AARSCHUWING! W anneer de machine
onjuist of slordig w
een gevaarlijk gereedschap zijn, dat
ernstig letsel of overlijden van de gebruiker
of anderen kan veroorzaken.
Neem de gebruiksaanwijzing grondig door
en gebr
duidelijk heeft begrepen.
Gebruik de machine nooit indien
personen, en dan v
dieren in de buurt aanwezig zijn.
Waarschuwing voor weggeslingerde en
afgek
Waarschuwing voor draaiende messen.
Let op uw handen en v
uik de machine niet voor u alles
etste voorwerpen.
ordt gebruikt, kan het
ooral kinderen, of
oeten.
AN DE SYMBOLEN
Overig e op de machine aangegeven symbolen/plaatjes
verwijzen naar specifieke eisen aan certificering op
bepaalde markten.
Gebr uik altijd beschermhandschoenen.
Moet regelmatig schoongemaakt worden.
Controleer met het blote oog.
De ontstekingskabel moet altijd worden
losgemaakt v
schoonmaken of
onderhoudswerkzaamheden.
Controle en/of onderhoud moet worden
uitge
voerd als de motor uit staat, laat de
motorrembeugel los.
an de bougie voor reparatie,
Dit product voldoet aan de geldende CEr
ichtlijnen.
Waarschuwing: draaiende delen. Houd
de handen en v
Gebruik de machine nooit
binnenshuis of in r
ventilatie missen. De
uitlaatgassen bevatten
koolmonoxide, een geurloos,
giftig en levensge v aarlijk gas.
Explosiegevaar
Tank nooit terwijl de motor draait.
oeten vrij.
uimtes die
Typeplaatje
1
2
6
789
1 Fabrikant
2 Model
3 Productnummer
4 Onderhoudshendel
5 Serienummer
6 Type
7 Gewicht
8 Bouwjaar
9 Vermogen
34
5
Warm oppervlak
Geluidsemissie naar de omgeving volgens
de r
ichtlijnen van de Europese
Gemeenschap. De emissie v an de machine
wordt aangegeven in het hoofdstuk
Technische gegevens en op plaatjes.
–
Dutch
•
W
W
W
VERKLARING V
Maatreg elen voor het gebruik van
een nieuwe grasmaaier
Lees de gebruiksaanwijzing aandachtig.
•Controleer de montage en de afstelling van de
usting. Zie de instructies in het hoofdstuk
snijuitr
Monteren.
•T ank en vul olie bij in de motor . Zie de instructies onder de
op brandstofhantering.
k
AARSCHUWING! De oorspronkelijke
vormgeving van de machine mag in geen
!
enkel geval gewijzigd worden zonder
toestemming van de fabrikant. Men moet
altijd originele onderdelen gebruiken. Niet
goedgekeurde wijzigingen en/of nietoriginele onderdelen kunnen tot ernstige
verwondingen of de dood van zowel
gebruiker als omstanders leiden.
AARSCHUWING! Een grasmaaier kan bij
verkeerd of slordig gebruik een gevaarlijk
!
gereedschap zijn, dat ernstige, zelfs
levensbedreigende, verwondingen kan
veroorzaken Het is zeer belangrijk dat u de
inhoud van deze gebruiksaanwijzing
doorleest en begrijpt.
AN DE SYMBOLEN
AARSCHUWING! Langdurige inademing
van de uitlaatgassen van de motor kan een
!
gezondheidsrisico vormen.
Husqvarna AB werkt voortdurend aan het verder ontwikkelen
van haar producten en houdt zich dan ook het recht voor om
zonder aankondiging vooraf wijzigingen in o.a. vorm en
uiterlijk door te voeren.
Dutch
– 3
INHOUD
Inhoud
VERKLARING VAN DE SYMBOLEN
erklaring van de symbolen .........................................2
12 Olietank
13 Maaihoogtehendel
14 Achteruitworp (geldt niet voor LB48e)
15 Motorrembeugel
16 Bladrem LC48Be en LC53Be
17 Elektrisch LC 53 Ee
18 Symbolen
19 Mulchplug (geldt niet voor LB48e)
20 Zijuitworp LB 48 e
21 Gebruiksaanwijzing
Dutch
– 5
6
P
•
V
V
W
W
VEILIGHEIDSINSTR
ersoonlijke bescherming
AARSCHUWING! Bij al het gebruik van de
machine moet persoonlijke bescherming
!
worden gebruikt.
Draag handschoenen indien nodig, b.v. wanneer u de
usting monteert, inspecteert of schoonmaakt.
snijuitr
•Gebruik altijd een stevige lange broek. Draag geen korte
broek of sandalen en loop niet op b
•Gebruik slipvaste en stevige laarzen of schoenen.
Verder moet de kleding goed aansluiten zonder u in uw
wegingen te belemmeren.
be
eiligheidsuitrusting van de
machine
In dit hoofdstuk w ordt verklaard wat de veiligheidsonderdelen
an de machine zijn, welke functie ze hebben en hoe de
v
controle en het onderhoud moeten uitgevoerd worden om
hun goede werking veilig te stellen. Bekijk het hoofdstuk Wat
is wat? om te zien waar deze onderdelen zich be vinden op uw
machine.
AARSCHUWING! Gebruik nooit een
machine als de veiligheidsonderdelen kapot
!
zijn. Volg de controle-, onderhouds- en
service-instructies die in dit hoofdstuk
beschreven worden.
Maaikap en besc hermkap
De bescher mkap is geconstrueerd om het risico van letsel
door beknelling te v
aandrijfriem op te vangen. Controleer of de beschermkap
heel is en of hij goed vastgeschroefd is.
De maaikap is geconstrueerd om trillingen te reduceren en
isico van snijwonden te verminderen. Controleer of de
het r
maaikap heel en zonder zichbare defecten, bijv. scheuren in
het materiaal, is.
erminderen en om een gebroken
lote voeten.
UCTIES
Geef volgas en laat vervolgens de rembeugel los. De
motorrem moet altijd z
3 seconden start. Als dit niet gebeurt, moet de machine
naar een erkende servicedealer worden gebracht om te
worden afgesteld.
Geluid demper
De geluiddemper w erd ontworpen om het geluidsniveau zo
laag mogelijk te houden, en om de uitlaatgassen w
richten van de gebruiker.
WAARSCHUWING! De uitlaatgassen van de
motor zijn heet en kunnen vonken bevatten
!
die brand kunnen veroorzaken. Start de
machine daarom nooit binnenshuis of in de
buurt van licht ontvlambaar materiaal!
In gebieden met een warm en droog klimaat kan het risico
v
an branden erg groot zijn. Het k omt v oor dat dez e gebieden
gereguleerd worden met wetgeving, die vereist dat de
geluiddemper onder andere uitgerust moet zijn met een
goedgekeurd vonkenopvangnet.
Voor geluiddempers is het erg belangrijk dat de controle-,
onderhouds- en ser
WAARSCHUWING! Tijdens het gebruik en
een tijdje daarna is de geluiddemper erg
!
warm. Raak de geluiddemper niet aan
wanneer hij warm is!
•Gebruik de machine nooit wanneer de geluiddemper
defect is.
•Controleer of de geluiddemper goed vast zit en niet
beschadigd is
.
Snijuitrusting
o afgesteld zijn dat de motor binnen
eg te
vice-instructies gevolgd worden.
Motorrembeug el
De motorrem is ontw orpen om de motor te stoppen. W anneer
u de handg
motor stoppen.
•Controleer of de motorrem goed werkt en onbeschadigd
is
Plaats de grasmaaier op een stabiele ondergrond en start
hem.
met de grond of een ander voorwerp.
–
reep van de motorrembeugel loslaat, moet de
.
Zorg ervoor dat het mes niet in contact kan komen
Dutch
oorkom dat het mes tegen vreemde voorwerpen slaat zoals
stenen, w
mes bot wordt en dat de motoras krom wordt. Let goed op dat
u altijd een goed geslepen en correct gebalanceerd mes
hebt. Zie ook de instructies bij het hoofdstuk Onderhoud.
Controleer de snijuitrusting. Gebruik nooit botte, gebarsten of
beschadigde uitrusting.
ortels of iets dergelijks. Dit kan ertoe leiden dat het
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
Controleer ook of de mesbout heel en de motoras niet krom
is.
WAARSCHUWING! Gebruik de machine
nooit wanneer de veiligheidsuitrusting
!
defect is. De veiligheidsuitrusting van de
machine moet gecontrolleerd en
onderhouden worden zoals beschreven in
dit hofdstuk. Als uw machine niet door alle
controles komt, moet u ermee naar uw
servicewerkplaats voor reparatie.
Algemene veiligheidsinstructies
•Een grasmaaier is alleen geconstrueerd voor het maaien
van gazons. De enige accessoires waarvoor u de
motoreenheid als aandrijving mag gebruiken, zijn de
messen die wij aanbevelen in het hoofdstuk Technische
gegevens.
•Gebruik de machine nooit als u moe bent, alcohol heeft
gedronk
gezichtsvermogen, beoordelingsvermogen of
coördinatievermogen negatief beïnvloeden.
•Denk erom dat de operator verantwoordelijk is voor
ongelukk
eigendommen.
en of medicijnen heeft ingenomen die uw
en of beschadigingen van andere mensen of hun
1 Controleer of de motorrem goed werkt en onbeschadigd
is. Zie de instructies onder de kop Controle van de
remwerking.
2 Controleer of alle handgrepen en hendels onbeschadigd
ij van olie zijn.
en vr
3 Controleer of de geluiddemper goed vast zit en niet
beschadigd is
4 Controleer of alle onderdelen van de grasmaaier zijn
aangedr
5 Controleer of het mes niet beschadigd is en geen barsten
Vervang het mes als dat nodig is.
heeft.
.
aaid en of ze niet beschadigd zijn of ontbreken.
Starten
WAARSCHUWING! Langdurige inademing
van de uitlaatgassen van de motor kan een
!
gezondheidsrisico vormen.
•Start de grasmaaier nooit zonder dat mes en alle kappen
correct zijn gemonteerd.
•Start de machine nooit binnenshuis. Vergeet niet dat het
vaarlijk is om de uitlaatgassen van de motor in te
ge
ademen.
•V erzeker u ervan dat het werkterrein v oldoende verlicht is
om een v
•Controleer de omgeving en verge wis u ervan dat er geen
isico bestaat dat mensen of dieren in contact komen met
r
de snijuitrusting. De gebruiker is verantwoordelijk voor
eventuele on veilige situaties of risico's waaraan personen
en eigendommen worden blootgesteld.
eilige werkomgeving te creëren.
WAARSCHUWING! Een motor laten lopen in
een afgesloten of slecht geventileerde
!
ruimte kan dodelijke ongelukken
veroorzaken door verstikking of
koolmonoxidevergiftiging.
•Bij al het gebruik van de machine moet persoonlijke
bescher
kop Persoonlijke bescherming.
•Gebruik nooit een machine die zo gewijzigd is dat ze niet
langer o
•Gebruik uitsluitend de in deze gebruiksaanwijzing
aanbe
hoofdstukken Snijuitrusting en Technische gegevens.
•Gebruik nooit een machine die defect is. Volg de
onderhouds-, controle- en ser
gebruiksaanwijzing. Bepaalde onderhouds- en
servicemaatregelen moeten uitgevoerd worden door
opgeleide en gekwalificeerde specialisten. Zie instructies
in het hoofdstuk Onderhoud.
Voor ieder gebruik:
•
ming worden gebruikt. Zie de instructies onder de
vereenkomt met de originele uitvoering.
volen accessoires. Zie instructies in de
WAARSCHUWING! Het gebruik van defecte
snijuitrusting kan het risico op ongevallen
!
vergroten.
vice-instructies van deze
•Plaats de grasmaaier op een stabiele ondergrond en start
Zorg ervoor dat het mes niet in contact kan komen
hem.
met de grond of een ander voorwerp.
•Wikkel het startkoord nooit rond uw hand.
Zie instructies onder de kop Starten en stoppen.
Brandstofveiligheid
WAARSCHUWING! Brandstof en
brandstofdampen zijn zeer brandgevaarlijk.
!
Wees voorzichtig met de hantering van
brandstof en motorolie. Denk aan de
gevaren van brand, explosie en inademing.
•Tank nooit wanneer de motor van de machine loopt.
•Zorg voor goede ventilatie bij het tanken en bijvullen van
olie.
Dutch – 7
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
•Verplaats de machine ten minste 3 m van de tankplaats
voor u de motor start.
•Start de machine nooit:
1 Indien u brandstof of motorolie op de machine hebt
gemorst. Droog alles af en laat de benzineresten
verdampen.
2 Indien u brandstof of motorolie op uzelf of uw kleding
hebt gemorst.
3 Als de machine brandstof lekt. Controleer de tankdop
en de br
Vervang uw kleding.
andstofleidingen regelmatig op lekkage.
Transport en opbergen
•Bij stalling voor langere tijd of transport van de grasmaaier
moeten de brandstof- en motorolietanks worden geleegd.
Vraag het dichtstbijzijnde benzinestation waar u uw tev eel
aan brandstof en motorolie kunt laten.
•Bewaar de grasmaaier en de brandstof zo dat eventuele
lekkage en dampen niet in contact kunnen k
vonken of open vuur. Bijvoorbeeld elektrische machines,
elektrische motoren, stopcontacten/schakelaars,
verwarmingsketels of iets dergelijks.
•De brandstof moet in daarvoor bedoelde en
goedgek
eurde tanks worden bewaard.
omen met
Algemene werkinstructies
•V oordat u begint met maaien moeten takken, stenen enz.
an het gazon worden verwijderd. Voorkom dat het mes
v
tegen vreemde voorwerpen slaat zoals stenen, wortels of
iets dergelijks. Dit kan ertoe leiden dat het mes bot wordt
en dat de motoras krom wordt.
•Til de grasmaaier nooit op en draag deze niet wanneer de
motor is gestar
moet u eerst de motor stoppen en de ontstekingskabel
van de bougie halen.
•Gebruik de motorkettingzaag niet in ongunstige
eersomstandigheden. B .v. bij dichte mist, hevige regen,
w
harde wind, hevige koude enz. Werken in slechte
weersomstandigheden is vermoeiend en kan tot
gevaarlijke situaties leiden, zo kan de grond glad zijn.
•Zorg ervoor dat u veilig kunt gaan en staan. Controleer of
ventuele hindernissen zijn als u onverwacht snel moet
er e
kunnen wegkomen (wortels, stenen, takken, kuilen,
greppels enz.). Wees extra voorzichtig wanneer u op
hellend terrein werkt.
•De motor moet worden uitgezet bij verplaatsing over
terrein dat niet moet w
paden, steen, grind, asfalt enz.
De rembeugel mag nooit permanent in de handgreep
verankerd zijn, wanneer de machine loopt.
t. Indien u de grasmaaier moet optillen,
orden gemaaid. Bijvoorbeeld
WAARSCHUWING! Dit hoofdstuk behandelt
de basis-veiligheidsregels voor het werken
!
met een grasmaaier. De gegeven informatie
kan nooit de kennis vervangen die een
vakman bezit in de vorm van opleiding en
praktische ervaring. Wanneer u te maken
krijgt met een situatie die u onzeker maakt
over verdergaan met het gebruik, moet u een
expert om advies vragen. Vraag uw dealer,
servicewerkplaats of een ervaren gebruiker
van grasmaaiers. Voorkom al het gebruik
waarvan u vindt dat u niet voldoende
gekwalificeerd bent!
Basisveiligheidsregels
•Controleer de omgeving:
- Om ervoor te zorgen dat u de controle over uw machine
niet kunt v
andere reden.
- Om te voorkomen dat de eerder genoemden niet het risico
lopen in contact te k
8 – Dutch
erliezen vanwege omstanders, dieren of een
omen met de snijuitrusting.
Volg de bovengenoemde punten maar gebruik nooit een
g
rasmaaier zonder de mogelijkheid om in geval van een
ongeluk hulp in te kunnen roepen.
De principes van de maaitechniek
WAARSCHUWING! Zorg ervoor dat uw
handen en voeten niet bij de snijuitrusting
!
komen als de motor draait.
Algemeen
•Het maaien van hellingen kan gevaarlijk zijn. Gebruik de
grasmaaier niet op zeer steile hellingen.
•De grasmaaier mag niet worden gebruikt op een helling
van meer dan 30 graden.
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
•Op hellend terrein moet u de paden loodrecht ten opzichte
van de helling laten lopen. Het is veel makkelijker om
dwars over een helling te lopen dan op en neer.
•V oordat u begint met maaien moeten takken, stenen enz.
an het gazon worden verwijderd.
v
•Til de grasmaaier nooit op en draag deze niet wanneer de
motor is gestar
moet u eerst de motor stoppen en de ontstekingskabel
van de bougie halen.
•Voorkom dat het mes tegen vreemde voorwerpen slaat
oals stenen, wortels of iets dergelijks. Dit kan ertoe
z
leiden dat het mes bot wordt en dat de motoras krom
wordt. Een kromme as zorgt voor onbalans en sterke
trillingen, hetgeen leidt tot een groot risico van het
losraken van het mes.
•Als er een voorwerp geraakt wordt of er trillingen
ontstaan, moet u de machine stoppen.
bougiekabel van de bougie. Controleer of de machine niet
beschadigd is. Repareer eventuele beschadigingen.
•Maai nooit meer dan 1/3 van de lengte van het gras. Dit
ooral in periodes van droogte. Maai eerst op een
geldt v
grote maaihoogte. Controleer daarna het resultaat en ga
naar een geschikte hoogte. Indien het gras extra lang is,
moet u langzaam rijden en eventueel twee keer maaien.
t. Indien u de grasmaaier moet optillen,
Haal de
•Ren niet met de machine wanneer deze werkt. U moet
altijd met de g
Let vooral ook op wanneer u de machine tijdens de
erkzaamheden naar u toe trekt.
w
rasmaaier lopen.
Maaihoogte
Zet de motor uit voordat u de maaihoogte wijzigt.
De maaihoogte kan in vijf verschillende standen worden
ingesteld, mm
Stel de maaihoogte niet te laag af, omdat dan het risico
bestaat dat de messen bij onregelmatigheden in de aarde
lopen.
Dutch – 9
MONTEREN
Stuur monteren
Wanneer u het stuur inklapt, moet u voorzichtig zijn om geen
leidingen en kabels te beschadigen.
•Houd de vergrendelknop op het vergrendelmechanisme
ukt en klap de hendel omhoog.
ingedr
•Stel de hoogte van het bovenste deel van het stuur af.
•Schroef de hendel vast met de knop.
•Om de hendel weer omlaag te halen, houdt u de
v
ergrendelknop ingedrukt en klapt u de hendel uit.
•Zet het achterscherm omhoog en hang de
grasopvangbak op.
Zijuitworp
•LB48e kan worden gebruikt voor zijwaarts lossen door
een zijuitwerper op het maaideksel te plaatsen.
•Til de zijafdekking op en plaats de zijuitwerper op de as.
Mulchfunctie
LB48e is een gazonmaaier met mulchfunctie.
Machines die zijn uitgerust met een opvangbak, kunnen op
olgende manier worden gebruikt met de mulchfunctie:
de v
•Zet het achterscherm omhoog en verwijder de
angbak.
opv
Monteren van opvangbak (geldt niet voor
LB48e)
10 – Dutch
•Plaats de mulchplug in het opvangkanaal.
•Sluit het scherm en zorg ervoor dat deze is vergrendeld
met behulp v
an de mulchplug.
BRANDSTOFHANTERING
DO
NOT
OVERFILL
CAUTION
Brandstof
WAARSCHUWING! Zorg steeds voor een
goede ventilatie bij het vullen en hanteren
!
van brandstof.
Benzine
•Gebruik loodvrije kwaliteitsbenzine. Loodhoudende
benzine kan worden gebruikt wanneer loodvrije benzine
niet verkrijgbaar is.
•Gebruik brandstof met ten minste 77 oktaan.
•Als u de machine gedurende een langere tijd niet
uikt, moet u de brandstoftank leeg maken en hem
gebr
schoonmaken.
Motorolie
Controleer het oliepeil voordat de grasmaaier wordt gestart.
Een te laag oliepeil kan ernstige beschadigingen aan de
motor veroorzaken.
•Gebruik HUSQVARNA viertaktolie voor het beste
resultaat en w
•Indien geen HUSQVARNA viertaktolie verkrijgbaar is,
kunt u een andere vier
gebruiken. Neem contact op met uw dealer v oor de keuze
van olie. Over het algemeen wordt SAE 30 aanbevolen.
•Gebruik nooit olie bedoeld voor tweetaktmotoren.
Controleer het oliepeil voordat de grasmaaier wordt gestart.
Een te laag oliepeil kan er
motor veroorzaken.
erking.
taktolie van hoge kwaliteit
nstige beschadigingen aan de
Tanken
WAARSCHUWING! Om het risico op brand te
verminderen, moet u de volgende
!
voorzorgsmaatregelen nemen:
Rook niet of plaats geen warme voorwerpen
in de buurt van de brandstof.
Tank nooit terwijl de motor draait.
Open de dop van de tank voorzichtig
wanneer u wilt tanken zodat eventuele
overdruk langzaam verdwijnt.
Draai de dop van de tank goed vast na het
tanken.
Verwijder de machine steeds van de
tankplaats, voor u de motorzaag start.
Vul niet te veel benzine bij. Laat ongeveer 35 mm onder het
tankdeksel over zodat de brandstof kan uitzetten.
Maak schoon rond het tankdeksel. Maak de brandstof- en
olietank regelmatig schoon.
minste een keer per jaar worden vervangen.
Verontreinigingen in de tanks veroorzaken storingen in de
werking.
V erplaats de heggenschaar altijd ca. 3 m van de plaats waar
u de tank bijge
vuld heeft, voordat u de motor start.
Het brandstoffilter moet ten
Oliepeil
Schroef het olievuldeksel los en controleer het oliepeil op de
peilstok die op het deksel zit.
Het olievuldeksel moet helemaal ingeschroefd zijn om een
correct beeld te ge
Is het oliepeil laag, vult u bij met motorolie tot het bovenste
eau op de peilstok.
niv
CAUTION
Gebruik alleen aanbevolen motorolie. Zie hoofdstuk
Technische gegevens.
ven van het oliepeil.
OVERFILL
NOT
DO
Dutch – 11
STARTEN EN STOPPEN
Starten en stoppen
WAARSCHUWING! Voor het starten moet u
rekening houden met de volgende punten:
!
Start de grasmaaier niet zonder dat mes en
alle kappen zijn gemonteerd. Het mes kan
anders losraken en persoonlijk letsel
veroorzaken.
Verwijder de machine steeds van de
tankplaats, voor u de motorzaag start.
Plaats de machine op een vaste ondergrond.
Let erop dat de snijuitrusting geen voorwerp
kan raken.
Hou onbevoegden uit het werkgebied.
Starten
Zorg ervoor dat de ontstekingskabel goed op de bougie zit.
•Trek de motorrembeugel met uw linkerhand helemaal
naar de bo
venste handgreep.
•Voordat u de elektronische starter voor de eerste keer
gebr
uikt, moet u de accu laden. Zie de instructies in het
hoofdstuk Onderhoud.
•De motorrembeugel tegen het stuur te klappen.
•Steek de sleutel in het contact en druk hem in.
LC48Be en LC53Be
LC48Be en LC53Be zijn uitgerust met een bladrem.
Volg onderstaande stappen om de messen te laten draaien:
•Klap de remhendel neer in de richting van het stuur.
LC48Be en LC53Be
Zet de stopschakelaar in de startpositie.
•Pak de starthendel beet, trek met uw rechterhand het
terkoord langzaam uit tot u weerstand voelt (de
star
starthaken grijpen in) en maak vervolgens snelle en
krachtige trekbewegingen. Wikkel het startkoord nooit
rond uw hand.
•Zet de bladknop in de eindpositie.
Aandrijving
De machines zijn zelfrijdend met achterwielaandrijving.
Om de aandrijving voor de wielen te gebruiken, moet u de
oppelingshendel naar u toe trekken..
k
De aandrijving kan stapsgewijs worden geregeld.
N.B.! Trek het starterkoord niet volledig uit en laat de
starthendel niet zomaar los wanneer het volledig uitgetrokken
is. Dit kan tot beschadigingen van de machine leiden.
LC 53 Ee
LC53Ee zijn uitgerust met een elektronische starter, die als
volgt te gebruiken is.
12 – Dutch
STARTEN EN STOPPEN
De aandrijving kan worden losgekoppeld door de knop op de
aandrijfhendel in te drukken.
Stoppen
LB48 e, LC48 e, LC53 e, LC53E e
•De motor wordt gestopt door de motorrembeugel los te
laten.
•Bij machines met elektrische start de sleutel verwijderen.
LC48Be en LC53Be
•Het mes stopt met draaien wanneer u de remhendel
loslaat.
•De motor wordt uitgezet door de stopschakelaar naar
stopstand te schuiv
en.
Dutch – 13
ONDERHOUD
Onderhoud
WAARSCHUWING! Vóór reinigen, repareren
of inspecteren moet u erop letten dat de
!
snijuitrusting gestopt is. Haal de startkabel
van de bougie.
De ontstekingskabel moet altijd worden losgemaakt van de
bougie voor reparatie, schoonmaken of
onderhoudswerkzaamheden.
Luchtfilter
Het luchtfilter dient regelmatig te worden schoongemaakt
(stof en vuil verwijderen) om de volgende problemen te
vermijden:
•Storingen van de carburateur
•Moeilijkheden bij het starten
•Vermogensverlies
•Onnodige slijtage van de motoronderdelen.
•Abnormaal hoog brandstofverbruik
Na een lange gebruiksperiode kan het luchtfilter niet meer
orden gereinigd. Daarom moet het filter regelmatig
w
vervangen worden. Een beschadigd luchtfilter moet altijd
vervangen worden.
Luchtfilter schoonmaken
Bougie
WAARSCHUWING! Tijdens het gebruik en
een tijdje daarna is de geluiddemper erg
!
warm. Raak de geluiddemper niet aan
wanneer hij warm is!
Wanneer de machine te weinig v ermogen heeft, moeilijk start
of onregelmatig onbelast draait, dient u altijd eerst de bougie
te controleren voor u andere maatregelen neemt. Maak de
bougie schoon als ze verstopt is en controleer of de afstand
tussen de elektroden 0,5 mm bedraagt. De bougie moet na
een maand gebruik, of eerder indien nodig, vervangen
worden.
0,5 mm
N.B.! Gebruik steeds het correcte bougietype! Andere types
kunnen de zuiger/cilinder beschadigen.
Geluiddemper
De geluiddemper is ontworpen om het geluid van de machine
te reduceren, en om de uitlaatgassen van de gebruiker weg
te richten. De uitlaatgassen zijn zeer heet en be vatten vonk en
die droge en ontvlambare materialen in brand kunnen steken.
Controleer regelmatig of de geluiddemper vastzit in de
machine
.
Verwijder het luchtfilterdeksel.
Verwijder het luchtfilter en controleer of het heel is. Vervang
door een nieuw luchtfilter w
vertoont.
Maak het filter schoon door het tegen een vlakke ondergrond
te kloppen.
zoals bijv. fotogeen, of perslucht om het filter schoon te
maken.
Bij montage moet u ervoor zorgen dat het luchtfilter helemaal
aansluit op de filterhouder
Gebruik nooit oplosmiddelen met petroleum,
anneer u merkt dat het gebreken
.
Gebruik de machine nooit wanneer de geluiddemper defect
.
is
Mes
WAARSCHUWING! Draag altijd stevige
handschoenen bij het repareren van de
!
snijuitrusting. De messen zijn uiterst scherp
en kunnen al snel snijwonden veroorzaken.
14 – Dutch
Bij een aanrijding met een hindernis waarbij schade is
ontstaan, moeten beschadigde messen vervangen worden.
V ervangen of slijpen v an de messen moet door een erk ende
servicewerkplaats gedaan worden.
ONDERHOUD
DO
NOT
OVERFILL
CAUTION
Olie verversen
De motorolie moet ieder jaar en om de 25 bedrijfsuren
worden ververst.
Ga als volgt te werk om olie te verversen:
•Leeg de brandstoftank door de machine te laten lopen tot
de tank leeg is
•Haal de bougiekabel van de bougie.
•Schroef het olievuldeksel eraf.
•Gebruik de oliepomp (accessoire) om de olietank te
legen.
.
•Maak de aansluitingen van de accukabels los.
•Sluit de acculader aan en laad de accu maximaal 24 uur.
max
24 h
Aandrijving en versnellingsbak
Vraag het dichtstbijzijnde benzinestation waar u het tev eel
aan motorolie kunt laten.
•Vul bij met nieuwe motorolie van goede kwaliteit. Zie
hoofdstuk T
echnische gegevens.
•Controleer het oliepeil met de peilstok op het
vuldeksel.
olie
•Het olievuldeksel moet helemaal ingeschroefd zijn om
een correct beeld te ge
ven van het oliepeil. Is het oliepeil
laag, vult u bij met motorolie tot het bovenste niveau op de
peilstok.
OVERFILL
NOT
DO
CAUTION
•Schroef het olievuldeksel vast.
Batterij opladen LC 53 Ee
De batterij kan op de volgende manieren worden opgeladen:
•Verwijder de opvangbak
•Druk de vergrendeling open en verwijder het accudeksel.
•Zorg ervoor dat wielen en wielassen schoon en vrij van
blad, gras enz. zijn. Het is belangrijk om het rond de
versnellingsbak naar de aandrijving schoon te houden.
•Op machines die zijn uitgerust met een opvangbak, moet
eerst het opv
angsysteem worden verwijderd.
Zet het achterscherm omhoog en verwijder de
angbak.
opv
Verwijder de afdekkap.
•Maak de versnellingsbak schoon met een borstel.
Controleer ook of de aandr
ijfriem en de poelie vrij zijn van
defecten zoals bijvoorbeeld barsten.
Dutch – 15
ONDERHOUD
DO
NOT
OVERFILL
Het maaideksel reinigen
•Sluit een waterslang aan op de aansluiting van het
maaideksel.
•Start de motor en laat het mes enige tijd draaien. Het
w
ater wordt uitgestoten en reinigt het maaideksel.
De koppelingskabel afstellen
De koppelingskabel kan worden afgesteld door aan de
afstelschroef te draaien.
Hieronder worden algemene onderhoudsvoorschriften
opgesomd.
Wekelijks onderhoud
1
3
1 Maak het luchtfilter schoon. Vervang het indien nodig.
2 Maak de bougie schoon. Controleer of de afstand tussen
de elektroden 0,51 mm bedr
3 Maak de koelflenzen op de cilinder schoon.
2
aagt.
Maandelijks onderhoud
1
2
Dagelijks onderhoud
OVERFILL
NOT
DO
1 Controleer of de motormesbeugel werkt uit
veiligheidsoogpunt.
2 Borstel de grasmaaier schoon en verwijder bald, gras en
dergelijk
3 Controleer het oliepeil.
4 Maak de luchtinlaat van de starter schoon. Controleer de
star
5 Controleer of de bouten en moeren en vastgedraaid zijn.
6 Controleer de snijuitrusting. Gebruik nooit botte,
gebarsten of beschadigde messen.
e.
ter en het starterkoord.
3
1 Controleer of de aandrijfriem heel en zonder zichtbare
defecten is.
2 Maak de versnellingsbak schoon.
3 Controleer het brandstoffilter en de brandstofleidingen.
(zie opm. 2)
Geluidsvermogen, gemeten dB(A)959390
Geluidsvermogen, gegarandeerd L
Geluidsvermogen
(zie opm. 3)
Niveau geluidsdruk bij het oor van de gebruiker,dB(A)828076
Trillingsniveau
(zie opm. 4)
Handvat 5.55.55.5
Maaien
Maaisysteem3 in 13 in 12 in 1
Maaihoogte, mm25-7025-7025-70
Maaibreedte, cm484848
MesVastVastVast
Aandrijving
Snelheid, km/h5,45,45,4
Starten
Elektrisch---
3
dB(A)969592
WA
161161161
2,72,72,7
Opm. 1: Het aangege ven nominale v ermogen van de motor heeft betrekking op het gemiddelde nettovermogen (bij het opgegev en
toerental) van een typische productiemotor voor het betreff ende motormodel, gemeten volgens de SAE-norm J1349/ISO 1585. In
massa geproduceerde motoren kunnen een afwijkende waarde geven. Het werkelijk geleverde vermogen van de geïnstalleerde
motor op de uiteindelijke machine hangt af van de bedrijfssnelheid, de omgevingscondities en andere waarden.
Opm. 2: Emissie van geluid naar de omgeving gemeten als geluidsvermogen (L
Opm. 3: De gerapporteerde gegevens voor het geluidsdrukniveau vertonen een typische statistische spreiding
(standaardafwijking) v
Opm. 4: De gerapporteerde gegevens voor het trillingsniveau vertonen een typische statistische spreiding (standaardafwijking)
(zie opm. 2)
Geluidsvermogen, gemeten dB(A)989798
Geluidsvermogen, gegarandeerd L
Geluidsvermogen
(zie opm. 3)
Niveau geluidsdruk bij het oor van de gebruiker,dB(A)838283
Trillingsniveau
(zie opm. 4)
Handvat, m/s
Maaien
Maaisysteem3 in 13 in 13 in 1
Maaihoogte, mm25-7025-7025-70
Maaibreedte, cm535353
MesVastVastVast
Aandrijving
Snelheid, km/h5,45,45,4
Starten
Elektrisch--Ja
3
dB(A)989898
WA
2
161161161
2,72,72,7
7,24,97,2
Opm. 1: Het aangege ven nominale v ermogen van de motor heeft betrekking op het gemiddelde nettovermogen (bij het opgegev en
toerental) van een typische productiemotor voor het betreff ende motormodel, gemeten volgens de SAE-norm J1349/ISO 1585. In
massa geproduceerde motoren kunnen een afwijkende waarde geven. Het werkelijk geleverde vermogen van de geïnstalleerde
motor op de uiteindelijke machine hangt af van de bedrijfssnelheid, de omgevingscondities en andere waarden.
Opm. 2: Emissie van geluid naar de omgeving gemeten als geluidsvermogen (L
Opm. 3: De gerapporteerde gegevens voor het geluidsdrukniveau vertonen een typische statistische spreiding
(standaardafwijking) v
Opm. 4: De gerapporteerde gegevens voor het trillingsniveau vertonen een typische statistische spreiding (standaardafwijking)
an 0,2 m/s2.
v
an 1,2 dB (A).
) volgens EG-richtlijn 2000/14/EG.
WA
18 – Dutch
TECHNISCHE GEGEVENS
EG-verklaring van overeenstemming
(Alleen geldig voor Europa)
Husqvarna AB, SE-561 82 Huskvarna, Sverige, tel: +46-36-146500, verklaart hiermee dat de motormaaiers Husqvarna LB 48
e, LC 48 e, LC 48 Be, LC 53 e, LC 53 Be en LC 53 Ee
voorschriften in de RICHTLIJNEN VAN DE RAAD:
- van 17 mei 2006 "betreffende machines"
- van 15 december 2004 ”betreffende elektromagnetische compatibiliteit” 2004/108/EEC.
- van 8 mei 2000 ”betreffende geluidsemissie door materieel voor gebruik buitenshuis”
Voor informatie betreffende lawaaiemissies, zie hoofdstuk Technische gegevens.
0404, SMP Svensk Maskinprovning AB, Fyrisborgsgatan 3, SE-754 50 Uppsala, heeft rapporten opgesteld inzake een
beoordeling van de overeenstemming met bijlage VI van Richtlijn 2000/14/EG van de Raad van 8 mei 2000 betreffende "de
geluidsemissie door materieel voor gebruik buitenshuis".
De certificaten hebben nummer:
01/901/083 - Husqvarna LC 53 e, LC 53 Ee
01/901/085 - Husqvarna LC53B e
01/901/087 - Husqvarna LB48 e
01/901/086 - Husqvarna LC48B e
01/901/088 - Husqvarna LC48 e
Huskvarna, 29 december 2009
2006/42/EG
vanaf serienummer 10xxxxxxx en verder overeenkomen met de
2000/14/EG.
Bengt Ahlund, Hoofd Ontwikkeling (erkende vertegenwoordiger voor Husqvarna AB en verantwoordelijk voor technische
documentatie
.)
Dutch – 19
SIMBOLOGIA
Simbologia
AVVERTENZA! Se utilizzata in modo
improprio o non corretto, la macchina può
essere un attrezzo pericoloso in grado di
provocare gravi lesioni o morte
dell’operatore , o di altre persone.
Prima di usare la macchina, leggere per
intero le istr
averne compreso il contenuto.
Non usare mai la macchina se nelle
vicinanz
modo bambini, o animali domestici.
Pericolo di proiezione di oggetti e
par
ticelle.
Attenzione al coltello in rotazione.
Attenzione a mani e piedi.
Il presente prodotto è conforme alle
vigenti direttiv
Attenzione: parti rotanti. Tenere lontani
mani e piedi.
uzioni per l’uso e accertarsi di
e ci sono persone, in particolar
e CEE.
Emissioni di rumore nell’ambiente in base
alla direttiv
L’emissione della macchina è indicata al
capitolo Dati tecnici e sulla decalcomania.
I restanti simboli/decalcomanie
riguardano particolari requisiti necessari
per ottenere la certificazione in alcuni mercati.
Usare sempre guanti di protezione.
E’ necessario pulire con regolarità.
Controllo visivo.
Staccare sempre il cavo di accensione dalla
candela pr
riparazione, pulizia o manutenzione.
Il controllo e/o la manutenzione devono
essere eseguiti a motore spento
la manopola del freno del motore.
Marchio di fabbrica
a della Comunità Europea.
ima di qualsiasi operazione di
, rilasciare
34
1
Non utilizzare mai la
macchina in ambienti chiusi o
insufficientemente v
gas di scarico contengono
monossido di carbonio, una
sostanza inodore, tossica e
mortale.
Rischio di esplosione
Effettuare sempreil rifornimento a motore
spento
.
Superficie calda
entilati. I
2
6
789
1 Fabbricante
2 Modello
3 Codice prodotto
4 Leva di manutenzione
5 Numero di serie
6 Tipo
7 Peso
8 Anno di produzione
9 Potenza
5
20 – Italian
SIMBOLOGIA
Interventi prima di usare un nuovo
rasaerba
•Leggere accuratamente le istruzioni per l’uso.
•Controllare il montaggio e la messa a punto
dell’attrezzatur
Montaggio.
•Far rifornimento di carburante e rabboccare l’olio del
. Vedi istruzioni alla voce Operazioni con il
motore
carburante.
!
!
a di taglio. Vedi istruzioni alla voce
AVVERTENZA! Evitare assolutamente di
modificare la versione originale della
macchina senza l’autorizzazione del
fabbricante. Usare sempre accessori
originali. Modifiche e/o accessori non
autorizzati possono causare lesioni gravi o
mortali all’operatore o a terzi.
AVVERTENZA! Se utilizzato in modo
improprio o non corretto, il rasaerba può
essere un attrezzo pericoloso, in grado di
provocare lesioni gravi e persino mortali
all’utilizzatore o a terzi. È importantissimo
leggere attentamente e capire queste
istruzioni per l'uso.
AVVERTENZA! L'aspirazione prolungata dei
gas di scarico del motore può essere
!
pericolosa per la salute.
La Husqvarna AB procede costantemente allo sviluppo dei
propri prodotti e si riserva quindi il diritto di apportare, senza
alcun preavviso, modifiche riguardanti fra l’altro la forma e
l’aspetto esteriore.
Dichiarazione di conformità CE ....................................37
22 – Italian
CHE COSA C’È?
19
17
18
20
16
15
1
21
2
14
3
13
12
11
4
8
10
9
5
6
7
Che cosa c'è nel rasaerba?
1 Impugnatura /manubrio
2 Trasmissione
3 Maniglia di avviamento
4 Sacco raccoglierba (non LB48e)
5 Serbatoio carburante
6 Filtro dell’aria
7 Candela
8 Carter del gruppo di taglio
9 Marmitta
10 Raccordo dell’acqua
11 Scocca di protezione
12 Serbatoio dell'olio
13 Regolazione dell'altezza di taglio
14 Deflettore posteriore (non LB48e)
15 Manopola del freno del motore
16 Freno per le lame LC48Be e LC53Be
17 Avviamento elettrico LC 53 Ee
18 Simboli
19 Tassello di pacciamatura (non LB48e)
20 Espulsione laterale LB 48 e
21 Istruzioni per l’uso
Italian – 23
NORME DI SICUREZZA
Protezione personale
AVVERTENZA! Lavorando con la macchina
usare sempre protezione personale.
!
•Usare i guanti in caso di necessità, ad esempio durante il
montaggio, il controllo o la pulizia del gruppo di taglio.
•Usare sempre pantaloni lunghi robusti. Non indossare
pantaloni cor
•Usare scarpe o stivali robusti e antisdrucciolo.
L’abbigliamento in generale deve essere tale da non
ostacolare la liber
ti o sandali e non camminare a piedi scalzi.
tà di movimento.
Dispositivi di sicurezza della
macchina
In questo capitolo vengono presentati i dispositivi di sicurezza
della macchina, la loro funzione, il controllo e la
manutenzione necessari per assicurarne una funzione
ottimale. Vedi al capitolo Che cosa c’è?, per individuare la
posizione di questi componenti sulla macchina.
AVVERTENZA! Non usare mai una macchina
con dispositivi di sicurezza difettosi. Seguire
!
le istruzioni per il controllo, la manutenzione
e il servizio.
Accelerare a pieno gas e rilasciare quindi la manopola del
freno
. Il freno del motore deve sempre essere regolato in
modo che il motore si arresti entro 3 secondi. In caso
contrario, la macchina deve essere portata presso un
rivenditore autorizzato con assistenza per la regolazione.
Marmitta
La marmitta è costruita in modo da assicurare il minimo livello
di rumorosità e da allotanare i gas di scarico del motore
dall’operatore.
AVVERTENZA! I gas di scarico del motore
sono molto caldi e possono contenere
!
scintille in grado di provocare incendi. Non
avviare mai la macchina in ambienti chiusi o
vicino a materiale infiammabile!
Nelle zone a clima caldo-torrido il rischio d’incendio può
essere molto ele
regolate da una legislazione che esige, fra l’altro, che la
marmitta sia dotata di retina parascintille omologata.
È di estrema importanza seguire le istruzioni relative a
controllo
, manutenzione e servizio della marmitta.
vato. In alcuni casi, queste zone sono
Carter del gruppo di taglio e scocca di
protezione
La scocca di protezione è concepita per ridurre il rischio di
intrappolarsi e per estrarre la cinghia di trasmissione in caso
di rottura. Controllare che la scoca di protezione sia integ ra e
che sia ben avvitata.
Il carter del gruppo di taglio è concepito per ridurre le
azioni e per ridurre il rischio di ferite da taglio. Controllare
vibr
che il carter del gruppo di taglio sia integro e che non presenti
difetti visibili, ad esempio incrinature del materiale.
Manopola del freno del motore
Il freno del motore è concepito per arrestare il motore.
Rilasciando la presa della manopola il motore deve arrestarsi.
•Controllare che il freno del motore funzioni
adeguatamente e che non sia danneggiato
Situare il rasaerba su una superficie piana e metterlo in
. Accertarsi che il coltello non venga a contatto con il
moto
suolo o con corpi estranei.
.
AVVERTENZA! La marmitta rimane molto
calda anche dopo aver spento il motore. Non
!
toccare la marmitta se è ancora calda!
•Non usare mai la macchina se la marmitta è in cattive
condizioni.
•Controllare che la marmitta sia ben fissa e che non sia
danneggiata.
Attrezzatura di taglio
Evitare che il coltello colpisca corpi estranei, ad esempio
radici o simili. Questo può comportare una perdita di affilatura
del coltello e il piegamento dell'albero motore. Accertarsi che
il coltello sia sempre ben affilato e ben equilibrato. Vedere
anche le istruzioni alla voce Manutenzione.
Controllare il gruppo di taglio. Non usare mai un gruppo di
taglio smussato, rotto o danneggiato.
24 – Italian
NORME DI SICUREZZA
Controllare inoltre che il bullone del coltello sia integro e che
l'albero motore non sia piegato.
AVVERTENZA! Non usare mai una macchina
con dispositivi di sicurezza guasti. Questi
!
dispositivi vanno controllati e sottoposti a
manutenzione secondo quanto descritto in
questo capitolo. Se la macchina non supera
tutti i controlli, contattare un’officina per le
necessarie riparazioni.
Norme generali di sicurezza
•Il rasaerba è concepito esclusivamente per la rasatura di
superfici erbose. Gli unici accessori per i quali è possibile
usare l'unità-motore come forza motrice, sono i coltelli
consigliati al capitolo Caratteristiche tecniche.
•Non usare la macchina in condizioni di stanchezza o sotto
etto si alcool o medicinali in grado di compromettere
l’eff
il vostro stato psichico e il controllo dei vostri atti.
•Tenere presente che l’operatore è responsabile di
ventuali incidenti o pericoli per gli altri o le cose.
e
3 Controllare che la marmitta sia ben fissa e che non sia
danneggiata.
4 Controllare che tutti i componenti del rasaerba siano ben
ati e che non siano danneggiati o mancanti.
serr
5 Controllare che il coltello non sia danneggiato e che sia
ivo di incrinature. Sostituire il coltello se necessario.
pr
Avviamento
AVVERTENZA! L'aspirazione prolungata dei
gas di scarico del motore può essere
!
pericolosa per la salute.
•Non avviare mai il rasaerba senza che il coltello e tutti i
carter siano correttamente montati.
•Non accendere mai la macchina in ambienti chiusi. Non
dimenticate che i gas di scar
•Assicuratevi che l’area operativa sia sufficientemente
illuminata in modo da creare un ambiente di la
•Osservare l’ambiente circostante per escludere il rischio
che persone o animali v
di taglio. L’operatore è responsabile di tutte le situazioni
non sicure o dei rischi a cui sono esposti le persone e gli
oggetti.
ico sono velenosi.
voro sicuro.
engano a contatto con gli attrezzi
AVVERTENZA! Un motore acceso in un
ambiente chiuso o mal ventilato può essere
!
causa di morte per soffocamento o
avvelenamento da monossido di carbonio.
•Lavorando con la macchina usare sempre protezione
personale. Vedi indicazioni alla voce Protezione
personale.
•Non usare mai una macchina che abbia subito modifiche
tali da non corr
•Usare solo i ricambi e gli accessori consigliati nel
presente man
taglio e Caratteristiche tecniche.
!
•Non usare mai una macchina difettosa Seguire le
uzioni per l’uso e la manutenzione indicate nel
istr
presente manuale. Alcuni interventi devono essere
eseguiti da personale specializzato. Vedi istruzioni alla
voce Manutenzione.
Ad ogni utilizzo:
•
1 Controllare che il freno del motore funzioni
adeguatamente e che non sia danneggiato. V edi istruzioni
alla voce Controllo dell'effetto frenante.
2 Controllare che tutte le impugnature e i comandi siano
ri e privi di olio.
integ
ispondere più alle specifiche originali.
uale. Vedi istruzioni alle voci Attrezzatura di
AVVERTENZA! Un gruppo di taglio
inadeguato può aumentare il rischio
d’infortuni.
•Situare il rasaerba su una superficie piana e metterlo in
. Accertarsi che il coltello non venga a contatto con il
moto
suolo o con corpi estranei.
•Non avvolgere mai la cordicella di avviamento intorno alla
.
mano
Vedi indicazioni alla voce Avviamento e arresto.
Carburante
AVVERTENZA! Il carburante e i vapori del
carburante sono estremamente infiammabili.
!
Agire con cautela maneggiando il
carburante e l'olio per motore. Tenere
presenti i rischi di incendio, esplosione e
intossicazione da aspirazione.
•Effettuare sempre il rifornimento a motore spento.
•Accertarsi che ci sia una buona ventilazione durante il
rifornimento e il rabbocco dell'olio.
Italian – 25
NORME DI SICUREZZA
•Prima di avviare la macchina spostarla di almeno 3 metri
dal luogo del rifornimento.
•Non accendere mai la macchina:
1 Se avete versato del carb urante o dell'olio per motore
sulla macchina: Asciugare il versato e lasciar
evaporare i residui di benzina.
2 Se avete versato del carb urante o dell'olio per motore
oi stessi o sugli abiti: Cambiate gli abiti.
su v
3 Se vi sono perdite di carburante nella macchina.
Controllare con regolar
perdite dal tappo del serbatoio o dai tubi di
alimentazione.
ità la presenza di eventuali
Trasporto e rimessaggio
•In caso di trasporto o rimessaggio prolungati vuotare i
serbatoi dell'olio e del carburante. Informarsi presso la più
vicina stazione di servizio per lo smaltimento del
carburante o dell'olio per motore in eccesso.
•Custodire il rasaerba e il carburante facendo in modo che
ventuali perdite e vapori non rischino di venire a contatto
e
con fiamme o scintille. Tenere la macchina lontana da
apparecchi elettrici, motorini elettrici, spine/interruttori,
caldaie ecc.
•Per la conservazione del carbur ante usare solo recipienti
omologati.
•Prima di iniziare le operazioni, ripulire il prato da rami,
amoscelli, sassi ecc. Evitare che il coltello colpisca corpi
r
estranei, ad esempio radici o simili. Questo può
comportare una perdita di affilatura del coltello e il
piegamento dell'albero motore.
•Non sollevare o trasportare mai un rasaerba con il motore
. Se do vete sollev are il rasaerba, spegnere prima il
acceso
motore e staccare il cavo di accensione dalla candela.
•Evitare di lavorare in condizioni di tempo sfavorevoli. Ad
esempio neb
lavorare con tempo cattivo è spesso stancante e
comporta situazioni di rischio, come ad esempio il terreno
scivoloso.
•Accertarsi di poter camminare e lavorare in posizione
a. In caso di spostamenti, controllare che non vi
sicur
siano ostacoli (ceppi, radici, rami, fossati ecc.) Fare
particolare attenzione lavorando su terreni in pendenza.
•Spegnere il motore in caso di spostamento della
macchina su un terreno che non de
esempio vialetti ghiaiosi, pietre, sassi, asfalto ecc.
La manopola del freno non dev'essere mai fissata in modo
permanente all'impugnatura quando la macchina è in
funzione.
bia, pioggia intensa, vento forte ecc. Il
v'essere rasato. Ad
Istruzioni generali di lavoro
AVVERTENZA! Questo capitolo affronta le
regole basilari di sicurezza per lavorare con
!
un rasaerba. Le informazioni fornite non
possono assolutamente sostituire la
competenza e l'esperienza di personale
specializzato. T rovandosi in una situazione
di insicurezza riguardo all'uso della
macchina rivolgersi ad un esperto.
Contattare il proprio rivenditore, l'officina di
servizio oppure un operatore competente.
Evitate di usare la macchina se non vi
ritenete sufficientemente qualificati per
farlo!
Norme basilari di sicurezza
•Osservare l’ambiente circostante:
- Per escludere la presenza di persone, animali o altro che
possa interf
- Per e vitare che i suddetti non rischino di venire a contatto
con il g
erire sul vostro controllo della macchina.
ruppo di taglio.
Osservare quanto sopra ma non lavorare mai con il rasaerba
se non potete chiedere aiuto in caso di incidente
.
Tecnica di taglio basilare
AVVERTENZA! Accertarsi che mani e piedi
non tocchino il gruppo di taglio a motore
!
acceso.
Generalità
•La rasatura sui pendii può essere pericolosa. Non usare il
rasaerba sui tereni molto scoscesi.
•Non è consigliabile usare il rasaerba su terreni con angolo
di pendenza super
•In caso di terreni in pendenza il percorso dovrebbe essere
ad angolo retto rispetto al pendio. È molto più facile
procedere trasversalmente su un pendio che in salita e
discesa.
iore a 30 gradi.
26 – Italian
NORME DI SICUREZZA
•Prima di iniziare le operazioni, ripulire il prato da rami,
ramoscelli, sassi ecc.
•Non sollevare o trasportare mai un rasaerba con il motore
. Se do vete sollev are il rasaerba, spegnere prima il
acceso
motore e staccare il cavo di accensione dalla candela.
•Evitare che il coltello colpisca corpi estranei, ad esempio
adici o simili. Questo può comportare una perdita di
r
affilatura del coltello e il piegamento dell'albero motore.
Un albero piegato implica un cattivo equilibrio e forti
vibrazioni, il che comporta un grave rischio che il coltello
si stacchi.
•In caso di collisione con un oggetto o all’insorgere di
azioni fermare la macchina. Togliere il cavo di
vibr
accensione dalla candela. Controllare che la macchina
non presenti danni. Riparare eventualmente ogni danno
riscontrato.
•Non tagliare mai più di 1/3 della lunghezza dell'erba.
Questo v
a tagliare con un'altezza di taglio elevata. Controllare poi
il risultato e regolare l'altezza in modo adeguato. Se l'erba
è particolarmente lunga, eseguire l'operazione
lentamente e ripeterla se necessario.
ale particolarmente nei periodi di siccità. Iniziare
•Evitare di correre con la macchina quando questa è in
funzione
Prestare la massima attenzione nel tirare la macchina verso
di sé dur
. Camminare sempre, spingendo la macchina.
ante l’operazione.
Altezza di taglio
Spegnere il motore prima di modificare l'altezza di taglio.
L'altezza di taglio può essere impostata su cinque diverse
posizioni, mm
Non impostare l'altezza di taglio ad un livello troppo basso
poiché esiste il r
caso di irregolarità.
ischio che i coltelli colpiscano il terreno in
Italian – 27
MONTAGGIO
Montaggio del manubrio
Richiudendo il manubrio, fare attenzione a a non danneggiare
cavi e fili.
•T enere prem uto il pulsante di bloccaggio sul dispositivo di
loccaggio e piegare la manopola.
b
•Regolare l'altezza della parte superiore del manubrio.
•Avvitare l'impugnatura alla manopola.
•Per piegare la manopola, tenere premuto il pulsante di
b
loccaggio e ripiegare la manopola.
•Sollevare lo schermo posteriore e appendere il
contenitore per l’erba.
Espulsione laterale
•LB48e possono essere utilizzati con espulsione laterale
inserendo l’eiettore laterale sul coperchio di taglio.
•Sollevare il coperchio laterale e collocare l’eiettore
ale sull’albero.
later
Funzione di pacciamatura
LB48e è un tosaerba con funzione di pacciamatura.
I dispositivi dotati di recettore possono essere utilizzati con
funzione di pacciamatur
•Sollevare lo schermo posteriore e rimuovere il
contenitore
.
a nel seguente modo.
Montaggio del collettore (non LB48e)
28 – Italian
•Inserire il tassello di pacciamatura nel canale di raccolta.
•Chiudere lo schermo e verificare che sia bloccato insieme
al tassello di pacciamatur
a.
Loading...
+ 64 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.