages. Pour l’annuler, référez-
vous à la page 8.
Dit toestel heeft een display-demonstratiefunctie. Zie bladzijde 8 voor het annuleren
van deze functie.
For installation and connections, refer to the separate manual. Angaben zu Einbau und Verkabelung entnehmen Sie bitte der gesonderten Anleitung. Pour l’installation et les raccordements, se référer au manuel séparé. Zie de afzonderlijke handleiding voor details aangaande het installeren en verbinden van het toestel.
INSTRUCTIONS
BEDIENUNGSANLEITUNG
MANUEL D’INSTRUCTIONS
FRANÇAIS
NEDERLANDS
LVT1005-001A
[E/EX]
Plaats en afbeelding van labels
Onderpaneel van het hoofdapparaat
CAUTION: Invisible laser radiation when open and interlock failed or defeated. AVOID DIRECT EXPOSURE TO BEAM. (e)
ADVARSEL: Usynlig laser­stråling ved åbning, når sikkerhedsafbrydere er ude af funktion. Undgåudsæt­telse for stråling. (d)
VARNING: Osynlig laser­strålning när denna del är öppnad och spärren är urkopplad. Betrakta ej strålen. (s)
VARO : Avattaessa ja suojalukitus ohitettaessa olet alttiina näkymättö­mälle lasersäteilylle. Älä katso säteeseen. (f)
BELANGRIJK VOOR LASERPRODUKTEN
Benaming/Spanningslabel
CLASS LASER
Let op:
Dit toestel heeft een laserkomponent met een hogere klasse laserstraal dan Klasse 1.
1
PRODUCT
NEDERLANDS
Opmerking:
Voor de veiligheid is een genummerde identificatiekaart bij het apparaat geleverd. Het identificatienummer is tevens op de behuizing van het apparaat gedrukt. Bewaar de kaart op een veilige plaats. Deze kaart is belangrijk voor identificaatie indien het apparaat is gestolen.
Het apparaat terugstellen
Druk vervolgens met een pen of dergelijk voorwerp op de terugsteltoets op de bedieningspaneel. De ingebouwde microcomputer wordt hierdoor teruggesteld.
Opmerking:
De geheugeninstellingen—zoals de voorkeurzenders en de geluidsinstellingen—zullen eveneens gewist worden.
Voorzorgen:
1.KLASSE 1 LASERPRODUKT
2.LET OP: Onzichtbare laserstralen wanneer open en interlock uitgeschakeld of defekt. Voorkom direkte blootstelling aan de straal.
3.LET OP: Open de bovenafdekking niet. Het toestel bevat geen door de gebruiker te repareren onderdelen. Laat onderhoud en reparatie over aan erkend onderthoudspersoneel.
4.LET OP: Deze CD-speler gebruikt onzichtbare laserstralen maar is echter voorzien van veiligheidsschakelaars die uitstraling dienen te stoppen bij het verwijderen van CD’s. Het is uitermate gevaarlijk deze schakelaars uit te schakelen.
5.LET OP: Het gebruik van regelaars en het maken van instellingen ander dan in deze gebruiksaanwijzing aangegeven resulteert mogelijk in blootstelling aan gevaarlijke straling.
LET OP:
Steek NOOIT uw vinger tussen het bedieningspaneel en de apparaat
MODE
56 M
T/P
aangezien u het risico loopt vast te komen zitten en u zichzelf zeer doet. (Zie bladzijde 52).
ALVORENS HET APPARAAT TE GEBRUIKEN
*
Denk aan de veiligheid....
• Zet het volume onder het rijden niet te hard. Dit is gevaarlijk, omdat u de geluiden buiten de auto niet meer hoort.
• Zet de auto stil voordat u ingewikkelde handelingen met het apparaat gaat verrichten.
2
*
Temperatuur binnen de auto....
Als de auto gedurende lange tijd in de kou of in de warmte heeft gestaan, mag u het apparaat pas gebruiken nadat de temperatuur in de auto weer normaal waarden heet bereikt.
Hartelijk dank voor d e aanschaf van dit JVC-product! Wij verzoeken u de gebruiksaanwijzing goed
door te lezen voordat u het apparaat gaat gebruiken. Zo krijgt u een volledig inzicht in de functies van
het apparaat en kunt u de mogelijkheden optimaal benutten.
INHOUDSOPGAVE
Het apparaat terugstellen ............................. 2
PLAATSING VAN DE TOETSEN .............4
Bedieningspaneel ........................................ 4
Afstandsbediening ....................................... 5
De afstandsbediening voorbereiden ............ 6
BASISBEDIENING ............................ 7
De stroomtoevoer inschakelen .................... 7
Annuleren van de displaydemonstratie ........ 8
Klok instellen ................................................ 8
Kiezen van de niveaumeter ......................... 9
GEBRUIK VAN DE RADIO ................. 10
Naar de radio luisteren ............................... 10
Radiozenders in het geheugen vastleggen ....
Afstemmen op een voorkeuzezender ........ 13
Veranderen van het displaypatroon ........... 14
HET GEBRUIK VAN RDS................... 15
Wat u kunt doen met RDS ......................... 15
Andere nuttige RDS-functies en het
maken van aanpassingen ....................... 20
GEBRUIK VAN DE CD-SPELER ........... 22
Meer over MP3-discs en WMA-discs ......... 22
Weergave van een disc ............................. 22
Opzoeken van een bepaald gedeelte in
een track .................................................. 24
Opzoeken van een track op een disc ......... 25
Opzoeken van een map van een disc ........ 26
Kiezen van een map en een track met
gebruik van de naamlijsten ...................... 28
Kiezen van de weergavefuncties ...................
Voorkomen van het uitwerpen van een disc ....
Veranderen van het displaypatroon ........... 31
GEBRUIK VAN DSP ........................ 32
Kiezen van de DSP-functies ...................... 32
GEBRUIK VAN DE EQUALIZER ........... 35
Kiezen van de reeds vastgelegde
geluidsfuncties (iEQ: Intelligente Equalizer) Vastleggen van uw eigen
geluidsinstellingen ................................... 36
LET OP bij het instellen van het volume:
Bij CD’s is in vergelijking tot andere geluidsdragers nauwelijks sprake van achtergrondruis. Wanneer het volume van bijvoorbeeld de tuner wordt aangepast, kan het gebeuren dat de luidsprekers door de plotselinge toename van het geluid beschadigd raken. Draai het volume daarom voordat u een CD afspeelt eerst terug en pas het geluid daarna aan uw wensen aan.
....
GELUIDSINSTELLINGEN .................. 37
Maken van de basisgeluidsinstellingen ...... 37
GRAFISCH DISPLAYS ..................... 39
Downloaden van beelden en animaties ..... 40
Wissen van ongewenste bestanden .......... 42
Activeren van de beelden en animaties
die u heeft gedownload ........................... 44
ANDERE BELANGRIJKE FUNCTIES ...... 46
Veranderen van de algemene instellingen
(PSM) ...................................................... 46
Kiezen van de dimmerfunctie ..................... 50
Invoeren van namen voor bronnen ............ 51
12
Veranderen van de hoek van het
bedieningspaneel .................................... 52
Bedieningspaneel verwijderen ................... 53
GEBRUIK VAN DE CD-WISSELAAR ...... 54
CDs afspelen............................................. 54
Opzoeken van een map van de disc .......... 57
Kiezen van een disc/map/track met gebruik
van de naamlijsten .....................................
Kiezen van de weergavefuncties ...................
BEDIENING VAN EEN EXTERN
COMPONENT .............................. 61
Weergave van een extern component ....... 61
BEDIENING VAN DE DAB-TUNER ........ 62
Afstemmen op een ensemble en op een
van de services ....................................... 62
29 30
DAB-frequenties in het geheugen opslaan ....
Afstemmen op een opgeslagen DAB-service...
Wat kunt u nog meer met DAB doen? ....... 66
Veranderen van het displaypatroon .......... 70
EXTRA INFORMATIE ....................... 71
PROBLEMEN OPLOSSEN ................. 72
ONDERHOUD ............................... 74
35
Omgaan met discs ..................................... 74
SPECIFICATIES ............................. 75
Let op:
Indien de temperatuur in de auto onder 0°C is, wordt de beweging van de animatie en het rollen van de tekst op het display gestopt om wazige aanduidingen te voorkomen. (LOW TEMP.) verschijnt op het display. De aanduidingen zullen weer normaal zijn zodra de temperatuur in de auto is gestegen en het toestel op bedrijfstemperatuur is.
58 59
64 64
NEDERLANDS
3
PLAATSING VAN DE TOETSEN
Bedieningspaneel
MODE
e
6
T/P
r t
1 2 3
SRC
D
DISP
ATT
SEL
8
9 q
p
1 SRC (bron) toets 2 DISP (D) (display) toets 3 5 (omhoog) toets 4 4/¢ toetsen 5 Displayvenster 6 0 (uitwerp) toets
NEDERLANDS
(hoek) toets
7 T/P (verkeersinformatie/programmatype) toets
4
5
3456 M21
w
8 (standby/aan/verzwakking)
toets
Bedieningsschijf
9 Afstandsbedieningssensor p (omlaag) toets q SEL (selecteren) toets w Cijfertoetsen e MODE (M) toets r (bedieningspaneel ontgrendelen) toets t Terugsteltoets
Verlichting-navigatie voor eenvoudige bediening:
Door een druk op MODE (M) of SEL (selecteren), wordt de overeenkomende bedieningsfunctie voor het display en bepaalde regelaars (bijvoorbeeld de cijfertoetsen, 4/¢ , 5 / en Bedieningsschijf) geactiveerd. Vervolgens beginnen de regelaars te knipperen en leiden u min of meer naar de volgende bedieningsstappen. (Verlichting-navigatie)
Het display toont hoe deze toetsen tijdens deze periode functioneren.
Bijv.: Bij een druk op cijfertoets 1 na een druk op MODE (M) om de FM-tuner te bedienen.
MODE
Verschijnt uitsluitend indien de FM­golfband is gekozen
M
Indicator voor aftellen van tijd
7
345621
Om deze toetsen weer voor de oorspronkelijke functies te gebruiken, moet u zonder deze regelaars te bedienen wachten totdat de regelaars stoppen te knipperen.
Door een druk op MODE (M) worden tevens de oorspronkelijke functies weer geactiveerd. Door een druk op SEL (selecteren) wordt echter een andere functie voor het toestel geactiveerd.
4
Afstandsbediening
ATT
1
2
3
4
5
1 • Hiermee wordt de eenheid ingeschakeld als deze
is uitgeschakeld.
• Houd een paar seconden ingedrukt om het toestel uit te schakelen.
• Hiermee wordt het volume in korte tijd verminderd als u de toets heel even indrukt. Als u nogmaals op de toets drukt, keert het oude volumeniveau weer terug.
2 Voor het kiezen van een van de vier posities voor
de hoek van het bedieningspaneel.
3 Verspringen naar de “root” (basis) tijdens het
luisteren naar een MP3-disc.
4 • CD: Kiezen van de CD-speler.
• FM/DAB: – Druk kort op de toets om de FM-tuner te
kiezen. Door iedere druk op de toets verandert de FM-golfband (FM1, FM2 en FM3).
– Houd even ingedrukt om de DAB-tuner te
kiezen.* Iedere keer dat u de toets ingedrukt houdt, verandert de DAB-golfband (DAB1, DAB2 en DAB3).
• AM: Kiezen van de AM-tuner.
• CH: Kiezen van de CD-wisselaar.*
• AUX: Kiezen van het externe component (LINE
IN).*
5 *3• Instellen van het volume. 6 Kiezen van de geluidsfunctie (iEQ).
Door iedere druk op de toets verandert de geluidsfunctie (iEQ).
CD
DAB
FM
PRESET
AM
CH
AUX SEL
RM-RK100
1
2
ANGLE
DISC
R D
DISC
VOLUME
EQ
PRESET
6
7
8
9
p
1
7 • Voor het opzoeken van een zender tijdens het
luisteren naar de radio.
Kiezen van ensembles tijdens het luisteren naar de DAB-tuner.
• Hiermee kunt u de fragment snel vooruit en achteruit spoelen als u de toets tijdens het beluisteren van een disk indrukt en ingedrukt houdt.
• Hiermee gaat u naar het begin van de volgende fragment of het volgende fragment of terug naar het begin van de huidige (of vorige) fragmenten als u de toets tijdens het beluisteren van een disk indrukt en ingedrukt houdt.
8
• Kiezen van services tijdens het luisteren naar de DAB-tuner.
• Veranderen van discnummer tijdens het luisteren naar de CD-wisselaar. Iedere keer dat u de toets even ingedrukt houdt, wordt een ander discnummer gekozen en de weergave van de gekozen disc gestart.
• Verspringen naar de eerste track van een map met een hoger hiërarchieniveau of een lager hiërarchieniveau indien u tijdens het luisteren naar een MP3-disc of WMA-disc even kort op de toets drukt. (Functioneert niet voor WMA-discs met de MP3-compatibele CD-wisselaar).
• Instellen van het faderniveau met het instelscherm voor de fader/balans.
9 • Veranderen van voorkeurkanaalnummer tijdens
het luisteren naar de radio (of de DAB-tuner). Door iedere druk op de toets verandert het voorkeurkanaalnummer en wordt op de gekozen zender (service) afgestemd.
• Verspringen naar de eerste track van de volgende map of de eerste track van de voorgaande map indien u tijdens het luisteren naar een MP3-disc of WMA-disc de toets even ingedrukt houdt.
• Verspringen naar de eerste track van de volgende map of de eerste track van de voorgaande map van hetzelfde hiërarchieniveau indien u tijdens het luisteren naar een MP3-disc of WMA-disc even kort op de toets drukt. (Functioneert niet voor WMA-discs met de MP3­compatibele CD-wisselaar.)
• Instellen van het balansniveau met het instelscherm voor de fader/balans.
p *3Activeren of uitschakelen van het instelscherm
voor de fader/balans. U kunt vervolgens de gewenste instellingen met de hierboven beschreven toetsen (8 en 9).
*1Indien de DAB-tuner of CD-wisselaar niet is
aangesloten, kunt u deze niet als weergavebron kiezen.
*2Indien de “Line In” instelling op “Off” is gesteld, kunt
u “LINE IN” niet kiezen (zie bladzijden 48 en 49).
*3Deze toetsen functioneren niet bij de functie voor het
instellen van onderdelen (PSM-instellingen).
NEDERLANDS
5
De afstandsbediening voorbereiden
Alvorens gebruik van de afstandbediening:
Richt de afstandsbediening recht naar de afstandsbedieningssensor op het hoofdtoestel. Controleer dat er geen obstakels in het pad liggen.
SRC
D
DISP
ATT
SEL
Afstandsbedieningssensor
Zorg dat er geen direct fel licht (zonlicht of van een schelle lamp) op de sensor valt.
NEDERLANDS
De batterij plaatsen
Wanneer u merkt dat het bereik van de afstandsbediening afneemt, moet u de batterij vervangen.
1. Verwijder de batterijhouder.
1) Druk de batterijhouder met behulp van een balpen of een soortgelijk voorwerp in de richting van de pijl die in de afbeelding staat aangegeven.
2) Verwijder de batterijhouder.
3421
3. Plaats de batterijhouder terug in positie.
Druk de batterijhouder terug tot u een “klik” hoort.
(achterkant)
Gebruikke batterijen:
WAARSCHUWING:
• Bewaar batterij op een plek waar kinderen geen toegang toe hebben. Mocht een kind een knoopcelbatterij inslikken, waarschuw dan onmiddellijk een arts.
• Laad de batterij niet opnieuw op, vermijd kortsluiting, haal ze niet uit elkaar, verhit ze niet en gooi geen batterij in het vuur. Elk van deze handelingen kan leiden tot oververhitting, een explosie of een steekvlam.
• Zorg ervoor dat de batterij niet in contact komt met andere metalen. Dit kan leiden tot oververhitting, een explosie of een steekvlam.
• Bescherm gebruikte batterij door deze met plakband af te plakken. Als u dit niet doet, kan de batterij hitte vrijgeven, gaan lekken of brand veroorzaken.
• Probeer de batterij nooit met bijvoorbeeld een naald of mes open te maken. Als u dit doet, kan de batterij hitte vrijgeven, gaan lekken of brand veroorzaken.
(achterkant)
1)
2. Plaats de batterij in de houder.
Laat de batterij met de pluszijde (+) naar boven in de houder zakken zodat deze vast komt te liggen.
Lithium knoopcelbatterij (Productnummer: CR2025)
6
2)
LET OP:
Leg de afstandsbediening NIET op plaatsen waar het directe zonlicht langdurig op valt (zoals bijvoorbeeld op het dashboard). De afstandsbediening wordt anders beschadigd.
Deze receiver heeft een functie voor een stuurwiel-afstandsbediening. Indien uw auto een stuurwiel­afstandsbediening heeft, kunt u deze receiver met die afstandsbediening bedienen.
Zie de aanwijzingen voor Installatie/ Aansluiten (afzonderlijk boekje) voor de vereiste verbinding voor het gebruik van deze functie.
SRC
D
DISP
ATT
2
SEL
1, 3
3456 M21
De stroomtoevoer inschakelen
1
Schakel de spanning in.
ATT
Opmerking over de “One-Touch”-bediening:
Bij het selecteren van de geluidsbron in stap hieronder wordt het apparaat automatisch ingeschakeld. U hoeft niet op deze toets te drukken om het apparaat in te schakelen.
2
Start de weergave van de geluidsbron.
SRC
TUNER DAB
*1Indien de DAB-tuner of CD-wisselaar niet is
aangesloten, kunt u deze niet als weergavebron kiezen.
*2U kunt CD niet als weergavebron kiezen
indien er geen disc in de lade is geplaatst.
*3Indien “Line In” van de PSM-instellingen op
“Off” is gesteld, kunt u “LINE IN” niet als bron kiezen (zie bladzijde 49).
Door iedere druk op de toets verandert de bron als volgt:
1
*
(DAB-tuner)
LINE IN
2
*
CD
3
*
CD-CH
(CD-wisselaar)
2
1
*
BASISBEDIENING
Display-aanduiding:
Indien u bepaalde PSM-
T/P
MODE
3
Regel het volume.
ATT
Huidige geluidsfunctie (iEQ) (zie bladzijde 35)
4
Kies de gewenste DSP-functie en geluidsfunctie.
Volume in een oogwenk zachter zetten
Druk tijdens het luisteren naar een willekeurige geluidsbron kort op . Op het afleesvenster begint de tekst “ATT” te knipperen en het volume zal in een oogwenk dalen. Om het eerdere volume te herstellen, drukt u nogmaals kort op dezelfde toets.
• U kunt het volume ook op het oude niveau terugbrengen door de bedieningsschijf linksom te draaien.
Spanning uitschakelen
Druk op de cijfertoets langer dan 1 seconde ingedrukt.
Indien u de stroom uitschakelt tijdens het beluisteren van een CD, zal de volgende keer
bij het weer inschakelen van de stroom de weergave vanaf het hiervoor gestopte punt op de disc worden voortgezet.
instellingen heeft veranderd (zie bladzijden 47 en 48), zullen de aanduidingen op het display mogelijk anders zijn dan de display-afbeeldingen in deze gebruiksaanwijzing.
Kloktijd
Huidige DSP-functie (zie bladzijde 32)
NEDERLANDS
7
Annuleren van de displaydemonstratie
Bij het verlaten van de fabriek is de displaydemonstratie geactiveerd en start deze automatisch indien u gedurende ongeveer 20 seconden geen bediening uitvoert.
Het wordt aanbevolen om de demonstratie te annuleren alvorens het toestel werkelijk in gebruik te nemen.
Voor het annuleren van de displaydemonstratie,
voert u de volgende handelingen uit:
1
Houd SEL (selecteren) langer dan 2 seconden ingedrukt zodat een van de PSM-onderdelen op het display verschijnt. (PSM: zie bladzijden 47 en 48).
Voor het weer activeren van de displaydemonstratie, herhaalt u de hier
beschreven procedure maar kiest u Int Demo ofAll Demo in stap 3.
Zie Beelden op het display tonenGraphics
op bladzijde 48 voor details.
Klok instellen
Het is ook mogelijk de klok in te stellen op een 24-uurs of een 12-uurs aanduiding.
1
Houd SEL (selecteren) langer dan 2 seconden ingedrukt zodat een van de PSM-onderdelen op het display verschijnt. (PSM: zie bladzijden 47 en
48).
SEL
SEL
NEDERLANDS
2
Druk op cijfertoets 1 om “MOVIE”— Filmcategorie van de PSM­instellingen te kiezen.
Het Graphics instelscherm verschijnt op het display.
3
Kies “Off”.
ATT
4
Voltooi de instelling.
SEL
2
Druk op cijfertoets 2 om “CLOCK”— Klokcategorie van de PSM­instellingen te kiezen.
345621
345621
Het Clock Hr (uur) instelscherm verschijnt op het display.
3
Stel het uur in.
ATT
4
Stel de minuten in.
1 Kies Clock Min (minuten). 2 Stel de minuten in.
1
2
ATT
8
5
Kies het kloksysteem.
1 Kies 24H/12H. 2 Stel 24Hours (voor 24-uuraanduiding) of
12Hours (voor 12-uuraanduiding) in.
1
6
Voltooi de instelling.
SEL
2
ATT
4
Kies het gewenste patroon voor de niveaumeter.
ATT
De niveaumeters veranderen in de volgende volgorde door de bedieningsschijf te draaien.
Standard
Meter 3
5
Voltooi de instelling.
SEL
Meter 1
Meter 2
Voor het controleren van de huidige tijd op de klok terwijl het toestel is uitgeschakeld, drukt
u op DISP (D). De stroom wordt ingeschakeld en de tijd wordt ongeveer 5 seconden op de klok getoond waarna de stroom weer wordt uitgeschakeld.
Kiezen van de niveaumeter
U kunt de niveaumeters op het display tonen tijdens weergave van een bron. Dit toestel heeft drie verschillende patronen voor de niveaumeters.
1
Houd SEL (selecteren) langer dan 2 seconden ingedrukt zodat een van de PSM-onderdelen op het display verschijnt. (PSM: zie bladzijden 47 en
48).
SEL
2
Druk op cijfertoets 3 om “DISP”— Displaycategorie van de PSM­instellingen te kiezen.
3
Standard:
Er verschijnt geen niveaumeter op het display. (Bij het verlaten van de fabriek gekozen).
Meter 1:
De linker- en rechteraudioniveaumeter verschijnt.
Meter 2:
De niveaumeter fluctueert in horizontale richting vanaf het midden naar beide kanten wanneer het audioniveau verandert.
Meter 3:
Signaalgolven fluctueren bij het midden en spreiden zich uit naar de zijkanten.
NEDERLANDS
3
Kies “Theme”.
9
GEBRUIK VAN DE RADIO
SRC
D
DISP
ATT
SEL
3456 M21
T/P
MODE
Naar de radio luisteren
Om op een bepaalde zender af te stemmen kunt u kiezen tussen automatisch zoeken en handmatig zoeken.
Automatisch naar een station zoeken: Auto search
1
NEDERLANDS
Selecteer de omroepband (FM1 – 3, AM).
SRC
AM
Er wordt op de laatst ontvangen zender van de laatst gekozen golfband afgestemd.
1 Druk herhaaldelijk op SRC
(bron) om de tuner te kiezen.
2 Houd SRC langer dan 1
seconde ingedrukt. De aanduiding van de
FM1
FM2FM3
golfband knippert op het display.
3 Druk binnen 5 seconden
(terwijl de aanduiding van de golfband nog knippert) nogmaals op SRC. Door iedere druk op de toets verandert de golfband.
Opmerking:
Deze ontvanger heeft drie FM-banden (FM1, FM2, FM3). U kunt elk van deze banden kiezen om naar FM-stations te luisteren.
2
Zoek een station.
Druk op ¢ om zenders met een hogere frequentie op te zoeken.
Druk op 4 om zenders met een lagere frequentie op te zoeken.
Bijv. Met de FM-golfband gekozen
Wanneer een station wordt ontvangen, stopt het zoeken.
Druk nogmaals op dezelfde toets wanneer u het zoeken wilt stoppen voordat op een zender is
afgestemd.
Programmazender (PS) naam (zie bladzijde 14)
Licht op bij ontvangst van een stereo FM-uitzending met een redelijk sterk signaal.
10
Programmatype (PTY) (zie bladzijde 14)
Afstemmen op FM-zenders met uitsluitend sterke signalen—LO/DX (Local/Distant)
Tijdens het opzoeken van FM-zender (met inbegrip van SSM—zie bladzijde 12), stopt het toestel het zoeken wanneer het signalen herkent (DX-functie—De DX indicator is opgelicht— fabrieksinstelling). U hoort mogelijk alleen ruis indien de signalen zwak zijn. Door LO/DX op “Local” te stellen, worden met dit toestel uitsluitend zenders opgezocht waarvan de signalen sterk genoeg zijn.
1 Druk tijdens het luisteren naar een
stereo FM-uitzending op MODE (M). “Mode” verschijnt op het display en de cijfertoetsen beginnen te knipperen.
Zie bladzijde 40 voor deze functie.
2 Druk op cijfertoets 2 terwijl “Mode” nog op het
display wordt getoond. Door iedere druk op de toets wordt afwisselend “Local” en “DX” voor de “LO/DX” functie geactiveerd.
MODE
M
Handmatig naar een station zoeken: Manual search
1
Selecteer de omroepband (FM1 – 3, AM).
SRC
AM
Opmerking:
Deze ontvanger heeft drie FM-banden (FM1, FM2, FM3). U kunt elk van deze banden kiezen om naar FM-stations te luisteren.
2
Houd ¢ of 4 ingedrukt totdat Manual Search op het display verschijnt.
1 Druk herhaaldelijk op SRC
(bron) om de tuner te kiezen.
2 Houd SRC langer dan 1
seconde ingedrukt.
3 Druk binnen ongeveer 5
FM1
FM2FM3
seconden nogmaals op SRC. Door iedere druk op de toets verandert de golfband.
NEDERLANDS
345621
Na ongeveer 5
seconden
Het display keert weer terug naar het scherm met de bronaanduiding.
De LO indicator verschijnt
3
Stem op de gewenste zender af terwijl Manual Search nog op het display wordt getoond.
Druk op ¢ om op zenders met een hogere frequentie af te stemmen.
Druk op 4 om op zenders met een lagere frequentie af te stemmen.
• Als u de toets loslaat, wordt de handmatige modus na 5 seconden automatisch uitgeschakeld.
• Als u de toets ingedrukt houdt, blijft de frequentie veranderen (bij FM steeds met 50 kHz en bij AM—MG/LG steeds met 9 kHz) totdat u de toets loslaat.
11
Indien een stereo FM-uitzending niet goed kan worden ontvangen:
Stel de FM-ontvangstfunctie op Mono On”.
1 Druk tijdens het luisteren naar een
stereo FM-uitzending op MODE (M). Mode verschijnt op het display en de cijfertoetsen beginnen te knipperen.
2 Druk op cijfertoets 1 terwijl “Mode nog op het
display wordt getoond. Door iedere druk op de toets wordt afwisselend Mono On en “Mono Off getoond.
345621
Na ongeveer 5
NEDERLANDS
Het display keert weer terug naar het scherm met de bronaanduiding.
Indien de geluidskwaliteit verslechtert en het stereo-effect verloren gaat tijdens het luisteren naar een FM-zender
In bepaalde gebieden kunnen zenders elkaar storen indien ze bij elkaar in de buurt liggen. Indien er sprake van een dergelijke interferentie is, reduceert dit toestel automatisch de hieruit voortkomende ruis (instelling bij verlaten van fabriek). In dat geval kan de geluidskwaliteit echter verslechteren en het stereo-effect verloren gaan. Zie “Veranderen van de gevoeligheid van de FM-tunerIF Filterop bladzijde 49, indien u geen verslechtering van de geluidskwaliteit wenst en het stereo-effect wilt behouden in plaats van de door interferentie veroorzaakte ruis te reduceren.
12
seconden
De MO indicator verschijnt
MODE
Radiozenders in het geheugen vastleggen
U kunt één van de volgende twee methoden gebruiken om de radiozenders in het geheugen
M
vastteleggen.
Automatisch vasteleggen van FM-zenders: SSM (Strong-station Sequential Memory)
Handmatig vasteleggen van FM en AM-zenders
Automatisch vasteleggen van FM-zenders: SSM
U kunt 6 lokale FM-stations instellen voor elke FM-golfband (FM1, FM2 en FM3).
1
Selecteer het nummer van de FM-golfband (FM1 – 3) waarop u FM-zenders wilt vasteleggen.
SRC
AM
2
Start SSM.
MODE
M
5
Lokale FM-zenders met de sterkste signalen worden opgezocht en automatisch voor de gekozen golfband (FM1, FM2 of FM3) onder de cijfertoetsen vastgelegdnummer 1 (laagste frequentie) t/m nummer 6 (hoogste frequentie). De voorkeuzezender die onder cijfertoets 1 is vastgelegd wordt na het automatisch vastleggen van de zenders opgeroepen.
1 Druk herhaaldelijk op SRC
(bron) om de tuner te kiezen.
2
Houd SRC langer dan 1 seconde ingedrukt. De aanduiding van de golfband
FM1
FM2FM3
knippert op het display.
3 Druk binnen 5 seconden
(terwijl de aanduiding van de golfband nog knippert) nogmaals op SRC. Door iedere druk op de toets verandert de golfband.
1 Druk op MODE (M).
Mode verschijnt op het display en de cijfertoetsen beginnen te knipperen.
2 Houd cijfertoets 5 ingedrukt
totdat “– SSM –” verschijnt.
Handmatig vasteleggen van zenders
U kunt handmatig maximaal 6 zenders voor iedere golfband (FM1, FM2, FM3 en AM) vastleggen.
Bijv.:Een FM-zender op 92,5 MHz vastleggen
onder nummer 1 van FM1-golfband.
1
Selecteer het nummer van de golfband (FM1 – 3, AM) waarop u zenders wilt vasteleggen (in dit voorbeeld cijfertoets FM1).
SRC
AM
1 Druk herhaaldelijk op SRC
(bron) om de tuner te kiezen.
2 Houd SRC langer dan 1
seconde ingedrukt.
3 Druk binnen ongeveer 5
FM1
FM2FM3
seconden nogmaals op SRC. Door iedere druk op de toets verandert de golfband.
Opmerkingen:
• Een eerder vastgelegde zender wordt gewist wanneer een hieuwe zender wordt opgeslagen onder hetzelfde nummer.
• Ingestelde zenders worden gewist wanneer de spannings toevoer naar het geheugen wordt onderbroken (bijvoorbeeld bij het vervangen van de accu). Als dit gebeurt, moeten de zenders opnieuw worden ingesteld.
Afstemmen op een voorkeuzezender
U kunt in een handomdraai afstemmen op een vastgelegde voorkeuzezender. Denk eraan dat u de zenders eerst moet vastleggen! Zie ook de paragraaf “Radiozenders in het geheugen vastleggen” op bladzijden 12 en 13, als u dat nog niet hebt gedaan.
2
Stem af op een zender (in dit voorbeeld op 92,5 MHz).
Druk op ¢ om op zenders met een hogere frequentie af te stemmen.
Druk op 4 om op zenders met een lagere frequentie af te stemmen.
3
Druk op de cijfertoets (in dit voorbeeld cijfertoets 1) en houd deze langer dan 2 seconden ingedrukt.
Het gekozen
1
4
Herhaal bovenstaande procedure om
voorkeurzendernummer knippert even.
andere zenders onder andere nummers op te slaan.
Direct kiezen van een voorkeurzender
1
Selecteer de omroepband (FM1 – 3, AM).
SRC
AM
2
Selecteer het nummer (1 – 6) van de gewenste zender.
1 Druk herhaaldelijk op SRC
(bron) om de tuner te kiezen.
2
Houd SRC langer dan 1 seconde ingedrukt. De aanduiding van de golfband
FM1
FM2FM3
knippert op het display.
3 Druk binnen 5 seconden
(terwijl de aanduiding van de golfband nog knippert) nogmaals op SRC. Door iedere druk op de toets verandert de golfband.
345621
NEDERLANDS
13
Een voorkeurzender met gebruik van de voorkeurzenderlijst kiezen
Indien u bent vergeten welke zenders onder welke voorkeurnummers zijn vastgelegd, kunt u de voorkeurzenderlijst even bekijken en dan de gewenste zender kiezen.
1
Selecteer de omroepband (FM1 – 3, AM).
SRC
AM
2
Houd 5 (omhoog) of (omlaag) ingedrukt totdat de
NEDERLANDS
voorkeurzenderlijst voor de gekozen golfband (FM1, FM2, FM3 of AM) op het display wordt getoond.
1 Druk herhaaldelijk op SRC
(bron) om de tuner te kiezen.
2 Houd SRC langer dan 1
seconde ingedrukt.
3 Druk binnen ongeveer 5
FM1
FM2FM3
seconden nogmaals op SRC. Door iedere druk op de toets verandert de golfband.
De huidige ontvangen zender wordt opgelicht op het display getoond.
Veranderen van het displaypatroon
Door een druk op DISP (D) kunt u andere informatie op het display tonen.
D
DISP
Basisdisplaypatroon:
De zendernaam (PS) wordt opgelicht getoond.
*1“No Name” wordt altijd voor AM-zender en niet-
2
*
3
*
Door iedere druk op de toets verandert het displaypatroon als volgt:
1
*
RDS FM-zenders getoond (zie de volgende bladzijden). Verschijnt uitsluitend wanneer u een voorkeurzender kiest. De PTY-code verschijnt uitsluitend wanneer een RDS-zender wordt ontvangen.
2
*
3
*
14
Opmerkingen:
• Met een van de FM-golfband voorkeurzenderlijsten (FM1, FM2 of FM3) op het display getoond, kunt u door een druk op 5 (omhoog) of (omlaag) de andere lijsten tonen.
• Indien een voorkeurzender een FM RDS­zender is die het PS-signaal levert, wordt de PS-naam in plaats van de zenderfrequentie getoond.
3
Kies het nummer (1 – 6) voor de gewenste voorkeurzender.
345621
HET GEBRUIK VAN RDS
Wat u kunt doen met RDS
RDS (Radio Data System) is een voorziening waarmee FM-zenders een extra signaal aan hun regulier programmasignaal toevoegen. Zo kan een FM-zender bijvoorbeeld de naam van het station met het programma en informatie over de aard of het genre van het programma meezenden, bijvoorbeeld of het uitgezonden programma over sport gaat of een muziekprogramma is. Een andere functie van de voorziening RDS is “Enhanced Other Networks”. Met behulp van de Enhanced Other Networks-gegevens die door het station worden verstuurd, kunt u op een andere zender van een ander netwerk afstemmen dat uw favoriete programma of verkeersinformatie uitzendt, terwijl u ondertussen naar een ander programma of een andere afspeelbron, zoals het CD, luistert.
Met de ontvangst van RDS-gegevens kan deze eenheid:
• Eén en hetzelfde programma blijven volgen (De Netwerkfunctie)
• Standby staan voor de ontvangst van verkeersinformatie (TA—“Traffic Announcement”) of uw favoriete programma
• Zoeken naar een bepaald programmagenre (PTY—“Programme Type”)
• Programma zoeken
• En er zijn nog enkele andere functies waarover u bij de ontvangst van RDS-signalen kunt beschikken.
Om de netwerkfunctie in te schakelen
U kunt de verschillende functies van netwerk­opsporing gebruiken om hetzelfde programma met de beste ontvangst te blijven beluisteren. Bij het verlaten van de fabriek is “AF” gekozen.
• AF:
• AF Reg:
• Off: De netwerkfunctie is uitgeschakeld.
De ontvangst met netwerk-volgen wordt geactiveerd zonder regionalisatie. Met deze instelling schakelt het toestel naar een andere zender van hetzelfde netwerk wanneer de ontvangst van de signalen van de ingestelde zender verslechtert. (In deze modus kan het voorkomen dat het nieuw te ontvangen programma anders is dan het programma dat u daarvoor ontving). De AF indicator licht op.
De ontvangst met netwerk-volgen wordt geactiveerd met regionalisatie. Met deze instelling schakelt het toestel naar een andere zender van hetzelfde netwerk die hetzelfde programma uitzendt, wanneer de ontvangst van de signalen van de ingestelde zender verslechtert. De REG indicator licht op.
De indicator AF en de indicator REG lichten allebei niet op.
NEDERLANDS
Eén en hetzelfde programma blijven volgen (De netwerkfunctie)
Als u in een gebied rijdt waarin de ontvangst van FM-signalen te wensen overlaat, zal de tuner die in deze eenheid is ingebouwd automatisch overschakelen naar een andere RDS-zender van hetzelfde station dat hetzelfde programma uitzendt, maar dan met een sterker uitzendsignaal. Op die manier kunt u dus naar uw favoriete programma blijven luisteren en bent u verzekerd van de best mogelijke ontvangst, ongeacht waar in het ontvangstgebied u rijdt. (Zie de afbeelding op bladzijde 21). Er zijn twee soorten RDS-gegevens die ervoor zorgen dat u uw favoriete programma tijdens uw rit kunt blijven volgen: de PI (Programme Identification) gegevens, en de AF (Alternatieve Frequentie) gegevens. Alleen als de ontvangst van allebei deze signalen van een RDS-station goed zijn, kunt u uw favoriete programma blijven volgen. Als een of beide signalen niet goed worden ontvangen, werkt deze voorziening niet.
De AF of REG indicator licht op.
Opmerking:
Als er een DAB-tuner is aangesloten en alternatieve ontvangst (voor DAB-services) is ingeschakeld, is automatisch ook de netwerkfunctie ingeschakeld (“AF”). De netwerkfunctie kan echter niet worden uitgeschakeld zonder de alternatieve ontvangst uit te schakelen. (Zie bladzijde 69).
15
1
Houd SEL (selecteren) langer dan 2 seconden ingedrukt zodat een van de PSM-onderdelen op het display verschijnt. (PSM: zie bladzijden 47 en 48.)
SEL
Het gebruik van TA standby ontvangst
Met TA standby ontvangst kunt u tijdelijk overschakelen naar verkeersinformatie (TA) uitzendt, terwijl u naar de door u geselecteerde afspeelbron luistert (zoals een FM-zender, CD of een andere aangesloten afspeelbron).
• TA standby ontvangst is niet mogelijk wanneer u naar een AM-zender luistert.
2
Druk op cijfertoets 4 om “TUNER” —Tunercategorie van de PSM­instellingen te kiezen.
Het “PTY Stnby” (standby) instelscherm verschijnt op het display.
NEDERLANDS
3
Kies “AF-Regn’l” (alternatieve frequentie/regionalisatie ontvangst).
4
Selecteer de gewenste modus —“AF”, “AF Reg” of “OFF”.
ATT
5
Voltooi de instelling.
SEL
16
T/P
345621
• Indien de DAB-tuner is aangesloten, wordt hierdoor tevens wegverkeer-overzicht standby­ontvangst (zie bladzijde 66) afwisselend geactiveerd en uitgeschakeld.
7 Met FM als huidige bron ingesteld, zal de TP
indicator oplichten of knipperen.
• TA standby ontvangst is geactiveerd indien
de TP indicator is opgelicht. “Traffic Flash” verschijnt op het display zodra een zender verkeersinformatie start uit te zenden. Het toestel stemt nu automatisch op deze zender af. Het volume wordt op het reeds vastgelegde TA volumeniveau (zie bladzijde 20) gesteld en u hoort de verkeersinformatie.
• TA standby ontvangst is nog niet geactiveerd
indien de TP indicator knippert. De zender die wordt ontvangen levert namelijk geen signalen die voor TA standby ontvangst zijn vereist. Om TA standby ontvangst nu te activeren moet u op een andere zender afstemmen die wel deze signalen uitstuurt. Druk op ¢ of 4 om een dergelijke zender op te zoeken. De TP indicator stopt te knipperen en licht continu op zodra een zender met deze signalen is gevonden. TA standby ontvangst is nu geactiveerd.
Druk op T/P om TA standby ontvangst te activeren. Door iedere druk op deze toets wordt deze functie afwisselend geactiveerd en uitgeschakeld.
De TP indicator verschijnt (licht continu op of knippert)
7 Met een andere bron dan FM ingesteld, zal
de TP indicator oplichten. “Traffic Flash” verschijnt op het display zodra een zender verkeersinformatie start uit te zenden. Het toestel verandert nu automatisch van bron en stemt op deze zender af.
Het gebruik van PTY standby ontvangst
Met PTY standby-ontvangst kunt u met het toestel tijdelijk van iedere bron, uitgezonderd AM-zenders, naar uw favoriete programma (PTY: Programmatype) overschakelen.
Kiezen van uw favoriete PTY-code voor PTY standby-ontvangst
Bij het verlaten van de fabriek is PTY standby­ontvangst ingesteld voor het opzoeken van nieuwsprogramma’s “News”. U kunt uw favoriete programma voor PTY standby ontvangst kiezen.
1
Houd SEL (selecteren) langer dan 2 seconden ingedrukt zodat een van de PSM-onderdelen op het display verschijnt. (PSM: zie bladzijden 47 en 48.)
SEL
3
Selecteer een van de negenentwintig PTY-codes die beschikbaar zijn. (Zie bladzijde 21).
De naam van de PTY-
ATT
4
Voltooi de instelling.
SEL
code die u selecteert, wordt op de display weergegeven en in het geheugen opgeslagen.
Instellen van PTY standby-ontvangst
Indien de DAB-tuner is aangesloten, wordt door de volgende handelingen PTY standby­ontvangst voor zowel de FM-tuner als DAB-tuner ingesteld. (Zie bladzijde 69).
1 Druk op MODE (M) tijdens het
luisteren naar een stereo FM­uitzending. “Mode” verschijnt op het display en de cijfertoetsen beginnen te knipperen.
MODE
M
NEDERLANDS
2
Druk op cijfertoets 4 om “TUNER” —Tunercategorie van de PSM­instellingen te kiezen.
Het “PTY Stnby” (standby) instelscherm wordt op het display getoond.
345621
VERVOLG, ZIE OMMEZIJDE
17
2 Druk herhaaldelijk op cijfertoets 3 om PTY
standby-ontvangst te activeren terwijl “Mode” nog op het display wordt getoond. Door iedere druk op de toets wordt PTY standby-ontvangst afwisselend geactiveerd en uitgeschakeld.
345621
Opmerking:
Na het activeren van PTY standby-ontvangst kunt u van bron veranderen zonder PTY standby-ontvangst te annuleren. In dat geval stopt de PTY indicator te knipperen indien deze knippert. Zodra een zender een uitzending van de gekozen PTY begint, wordt automatisch van bron verandert en op deze zender afgestemd.
• Indien u echter een AM-zender als bron kiest, zal PTY standby-ontvangst tijdelijk worden geannuleerd.
• U kunt PTY standby-ontvangst uitsluitend uitschakelen indien FM als bron is gekozen.
Bijv.: Indien de huidige gekozen PTY-code
voor PTY standby-ontvangst “News” is
Na ongeveer 5
seconden
Het display keert weer terug naar het scherm met de bronaanduiding.
NEDERLANDS
De PTY indicator verschijnt (licht continu op of knippert)
De PTY indicator licht op of knippert.
PTY standby-ontvangst is geactiveerd indien de PTY indicator is opgelicht. Zodra een zender een programma van het gekozen programmatype start uit te zenden, stemt het toestel op deze zender.
PTY standby-ontvangst is nog niet geactiveerd indien de PTY indicator knippert. De zender die wordt ontvangen levert namelijk geen signalen die voor PTY standby-ontvangst zijn vereist. Om PTY standby-ontvangst nu te activeren moet u op een andere zender afstemmen die wel deze signalen uitstuurt. Druk op ¢ of
4 om een dergelijke zender op te zoeken. De PTY indicator stopt te knipperen en licht continu op zodra een zender met deze signalen is gevonden. PTY standby-ontvangst is nu geactiveerd.
18
Uw favoriete programmagenre opzoeken
U kunt een gewenste PTY-code opzoeken. Daarbij kunt u uw 6 favoriete programmatypen voor het later gemakkelijk opzoeken onder de cijfertoetsen vastleggen. Bij het verlaten van de fabriek, standaard liggen de volgende zes programmagenres achter de cijfertoetsen (1 tot 6) opgeslagen.
Voor het vastleggen van uw favoriete programmatypes, zie hieronder en bladzijde 19. Zie bladzijde 19 voor een uitleg over het zoeken van uw favoriete programma.
1
Pop M
45
Classics
2
Rock M Easy M
Affairs
Uw favoriete programmagenres in het geheugen opslaan
1
Druk op T/P in en houd deze ten minste 2 seconden ingedrukt terwijl u naar een FM-zenders luistert.
T/P
De PTY-code die als laatste werd geselecteerd, verschijnt op de display.
3
6
Varied
2
Selecteer een van de negenentwintig PTY-codes die beschikbaar zijn. (Zie bladzijde 21).
ATT
3
Druk de gewenste cijfertoets in en
De naam van de PTY­code die u selecteert, wordt op de display weergegeven.
houd deze minste 2 seconden vast om de geselecteerde PTY-code op te slaan onder de cijfertoets van uw keuze.
345621
2
Kiezen van een favoriet programmatype
345621
of
Kiezen van een van de negenentwintig PTY-codes
ATT
Het gekozen voorkeurnummer knippert even.
4
Houd T/P langer dan 2 seconden ingedrukt om deze functie te verlaten.
T/P
Een favoriet programmatype opzoeken
1
Druk op T/P in en houd deze ten minste 2 seconden ingedrukt terwijl u naar een FM-zenders luistert.
T/P
De PTY-code die als laatste werd geselecteerd, verschijnt op de display.
Bijv: Met Rock M gekozen
Gebruik van de 5 (omhoog) of ∞ (omlaag) toets
Door herhaaldelijk op de 5 (omhoog) of (omlaag) toets te drukken, kunt u een lijst met uw vastgelegde PTY-codes en alle negenentwintig PTY-codes (zes PTY-codes tegelijkertijd) tonen. De lijst met uw vastgelegde PTY-codes verschijnt eerst en daarna op volgorde de 29 PTY-codes (zes PTY-codes tegelijkertijd). Druk op de overeenkomende cijfertoets om de gewenste PTY-code te kiezen uit de lijst die op het display wordt getoond.
3
Start het PTY-zoeken naar uw favoriete programma.
Als er een station is dat een programma uitzendt en daarbij een PTY-signaal meezendt dat overeenkomt met de PTY-code die u hebt geselecteerd, stemt de eenheid automatisch op dat station af.
Als er geen station is dat een programma uitzendt en daarbij een PTY-signaal meezendt dat overeenkomt met de PTY-code die u hebt geselecteerd, blijft de eenheid afgestemd op het station dat al was geselecteerd.
Opmerking:
In sommige gebieden werkt het zoeken met PTY-codes niet goed.
NEDERLANDS
19
Andere nuttige RDS-functies en het maken van aanpassingen
Automatische selectie van een station bij gebruik van de cijfertoetsen
Normaliter zal de eenheid wanneer u op een van de cijfertoetsen drukt automatisch afstemmen op de vooraf ingestelde voorkeurzender. Als deze zender een RDS-zender is, gebeurt er echter iets anders. Als het ontvangen signaal niet sterk genoeg is, gaat de eenheid op basis van de AF-gegevens namelijk automatisch op zoek naar een andere, sterkere zender die hetzelfde programma uitzendt als de voorkeurzender die u hebt gekozen (dit wordt Programma zoeken genoemd).
Omdat het uitvoeren van de zoekopdracht enige tijd in beslag neemt, duurt het even tot er op een ander station wordt afgestemd.
Als u het zoeken naar een programma wilt activeert, wordt hieronder uitgelegd.
Zie tevens Veranderen van de algemene
NEDERLANDS
instellingen (PSM) op bladzijden 46.
1 Druk op SEL (selecteren) in en houd deze ten
minste 2 seconden ingedrukt, zodat een van de PSM-vermeldingen op de display wordt weergegeven.
2 Druk op cijfertoets 4 om “TUNER”—
Tunercategorie van de PSM-instellingen—te kiezen.
3 Druk op ¢ of 4 om de vermelding
P(Programma)-Search te selecteren.
4 Draai de bedieningsschijf met de wijzers van
de klok mee en selecteer “On”. De voorziening Programma zoeken is nu ingeschakeld.
5 Druk op SEL (selecteren) om het instellen te
voltooien.
Als u het zoeken naar een programma wilt beëindigen, herhaalt u de bovenstaande
procedure, maar selecteert u in stap 4 de vermelding Off door de draaiknop tegen de wijzers van de klok in te draaien.
Het volumeniveau voor verkeersinformatie instellen
Het is mogelijk om voor de TA standby-ontvangst van verkeersinformatie op te geven met welk geluidsvolume u deze informatie wilt horen. In dat geval zal het geluid zodra er verkeersinformatie wordt ontvangen, worden aangepast aan het volume dat u hebt ingesteld.
20
Zie tevens Veranderen van de algemene instellingen (PSM) op bladzijden 46.
1 Druk op SEL (selecteren) in en houd deze ten
minste 2 seconden ingedrukt, zodat een van de PSM-vermeldingen op de display wordt weergegeven.
2 Druk op cijfertoets 4 om “TUNER
Tunercategorie van de PSM-instellingente kiezen.
3 Druk op ¢ of 4 om de vermelding
TA Volume” te selecteren.
4 Draai aan de bedieningsschijf om het
gewenste volume te selecteren. U kunt het volume instellen op een waarde van Volume 0 tot Volume 50”.
5 Druk op SEL (selecteren) om het instellen te
voltooien.
Automatisch aanpassen van de klok
De tijd die de klok weergeeft die in deze eenheid is ingebouwd wordt automatisch aangepast aan de tijdgegevens (CTClock Time) die met het RDS-signaal van een zender worden meegezonden. Als u wilt dat de klok niet automatisch wordt aangepast, moet u de onderstaande procedure volgen.
Zie tevens Veranderen van de algemene instellingen (PSM) op bladzijden 46.
1 Druk op SEL (selecteren) in en houd deze ten
minste 2 seconden ingedrukt, zodat een van de PSM-vermeldingen op de display wordt weergegeven.
2 Druk op cijfertoets 2 om “CLOCK”—
Klokcategorie van de PSM-instellingen—te kiezen.
3 Druk op ¢ of 4 om de vermelding
Auto Adj (aanpassen) te selecteren.
4 Draai de bedieningsschijf tegen de wijzers van
de klok in om “Off” te selecteren. U hebt het automatisch aanpassen van de klok nu uitgeschakeld.
5 Druk op SEL (selecteren) om het instellen te
voltooien.
Als u het aanpassen van de klok opnieuw wilt activeren, moet u de procedure herhalen en in
stap 4 On selecteren door de bedieningsschijf met de wijzers van de klok mee te draaien.
Opmerking:
Nadat u voor “Auto Adj” de instelling “On” hebt gekozen, dient u de eenheid tenminste 2 minuten op hetzelfde station afgestemd te houden, anders wordt de klok niet aangepast. (Dit is nodig omdat de eenheid maximaal 2 minuten nodig heeft om de tijdgegevens in het RDS-signaal te ontvangen en verwerken).
PTY-codes
News: Nieuws Affairs: Actualiteiten en achtergrond
informatie aangaande het nieuws
Info: Informatieve programma’s over
diverse verscillende onderwerpen Sport: Sportverslagen Educate: Educatieve programma’s Drama: Radio-hoorspelen Culture: Programma’s aangaande nationale
of regionale cultuur Science: Wetenschappelijke en technische
programma’s Varied: Overige programma’s, bijvoorbeeld
ceremonies en comedies Pop M: Popmuziek Rock M: Rockmuziek Easy M: Easy-listening muziek Light M: Lichte muziek Classics: Klassieke muziek Other M: Overige muziek Weather: Weerberichten Finance: Programma’s aangaande handel
en de beurs en beursberichten,
enz. Children: Amusement voor kinderen
Social: Programma’s over sociale
activiteiten
Religion: Programma’s over aspecten van
geloof en religie, aangaande het bestaan en ethiek
Phone In: Programmas waarin mensen via
de telefoon of een publiek forum hun meningen kunnen uiten
Travel: Programma’s over reizen en
bestemmingen, georganiseerde reizen en ideeën en mogelijkheden voor vacanties
Leisure: Programma’s over recreatieve
bezigheden, bijvoorbeeld
tuinieren, koken, vissen, enz. Jazz: Jazz-muziek Country: Country-muziek Nation M: Huidige populaire muziek van een
bepaald land of gebied in de taal
van het land of gebied Oldies: Gouwe-Ouwe Folk M: Folk-muziek Document: Programma’s over feitelijke
gebeurtenissen, vaak
gepresenteerd in een
onderzoekende stijl
NEDERLANDS
In deze afbeelding ziet u hoe hetzelfde programma via verschillende frequenties kan worden ontvangen.
Programma 1 op frequentie A
Programma 1 op frequentie B
Programma 1 op frequentie C
Programma 1 op frequentie E
Programma 1 op frequentie D
21
GEBRUIK VAN DE CD-SPELER
SRC
D
DISP
ATT
SEL
3456 M21
T/P
MODE
Dit toestel is ontworpen voor weergave van CD, CD-R (Opneembaar), CD-RW (Herschrijfbaar) en CD Tekst.
• Dit toestel is tevens geschikt voor MP3­discs en WMA-discs. Zie “Een wegwijzer bij MP3/WMA” (apart boekje) voor details aangaande dit soort discs.
Meer over MP3-discs en WMA-discs
NEDERLANDS
MP3 en WMA (Windows Media® Audio) “tracks” (in deze gebruiksaanwijzing wordt het woord “bestand” niet gebruikt voor MP3- of WMA­bestanden; hiervoor in de plaats wordt of “track” gebruikt) zijn in “mappen” opgenomen. Tijdens opname worden de tracks en mappen op een zelfde manier als bestanden en mappen van een computer gearrangeerd. “Root” is vergelijkbaar met de wortel van een boom. Iedere track en iedere map is verbonden met de wortel en kan vanaf de wortel worden opgeroepen.
01
05
Hiërarchie
1
2
02 03
3
10
11
04
12
4
5
Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Niveau 4 Niveau 5
ROOT
: Mappen en hun weergavevolgorde
01
: MP3/WMA tracks en hun
1
weergavevolgorde
Weergave van een disc
1
Open het bedieningspaneel.
2
Plaats een disc in de lade.
Het toestel trekt de disc verder in het mechanisme, het bedieningspaneel keert terug naar de voorgaande positie (zie bladzijde 52) en de weergave start automatisch.
Alle tracks worden herhaald afgespeeld totdat u de weergave stopt.
Opmerkingen:
• MP3-discs of WMA-discs vereisen een langere afleestijd. (De vereiste tijd verschilt afhankelijk van
6
7
8
9
de configuratie van de mappen/tracks).
• Zie bladzijde 74 voor details aangaande afspeelbare discs en overige relevante informatie.
Stoppen van de weergave en uitwerpen van de disc
Druk op 0. De weergave stopt, het bedieningspaneel schuift omlaag en de disc wordt automatisch van de lade uitgeworpen. De discweergave stopt tevens wanneer u van bron verandert (in dat geval wordt de disc echter niet uitgeworpen).
• Microsoft en Windows Media zijn ofwel geregistreerde handelsmerken of handelsmerken van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen.
22
• Display-aanduidingen bij het plaatsen van een audio-CD of een CD Tekst:
3
2
1
4
• Display-aanduidingen bij het plaatsen van een MP3-disc of WMA-disc:
1
2
7
4
5
8
5
1 Totaal aantal tracks 2 Totale weergavetijd van de disc 3 Disctitel/zanger(es) (No Name verschijnt
indien er geen titel is opgenomen of ingevoerd.)
4 Tracktitel (“No Name verschijnt indien er
geen titel is opgenomen.)
5 Huidige tracknummer 6 Verstreken weergavetijd van de spelende
track
* Indien een naam voor de audio-CD is ingevoerd
(zie bladzijde 51), zal deze op het display worden getoond.
Opmerkingen:
• Met reeds een disc in de lade geplaatst, zal de discweergave starten wanneer u “CD” als bron kiest.
• Dit toestel kan een MP3-track zonder de <mp3> extensie, en een WMA-track zonder de <wma> extensie niet aflezen en afspelen.
• Een verkeerd om geplaatste disc wordt automatisch uitgeworpen.
• De weergave stopt wanneer u van bron verandert (de disc wordt in dat geval echter niet uitgeworpen). Wanneer u later weer “CD” als bron kiest, wordt de discweergave vanaf het hiervoor gestopte punt voortgezet.
Om het bedieningspaneel weer naar de voorgaande positie te brengen, drukt u
nogmaals op 0.
Het bedieningspaneel keert automatisch naar de voorgaande positie terug indien de lade ongeveer 1 minuut geopend blijft (u hoort een pieptoon indien “Beep” op “On” is gesteld—zie bladzijde 49). Wees voorzichtig zodat een disc of uw vingers niet tussen het bedieningspaneel en het toestel vast kunnen knellen.
6
1 Totaal aantal mappen 2 Totaal aantal tracks 3 DisctypeMP3 of WMA 4 Albumnaam/zanger(es) (of mapnaam
indien Ta g op “Off” is gesteld—zie bladzijde 49, of indien er geen label is opgenomen.
5 Tracktitel (of tracknaam indien Ta g op
Off is gesteldzie bladzijde 49 of indien er
geen label is opgenomen.
6 Huidige mapnummer 7 Huidige tracknummer 8
Verstreken weergavetijd van de spelende track
Opmerking:
Indien een uitgeworpen disc niet binnen 15 seconden wordt verwijderd, zal deze automatisch weer in het mechanisme worden getrokken zodat er geen stof in de lade kan komen. (De discweergave start in dit geval niet.)
3
6
NEDERLANDS
23
Loading...
+ 53 hidden pages