De informatie in dit document kan
zonder kennisgeving worden gewijzigd.
Alle rechten voorbehouden.
Reproductie, aanpassing of vertaling
van dit materiaal is verboden zonder
voorafgaande schriftelijke toestemming
van Hewlett-Packard, met uitzondering
van wat is toegestaan onder de wet op
de auteursrechten.
De garantie voor HP-producten en
services is vastgelegd in de
garantieverklaringen bij de betreffende
producten. Niets in dit document mag
worden opgevat als aanvullende
garantiebepaling. HP kan niet
aansprakelijk worden gehouden voor
technische of redactionele fouten of
omissies in de verklaringen.
Handelsmerken
Windows en Windows XP zijn in de V.S.
geregistreerde handelsmerken van
Microsoft Corporation. Windows Vista
is een gedeponeerd handelsmerk of
handelsmerk van Microsoft Corporation
in de Verenigde Staten en/of andere
landen.
Adobe® en Acrobat® zijn
handelsmerken van Adobe Systems
Incorporated.
Veiligheidsinformatie
Volg altijd de standaard
veiligheidsvoorschriften bij het gebruik
van dit product. Op deze manier
beperkt u het risico van verwondingen
door brand of elektrische schokken.
1. Zorg dat u alle instructies in de bij het
apparaat behorende documentatie
heeft gelezen en begrepen.
2. Sluit dit product uitsluitend aan op
een geaard stopcontact. Als u niet
zeker weet of een stopcontact geaard
is, kunt u advies inwinnen bij een
erkende elektricien.
3. Neem alle waarschuwingen en
instructies in acht die op het product zijn
aangegeven.
4. Trek de stekker van het netsnoer uit
het stopcontact voordat u dit apparaat
gaat reinigen.
5. Plaats of gebruik dit product niet in de
buurt van water of wanneer u nat bent.
6. Installeer het product op een stevig,
stabiel oppervlak.
7. Zet het product op een veilige plaats
waar niemand op het netsnoer kan
trappen of erover kan struikelen en het
netsnoer niet wordt beschadigd.
8. Als het product niet naar behoren
werkt, raadpleeg dan
problemen oplossen.
9. Dit product bevat geen onderdelen
die door de gebruiker kunnen worden
onderhouden. Laat
onderhoudswerkzaamheden over aan
erkende onderhoudsmonteurs.
Onderhoud en
Toegankelijkheid
Uw apparaat beschikt over een aantal
functies die de printer toegankelijk
maken voor gebruikers met bepaalde
handicaps.
Visuele handicap
De software van het apparaat is
geschikt voor gebruikers met een
visuele handicap of verminderd zicht
dankzij de toegankelijkheidsopties en functies van uw besturingssysteem.
Bovendien zijn er ondersteunende
technieken beschikbaar voor
gebruikers met een visuele beperking,
zoals schermlezers, braillelezers en
spraakherkenningstechnologie.
Speciaal voor gebruikers die
kleurenblind zijn, zijn de gekleurde
knoppen en tabbladen in de software en
op het bedieningspaneel voorzien van
korte tekst of pictogramlabels die de
functie ervan aangegeven.
Mobiliteit
Om gebruikers met een beperkte
mobiliteit te helpen, kunnen de
softwarefuncties van het apparaat
worden uitgevoerd met behulp van het
toetsenbord. De software ondersteunt
ook Windows-toegankelijkheidsopties,
zoals plaktoetsen, schakeltoetsen,
filtertoetsen en muistoetsen. De
deuren, knoppen, papierlades en
papiergeleiders van het apparaat
kunnen door gebruikers met beperkte
kracht en beperkt bereik worden
bediend.
Ondersteuning
Meer informatie over de
toegankelijkheid van dit product en
HP's streven naar optimale
producttoegankelijkheid vindt u op de
website van HP op
accessibility.
Voor informatie over de
toegankelijkheid op Mac OS gaat u naar
de website van Apple op
www.apple.com/accessibility.
www.hp.com/
Inhoudsopgave
1 Aan de slag
Andere bronnen over het product zoeken..................................................................................9
De onderdelen van het apparaat kennen.................................................................................10
In deze handleiding vindt u details over het gebruik van het apparaat en het oplossen van
problemen.
•
Andere bronnen over het product zoeken
De onderdelen van het apparaat kennen
•
Andere bronnen over het product zoeken
Voor productinformatie en hulpmiddelen voor het oplossen van problemen die niet in
deze handleiding zijn opgenomen, zijn de volgende informatiebronnen beschikbaar:
BronBeschrijvingLocatie
InstallatieposterBevat geïllustreerde
Naslaggids faxenGeeft instructies voor het
Leesmij-bestand en releaseinfo
Werkset (Microsoft
Windows®)
HP Printerprogramma (Mac
OS) (Mac OS wordt uitsluitend
ondersteund door
HP Officejet J3600.)
BedieningspaneelGeeft status-, fout- en
®
installatieaanwijzingen.
installeren van het apparaat en
informatie over garantie en
veiligheid.
Deze bieden de laatste
informatie en tips voor het
oplossen van problemen.
Biedt tools om het apparaat uit
te lijnen, printcartridges te
reinigen, een testpagina af te
drukken, het inktniveau van de
printcartridges weer te geven
en om online benodigdheden
te bestellen.
Raadpleeg
(Windows) voor meer
informatie.
Bevat hulpmiddelen voor het
configureren van
afdrukinstellingen, het uitlijnen
van het apparaat, het reinigen
van de printkoppen, het
weergeven van het inktniveau
in de printcartridges, het online
bestellen van benodigdheden
en het zoeken van hulp op de
website.
Raadpleeg
Printerhulpprogramma (Mac
OS) voor meer informatie.
waarschuwingsinformatie over
de werking.
Werkset
HP
Een gedrukte versie van het
document is bij het apparaat
meegeleverd.
Een gedrukte versie van het
document is bij het apparaat
meegeleverd.
Staat op de Starter-cd.
De Werkset wordt normaal als
optie samen met de software
van het apparaat
geïnstalleerd.
Het HP Printerhulpprogramma
wordt normaal samen met de
software van het apparaat
geïnstalleerd.
Raadpleeg Knoppen en
statuslampjes
Aan de slag9
Hoofdstuk 1
(vervolg)
BronBeschrijvingLocatie
Logs en rapportenBiedt informatie over
HP-websitesBiedt de meest recente
Telefonische ondersteuning
van HP
Help bij de HPbeeldbewerkingssoftware
gebeurtenissen die hebben
plaatsgevonden.
printersoftware en product- en
ondersteuningsinformatie.
Bevat contactinformatie van
HP. Gedurende de
garantieperiode is deze
ondersteuning vaak kosteloos.
Biedt informatie over het
gebruik van de software.
De onderdelen van het apparaat kennen
•Vooraanzicht
Ruimte voor printerbenodigdheden
•
Achteraanzicht
•
Knoppen en statuslampjes bedieningspaneel
•
Informatie over verbindingen
•
bedieningspaneel voor meer
informatie.
Raadpleeg Het apparaat
controleren voor meer
informatie.
www.hp.com/support
www.hp.com
Raadpleeg Telefonische
ondersteuning van HP krijgen
voor meer informatie.
Raadpleeg De HP-
beeldbewerkingssoftware
gebruiken voor meer
informatie.
Vooraanzicht
1Documentinvoerlade
2Venster van het bedieningspaneel
3Papiergeleiders
10Aan de slag
(vervolg)
4Bedieningspaneel
5Vak met printcartridges
6Invoerlade
7Ladeverlengstuk
8Papierbreedtegeleider
9Opvanglade
10Verlengstuk van de opvanglade
11Handset
Ruimte voor printerbenodigdheden
1Vak met printcartridges
2Printcartridges
Achteraanzicht
1Aansluiting van netsnoer
2USB (Universal Serial Bus)-poort achteraan
Opmerking De HP Officejet J 3500 ondersteunt uitsluitend een zwarte printcartridge.
De onderdelen van het apparaat kennen11
Hoofdstuk 1
(vervolg)
3Faxpoorten (1-LINE en 2-EXT)
4Achterklep
5Openingslipje achterklep
Knoppen en statuslampjes bedieningspaneel
In het volgende diagram en de bijbehorende tabel vindt u een kort overzicht van de
functies op het bedieningspaneel.
LabelNaam en beschrijving
1Snelkiezen: hiermee selecteert u een snelkiesnummer.
2Opnieuw kiezen/pauze: hiermee kiest u het laatst gekozen nummer of voegt u een pauze van
3Licht./Donkerder: hiermee maakt u de zwart-witfaxen die worden verzonden lichter of
4Faxresolutie: hiermee stelt u de resolutie bij voor te verzenden zwart-witfaxen.
5Aan-lampje: dit lampje brandt als het apparaat aanstaat. Het lampje knippert als er een apparaat
6Waarschuwingslampje: wanneer het waarschuwingslampje knippert, betekent dit dat er zich
7Scherm: hierop worden menu's en berichten weergegeven.
8Automatisch antwoorden: hiermee wisselt u tussen de instellingen voor de antwoordmodus.
9Flash: hiermee annuleert u een fax en krijgt u een kiestoon. Wordt ook gebruikt om een
10Installatie: hiermee wordt het menu Instellingen weergegeven. Met dit menu kunt u rapporten
12Aan de slag
drie seconden in voor een faxnummer.
donkerder.
bezig is met een taak.
een fout heeft voorgedaan die moet worden verholpen.
Afhankelijk van de instelling, beantwoordt het apparaat automatisch binnenkomende oproepen,
moet u de fax manueel ontvangen of "luistert" het apparaat naar faxtonen.
wisselgesprekken te beantwoorden.
genereren, instellingen wijzigen voor de fax of voor onderhoud, en het menu Help openen. Druk
op
om door de beschikbare Help-onderwerpen te bladeren en druk op OK om een onderwerp
(vervolg)
LabelNaam en beschrijving
te selecteren. Vervolgens wordt het desbetreffende Help-onderwerp op het scherm
weergegeven.
11Het menu Faxen: hiermee wordt het apparaat in faxmodus gezet en het faxmenu geopend.
12Scannen naar: hiermee wordt het apparaat in scanmodus gezet en wordt het menu Scannen
13Het menu Kopiëren: hiermee wordt het apparaat in kopieermodus gezet en wordt het menu
14Start, Zwart: hiermee start u een kopieer-, scan- of faxtaak in zwart-wit.
15Annuleren: hiermee stopt u een taak, verlaat u een menu of verlaat u de instellingen.
16Pijl naar rechts: hiermee worden de waarden op het display verhoogd.
17OK: hiermee selecteert u een menu of instelling op het display.
18Pijl naar links: hiermee worden de waarden op het display verlaagd.
19Aan/uit: hiermee schakelt u het apparaat in of uit. Het Aan-lampje naast de knop Aan/uit brandt
20Toetsenblok: hiermee voert u faxnummers, waarden of tekst in.
21Snelkiesknoppen: bieden toegang tot de eerste tien snelkiesnummers. Druk eenmaal op een
Druk meerdere malen op Het menu Faxen om door de opties in het menu Faxen te scrollen.
naar geopend om een scanbestemming te selecteren.
Kopiëren geopend. Druk meerdere malen op Het menu Kopiëren om door de opties in het
menu Kopiëren te scrollen.
Start, Kleur: hiermee start u een kopieer-, scan- of faxtaak in kleur (uitsluitend voor
HP Officejet J3600).
als het apparaat aanstaat. Het lampje knippert wanneer een taak wordt uitgevoerd.
Als het apparaat is uitgeschakeld, ontvangt het toch nog een minimale hoeveelheid stroom. Als
u de stroomtoevoer naar de HP All-in-One volledig wilt afsluiten, schakelt u het apparaat uit en
haalt u de stekker van het netsnoer uit het stopcontact.
snelkiesknop om het in de linkerkolom weergegeven snelkiesnummer te selecteren. Druk
nogmaals op dezelfde snelkiesknop om het snelkiesnummer in de rechterkolom te selecteren.
Informatie over verbindingen
BeschrijvingAanbevolen aantal
aangesloten computers
voor de beste
prestaties
USB-aansluitingEén computer die via een
USB-kabel is
aangesloten op de snelle
USB 2.0-poort aan de
achterzijde van het
apparaat.
Printers delenMaximaal vijf computers.
De hostcomputer moet
altijd aanstaan, anders
kunnen de andere
computers niet op het
apparaat afdrukken.
Ondersteunde
softwarefuncties
Alle functies worden
ondersteund.
Alle functies die op de
hostcomputer aanwezig
zijn, worden
ondersteund. Alleen
afdrukken wordt vanaf de
andere computers
ondersteund.
De onderdelen van het apparaat kennen13
Instructies bij de
installatie
Zie de installatieposter
voor uitgebreide
instructies.
Voor Windows volgt u de
instructies in het gedeelte
Het apparaat delen in een
lokaal gedeeld netwerk.
Voor Mac OS volgt u de
instructies in het gedeelte
Hoofdstuk 1
(vervolg)
BeschrijvingAanbevolen aantal
aangesloten computers
voor de beste
prestaties
Ondersteunde
softwarefuncties
Instructies bij de
installatie
Het apparaat delen in een
lokaal gedeeld netwerk.
14Aan de slag
2Het apparaat gebruiken
Dit gedeelte bevat de volgende onderwerpen:
Menu's van het bedieningspaneel gebruiken
•
Soorten berichten op het bedieningspaneel
•
De instellingen van het apparaat wijzigen
•
Gebruik het HP Solution Center (Windows)
•
De HP-beeldbewerkingssoftware gebruiken
•
Tekst en symbolen
•
Originelen plaatsen
•
Afdrukmateriaal selecteren
•
Afdrukmateriaal laden
•
Afdrukken op afdrukmateriaal van speciaal formaat
•
Snelkiescodes installeren
•
Menu's van het bedieningspaneel gebruiken
In de volgende gedeelten wordt een kort overzicht gegeven van de hoofdmenu's die op
het scherm van het bedieningspaneel verschijnen. Om een menu weer te geven, drukt
u op de menuknop voor de gewenste functie.
•Het menu Scannen: geeft een lijst van bestemmingen, bijvoorbeeld HPbeeldbewerkingssoftware.
•Het menu Faxen: hiermee kunt u een fax of snelkiesnummer invoeren of het menu
Faxen weergeven. Menuopties zijn:
•Resolutie aanpassen
•Lichter of donkerder maken
•Faxen later verzenden
•Nieuwe standaardinstellingen instellen
•Het menu Kopiëren: Menuopties zijn:
•Het aantal kopieën selecteren
•Verkleinen of vergroten
•Materiaalsoort- en formaat selecteren
Soorten berichten op het bedieningspaneel
Dit gedeelte bevat de volgende onderwerpen:
•
Statusberichten
Waarschuwingen
•
Foutberichten
•
Kritieke foutberichten
•
Het apparaat gebruiken15
Hoofdstuk 2
Statusberichten
Statusberichten geven de actuele status van het apparaat weer. Ze stellen u op de hoogte
van de normale werking en vereisen geen handeling om te worden opgelost. Ze
veranderen naargelang de status van het apparaat verandert. Wanneer het apparaat
klaar is en geen taken uitvoert en er nog geen af te handelen waarschuwingsberichten
zijn, verschijnt het statusbericht KLAAR als de printer aanstaat.
Waarschuwingen
Waarschuwingen stellen u op de hoogte van gebeurtenissen waar u aandacht aan dient
te besteden, maar die de werking van het apparaat niet belemmeren. Een voorbeeld van
een waarschuwing is "Inkt bijna op". Deze berichten verschijnen totdat de situatie is
opgelost.
Foutberichten
Foutberichten melden u dat er een handeling moet worden verricht, zoals afdrukmateriaal
toevoegen of een storing verhelpen. Deze berichten gaan gewoonlijk samen met een
rood, knipperend waarschuwingslampje. Voer de nodige handelingen uit om verder af te
drukken.
Als in het foutbericht een foutcode wordt weergegeven, drukt u op de knop Aan/uit om
het apparaat uit te schakelen en schakelt u het ervolgens weer in. In de meeste gevallen
lost deze handeling het probleem op. Wanneer het bericht blijft verschijnen, moet uw
apparaat misschien hersteld worden. Ga voor meer informatie naar
garantie.
Ondersteuning en
Kritieke foutberichten
Kritieke foutberichten wijzen u op een defect in het apparaat. Sommige van deze
berichten kunnen worden opgelost door op de knop Aan/uit te drukken, het apparaat uit
te schakelen en vervolgens weer in te schakelen. Als een kritieke fout aanhoudt, is
reparatie noodzakelijk. Raadpleeg
Ondersteuning en garantie voor meer informatie.
De instellingen van het apparaat wijzigen
U kunt de instellingen van het apparaat wijzigen op deze plaatsen:
•Vanaf het bedieningspaneel.
•Vanaf het HP Solution Center (Windows) of HP Apparaatbeheer (Mac OS). Zie
HP-beeldbewerkingssoftware gebruiken voor meer informatie.
Opmerking Als u de instellingen configureert in het HP Solution Center of in deHP
Apparaatbeheer, kunt u de instellingen die vanaf het bedieningspaneel zijn
geconfigureerd (zoals de scaninstellingen) niet zien.
16Het apparaat gebruiken
De
Instellingen wijzigen vanaf het bedieningspaneel
1. Druk op het bedieningspaneel op de menuknop voor de functie die u gebruikt
(bijvoorbeeld het menu Kopiëren).
2. Om bij de optie te komen die u wilt wijzigen, gebruikt u een van de volgende
methoden:
•Druk op een knop op het bedieningspaneel en gebruik vervolgens de pijl naar
rechts of naar links om de waarde aan te passen.
•Selecteer de optie uit het menu op het afleesvenster van het bedieningspaneel.
3. Selecteer de gewenste waarde en druk vervolgens op OK.
Instellingen veranderen vanuit het HP Solution Center (Windows)
De HP-beeldbewerkingssoftware gebruiken.
▲ Zie
Instellingen van de HP-beeldbewerkingssoftware (Mac OS) wijzigen
1. Klik in het Dock op het pictogram Apparaatbeheer.
2. Selecteer het apparaat in het vervolgmenu Apparaten.
3. In het menu Informatie en instellingen, klikt u op een item dat u wilt veranderen.
Opmerking Mac OS wordt uitsluitend ondersteund door HP Officejet J3600.
Gebruik het HP Solution Center (Windows)
Op een computer met Windows is het HP Solution Center de plaats waar u toegang krijgt
tot de HP Photosmart-software. Met het HP Solution Center kunt u de afdrukinstellingen
wijzigen, de wizard Faxinstallatie starten, benodigdheden bestellen en de help op het
scherm raadplegen.
Welke functies beschikbaar zijn in het HP Solution Center hangt af van de apparaten die
u hebt geïnstalleerd. In het HP Solution Center worden alleen pictogrammen getoond die
zijn gekoppeld aan het geselecteerde apparaat. Als het geselecteerde apparaat niet is
uitgerust met een bepaalde functie, verschijnt het pictogram voor deze functie niet in het
HP Solution Center.
Als het HP Solution Center op de computer geen pictogrammen bevat, is er mogelijk een
probleem opgetreden tijdens de installatie van de software. U kunt dit probleem oplossen
door de HP Photosmart-software via het Configuratiescherm van Windows volledig te
verwijderen en de software vervolgens opnieuw te installeren. Zie de bij het apparaat
geleverde Help op het scherm voor meer informatie.
Zie
De HP-beeldbewerkingssoftware gebruiken voor meer informatie over het
HP Solution Center.
De HP-beeldbewerkingssoftware gebruiken
Met de HP-beeldbewerkingssoftware krijgt u toegang tot veel functies die niet
beschikbaar zijn vanaf het bedieningspaneel.
De software is tijdens de installatie op uw computer geïnstalleerd. Zie de bij het apparaat
geleverde installatiedocumentatie voor meer informatie.
Toegang tot de HP beeldbewerkingssoftware verschilt per besturingssysteem (OS). Als
u bijvoorbeeld op een pc met Windows werkt, start u de HP-beeldbewerkingssoftware in
Gebruik het HP Solution Center (Windows)17
Hoofdstuk 2
het venster HP Photosmart-software. Als u op een pc met Macintosh werkt, start u de
HP-beeldbewerkingssoftware in het venster HP Photosmart Studio. In alle gevallen
gebruikt u dit punt als startpunt voor de HP-beeldbewerkingssoftware en -services.
De HP Photosmart-software openen op een computer met Windows
1. Voer een van de volgende handelingen uit:
•Dubbelklik op het Windows-bureaublad op het pictogram HP Photosmartsoftware.
•Dubbelklik op het pictogram van de HP Digital Imaging Monitor in het
systeemvak aan de rechterkant van de taakbalk van Windows.
•Klik op de knop Start op de taakbalk, wijs Programma's of Alle programma's
aan, selecteer HP en klik op HP Photosmart-software.
2. Als u meer dan één HP-apparaat hebt geïnstalleerd, selecteert u het tabblad met de
naam van uw product.
Opmerking Op een Windows-computer zijn de beschikbare functies in de
HP Photosmart-software afhankelijk van de apparaten die zijn geïnstalleerd. In
de software worden alleen pictogrammen getoond die zijn gekoppeld aan het
geselecteerde apparaat. Als het geselecteerde apparaat niet is uitgerust met een
bepaalde functie, verschijnt het pictogram voor deze functie niet in de software.
Tip Als de HP Photosmart-software op de computer geen pictogrammen bevat,
is er mogelijk een probleem opgetreden tijdens de installatie van de software. U
kunt dit probleem oplossen door de HP Photosmart-software via het
Configuratiescherm van Windows volledig te verwijderen en de software
vervolgens opnieuw te installeren.
De HP Photosmart Studio-software openen op een computer met Windows
1. Klik op het pictogram HP Photosmart Studio in het Dock.
Het venster HP Photosmart Studio verschijnt.
Opmerking Mac OS wordt uitsluitend ondersteund door HP Officejet J3600.
2. Klik op Apparaten op de HP Photosmart Studio-taakbalk.
Het venster HP Apparaatbeheer wordt weergegeven.
3. Selecteer uw apparaat in het vervolgkeuzemenu Apparaat.
Hiermee kunt u scannen, faxen, documenten importeren en onderhoud uitvoeren,
zoals het controleren van het inktniveau in de inktcartridges.
Opmerking Welke functies beschikbaar zijn in de HP Photosmart Studio-
software op een computer met Macintosh, hangt af van het geselecteerde
apparaat.
Tip Wanneer de HP Photosmart Studio-software is geopend, kunt u de
snelkoppelingen in het Dock-menu openen als u de muisknop ingedrukt houdt op
het pictogram van HP Photosmart Studio in het Dock.
18Het apparaat gebruiken
Tekst en symbolen
U kunt het toetsenblok op het bedieningspaneel gebruiken om tekst en symbolen in te
voeren.
U kunt symbolen ook vanaf het toetsenblok invoeren als u een fax- of telefoonnummer
invoert. Als het apparaat het nummer kiest, interpreteert het apparaat het symbool en
reageert het dienovereenkomstig. Als u bijvoorbeeld een streepje in het faxnummer hebt
ingevoerd, zal het apparaat een korte pauze inlassen voordat de rest van het nummer
wordt gekozen. Een pauze is handig als u eerst een buitenlijn moet krijgen voordat u een
faxnummer kunt kiezen.
Opmerking Als u een symbool in uw faxnummer wilt invoeren, zoals een streepje,
moet u het symbool met behulp van het toetsenblok invoeren.
Getallen en tekst intikken op het toetsenblok van het bedieningspaneel
U kunt tekst of symbolen invoeren met behulp van het toetsenblok op het
bedieningspaneel.
Als u klaar bent met het typen van tekst, drukt u op OK om het nummer op te slaan.
Tekst invoeren
1. Druk op het toetsenblok op de toetsen die overeenstemmen met de letters van een
naam. De letters a, b, en c behoren bijvoorbeeld bij de cijfertoets 2, zoals hieronder
is weergegeven.
Tip Druk een knop meerdere keren in om de beschikbare tekens te bekijken.
Afhankelijk van uw taalinstelling en uw instelling voor land/regio zijn er mogelijk
andere tekens beschikbaar naast de tekens die op het toetsenblok worden
weergegeven.
2. Zodra de juiste letter wordt weergegeven, wacht u totdat de cursor automatisch naar
rechts is gegaan. U kunt ook op de pijl naar rechts drukken. Druk op het toetsenblok
op de toets die overeenkomt met de volgende letter in de naam. Druk meerdere malen
op de toets, totdat de juiste letter wordt weergegeven. De eerste letter van een woord
wordt automatisch met een hoofdletter weergegeven.
Een spatie, pauze of symbool invoeren
•Druk op Ruimte om een spatie in te voegen.
•Druk op Opnieuw kiezen/pauze om een pauze in te voeren. Er verschijnt een
streepje in het nummer.
•Als u een symbool wilt invoeren, zoals @, drukt u herhaaldelijk op de knop
Symbolen om door de lijst met beschikbare symbolen te bladeren: sterretje (*),
streepje (-), en-teken (&), punt (.), schuine streep (/), ronde haken ( ), apostrof ('),
gelijkteken (=), hekje (#), apenstaartje (@), onderstreping (_), plusteken (+),
uitroepteken (!), puntkomma (;), vraagteken (?), komma (,), dubbele punt (:),
procentteken (%) en tilde (~).
Tekst en symbolen19
Hoofdstuk 2
Een letter, cijfer of symbool verwijderen
▲ Als u een fout maakt, drukt u op de knop naar links om de fout te wissen en het juiste
teken in te voeren.
Beschikbare symbolen voor het kiezen van faxnummers
Voor het invoeren van een symbool, zoals *, drukt u herhaaldelijk op Symbolen om door
de lijst met symbolen te bladeren. In de volgende tabel ziet u welke symbolen u kunt
gebruiken in een fax- of telefoonnummer, faxkopschrift en snelkiesnummers.
Beschikbare
symbolen
*Hiermee wordt een sterretje weergegeven
-Tijdens het automatisch kiezen zal het
( )Geeft een linker- en rechterhaakje weer
WTijdens het automatisch kiezen zorgt de W
RTijdens het automatisch kiezen werkt de R
+Geeft een plusteken weer. Dit symbool is
BeschrijvingBeschikbaar tijdens het invoeren
als dit nodig is voor het kiezen van een
nummer.
apparaat een pauze van drie seconden in
het nummer invoegen.
om bijvoorbeeld het netnummer te
scheiden van de rest van het nummer voor
een betere leesbaarheid. Deze symbolen
zijn niet van invloed op het kiezen.
ervoor dat het apparaat wacht op een
kiestoon voordat het kiezen wordt
voortgezet.
op dezelfde manier als een Flash-knop op
de telefoon.
niet van invloed op het kiezen.
Faxkopschriftnaam,
snelkiesnamen, snelkiesnummers,
fax- of telefoonnummers en
handsfree kiesnummers
Faxkopschriftnaam,
faxkopschriftnummer,
snelkiesnamen, snelkiesnummers
en fax- of telefoonnummers
Faxkopschriftnaam,
faxkopschriftnummer,
snelkiesnamen, snelkiesnummers
en fax- of telefoonnummers
Snelkiesnummers en fax- of
telefoonnummers
Snelkiesnummers en fax- of
telefoonnummers
Faxkopschriftnaam,
faxkopschriftnummer,
snelkiesnamen, snelkiesnummers
en fax- of telefoonnummers
Originelen plaatsen
U kunt een te kopiëren, te faxen of te scannen origineel in de automatische
documentinvoer plaatsen. Originelen die in de automatische documentinvoer zijn
geplaatst worden automatisch ingevoerd in het apparaat.
Let op Op plaatsen met een hoge vochtigheidsgraad en een hoge temperatuur: laat
geen originele foto's door de automatische documentinvoer gaan. De foto's kunnen
dan namelijk vastlopen en beschadigd raken.
Tip Plaats de foto in een transparant fotohoesje voordat u de foto plaatst, om
krassen op de foto of andere beschadigingen te voorkomen.
20Het apparaat gebruiken
Een origineel in de automatische documentinvoer (ADF) plaatsen
U kunt een document met een enkele pagina of meerdere pagina's van A4-, Letter- of
Legal-formaat kopiëren, scannen of faxen door het document in de invoerlade te
plaatsen.
De documentinvoerlade kan maximaal 20 vellen papier van Letter- of A4-formaat
bevatten, of maximaal 15 vellen van Legal-formaat.
Een origineel in de documentinvoerlade plaatsen
1. Plaats het origineel met de bedrukte zijde naar beneden in de invoerlade. Plaats de
pagina's zodat de bovenkant van het document eerst wordt ingevoerd. Schuif het
materiaal in de automatische documentinvoer totdat u een pieptoon hoort of een
bericht op het uitleesvenster ziet dat aangeeft dat de geplaatste pagina's werden
gedetecteerd.
Tip Raadpleeg het diagram in de documentinvoerlade voor hulp bij het laden
van originelen in de automatische documentinvoer.
2. Schuif de breedtegeleiders naar binnen tot deze tegen de linker- en rechterrand van
het medium komen.
Afdrukmateriaal selecteren
Het apparaat is geschikt voor gebruik met de meeste soorten afdrukmateriaal. Wij raden
u aan om eerst een aantal soorten afdrukmateriaal uit te proberen voordat u grote
hoeveelheden aanschaft. Gebruik HP papier voor het beste afdrukresultaat. Ga naar de
website van HP op
Tips voor het selecteren van afdrukmateriaal
Voor de beste resultaten moet u zich aan de volgende richtlijnen houden.
•Gebruik altijd afdrukmateriaal dat voldoet aan de specificaties van het apparaat.
Raadpleeg
meer informatie.
•Plaats slechts één papiersoort tegelijkertijd in een lade.
•Plaats papier met de afdrukzijde naar beneden en tegen de rechter- en achterkant
van de lade. Ga voor meer informatie naar
www.hp.com om meer te weten over afdrukmateriaal van HP.
Informatie over de specificaties van ondersteund afdrukmateriaal voor
Afdrukmateriaal laden.
Afdrukmateriaal selecteren21
Hoofdstuk 2
•Plaats niet te veel papier in de lade. Ga voor meer informatie naar Informatie over de
specificaties van ondersteund afdrukmateriaal.
•Om vastgelopen papier, een slechte afdrukkwaliteit en andere printerproblemen te
voorkomen, kunt u het volgende afdrukmateriaal het beste vermijden:
•Formulieren die uit meerdere delen bestaan
•Afdrukmateriaal dat is beschadigd, gekruld of verkreukeld
•Afdrukmateriaal met inkepingen of perforaties
•Afdrukmateriaal met een zware textuur of reliëf of afdrukmateriaal dat inkt niet
goed absorbeert
•Afdrukmateriaal dat te dun is of gemakkelijk kan worden uitgerekt
Kaarten en enveloppen
•Gebruik geen enveloppen met een hele gladde afwerking, zelfklevende randen,
sluitingen of vensters. Gebruik ook geen kaarten en enveloppen met dikke,
onregelmatige of gekrulde randen of enveloppen die gekreukt, gescheurd of
anderszins beschadigd zijn.
•Gebruik platte, strak gevouwen enveloppen.
•Laad enveloppen met de flappen naar boven.
Afdrukmateriaal voor foto's
•Gebruik de modus Beste voor het afdrukken van foto’s. In deze modus neemt het
afdrukken meer tijd in beslag omdat meer computergeheugen vereist is.
•Verwijder elk vel dat uit de printer komt en leg het weg om te drogen. Wanneer nat
afdrukmateriaal zich opstapelt kunnen vlekken ontstaan.
Transparanten
•Plaats transparanten met de ruwe kant naar beneden en de plakstrip wijzend naar
de achterzijde van het apparaat.
•Gebruik de modus Normaal om af te drukken op transparanten. De droogtijd in deze
modus is langer. Daarom wordt de volgende pagina pas in de uitvoerlade uitgevoerd
wanneer de inkt helemaal droog is.
•Verwijder elk vel dat uit de printer komt en leg het weg om te drogen. Wanneer nat
afdrukmateriaal zich opstapelt kunnen vlekken ontstaan.
Speciaal papierformaat
•Gebruik alleen speciaal papierformaat dat wordt ondersteund door het apparaat.
•Wanneer de toepassing speciaal papierformaat ondersteunt, stelt u het
papierformaat eerst in de toepassing in voordat u het document gaat afdrukken.
Anders stelt u het formaat in met de printerdriver. Mogelijk moet u de opmaak van
bestaande documenten aanpassen om deze correct te kunnen afdrukken op speciaal
papierformaat.
22Het apparaat gebruiken
Informatie over de specificaties van ondersteund afdrukmateriaal
Met de volgende tabellen kunt u bepalen welke media goed zijn voor uw apparaat en
welke functies bij uw papier zullen functioneren.
•
Informatie over ondersteunde formaten
Informatie over ondersteunde papiersoorten en gewichten
•
Informatie over ondersteunde formaten
Opmerking De HP Officejet J3600 ondersteunt alle afdrukmaterialen in
onderstaande tabel. De HP Officejet J 3500 ondersteunt uitsluitend papier.
TypeFormaat
PapierA4: 210 x 297 mm
Legal: 216 x 356 mm
B5–JIS: 182 x 257 mm
EnveloppenU.S. #10: 105 x 241 mm
A2: 111 x 146 mm
DL: 110 x 220 mm
C6: 114 x 162 mm
TransparantenLetter: 216 x 279 mm
A4: 210 x 297 mm
HP Premium Fotopapier10 x 15 cm
Letter: 216 x 280 mm
A4: 210 x 297 mm
KaartenIndexkaarten: 127 x 203 mm
A4: 210 x 297 mm
EtikettenLetter: 216 x 279 mm
A4: 105 x 149 mm
Speciaal formaat102 x 152 mm tot 216 x 356 mm
Informatie over ondersteunde papiersoorten en gewichten
Opmerking De HP Officejet J3600 ondersteunt alle afdrukmaterialen in
onderstaande tabel. De HP Officejet J 3500 ondersteunt uitsluitend gewoon papier
of Legal-papier..
* Maximale capaciteit. De stapel in de invoerlade mag maximum 10 mm hoog zijn.
** De capaciteit van de uitvoerlade is afhankelijk van de papiersoort en de gebruikte
hoeveelheid inkt. Wij adviseren u de uitvoerlade regelmatig leeg te maken.
Minimummarges instellen
Opmerking De HP Officejet J 3500 ondersteunt geen enveloppen en kaarten.
Bovenkant
U.S. (Letter, Legal,
Executive)
ISO (A4, A5) en JIS (B5) 1,8 mm12,7 mm3,2 mm
Enveloppen3,2 mm3,2 mm1,0 mm
Kaarten1,0 mm12,7 mm3,2 mm
Afdrukmateriaal laden
In dit gedeelte wordt de procedure beschreven voor het laden van verschillende formaten
en soorten papier waarmee u vanaf het apparaat kunt kopiëren, afdrukken of faxen.
24Het apparaat gebruiken
(voorrand)
1,5 mm12,7 mm6,4 mm
Onder (uitvoer)Linker- en
rechtermarge
Tip Om scheurtjes, vouwen en gekrulde of gebogen randen te voorkomen, bewaart
u al het papier plat in een afsluitbare verpakking. Als het papier niet goed wordt
bewaard, kunnen extreem grote schommelingen in temperatuur en luchtvochtigheid
leiden tot gekruld papier dat niet goed functioneert in het apparaat.
Dit gedeelte bevat de volgende onderwerpen:
•
Papier van volledig formaat laden
Fotopapier van 10 x 15 cm (4 x 6 inch) plaatsen
•
Indexkaarten plaatsen
•
Enveloppen laden
•
Andere papiersoorten plaatsen
•
Papier van volledig formaat laden
U kunt veel soorten A4-, Letter- of Legal-papier in de invoerlade van het apparaat
plaatsen.
Papier van volledig formaat plaatsen
1. Schuif de papierbreedtegeleider naar de uiterste stand.
2. Klap het verlengstuk van de lade naar u toe.
Opmerking Klap het verlengstuk van de lade niet uit als u papier van Legal-
formaat gebruikt.
Afdrukmateriaal laden25
Hoofdstuk 2
3. Maak een rechte stapel papier door de stapel met de randen op een vlak oppervlak
te kloppen en controleer het papier op het volgende:
•Zorg dat het vrij is van scheuren, stof, kreukels en gekrulde of omgevouwen
randen.
•Zorg dat het papier in de stapel van hetzelfde formaat en dezelfde soort is.
4. Plaats het papier in de invoerlade met de korte rand naar voren en de afdrukzijde
naar beneden. Schuif de stapel papier naar voren totdat de stapel niet verder kan.
Let op Controleer of het apparaat inactief en stil is wanneer u papier in de
invoerlade plaatst. Als het bezig is met het onderhoud van de printcartridges of
een andere taak uitvoert, bevindt de papierstop in het apparaat zich mogelijk niet
in de juiste positie. Hierdoor kunt u het papier te ver naar voor duwen, waardoor
het apparaat blanco pagina's zal uitwerpen.
Tip Als u briefhoofdpapier gebruikt, schuift u dit in de lade met het briefhoofd
eerst en de afdrukzijde naar beneden. Raadpleeg de afbeelding op de bodem van
de invoerlade voor hulp bij het plaatsen van papier van volledig formaat.
5. Schuif de papierbreedtegeleider naar binnen tot deze tegen de rand van het papier
aankomt.
Maak de invoerlade niet te vol: de stapel papier moet in de invoerlade passen en mag
niet hoger zijn dan de bovenkant van de papierbreedtegeleider.
Fotopapier van 10 x 15 cm (4 x 6 inch) plaatsen
(uitsluitend voor de HP Officejet J3600)
U kunt fotopapier van 10 x 15 cm in de invoerlade van het apparaat plaatsen. Het beste
resultaat krijgt u met het formaat 10 x 15 cm van HP Premium Plus Fotopapier of
HP Premium Fotopapier.
26Het apparaat gebruiken
Loading...
+ 174 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.