Dank u voor de aanschaf van deze digitale videocamera. Lees voor gebruik de waarschuwingen en
voorzorgen op de volgende bladzijden goed door voor een veilige werking van uw nieuwe videocamera.
Meer over deze gebruiksaanwijzing
•De inhoudsopgave op de omslag toont u alle belangrijke hoofdstukken en gedeelten.
•Aan het eind van de diverse gedeelten vindt u vaak opmerkingen. Lees deze opmerkingen tevens door.
•De basisbedieningen en meer geavanceerde functies/bedieningen zijn apart beschreven zodat u snel de
uitleg kunt vinden die u nodig heeft.
Wij bevelen aan dat u . . .
.... eerst even de index ( blz. 63 – 68) bekijkt en voor gebruik vertrouwd raakt met de plaatsen van toetsen,
enz.
.... de “Veiligheidsvoorschriften” goed doorleest. Deze informatie is uitermate belangrijk voor een veilig
gebruik van de camcorder.
Lees tevens voor gebruik de waarschuwingen en aanwijzingen op blz. 69 – 71 goed door.
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
WAARSCHUWING:
STEL DIT TOESTEL NIET BLOOT AAN REGEN OF VOCHT TER
VOORKOMING VAN BRAND EN ELEKTRISCHE SCHOKKEN.
VOORZORGSMAATREGELEN:
Om elektrische schokken te vermijden, mag u de ombouw niet openen. In het toestel bevinden zich
geen door de gebruiker te repareren onderdelen. Laat onderhoud over aan de vakman.
Trek de stekker van het netsnoer bij voorkeur uit het stopcontact wanneer u de netadapter/acculader
voor langere tijd niet gaat gebruiken.
OPMERKINGEN:
●
Het spanningslabel (serienummer) en waarschuwingen voor de veiligheid zijn op het onder- en/of
achterpaneel van het hoofdtoestel aangegeven.
●
Het spanningslabel (serienummer) van de netadapter/lader vindt u op de onderkant van dat toestel.
●
Het specificatieplaatje (het serienummer-plaatje) bevindt zich aan de onderkant van het Docking station.
De camcorder is gemaakt voor gebruik met
kleurentelevisiesignalen van het PAL type. Het
toestel kan niet gebruikt worden met een televisie
gebaseerd op een ander systeem. Opname en
weergave met de LCD-monitor/zoeker is echter
overal mogelijk. Gebruik de BN-V507U/V514U
accu’s en voor het opladen de bijgeleverde multivoltage netadapter/lader.
(Een stekkeradapter kan eventueel noodzakelijk
zijn voor aanpassing aan afwijkende
stopcontactontwerpen in verschillenden landen.)
Gebruikte batterijen
Niet weggooien, maar inleveren
als KCA.
NE3
Wanneer het toestel in een kast of op een plank wordt gezet, moet u er op letten dat er voldoende
ventilatieruimte aan alle kanten van het toestel overblijft (10 cm of meer aan beide zijkanten, aan de
bovenkant en aan de achterkant).
Blokkeer de ventilatie-openingen niet.
(Als de ventilatie-openingen geblokkeerd worden door een krant, een kleedje of iets dergelijks, is het
mogelijk dat de warmte niet uit het toestel kan ontsnappen.)
Zet geen open vuur, zoals een brandende kaars, op het toestel.
Denk aan het milieu wanneer u batterijen weggooit en volg de lokale regelgeving aangaande het
wegwerpen van deze batterijen strikt op.
Het toestel mag niet worden blootgesteld aan druppelend of spattend water.
Gebruik dit toestel niet in een badkamer of andere plek waar water voorhanden is.
Zet ook geen voorwerpen met water of andere vloeistoffen erin op het toestel (zoals cosmetica,
medicijnen, bloemenvazen, potplanten, kopjes enz.).
(Als water of een andere vloeistof in het toestel terecht komt, kan dit leiden tot brand of een elektrische
schok.)
Richt de lens of de zoeker niet direct naar de zon. Dit zou namelijk uw ogen kunnen beschadigen of
problemen in de werking van het interne circuit kunnen veroorzaken met mogelijk brand of een
elektrische schok tot gevolg.
LET OP
De volgende opmerkingen zijn uitermate belangrijk en dienen beschadiging van het toestel en letsel te
voorkomen.
Bevestig de bijgeleverde schouderriem goed en gebruik deze riem om de camcorder te dragen. Draag de
camcorder niet door deze aan de zoeker en/of de LCD-monitor vast te houden. De camcorder zou anders
kunnen vallen of op een andere manier worden beschadigd.
Let op dat uw vingers niet in de cassettehouder verstrikt raken. Let vooral op kinderen. De camcorder is
geen speelgoed.
Gebruik geen statief op een instabiel of scheef oppervlak. Het statief zou anders om kunnen vallen met
ernstige beschadiging van de camcorder tot gevolg.
LET OP
Verbind geen kabels (audio/video, S-video, montage, gelijkstroom, enz.) met het Docking station wanneer
deze op de TV is geplaatst en laat het Docking station niet op de TV liggen, iemand zou namelijk over de
kabels kunnen struikelen of er op staan waardoor het Docking station van de TV valt met beschadiging tot
gevolg.
Deze camcorder is exclusief ontworpen voor digitale videocassettes. Gebruik uitsluitend cassettes
voorzien van de
Alvorens een belangrijke scène op te nemen . . .
.... gebruik uitsluitend cassettes voorzien van de Mini DV markering .
.... onthoud dat deze camcorder niet uitwisselbaar met andere digitale videoformaten is.
.... vergeet niet dat deze camcorder voor privé-gebruik is ontworpen. Commercieel gebruik zonder de vereiste
toestemming is verboden. (Het wordt tevens aanbevolen dat u vooraf toestemming heeft gekregen voor het
opnemen van bijvoorbeeld een show, uitvoering, expositie of toneelstuk voor persoonlijk gebruik.)
markering met deze camcorder.
4 NE
BIJGELEVERDE ACCESSOIRES
•Docking station
CU-V503E
•Afstandsbediening
RM-V716U
•Schoonmaakdoekje
•Montagekabel
(De ene stekker heeft
drie ringen rond de
pen, terwijl de andere
slechts 1 ring heeft.)
•PC verbindingskabel
•Lichtnetadapter/acculader
AA-V51EG
•Gelijkspanningssnoer
•Kabeladapter
•Audio/videokabel
(ø3,5 ministekker
naar tulpstekker)
•JLIP kabel
(Allebei de stekkers hebben
3 ringen rond de pen.)
•Accu BN-V507U
•R03 (AAA) Batterij x 2
(voor de afstandsbediening)
•Kernfilter x 2
(voor een los verkrijgbare
S-videokabel en A/V-kabel
[RCA (tulp) naar RCA
stekker])
•CD-ROM
De CD-ROM bevat de
volgende 5 software
programma’s:
• JLIP Video Capture
• JLIP Video Producer
Mr. Photo Gold
• Mr. Photo
• PhotoAlbum
• ProImage Plus
NE5
1
R
S
Z
S
G
B
I
D
R
E
O
O
N
A
E
D
E
E
C
U
O
A
I
E
M
C
T
N
M
P
N
P
N
O
A
U
M
D
/
U
.
M
R
O
M
U
T
M
E
N
D
M
O
P
A
B
M
R
E
O
D
L
E
O
A
D
E
L
R
D
E
Y
EMEO
O
N
N
FUF
Bevestigen van de kernfilters
Bevestig de meegeleverde kernfilters aan een los verkrijgbare S-videokabel of A/V-kabel (RCA (tulp) naar RCA
stekker). Kernfilters verminderen interferentie.
123
Klem
Maak de
klemmetjes aan
beide uiteinden
van het
kernfilter los.
Leid de kabel door het kernfilter en laat ongeveer 3 cm
kabel over tussen de stekker en het kernfilter. Wikkel de
kabel buiten het kernfilter om zoals aangegeven in de
afbeelding.
•Wikkel de kabel redelijk strak op.
3 cm
Een wikkeling.
Sluit het kernfilter tot het
dichtklikt.
OPMERKING:
Wees voorzichtig dat u de kabel niet beschadigt.
Wanneer u kabels aansluit, dient u het uiteinde met het kernfilter aan te sluiten op de camcorder.
AUTOMATISCHE DEMONSTRATIE
De Automatische Demonstratie zal in werking treden
wanneer “DEMO. MODE” op “ON” staat
(fabrieksinstelling).
Mogelijk wanneer de POWER schakelaar op “” staat
en er geen cassette in de camcorder zit.
De demonstratie zal worden onderbroken wanneer u een
andere handeling op het toestel uitvoert. Als u vervolgens
tenminste 1 minuut geen handelingen meer uitvoert, zal de
demonstratie worden hervat.
De “DEMO. MODE” (demonstratiefunctie) zal “ON” (aan)
blijven staan ook al schakelt u de stroom voor de camcorder
uit.
Zet de bedieningsschakelaar op “” en zet de POWER
schakelaar op “” terwijl u de vergrendeltoets op de
schakelaar ingedrukt houdt en druk vervolgens twee keer de
MENU in terwijl de demo loopt om de Automatisch
demonstratie te annuleren. Hierdoor zult u rechtstreeks naar
het Instelmenu van de demonstratiefunctie gaan (zodat u niet
eerst het Menuscherm hoeft te openen). Verdraai de MENU
keuzeschijf, kies “OFF” en druk de keuzeschijf in. Het
normale scherm zal verschijnen.
MENU keuzeschijf
6 NE
CHARGE
indicator
POWER
indicator
Accu
BN-V507U of
BN-V514U
Naar het
stopcontact.
Stroomvoorziening
Met het dubbele stroomvoorziening-systeem van deze
camcorder kunt u zelf de meest geschikte stroombron
kiezen. Gebruik geen apparaten voor de
stroomvoorziening die meegeleverd worden met andere
toestellen.
STARTEN
OPLADEN VAN DE ACCU
Let er op dat u het gelijkspanningssnoer van de
1
Netadapter/lader
Gelijkstroom
uitgangsaansluiting
Accu
BN-V507U
BN-V514U
(los verkrijgbaar)
OPMERKINGEN:
●
Laad de accu op wanneer de omgevingstemperatuur tussen 10°C en 35°C is. De ideale temperatuur is tussen 20°C en
25°C. Wanneer de omgevingstemperatuur te laag is, is het mogelijk dat de accu niet volledig geladen kan worden.
●
De oplaadtijden zoals hierboven vermeld gelden voor geheel lege accu’s.
●
De oplaadtijden en de gebruiksduur kunnen verschillen afhankelijk van de omgevingstemperatuur en de toestand
van de accu.
●
Gebruik de netadapter/lader niet in de buurt van een radio om storing van de ontvangst te voorkomen.
●
Wanneer u tijdens het opladen het gelijkspanningssnoer van de camcorder aansluit op de netadapter/lader, zal de
camcorder van stroom worden voorzien en zal het opladen stoppen.
●
Omdat de netadapter/lader de netspanning intern omzet, wordt hij warm tijdens het gebruik. Gebruik de
netadapter/lader daarom alleen in goed geventileerde ruimtes.
●
Wanneer u een accu voor het eerst of voor het eerst na een lange tijd gaat opladen, is het mogelijk dat de CHARGE
indicator in eerste instantie niet oplicht. Verwijder in een dergelijk geval de accu van de netadapter/lader en
probeer het vervolgens opnieuw.
●
Wanneer de gebruiksduur heel kort blijkt te zijn alhoewel de accu volledig opgeladen was, is de accu versleten en
zult u deze dienen te vervangen. Koopt u alstublieft een nieuwe.
Oplaadtijd
Ongeveer 1uur
30 minuten
Ongeveer 3uur
camcorder uit de netadapter/lader haalt.
Steek de stekker van de netadapter/lader in een
stopcontact. De POWER indicator zal oplichten.
Bevestig de accu met de tekens op dezelfde
2
plek als de corresponderende tekens op de
netstroomadapter/oplader. De CHARGE indicator zal
beginnen te knipperen om aan te geven dat het laden
is begonnen.
Wanneer de CHARGE indicator stopt met knipperen
3
en blijft branden, is het laden klaar.
Trek de batterij naar buiten. Vergeet niet de stekker uit
het stopcontact te halen als u klaar bent met het
opladen van de accu’s.
De Lithium-ion accu is gevoelig voor kou.
Meer over accu’s
GEVAAR! Probeer de accu’s niet uit elkaar te halen en stel ze
niet bloot aan vlammen of extreme hitte, want dit kan leiden
tot brand of een ontploffing.
WAARSCHUWING! Laat de accu of de aansluitingen van de
accu niet in contact komen met metalen, want dit kan
resulteren in kortsluiting en kan mogelijk brand veroorzaken.
De voordelen van Lithium-ion accu’s
Lithium-ion accu’s zijn klein maar hebben een groot
vermogen. Wanneer een dergelijke accu echter wordt
blootgesteld aan lage temperaturen (onder 10°C), dan zal de
gebruiksduur korter worden en kan de accu zelfs helemaal
weigeren te functioneren. Als dat gebeurt, dient u de accu
korte tijd in uw zak, of op een andere veilige, warme plek, te
doen om hem op te warmen en bevestig hem vervolgens weer
aan de camcorder. Zolang de accu zelf niet te koud wordt zou
dit geen invloed moeten hebben op de prestaties.
(Als u een verwarmingselement gebruikt, moet u er op letten
dat de accu zelf niet in direct contact komt met het element.)
1
2
LET OP:
Controleer alvorens de spanningsbron
te ontkoppelen dat de spanning van de
camcorder is uitgeschakeld. Dit
nalaten kan een onjuist functioneren
veroorzaken.
INFORMATIE:
De VU-V856KIT bestaat uit de BN-V856U accu
en AA-V80EG netadapter/acculader. Zie tevens
de gebruiksaanwijzing van de VU-V856KIT.
U kunt de BN-V856U accu niet met de
bijgeleverde netadapter/acculader opladen.
Voor het opladen van de BN-V856U moet u de
AA-V80EG netadapter/acculader gebruiken.
Naar het
stopcontact.
Lichtnetadapter/
acculader
Gelijkstroom
uitgangsaansluiting
BATT. RELEASE
schakelaar
Netsnoer
NE7
GEBRUIKEN VAN DE ACCU
Steek de kant met de contacten 1 van de accu in de
1
accuhouder en druk vervolgens het achtereind 2 van
de accu in de richting van de pijl tot deze op zijn
plaats vastklikt, zoals aangegeven in de illustratie.
•Als de accu verkeerd wordt bevestigd, kunnen zich
storingen voordoen.
Om een accu los te maken . . .
.... dient u BATT. RELEASE naar beneden te schuiven voor
u de accu verwijdert.
Opnametijd bij benadering
Accu
BN-V507U
BN-V514U
(los verkrijgbaar)
BN-V856U
(los verkrijgbaar)
OPMERKINGEN:
●
De opnametijd zal aanzienlijk korter uitvallen onder de
LCD-monitor
ingeschakeld/
zoeker uitgeschakeld
55 min.
1 uur 50 min.
7 uur 30 min.
LCD-monitor
uitgeschakeld/
zoeker ingeschakeld
1 uur 5 min.
2 uur 10 min.
9 uur
volgende omstandigheden:
•
De Zoom of Opname-paraatstand wordt herhaaldelijk
gebruikt.
•
De LCD-monitor wordt herhaaldelijk gebruikt.
•
De weergavefunctie wordt herhaaldelijk gebruikt.
●
Voor u een langere periode met de camcorder zult gaan
opnemen, verdient het aanbeveling om genoeg accu’s
klaar te hebben voor ongeveer 3 maal de lengte van de
opname die u in gedachten heeft.
GEBRUIK OP NETSPANNING
Gebruik de netadapter/lader (verbind zoals u hier in de
illustratie ziet).
OPMERKINGEN:
●
De bijgeleverde netadapter/lader kiest automatisch het
voltage binnen 110 V t/m 240 V wisselstroom.
●
Voor andere opmerkingen, blz. 6.
Naar de
accu-vatting
Gelijkspanningssnoer
8 NE
PAUSE
Motorzoomhendel
START/STOP toets
POWER schakelaar
MODE keuzeschijf
Vergrendeltoets
STARTEN
(vervolg)
Instellen van de handgreep
Trek de velcro klitstrip los.
1
Plaats uw rechterhand door de lus en houd de
2
greep vast.
Stel zodanig in dat uw duim en vingers nog
3
gemakkelijk de START/STOP en de
motorzoomhendel kunnen bedienen. Bevestig
vervolgens de Velcro riem.
Instellen van de zoeker
Zet de POWER schakelaar op “” terwijl
1
u de vergrendeltoets op de schakelaar ingedrukt
houdt en zet de MODE keuzeschijf in een
willekeurige stand.
Trek de zoeker helemaal uit.
2
Verschuif de dioptrieregelaar totdat de
3
aanduidingen in de zoeker scherp zijn.
Dioptrieregelaar
Bevestigen op een statief
Pas de schroef van het statief in de statief-
1
aansluiting van de camera. Draai vervolgens de
schroef aan.
LET OP:
Bij gebruik van een statief moet u deze
goed openen en de poten geheel uittrekken
zodat de camcorder stabiel op het statief
staat. Voorkom beschadiging van het toestel
door het omvallen en gebruik daarom geen
klein of niet-stevig statief.
POWER schakelaar
POWER lampje
Vergrendeltoets
Bedieningsschakelaar
NE9
Instellen van de datum/tijd
De datum en tijd worden automatisch altijd op de band
opgenomen. U kunt later bij weergave kiezen of u de
datum wel of niet wilt tonen ( blz. 35).
Zet de bedieningsschakelaar op “” en de POWER
1
schakelaar op “” terwijl u de vergrendeltoets
op de schakelaar ingedrukt houdt en klap vervolgens
de LCD monitor helemaal open of trek de zoeker
helemaal uit. Het POWER lampje zal oplichten en de
camcorder staat aan.
Druk MENU in. Het menuscherm verschijnt.
2
MENU keuzeschijf
Display
FAD
E
R
W
I
P
W
I
P
R
A
N
4
O
F
F
F
A
D
F
A
D
F
A
D
L
P
A
D
I
S
1
N
R
R
E
T
U
O
E
R
N
E
S
C
/
T
D
I
A
M
T
E
C
T
O
I
D
M
E
K
C
L
O
C
.
J
A
D
Verdraai de MENU en kies “”. Druk de keuzeschijf
3
in en het “DISPLAY MENU” zal verschijnen.
Verdraai de MENU en kies “CLOCK ADJ.”. Druk de
4
keuzeschijf in en u zult “day” (dag) zien oplichten.
/
P
E
I
W
–
C
R
E
S
O
L
L
–
H
U
E
S
T
T
E
R
O
M
D
–
R
W
H
E
I
T
E
–
B
R
L
E
A
C
K
–
B
R
.
E
W
Verdraai de MENU om de dag in te stellen. Druk de
keuzeschijf in. Herhaal deze procedure om de juiste
maand, jaar, uren en minuten in te voeren. Verdraai
MENU, selecteer “1RETURN” en druk de keuzeschijf
twee keer in. Met Menuscherm zal sluiten.
De oplaadbare Lithium batterij van de ingebouwde klok
Om de datum en de tijd in het geheugen te kunnen
opslaan, is er een oplaadbare Lithium batterij in de
camcorder ingebouwd. Terwijl de camcorder is
U
Y
MEN
N
E
E
1
.
.
:
112
DISPLAY MENU
000
0
aangesloten op de netadapter/lader met het
gelijkstroomsnoer, of terwijl er een accu op de camcorder
zit, en de camcorder van stroom wordt voorzien, zal de
oplaadbare Lithium batterij altijd opgeladen zijn. Wanneer
de camcorder echter ongeveer 3 maanden niet gebruikt
wordt, zal de Lithium batterij leeg raken en zal de datum
en tijd informatie in het geheugen verloren gaan. In een
dergelijk geval dient u allereerst de camcorder via de
Lichtnetadapter/acculader minstens 24 uur van stroom te
voorzien om de oplaadbare Lithium batterij van de klok
weer op te laden. Vervolgens moet u de juiste tijd en
datum weer instellen voor u de camcorder weer gaat
gebruiken.
Het is natuurlijk ook mogelijk de camcorder te gebruiken
zonder de tijd en de datum in te stellen.
OPMERKING:
Wanneer u “CLOCK ADJ.” kiest maar de waarde niet is
opgelicht, zal de interne klok van de camcorder blijven
lopen. De klok stopt wanneer u de opgelichte balk naar de
eerste waarde voor de datum/tijd (dag) verplaatst. De klok
start vanaf de ingestelde datum en tijd wanneer u na het
instellen van de minuten op MENU drukt.
10 NE
Afdekking cassettehouder
Cassettehouder
Controleer dat
de vensterkant
naar buiten is
gericht.
PUSH HERE
(Drukken)
OPEN/EJECT schakeaar
Wispreventieschakelaar*
*
Ter bescherming van uw opname . . .
.... verschuif de wispreventieschakelaar op de
rug van de cassette naar “SAVE” zodat er
niet meer over een reeds bestaande
opname op de cassette kan worden
opgenomen. Om op te nemen op deze
cassette moet u de schakelaar terug naar
“REC” schuiven voor u de cassette in het
toestel doet.
STARTEN
(vervolg)
Plaatsen/verwijderen van een cassette
Er moet voor het laden of uitwerpen van een cassette
spanning naar de camcorder worden gevoerd.
Schuif en houd OPEN/EJECT naar beneden in de
1
richting van de pijl en trek de afdekking van de
cassettehouder open totdat deze inklikt. De houder
zal automatisch openen.
•Raak de interne onderdelen niet aan.
Plaats of verwijder een cassette en druk op “PUSH
2
HERE” om de cassettehouder te sluiten.
•Nadat de cassettehouder eenmaal is gesloten wordt
de houder automatisch verder in het mechanisme
getrokken. Wacht totdat de houder geheel in het
mechanisme is getrokken alvorens het deksel van
de cassettehouder te sluiten.
•U kunt het deksel van de cassettehouder mogelijk
niet sluiten wanneer de accu bijna is uitgeput.
Forceer niet, maar plaats een geladen accu alvorens
het deksel van de cassettehouder te sluiten.
Doe het deksel van de cassettehouder goed dicht
3
totdat deze op zijn plaats vastklikt.
Opnametijd bij benadering
Cassette
30 min.30 min.45 min.
60 min.60 min.90 min.
80 min.80 min.120 min.
Opnamesnelheid
SPLP
OPMERKINGEN:
●
Het duurt een paar seconden eer de cassettehouder opent. Forceer de houder niet.
●
Wanneer u een paar seconden wacht en de cassettehouder niet opent, moet u het deksel van de
cassettehouder eerst even sluiten en dan de houder opnieuw proberen te openen. Schakel de camcorder uit,
wacht even en schakel weer in indien de cassettehouder nog steeds niet kan worden geopend.
●
Wanneer de cassette niet goed laadt, dient u het deksel van de cassettehouder volledig te openen en de
cassette te verwijderen. Probeer na een paar minuten de cassette opnieuw te laden.
●
Wacht even alvorens het deksel van de cassettehouder te openen nadat u de camcorder direct van een
koude plaats naar een warme ruimte verplaatst.
●
Het sluiten van het deksel van de cassettehouder voordat de cassettehouder geheel naar buiten is gekomen
beschadigt mogelijk de camcorder.
●
Ook met de camcorder uitgeschakeld kan een cassette worden geplaatst of verwijderd. Nadat de
cassettehouder wordt gesloten met de camcorder uitgeschakeld, zal de houder echter mogelijk niet in positie
worden gebracht. Schakel daarom bij voorkeur de spanning in alvorens een cassette te plaatsen of te
verwijderen.
●
Bij het voortzetten van een opname nadat het deksel van de cassettehouder geopend is geweest, zal er een
blanco stukje op de band worden opgenomen of kan er een reeds opgenomen scène worden gewist
(overschreven) ongeacht of de cassettehouder werd geopend of niet. Zie blz. 18 voor informatie aangaande
het voortzetten van een opname op een reeds gedeeltelijk opgenomen band.
MENU keuzeschijf
Display
C
A
M
E
R
1
R
E
T
U
R
N
R
E
C
M
O
D
E
S
O
U
N
D
M
O
Z
O
O
M
S
N
A
P
M
O
D
G
A
I
N
U
P
B
E
E
P
/
T
A
L
I
D
N
U
M
B
E
D
E
M
O
.
M
O
POWER schakelaar
POWER lampje
ME
N
U
A
S
P
E
L
P
D
E
Y
L
R
D
E
Vergrendeltoets
Bedieningsschakelaar
Menuscherm
Sub-menu
NE11
Instellen van de opnamefunctie
Stel de opnamefunctie naar uw eigen voorkeur in.
Zet de bedieningsschakelaar op “” en de POWER
1
schakelaar op “” terwijl u de vergrendeltoets
op de schakelaar ingedrukt houdt en klap vervolgens
de LCD monitor helemaal open of trek de zoeker
helemaal uit. Het POWER lampje zal oplichten en de
camcorder staat aan.
Druk MENU in. Het menuscherm verschijnt.
2
Verdraai de MENU en kies “”. Druk de
3
keuzeschijf in en het “CAMERA MENU” zal
verschijnen.
Verdraai de MENU, kies “REC MODE”
4
(opnamefunctie) en druk de keuzeschijf in. Het submenu zal verschijnen. Kies “SP” of “LP” door de
MENU te verdraaien en druk de keuzeschijf in.
Verdraai MENU, selecteer “1RETURN” en druk de
keuzeschijf twee keer in. Met Menuscherm zal sluiten.
•Audio-dubben ( blz. 54) is niet mogelijk op een
met de LP functie opgenomen band.
•“LP” (“Long Play”) is economischer want u beschikt
over 1,5 keer de normale opnametijd van een band.
OPMERKINGEN:
●
Wanneer u tijdens opname de snelheid verandert zal bij
weergave op dat punt het beeld wazig zijn.
●
Speel cassettes die met de LP snelheid zijn opgenomen
bij voorkeur met deze camcorder af.
●
Tijdens weergave van een cassette die met een andere
camcorder is opgenomen verschijnen er mogelijk
ruisblokken in beeld of valt het geluid soms weg.
12 NE
F.AUTO
Om de camcorder aan te zetten, dient u de
POWER schakelaar op een van de
bedieningsfuncties (met uitzondering van
“OFF”) te zetten terwijl u de vergrendeltoets
op de schakelaar ingedrukt houdt.
STARTEN
(vervolg)
Bedieningsfunctie
Kies de door u gewenste bedieningsfunctie met de
POWER schakelaar, de bedieningsschakelaar en de MODE
keuzeschijf.
POWER schakelaar
POWER lampje
Vergrendeltoets
Bedieningsschakelaar
Wanneer de bedieningsschakelaar op “ ”
staat, zal de aanduiding “F. AUTO”
verschijnen. Wanneer deze op “ ” staat, zal
er geen aanduiding verschijnen.
Stand POWER schakelaar
:
Stelt u in staat op te nemen.
OFF (uitgeschakeld):
Voor het uitschakelen van de camcorder.
:
Stelt u in staat een opname weer te geven of een
stilbeeld over te brengen naar een computer.
Stand Bedieningsschakelaar
(Handmatig):
U kunt diverse opnamefuncties van de menu’s
gebruiken. Stel de handmatige functie in indien u
speciale effecten wilt voor een creatievere opname
dan in vergelijking met de volautomatische functie.
(Volautomatisch):
Voor opname ZONDER speciale effecten en geen
handmatige instellingen. Geschikt voor
standaardopname.
NE13
PS
MODE keuzeschijf
MODE
S
P
V
I
D
E
O
De volgende aanduidingen verschijnen in de
linker bovenhoek, afhankelijk van de stand van
de MODE keuzeschijf.
Geenaanduiding:
Op “VIDEO”.
PS:
Op “
”.
Stand MODE
keuzeschijf
VIDEO
(Progressieve
opnamefunctie)
Functie
•Stelt u in staat video en
stilbeelden op te nemen. Tussen
video-opnamen wordt ongeveer
6 seconden stilbeeld
opgenomen ( blz. 16).
•Er kan meer dan 10X worden
ingezoomd ( blz. 17, 23).
•Stelt u in staat bewegende
beelden met een betere kwaliteit
op te slaan (eigenlijk een reeks
van onbewogen stilbeelden)
( blz. 20). De stilbeelden
kunnen ook worden bewerkt op
een PC of worden afgedrukt.
•Er kan meer dan 10X worden
ingezoomd ( blz. 17, 23).
•Weergave van beelden die met
deze functie zijn opgenomen
zal niet soepel verlopen.
14 NE
25
BR I GHT
START/STOP toets
min
(Telt nu)
POWER schakelaar
POWER lampje
Vergrendeltoets
MODE keuzeschijf
Display
Indicator
resterende bandtijd
(bij benadering)
90 min
(knippert)(knippert)(knippert)
89 min
1 min0 min
3 min
2 min
OPNAME
OPMERKING:
De hieronder vermelde instellingen dienen reeds te zijn
gemaakt. Maak deze instellingen indien nog niet
uitgevoerd.
●
Stroomvoorziening ( blz. 6)
●
Instellen van de handgreep ( blz. 8)
●
Instellen van de zoeker ( blz. 8)
●
Plaats een cassette ( blz. 10)
●
Instellen van de opnamefunctie ( blz. 11)
Zet de MODE keuzeschijf op “VIDEO” en zet
1
vervolgens de POWER schakelaar op “”
terwijl u de vergrendeltoets op de schakelaar
ingedrukt houdt.
Opnemen met de zoeker:
Controleer of de LCD monitor gesloten en
vergrendeld is. Trek de zoeker helemaal uit.
•Let er op dat u de zoeker helemaal uittrekt tot u een
klik hoort, anders kan hij in het gebruik
teruggeduwd worden.
Opnemen met de LCD monitor:
Controleer of de zoeker helemaal ingedrukt is. Klap
de LCD monitor helemaal open.
•Het POWER lampje licht op en de camcorder gaat
in de opname-standbyfunctie. De aanduiding
“PAUSE” zal op het display verschijnen.
Druk op de START/STOP. De aanduiding “” zal
2
getoond worden terwijl u aan het opnemen bent.
Basisbediening opname
Opnameindicatielampje
(Licht op tijdens
opname.)
180°
90°
MENU
keuzeschijf
Om te stoppen met opnemen . . .
.... dient u de START/STOP nog een keer in te drukken.
De camcorder zal nu weer in de opnamestandbyfunctie gaan.
Om de helderheid van het display te regelen
.... verdraait u MENU toto de helderheidsindicator op het
display beweegt en de gewenste helderheid is bereikt.
•U kunt ook de helderheid van de zoeker bijstellen.
NE15
OPMERKINGEN:
●
Bij gebruik van de LCD-monitor buitenshuis in het directe zonlicht, zal het beeld soms moeilijk te zien zijn.
Gebruik in dat geval de zoeker.
●
Het beeld zal niet tegelijkertijd via de LCD monitor en de zoeker worden weergegeven.
●
De cassettehouder kan uitsluitend worden geopend wanneer een spanningsbron is aangesloten.
●
Na het openen van het deksel van de cassettehouder duurt het mogelijk even eer de houder opent. Forceer
de houder niet.
●
Nadat de cassettehouder eenmaal is gesloten wordt de houder automatisch verder in het mechanisme
getrokken. Wacht totdat de houder geheel in het mechanisme is getrokken alvorens het deksel van de
cassettehouder te sluiten.
●
De benodigde tijd voor het bepalen van de resterende bandtijd en de nauwkeurigheid varieert mogelijk
afhankelijk van de geplaatste cassette.
●
“TAPE END” zal worden getoond indien het eind van de cassette is bereikt. De spanning zal vervolgens
automatisch worden uitgeschakeld indien u de camcorder 5 minuten in deze toestand laat. “TAPE END”
wordt ook getoond wanneer u een cassette die reeds aan het eind is in het toestel doet.
●
Wanneer de Opnamestandbyfunctie 5 minuten onveranderd ingeschakeld blijft, zal de camcorder zichzelf
automatisch uitzetten. Om de camcorder weer aan te zetten Duwt u de zoeker in en trekt u hem weer uit, of
doet u de LCD-monitor dicht en weer open.
●
De tijdcode wordt onderbroken en er worden mogelijk fouten bij het monteren gemaakt indien er een leeg
gedeelte tussen opgenomen scènes op de band is. Vervolg daarom een opname vanaf het laatst opgenomen
punt op de band. Zie “Opname op een reeds gedeeltelijk opgenomen band” ( blz. 18), om dit te
voorkomen.
●
Bij het opnemen zal er geen geluid worden weergegeven via de luidspreker. Om het geluid te kunnen
volgen, dient u een los verkrijgbare hoofdtelefoon aan te sluiten op de hoofdtelefoon aansluiting. Het
geluidsniveau is hetzelfde als u heeft ingesteld tijdens weergave ( blz. 34).
●
Uitschakelen van het opname-indicatorlampje tijdens opname, blz. 22, 23.
●
Om de aanduidingen van het display te verwijderen tijdens opname, blz. 22, 25.
JOURNALISTENOPNAME
In sommige situaties kunnen andere opnamehoeken
dramatischer resultaten opleveren. Houd de
camcorder in de gewenste stand en draai de LCDmonitor in de juiste richting. De LCD-monitor kan
270° draaien (90° naar beneden, 180° naar boven).
Zelfopname
ZELFOPNAME
U kunt ook uzelf opnemen terwijl u uw eigen beeld
in de monitor kunt blijven bekijken. Open de LCDmonitor en draai deze 180° naar boven zodat hij
uiteindelijk naar voren wijst, richt vervolgens de
lens op uzelf en begin de opname.
16 NE
MENU keuzeschijf
MODE keuzeschijf
POWER
schakelaar
Vergrendeltoets
Bedieningsschakelaar
SNAPSHOT
(momentopname) toets
Display
C
A
M
E
R
A
ME
N
N
D
E
M
O
O
D
P
A
L
B
E
M
O
D
E
E
F
P
L
Y
R
D
E
blz. 20).
U
U
LNL
I
1
R
E
T
U
R
R
E
C
M
O
S
O
U
N
D
Z
O
O
M
S
N
A
P
M
G
A
I
N
U
B
E
E
P
/
T
I
D
N
U
M
D
E
M
O
.
* Het gesimuleerde geluid van een sluiter die afgaat
zal klinken.
Wanneer de MODE keuzeschijf op “
zullen momentopnamen van een hogere kwaliteit
worden opgenomen (
–UP
Menuscherm
FULL
Snapshotfunctie
zonder lijst*
PIN-UP
Pin-Up functie
” staat,
OPNAME
Basisbediening opname (vervolg)
Momentopname
Deze functie stelt u in staat stilbeelden, vergelijkbaar met
foto’s, op een band op te nemen.
MOMENTOPNAME FUNCTIE SELECTIE
Zet de POWER schakelaar op “” terwijl u de
vergrendeltoets op de schakelaar ingedrukt houdt, zet
1
vervolgens de MODE keuzeschijf op “VIDEO” of “” en
zet tenslotte de bedieningsschakelaar op “ ”. Trek de
zoeker helemaal uit of klap de LCD monitor helemaal open.
Druk het MENU in. Het Menuscherm verschijnt.
2
Verdraai het MENU en kies “”. Druk het wieltje in
om het “CAMERA MENU” te laten verschijnen.
3
Verdraai het MENU, kies “SNAP MODE” en druk het
wieltje in.
4
Verdraai het MENU om de gewenste momentopnamefunctie te kiezen en druk het nog eens in.
5
Verdraai het MENU, kies “1RETURN” en druk het
wieltje vervolgens twee keer in. Het Menuscherm zal
zich sluiten.
MOMENTOPNAME OPNEMEN
Druk op SNAPSHOT.
1
Als u op SNAPSHOT drukt terwijl de camcorder in de
Opnamestandbyfunctie staat . . .
..... zal de aanduiding “PHOTO” in beeld verschijnen
en zal er gedurende ongeveer 6 seconden een
stilbeeld worden vastgelegd, waarna de camcorder
weer in de Opnamestandbyfunctie zal terugkeren.
Als u op SNAPSHOT drukt terwijl de camcorder aan het
opnemen is . . .
..... zal de aanduiding “PHOTO” in beeld verschijnen
en zal er gedurende ongeveer 6 seconden een
stilbeeld worden vastgelegd, waarna de camcorder
weer in de Opname-stand zal terugkeren.
Motordrive-functie
Als u SNAPSHOT ingedrukt houdt, krijgt u ongeveer hetzelfde
effect als bij een serie foto’s die met een motor-drive werd
gemaakt. (Er zit ongeveer 1 seconde tussen de stilbeelden.)
OPMERKINGEN:
●
Raadpleeg “BEEP/TALLY” ( blz. 23) om het sluiter-geluid uit te
schakelen.
●
Als een momentopname niet mogelijk is, zal de aanduiding
“PHOTO” gaan knipperen wanneer er op SNAPSHOT wordt
gedrukt.
●
Zelfs als de Programmabelichting met speciale effecten
(
blz. 30) ingeschakeld is, zullen bepaalde functies van de
Programmabelichting met speciale effecten niet werken
wanneer u een momentopname wilt gaan maken. De icoon zal
gaan knipperen in zo’n geval.
●
Als u op SNAPSHOT drukt wanneer “DIS” aan (ON) staat
blz. 24), zal de beeldstabilisator worden uitgeschakeld.
(
●
Ook bij weergave zijn alle momentopname-functies
beschikbaar.
●
Wanneer een hoofdtelefoon is aangesloten op de hoofdtelefoon
aansluiting, zal het geluid van de sluiter niet hoorbaar zijn, maar
wel op de cassette worden opgenomen.
Inzoomen (T: tele)
1xW
T
10xW
T
Zoomdisplay
10xW
Zoombereik bij benadering
T
POWER schakelaar
20xW
T
40xW
T
Uitzoomen (W: groothoek)
Digitaal
zoombereik
10X (optisch)
zoombereik
NE17
FUNCTIE:
DOEL:
In- en uitzoomen of het direct vergroten of verkleinen
van een beeld.
HANDELING:
Inzoomen
Verschuif de motorzoomhendel naar “T”.
Uitzoomen
Verschuif de motorzoomhendel naar “W”.
Het zoomen wordt sneller uitgevoerd naarmate u de
motorzoomhendel harder naar een andere stand
drukt.
OPMERKINGEN:
●
Scherpstellen is misschien niet mogelijk tijdens het
zoomen. U moet in dat geval de zoom tijdens de
opnamestandbyfunctie instellen, de scherpstelling
handmatig instellen en vergrendelen ( blz. 19) en
dan tijdens opname in- of uitzoomen.
●
Er kan tot 200X ingezoomd worden, of er kan
overgeschakeld worden naar een optische
vergroting van maximaal 10X ( blz. 23).
●
Zoomen met een sterkere vergroting dan 10X
gebeurt op digitale wijze, en we noemen het
daarom digitaal zoomen.
●
De beeldkwaliteit is bij het digitaal zoomen iets
minder.
●
Er kan niet digitaal gezoomd worden wanneer het
beeld digitaal bewerkt wordt, bijv. bij beeld Wipe/
oplossen ( blz. 28, 29) of Video echo
( blz. 31).
●
Macro-opnamen (tot 5 cm vanaf het onderwerp)
zyn mogelijk wanneer de motorzoomhendel geheel
naar “W” is gedrukt. Zie ook “TELE MACRO” in het
Menuscherm op bladzijde 24.
Zoomen
Motorzoomhendel
18 NE
OPNAME
Basisbediening opname (vervolg)
OPMERKING: Opname op een reeds gedeeltelijk opgenomen band
Tijdcode
Tijdens opname wordt een tijdcode op de band aangebracht. Met deze code kunt u de plaats van een
opgenomen scène op de band tijdens weergave controleren.
Indien u de opname vanaf een blanco gedeelte start, begint de tijdcode met “00:00:00” (minuten/
seconden/beeld). Indien u vanaf een reeds opgenomen gedeelte start, zal de tijdcode vanaf het laatste
tijdcodenummer verder lopen.
U heeft een tijdcode nodig voor het monteren van meerdere scènes in een willekeurige volgorde
( blz. 48 – 53). De tijdcode wordt onderbroken wanneer er tijdens opname halverwege de cassette een
blanco gedeelte op de band wordt gelaten. Bij het daarna voortzetten van de opname start de tijdcode
weer vanaf “00:00:00”. Er zullen in dat geval mogelijk tijdcodes worden aangebracht die reeds bij de
hiervoor opgenomen scènes zijn gebruikt. Voer, om dit te voorkomen, in de volgende gevallen de
handelingen uit onder “Opname op een reeds gedeeltelijk opgenomen band” hieronder;
•Indien u na weergave van een opgenomen cassette
de opname op deze cassette wilt vervolgen.
•Indien u de spanning tijdens opname uitschakelt.
•Indien u een cassette tijdens opname verwijdert en
weer terugplaatst.
•Indien u verder op een gedeeltelijk opgenomen
cassette wilt opnemen.
•Indien u op een leeg gedeelte tussen opnamen op
de cassette wilt opnemen.
•Indien u na opname van een scène de opname
vervolgt en de cassette-afdekking werd geopend/
gesloten.
TC
Opname op een reeds gedeeltelijk opgenomen band
1. Geef een band weer of gebruik de opzoekfunctie voor blanco stukken ( blz. 37) om het punt op te
zoeken van waar u de opname wilt laten beginnen en schakel vervolgens de stilbeeld weergavefunctie
in ( blz. 34).
2. Zet de POWER schakelaar op “” terwijl u de vergrendeltoets op de schakelaar ingedrukt houdt
en begin vervolgens op te nemen.
OPMERKINGEN:
●
De tijdcode kan niet worden teruggesteld.
●
Tijdens het snel door- en terugspoelen zal de aanduiding van de tijdcode mogelijk niet soepel lopen.
●
De tijdcode wordt alleen getoond wanneer de instelling “TIME CODE” “ON” (aan) is gezet ( blz. 25, 35).
Display
12:34:24
Beeldnummers
worden tijdens de
opname niet getoond.
Minuten
Seconden
Beelden
(25 beelden
= 1 seconde)
Wanneer er blanco gedeelten op een cassette zijn
Tijdcode
00:00:00
Cassetteband
Opname startpunt
Tijdcode
05:43:21
Opname stoppunt
Juiste manier van opnemen
Tijdcode
05:43:21
Cassetteband
Tijdcode
00:00:00
Opname startpunt
Tijdcode
00:00:00
Nieuw opgenomen scèneBlancoReeds opgenomen scène
Opname startpunt
Tijdcode
05:44:00
Opname startpuntOpname startpunt
Laatste scèneNieuwe scèneReeds opgenomen scène
Gedeelte voor scherpstelling
Wanneer u scherpstelt op een
verder weg gelegen onderwerp.
FOCUSFOCUS
Wanneer u scherpstelt op een
dichterbij gelegen onderwerp.
NE19
FUNCTIE:
Automatische Scherpstelling
DOEL:
Het autofocus-systeem van de camcorder kan normaliter doorlopend scherpstellen op onderwerpen die
dichtbij liggen (tot 5 cm afstand) tot oneindig. Onder de volgende omstandigheden wordt echter niet juist
scherpgesteld (en moet u handmatig scherpstellen):
•Wanneer twee onderwerpen elkaar overlappen in dezelfde scène.
•Wanneer de scène onderbelicht is.*
•Wanneer het onderwerp geen contrast heeft (geen verschil tussen donker en licht), bijvoorbeeld eenvlakke, één-kleurige muur of heldere, blauwe lucht.*
•Wanneer een donker onderwerp nauwelijks in de zoeker zichtbaar is.*
•Wanneer de scène kleine patronen of identieke patronen bevat die regelmatig worden herhaald.
•Indien de scène door de zon of via reflecterend licht van water of een ander onderwerp wordt belicht.
•Bij opname van een onderwerp met een achtergrond die een sterk contrast heeft.
* Wanneer de volgende waarschuwingen voor laag contrast knipperen: , , en .
OPMERKINGEN:
●
Indien de lens vuil of wazig is, zal niet juist kunnen worden scherpgesteld. Houd de lens daarom
schoon of reinig met een zachte doek indien nodig. Wanneer er condens op de lens is gevormd, moet
u de condens met een zachte doek wegvegen of even wachten totdat het is verdampt.
●
Bij het opnemen van een onderwerp dat dicht bij de lens is, moet u eerst uitzoomen ( blz. 17).
Indien u met de automatisch scherpstellingsfunctie inzoomt, kan de camcorder namelijk automatisch,
afhankelijk van de afstand tussen het onderwerp en de camcorder, gaan uitzoomen. Indien “TELE
MACRO” ( blz. 24) is geactiveerd, zal de camcorder niet automatisch uitzoomen.
FUNCTIE:
Handmatige Scherpstelling
DOEL:
Correct scherpstellen.
BEDIENING:
1) Als u de zoeker gebruikt, moet u deze al op de juiste manier hebben ingesteld ( blz. 8).
2) Zet de bedieningsschakelaar op “ ” en zet de POWER schakelaar op “” terwijl u de
vergrendeltoets op de schakelaar ingedrukt houdt en druk vervolgens op FOCUS (3). De indicator voor
het handmatig scherpstellen verschijnt.
3) Om op een verder weg liggend onderwerp scherp te stellen, draait u MENU naar “+”. “ ” verschijnt en
knippert.
Om op een dichterbij liggend onderwerp scherp te stellen, draait u MENU naar “–”. “ ” verschijnt en
knippert.
4) Druk op MENU. Er is nu op het onderwerp scherpgesteld.
Om terug te schakelen naar de automatische scherpstelling, dient u FOCUS (3) twee keer in te drukken of
de bedieningsschakelaar op “ ” te zetten.
Als u slechts een keer op FOCUS (3) drukt, zal de camcorder weer de handmatige scherpstelling
inschakelen.
OPMERKINGEN:
●
Stel bij gebruik van de handmatige functie scherp met de lens geheel naar T (telelens) gesteld. Indien u
scherpstelt met de schakelaar op W (groothoek) zal het beeld niet scherp zijn wanneer u daarna
inzoomt omdat de scherptediepte bij langere brandpuntafstanden namelijk vermindert.
●
“ ” of “” knippert wanneer de scherpstelling niet verder of dichterbij kan worden gesteld.
20 NE
START/STOP toets
MODE keuzeschijf
SNAPSHOT
(momentopname) toets
POWER schakelaar
Vergrendeltoets
OPNAME
Geavanceerde functies
Progressieve Opnamefunctie
Met deze functie kunt u bewegende onderwerpen (in een
reeks van beelden met zo min mogelijk
bewegingsonscherpte) op band opnemen. De beelden
kunnnen vervolgens met een minimum aan
bewegingsonscherpte en een superieure kwaliteit worden
afgespeeld. De stilbeelden kunnen met hun hoge resolutie
ook worden bewerkt op een PC of worden afgedrukt
( blz. 41).
Zet de MODE keuzeschijf op “” en zet
1
vervolgens de POWER schakelaar op “”
terwijl u de vergrendeltoets op de schakelaar
ingedrukt houdt. Trek de zoeker helemaal uit of klap
de LCD monitor helemaal open.
Druk op de START/STOP om de Progressieve
2
opnamefunctie te beginnen.
Om Progressief Opnemen te beëindigen . . .
.... drukt u nog een keer op de START/STOP.
De camcorder zal in de Opname-standbyfunctie gaan.
OPMERKINGEN:
●
Wanneer een beeld dat opgenomen werd met de
Progressieve Opnamefunctie afgespeeld wordt, is het
mogelijk dat het niet helemaal natuurlijk lijkt.
●
Wanneer de MODE keuzeschijf op “” staat, kunt u
geen gebruik maken van beeld wipe/oplossen
( blz. 28) en van bepaalde geprogrammeerde
belichtingsfuncties met speciale effecten ( blz. 31).
●
Als u op SNAPSHOT drukt in de progressieve
opnamefunctie, zal er een momentopname met een
hogere kwaliteit worden gemaakt dan in de VIDEO
opnamefunctie ( blz. 16).
NE21
Beschrijving van “Progressive Scan CCD”
“Progressive Scan” is een speciale methode voor het aftasten van een beeld waarbij, in tegenstelling tot de
conventione interface scanning, alle lijnen van de beeldinformatie in één scan worden afgetast. Progressive
Scan CCD kan 50 volledige frames* per seconde weergeven - tweemaal de hoeveelheid van de conventionele
systemen - zodat beelden van een hoge kwaliteit kunnen worden weergegeven zelfs wanneer het
uitgangssignaal naar een formaat voor weergave op een TV wordt omgezet.
*Een PAL TV-beeld bestaat uit 25 frames per seconden. 1 frame bestaat uit 2 beeldvelden.
1 frame
Scan AScan B
1. Normale opname van bewegende beelden
Opname van 25 oneven en 25 even beeldvelden met dus
een totaal van 50 per seconde. Daar er een tijdverschil is
tussen een even en oneven beeldveld zal, wanneer deze
worden gecombineerd tot 1 frame, het gedeelte van het
beeld dat beweegt als een beeldtrilling verschijnen.
Tijdens normale weergave lijkt het bewegende beeld
echter natuurlijk en verloopt geleidelijk.
2. Opname van bewegende beelden met de progressief-functie
(Progressieve Opnamefunctie blz. 20)
Scan A wordt opgenomen, gesplitst in even- en oneven-nummer beeldvelden en vervolgens wordt Scan B
overgeslagen. Scans C en D worden op dezelfde manier als Scan A en B zoals hieronder afgebeeld verwerkt
met opname van dus 25 frames per seconde.
Daar ieder opgenomen oneven- en even-nummer beeldveld dezelfde scan als oorsprong heeft is er geen
tijdverschil tussen deze zodat wanneer ze tot een frame worden gecombineerd en een stilbeeld op het scherm
van een TV of monitor van een PC wordt getoond er geen beeldtrillingen zijn. Het beeld is echter mogelijk
onnatuurlijk wanneer bewegende beelden worden weergegeven.
Scan AScan B
Skip
Scan C
Scan D
Skip
Onevennummer
beeldveld
Even-nummer
beeldveld
Onevennummer
beeldveld
Even-nummer
beeldveld
25 frames
per seconde
22 NE
FAD
4
C
1
R
E
T
R
E
C
S
O
U
N
Z
O
O
M
S
N
A
P
G
A
I
N
B
E
E
P
I
D
N
D
E
M
O
Display
W
W
R
O
F
F
F
A
M
U
R
M
O
D
M
U
/
T
U
M
.
POWER schakelaar
Vergrendeltoets
OPNAME
Menu’s gebruiken voor gedetailleerde
instellingen
Deze camcorder is uitgerust met een makkelijk
Geavanceerde functies (vervolg)
menusysteem op het scherm, wat de meer gedetailleerde
Bedieningsschakelaar
instellingen van de camcorder eenvoudig toegankelijk
maakt ( blz. 23 – 25).
MENU keuzeschijf
Zet de bedieningsschakelaar op “ ”, zet vervolgens
1
de POWER schakelaar op “” terwijl u de
vergrendeltoets op de schakelaar ingedrukt houdt en
trek de zoeker helemaal uit of klap de LCD monitor
helemaal open.
/
P
E
I
E
W
R
–
C
R
E
S
I
O
P
–
H
U
E
S
I
T
P
O
M
D
A
N
F
F
–
R
W
H
E
A
I
D
–
B
R
L
E
A
A
D
–
B
R
.
E
A
W
D
L
T
T
C
L
E
R
E
K
Menuscherm
Druk de MENU in. Het Menuscherm zal verschijnen.
2
Verdraai de MENU, kies het pictogram van de
3
gewenste functie en druk de keuzeschijf in. Het
bijbehorende functiemenu zal nu verschijnen.
Het hangt van de gekozen functie af welke
4
E
R
A
ME
N
U
N
D
E
S
P
M
O
D
E
L
P
O
D
E
P
A
L
L
Y
B
E
R
M
O
D
E
instellingen u kunt wijzigen.
Als u “”, “” of “” gekozen heeft . . .
.... zie blz. 23.
Als u “”, “” of “” gekozen heeft . . .
.... Ga door met stap 5.
Dient u de MENU te verdraaien om de gewenste
5
functie te kiezen en vervolgens de keuzeschijf in te
drukken. Het betreffende sub-menu zal verschijnen.
1
W
W
M
A
N
U
A
L
ME
N
R
E
T
U
R
D
I
S
–
S
E
L
F
T
5
S
T
E
L
E
M
I
D
E
M
I
N
D
C
U
N
O
F
F
I
M
E
R
O
N
A
C
R
O
O
D
E
U
T
Verdraai vervdgens de MENU, kies de te wijzigen
instelling en druk de keuzeschijf in. Het kiezen van
de instelling is hiermee afgerond.
Verdraai MENU, selecteer “1RETURN” en druk de
6
schijf vervolgens twee keer in. Het Menuscherm zal
zich sluiten.
•Het pictogram betekent “END” (einde).
Sub-menu
1
O
D
C
P
D
I
S
R
R
E
T
U
R
N
S
C
/
T
A
T
E
C
T
I
M
E
K
L
O
C
J
.
A
D
U
L
A
Y
MEN
N
E
E
N
I
M
E
O
D
E
1
.
.
000
:
0
112
END
Normale
scherm
Uitleg Menuscherm
FADER/WIPE
P.AE/EFFECT
W.BALANCE
REC MODE
SOUND12 BIT
MODE
16 BIT
ZOOM10X
40X
200X
SNAP
MODE
GAIN UP OFF
CAMERA MENU
BEEP/ON: MEL.
TALLY
ID NUMBER
FULL
PIN-UP
AGC
AUTO
ON: BEEP
OFF
NE23
Zie “Fade/Wipe effecten” ( blz. 28, 29).
Zie “Programma AE met speciale effecten” ( blz. 30, 31).
Zie “Instellen van de witbalans” en “Gebruik van de handmatige witbalans”
( blz. 33).
Voor het instellen van de opnamefunctie (SP of LP) naar wens ( blz. 11).
Stelt u in staat stereogeluid op vier verschillende kanalen op te nemen en
wordt aanbevolen wanneer u gaat audio-dubben. (Vergelijkbaar met de 32
kHz functie van voorgaande modellen)
Stelt u in staat stereogeluid op twee verschillende kanalen op te nemen.
(Vergelijkbaar met de 48 kHz functie van voorgaande modellen)
Door “10X” in te stellen bij gebruik van de digitale zoom, zal de zoomvergroting
naar 10X worden gesteld en de digitale zoom worden uitgeschakeld.
Voor het gebruik van de digitale zoom. Door de beelden digitaal te
verwerken en te vergroten, kunt u vanaf 10 keer (de maximale optische
zoomvergroting) tot 40 keer digitaal zoomen.
Voor het gebruik van de digitale zoom. Door de beelden digitaal te
verwerken en te vergroten, kunt u vanaf 10 keer (de maximale optische
zoomvergroting) tot 200 keer digitaal zoomen.
Raadpleeg “Momentopname” ( blz. 16).
Voor het opnemen van donkere scènes zonder de helderheid van het beeld te
veranderen.
Het beeld is helder maar ietwat ruwer.
De sluitertijd wordt automatisch ingesteld (1/25 — 1/200 sec.). Opname van
een onderwerp bij weinig licht met een sluitertijd van 1/25 levert een
helderder beeld dan met de AGC functie ingesteld. De bewegingen van het
onderwerp lopen echter niet soepel of natuurlijk. Het beeld kan wat korrelig
overkomen. Wanneer u in deze functie een onderwerp onder donkere
omstandigheden opneemt, zal “” worden getoond.
Het opname-indicatielampje licht op bij het starten van een opname.
In plaats van een piepsignaal zal er een melodietje gespeeld worden bij het
uitvoeren van bepaalde handelingen. Het gesimuleerde sluitergeluid zal ook
worden ingeschakeld ( blz. 16).
Het opname-indicatielampje licht op bij het starten van een opname.
Het geluidssignaal zal klinken wanneer de stroom wordt in- of uitgeschakeld
en aan het begin en het eind van een opname. Ook gebruikt om het sluitergeluidseffect te activeren ( blz. 16).
Het opname-indicatielampje blijft altijd opgelicht.
Zelfs al is het tijdens de opname niet te horen, het gesimuleerde geluid van
de sluiter zal wel op de band worden opgenomen.
U heeft dit cijfer nodig wanneer u de camcorder middels de J aansluiting
(JLIP) met een computer verbindt. De cijfers lopen van 01 t/m 99. Bij het
verlaten van de fabriek is 06 ingesteld.
: Fabrieksinstelling
OPMERKING:
De “ CAMERA MENU” instellingen gelden ook wanneer de bedieningschakelaar op “ ” en “ ” staat.
VERVOLG OP VOLGENDE BLADZIJDE
24 NE
Uitleg Menuscherm (vervolg)
DEMO.ON
MODE
CAMERA MENU
OFF
DISOFF
ON
SELF-TIMER
5SOFF
5S
ANIM.
TELEOFF
MACRO
ON
WIDEOFF
MODE
MANUAL MENU
CINEMA
SQUEEZE
PS-WIDE
OPNAME
Voor het demonstreren van diverse functies, bijvoorbeeld Programma AE met speciale
effecten, enz. en het controleren van de werking van deze functies. De demonstratie start
wanneer “DEMO. MODE” op “ON” is gesteld en het Menuscherm wordt gesloten. Door
een willekeurige bediening uit te voeren kan de demonstartie tijdelijk onderbroken worden.
Als u vervolgens langer dan een minuut niets doet, zal de demonstratie hervat worden.
OPMERKINGEN:
● De demonstratie kan niet worden gestart indien er een cassette in de camcorder is
geplaatst.
● “DEMO. MODE” zal aan (ON) blijven staan, ook al wordt de camcorder uit gezet.
● Als “DEMO. MODE” aan (ON) blijft staan, zullen sommige functies niet werken. Zet
deze functie uit (OFF) nadat u de demonstratie gezien heeft.
De automatische demonstratie wordt niet uitgevoerd.
Voor het stabiliseren van trillende beelden veroorzaakt door het bewegen van de
camera, vooral bij een sterke vergroting.
OPMERKINGEN:
● Een juiste stabilisatie is waarschijnlijk onmogelijk indien de camcorder te veel wordt
bewogen of onder de volgende omstandigheden:
• Bij het opnemen van onderwerpen die verticale of horizontale strepen hebben.
• Bij het opnemen van donkere of vage onderwerpen.
• Bij het opnemen van onderwerpen die sterk van achteren zijn belicht.
• Bij het opnemen van scènes die in verschillende richtingen bewegen.
• Bij het opnemen van scènes waarvan de achtergrond een laag contrast heeft.
● Schakel deze functie uit wanneer u de camcorder op een statief heeft geplaatst.
● De “” indicator knippert of gaat uit als de beeldstabilisator niet kan worden gebruikt.
Zie “Zelfontspanner” ( blz. 26).
Zie “5 seconden opnamen” (
Stelt u in staat slechts enkele beelden op te nemen. Door een onbeweeglijk onderwerp
op te nemen en de positie daarvan te veranderen tussen de verschillen de opnames
door, kunt het bij het afspelen doen lijken alsof het onderwerp beweegt ( blz. 27).
Normaliter is de afstand tot een onderwerp waarbij de lens in focus is afhankelijk van de
zoomvergroting. Tenzij het onderwerp op meer dan 1 meter afstand is, zal de
scherpstelling niet juist zijn wanneer geheel is ingezoomd. Met “ON” gekozen kunt u
een onderwerp zo groot als u wilt opnemen tot een afstand van ongeveer 60 centimeter.
• Afhankelijk van de zoompositie zal de lens mogelijk niet scherpstellen.
De opnamen worden gemaakt zonder de beeldverhouding te wijzigen. Voor weergave
op een TV met normale beeldverhoudingen.
Er worden zwarte balken onder en boven op het scherm toegevoegd. Tijdens weergave
op een breedbeeld-tv, worden de zwarte balken onder en boven op het scherm
verwijderd en krijgt het scherm de 16:9 verhouding.
gebruiksaanwijzing van uw breedbeeld-tv voor gebruik van deze functie. Bij weergave/
opname op een 4:3 TV/LCD-monitor/zoeker worden zwarte balken onder en boven op
het scherm toegevoegd en wordt het beeld met een 16:9 brievenbus
bioscoopverhouding getoond.
• De “CINEMA” functie is alleen mogelijk wanneer de MODE keuzeschijf op “VIDEO”
of “” staat.
Voor weergave op TV's met een aspectverhouding van 16:9. Het beeld wordt vergroot
om het scherm zonder vervorming te vullen. verschijnt. Zie de gebruiksaanwijzing
van uw breedbeeld-tv voor gebruik van deze functie. Het beeld wordt in verticale
richting vergroot bij weergave/opname op een 4:3 TV/LCD-monitor/zoeker.
• De “SQUEEZE” functie is alleen mogelijk wanneer de MODE keuzeschijf op “VIDEO”
of “” staat.
SW
verschijnt. Het zoombereik wordt vergroot to buiten het maximale bereik van de
groothoek van de optische zoom. De beeldhoek bij deze functie is vergelijkbaar met het
gebruik van een 0,7X voorzetlens. U kunt zoomen van 0,7X tot 10X. Deze functie is
handig wanneer u opnamen moet maken in een beperkte ruimte.
• De “PS-WIDE” functie is alleen mogelijk wanneer de MODE keuzeschijf op “
Geavanceerde functies (vervolg)
blz. 27).
verschijnt. Zie de
” staat.
: Fabrieksinstelling
NE25
WINDOFF
CUT
MANUAL MENU
ONLCD
SCREEN
DATE/AUTO
TIME
DISPLAY MENU
TIMEOFF
CODE
CLOCK ADJ.
ON
LCD/TV
SIMPLE
OFF
ON
ON
De functie voor het onderdrukken van de door de wind veroorzaakte ruis
wordt uitgeschakeld.
Voor het onderdrukken van de door de wind veroorzaakte ruis. “” wordt
getoond. De kwaliteit van het geluid verandert. Dit is normaal en duidt niet
op een defect.
De aanduidingen van het display (behalve de datum, tijd en tijdcode tijdens
weergave) van de camcorder verschijnen niet op het scherm van de
aangesloten TV.
De aanduidingen van het display van de camcorder verschijnen op het
scherm van de aangesloten TV.
Voorkomt dat de aanduidingen (met uitzondering van de transportindicator,
waarschuwingen, datum, tijd, tijdcode, enz.) in de camcorder verschijnen.
De aanduidingen van het display (behalve de datum, tijd en tijdcode tijdens
weergave) van de camcorder verschijnen niet op het scherm van de
aangesloten TV.
Toont in de volgende gevallen ongeveer 5 seconden lang de datum/tijd:
•Wanneer de POWER schakelaar van “OFF” naar “” of “”
wordt gezet.
•Wanneer de weergave begint. De camcorder laat de datum/tijd zien
wanneer scänes worden opgenomen.
•Wanneer de datum bij de weergave wordt veranderd.
De datum/tijd wordt niet getoond.
De datum/tijd wordt altijd getoond.
De tijdcode wordt niet getoond.
De tijdcode wordt getoond op de camcorder en ook op de aangesloten TV.
Beeldnummers worden niet getoond bij de opname.
Stelt u in staat de huidige datum en tijd in te stellen ( blz. 9).
: Fabrieksinstelling
OPMERKINGEN:
●
De “MANUAL MENU” instellingen zijn alleen van kracht wanneer de bedieningsschakelaar op “ ” staat.
●
De “DISPLAY MENU” functies die zijn ingesteld met de POWER schakelaar op “” zijn tevens van
kracht wanneer de POWER schakelaar op “” staat ( blz. 35). “CLOCK ADJ.” verschijnt alleen
wanneer de POWER schakelaar op “” staat.
●
De “DISPLAY MENU” instellingen zijn tevens van kracht wanneer de bedieningsschakelaar op “ ” staat.
●
De “ON SCREEN” instelling kan ook worden veranderd door op de DISPLAY toets op de afstandsbediening
(meegeleverd) te drukken ( blz. 39, 42, 49).
26 NE
START/STOP toets
SNAPSHOT (momentopname) toets
MENU keuzeschijf
Display
N
U
A
L
ME
M
A
1
R
R
N
E
T
U
D
I
S
–
T
S
I
E
M
E
R
L
F
5
S
T
E
L
E
W
I
D
E
W
I
N
D
Wanneer de START/STOP of
SNAPSHOT wordt ingedrukt zal
het opname-indicatielampje als
aangegeven veranderen:
O
O
M
A
C
R
O
M
O
D
E
C
U
T
OPNAME
Geavanceerde functies (vervolg)
Zelfontspanner
POWER schakelaar
Vergrendeltoets
Bedieningsschakelaar
Wanneer de camcorder klaar is gezet, kan de cameraman
op een natuurlijker manier deel worden van de op te
nemen scène, wat de perfecte afwerking geeft aan een
gedenkwaardige opname.
Zet de bedieningsschakelaar op “ ”, zet vervolgens
1
de POWER schakelaar op “” terwijl u de
vergrendeltoets op de schakelaar ingedrukt houdt en
trek de zoeker helemaal uit of klap de LCD monitor
helemaal open.
•U kunt de LCD-monitor maximaal 180 graden
kantelen zodat de monitor naar voren is gericht en
u uzelf tijdens de zelfopname op de monitor kunt
bekijken de zoeker moet echter zijn ingedrukt.
Druk MENU in. Het Menuscherm verschijnt.
2
Verdraai de MENU en kies “”. Druk de
3
keuzeschijf in.
Verdraai MENU, kies “SELF-TIMER” (zelfontspanner)
4
N
U
F
F
N
Menuscherm
Zelfontspanner
aanduiding
Begint te knipperen
(de zelfontspanner
begint te lopen)
en druk de keuzeschijf in. Het sub-menu verschijnt.
Verdraai de MENU, kies “ON” (aan) en druk de
keuzeschijf in. Het kiezen van de instelling is
hiermee afgesloten. Verdraai MENU, selecteer
“1RETURN” en druk de schijf twee keer in om het
Menuscherm te sluiten.
Om de zelfontspanner in te schakelen voor video-
5
opnamen, dient u vervolgens op de START/STOP te
drukken. Na 15 seconden zal er een piepsignaal
klinken en zal de video-opname beginnen. Om de
zelfontspanner-opname te stoppen, dient u de START/STOP nog een keer in te drukken. De camcorder gaat
nu weer in de opname-standbyfunctie.
OF
Druk op SNAPSHOT. Na 15 seconden zal er een
piepsignaal klinken en zal de opname van het
snapshot beginnen. Daarna gaat de camcorder weer
in de opname-standbyfunctie.
Om de zelfontspanner-opnamefunctie uit te
6
schakelen, dient u “OFF” (uit) te kiezen bij stap 4, of
de POWER schakelaar op “OFF” of de
bedieningsschakelaar op “ ” te zetten.
OPMERKING:
Als u “BEEP/TALLY” (Piep/opname-indicatie) “OFF” (uit)
gezet heeft ( blz. 23), zal het piepsignaal niet klinken
en zal het opname-indicatielampje niet oplichten.
Gaat uit (de snapshot opname
4
met de zelfontspanner begint)
Knippert snel
(de opname zal
zo beginnen)
Na ongeveer 15 seconden.
Stopt met knipperen en blijft
44
branden (de video-opname
met de zelfontspanner begint)
4
START/STOP toets
MODE keuzeschijf
SNAPSHOT (momentopname) toets
MENU keuzeschijf
Display
N
N
U
U
A
L
ME
M
A
1
R
R
N
E
T
U
D
I
S
–
T
S
I
E
M
E
R
L
F
5
S
T
E
L
E
W
I
D
E
W
I
N
D
F
F
O
M
5
S
A
C
R
O
A
M
N
IM.
O
D
E
C
U
T
POWER
schakelaar
Vergrendeltoets
Bedieningsschakelaar
Menuscherm
NE27
5 seconden opname
Neem een vakantie of een belangrijke gebeurtenis in clips
van 5 seconden op om de actie erin te houden. Deze
functie is alleen beschikbaar voor video-opnamen.
Zet de POWER schakelaar op “” terwijl u de
1
vergrendeltoets op de schakelaar ingedrukt houdt, zet
vervolgens de MODE keuzeschijf op “VIDEO” of
“” en zet tenslotte de bedieningsschakelaar op
“ ”. Trek de zoeker helemaal uit of klap de LCD
monitor helemaal open.
Druk MENU in. Het Menuscherm verschijnt.
2
Verdraai de MENU en kies “”. Druk de
3
keuzeschijf in en het “MANUAL MENU” zal
verschijnen.
Verdraai de MENU, kies “5S” en druk de keuzeschijf
4
in. Het sub-menu verschijnt.
Verdraai de MENU, kies “5S” en druk de keuzeschijf
5
in.
•Het “5S MODE” verschijnt.
Druk op de
6
indicatielampje gaat branden en er zal een piepsignaal
klinken om aan te geven dat de opname begint. Na 5
seconden gaat de camcorder weer in de
Opnamestandbyfunctie.
•Zelfs als u nog een keer, binnen 5 seconden nadat
de opname is begonnen, op
zal de opnamestandbyfunctie niet ingeschakeld
worden.
START/STOP
. Het opname-
de
START/STOP drukt,
Kies “OFF” by stap 5 om de 5S opnamefunctie te
7
annuleren.
Om een momentopname in de 5 Seconden OpnameFunctie te maken . . .
.... kies de gewenste momentopname-functie van het
Menuscherm, in plaats van bij stap 6 START/STOP in
te drukken, waarna u op SNAPSHOT drukt. De
camcorder neemt dan een stilbeeld op van 5
seconden ( blz. 16). Wanneer “5S” is ingesteld op“ANIM.” ( blz. 24), is deze mogelijkheid niet
beschikbaar.
OPMERKING:
Wanneer “5S” op “ANIM.” staat in het Menuscherm, is de
hele 5 Seconden Opname Functie niet beschikbaar. In
plaats daarvan wordt er een animatie-opname gemaakt
van slechts enkele beelden ( blz. 24).
28 NE
Fade/wipe-effecten
Met deze effecten krijgt u een professionele
overgang tussen scènes. Gebruik de effecten
bijvoorbeeld voor een dramatischere overgang
naar de volgende scène of het versoepelen van
de overgangen tussen scènes.
BELANGRIJK:
Sommige overgangseffecten kunnen niet
worden gebruikt met bepaalde functies van de
Programmabelichting met speciale effecten
( blz. 30). Als u een onbruikbaar Fade/Wipeeffect selecteert, zal de indicator knipperen of
uit gaan.
START/STOP toets
MODE keuzeschijf
POWER
schakelaar
Vergrendeltoets
Bedieningsschakelaar
OPNAME
Geavanceerde functies (vervolg)
FADE/WIPE-KEUZE (, , , , ,
, , , en )
Fade of Wipe werkt wanneer u begint met opnemen of
wanneer u stopt met opnemen.
Zet de POWER schakelaar op “” terwijl u de
vergrendeltoets op de schakelaar ingedrukt houdt, zet
1
vervolgens de MODE keuzeschijf op “VIDEO” of
“” en zet tenslotte de bedieningsschakelaar op
“ ”. Trek de zoeker helemaal uit of klap de LCD
monitor helemaal open.
Druk MENU in. Het Menuscherm verschijnt.
2
Verdraai de MENU en kies “”. Druk de
keuzeschijf in.
3
Verdraai de MENU, kies de gewenste functie en druk
vervolgens de keuzeschijf in. Hiermee is deze
4
instelling afgesloten.
•Het FADER/WIPE Menu verdwijnt en het effect is
gekozen. De indicator van het gekozen effect
verschijnt.
Druk op de START/STOP om de fade-in/out of wipein/out uit te voeren.
5
KIEZEN VAN BEELD WIPE OF OPLOSSEN
(, , , , , en )
Beeld wipe en oplossen begint bij het starten van de opname.
MENU keuzeschijf
Om de gekozen functie uit te schakelen . . .
.... kies “OFF” (uit) bij stap 4.
OPMERKINGEN:
●
U kunt de tijdsduur voor een fade of wipe
verlengen door de START/STOP ingedrukt te
houden.
●
Indien de spanning wordt uitgeschakeld na
opname van een scène, zal het eindpunt uit
het geheugen worden gewist, waardoor de
combinatie voor beeld wipe en oplossen niet
meer gebruikt kan worden. Wanneer dit
gebeurt, zal de indicator voor beeld wipe/
oplossen knipperen. Let er ook op dat de
spanning tevens automatisch wordt
uitgeschakeld als het toestel langer dan 5
minuten in de opnamestandbyfunctie heeft
gestaan.
●
Beeld Wipe/oplossen kan niet worden
gebruikt wanneer de MODE keuzeschijf op
“” staat.
●
Het geluid van het eind van de laatst
opgenomen scène wordt niet vastgelegd.
Voer de hierboven beschreven stappen 1 t/m 4 uit.
1
Activeer de opnamestandbyfunctie.
2
Met beeld wipe/oplossen tijdens de opnamefunktie
gekozen . . .
.... druk op de START/STOP wanneer de eerste
scène eindigt. Het eindpunt van de scène wordt
in het geheugen vastgelegd.
Met beeld wipe/oplossen tijdens de
opnamestandbyfunktie gekozen . . .
.... druk op de START/STOP om de opname te
starten en druk nogmaals op deze toets wanneer
de eerste scène eindigt. Het eindpunt van de
scène wordt in het geheugen vastgelegd.
Met beeld wipe/oplossen tijdens de
opnamestandbyfunktie gekozen maar na het
uitvoeren van een beeld wipe/oplossen . . .
.... het punt waar de scène eindigt is reeds in het
geheugen vastgelegd.
Wanneer u binnen 5 minuten na het eind van de
voorgaande opname een opname van een nieuwe
3
scène start (zonder de spanning van de camcorder
eerst te hebben uitgeschakeld) zal de voorgaande
scène met een wipe-out worden uitgeregeld en de
nieuwe scène worden getoond.
Menu de fondu et volet
NE29
Menu
FADER — WHITE
(WHITE FADER)
FADER — BLACK
(ZWARTE FADER)
FADER — B.W
(ZWARTE & WHITEFADER)
WIPE — CORNER
(HOEK WIPE)
WIPE — WINDOW
(VENSTER WIPE)
WIPE — SLIDE
(SCHUIF WIPE)
WIPE — DOOR
(DEUR WIPE)
WIPE — SCROLL
(ROLLENDE WIPE)
WIPE — SHUTTER
(SLUITER WIPE)
DISSOLVE
(OPLOSSEN)
WIPE — CORNER
(HOEK WIPE)
WIPE — WINDOW
(VENSTER WIPE)
WIPE — SLIDE
(SCHUIF WIPE)
WIPE — DOOR
(DEUR WIPE)
WIPE — SCROLL
(ROLLENDE WIPE)
WIPE — SHUTTER
(SLUITER WIPE)
RANDOM
(WILLEKEURIGE FADER)
Effect
Een fade-in of fade-out vanuit of naar een wit scherm.
Een fade-in of fade-out vanuit of naar een zwart scherm.
Een fade-in vanuit een zwart/wit scherm naar een gekleurd scherm of
een fade-out vanuit een gekleurd scherm naar een zwart/wit scherm.
Een wipe-in op een zwart scherm vanaf de rechterbovenhoek naar de
linkeronderhoek, of een wipe-out vanaf de linkeronderhoek naar de
rechterbovenhoek tot een zwart scherm.
De scène start in het midden van een zwart scherm en verloopt
geleidelijk naar de hoeken of komt vanuit de hoeken op en verloopt
geleidelijk naar het midden.
Een wipe-in vanaf rechts naar links of een wipe-out vanaf links naar
rechts.
Een wipe-in als twee helften van een zwart scherm die naar links en
rechts als een deur openen, of een wipe-out vanaf de linker- en
rechterkant waardoor de scène wordt bedekt en een zwart scherm
wordt getoond.
De scène komt vanaf de onderkant op en verloopt naar de bovenkant
van een zwart scherm, of verloopt vanaf de bovenkant naar de
onderkant naar een zwart scherm.
Een wipe-in vanuit het midden van een zwart scherm naar de bovenen onderkant, of een wipe-out van de onder- en bovenkant naar het
midden, met een zwart scherm als resultaat.
De tweede scène komt geleidelijk op terwijl de eerste scène
geleidelijk verdwijnt.
De tweede scène komt vanaf de rechterbovenhoek naar de
linkeronderhoek over de eerste scène op.
De tweede scène komt geleidelijk vanuit het midden van het scherm
naar de hoeken op en bedekt de eerste scène.
De tweede scène komt geleidelijk vanaf rechts naar links over de
eerste scène op.
De eerste scène verloopt vanaf het midden naar de rechter- en
linkerkant van het scherm als een deur die wordt open gedrukt
waarachter de volgende scène ligt.
De tweede scène komt vanaf de onderkant van het scherm naar de
bovenkant op en bedekt de eerste scène.
De nieuwe scène komt vanaf het midden van het scherm naar de
boven- en onderkant op en bedekt de eerste scène.
Met deze functie geactiveerd wordt willekeurig een effect voor de
overgang gekozen (uit , , , , , , , , en
). De functie voor beeld wipe/oplossen kan niet worden gebruikt.
30 NE
BELANGRIJK:
Sommige functies van de Programma AE met
speciale effecten kunnen niet worden gebruikt
met bepaalde fade/wipe-effecten ( blz. 29).
Als u een onbruikbare functie selecteert, zal de
indicator knipperen of uit gaan.
MODE keuzeschijf
POWER
schakelaar
Vergrendeltoets
Bedieningsschakelaar
MENU keuzeschijf
Display
P
/
.
ECCHT
E
A
F
F
4
1/50
1/100
1/250
E
1
S
W
1
L
O
2
S
W
2
L
O
E
E
V
I
O
S
H
S
H
S
H
O
O
D
F
F
1/50
R
T
T
E
U
1/100
R
T
T
E
U
1/250
R
T
T
E
U
Menuscherm
OPNAME
Geavanceerde functies (vervolg)
Programma AE met speciale effecten
Zet de bedieningsschakelaar op “ ”, zet vervolgens
1
de POWER schakelaar op “” terwijl u de
vergrendeltoets op de schakelaar ingedrukt houdt en
trek de zoeker helemaal uit of klap de LCD monitor
helemaal open.
Druk MENU in. Het Menuscherm verschijnt.
2
Verdraai de MENU en kies “”. Druk de
3
keuzeschijf in.
Verdraai de MENU, kies de gewenste functie en druk
4
vervolgens de keuzeschijf in. Hiermee is deze
instelling afgesloten.
•Het P.AE/EFFECT menu verdwijnt en het effect van
de gekozen functie is ingesteld. Het symbool van de
gekozen functie verschijnt.
Om de gekozen functie uit te schakelen . . .
.... kies “OFF” (uit) bij stap 4.
OPMERKING:
U kunt het programma AE met speciale effecten zowel
tijdens opname als opnamestandby veranderen.
NE31
TWILIGHT
(Schemerlicht)
Voor een natuurgetrouwe opname van
avondscènes.
De witbalans ( blz. 33) wordt normaliter op
gesteld. Met schemerlicht gekozen zal de
scherpstelling automatisch op ongeveer 10 meter
tot oneindig worden gesteld. U moet handmatig
scherpstellen op onderwerpen die binnen
10 meter van de lens liggen.
SEPIA (Sepia)
Uw opname krijgen een bruinachtige gloed,
netzoals bij oude foto’s. Gebruik dit effect in
combinatie met de bioscoopfunctie voor een
nostalgische opname.
MONOTONE (Zwart/wit)
Uw opname is zwart/wit net zoals bij oude
bioscoopfilms. Gebruik tezamen met de
bioscoopfunctie voor een sterker effect van een
nostalgische “klassieke film”.
CLASSIC FILM
(Klassieke film)
De opgenomen scènes krijgen een licht
stroboscoopeffect.
STROBE
(Stroboscoop)
Uw opnamen zien er uit als een aantal
opeenvolgende stilbeelden.
VIDEO ECHO*
(Videoecho)
Het beeld krijgt een “schaduw” voor fantasievolle
opnamen. Er kan niet meer dan 10X worden
ingezoomd.
SLOW
(Langzame sluiter)
Voor een heldere opname van donkere onderwerpen
of zelfs helderder dan bij natuurlijke verlichting.
Gebruik “SLOW” alleen wanneer het donker is.
SLOW 1
Door een langzame sluitertijd wordt de
lichtgevoeligheid verhoogd zodat u ook als het
donkerder wordt kunt blijven opnemen.
SLOW 2
Een nog langzamere sluitertijd verhoogt de
lichtgevoeligheid nog meer, zodat u als het nog
donkerder wordt nog steeds kunt blijven opnemen.
OPMERKINGEN:
●
Met “SLOW” krijgen de beelden een
stroboscoopachtig effect.
●
Als de indicator voor de handmatige
scherpstelling gaat knipperen wanneer u
“SLOW” gebruikt, dient u met de hand scherp te
stellen en een statief te gebruiken.
SHUTTER (Variabele sluitersnelheid)
1/50 – De sluitertijd is op 1/50ste seconde gesteld.
De zwarte balk die normaliter verschijnt bij
opname van een TV-scherm wordt nu smaller.
1/100 –
De sluitertijd is op 1/100ste seconde gesteld.
Het flikkeren bij opname met neonverlichting of een
kwiklamp wordt verminderd.
1/250 – Deze tijden kunt u gebruiken voor het
beeld-voor-beeld opnemen van snel bewegende
onderwerpen zodat de normale weergave later
levendig en slow-motion beelden stabiel zijn. Des
te sneller de sluitertijd, des te donkerder het beeld.
Gebruik daarom uitsluitend bij een goede
verlichting.
*
Alleen beschikbaar wanneer de MODE keuzeschijf op “VIDEO” staat.
32 NE
OPNAME
Belichtingsregeling
Stel de belichting handmatig in onder de volgende
omstandigheden:
•Wanneer het onderwerp tegenbelicht wordt of
wanneer de achtergrond te helder is.
•Wanneer u een onderwerp bij een reflecterende
achtergrond opneemt, bijvoorbeeld bij opnamen
op het strand of in de sneeuw.
•Wanneer de achtergrond te donker is of het
onderwerp te licht.
Zet de bedieningsschakelaar op “ ”, zet
1
vervolgens de POWER schakelaar op “”
terwijl u de vergrendeltoets op de schakelaar
ingedrukt houdt en trek de zoeker helemaal uit
of klap de LCD monitor helemaal open.
Druk op EXPOSURE. De aanduiding “EXP.” en
2
de belichtingsindicator zullen verschijnen.
Draai de MENU naar “+” om het beeld lichter
3
te maken, of naar “–” om het beeld donkerder
te maken. (maximum ±6)
Druk op MENU. De belichting is nu ingesteld.
4
“EXP.” gaat uit.
Weer instellen van de automatische belichting . . .
..... dient u op EXPOSURE te drukken of de
bedieningsschakelaar op “ ” te zetten.
Om het onderwerp snel lichter te maken . . .
..... kunt u op BACKLIGHT drukken. De aanduiding
wordt getoond en het onderwerp zal lichter worden
gemaakt. Als u nog een keer op dezelfde toets drukt,
zal de aanduiding verdwijnen en zal het
onderwerp weer net zo belicht worden als voorheen.
• Een belichtingscorrectie van +3 heeft hetzelfde effect
als de BACKLIGHT toets.
• Bij gebruik van BACKLIGHT (tegenlichtcompensatie)
is het mogelijk dat het licht rond het onderwerp te
helder wordt en dat het onderwerp verbleekt.
• Tegenlichtcompensatie is ook mogelijk wanneer de
bedieningsschakelaar op
“ ”
staat.
Geavanceerde functies (vervolg)
Diafragmavergrendeling
Gebruik deze functie in de volgende situaties:
•Wanneer u een bewegend onderwerp opneemt.
•Wanneer de afstand tot het onderwerp verandert
(zodat de grootte van het onderwerp in de zoeker of
op de LCD-monitor verandert), bijvoorbeeld wanneer
het onderwerp zich van u vandaan beweegt.
•Wanneer u een onderwerp bij een reflecterende
achtergrond opneemt, bijvoorbeeld bij opnamen
op het strand of in de sneeuw.
•Wanneer u onderwerpen opneemt die door een
spot worden belicht.
•Bij het zoomen.
Vergrendel het diafragma wanneer het onderwerp
zeer dichtbij is. Het beeld zal niet donkerder worden
wanneer het onderwerp verder van de lens verplaatst.
Voer de stappe 1 en 2 van “Belichtingsregeling” uit
voor u aan de volgende stappen begint.
Stel de zoom in zodat het beeld de gehele LCDmonitor of zoeker vult. Houd MENU langer dan
3
2 seconden ingedrukt. De belichtingsindicator
en “ ” zullen verschijnen. Druk de MENU in.
De aanduiding “ ” zal veranderen in “” en
het diafragma zal worden geblokkeerd. “EXP.”
gaat uit.
BACKLIGHT toets (
Bedieningsschakelaar
MENU keuzeschijf
Weer instellen van het automatische diafragma . . .
..... dient u EXPOSURE in te drukken zodat de
belichtingsindicator en “ ” verdwijnen. Of u kunt
de bedieningsschakelaar op “ ” zetten.
Vergrendelen van de belichting en het diafragma . . .
..... Stel na stap 2 de belichting in door MENU te
verdraaien. Vergrendel vervolgens het diafragma in
stap 3. Voor een automatische vergrendeling moet u
en vervolgens in stap 2 nog eens op de EXPOSURE
drukken. Het diafragma wordt na ongeveer 2
seconden automatisch ingesteld.
Diafragma
Net als de pupillen van uw ogen, zal de diafragmaopening kleiner worden als er veel licht is, zodat er niet
teveel licht binnen kan vallen, en zal de diafragmaopening groter worden als het donkerder is om meer
licht binnen te laten.
2
)
EXPOSURE toets (
POWER schakelaar
Diafragmavergrendelindicator
4
EX0P.
/6)
Instellen van de witbalans
Een juiste witbalans zorgt voor een juiste reproductie
van de kleuren onder verschillende
lichtomstandigheden. Een juiste witbalans maakt een
correctie zodat alle kleuren natuurgetrouw worden
getoond.
De witbalans wordt normaliter automatisch
ingesteld. Meer ervaren camcordergebruikers willen
de witbalans echter mogelijk handmatig instellen
voor professionelere kleuren en tinten.
Zet de bedieningsschakelaar op “ ”, zet
1
vervolgens de POWER schakelaar op “”
terwijl u de vergrendeltoets op de schakelaar
ingedrukt houdt en trek de zoeker helemaal uit
of klap de LCD monitor helemaal open.
Druk MENU in. Het Menuscherm verschijnt.
2
NE33
Gebruik van de handmatige witbalans
Stel de witbalans handmatig in bij opnamen onder
verschillende lichtbronnen.
Voer stappen 1 t/m 4 van het instellen van de
1
witbalans uit, en kies “ MAN.”.
Houd een vel wit papier voor het onderwerp.
2
Zoom of verplaats zodat het witte papier het
scherm geheel vult.
Druk op MENU totdat begint te knipperen.
3
stopt te knipperen wanneer de instelling is
gemaakt.
Druk op MENU. “W.BAL.” dooft en “MANUAL”
4
wordt daarvoor in de plaats getoond en
uitsluitend de handmatige witbalansindicator
wordt getoond.
Verdraai de MENU, kies “” en druk de
3
keuzeschijf in. Het “W.BALANCE” menu zal
verschijnen.
Verdraai MENU, selecteer “MANUAL” en druk
4
de schijf in. Het Menuscherm zal plaats maken
voor “W.BAL” (witbalans) en de instelling op dit
moment. Verdraai de keuzeschijf om de
gewenste instelling te kiezen.
“MAN.” –Voor het opnemen van een
“”–Buitenshuis op een zonnige dag.
“”– Buitenshuis op een bewolkte dag.
“”–Bij gebruik van een videolamp of een
Druk de MENU keuzeschijf in. Hiermee is de
5
instelling afgesloten.
Weer instellen van de automatische witbalans . . .
.... Kies in stap 4 “AUTO”. Of u kunt de
bedieningsschakelaar op “ ” zetten.
OPMERKING:
De witbalans kan niet worden ingesteld bij gebruik
van het sepia of zwart/wit effect ( blz. 31).
onderwerp waarvoor de
witbalans reeds is ingesteld.
dergelijke verlichting.
POWER schakelaar
Wit papier
Vergrendeltoets
Bedieningsschakelaar
MENU keuzeschijf
Veranderen van de tint voor opname . . .
.... Gebruik in stap 2 een vel gekleurd papier. De
witbalans wordt nu op basis van de kleur
ingesteld waardoor de tint wordt veranderd.
Gebruik rood papier voor dieper groen; blauw
papier voor een oranje-achtige tint; geel papier
voor dieper paars.
OPMERKINGEN:
●
In stap 2 is het scherpstellen op een stuk wit papier
mogelijk moeilijk. U moet in dat geval handmatig
scherpstellen ( blz. 19).
●
Een onderwerp kan onder diverse
lichtomstandigheden binnen worden opgenomen
(natuurlijk licht, neonlampen, kaarslicht, enz.).
Daar de kleurtemperatuur verschillend is
afhankelijk van de lichtbron, zal de tint verschillen
afhankelijk van de witbalansinstelling. Gebruik
deze functie voor een natuurgetrouw resultaat.
●
De instelling voor de handmatige witbalans blijft in
het geheugen bewaard wanneer u de spanning
uitschakelt of de accu ontkoppelt.
34 NE
WEERGAVE
Basisbediening weergave
S
O
U
P
X
E
T
H
G
I
L
K
C
A
B
Stoptoets (5)
Motorzoomhendel (VOL.)
MENU
keuzeschijf
Luidspreker
R
E
Weergavetoets/
pauzetoets (
Snel doorspoeltoets (3)
F
O
C
U
S
Terugspoeltoets (2)
4
/6)
Plaats een cassette ( blz. 10).
1
Zet vervolgens de POWER schakelaar op “”
2
terwijl u de vergrendeltoets ingedrukt houdt. Druk op
4
/6 om de weergave te starten.
•Druk op 5 om de weergave te stoppen.
POWER
schakelaar
•Druk tijdens de stopfunctie op 2 om de band terug
te spoelen of op 3 om de band snel door te spoelen.
Om het volume van de luidspreker te regelen . . .
..... dient u de motorzoomregelaar (VOL.) naar “+” te duwen
om het volume te verhogen, of naar “–” om het volume te
verlagen.
OPMERKINGEN:
●
Als de Stop-functie 5 minuten voortduurt met een accu als
stroomvoorziening, zal de camcorder zichzelf automatisch
uitschakelen. Om de camcorder weer aan te zetten, dient u
eerst de POWER schakelaar naar “OFF” te draaien en
vervolgens naar “”.
●
U kunt het afgespeelde beeld op de LCD-monitor bekijken,
in de zoeker, of op een aangesloten TV ( blz. 38).
●
U kunt het weergegeven beeld ook via de LCD monitor
bekijken, deze helemaal omkeren en dan tegen de body van
de camcorder drukken.
●
Aanduidingen op de LCD-monitor of in de zoeker:
•
Wanneer het toestel van stroom wordt voorzien door een
Vergrendeltoets
accu: de “” indicator voor resterende accuspanning
wordt getoond.
Wanneer het toestel van stroom wordt voorzien via het
gelijkstroomsnoer: “” zal niet getoond worden.
•
Er worden geen aanduidingen getoond wanneer het
toestel gestopt is.
●
Wanneer er een kabel is aangesloten op de AV OUT aansluiting,
zal er geen geluid geproduceerd worden via de luidspreker.
Stilbeeldweergave:
1) Druk tijdens weergave op 4/6.
2) Druk nogmaals op 4/6 om de weergave voort te zetten.
●
De stopfunctie wordt automatisch ingesteld indien er langer dan 3 minuten een stilbeeld met de camcorder
wordt getoond. De spanning van de camcorder wordt automatisch uitgeschakeld indien de stopfunctie langer
dan 5 minuten is geactiveerd.
●
Wanneer
4
/6
ingedrukt is, is het mogelijk dat het beeld niet onmiddellijk pauzeert omdat de camcorder het beeld
Pauzeren tijdens weergave.
nog moet stabiliseren.
Snelzoeken: Met hoge snelheid in voor- of achterwaartse richting zoeken.
1) Druk op 3 voor versnelde weergave in voorwaartse richting of op 2 voor versnelde weergave in
achterwaartse richting.
2) Druk op 4/6 om de normale weergave weer voort te zetten.
●
Houd tijdens weergave de 2 of 3 toets ingedrukt. Het zoeken zal doorgaan zo lang u de toets ingedrukt
houdt. De normale weergave start weer als u de toets loslaat.
●
Tijdens het zoeken met hoge snelheid krijgt het beeld mogelijk een mozaïekachtig effect. Dit is normaal en
duidt niet op een defect.
Beeld-voor-beeld weergave:Stelt u in staat beeld-voor-beeld te laten weergeven.
1) Schakel de stilbeeldweergave in.
2) U kunt ook MENU naar “+” verdraaien om het volgende beeldje te laten weergeven, of naar “–” om het vorige
beeldje weer te laten geven bij stilstaande weergave.
Druk op 4/6 om de normale weergave te hervatten.
●
U kunt ook de afstandsbediening (bijgeleverd) gebruiken voor beeld-voor-beeld weergave ( blz. 46).
Slow-motion weergave, Weergave zoom en Weergave speciale effecten
Uitsluitend instelbaar met de afstandsbediening (bijgeleverd) ( blz. 46, 47).
WEERGAVE
START/STOP toets
Geavanceerde functies
Weergavemenu
POWER
schakelaar
De volgende handelingen zijn van toepassing op het
maken van alle instellingen uitgezonderd voor Synchro
Comp ( blz. 52, 53).
NE35
Vergrendeltoets
MENU keuzeschijf
Display
U
O
V
M
EN
I
D
1
S
S
R
B
1
O
D
E
R
E
T
U
R
N
T
M
O
U
N
D
1
2
B
I
T
Y
N
C
H
R
E
C
M
O
L
A
N
K
D
I
S
P
R
E
T
U
R
N
S
C
R
A
T
E
/
T
T
I
M
E
C
E
O
D
E
S
S
O
M
U
O
D
E
O
S
O
U
D
E
S
R
C
H
M
E
N
U
Y
L
A
N
N
E
E
M
E
I
O
F
F
D
E
O
O
N
R
N
N
E
O
D
D
L
R
Menuscherm
OPMERKINGEN:
●
Het is ook mogelijk de in-beeld display
instellingen te wijzigen door op DISPLAY op
de afstandsbediening (bijgeleverd) te
drukken.
●
De “REC MODE” opnamefunctie kan worden
ingesteld wanneer de bedieningsschakelaar
op “ ” staat ( blz. 11, 23).
●
Als “ON SCREEN” op “SIMPLE” staat, zullen
de aanduidingen van de camcorder (met
uitzondering van de datum, de tijd en de
tijdcode) niet op de aangesloten TV
verschijnen. Hierdoor verdwijnen ook de
aanduiding van de geluidsweergavefunctie en
bandtransportsnelheid van het scherm van de
camcorder.
Zet de POWER schakelaar op “” terwijl u de
1
vergrendeltoets ingedrukt houdt.
Druk de MENU in. Het Menuscherm zal verschijnen.
2
Verdraai de MENU, kies het pictogram van de
3
gewenste functie en druk de keuzeschijf in. Het
bijbehorende functiemenu zal nu verschijnen.
Dient u de MENU te verdraaien om de gewenste
4
functie te kiezen en vervolgens de keuzeschijf in te
drukken. Het betreffende sub-menu zal verschijnen.
Verdraai de MENU, kies de te wijzigen instelling en
5
druk de keuzeschijf in. Het kiezen van de instelling is
hiermee afgerond.
Verdraai MENU, selecteer “1RETURN” en druk de
6
schijf twee keer in om het Menuscherm te sluiten.
SOUND MODE
12BIT MODE
SYNCHRO
REC MODE
VIDEO MENU
BLANK SRCH
ON SCREEN*
DATE/TIME*
DISPLAY MENU
TIME CODE*
* Elke instelling is verbonden met het “DISPLAY MENU”
dat verschijnt wanneer de bedieningsschakelaar op “ ”
wordt gezet ( blz. 25). De instelmogelijkheden zijn
dezelfde zoals staan vermeld op blz. 25.
blz. 36.
blz. 36.
blz. 53.
Stelt u in staat de gewenste videoopnamefunctie in te stellen (SP of
LP) ( blz. 11).
Hiermee kunt u een blanco stuk op
de band opzoeken wanneer u een
opname ergens in het midden van
de band wilt laten beginnen
( blz. 37).
Laat de aanduidingen van de
camcorder verschijnen/verdwijnen
op het scherm van een aangesloten
TV.
Laat de datum/tijd verdwijnen/
verschijnen op de camcorder.
Laat de tijdcode verdwijnen/
verschijnen op de camcorder.
VERVOLG OP VOLGENDE BLADZIJDE
36 NE
WEERGAVE
Geavanceerde functies (vervolg)
Weergavegeluid
Tijdens weergave bepaalt de camcorder automatisch met welke geluidsfunctie de opname was gemaakt. Kies
indien gewenst echter het geluid dat u voor de weergave wilt gebruiken. Kies “SOUND MODE” of “12BIT
MODE” van het Menuscherm volgens de uitleg op blz. 35 en wijzig de gewenste instellingen.
STEREO
SOUND MODE
12BIT MODE
: Fabrieksinstelling
OPMERKINGEN:
●
De “SOUND MODE” (geluidsfunctie) instelling is beschikbaar voor zowel 12-bits als 16-bits
geluidssignalen. (In de beschrijving van voorgaande modellen wordt “12-bits” “32 kHz” en “16-bits”“48 kHz” genoemd.)
●
De camcorder kan niet bepalen met welke geluidsfunctie de opname is gemaakt wanneer er snel vooruit of
terug gespoeld wordt. Tijdens weergave wordt de geluidsfunctie in de linkerbovenhoek getoond.
SOUND L
SOUND R
SOUND 1
SOUND 2
MIX
Zowel het “L” als het “R” kanaal wordt in stereo weergegeven.
Het geluidssignaal van het “L” kanaal wordt in stereo weergegeven.
Het geluidssignaal van het “R” kanaal wordt in stereo weergegeven.
Het originele geluid wordt zowel via het “L” als het “R” kanaal in
stereo weergegeven.
Het gedubde geluid wordt zowel via het “L” als het “R” kanaal in
stereo weergegeven.
Het originele en het gedubde geluid worden gecombineerd en zowel
via het “L” als het “R” kanaal in stereo weergegeven.
Display
ON SCREEN (In-beeld) instelling:
Voor geluidsweergave, bandsnel
en bandtransport.
12
BIT/SOUND1SP
4
DATE/TIME instelling:
Voor de datum/tijd aanduiding.
TIME CODE (tijdcode) instelling:
Voor de tijdcode aanduiding.
25. 1127.:030
0
TC
12:34:24
Beelden*
Seconden
Minuten
* 25 beelden = 1 seconde
Stoptoets (5)
POWER schakelaar
NE37
Opzoeken blanco stukken
Deze functie helpt u een plek in het midden van de band
te vinden van waar u een nieuwe opname kunt beginnen
zonder de tijdcode van de band te verstoren ( blz. 18).
MENU keuzeschijf
Display
V
I
D
O
E
T
U
E
1
R
R
N
N
U
D
S
M
O
O
I
B
T
1
2
M
O
N
C
S
Y
H
O
R
C
E
R
M
D
E
O
A
N
L
B
K
S
R
BL ANK SEARCH
Vergrendeltoets
Doe een cassette in de camcorder ( blz. 10) en zet
1
de POWER schakelaar op “” terwijl u de
vergrendeltoets op de schakelaar ingedrukt houdt.
Druk het MENU in. Het Menuscherm zal
2
verschijnen.
Verdraai het MENU, kies “” en druk het wieltje in.
3
Het “VIDEO MENU” zal verschijnen.
Verdraai het MENU, kies “BLANK SRCH” en druk het
4
wieltje in. Het Sub-menu zal verschijnen.
Verdraai het MENU, kies “EXECUTE” en druk het
5
wieltje in.
•De aanduiding “BLANK SEARCH” gaat knipperen,
U
M
EN
D
E
D
E
C
AXNECCEUL
C
H
E
Menuscherm
TE
de camcorder gaat vervolgens automatisch vooruit
of terug snelzoeken en zal stoppen op een punt dat
ongeveer 3 seconden ligt voor het begin van het
gevonden blanco stuk.
Als u het zoeken naar een blanco stuk halverwege wilt
annuleren . . .
.... dient u op 5 te drukken.
OPMERKINGEN:
●
44
Als bij stap 5 het zoeken wordt begonnen aan het begin
van een blanco stuk, zal de camcorder terug snelzoeken
naar een blanco stuk, terwijl de camcorder vooruit zal
gaan snelzoeken als er iets is opgenomen op de huidige
positie op de band bij stap 5.
●
Als de melding “HEAD CLEANING REQUIRED. USE
CLEANING CASSETTE” (Koppen moeten worden
schoongemaakt. Gebruik reinigingscassette.) is
verschenen toen u de cassette in het toestel deed, zal de
functie voor het opzoeken van blanco stukken niet
werken.
●
Als tijdens het zoeken naar een blanco stuk het begin of
het einde van de band wordt bereikt, zal de camcorder
automatisch stoppen.
●
Blanco stukken van minder dan 5 seconden kunnen niet
worden opgezocht.
●
Het gevonden blanco stuk kan tussen twee reeds
opgenomen sc nes liggen. Voor u begint op te nemen
moet u daarom controleren of er zich na het gevonden
blanco stuk geen ander materiaal bevindt.
38 NE
VERBINDINGEN
Basisverbindingen
Hier vindt u wat voorbeelden voor basisverbindingen. Zie tevens de gebruiksaanwijzingen van uw
videorecorder en TV voor het aansluiten.
A. Verbinden met een TV of videorecorder met SCART aansluiting die uitsluitend compatibel is met
normale videosignalen
Naar TV of
TV
Videorecorder
videorecorder
Kabeladapter
(bijgeleverd)
Wit naar AUDIO L
Rood naar AUDIO R
A/V-kabel
[ministekker naar
RCA (tulp) stekker]
(bijgeleverd)
Naar de
AV OUT
aansluiting
Zet op CVBS
* Open deze afdekking voor het verbinden van de kabels.
Geel naar VIDEO
Aansluitingafdekking*
B. Verbinden met een TV of videorecorder met SCART aansluiting die compatibel is met Y/C signalen
Vastzetten op het Docking station
1 Pas richtpen en de schroef op het
Docking station in het richtgaatje en de
statiefaansluiting van de camcorder.
2 Draai de schroef vast.
•Wanneer u de camcorder van het
Docking station af wilt halen moet u
eerst de schroef losdraaien en
vervolgens de camcorder van het
Docking station afnemen.
Naar TV of
videorecorder
TV
Videorecorder
Kabeladapter
(bijgeleverd)
Zet op Y/C
Wit naar AUDIO L
Rood naar AUDIO R
Geel naar VIDEO*
Naar -IN
12
Statiefaansluiting
Geleidegat
Geleidepen
Schroef
A/V-kabel
[RCA (tulp) naar
RCA stekker]
(los verkrijgbaar)
S-videokabel
(los verkrijgbaar)
Geel naar VIDEO*
Rood naar AUDIO R
Wit naar AUDIO L
Naar S
* Sluit deze aan wanneer de S-Videokabel niet gebruikt wordt.
NE39
C.
Verbinden met een TV of videorecorder met S-VIDEO IN en/of A/V ingang (RCA type) aansluitingen
Naar TV of videorecorder
Geel naar VIDEO IN
Zonder gebruik van
pp
p
pp
( )
de S-videokabel
Geel naar VIDEO
[[
[
[[
TV
Wit naar AUDIO L IN
Videorecorder
Let er op dat alle apparaten uitgeschakeld zijn.
Rood naar AUDIO R IN
Naar S-VIDEO IN
A/V-kabel
[RCA (tulp) naar
RCA stekker]
(los verkrijgbaar)
S-videokabel
(los verkrijgbaar)
1
Verbind de camcorder met een TV of
2
videorecorder zoals in de afbeelding wordt
aangegeven ( blz. 38, 39).
Bij gebruik van een videorecorder
. . . . . . . . . ga naar stap 3.
Zo niet . . . ga naar stap 4.
Verbind de videorecorder-uitgang met de TV-
3
ingang, zie de gebruiksaanwijzing van uw
videorecorder.
Schakel de camcorder, videorecorder en TV in.
4
Schakel de videorecorder in de AUX
5
ingangsfunctie en de TV in de VIDEO functie.
Keuze voor wel of niet tonen van de volgende
aanduidingen op de aangesloten TV . . .
•Datum/tijd
.... stel “DATE/TIME” op “AUTO”, “ON” of “OFF”
via het Menuscherm ( blz. 35).
•Tijdcode
.... stel “TIME CODE” op “ON” of “OFF” via het
Menuscherm ( blz. 35).
•De geluidsweergavefunctie, bandtransportsnelheid
en bandtransport displays
.... zet “ON SCREEN” op “LCD” of “SIMPLE” via
het Menuscherm ( blz. 35). Of druk op
DISPLAY op de afstandsbediening.
Wit naar AUDIO L
Rood naar AUDIO R
Naar S
OPMERKINGEN:
●
Gebruik bij voorkeur de netadapter/lader als
spanningsbron in plaats van de accu ( blz. 7).
●
Let er op dat u de kabeluiteinden die zijn voorzien
van kernfilters aansluit op de camcorder.
Kernfilters verminderen interferentie.
●
Om de beelden en het geluid van de camcorder te
kunnen volgen zonder een cassette in het toestel te
doen, zet u de POWER schakelaar op “” en
vervolgens zet u uw TV in de juiste stand.
●
Controleer dat het volume van de TV in de
minimale stand is gesteld alvorens de weergave
van de camcorder te starten. Het geluid zou anders
bij het inschakelen van de camcorder mogelijk
veel te hard klinken.
●
Indien u een TV of luidsprekers heeft die niet
speciaal zijn afgeschermd, moet u de luidsprekers
niet in de buurt van de TV plaatsen daar dit ruis in
het weergavebeeld van de camcorder veroorzaakt.
●
Terwijl de Audio/Video kabel is aangesloten op de
AV OUT aansluiting, komt er geen geluid uit de
luidspreker.
●
Druk de video-uitgangsschakelaar van de
kabeladapter in de vereiste stand:
Y/C : Bij een verbinding met een TV of
videorecorder die geschikt is voor Y/C
signalen en met een S-videokabel is
aangesloten.
CVBS : Bij een verbinding met een TV of
videorecorder die niet geschikt is voor Y/C
signalen en met een audio/videokabel is
aangesloten.
40 NE
PC met een
capture-kaart met
een DV-aansluiting
Naar de DVaansluiting
Kernfilter
DV kabel*
Naar
DV OUT
PC
verbindingskabel
(bijgeleverd)
Kernfilter
Open de
aansluitingafdekking.
VERBINDINGEN
PC
Naar de
RS-232C
poort
Naar
de PC
Geavanceerde verbindingen
Aansluiten op een Personal Computer
Deze camcorder kan stilbeelden overdragen aan een
personal computer door middel van de meegeleverde
software, wanneer zij op elkaar aangesloten zijn zoals
aangegeven in de illustratie. Het is ook mogelijk om
stilbeelden over te dragen aan een personal computer die
voorzien is van een capture-kaart met een DV-aansluiting.
Verzeker u ervan dat de camcorder en de PC uit zijn.
1
Sluit het Docking station aan op uw PC met de juiste
2
kabel zoals aangegeven in de afbeelding.
•Zie “Vastzetten op het Docking station” op blz. 38
om de camcorder op het Docking station te zetten.
Zet de POWER schakelaar van de camcorder op
3
“” terwijl u de vergrendeltoets op de
schakelaar ingedrukt houdt en zet de PC aan.
OPMERKINGEN:
●
Het is beter om de netadapter/lader als
stroomvoorziening voor de camcorder te gebruiken
dan een accu ( blz. 7).
●
Sluit nooit de PC verbindingskabel en de DV kabel
tegelijk aan op de camcorder. Sluit alleen die kabel aan
die u daadwerkelijk gaat gebruiken.
●
De datum/tijd informatie kan niet door de PC worden
overgenomen.
●
Raadpleeg de handleidingen van de meegeleverde
software.
●
Raadpleeg tevens de handleiding van de fabrikant voor
de capture-kaart met DV-aansluiting.
* Gebruik de met de capture-kaart meegeleverde
DV kabel.
POWER schakelaar
Vergrendeltoets
POWER schakelaar
Vergrendeltoets
Naar de
DV IN
aansluiting
Digitale Printer
Open de
aansluitingafdekking.
Naar DV OUT
Kernfilter
DV kabel
(los verkrijgbaar)
Kernfilter
Naar de
DVaansluiting
Video-apparaat
met een DV
ingangsaansluiting
Naar de PC
aansluiting
Kernfilter
PC
verbindingskabel
(bijgeleverd)
NE41
Aansluiten op een Video-apparaat
voorzien van een DV-aansluiting
Aansluiting van de camcorder op de GV-DT3 Digital
Printer (los verkrijgbaar), stelt u in staat beelden af te
drukken of door te geven aan een PC. Het is ook mogelijk
om met de camcorder opgenomen scènes te kopiëren op
een andere videorecorder die voorzien is van een DVaansluiting. Deze functie heet Digitaal kopiëren
( blz. 43), wat als groot voordeel heeft dat daarbij
vrijwel geen verlies van beeld- en geluidskwaliteit
optreedt.
Let er op dat alle apparaten uitgeschakeld zijn.
1
Sluit de camcorder op het door u gewenste apparaat
2
aan met de DV kabel zoals aangegeven in de
illustratie.
Sluit indien nodig een PC verbindingskabel aan op de
3
PC aansluiting van de printer en op de RS-232C poort
van de PC.
Zet de POWER schakelaar van de camcorder op
4
“” terwijl u de vergrendeltoets op de
schakelaar ingedrukt houdt en zet de andere
apparaten aan.
OPMERKINGEN:
●
Het is beter om de Lichtnetadapter/acculader als
stroomvoorziening voor de camcorder te gebruiken
dan een accu ( blz. 7).
●
Bij gebruik van de camcorder voor het kopiëren moet de
camcorder als weergavetoestel worden gebruikt. De DV
aansluiting van de camcorder is uitsluitend een uitgang
(weergave).
●
Als er geprobeerd wordt een stilstaand beeld weer te
geven, of slow-motion of snel vooruit of terug te spoelen
terwijl de camcorder is aangesloten op een video toestel
via de DV aansluiting, zal het beeld eruit zien als een
gekleurd mozaiek of helemaal zwart worden.
●
Raadpleeg ook de handleidingen van de aangesloten
apparatuur.
●
Gebruik de los verkrijgbare JVC VC-VDV204U DV
kabel.
PC
Naar de
RS-232C poort
42 NE
POWER schakelaar
Vergrendeltoets
Naar S
Rood naar
AUDIO R
Wit naar
AUDIO L
A/V-kabel
[RCA (tulp) naar
RCA stekker]
(los verkrijgbaar)
Kabeladapter
(bijgeleverd)
Indien uw VCR een
SCART aansluiting heeft,
moet u de bijgeleverde
kabeladapter gebruiken.
Videorecorder
* Sluit deze aan wanneer de S-Videokabel niet
gebruikt wordt.
TV
Geel naar
VIDEO*
Kernfilter
S-videokabel
(los
verkrijgbaar)
Naar AUDIO,
VIDEO* en
aansluitingen
“Y/C”/“CVBS”
video-uitgangsschakelaar
KOPIËREN
Kopiëren naar een videorecorder
Sluit de camcorder op de videorecorder aan volgens de
1
aanwijzingen in de afbeelding. Zie ook blz. 38 en 39.
Zet de POWER schakelaar op “” terwijl u de
2
vergrendeltoets op de schakelaar ingedrukt houdt,
schakel aldus de stroom in en doe de gewenste
cassettes in de camcorder en de videorecorder.
Schakel de videorecorder in de AUX en
3
opnamepauzefuncties.
Schakel de weergavefunctie van de camcorder in en
4
zoek het punt dat net voor het inmonteerpunt ligt.
Druk bij dit punt op 4/6 van de camcorder.
Druk op 4/6 van de camcorder en schakel de
5
videorecorder in de opnamefunctie.
Schakel de videorecorder in de opnamepauzefunctie
6
en druk op 4/6 van de camcorder.
Herhaal stappen 4 t/m 6 voor het kopiëren van
7
meerdere scènes. Schakel zowel de camcorder als de
videorecorder in de stopfunctie wanneer u klaar bent.
OPMERKINGEN:
●
Let er op dat u de kabeluiteinden die zijn voorzien van
kernfilters aansluit op de camcorder. Kernfilters
verminderen interferentie.
●
U kunt de AV OUT aansluiting op de camcorder in dit geval
niet gebruiken.
●
U kunt de weergavezoom ( blz. 46) of weergave met
speciale effecten ( blz. 47) in stap 4 gebruiken.
●
Controleer voordat u het kopiëren start dat er geen
-IN
aanduidingen op het scherm van de aangesloten TV worden
getoond. De aanduidingen zullen namelijk tevens op de
kopie worden opgenomen indien deze op het scherm van
de TV zijn getoond.
●
Druk de video-uitgangsschakelaar van de kabeladapter in
de vereiste stand:
Y/C : Bij een verbinding met een TV of videorecorder die
geschikt is voor Y/C signalen en met een
S-videokabel is aangesloten.
CVBS : Bij een verbinding met een TV of videorecorder die
niet geschikt is voor Y/C signalen en met een audio/
videokabel is aangesloten.
Keuze voor wel of niet tonen van de volgende aanduidingen
op de aangesloten TV . . .
• Datum/tijd
..... stel “DATE/TIME” op “AUTO”, “ON” of “OFF” via het
menuscherm ( blz. 35).
• Tijdcode
..... stel “TIME CODE” op “ON” of “OFF” via het
menuscherm ( blz. 35).
• Geluidsweergavefunctie, bandsnelheid en bandtransport
displays
..... zet “ON SCREEN” via het menuscherm ( blz. 35) op
“LCD” of “SIMPLE”. Of druk op DISPLAY op de
deafstandsbediening.
POWER schakelaar
NE43
Kopiëren naar video-apparatuur met een
DV aansluiting (digitaal kopiëren)
Het is ook mogelijk om opgenomen scènes te kopiëren van
de camcorder naar een ander video-apparaat met een DVaansluiting. Omdat er een digitaal signaal gestuurd wordt, is
er vrijwel geen verlies van beeld- en geluidskwaliteit.
Vergrendeltoets
Naar
DV OUT
Naar de
DV IN
aansluiting
Open de
aansluitingafdekking.
Kernfilter
DV kabel
(los verkrijgbaar)
Kernfilter
Video-apparatuur met
een DV aansluiting
PLAY (4)
STOP (5)
Let er op dat alle apparatuur uit staat.
1
Sluit de camcorder aan op een videorecorder die is
2
voorzien van een DV ingangsaansluiting via een DVkabel, zoals aangegeven op de afbeelding.
Zet de POWER schakelaar van de camcorder op
3
“” terwijl u de vergrendeltoets op de
schakelaar ingedrukt houdt. Druk op 4 om de bronband af te spelen.
Terwijl u naar de beelden op de monitor kijkt
4
schakelt u de opname-functie van het aangesloten
video-apparaat met DV-aansluiting in zodra u het
punt ziet van waar u wilt gaan opnemen.
OPMERKINGEN:
●
Het is beter om de Lichtnetadapter/acculader als
stroom-voorziening voor de camcorder te gebruiken
dan een accu ( blz. 7).
●
Als u de afstandsbediening gebruikt terwijl zowel de
speler als de recorder van JVC zijn, zullen beide
toestellen dezelfde handeling uitvoeren. Om dit te
voorkomen, dient u de toetsen op beide toestellen zelf te
gebruiken.
●
Bij digitaal kopiëren kan deze camcorder slechts op een
enkel ander toestel tegelijkertijd worden aangesloten.
●
Als er tijdens het kopiëren een blanco stuk band of een
stuk band met storing wordt afgespeeld, is het mogelijk
dat het kopiëren stopt zodat dit abnormale beeld niet
opgenomen wordt.
●
Alhoewel de DV kabel op de juiste manier aangesloten
is, is het toch mogelijk dat er bij stap 3 geen beeld
verschijnt. Als zulks het geval is, dient u de stroom uit te
schakelen en de verbindingen en aansluitingen opnieuw
te maken.
●
Als “Weergave Zoom” ( blz. 46), “Weergave speciale
effecten” ( blz. 47) of “Momentopname” worden
geprobeerd tijdens weergave, zal alleen het originele
beeld zoals dit opgenomen is op de cassette worden
weergegeven via de DV OUT uitgangsaansluiting.
●
Gebruik de los verkrijgbare JVC VC-VDV204U DV
kabel.
44 NE
GEBRUIK VAN DE AFSTANDSBEDIENING
Met de volwaardige afstandsbediening kunt u de
1
3
Lipje
functies van uw camcorder op afstand activeren en
tevens de basisfuncties voor de videorecorder
(weergave, stoppen, pauzeren, snel door- en
terugspoelen) inschakelen. Daarbij beschikt u met
deze afstandsbediening over diverse extra functies
voor weergave.
Plaatsen van de batterij
De afstandsbediening gebruikt twee “R03 (AAA)”
formaat batterijen. Zie de “Algemene voorzorgen
batterijen” ( blz. 69).
Verwijder het deksel van het batterijvak door
1
het lipje in te drukken, zoals aangegeven in de
+
2
–
–
+
afbeelding.
Doe twee “R03 (AAA)” formaat batterijen op de
2
juiste manier in het batterijvak.
Doe het deksel weer terug op het batterijvak.
3
30°
Effectief bereik
van de signalen
5m
30°
Richt de afstandsbediening bij gebruik naar de
afstandsbedieningssensor. De afbeelding toont het
bereik van de afstandsbediening bij gebruik
binnenshuis bij benadering. De signalen worden
mogelijk niet juist ontvangen wanneer er direct
schel licht of zonlicht op de sensor valt of de
afstandsbediening buiten wordt bediend.
Snel voorwaarts spoelen,
voorwaarts beeldzoeken
( blz. 34)
Stoppen ( blz. 34)
Pauze ( blz. 46)
blz. 48 – 53
* Deze functie is niet beschikbaar met deze camcorder.
46 NE
GEBRUIK VAN DE AFSTANDSBEDIENING
(vervolg)
Afstandsbedieningssensor
Zoomtoetsen
SHIFT
Links of SLOW
terugspoel toets
Rechts of SLOW
vooruitspoel toets
Normale
weergave
Druk op T
Hoger-toets
Lager-toets
PLAY
PAUSE
STOP
Druk op
met de SHIFT toets
ingedrukt om het
beeld te verplaatsen.
(rechts)
FUNCTIE:
Slow-motion weergave
DOEL:
Vertraagd zoeken in beide richtingen tijdens weergave.
HANDELING:
1) Houd SLOW (9 of 0) tenminste ongeveer 2 seconden
ingedrukt om over te schakelen van normale naar
vertraagde weergave. Na ongeveer 1 minuut vertraagde
weergave achteruit of ongeveer 2 minuten vertraagde
weergave vooruit zal de normale weergave hervat worden.
Druk op PLAY (
OPMERKINGEN:
●
U kunt ook overschakelen van de weergave van stilstaande
beelden naar vertraagde weergave door SLOW tenminste
ongeveer
●
Tijdens slow-motion weergave heeft het beeld een ietwat
mozaïekachtig effect vanwege de digitale verwerking van
de signalen.
●
Nadat u op de SLOW
stilbeeld enige seconden getoond worden, gevolgd door
een blauw scherm voor een paar seconden. Dit duidt niet
op een defect.
●
Er is mogelijk een klein verschil tussen het door u gekozen
startpunt en het werkelijke startpunt voor slow-motion
weergave.
●
Tijdens slow-motion weergave wordt het beeld ietwat
gestoord en het beeld kan er wat onstabiel uitzien, vooral
met weinig beweging in beeld. Dit is normaal en duidt niet
op een defect.
●
Druk op PAUSE
Slow-motion weergave.
FUNCTIE:
4
) om de vertraagde weergave te stoppen.
2
seconden ingedrukt te houden.
(9 of 0)
toets heeft gedrukt, kan het
(6)
om de weergave te pauzeren tijdens
Beeld-voor-beeld weergave
DOEL:
Beeld-voor-beeld zoeken tijdens weergave.
HANDELING:
1) Druk SLOW (0) herhaaldelijk in om over te schakelen van
normale weergave naar beeld-voor-beeld weergave vooruit
of druk herhaaldelijk op SLOW (
naar beeld-voor-beeld weergave achteruit. Met elke druk op
de toets zal het volgende, respectievelijk vorige beeldje
worden weergegeven.
OPMERKING:
U kunt ook overschakelen van de weergave van stilstaande
beelden naar beeld-voor-beeld weergave door herhaaldelijk
SLOW
(
9
of
0
)
in te drukken.
9
) om over te schakelen
FUNCTIE:
Weergave Zoom
DOEL:
Om het reeds opgenomen beeld bij het afspelen alsnog tot 10x te kunnen vergroten.
HANDELING:
1)
Druk op PLAY (4) om de gewenste scène op te zoeken
2) Druk op de zoom toetsen (T/W) op de afstandsbediening. Let er op dat de afstandsbediening op de sensor van decamcorder gericht is. Als u op T drukt zoomt het beeld in.
3) U kunt het uitvergrote deel van het beeld verplaatsen om een bepaald deel van het beeld uitvergroot op uw scherm tekrijgen. Terwijl u SHIFT ingedrukt houdt, drukt u op
Om het zoomen te stoppen drukt u net zolang op W op de afstandsbediening tot de normale weergave-grootte weer
bereikt is. Of u drukt op STOP (5) en dan weer op PLAY (
OPMERKINGEN:
●
U kunt de Weergave zoom ook gebruiken bij slow-motion en stilbeeld weergave.
●
De beeldkwaliteit kan minder worden als gevolg van het digitaal bewerken van het beeld.
●
Weergavezoom kan niet worden gebruikt bij beelden die werden opgenomen terwijl de MODE keuzeschijf op “”
stond.
.
(links), (rechts), (hoger) en (lager).
4
).
P4LOA
YFBACK
E
F
F
F
C
1
L
A
S
2
3
4
5
Afstandsbedieningssensor
S
M
O
N
O
T
O
S
E
P
I
A
S
T
R
O
B
V
I
D
E
O
NE47
C
T
E
C
LM
I
N
E
E
E
CFHIO
PLAYBACK EFFECT
keuzemenu
FUNCTIE:
Weergave speciale effecten
DOEL:
Om u in staat te stellen creatieve effecten toe te voegen
aan de weergegeven beelden.
HANDELING:
1) Druk op PLAY (4) om de weergave te starten.
2) Richt de afstandsbediening op de sensor van de
camcorder en druk op EFFECT. Het PLAYBACK
EFFECT keuzemenu verschijnt.
3) Verplaats de balk in beeld naar het gewenste effect
door op EFFECT te drukken. De geselecteerde
functie wordt geactiveerd en na 2 seconden zal het
menu weer verdwijnen.
Om het geselecteerde effect te annuleren, drukt u op
EFFECT ON/OFF op de afstandsbediening. Nog een
keer op deze toets drukken maakt het eerder
geselecteerde effect weer actief.
Herhaal de bovenstaande handelingen vanaf stap 2
om het geselecteerde effect te wijzigen.
OPMERKING:
De effecten die u kunt gebruiken tijdens weergave zijn
Klassieke film, Zwart/wit, Sepia, Strobescoop en Videoecho. Deze effecten werken tijdens de weergave
hetzelfde als tijdens de opname. Raadpleeg
bladzijde 31 voor meer informatie.
PLAY
EFFECT
EFFECT ON/OFF
48 NE
GEBRUIK VAN DE AFSTANDSBEDIENING
Videorecorder
(opnamedeck)
SHIFT
3
1
6
789`
CODELIJST VIDEORECORDER
MERK VAN
VIDEORECORDER
AKAI
BLAUPUNKT
FERGUSON
GRUNDIG1 4
HITACHI6 6
JVC9 1
A
B
C
MITSUBISHI6 7
NEC3 7
PANASONIC1 3
TOETSEN
(A) (B)
6 2
6 4
7 7
1 3
9 7
9 8
3 2
3 4
6 3
9 6
9 3
6 8
3 8
1 7
1 1
9 4
1 8
MBR SET
4
2
5
MERK VAN
VIDEORECORDER
PHILIPS
SANYO3 6
SELECO,
REX
SHARP1 5
SONY
THOMSON,
TELEFUNKEN,
SABA,
NORDMENDE
TOSHIBA6 9
TOETSEN
(A) (B)
1 9
9 5
1 1
9 4
9 1
9 6
1 2
3 3
7 2
3 5
9 1
9 6
1 `
6 5
6 `
3 9
3 1
9 1
9 6
9 7
3 2
6 1
(vervolg)
Monteren van scènes in een andere
volgorde [R.A.Edit]
U kunt de scènes gemakkelijk in een andere
volgorde monteren wanneer u de camcorder als bron
gebruikt. Kies 8 “scènes” voor een automatische
montage in de gewenste volgorde. De R.A.Edit
functie is nog gemakkelijker te gebruiken wanneer u
de MBR (afstandsbediening voor meerdere merken)
met uw videorecorder gebruikt (Zie CODELIJST
VIDEORECORDER). De functie kan echter ook
handmatig worden bediend.
Controleer alvorens gebruik dat de batterij in de
afstandsbediening is geplaatst ( blz. 44).
STEL DE AFSTANDSBEDIENINGSCODE
VOOR DE VIDEORECORDER IN
Schakel de spanning van de videorecorder uit
en richt de afstandsbediening naar de
1
infraroodsensor van de videorecorder. Zoek uw
merk in de “CODELIJST VIDEORECORDER”
op, houd MBR SET ingedrukt en druk
vervolgens op toetsen (A) en (B) overeenkomstig
het merk.
De code wordt automatisch ingesteld en de
spanning van de videorecorder ingeschakeld
wanneer u de MBR SET toets loslaat.
Controleer dat de spanning van de
videorecorder is ingeschakeld. Houd vervolgens
2
SHIFT ingedrukt en druk tegelijkertijd op de
gewenste toets van de afstandsbediening. De
volgende functies kunnen met de
afstandsbediening worden bediend; PLAY,
STOP, PAUSE, FF, REW en VCR REC STBY (voor
deze laatste functie hoeft u de SHIFT toets niet
ingedrukt te houden).
U kunt nu meerdere scènes in een willekeurige
volgorde monteren.
BELANGRIJK
De afstandsbediening voor meerdere merken is
geschikt voor JVC videorecorders en diverse andere
merken. Het is echter mogelijk dat deze
afstandsbediening niet met uw videorecorder werkt
of niet alle functies kan uitvoeren.
OPMERKINGEN:
●
Stel een andere in de “CODELIJST VIDEORECORDER”
aangegeven code in indien de spanning van de
videorecorder niet in stap 1 wordt ingeschakeld.
●
De spanning van bepaalde videorecorders wordt
niet automatisch ingeschakeld. Schakel in dat
geval de spanning zelf in en voer dan stap 2 uit.
●
Gebruik de regelaars op de videorecorder zelf
indien de afstandsbediening niet voor uw
videorecorder functioneert.
●
De code die u voor de videorecorder heeft
ingesteld, wordt gewist wanneer de batterijen van
de afstandsbediening leeg zijn. Vervang in dat
geval de batterijen door nieuwe en stel de code
opnieuw in.
Rood naar
AUDIO R
Naar J
aansluiting
(JLIP (EDIT))
Wit naar
AUDIO L
Kernfilter
A/V-kabel
[RCA (tulp) naar
Montagekabel
(bijgeleverd)
Indien uw videorecorder een
SCART aansluiting
heeft, moet u de
bijgeleverde
kabeladapter
gebruiken.
Naar afstand
PAUSE of R.A.EDIT
Naar PAUSE IN
DISPLAY
* Sluit deze aan wanneer de S-Videokabel niet
gebruikt wordt.
RCA stekker]
(los verkrijgbaar)
Videorecorder
Naar S
Geel naar
VIDEO*
Kernfilter
S-videokabel
(los
verkrijgbaar)
Naar AUDIO,
VIDEO* en -IN
aansluitingen
“Y/C”/“CVBS”
video-uitgangsschakelaar
TV
LET OP MET DE MONTAGEKABEL
•Wees voorzichtig dat u deze niet verwart
met de JLIP-kabel ( blz. 4).
•Let er op dat het uiteinde met het
kernfilter aansluit op de camcorder.
NE49
AANSLUITEN
Zie ook blz. 38 en 39.
Om te verbinden met een:
1
JVC videorecorder die een pause afstandsaansluiting
heeft . . .
... verbind de montagekabel met de PAUSE
afstandsaansluiting.
JVC videorecorder zonder pause afstandsaansluiting
maar met een R.A.EDIT aansluiting . . .
... verbind de montagekabel met de R.A.EDIT
aansluiting.
Andere videorecorder dan boven vermeld . . .
... verbind de montagekabel met de
pauzeingangs-aansluiting (PAUSE IN) van.
Doe een band waarop iets is opgenomen in de
2
camcorder en zet de POWER schakelaar op “”
terwijl u de vergrendeltoets ingedrukt houdt.
Zet de videorecorder aan en plaats een cassette waarop
3
kan worden opgenomen. Activeer de AUX functie (zie
de gebruiksaanwijzing van de videorecorder).
OPMERKINGEN:
●
Alvorens willekeurige montage van meerdere scènes te
starten, moet u controleren dat de aanduidingen niet op
het scherm van de aangesloten TV worden getoond. De
aanduidingen worden namelijk op de nieuwe band
opgenomen indien deze wel tijdens willekeurige
montage worden getoond.
Keuze voor wel of niet tonen van de volgende
aanduidingen op de aangesloten TV . . .
•Datum/tijd
.... stel “DATE/TIME” op “AUTO”, “ON” of “OFF” via
het Menuscherm ( blz. 35).
•Tijdcode
.... stel “TIME CODE” op “ON” of “OFF” via het
Menuscherm ( blz. 35).
•Geluidsweergavefunctie, bandsnelheid en bandtransport
displays
.... zet “ON SCREEN” via het Menuscherm ( blz. 35)
op “LCD” of “SIMPLE”. Of druk op DISPLAY op de
afstandsbediening.
●
Let er op dat u de kabeluiteinden die zijn voorzien van
kernfilters aansluit op de camcorder. Kernfilters
verminderen interferentie.
●
Druk de video-uitgangsschakelaar van de kabeladapter
in de vereiste stand:
Y/C : Bij een verbinding met een TV of videorecorder
die geschikt is voor Y/C signalen en met een
S-videokabel is aangesloten.
CVBS : Bij een verbinding met een TV of videorecorder
die niet geschikt is voor Y/C signalen en met een
●
●
audio/videokabel is aangesloten.
Wanneer u gaat monteren op een videorecorder met een
DV ingangsaansluiting kunt u de DV kabel aansluiten in
plaats van de S-videokabel en de audio/video kabel.
U kunt de AV OUT aansluiting op de camcorder in dit
geval niet gebruiken.
VERVOLG OP VOLGENDE BLADZIJDE
50 NE
Scène
1
––
2
3
4
5
6
7
8
TTIOM
T
Afstandsbedieningssensor
FADE/WIPE
EDIT IN/OUT
OPMERKINGEN:
●
Bij het kiezen van een scène moet u erop letten dat er voldoende tijd tussen het in- en uitmonteerpunt is.
●
Indien u langer dan 5 minuten naar een inmonteerpunt zoekt, zal de opnamestandbyfunctie van het opnametoestel
worden uitgeschakeld en kan het monteren derhalve niet worden uitgevoerd.
●
Indien er blanco gedeelten voor of na de in- en uitmonteerpunten liggen, wordt mogelijk een blauw beeld
opgenomen.
●
De tijdcodes registreren de tijd in minimaal seconden nauwkeurig. Het is derhalve mogelijk dat de tijdcode voor de
totale tijd niet exact gelijk is aan de totale tijd van alle te monteren scènes.
●
De vastgelegde in- en uitmonteerpunten worden gewist indien u de spanning van de camcorder uitschakelt.
●
U kunt oplossen of de zwart/wit fader niet gebruiken wanneer u sepia of zwart/wit van programma AE heeft
ingesteld. De indicator voor oplossen of de zwart/wit fader zal wanneer u deze keuze maakt knipperen. Nadat het
volgende inmonteerpunt is geregistreerd zal het effect worden uitgeschakeld. Om deze effecten te combineren moet
u tijdens opname sepia of zwart/wit gebruiken en tijdens de willekeurige montage stelt u dan oplossen of de zwart/
wit fader in.
●
Het is niet mogelijk om Fade/Wipe effecten en Programma belichting met speciale effecten te gebruiken gedurende
Willekeurige Samenstelling Montage door middel van een DV kabel.
GEBRUIK VAN DE AFSTANDSBEDIENING
KIES DE SCENES
I
–
–
E
L
A
N
:
~
~
~
~
~
~
~
~
C–O–D
EO–
EFFECT
U
T
M
ODE
Willekeurige
montagemenu
:
–
–0–
:
0
0
0
PLAY
R.A.EDIT
ON/OFF
CANCEL
Richt de afstandsbediening naar de
afstandsbedieningssensor van de camcorder. Druk op
4
PLAY (4) en vervolgens op R.A.EDIT ON/OFF van de
afstandsbediening.
Het willekeurige montagemenu verschijnt.
Druk op FADE/WIPE op de afstandsbediening wanneer u
een overgangseffect gebruikt aan het begin van de scène.
5
• Doorloop de verschillende effecten door herhaaldelijk
op de toets te drukken. Stop wanneer het gewenste
effect wordt getoond.
• Bij het begin van scène 1 kunt u beeld wipe/oplossen
niet gebruiken.
Druk bij het begin van de scène op EDIT IN/OUT van
de afstandsbediening. Het inmonteerpunt wordt op het
6
menu voor willekeurige montage getoond.
Druk bij het eind van de scène op EDIT IN/OUT. Het
uitmonteerpunt wordt op het menu voor willekeurige
7
montage getoond.
Druk op FADE/WIPE als u een overgangseffect aan het
eind van de scène wilt gebruiken.
8
• Doorloop de effecten door herhaaldelijk op de toets te
drukken. Stop wanneer het gewenste effect wordt
getoond.
• Indien u een fade/wipe-effect voor een uitmonteerpunt
heeft ingesteld, zal dit effect automatisch op het
volgende inmonteerpunt worden toegepast.
• Bij het eind van de laatste scène kunt u beeld wipe/
oplossen niet gebruiken.
• De tijd van een fade/wipe-effect wordt automatisch bij
de totale tijd opgeteld (uitgezonderd bij gebruik van
beeld wipe/oplossen).
Druk op EFFECT als u Weergave Speciale Effecten wilt
gebruiken ( blz. 47).
9
Herhaal de stappen 6 t/m 9 om aanvullende scènes te
10
registreren.
• Druk op CANCEL van de afstandsbediening om reeds
vastgelegde punten te annuleren. De geregistreerde
punten verdwijnen stuk-voor-stuk vanaf het laatst
vastgelegde punt.
• Herhaal uitsluitend stappen 6 en 7 indien u geen fade/
wipe of programma AE met speciale effecten gebruikt.
(vervolg)
N
I
:
1
2
3
–––
4
5
6
–
7
8
TTIOM
Afstandsbedieningssensor
~
0
0
2
5
:
~
0
7
1
8
:
~
0
3
3
3
:
~
0
9
3
0
:
~
1
5
5
5
:
~
–
–
–
–
~
~
E
C
O
D
E
L
T
A
NE51
AUTOMATISCH MONTEREN NAAR EEN
VIDEORECORDER
Spoel de band van de cassette in de camcorder terug
11
naar het begin van de scène die u wilt monteren en
START/STOP
toets
O
U
T
M
O
DE
–
–
–
–
–
–
–
–
Willekeurige
montagemenu
REW
:
0
2
0
5
:
–
0
8
3
1
:
0
5
5
3
:
1
3
1
5
:
–
1
6
2
0
:
1
6
3
0
:
9
3
9
druk op PAUSE (6).
Richt de afstandsbediening naar de sensor op de
12
videorecorder en druk op de VCR REC STBY (q6)
toets of schakel de videorecorder handmatig in de
opnamepauzefunctie.
Druk op START/STOP op de camcorder. Het
13
monteren gaat door zoals geprogrammeerd, helemaal
tot aan het eind van de laatste geregistreerde scène.
•Het monteren zal niet starten door een druk op
START/STOP van de afstandsbediening.
•Na het monteren zal de camcorder in de
pauzefunctie schakelen en de videorecorder
schakelt naar de opnamepauzefunctie.
•Indien u geen uitmonteerpunt heeft vastgelegd, zal
de gehele cassette automatisch tot het eind worden
gekopieerd.
•Als u een handeling uitvoert op de camcorder
tijdens het automatisch monteren, zal de
videorecorder in zijn opnamepauzefunctie gaan en
zal het automatisch monteren stoppen.
Schakel de stopfuncties in van de camcorder en de
14
videorecorder.
Voor het verwijderen van het tellerdisplay voor
willekeurige montage van meerdere scènes moet u
op R.A.EDIT ON/OFF van de afstandsbediening
drukken.
OPMERKINGEN:
●
Druk op R.A.EDIT ON/OFF van de afstandsbediening
om alle instellingen te wissen die tijdens de willekeurige
montage zijn vastgelegd.
●
Indien de montagekabel met de Pause In aansluiting van
de afstandsbediening is verbonden, moet u de
afstandsbediening naar de sensor op de videorecorder
richten en controleren dat de signalen niet door
voorwerpen tussen de toestellen worden geblokkeerd.
●
Het monteren van meerdere scènes in de gewenste
volgorde wordt mogelijk niet juist uitgevoerd wanneer u
een band gebruikt waarop dubbele tijdcodes zijn
( blz. 18).
FADE/WIPE
EFFECT
EDIT IN/OUT
CANCEL
STOP
PAUSE
R.A.EDIT
ON/OFF
VCR REC
STBY
52 NE
I
1
–
–
––
2
3
4
5
6
7
8
TTIOM
E
L
T
A
TV
GEBRUIK VAN DE AFSTANDSBEDIENING
Scène 1
N
:
C–O–D
~
~
~
~
~
~
~
~
EO–
U
T
M
ODE
Willekeurige
montagemenu
:
–
–0–
:
0
0
0
Videorecorder
(opnamedeck)
Voor een uitermate nauwkeurige montage
De ene videorecorder schakelt sneller van opnamepauze
naar opname dan de andere videorecorder. Ook al start u
het monteren met de camcorder en de videorecorder exact
tegelijk, bestaat de kans dat een klein stukje niet wordt
opgenomen of dat een stukje wordt opgenomen dat u
eigenlijk niet wilt. Voor een preciese montage moet u
daarom de timing van de camcorder t.o.v. de
videorecorder bepalen.
BEPALEN VAN DE TIMING VAN DE
VIDEORECORDER T.O.V. DE CAMCORDER
Start de weergave van de cassette in de camcorder,
1
richt de afstandsbediening naar de
afstandsbedieningssensor van de camcorder en druk
op R.A.EDIT ON/OFF.
Het willekeurige montagemenu verschijnt.
Start de montage van slechts 1 scène (Program 1).
2
Voor het bepalen van de timing van de videorecorder
en de camcorder moet u een duidelijk begin van een
scène als inmonteerpunt kiezen.
(vervolg)
Afstandsbedieningssensor
R.A.EDIT
ON/OFF
Speel de gemonteerde scène af.
3
•Uw videorecorder schakelt te snel over van
opnamepauze naar de opnamefunctie indien er een
gedeelte werd opgenomen dat voor het
inmonteerpunt ligt.
•Uw videorecorder schakelt traag indien er een
gedeelte van de gekozen scène niet wordt
opgenomen.
MENU keuzeschijf
Display
V
I
D
O
E
M
T
U
E
1
R
R
N
N
U
D
S
M
O
O
D
E
I
B
T
1
2
M
O
D
E
N
C
S
Y
H
O
R
C
E
R
M
D
E
O
A
N
L
B
K
S
R
C
H
EN
NE53
INSTELLEN VAN DE TIMING VAN DE
VIDEORECORDER T.O.V. DE CAMCORDER
Richt de afstandsbediening naar de sensor op de
4
camcorder en druk op R.A.EDIT ON/OFF zodat het
nemu voor willekeurige montage verdwijnt. Druk
vervolgens op MENU. Het Menuscherm verschijnt.
Verdraai de MENU, kies “” en druk de keuzeschijf
5
in. Het “VIDEO MENU” menu verschijnt. Draai de
keuzeschijf vervolgens naar “SYNCHRO” en druk
deze in. De waarde voor “SYNCHRO” licht op.
Gebaseerd op de eerder uitgevoerde diagnose
6
( blz. 52), kunt u nu de opname-timing van de
videorecorder vooruit zetten door de MENU
keuzeschijf naar “+” te draaien. U kunt de opnametiming van de videorecorder ook terug zetten door de
MENU keuzeschijf naar “–” te draaien. U kunt de
U
+
1.0
waarde met stappen van 0,1 seconde vanaf
–1,3 t/m +1,3 instellen.
Druk de MENU keuzeschijf in om de instelling af te
sluiten.
Verdraai de MENU keuzeschijf, kies “1RETURN” en
7
druk de keuzeschijf twee keer in.
U kunt nu de willekeurige montage vanaf stap 4 op
blz. 50 starten.
OPMERKINGEN:
●
Maak voordat u de willekeurige montage werkelijk start
eerst een paar testopnamen (montages) om te
controleren of de ingevoerde waarde juist is. Stel indien
nodig de snelheid opnieuw in.
●
Afhankelijk van de videorecorder is het mogelijk dat u
geen exacte correctie kunt maken.
Videorecorder
(opnamedeck)
TV
54 NE
Luidspreker
GEBRUIK VAN DE AFSTANDSBEDIENING
Display
6e
Standbyfunctie
voor audio-dubben
POWER
schakelaar
Vergrendeltoets
Opname van ander geluidsspoor
(“audio-dubben”)
U kunt het geluid uitsluitend vervangen van een cassette
die met de 12-bits functie is opgenomen ( blz. 23).
OPMERKINGEN:
●
Audio-dubben is niet mogelijk met cassettes die met de
16-bits audio of de LP functie zijn opgenomen of op een
leeg gedeelte van de cassette.
●
Maak de vereiste verbindingen voor het dubben van
geluid tijdens weergave op de TV ( blz. 38).
Start de weergave van de cassette en zoek het punt
1
waar u het monteren wilt starten. Druk vervolgens op
PAUSE (6).
Houd A.DUB (e) van de afstandsbediening ingedrukt
2
en druk op PAUSE (6). “6e ” wordt getoond.
Druk op PLAY (4), en “spreek als gewenst in”.
3
Spreek in de microfoon.
•Druk op PAUSE (6) om het dubben te pauseren.
Sruk eerst op PAUSE (6) en vervolgens op STOP (5)
4
om het audio-dubben te stoppen.
(vervolg)
Afstandsbedieningssensor
Ingangsaansluiting
voor externe
microfoon
Stereomicrofoon
Te vinden onder
het deksel.
AV OUT
(hoofdtelefoon)
aansluiting
DISPLAY
A.DUB
PLAY
PAUSE
STOP
Om het gedubde geluid te kunnen horen bij de
weergave . . .
.... dient u “12BIT MODE” op “SOUND 2” of “MIX” te
zetten via het Menuscherm ( blz. 35, 36).
OPMERKINGEN:
●
Audio dubben is ook mogelijk met een los verkrijgbare
microfoon aangesloten via de MIC aansluiting op het
Docking Station.
●
Tijdens het audio-dubben wordt geen geluid via de
luidspreker weergegeven. Om het geluid te beluisteren
dient u een los verkrijgbare hoofdtelefoon aan te sluiten
op de AV OUT aansluiting.
●
De ingebouwde microfoon wordt automatisch
uitgeschakeld indien u een los verkrijgbare aansluit.
●
Bij het monteren van een cassette die met 12-bits is
opgenomen, zal het nieuwe geluidsspoor gescheiden
van het oude geluidsspoor worden opgenomen.
●
Het geluid wordt mogelijk onderbroken indien u op een
blanco gedeelte opneemt. Controleer dat u uitsluitend
opgenomen gedeelten monteert.
●
Plaats de microfoon van de camcorder verder van de TV
of verlaag het volume van de TV wanneer u tijdens TVweergave een “huilend” of “rondzingend” geluid
(feedback) hoort.
●
Indien u tijdens opname van 12-bits naar 16-bits
overschakelde en later deze cassette voor audio-dubben
gebruikt, zal audio-dubben niet mogelijk zijn vanaf het
gedeelte waar met 16-bits werd opgenomen.
●
Wanneer tijdens audio-dubben een gedeelte op de band
wordt bereikt dat met de LP functie of met 16-bits audio
is opgenomen of een blanco stuk, zal het audio-dubben
stoppen ( blz. 68).
ONDERHOUD DOOR DE GEBRUIKER
Na gebruik
Reinigen van de camcorder
NE55
Zet de camcorder uit.
1
Schuif en houd OPEN/EJECT naar beneden in
2
de richting van de pijl en trek de afdekking
van de cassettehouder open totdat deze
inklikt. De cassette houder gaat automatisch
open. Verwijder de cassette.
Druk op “PUSH HERE” om de cassettehouder te
3
sluiten.
•Nadat de cassettehouder eenmaal is gesloten
wordt de houder automatisch verder in het
mechanisme getrokken. Wacht totdat de
houder geheel in het mechanisme is getrokken
alvorens het deksel van de cassettehouder te
sluiten.
Verschuif op de BATT. RELEASE 1en verwijder
4
de accu 2 3.
Cassettehouder
Verwijder.
PUSH HERE
(Drukken)
OPEN/EJECT
schakelaar
Maak de buitenkant schoon met een zachte doek.
1
Gebruik een met een mild schoonmaakmiddel
en water bevochtigde, goed uitgewrongen doek
voor het verwijderen van hardnekkige vlekken.
Veeg goed droog met een droge doek.
Open de LCD-monitor. Voorzichtig afvegen met
2
een zachte doek. Wees uitermate voorzichtig
zodat u de LCD-monitor niet beschadigd. Sluit
daarna de LCD-monitor.
Maak de lens schoon met een blaaskwastje en
3
veeg vervolgens voorzichtig met een lenstissue.
Trek de zoeker helemaal uit.
4
Open het reinigingsklepje van de zoeker in de
5
richting van de pijl 1.
Steek een blaaskwastje of een zachte doek in de
opening aan de zijkant van de zoeker 2 en
maak daarmee de binnenkant van de zoeker
schoon.
Druk het klepje weer dicht totdat het inklikt en
6
duw de zoeker weer terug naar binnen.
OPMERKINGEN:
●
Gebruik nooit sterke reinigingsmiddelen, zoals
benzine of alcohol.
●
Voor het reinigen moet de accu zijn verwijderd of
de andere spanningsvoorziening zijn ontkoppeld.
●
Er komt mogelijk schimmel op de lens indien deze
niet wordt gereinigd indien nodig.
●
Lees altijd de aanwijzingen die bij het product zijn
geleverd goed door wanneer u een
reinigingsmiddel of chemische doek gebruikt.
Klepje
Blaaskwastje
2
1
3
BATT. RELEASE
schakelaar
1
2
56 NE
Raadpleeg uw JVC handelaar indien het probleem niet met de volgende aanwijzingen kan worden opgelost.
De camcorder wordt door een microcomputer bestuurd. Externe ruis en interferentie (van bijvoorbeeld een
TV of radio) kunnen de werking storen. U moet in dat geval eerst de spanningsbron ontkoppelen (accu,
netadapter/acculader, enz.) verwijderen: wacht even en sluit de spanningsbron weer aan en voer de
vereiste handelingen opnieuw vanaf het begin uit.
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
SYMPTOOMMOGELIJKE OORZAKENOPLOSSING
1.
1.
Geen spanning.
2.
“SET DATE/TIME!” wordt
getoond.
3.
Opname is niet mogelijk.
4.
Er is geen beeld.
5.
Sommige functies zijn niet
beschikbaar via MENU.
6.
Er wordt niet automatisch
scherpgesteld.
7.
Cassette kan niet juist
worden geplaatst.
•De spanningsbron is niet
juist aangesloten.
•De accu is leeg.
•De LCD-monitor staat niet
helemaal open of de zoeker
is niet helemaal uitgetrokken.
2.
•De ingebouwde oplaadbare
Lithium batterij voor de klok
is leeg.
•De hiervoor ingestelde
datum/tijd is gewist.
3.
•De wispreventie-schakelaar
van de cassette staat op
“SAVE” (bewaren).
•De POWER schakelaar is op
“” of “OFF” gedrukt.
•“TAPE END” verschijnt.
•Het deksel van de
cassettehouder is open.
4.
•Geen spanning naar de
camcorder of een ander
probleem.
5.
•De bedieningsschakelaar
staat op “ ”.
6.
•De scherpstelling is op
“MANUAL” gesteld.
•Het is te donker of het
contrast is te zwak.
•De lens is vuil of er is
condens op afgezet.
7.
•De cassette wordt verkeerd
geplaatst.
•De accu is bijna leeg.
1.
•Sluit de netadapter/
acculader goed aan
(墌 blz. 7).
•Plaats een geladen accu
(墌 blz. 6, 7).
•Klap de LCD-monitor
helemaal open of trek de
zoeker helemaal uit.
2.
•Sluit de camcorder meer
dan 24 uur aan op een
stopcontact via de
Lichtnetadapter/acculader
om de oplaadbare Lithium
batterij van de klok op te
laden (墌 blz. 9).
3.
•Zet de wispreventieschakelaar van de cassette
op “REC” (opnemen)
(墌 blz. 10).
•Zet de POWER schakelaar
op “” (墌 blz. 12).
•Plaats een nieuwe cassette
(墌 blz. 10).
•Sluit het deksel van de
cassettehouder.
4.
•Schakel de spanning van de
camcorder even uit en
vervolgens weer in
(墌 blz. 14).
5.
•Zet de bedieningsschakelaar
op “ ” (墌 blz. 12).
6.
•Stel de scherpstelling op
“AUTO” (墌 blz. 19).
•Reinig de lens en controleer
de scherpstelling nogmaals
(墌 blz. 55).
7.
•Plaats de cassette op de
juiste wijze (墌 blz. 10).
•Plaats een geladen accu
(墌 blz. 6, 7).
SYMPTOOMMOGELIJKE OORZAKENOPLOSSING
8.
In de 5 Seconden functie
stopt de opname voor er 5
seconden om zijn.
9.
De Momentopname
functie kan niet worden
gebruikt.
10.
De kleur van de
momentopname is
vreemd.
11.
Het met de
momentopnamefunctie
opgenomen beeld is te
donker.
12.
De digitale zoom werkt
niet.
13.
Programma AE met
speciale effecten en fade/
wipe-effecten werken niet.
14.
De zwart/wit fader werkt
niet.
15.
De oplosfunctie werkt niet.
8.
•De 5-Seconden
opnamefunctie is op
“ANIM.” ingesteld via het
Menuscherm.
9.
•De Squeeze (breedbeeld)
functie is geselecteerd.
10.
•De lichtbron die het
onderwerp verlicht bestaat
niet uit wit licht, of er zijn
verschillende lichtbronnen
achter het onderwerp.
•De Sepia of Zwart-wit functie
is ingeschakeld.
11.
•De opname werduitgevoerd
bij tegenlicht.
12.
•De 10X optische zoom is
ingesteld.
•“P.AE/EFFECT” is op “VIDEO
ECHO” ingesteld in het
Menuscherm.
•“WIDE MODE” is op “PS-
WIDE” via het Menuscherm.
•Beeld wipe of oplossen
wordt voor een scène
gebruikt.
13.
•De bedieningsschakelaar
staat op “ ”.
14.
•De sepia of zwart/wit functie
is geactiveerd.
15.
•De sepia, zwart/wit of
langzame sluiter functie van
programma AE met speciale
effecten is geactiveerd.
•“WIDE MODE” is op
“SQUEEZE” of “PS-WIDE”
gezet via het Menuscherm.
•De hiervoor gekozen functie
van programma AE met
speciale effecten werd
veranderd na het vastleggen
van de laatste scène voor het
monteren.
8.
•Kies “5S” via het
Menuscherm (墌 blz. 27).
9.
•Annuleer de Squeeze
(breedbeeld) functie
(墌 blz. 24).
10.
•Zoek een wit voorwerp op
en maak de uitsnede zo dat
dit ook in de opname komt
(墌 blz. 16).
•Zet de Sepia of Zwart-wit
functie uit (墌 blz. 30).
11.
•Druk op de BACKLIGHT
toets (墌 blz. 32).
12.
•Zet “ZOOM” op “40X” of
“200X” via het Menuscherm
(墌 blz. 23).
•Schakel de “VIDEO ECHO”
functie uit (墌 blz. 17, 31).
•Schakel de “PS-WIDE”
functie uit (墌 blz. 24).
•Wacht totdat de effecten
van de beeld wipe/oplossen
zijn uitgevoerd (墌 blz. 17,
28).
13.
•Zet t de bedieningsschakelaar op “ ”
(墌 blz. 28, 30).
14.
•Schakel sepia en zwart/wit
uit (墌 blz. 28, 30).
15.
•Schakel sepia, zwart/wit of
de langzame sluitertijd uit
alvorens het oploseffect
voor een scène te gebruiken
(墌 blz. 28, 30).
•Zet “WIDE MODE” op
“CINEMA” of “OFF”
(墌 blz. 24).
•Controleer dat de gewenste
functie van programma AE
met speciale effecten is
gekozen alvorens het
monteren te starten
(墌 blz. 28, 30).
NE57
VERVOLG OP VOLGENDE BLADEIJDE
58 NE
SYMPTOOMMOGELIJKE OORZAKENOPLOSSING
16.
De functies voor beeld
wipe en oplossen werken
niet.
17.
De beeld wipe-functie
werkt niet.
18.
De overgang van scènes is
niet als verwacht.
19.
De Video-echo functie
werkt niet.
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
16.
•Het eind van de laatst
gekozen te monteren scène
is bereikt.
•Bij het eind van de laatst
gekozen te monteren scène
werd de POWER schakelaar
naar “OFF” gedrukt.
•De spanning is
uitgeschakeld.
17.
•De langzame sluiter is
geactiveerd.
•“WIDE MODE” staat niet op
“OFF”.
18.
•Bij gebruik van “Beeld Wipe/
Oplossen” (墌 blz. 28), is er
een vertraging van een
fractie van een seconde
tussen het voorgaande
opnamestoppunt en het
startpunt voor het oplossen.
Dit is normaal, maar deze
vertraging zal vooral
opmerkbaar zijn wanneer u
snel bewegende
onderwerpen opneemt of de
camcorder snel heen en
weer beweegt (“panning”).
19.
•De Beeld Wipe of oplos
functie is in gebruik.
•“WIDE MODE” is op
“SQUEEZE” of “PS-WIDE”
gezet via het Menuscherm.
•Er is een Fade-in of Fade-out
bezig.
16.
•Kies de beeld wipe of
oplossen voordat u de
opname start. De effecten
worden dan auto-matisch
geactiveerd (墌 blz. 28).
•Schakel de spanning van de
camcorder niet uit nadat de
in- en uitmonteerpunten
zijn gekozen, daar deze
punten anders worden
gewist (墌 blz. 28).
•De camcorder schakelt
automatisch uit indien de
opnamestandbyfunctie
langer dan 5 minuten is
geactiveerd. Voer derhalve
nadat u de opnamestandbyfunctie heeft geactiveerd de
volgende handelingen
binnen 5 minuten uit
(墌 blz. 28).
17.
•Schakel de langzame
sluitertijdfunctie uit of zet
“WIDE MODE”“OFF” voor
u de beeld-wipe gaat
gebruiken (墌 blz. 24, 28,
30).
18.
————
19.
•Zet “WIDE MODE” op
“CINEMA” of “OFF”
(墌 blz. 24).
•Probeer de Video-echo
functie niet te gebruiken
wanneer er een Fade-in of
een Fade-out bezig is
(墌 blz. 28, 30).
(vervolg)
SYMPTOOMMOGELIJKE OORZAKENOPLOSSING
20.
De langzame sluiter is niet
gekozen maar het beeld
ziet er uit alsof de
langzame sluiter is
ingesteld.
21.
Geen stroboscoopfunctie
wanneer de klassieke film
of stroboscoopfunctie is
geactiveerd.
22.
De witbalans kan niet
worden ingesteld.
23.
Verticale strepen bij
opname van een helder
verlicht onderwerp.
24.
Het scherm wordt even
rood of zwart indien het
directe zonlicht tijdens
opname op het scherm
valt.
25.
Datum/tijd worden niet
tijdens opname getoond.
26.
De indicators en de
mededelingen verschijnen
niet.
27.
Beelden op de LCD-
monitor zijn te donker of
licht.
20.
•Bij opname onder donkere
omstandigheden wordt het
toestel veel gevoeliger voor
licht en krijgt het beeld een
effect als van de langzame
sluiter.
21.
•De functie voor beeld wipe
of oplossen is in gebruik.
22.
•De sepia- of zwart/witfunctie is geactiveerd.
23.
•Het contrast is sterk. Dit
duidt niet op een defect.
24.
•Dit duidt niet op een defect.
25.
•“DATE/TIME” in het
Menuscherm is op “OFF”
gesteld.
•Er wordt een zelfopname
uitgevoerd.
26.
•“ON SCREEN” is op
“SIMPLE”, of “TIME CODE”
is op “OFF” gezet via het
Menuscherm.
27.
•Bij lage temperaturen
worden de beelden
donkerder vanwege de
karakteristieken van de LCDmonitor. De kleuren zullen
nu tevens anders zijn dan
opgenomen. Dit duidt niet
op een defect van de
camcorder.
•De beelden op de LCDmonitor worden donker
wanneer de fluorescerende
lamp van de LCD-monitor
het eind van zijn levensduur
heeft bereikt. Raadpleeg uw
JVC handelaar.
20.
•Voor een natuurgetrouwere
opname moet u “GAIN UP”
in het Menuscherm op
“AGC” of “OFF” stellen
(墌 blz. 23).
21.
•Probeer de klassieke film of
stroboscoopfunctie niet te
gebruiken tijdens een
overgang van scènes
(墌 blz. 28, 30).
22.
•Schakel sepia of zwart/wit
uit alvorens de witbalans in
te stellen (墌 blz. 30, 33).
23.
24.
25.
•Stel “DATE/TIME” in het
Menuscherm op “ON”
(墌 blz. 25).
•Tijdens de zelfopname zal
de datum/tijd niet getoond
worden (墌 blz. 15).
26.
•Zet “ON SCREEN” op
“LCD” of “LCD/TV” en zet
“TIME CODE” “ON” via het
Menuscherm (墌 blz. 25,
35).
27.
•Stel de helderheid en hoek
van de LCD-monitor in
(墌 blz. 14, 15).
NE59
————
————
VERVOLG OP VOLGENDE BLADEIJDE
60 NE
SYMPTOOMMOGELIJKE OORZAKENOPLOSSING
28.
De achterkant van de
LCD-monitor is heet.
29.
De indicators en kleuren
van het beeld op de LCDmonitor zijn niet helder.
30.
Aanduidingen op de LCDmonitor of in de zoeker
knipperen.
31.
Heldere punten op de
LCD-monitor of in de
zoeker.
32.
U kunt het geluid niet
horen tijdens de opname.
33.
Weergave, terugspoelen,
doorspoelen niet mogelijk.
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
28.
•De LCD-monitor wordt
warm door de lamp.
29.
•U drukt mogelijk op het
oppervlak of de rand van de
LCD-monitor.
30.
•U heeft bepaalde fade/wipeeffecten, functies van
Programma AE met speciale
effecten, “DIS” en andere
functies die niet tegelijk met
elkaar kunnen worden
gebruikt gekozen.
31.
•De LCD-monitor en de
zoeker bestaan uit
nauwkeurig luisterende
onderdelen. Het is echter
mogelijk dat er zwarte of
heldere punten (rood, groen
of blauw) voortdurend op de
LCD-monitor of in de zoeker
worden getoond. Deze
punten worden echter niet
op de band opgenomen. Dit
duidt niet op een defect van
het toestel. (Effectieve
beeldpunten: meer dan
99,99%)
32.
•De los verkrijgbare hoofdtelefoon is niet aangesloten
op de hoofdtelefoon
aansluiting.
•Het volume van de
hoofdtelefoon aansluiting is
niet goed afgeregeld. Het
volume op dit moment is
hetzelfde als het niveau
waarop het werd ingesteld
tijdens de laatste keer dat er
een band werd afgespeeld.
33.
•De POWER schakelaar is
niet op “” gedrukt.
28.
•Schakel de LCD-monitor
even uit door deze te sluiten
of druk de POWER
schakelaar naar “OFF” en
laat het toestel afkoelen.
29.
30.
31.
32.
33.
————
•Lees de aanwijzingen voor
het gebruik van fade/wipeeffecten, Programma AE met
speciale effecten, en “DIS”
opnieuw (墌 blz. 24,
28 – 31).
————
•Sluit de los verkrijgbare
hoofdtelefoon aan op de
hoofdtelefoon aansluiting
(墌 blz. 64, 65).
•Stel het volume opnieuw af
tijdens weergave
(墌 blz. 34).
•Druk de POWER schakelaar
naar “” (墌 blz. 34).
(vervolg)
SYMPTOOMMOGELIJKE OORZAKENOPLOSSING
34.
34.
De band wordt
getransporteerd maar er is
geen beeld.
35.
De aanduidingen op de
LCD-monitor zijn
vervormd.
36.
Beelden trillen op de LCDmonitor.
37.
Tijdens weergave
verschijnen er blokjes ruis,
of er wordt helemaal geen
beeld weergegeven en het
scherm wordt blauw.
38.
De LCD-monitor, zoeker
en lens zijn vuil
(bijvoorbeeld
vingerafdrukken).
39.
Vreemde markering
verschijnt.
40.
Foutmelding (E01— E06)
verschijnt.
•De TV heeft AV ingangsaansluitingen maar is niet in
de VIDEO functie
geschakeld.
•Het deksel van de
cassettehouder is open.
35.
•Tijdens weergave van nietopgenomen gedeelten,
zoeken met hoge snelheid en
stilbeeld-weergave zijn de
aanduidingen op de LCDmonitor vervormd. Dit duidt
niet op een defect.
36.
•Het luidsprekervolume is te
hoog.
37.
————
38.
————
39.
————
40.
•De camcorder functioneert
om een of andere reden niet
juist. De camcorder kan in
dit geval niet meer gebruikt
worden.
34.
•Schakel de TV in de functie
of op het kanaal voor
videoweergave (墌 blz. 38,
39).
•Sluit het deksel van de
cassettehouder (墌 blz. 10).
35.
36.
•Verlaag het volume
(墌 blz. 34).
37.
•Reinig de videokoppen met
een los verkrijgbare
reinigingscassette
(墌 blz. 71).
38.
•Veeg schoon met een
zachte doek. Voorkom
beschadiging en druk niet te
hard (墌 blz. 55).
39.
•Controleer het gedeelte over
aanduidingen op de LCDmonitor en in de zoeker van
deze gebruiksaanwijzing
(墌 blz. 66 – 68).
40.
•Ontkoppel de spanningsbron
(accu, enz.), en wacht een
paar minuten zodat de
aanduiding verdwijnt. Nadat
de aanduiding is verdwenen
kunt u de camcorder weer in
gebruik nemen. Raadpleeg
uw JVC handelaar indien na
het twee of driemaal
herhalen van de hiervoor
beschreven handeling de
aanduiding niet verdwijnt of
direct weer terugkomt.
NE61
————
VERVOLG OP VOLGENDE BLADEIJDE
62 NE
SYMPTOOMMOGELIJKE OORZAKENOPLOSSING
41.
De laadindicator van de
netadapter/acculader licht
niet op.
42.
Geen beeld op de LCDmonitor.
43.
Er verschijnt een zwarte
balk op de onderkant van
het scherm wanneer een
beeld met de printer wordt
afgedrukt.
44.
Wanneer de camcorder is
aangesloten via de DV
aansluiting werkt de
camcorder niet.
45.
De lensafdekking gaat
open bij het vervoeren.
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
41.
•De temperatuur van de accu
is zeer hoog/laag.
•Laden is moeilijk bij zeer
hoge/lage temperaturen.
42.
•De zoeker is uitgetrokken.
•De helderheid van de LCD-
monitor is niet juist ingesteld.
43.
•Dit duidt niet op een defect.
44.
•De DV kabel is
eruitgetrokkek en er weer in
gestoken terwijl de stroom
was ingeschakeld.
45.
————
41.
•Bescherm de accu en laad
deze op bij een temperatuur
tussen de 10°C en 35°C
(墌 blz. 69).
42.
•Duw de zoeker weer in.
•Stel de helderheid van de
LCD-monitor juist in
(墌 blz. 14).
•Indien de monitor 180
graden omhoog is
gekanteld, moet u de
monitor geheel openen
(墌 blz. 14).
43.
•Gebruik “DIS” voor opname
(墌 blz. 24) om dit te
voorkomen.
44.
•Doe de camcorder uit en
weer aan en probeer het
opnieuw.
45.
•Stel de camcorder niet bloot
aan schokken of extreme
trillingen tijdens het vervoer.
•Schakel de camcorder aan
en weer uit.
De lensafdekking zal zich
sluiten.
(vervolg)
INDEX
Docking station
NE63
4
6
5
1
2
3
1 PC Aansluiting [DIGITAL STILL] .......... 墌 blz. 40
•Sluit deze aan op een voor JLIP geschikte
camcorder of videorecorder zodat u deze kunt
bedienen vanaf uw computer met de
meegeleverde software.
OPMERKING:
Let er op dat de camcorder aan staat terwijl u de
camcorder op een PC aansluit via de JLIP
aansluiting van het Docking station. Als de
camcorder uit staat (als de POWER schakelaar op
“OFF” staat of omdat het toestel automatisch is
uitgeschakeld* enz.) terwijl er JLIP software
gebruikt wordt, zal het onmogelijk blijken de
aangesloten apparatuur vanaf de computer te
bedienen. In een dergelijk geval dient u eerst de
camcorder weer aan te zetten, of u kunt proberen
de JLIP kabel los te halen van de JLIP aansluiting
van het Docking station. Vervolgens dient u de
software opnieuw te initialiseren of helemaal
opnieuw op te starten.
* Automatisch uitschakelen:
Als er 5 minuten voorbij gaan terwijl de
camcorder in de opnamestandbyfunctie staat of
gepauzeerd is, zal de camcorder zichzelf
automatisch uitschakelen om stroom te sparen.
•Sluit de montagekabel aan wanneer u een
willekeurige montage gaat uitvoeren
Via deze aansluiting kan het Docking station
aangesloten worden op deze camcorder. Raak
deze aansluiting nooit met uw vingers aan en
zorg dat deze nooit in aanraking komt met harde
voorwerpen; als de pennen beschadigd raken en
geen goed contact meer maken wordt de
aansluiting onbruikbaar.
W Afdekking cassettehouder ................... 墌 blz. 10
E Statiefaansluiting ................................... 墌 blz. 8
R Geleidegat .......................................... 墌 blz. 38
66 NE
INDEX
Aanduidingen op de LCD-monitor/in de zoeker tijdens opname
Aanduidingen
0 ! @#$*%
*
1
F
.
A4U
T
2
P
O
0
S
W
x
3
4
5
O
P
T
O
H
2
6
7
.HMTOTDE
N
I
M
A
R
I
G
B
8
9
T
*
1
Verschijnt wanneer de bedieningsschakelaar op
“ ” staat.(墌 blz. 12)
2 Laat de stand van de opnamefunctie zien.
3 Verschijnt wanneer er tegenlichtcompensatie
gebruikt wordt.(墌 blz. 32)
4 Verschijnt wanneer de witbalans wordt ingesteld.
5 Verschijnt wanneer de belichting wordt ingesteld.
6 Toont het gekozen Programma AE met speciale
effecten.(墌 blz. 30)
7 Verschijnt wanneer de beeldstabilisator (“DIS”) is
geactiveerd.(墌 blz. 24)
8 Verschijnt wanneer de scherpstelling handmatig
wordt ingesteld.(墌 blz. 19)
9 Laat de tijdcode zien.(墌 blz. 18, 25)
0 •Zoombereik bij benadering: Verschijnt tijdens
het zoomen.(墌 blz. 17)
•: Verschijnt wanneer “GAIN UP” op
“AUTO” staat en de sluitertijd automatisch
wordt geregeld.(墌 blz. 23)
! Verschijnt tijdens het zoomen.
Zoomniveau-indicator(墌 blz. 17)
@ Toont het gekozen fade/wipe-effect.
# Verschijnt in de Squeeze, Cinema of PS Wide
functies.(墌 blz. 24)
:
2
3
C
2
(墌 blz. 13)
(墌 blz. 33)
(墌 blz. 32)
(墌 blz. 28, 29)
5
*
SP
3
5
^
R
E
4
4
C
4
&
*
(
)
q
w
e
1.
1.
0
0
:
1
2
$*Toont de ingestelde opnamesnelheid (SP of LP).
%*Toont de resterende bandtijd.(墌 blz. 14)
^ Verschijnt bij opname van een snapshot.
& •“REC” verschijnt bij het opnemen.
•“PAUSE” verschijnt in de opname-
standbyfunctie.(墌 blz. 14)
* Verschijnt wanneer de band wordt
getransporteerd.(墌 blz. 14)
( Verschijnt wanneer het diafragma is vergrendeld.
) Verschijnt tijdens een opname met de
zelfontspanner.(墌 blz. 26)
q Verschijnt wanneer de windschermfunctie is
geactiveerd om de door de wind veroorzaakte
ruis te verminderen.(墌 blz. 25)
w 5S MODE/ANIM. MODE: Laat de 5 Seconden
opnamefunctie of de Animatie opnamefunctie
zien.(墌 blz. 24, 27)
e BRIGHT : Toont de helderheid van de LCD-
SOUND : Toont de geluidsfunctie gedurende
monitor of de zoeker.(墌 blz. 14)
ongeveer 5 seconden na het
inschakelen van de camcorder.
r Toont de datum/tijd.(墌 blz. 9)
r
0
0
(墌 blz. 11)
(墌 blz. 16)
(墌 blz. 32)
(墌 blz. 23)
*Door via het Menuscherm “ON SCREEN”“SIMPLE” te zetten kunt u de aanduidingen die gemarkeerd zijn met een *
van het scherm verwijderen (墌 blz. 25, 35).
Aanduidingen op de LCD-monitor/in de zoeker tijdens weergave
65
NE67
1
2
/
S
O
1
2
3
4
L
CBI1T0
T
U
B
L
A
N
V
O
L
U
:
:
0
6
1 Toont de geluidsfunctie.(墌 blz. 35, 36)
2 Toont de functie voor het opzoeken van blanco
stukken.(墌 blz. 37)
3 BRIGHT : Toont de helderheid van de LCD
VOLUME : Toont het volume van de luidspreker
monitor of de zoeker.(墌 blz. 14)
of de hoofdtelefoon.(墌 blz. 34)
De niveau-indicator beweegt.
4 Toont de tijdcode.(墌 blz. 35, 36)
5 Toont de bandsnelheid.(墌 blz. 11)
1
N
K
M
2
D
E
0
SEARC
1.
LHP
11.2
:
4
000
0
7
6 Verschijnt wanneer de band wordt
getransporteerd.
4
: Weergave
3
: Snel doorspoelen/snel voorwaarts zoeken
2
: Snel terugspoelen/snel achterwaarts zoeken
6: Pauze
64: Voorwaarts slow-motion
1
6 : Achterwaarts slow-motion
e: Audio-dubben
6e : Audio-dubben pauze
7 Toont de datum/tijd.(墌 blz. 35, 36)
68 NE
Waarschuwingen
Aanduidingen Functie
CHECK TAPE’S ERASE
PROTECTION SWITCH
HEAD CLEANING
REQUIRED USE
CLEANING CASSETTE
CONDENSATION
OPERATION PAUSED
PLEASE WAIT
TAPE!
TAPE END
DIFFERENT
FORMATTED TAPE
SET DATE/TIME!
A. DUB ERROR!
A. DUB ERROR!
<CANNOT DUB
ON A LP RECORDED
TAPE>
<CANNOT DUB
ON A 16BIT
RECORDING>
<CHECK TAPE’S ERASE
PROTECTION SWITCH>
E01 — E06
UNIT IN SAFEGUARD
MODE REMOVE AND
REATTACH BATTERY
INDEX
Toont de resterende accuspanning.
Accu vol
Accu bijna leeg
De accu-indicator knippert wanneer de accu bijna leeg is. De
spanning wordt automatisch uitgeschakeld wanneer de accu is uitgeput.
Wordt getoond wanneer er geen cassette is geplaatst.(墌 blz. 10)
Verschijnt wanneer het wispreventielipje op “SAVE” staat maar de POWER
schakelaar op “” staat.(墌 blz. 10)
Wordt getoond indien er tijdens opname stof of vuil op de koppen is.
Gebruik een los verkrijgbare reinigingscassette.(墌 blz. 71)
Verschijnt als er condensatie is opgetreden. Wanneer deze aanduiding
verschijnt, dient u tenminste 1 uur te wachten totdat de condensatie
verdwenen is.
Verschijnt als er geen cassette in het toestel zit wanneer de START/STOP
wordt ingedrukt terwijl de POWER schakelaar op “” staat en de
MODE keuzeschijf op “VIDEO” of “”.
Wordt getoond wanneer tijdens opname of weergave het eind van de band
wordt bereikt.(墌 blz. 15)
Wordt getoond wanneer er een cassette van een ander formaat in het
toestel gedaan wordt.
● Wordt getoond wanneer de datum/tijd niet is ingesteld.(墌 blz. 9)
● Wordt getoond wanneer de ingebouwde klokbatterij (lithium) leeg is en
de instelling van de datum/tijd derhalve werd gewist.(墌 blz. 9)
Wordt getoond wanneer audio-dubben wordt geprobeerd op een blanco
gedeelte van de band.(墌 blz. 54)
● Wordt getoond wanneer audio-dubben wordt geprobeerd op een band
die met de LP functie is opgenomen.(墌 blz. 54)
● Wordt getoond wanneer audio-dubben wordt geprobeerd op een band
die met 16-bits audio is opgenomen.(墌 blz. 54)
● Wordt getoond wanneer er op A.DUB (e) op de afstandsbediening wordt
gedrukt terwijl het wispreventielipje op “SAVE” (bewaren) staat.
De foutmelding (E01 — E06) toont wat het probleem is. De camcorder
wordt automatisch uitgeschakeld nadat een foutmelding verschijnt. U moet
de spanningsbron (accu, enz.) en vervolgens een paar minuten wachten
zodat de aanduiding verdwijnt. Nadat de aanduiding is verdwenen kunt u
de camcorder weer in gebruik nemen. Raadpleeg uw JVC handelaar indien
na het uitvoeren van de hiervoor beschreven handeling de aanduiding niet
verdwijnt of direct weer terugkomt.
Aanduidingen (vervolg)
(墌 blz. 54)
VOORZORGEN
NE69
Algemene voorzorgen batterijen
Als de afstandsbediening niet werkt, ook al voert u
de juiste handelingen uit, zijn de batterijen leeg.
Vervang de batterijen door verse.
Gebruik deze batterijen: R03 (AAA) formaat x2
Neemt u alstublieft de volgende regels in acht bij het
gebruiken van batterijen. Wanneer batterijen niet op
de juiste manier worden behandeld, kunnen ze gaan
lekken of zelfs ontploffen.
1. Raadpleeg blz. 44 voor het vervangen van de
batterijen.
2. Gebruik geen batterijen van een ander formaat
dan wat voorgeschreven is.
3. Controleer of de batterijen in de juiste richting in
het batterijvak zitten.
4. Gebruik geen oplaadbare batterijen.
5. Stel de batterijen niet bloot aan te hoge
temperaturen, aangezien ze hierdoor kunnen gaan
lekken of zelfs ontploffen.
6. Gooi de batterijen niet in het vuur.
7. Haal de batterijen uit het toestel als u dit voor
langere tijd niet zult gebruiken om te voorkomen
dat de batterijen gaan lekken, hetgeen storingen
zou kunnen veroorzaken.
Accu’s
De bijgeleverde accu is een
lithium-ionaccu. Lees
alvorens deze accu of een
los verkrijgbare accu te
gebruiken de volgende
voorzorgen goed door:
1. Voorkom gevaar . . .
... verbrand de accu niet.
... sluit de contactpunten niet kort.
... maak geen veranderingen en demonteer niet.
... stel de accu niet aan temperaturen boven de
60°C bloot daar de accu anders oververhit met
mogelijk een ontploffing en brand tot gevolg.
... gebruik uitsluitend de gespecificeerde laders.
2. Voorkom beschadiging en verleng de
levensduur . . .
... stel de accu niet aan schokken bloot.
... laad bij temperaturen op die binnen het
hieronder getoonde bereik ligt. Dit is een accu
van het “chemische reactie type” — lagere
temperaturen vertragen het laden, en hogere
temperaturen belemmeren mogelijk het
volledig laden van de accu.
... bewaar de accu op een droge, koele plaats.
Door langdurige blootstelling aan hoge
temperaturen wordt de accu ontladen en de
levensduur verkort.
... laad één keer per jaar een accu eerst geheel op
en ontlaad dan geheel wanneer u de accu voor
langere tijd opbergt.
... verwijder de accu van de lader of het toestel
wanneer u deze niet gebruikt. Sommige
toestellen gebruiken namelijk ook spanning
wanneer ze zijn uitgeschakeld.
OPMERKINGEN:
●
De accu is na het laden of gebruik warm. Dit is
normaal.
De oplaadtijd is gebaseerd op een kamertemperatuur van 20°C.
●
Hoe lager de temperatuur, hoe langer het opladen
duurt.
Contactpunten
70 NE
VOORZORGEN
(vervolg)
Cassettes
Lees de volgende voorzorgen door voor een juist
gebruik en opslag van uw cassettes.
1. Tijdens gebruik . . .
... controleer dat de cassette de Mini DV
markering heeft.
... vergeet niet dat opname op een reeds
opgenomen cassette automatisch de “oude”
opname van de video- en audiosignalen wist.
... controleer dat de cassette juist wordt geplaatst.
... plaats en verwijder een cassette niet
herhaaldelijk zonder dat de band is
getransporteerd. De band komt hierdoor
namelijk los te zitten met mogelijk
beschadiging tot gevolg.
... open nooit de huls van de cassette. Er zou
anders stof of vingerafdrukken op de band
kunnen komen.
2. Bewaar cassettes . . .
... uit de buurt van de verwarming of andere
warmtebronnen.
... uit het directe zonlicht.
... op een plaats die niet aan schokken of
trillingen blootstaat.
... op een plaats die niet aan sterke magnetische
velden blootstaat (bijvoorbeeld in de buurt van
motoren, transformators of magneten).
... verticaal geplaatst en in het originele
cassettedoosje.
LCD-monitor
1. Voorkom beschadiging van de LCD-monitor en
NIET . . .
... hard op de monitor drukken of aan schokken
onderhevig stellen.
... de camcorder met de LCD-monitor onder
ergens neerleggen.
2. Verleng de levensduur . . .
... en wrijf niet hard of met een ruwe doek
schoon.
3. Let op de volgende punten. Dit zijn
karakteristieken van de LCD-monitor.
•Bij gebruik van de camcorder wordt het
oppervlak en/of de achterkant van de LCDmonitor warm.
•De oppervlakken rond de LCD-monitor worden
mogelijk warm wanneer de spanning lang is
ingeschakeld.
Hoofdtoestel
1. Voor de veiligheid, NIET . . .
... de behuizing van de camcorder openen.
... het toestel demonteren of er veranderingen in
aanbrengen.
... de contactpunten van de accu kortsluiten.
Houd uit de buurt van metalen voorwerpen
wanneer niet in gebruik.
... ontvlambare stoffen, water of metalen
voorwerpen in het toestel laten vallen.
... de accu verwijderen of de spanning
ontkoppelen wanneer de spanning nog is
ingeschakeld.
... de accu op de camcorder bevestigd laten
wanneer niet in gebruik.
2. Vermijd gebruik van het toestel . . .
... op zeer vochtige of stoffige plaatsen.
... op plaatsen die onderhevig zijn aan roet of
stoom, bijvoorbeeld in de buurt van een
gasfornuis.
... op plaatsen die onderhevig zijn aan sterke
schokken of trillingen.
... in de buurt van een TV.
... in de buurt van apparatuur die sterke
magnetische of elektrische velden opwekt
(bijvoorbeeld luidsprekers of zendantennes).
... op plaatsen die aan zeer hoge (boven 40°C) of
zeer lage (onder 0°C) temperaturen onderhevig
zijn.
3. Bewaar het toestel NIET . . .
... op plaatsen waar de temperatuur hoger is dan
50°C.
... op plaatsen met een zeer lage (onder 35%) of
hoge (boven 80%) vochtigheidsgraad.
... in het directe zonlicht.
... in de zomer in een afgesloten auto.
... in de buurt van een verwarmingselement.
4. Ter bescherming, het toestel NIET . . .
... nat laten worden.
... laten vallen of tegen harde voorwerpen stoten.
... tijdens transport onderhevig aan sterke
schokken of trillingen blootstellen.
... met de lens langdurig op een helder onderwerp
richten.
... met de lens in het directe zonlicht houden.
... aan de LCD-monitor of zoeker dragen.
... hard heen en weer slingeren met de handriem
of greep.
... in de zachte camerahoes sterk heen en weer
slingeren.
5. Vuile koppen veroorzaken mogelijk de volgende
problemen:
•Geen beeld tijdens weergave.
•Ruis of ruisblokken tijdens weergave.
•Tijdens opname wordt de waarschuwing voor
een vuile kop “ ” getoond.
Reinig vuile koppen met een in de handel
verkrijgbare reinigingscassette. Plaats de
reinigingscassette en start de weergave. De koppen
worden mogelijk beschadigd indien u deze
cassette meerdere malen achter elkaar gebruikt.
De weergave wordt automatisch na ongeveer 20
seconden gestopt. Zie tevens de aanwijzingen van
de kopreinigingscassette.
Raadpleeg uw JVC handelaar indien na gebruik
van deze reinigingscassette het probleem nog niet
is opgelost.
De mechanisch bewegende onderdelen voor het
bewegen van de videokoppen en het transporteren
van de band raken na verloop van tijd
verontreinigd en verslijten op den duur. Laat voor
een optimale werking en heldere beelden het
toestel na ongeveer 1000 gebruiksuren nakijken.
Raadpleeg uw JVC handelaar voor deze
periodieke check-ups.
NE71
Meer over condensvorming . . .
● Het is u misschien wel eens opgevallen dat
wanneer een koude vloeistof in een glas
geschonken wordt, er zich waterdampdruppels
vormen aan de buitenkant van het glas.
Ditzelfde fenomeen, dat we condensatie
noemen, kan op de koppen van de camcorder
optreden wanneer deze van een koude naar
een warme plaats wordt overgebracht, na het
verwarmen van een koude kamer, in overmatig
vochtige omstandigheden, of op een plek in de
directe luchtstroom van een airconditioner.
● Vocht op de kop, een van de meest kwetsbare
onderdelen van de camcorder, kan de
videoband zowel als het interne mechanisme
van de camcorder beschadigen.
Ernstige problemen
Indien er iets mis is met het toestel, moet u het
gebruik van de camcorder direkt staken en uw
JVC handelaar raadplegen.
Deze camcorder wordt door een microcomputer
bestuurd. Externe ruis en interferentie (van
bijvoorbeeld een TV of radio) heeft mogelijk tot
gevolg dat de camcorder niet juist functioneert.
Ontkoppel in dat geval eerst de spanningsbron
(accu, netadapter/lader, enz.) en wacht een paar
minuten. Sluit de spanning weer aan en start de
bediening als normaal.
Juiste omgang met een CD-ROM
•Zorg dat er geen vuil of krassen komen op de
glimmende onderkant (tegenover de labelkant).
Schrijf niet op een CD-ROM en plak geen etiketten
e.d. op de bovenkant of de onderkant. Als een CDROM vuil is, kunt u deze met een zachte does
schoonvegen, vanuit het midden naar de rand.
•Gebruik geen reinigingsmiddelen of antistatische
spray voor conventionele grammofoonplaten.
•Verbuig een CD-ROM niet en raak de glimmende
onderkan niet met uw vingers aan.
•Bewaar een CD-ROM niet op een warme, stoffige
of vochtige plaats. Laat niet in de volle zon liggen.
Video uitgangsaansluiting: 1 V(p-p), 75 Ohm, analoog
Audio uitgangsaansluiting: 300 mV (rms), 1 kiloOhm, analoog, stereo
DV aansluiting: 4-pens, voldoet aan IEEE 1394
Hoofdtelefoon uitgangsaansluiting: diameter 3,5 mm, stereo
NE75
Lichtnetadapter/Acculader AA-V51EG
Spanningsvereisten: 110 V tot 240 V wisselstroom, 50 Hz/60 Hz
Stroomverbruik: 23 W
Uitgang
Opladen: 7,2 V gelijkspanning; 0,77 A
VTR: 6,3 V gelijkspanning; 1,8 A
Afmetingen (B x H x D): 68 mm x 45 mm x 110 mm
Gewicht: Ongeveer 255 g
Docking station CU-V503E
Algemeen
Afmetingen (B x H x D): 55 mm x 36 mm x 107 mm
Gewicht: Ongeveer 89,9 g
Aansluitingen
S-Video uitgang: Y : 1 V (p-p), 75 Ohm, analoog
Video uitgangsaansluiting: 1 V (p-p), 75 Ohm, analoog
Audio uitgangsaansluiting: 300 mV (rms), 1 kiloOhm, analoog, stereo
JLIP (EDIT): ø3,5 mm, 4-pens, mini-kop contrastekker (compatibel met
PC (DIGITAL STILL): ø2,5 mm, 3 pens
Externe microfoon ingang: 506 microV (rms), hoge impedantie ongebalanceerd, diameter
C : 0,29 V (p-p), 75 Ohm, analoog
RC-5325 stekker)
3,5 mm (stereo)
Technische gegevens zijn gebaseerd op de SP functie tenzij anders aangegeven. Ontwerp en technische
gegevens zijn zonder voorafgaande kennisgeving wijzigbaar.