For installation and connections, refer to the separate manual.
Für den Einbau und die Anschlüsse siehe das eigenständige Handbuch.
Pour l’installation et les raccordements, se référer au manuel séparé.
Bijzonderheden over de installatie en aansluiting van het apparaat vindt u in de desbetref fende
handleiding.
INSTRUCTIONS
BEDIENUNGSANLEITUNG
MANUEL D’INSTRUCTIONS
GEBRUIKSAANWIJZING
NEDERLANDS
LVT0831-001A
[E/EX]
Plaats en afbeelding van labels
Onderpaneel van het hoofdtoestel
Benaming/Spanningslabel
CLASS
LASER
Caution:
Let op:
This product contains a laser component
Dit toestel heeft een laserkomponent met
of higher laser class than Class 1.
een hogere klasse laserstraal dan Klasse 1.
1
PRODUCT
NEDERLANDS
Het apparaat terugstellen
Druk met een balpen of een ander dun, langwerpig
voorwerp op de Reset-toets, die
zich aan de voorzijde van de
apparaat op het bedieningspaneel
bevindt.
Opmerking:
De geheugeninstellingen – zoals
de voorkeurzenders en de
geluidsinstellingen – zullen
eveneens gewist worden.
CAUTION: Invisible laser
radiation when open and
interlock failed or defeated.
AVOID DIRECT EXPOSURE
TO BEAM. (e)
ADVARSEL: Usynlig laserstråling ved åbning, når
sikkerhedsafbrydere er ude
af funktion. Undgåudsættelse for stråling. (d)
VARNING: Osynlig laserstrålning när denna del är
öppnad och spärren är
urkopplad. Betrakta ej
strålen. (s)
VARO : Avattaessa ja
suojalukitus ohitettaessa
olet alttiina näkymättömälle lasersäteilylle.
Älä katso säteeseen. (f)
BELANGRIJK VOOR
LASERPRODUKTEN
Voorzorgen:
1. KLASSE 1 LASERPRODUKT
2. LET OP: Onzichtbare laserstralen wanneer
open en interlock uitgeschakeld of defekt.
Voork om direkte b lootstelling aan de str aal.
3. LET OP: Open de bovenafdekking niet. Het
toestel bevat geen door de gebruiker te
repareren onderdelen. Laat onderhoud
en reparatie over aan erkend
onderthoudspersoneel.
4. LET OP: Deze CD-speler gebruikt onzichtbare
laserstralen maar is echter voorzien van
veiligheidsschakelaars die uitstraling dienen te
stoppen bij het verwijderen van CD’s. Het is
uitermate gevaarlijk deze schakelaars uit te
schakelen.
5. LET OP: Het gebruik van regelaars en het
maken van instellingen ander dan in deze
gebruiksaanwijzing aangegeven resulteert
mogelijk in blootstelling aan gevaarlijke str aling.
LET OP:
Steek NOOIT
uw vinger tussen het
bedieningspaneel en
de apparaat aangezien
u het risico loopt vast
te komen zitten en u
zichzelf zeer doet.
(Zie bladzijde 42.)
ALVORENS HET APPARAAT TE GEBRUIKEN
*
Denk aan de veiligheid....
• Zet het volume onder het rijden niet te hard. Dit is
gevaarlijk , omdat u de geluiden buiten de auto niet
meer hoort.
• Zet de auto stil voordat u ingewikkelde handelingen
met het apparaat gaat verrichten.
2
*
Temperatuur binnen de auto....
Als de auto gedurende lange tijd in de kou of in de
warmte heeft gestaan, mag u het apparaat pas
gebruiken nadat de temperatuur in de auto weer
normaal waarden heet bereikt.
Hartelijk dank voor d e aanschaf van dit JVC-product! Wij verzoeken u de gebruiksaanwijzing goed
door te lezen voordat u het apparaat gaat gebruiken. Zo krijgt u een volledig inzicht in de functies van
het apparaat en kunt u de mogelijkheden optimaal benutten.
INHOUDSOPGAVE
Het apparaat terugstellen .........................2
Omgaan met CD’s ................................... 56
SPECIFICATIES ............................ 57
3
Het gebruik van de toets M (modus):
Als u op M (modus) drukt, fungeert deze toets als modustoets en schakelt de eenheid over op de
functiemodus waarbij de cijfertoetsen, de toetsen 4/¢- en D (display) als aparte
functietoetsen fungeren.
Bij de functiemodus:
Indicator die tijd aftelt licht op.
Om na een druk op M (modus) deze toetsen weer voor de oorspronkelijke functies te
gebruiken (bijvoorbeeld als cijfertoetsen), moet u 5 seconden wachten zonder op een van deze
toetsen te drukken totdat de functiemodus is geannuleerd.
•
Ook als u nogmaals op M (modus) drukt, wordt de functiemodus geannuleerd.
Veranderen van displaypatroon:
Het apparaat heeft twee verschillende displaypatronen – met of zonder de aanduiding voor de bron.
NEDERLANDS
Voor het veranderen van het displaypatroon, drukt u op M (modus) en vervolgens binnen 5
seconden op D (display). Door iedere druk op D (display) verandert het displaypatroon als volgt:
Bijv.: Bij ontvangst van een FM-zender...
(Standaardinstelling)
Opmerking:
De afbeeldingen van het display in deze gebruiksaanwijzing zijn gebaseerd op het display met de aanduiding
voor de bron en met “CLOCK” op “ON” gesteld. (Zie bladzijde 38.)
LET OP bij het instellen van het volume
Bij CD’s is in vergelijking tot andere geluidsdragers nauwelijks sprake van achtergrondruis. Wanneer het
volume van bijvoorbeeld de tuner wordt aangepast, kan het gebeuren dat de luidsprekers door de plotselinge
toename van het geluid beschadigd raken. Draai het volume daarom voordat u een CD afspeelt eerst terug en
pas het geluid daarna aan uw wensen aan.
Opmerking:
Voor de veiligheid is een genummerde identificatiekaart bij het apparaat geleverd. Het identificatienummer
is tevens op de behuizing van het apparaat gedrukt. Bewaar de kaart op een veilige plaats. Deze kaart is
belangrijk voor identificatie indien het apparaat is gestolen.
4
Bedieningspaneel
Het display-venster
u
i
PLAATSING VAN DE TOETSEN
o
a
;
sd
f
DIRECTORY
FILE DISC
TRACK
hj
g
1
2
w
1 De toets 0 (uitwerpen)
2 De bedieningsschijf
3 De toets SEL (selecteren)
4 De toets EQ (equalizer)
5 De toets T/P (traffic/programme type)
6 De toets D (display)
7 De toets B (omroepband)
8 De toets M (modus)
9 De toetsen 4/¢
•
Deze toetsen doen dienst als SSM-toetsen
wanneer beide toetsen tegelijk worden ingedrukt.
p De toets ATT (hoek/attenuatie)
q Aux-ingangsaansluitingen
w De Reset-toets
e De toets SOURCE (standby/on)
r De cijfertoetsen
•
De toets
•
De toets
•
De toets
•
De toets
•
De toets
• De toetsen voor het bedienen van de DVD/
video-onderdelen
t Afstandssensor
y De toets (het bedieningspaneel vrijgeven)
MO (mono)
LO (lokaal)
INT (intro scan)
RPT (repeat)
RND (random)
3
45
e
6
T/P
RPT
ST
RND
MO
/
p
yt
7
r
8
LOCAL
AF
REG
TP PTY
kl
9
Het display-venster
u De indicators MP3 (uitsluitend voor de
KD-SH909R)
DIRECTORY, FILE
i De indicator DISC
o Hoofdvenster
; De indicator LOCAL
a Niveaudisplay-indicator
s De indicator RPT (repeat)
d De indicator ST (stereo)
f De indicator RND (random)
g De indicator CD–geplaatst
h De indicator TRACK
j Indicator die tijd aftelt
k De RDS-indicators:
AF, REG, TP, PTY
l De indicator voor de afspeelbron en klok
/ De indicator MO (mono)
q
NEDERLANDS
5
Afstandsbediening
ATT
1
ANGLE
CD
DAB
PRESET
DISC
R D
DISC
VOLUME
FM
2
AM
CH
AUXSEL
RM-RK100
1 • Hiermee wordt de eenheid ingeschakeld als deze
NEDERLANDS
is uitgeschakeld.
• Schakelt de eenheid uit indien u de toets
ingedrukt houdt tot de vermelding “SEE YOU”
op de display verschijnt.
• Hiermee wordt het volume in korte tijd verminderd
als u de toets heel even indrukt, en de vermelding
“ATT” knippert op de display.
Als u nogmaals op de toets drukt, keert het oude
volumeniveau weer terug.
2 •CD:
Hiermee wordt de CD-speler geselecteerd.
• FM : • Indien k orte tijd ingedrukt, wordt hiermee
de FM-tuner geselecteerd.
Elke keer wanneer u op de toets drukt,
wordt er een andere FM-band
geselecteerd: FM1, FM2 of FM3.
• Hiermee wordt de DAB-tuner
geselecteerd, als u de toets ingedrukt
houdt.*
Elke keer wanneer u op de toets drukt
in ingedrukt houdt, wordt er een
andere DAB-band geselecteerd: DAB1,
DAB2 en DAB3.
•AM:
Hiermee wordt de AM-tuner geselecteerd.
• CH : Hiermee wordt de CD-wisselaar
geselecteerd.*
• AUX : Hiermee wordt het externe apparaat
geselecteerd.
Elke keer wanneer u op deze toets drukt,
wordt beurtelings “AUX INPUT”** en
“LINE INPUT”** geselecteerd.
3 Hiermee kunt u de hoek het bedieningspaneel in
een van vier posities wijzigen.
4 Hiermee worden de geluidsmodi geselecteerd.
Elke keer wanneer u op deze toets drukt, wordt er
een andere geluidsmodus geselecteerd.
6
EQ
PRESET
3
4
5
6
7
8
9
p
5 • Hiermee wordt naar zenders gezocht terwijl u
naar de radio luistert.
• Hiermee worden ensembles geselecteerd terwijl u
naar de DAB-tuner luistert, indien korte tijd ingedrukt.
• Hiermee kunt u de track (het bestand) snel
vooruit en achteruit spoelen als u de toets
tijdens het beluisteren van een disk indrukt en
ingedrukt houdt.
•
Hiermee gaat u naar het begin van de volgende
(Zie bladzijde 22 en 29.)
track of het volgende bestand of terug naar het
begin van de huidige (of vorige) track of het
huidige (of vorige) bestand als u de toets tijdens
het beluisteren van een disk indrukt en ingedrukt
houdt. (Zie bladzijde 22 en 29.)
6 • Hiermee wordt het nummer van het vooraf
ingestelde kanaal gewijzigd terwijl u naar de
radio (of DAB-tuner) luistert.
Elke keer wanneer u op de toets drukt, wordt er
een ander nummer voor het vooraf ingestelde
kanaal geselecteerd en wordt op de
geselecteerde zender of service afgestemd.
• Uitsluitend voor de KD-SH909R:
Hiermee gaat u naar het eerste bestand van de
volgende map of het eerste bestand van de
vorige map als u deze toets tijdens het
beluisteren van een MP3-CD indrukt en
ingedrukt houdt. (Zie bladzijde 30.)
• Uitsluitend voor de KD-SH909R:
Hiermee gaat u naar het eerste bestand van de
volgende map of het eerste bestand van de
vorige map binnen dezelfde hiërarchieniveau
als u deze toets tijdens het beluisteren van een
MP3-CD korte tijd indrukt. (Zie bladzijde 31.)
7 •
Hiermee worden services geselecteerd terwijl u naar
de DAB-tuner luistert, indien korte tijd ingedrukt.
• Hiermee wordt het CD-nummer gewijzigd
terwijl u naar de CD-wisselaar luistert.
Elke keer wanneer u op deze toets drukt, wordt
er een ander CD-nummer geselecteerd en w ordt
de geselecteerde CD afgespeeld.
• Uitsluitend voor de KD-SH909R:
Hiermee gaat u naar het eerste bestand van
een map in een bovenliggende of onderliggende
hiërarchieniveau als u deze toets tijdens het
beluisteren van een MP3-CD korte tijd indrukt.
(Zie bladzijde 31.)
8 Uitsluitend voor de KD-SH909R:
Hiermee gaat u naar de bovenste map als u naar
een MP3-CD luistert. (Zie bladzijde 31.)
9*** Hiermee worden de items voor
geluidsaanpassingen geselecteerd.
Elke keer wanneer u op deze toets drukt, wordt er
een andere geluidsaanpassing geselecteerd.
p*** • Hiermee wordt het volume gewijzigd.
• Hiermee wordt de geluidsmodus gewijzigd
(nadat u op de toets SEL (selecteren) hebt
gedrukt).
* Als er geen DAB-tuner of CD-wisselaar is
aangesloten, is het niet mogelijk deze apparatuur
als afspeelbron te selecteren.
** Met “AUX IN” of “LINE IN” op “OFF” gesteld,
kunt u de overeenkomende bron niet voor
weergave kiezen. (Zie bladzijde 39.)
***Deze toetsen werken niet voor de modus voor
aangepaste voorkeursinstellingen.
De afstandsbediening
voorbereiden
3. Plaats de batterijhouder terug in positie.
Druk de batterijhouder terug tot u een ‘klik’
hoort.
Alvorens gebruik van de afstandbediening:
• Richt de afstandsbediening recht naar de
afstandssensor op het hoofdtoestel. Controleer
dat er geen obstakels in het pad liggen.
Afstandssensor
• Zorg dat er geen direct fel licht (zonlicht of van
een schelle lamp) op de sensor valt.
De batterij plaatsen
Wanneer u merkt dat het bereik van de
afstandsbediening afneemt, moet u de batterij
vervangen.
1. Verwijder de batterijhouder.
1) Druk de batterijhouder met behulp van een
balpen of een soortgelijk voorwerp in de
richting van de pijl die in de afbeelding
staat aangegeven.
2) Verwijder de batterijhouder.
(achterkant)
1)
2)
(achterkant)
Gebruikke batterijen:
WAARSCHUWING:
• Bewaar batterij op een plek waar kinderen geen
toegang toe hebben.
Mocht een kind een knoopcelbatterij inslikken,
waarschuw dan onmiddellijk een arts.
• Laad de batterij niet opnieuw op, vermijd
kortsluiting, haal ze niet uit elkaar, verhit ze niet
en gooi geen batterij in het vuur.
Elk van deze handelingen kan leiden tot
oververhitting, een explosie of een steekvlam.
• Zorg ervoor dat de batterij niet in contact komt
met andere metalen.
Dit kan leiden tot oververhitting, een explosie of
een steekvlam.
• Bescherm gebruikte batterij door deze met
plakband af te plakken.
Als u dit niet doet, kan de batterij hitte vrijgeven,
gaan lekken of brand veroorzaken.
• Probeer de batterij nooit met bijvoorbeeld een
naald of mes open te maken.
Als u dit doet, kan de batterij hitte vrijgeven, gaan
lekken of brand veroorzaken.
NEDERLANDS
2. Plaats de batterij in de houder.
Laat de batterij met de pluszijde (+) naar
boven in de houder zakken zodat deze vast
komt te liggen.
Lithium
knoopcelbatterij
(Productnummer:
CR2025)
LET OP:
Leg de afstandsbediening niet op plaatsen waar het
directe zonlicht langdurig op valt (zoals
bijvoorbeeld op het dashboard). De
afstandsbediening wordt anders beschadigd.
7
BASISBEDIENING
De stroomtoevoer inschakelen
2
Regel het volume.
Opmerking:
Wanneer u het apparaat
voor de eerste keer
gebruikt, moet u de
ingebouwde klok op de
juiste wijze instellen zie
bladzijde 9.
1
Schakel de stroom in en selecteer de
afspeelbron.
Als u voor de eerste keer op
de toets drukt, wordt de
stroom ingeschakeld. Daarna
wordt elke keer wanneer u op
de toets drukt een andere
afspeelbron geselecteerd, en
wel in deze volgorde:
NEDERLANDS
AM TUNER (AM)
DAB TUNER (DAB)*
CD CHANGER (CDCH)*
LINE INPUT (LINE)***
AUX INPUT (AUX)***
* Als er geen DAB-tuner of CD-wisselaar is
aangesloten, is het niet mogelijk deze
apparatuur als afspeelbron te selecteren.
** Als er zich geen CD in de lade is geplaatst,
kan de CD-speler niet als afspeelbron worden
geselecteerd.
*** Met “LINE IN” of “AUX IN” op “OFF”
gesteld, kunt u de overeenkomende bron niet
voor weergave kiezen. (Zie bladzijde 39).
Voor gebruik v an de tuner (FM of AM—MW/LW),
zie bladzijde 10 – 20.
Voor het afspelen van CD’s,
zie bladzijde 21 – 24.
Voor het afspelen van MP3-CD (uitsluitend
voor de KD-SH909R),
zie bladzijde 27 – 32.
Voor gebruik van het externe apparaat
– AUX INPUT (AUX) en LINE INPUT (LINE),
zie bladzijde 44 en 45.
Voor gebruik van de CD-wisselaar,
zie bladzijde 46 – 48.
Voor gebruik van de DAB-tuner,
zie bladzijde 49 – 52.
FM TUNER (FM)
CD**
Terug naar het begin
8
Het volume verhogen.
Het volume verlagen.
Het door u ingestelde volumeniveau verschijnt.
Volumeniveau-indicator
Opmerking:
U kunt nadat u het volume hebt aangepast het
bedieningsschijf naar binnen duwen zodat u niet
per ongeluk toetsen aanraakt.
Druk nogmaals op de bedieningsschijf zodat
deze naar buiten komt geschoven als u de knop
weer wilt gebruiken.
3
Stel het geluid in zoals u zelf wilt.
(Zie bladzijde 33 – 35.)
• U kunt het ingangsniveau voor iedere
bron, uitgezonderd FM, instellen en in
het geheugen vastleggen.(Zie bladzijde
33).
Volume in een oogwenk zachter zetten
Druk op ATT en houdt deze ingedrukt terwijl
u naar een afspeelbron luistert. De vermelding
“ATT” op de display gaat knipperen en het
niveau van het volume neemt na korte tijd af.
Druk als u het vorige geluidsniveau wilt
herstellen opnieuw op de toets en houdt deze
ingedrukt.
• U kunt het volume ook op het oude niveau
terugbrengen door de bedieningsschijf
linksom te draaien (tegen de wijzers van de
klok in).
Spanning uitschakelen
Druk op SOURCE en houdt deze ingedrukt
tot de vermelding “SEE YOU” op de display wordt
weergegeven.
• Wanneer u de stroom uitschakelt tijdens hetbeluisteren van een CD, kunt u later bij het
weer inschakelen van de stroom de CDweergave starten vanaf het punt waar u
hiervoor stopte.
Klok instellen
1
Druk op SEL (selecteren) in en houd
deze ten minste 2 seconden
ingedrukt, zodat een van de PSMvermeldingen op de display wordt
weergegeven. (Zie bladzijde 37.)
2
Stel de uuraanduiding in.
1 Selecteer de vermelding “24H/12H” als
deze al niet meteen op de display wordt
weergegeven.
2 Selecteer de vermelding “12HOUR” of
“24HOUR”.
3
Stel het uur in.
1 Selecteer de vermelding “CLOCK H (uur)”
als deze al niet meteen op de display
wordt weergegeven.
2 Pas het uur aan.
21
4
Stel de minuten in.
1 Selecteer de vermelding “CLOCK M
(minuten)”.
2 Pas de minuten aan.
21
5
Voltooi de instelling.
NEDERLANDS
1
2
Als u wilt weten hoe laat het is terwijl de
apparaat is uitgeschakeld drukt op D (display).
De stroom wordt vervolgens ingeschakeld en
gedurende 5 seconden wordt de tijd van de klok
weergegeven. Daarna wordt de stroomtoevoer
weer uitgeschakeld.
9
BASISBEDIENING VAN DE RADIO
Naar de radio luisteren
Om op een bepaalde zender af te stemmen kunt
u kiezen tussen automatisch zoeken en
handmatig zoeken.
Automatisch naar een zender zoeken:
Auto search
1
Selecteer FM of AM (MW/LW).
1 Druk herhaaldelijk op
NEDERLANDS
F 1F 2F 3
(FM 1)(FM 2)(FM 3)
SOURCE om FM
of AM (MW/LW) als
afspeelbron te
selecteren.
2 Druk herhaaldelijk
indien nodig om het
FM-bandnummer te
selecteren op de toets
B (omroepband). Elke
keer wanneer u op de
toets drukt, wordt er
een andere FM-band
geselecteerd, en wel
als volgt:
2
Zoek een zender.
Druk op ¢
afstemmen op een zender
met een hogere frequentie.
Druk op
afstemmen op een zender
met een lagere frequentie.
Wanneer een zender wordt ontvangen,
stopt het zoeken.
Druk nogmaals op dezelfde toets wanneer u het
zoeken wilt stoppen voordat op een zender is
afgestemd.
Als u alleen wilt afstemmen op FM-zenders
met een sterk signaal
1 Druk op M
activeren terwijl u naar een FM-uitzending
luistert.
2 Druk op LO (lokaal) terwijl de functiemodus
nog is geactiveerd, zodat de indicator LOCAL
op de display licht op.
Deze functie werkt alleen terwijl u naar FMzenders zoekt en bij SSM.
Elke keer wanneer u op deze toets drukt, gaat
de indicator LOCAL beurtelings licht en uit.
(modus)
om de functiemodus te
4
10
De geselecteerde omroepband wordt weergegeven.
Opmerkingen:
• Deze ontvanger heeft drie FM-banden (FM1,
FM2, FM3). U kunt elk van deze banden
kiezen om naar FM-zenders te luisteren.
• Bij ontvangst van een FM RDS-zender
verschijnt de PS naam (zendernaam) op de
bovenste regel van het hoofdvenster.
Handmatig naar een zender zoeken:
Manual search
1
Selecteer FM of AM (MW/LW).
1 Druk herhaaldelijk op
SOURCE om FM
of AM (MW/LW) als
afspeelbron te
selecteren.
2 Druk herhaaldelijk
indien nodig om het
FM-bandnummer te
selecteren op de toets
B (omroepband). Elke
keer wanneer u op de
toets drukt, wordt er
een andere FM-band
geselecteerd, en wel
als volgt:
F 1F 2F 3
(FM 1)(FM 2)(FM 3)
Opmerking:
Deze ontvanger heeft drie FM-banden (FM1,
FM2, FM3). U kunt elk van deze banden kiezen
om naar FM-zenders te luisteren.
2
Druk op ¢ of op 4 en
houd deze ingedrukt tot de
vermelding “M” (voor “manual”:
handmatig zoeken) op de display
begint te knipperen.
• Als u de toets loslaat, wordt de handmatige
modus na 5 seconden automatisch
uitgeschakeld.
• Als u de toets ingedrukt houdt, blijft de
frequentie veranderen totdat u de toets
loslaat.
Als een FM-stereo-uitzending slecht te
ontvangen is:
1
Druk op M (modus) om de
functiemodus te activeren
terwijl u in stereo naar een
FM-stereo-uitzending luistert.
2 Druk op MO (mono) terwijl de
functiemodus is geactiveerd,
zodat de indicator MO op de
display licht op.
• Elke keer wanneer u op de
toets drukt gaan de
indicators MO (mono) en
ST (stereo) beurtelings
licht.
Er brandt een lampje wanneer een
FM-uitzending in stereo wordt ontvangen.
NEDERLANDS
ST
MO
3
Stem af op het zender van uw keuze.
U kunt dit doen zolang de
vermelding “M” op de display
knippert.
Druk op ¢ als u wilt
afstemmen op een zender
dat op een hogere
frequentie uitzendt.
Druk op 4 als u wilt
afstemmen op een zender
dat op een lagere
frequentie uitzendt.
De indicator MO licht op.
Als de indicator MO op de display licht is, wordt
het geluid in mono weergegeven en verbetert
de ontvangstkwaliteit (de indicator ST gaat uit).
11
Radiozenders in het geheugen
vastleggen
U kunt één van de volgende twee methoden
gebruiken om de radiozenders in het geheugen
vastteleggen.
• Automatisch vasteleggen van FM-zenders:
SSM (Strong-station Sequential Memory)
• Handmatig vasteleggen van FM en AM (MW/
LW)-zenders
Automatisch vasteleggen van
FM-zenders: SSM
U kunt 6 lokale FM-zenders instellen voor elke
FM-golfband (FM1, FM2 en FM3).
1
Selecteer het nummer van de
FM-golfband (FM1 – 3) waarop u
FM-zenders wilt vasteleggen.
1 Druk herhaaldelijk op
SOURCE om FM.
NEDERLANDS
F 1F 2F 3
(FM 1)(FM 2)(FM 3)
2 Druk herhaaldelijk
indien nodig om het
FM-band te
selecteren op de toets
B (omroepband). Elke
keer wanneer u op de
toets drukt, wordt er
een andere FM-band
geselecteerd, en wel
als volgt:
Lokale FM-zenders met de sterkste signalen
worden opgezocht en automatisch voor de
gekozen golfband (FM1, FM2 of FM3) onder de
cijfertoetsen vastgelegd — nummer 1 (laagste
frequentie) t/m nummer 6 (hoogste frequentie).
De voorkeuzezender die onder cijfertoets 1 is
vastgelegd wordt na het automatisch vastleggen
van de zenders opgeroepen.
Handmatig vastleggen van zenders
U kunt handmatig maximaal 6 zenders voor
iedere golfband (FM1, FM2, FM3 en AM (MW/
LW ) vastleggen).
Bijv.: Een FM-zender op 88,3 MHz vastleggen
onder nummer 1 van FM1-band
1
Selecteer de omroepband
(FM1 – 3, AM) waarop u zenders wilt
vasteleggen (in dit voorbeeld
cijfertoets FM1).
1 Druk herhaaldelijk op
SOURCE om FM als
afspeelbron te
selecteren.
2 Druk herhaaldelijk indien
nodig om het FM1 te
selecteren op de toets B
(omroepband). Elke keer
wanneer u op de toets
drukt, wordt er een
andere FM-band
geselecteerd, en wel als
volgt:
F 1F 2F 3
(FM 1)(FM 2)(FM 3)
2
Druk op beide toetsen en houd ze
langer dan 2 seconden ingedrukt.
De tekst “SSM” verschijnt op het afleesvenster en
verdwijnt wanneer het automatisch instellen van
radiozenders is beëindigd.
12
2
Stem af op een zender op 88,3 MHz.
Druk op ¢ als u wilt
afstemmen op een
zender dat op een hogere
frequentie uitzendt.
Druk op 4 als u
wilt afstemmen op een
zender dat op een lagere
frequentie uitzendt.
3
Druk op de cijfertoets (in dit voorbeeld
cijfertoets 1) en houd deze langer dan
2 seconden ingedrukt.
“1” knippert erige tijd.
4
Herhaal bovenstaande procedure
om andere zenders onder andere
nummers op te slaan.
Opmerkingen:
• Een eerder vastgelegde zender wordt gewist
wanneer een hieuwe zender wordt opgeslagen
onder hetzelfde nummer.
• Ingestelde zenders worden gewist wanneer de
spannings toevoer naar het geheugen wordt
onderbroken (bijvoorbeeld bij het vervangen van
de accu). Als dit gebeurt, moeten de zenders
opnieuw worden ingesteld.
Afstemmen op een
voorkeuzezender
U kunt in een handomdraai afstemmen op een
vastgelegde voorkeuzezender.
Denk eraan dat u de zenders eerst moet
vastleggen! Zie ook de paragraaf “Radiozenders
in het geheugen vastleggen” op bladzijde 12, als
u dat nog niet hebt gedaan.
1
Selecteer de omroepband
(FM1 – 3, AM).
1 Druk herhaaldelijk op
SOURCE om FM
of AM (MW/LW) als
afspeelbron te
selecteren.
2 Druk herhaaldelijk
indien nodig om het
FM-band te selecteren
op de toets B
(omroepband). Elke
keer wanneer u op de
toets drukt, wordt er
een andere FM-band
geselecteerd, en wel
als volgt:
F 1F 2F 3
(FM 1)(FM 2)(FM 3)
2
Selecteer het nummer (1 t/m 6) van de
gewenste zender.
Als de geluidskwaliteit vermindert en
het stereo-effect van een FM-zender
verdwijnt...
In bepaalde gebieden kunnen zenders die zich
in elkaars nabijheid bevinden elkaar storen.
Deze apparaat kan dergelijke storing
automatisch verminderen (dit is de
standaardinstelling van deze apparaat bij het
verlaten van de fabriek). In sommige gevallen
neemt de geluidskwaliteit echter af en gaat het
stereo-effect verloren.
Raadpleeg de paragraaf “De selectiviteit van
de FM-tuner wijzigen – IF FILTER” op bladzijde
40 als u niets aan geluidskwaliteit wilt inleveren
of het stereo-effect wilt verliezen.
NEDERLANDS
13
HET GEBRUIK VAN RDS
Wat u kunt doen met RDS
RDS (Radio Data System) is een voorziening
waarmee FM-zenders een extra signaal aan hun
regulier programmasignaal toevoegen.Zo kan
een FM-zender bijvoorbeeld de naam van het
zender met het programma en informatie over de
aard of het genre van het programma meezenden,
bijvoorbeeld of het uitgezonden programma over
sport gaat of een muziekprogramma is.
Een andere functie van de voorziening RDS is
“Enhanced Other Networks”. Met behulp van de
Enhanced Other Networks-gegevens die door het
zender worden verstuurd, kunt u op een andere
zender van een ander netwerk afstemmen dat uw
favoriete programma of verkeersinformatie
uitzendt, terwijl u ondertussen naar een ander
programma of een andere afspeelbron, zoals het
CD, luistert.
Met de ontvangst van RDS-gegevens kan deze
eenheid:
• Eén en hetzelfde programma blijven volgen (De
Netwerkfunctie)
• Standby staan voor de ontvangst van
verkeersinformatie (TA – “Traffic
NEDERLANDS
Announcement”) of uw favoriete programma
• Zoeken naar een bepaald programmagenre
(PTY – “Programme Type”)
• Programma zoeken
• En er zijn nog enkele andere functies waarover
u bij de ontvangst van RDS-signalen kunt
beschikken.
Eén en hetzelfde programma blijven
volgen (De netwerkfunctie)
Als u in een gebied rijdt waarin de ontvangst van
FM-signalen te wensen overlaat, zal de tuner die
in deze eenheid is ingebouwd automatisch
overschakelen naar een andere RDS-zender van
hetzelfde zender dat hetzelfde programma
uitzendt, maar dan met een sterker
uitzendsignaal. Op die manier kunt u dus naar uw
favoriete programma blijven luisteren en bent u
verzekerd van de best mogelijke ontvangst,
ongeacht waar in het ontvangstgebied u rijdt (zie
de afbeelding op de volgende pagina).
Er zijn twee soorten RDS-gegevens die ervoor
zorgen dat u uw favoriete programma tijdens uw
rit kunt blijven volgen: de PI (Programme
Identification) gegevens, en de AF (Alternative
Frequency) gegevens.
Alleen als de ontvangst van allebei deze signalen
van een RDS-zender goed zijn, kunt u uw
favoriete programma blijven volgen. Als een of
beide signalen niet goed worden ontvangen,
werkt deze voorziening niet.
14
Om de netwerkfunctie in te schakelen
U kunt de verschillende functies van netwerkopsporing gebruiken om hetzelfde programma
met de beste ontvangst te blijven beluisteren.
Bij het verlaten van de fabriek is “AF” gekozen.
• AF:De netwerkfunctie is ingeschakeld en
Regionalisatie is uitgeschakeld
(“off”).
Met deze instelling schakelt het
apparaat naar een andere zender
van hetzelfde netwerk wanneer de
ontvangst van de signalen van de
ingestelde zender verslechtert.
(In deze modus kan het voorkomen
dat het nieuw te ontvangen
programma anders is dan het
programma dat u daarvoor ontving).
De indicator AF licht op, maar de
indicator REG licht niet op.
• AF REG: De netwerkfunctie is ingeschakeld en
• OFF:De netwerkfunctie is uitgeschakeld.
Opmerking:
Als er een DAB-tuner is aangesloten en alternatieve
ontvangst (voor DAB-services) is ingeschakeld, is
automatisch ook de netwerkfunctie ingeschakeld. De
netwerkfunctie kan echter niet worden uitgeschakeld
zonder de alternatieve ontvangst uit te schakelen.
(Zie bladzijde 52.)
ook Regionalisatie is ingeschakeld
(“on”).
Met deze instelling schakelt het
apparaat naar een andere zender
van hetzelfde netwerk die hetzelfde
programma uitzendt, wanneer de
ontvangst van de signalen van de
ingestelde zender verslechtert.
Zowel de indicator AF als de indicator
REG lichten op.
De indicator AF en de indicator REG
lichten allebei niet op.
Indicator AF
AF
REG
Indicator REG
1
Druk op SEL (selecteren) in en houd
deze ten minste 2 seconden
ingedrukt, zodat een van de PSMvermeldingen op de display wordt
weergegeven. (PSM: zie bladzijde 37).
2
Selecteer de vermelding “AF-REG
(alternatieve frequentie/regionale
ontvangst)” als deze niet al meteen
op de display wordt weergegeven.
3
Selecteer de gewenste modus –
“AF”, “AF REG” of “OFF”.
4
Voltooi de instelling.
In deze afbeelding ziet u hoe hetzelfde
programma via verschillende frequenties kan
worden ontvangen.
Programma 1
op frequentie A
Programma 1
op frequentie B
Programma 1
op frequentie C
Programma 1
op frequentie E
Programma 1
op frequentie D
Het gebruik van TA standby ontvangst
Met TA standby ontvangst kunt u tijdelijk
overschakelen naar verkeersinformatie (TA)
uitzendt, terwijl u naar de door u geselecteerde
afspeelbron luistert (zoals een FM-zender, CD of
een andere aangesloten afspeelbron).
• TA standby ontvangst is niet mogelijk wanneer u
naar een AM-zender luistert.
Druk op T/P om TA standby ontvangst te
activeren.
7 Met FM als huidige bron ingesteld, zal de TP
indicator oplichten of knipperen.
• TA standby ontvangst is geactiveerd indien
de TP indicator is opgelicht.
“TRAFFIC” verschijnt op het display zodra
een zender verkeersinformatie start uit te
zenden. Het apparaat stemt nu automatisch
op deze zender af. Het volume wordt op het
reeds vastgelegde TA volumeniveau (zie
bladzijde 19) gesteld en u hoort de
verkeersinformatie.
• TA standby ontvangst is nog niet geactiveerd
indien de TP indicator knippert. De zender
die wordt ontvangen levert namelijk geen
signalen die voor TA standby ontvangst zijn
vereist.
Om TA standby ontvangst nu te activeren
moet u op een andere zender afstemmen die
wel deze signalen uitstuurt.
Druk op ¢ of 4 om een
dergelijke zender op te zoeken.
De TP indicator stopt te knipperen en licht
continu op zodra een zender met deze
signalen is gevonden. TA standby ontvangst
is nu geactiveerd.
7 Met een andere bron dan FM ingesteld, zal
de TP indicator oplichten.
“TRAFFIC” verschijnt op het display zodra een
zender verkeersinformatie start uit te zenden.
Het apparaat verandert nu automatisch van
bron en stemt op deze zender af.
Voor het uitschakelen van TA standby
ontvangst, drukt u nogmaals op T/P.
NEDERLANDS
15
Het gebruik van PTY standby ontvangst
Met PTY standby ontvangst kunt u tijdelijk
overschakelen naar uw favoriete
programmagenre (PTY: Programmagenre)
uitzendt, terwijl u naar de door u geselecteerde
afspeelbron luistert (zoals een FM-zender, CD of
een andere aangesloten afspeelbron).
• PTY standby ontvangst is niet mogelijk wanneer u
naar een AM-zender luistert.
U kunt uw favoriete programma voor PTY
standby ontvangst kiezen.
Bij het verlaten van de fabriek, is PTY standby
ontvangst uitgeschakeld. (“OFF” is voor PTY
standby ontvangst gekozen).
1
Druk op SEL (selecteren) in en houd
deze ten minste 2 seconden
ingedrukt, zodat een van de PSMvermeldingen op de display wordt
weergegeven. (PSM: zie bladzijde 37).
NEDERLANDS
2
Selecteer de vermelding “PTY STBY
(standby)” als deze niet al meteen op
de display wordt weergegeven.
3
Selecteer een van de 29 PTY-codes die
beschikbaar zijn. (Zie bladzijde 20).
De naam van de
PTY-code die u selecteert,
wordt op de display
weergegeven en in het
geheugen opgeslagen.
• Selecteer “OFF” om
PTY standby ontvangst
te annuleren.
4
Voltooi de instelling.
7 Met FM als huidige bron ingesteld, zal
de PTY indicator oplichten of knipperen.
• PTY standby ontvangst is geactiveerd
indien de PTY indicator is opgelicht.
Wanneer een zender een programma
van het gekozen PTY programmatype
start uit te zenden, stemt het apparaat
automatisch op deze zender af.
• PTY standby ontvangst is nog niet
geactiveerd indien de PTY indicator
knippert. De zender die wordt
ontvangen levert namelijk geen signalen
die voor PTY standby ontvangst zijn
vereist.
Om PTY standby ontvangst nu te
activeren moet u op een andere zender
afstemmen die wel deze signalen
uitstuurt.
Druk op ¢ of 4 om een
dergelijke zender op te zoeken.
De PTY indicator stopt te knipperen en
licht continu op zodra een zender met
deze signalen is gevonden. PTY
standby ontvangst is nu geactiveerd.
7 Met een andere bron dan FM ingesteld,
zal de PTY indicator oplichten.
Wanneer een zender een programma van
het gekozen PTY programma start uit te
zenden, verandert het apparaat
automatisch van bron en stemt op deze
zender af.
Voor het uitschakelen van PTY standby
ontvangst, kiest u in de hier links beschreven
stap 3 “OFF”. De PTY indicator dooft.
16
Uw favoriete programmagenre opzoeken
U kunt een gewenste PTY-code opzoeken.
Daarbij kunt u uw 6 favoriete programmatypen
voor het later gemakkelijk opzoeken onder de
cijfertoetsen vastleggen.
Standaard liggen de volgende zes
programmagenres achter de cijfertoetsen
(1 t/m 6) opgeslagen.
Zie de informatie hieronder voor een uitleg over
het opslaan van uw favoriete
programmagenres.
Zie bladzijde 18 voor een uitleg over het zoeken
van uw favoriete programma.
1
POP M
45
CLASSICS
2
ROCK MEASY M
AFFAIRS
3
6
VARIED
2
Selecteer een van de 29 PTY-codes die
beschikbaar zijn. (Zie bladzijde 20).
De naam van de PTYcode die u selecteert,
wordt op de display
weergegeven.
3
Druk de gewenste cijfertoets in en
houd deze minimaal 2 seconden vast
om de geselecteerde PTY-code op te
slaan onder de cijfertoets van uw
keuze.
Uw favoriete programmagenres in het
geheugen opslaan
1
Druk op T/P in en houd deze ten
minste 2 seconden ingedrukt.
De PTY-code die als laatste werd
geselecteerd, verschijnt op de display.
Het voorkeurnummer knippert erige tijd.
4
Druk u nogmaals op T/P in en houd.
NEDERLANDS
17
Een programmagenre opzoeken
1
Druk op T/P en houd deze ten minste
2 seconden ingedrukt terwijl u naar
een FM-zenders luistert.
De PTY-code die als laatste werd
geselecteerd, verschijnt op de display.
2
Selecteer een van de PTY-codes.
OF
Andere nuttige RDS-functies en
het maken van aanpassingen
De weergave op de display wijzigen
terwijl u naar een FM-zender luistert
Wat er als eerste op de display wordt
weergegeven wanneer u naar een FM-zender
luistert dat gebruik maakt van het RDS-systeem,
kunt u zelf bepalen. U kunt de oorspronkelijke
weergave desgewenst wijzigen in de
zendernaam (PS NAME), de frequentie van het
ontvangen zender of programmagenre (PTY).
Druk op D (display) terwijl u naar een FM
RDS-zenders luistert.
Elke keer wanneer u op deze
toets drukt, verschijnt de
volgende informatie op de
display:
NEDERLANDS
Bijv: Met “ROCK M” gekozen.
3
Druk op ¢ of 4 om het PTYzoeken naar uw gewenste programma
te starten.
• Als er een zender is dat een programma uitzendt
en daarbij een PTY-signaal meezendt dat
overeenkomt met de PTY-code die u hebt
geselecteerd, stemt de eenheid automatisch op
dat zender af.
• Als er geen zender is dat een programma uitzendt
en daarbij een PTY-signaal meezendt dat
overeenkomt met de PTY-code die u hebt
geselecteerd, blijft de eenheid afgestemd op het
zender dat al was geselecteerd.
Opmerking:
In sommige gebieden werkt het zoeken met PTY-codes niet
goed.
18
Zendernaam (PS NAME)
&
Frequentie
Zendernaam (PS NAME)
&
Programmagenre (PTY)
Loading...
+ 40 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.