Antennebevestiging en blootstelling aan elektromag
netische energie
VHF 315-SERIE
INSTALLATIE-INSTRUCTIES
Belangrijke veiligheidsinformatie
WAARSCHUWING
Lees de gids Belangrijke veiligheids- en productinformatie in de
verpakking voor productwaarschuwingen en andere belangrijke
informatie.
VOORZICHTIG
Draag altijd een veiligheidsbril, oorbeschermers en een
stofmasker tijdens het boren, zagen en schuren.
LET OP
Controleer voordat u gaat boren of zagen wat zich aan de
andere kant van het oppervlak bevindt.
Het toestel registreren
Vul de onlineregistratie vandaag nog in zodat wij u beter kunnen
helpen. Bewaar uw originele aankoopbewijs of een fotokopie op
een veilige plek.
Ga naar my.garmin.com.
1
Aanmelden bij uw Garmin® account.
2
Benodigd gereedschap
• Potlood
• Boormachine
• 22 mm (7/8 in.) boor of gatenzaag
• Boor van 3 mm (1/8 in.)
• Boor van 13 mm (1/2 in.)
• 4,76 mm (3/16 in.) moersleutel (voor het monteren van de
handsetconnector)
• Extra boren die geschikt zijn voor oppervlak en
bevestigingsmateriaal
• Kruiskopschroevendraaier
• Slijptol of decoupeerzaag (voor het monteren van de actieve
luidspreker)
• Watervaste kit (optioneel)
Aandachtspunten bij de montage
LET OP
Dit toestel dient te worden gemonteerd op een locatie die niet
wordt blootgesteld aan extreme temperaturen of
omstandigheden. Het temperatuurbereik voor dit toestel wordt
vermeld in de productspecificaties. Langdurige blootstelling aan
temperaturen boven het opgegeven temperatuurbereik, in
opslag- of gebruiksomstandigheden, kan tot storingen in het
toestel leiden. Schade door extreme temperaturen en
gerelateerde gevolgen vallen niet onder de garantie.
• U moet het toestel monteren op een locatie waar het niet zal
worden ondergedompeld.
• U moet het toestel monteren op een locatie met voldoende
ventilatie waar het niet wordt blootgesteld aan extreme
temperaturen.
• Zo mogelijk moet u het toestel horizontaal monteren, met de
bovenkant naar boven gericht.
• Als u gedwongen wordt om het toestel verticaal te monteren,
dient u dat zo te doen dat de connectors niet naar boven
steken. Hiermee wordt voorkomen dat er mogelijk water
rondom de connectors blijft staan.
WAARSCHUWING
Radio-operators met pacemakers, levensondersteunende
apparatuur of elektrisch-medische apparatuur dienen niet te
worden blootgesteld aan buitensporige radiofrequentievelden
(RF-velden), omdat het RF-veld kan interfereren met de werking
van de medische apparatuur.
VOORZICHTIG
Dit toestel genereert radiofrequente energie (RF) en
elektromagnetische energie (EME), en straalt deze uit. Het niet
opvolgen van deze richtlijnen kan ertoe leiden dat mensen
worden blootgesteld aan RF-straling die de maximaal
toelaatbare blootstelling (MPE) overschrijdt.
Garmin geeft een MPE-radius aan van 2,48 m (97,64 in.) voor
dit systeem, hetgeen is vastgesteld met een uitgangsvermogen
van 25 W en een omni-directionele antenne met een versterking
van 6 dBi. Bij het aansluiten van de antenne moet een minimale
afstand van 2,48 m (97,64 in.) tussen de antenne en personen
in acht worden genomen.
Het toestel bevestigen
LET OP
Als u het toestel op glasvezel monteert, is het raadzaam om bij
het boren van de gaten met een kleine verzinkboor alleen in de
bovenste gellaag een kleine verdieping aan te brengen. U
voorkomt hiermee dat er scheuren in de gellaag ontstaan als de
schroeven worden aangedraaid.
Voordat u het toestel bevestigt, moet u een bevestigingslocatie
selecteren en het montagemateriaal kiezen dat geschikt is voor
het oppervlak.
OPMERKING: Het bij het toestel geleverde
bevestigingsmateriaal is mogelijk niet geschikt voor het
montageoppervlak.
Plaats het toestel op de gewenste montagelocatie en
1
markeer de locatie van de montagegaten.
Gebruik een geschikte boor voor het oppervlak en de
2
montagematerialen en boor een voorboorgat voor een hoek
van het toestel.
Bevestig deze hoek van het toestel losjes aan het oppervlak
3
en controleer de andere drie markeringen van de
voorboorgaten.
Markeer nieuwe voorboorgaten indien nodig.
4
Verwijder het toestel van het montageoppervlak.
5
Boor de voorboorgaten voor de andere drie markeringen.
6
Bevestig het toestel aan het montageoppervlak.
7
Aandachtspunten Montage actieve luidspreker
LET OP
Dit toestel dient te worden gemonteerd op een locatie die niet
wordt blootgesteld aan extreme temperaturen of
omstandigheden. Het temperatuurbereik voor dit toestel wordt
vermeld in de productspecificaties. Langdurige blootstelling aan
temperaturen boven het opgegeven temperatuurbereik, in
opslag- of gebruiksomstandigheden, kan tot storingen in het
toestel leiden. Schade door extreme temperaturen en
gerelateerde gevolgen vallen niet onder de garantie.
De meegeleverde actieve luidspreker is optioneel en is niet
vereiste bij het installeren van het VHF 315-toestel. Houd
rekening met de volgende aandachtspunten bij het kiezen van
een montageplek voor de actieve luidspreker.
Mei 2018
190-02416-75_0A
• Om interferentie met een magnetisch kompas te vermijden,
dient de actieve luidspreker niet dichter dan 50 cm (19,6
inch) bij een kompas te worden geïnstalleerd.
• U moet de actieve luidspreker in-line met een GHS™ 11
handset installeren.
• U moet de actieve luidspreker binnen 1,2 m (48 inch) van de
plek installeren waar u de GHS 11 handset wilt aansluiten.
• U moet de actieve luidspreker aangesloten op de primaire
handset (aangesloten op de GHS 11 STATION 1 poort)
installeren in de stuurhut of een naastgelegen ruimte,
volgens FCC-wetgeving.
• U kunt de meegeleverde verlengkabel van 10 m (32 ft)
gebruiken om de actieve luidspreker aan te sluiten op de
marifoon. U dient een montagelocatie voor de actieve
luidspreker te kiezen waar u de verlengkabel op de actieve
luidspreker en op de GHS 11 STATION 1 poort van de
marifoon kunt aansluiten. Indien nodig kunt u extra
verlengkabels aanschaffen bij uw Garmin dealer.
De actieve luidspreker bevestigen
LET OP
Wees voorzichtig wanneer u het gat zaagt om de luidspreker te
bevestigen. Er is slechts weinig ruimte tussen de behuizing en
de montagegaten. Als u het gat te groot zaagt, kan de
luidspreker mogelijk niet stabiel worden bevestigd.
Voordat u de luidspreker kunt monteren, moet u een
montagelocatie selecteren.
Snijd de montagesjabloon uit en controleer of deze op de
1
montageplaats past.
Bevestig de sjabloon op het montageoppervlak.
2
Maak met een boor van 13 mm (1/2 in.) een gat in de hoek
3
van de ononderbroken lijn op de sjabloon om het
montageoppervlak voor te bereiden voor zagen.
Zaag met een slijptol of decoupeerzaag het
4
montageoppervlak uit langs de binnenkant van de
streepjeslijn op de sjabloon.
Plaats de luidspreker in de opening om te testen of dit past.
5
Gebruik indien nodig een vijl en schuurpapier om de opening
6
heel precies op maat te krijgen.
Als de luidspreker goed in de opening past, dient u te
7
controleren of de montagegaten op de luidspreker zijn
uitgelijnd met de voorboorgaten op de sjabloon.
Als de montagegaten op de luidspreker niet zijn uitgelijnd,
8
markeert u de nieuwe locaties van de voorboorgaten.
Gebruik een boor van 3 mm (1/8 in.) om het voorboorgat te
9
boren.
Verwijder de sjabloon van het montageoppervlak.
10
Installeer de bijgeleverde montagepakking À aan de
11
achterzijde van de luidspreker.
Bevestig de luidspreker op het montageoppervlak met de
14
meegeleverde M4-schroeven Á.
Klik de schroefafdekking  op zijn plaats.
15
De handsetconnector in het montageoppervlak plaatsen
Voordat u een gat boort om de handsetconnector vanaf de
actieve luidspreker te monteren, dient u de actieve luidspreker
te monteren en te verifiëren dat de kabel van de actieve
luidspreker lang genoeg is om de montagelocatie van de
handsetconnector te bereiken (De actieve luidspreker
bevestigen, pagina 2).
Als u de actieve luidspreker niet installeert, dient u te verifiëren
dat de bijgeleverde verlengkabel lang genoeg is om aan te
kunnen sluiten op de GHS 11 STATION 1 poort op de marifoon
en op de handsetconnector montagelocatie.
U kunt het bijgeleverde materiaal gebruiken om de
handsetconnector vanaf de actieve luidspreker op het
dashboard of ander montageoppervlak te monteren. Als u de
actieve luidspreker niet installeert, kunt u het materiaal
gebruiken om de handsetconnector vanaf de bijgeleverde
verlengkabel op het dashboard of ander montageoppervlak te
monteren.
Gebruik de bevestigingsplaat À als sjabloon, teken het
1
kabelgat in het midden van de bevestigingsplaat af en
markeer de schroefgaten.
Leg de bevestigingsplaat opzij.
2
Boor niet door de bevestigingsplaat heen.
Maak een gat in het midden van het montageoppervlak
3
met een boortje of gatenzaag van 22 mm (7/8 in.).
Gebruik een boor van 3 mm (1/8 in.) om de voorboorgaten te
4
boren.
Breng watervaste kit aan tussen de bevestigingsplaat en het
5
montageoppervlak om de gaten af te dichten (optioneel).
Gebruik de meegeleverde schroeven om de
6
bevestigingsplaat aan het montageoppervlak te bevestigen.
Selecteer een optie:
7
• Als u de actieve luidspreker heeft geïnstalleerd, leid de
lange kabel dan van de actieve luidspreker naar de
connector montagelocatie.
• Als u de actieve luidspreker niet heeft geïnstalleerd, sluit
het vrouwelijke uiteinde van de bijgeleverde verlengkabel
dan aan op de GHS 11 STATION 1 poort van de marifoon
en leid het mannelijke uiteinde van de verlengkabel naar
de connector montagelocatie.
Haal de aansluiting van de connector  door de achterkant
8
van het montageoppervlak.
Breng watervaste kit aan rond de connector in de
9
bevestigingsplaat om het gat af te dichten (optioneel).
Maak de connector vast aan de bevestigingsplaat met behulp
10
van de beschermkap à en de moer Ä.
Á
GHS 11 Aandachtspunten Montage
Maak de nodige draadaansluitingen (De actieve luidspreker
12
aansluiten op de marifoon en handset, pagina 3).
Plaats de luidspreker in de opening.
13
2
LET OP
Dit toestel dient te worden gemonteerd op een locatie die niet
wordt blootgesteld aan extreme temperaturen of
omstandigheden. Het temperatuurbereik voor dit toestel wordt
vermeld in de productspecificaties. Langdurige blootstelling aan