Inhoudsopgave
Inleiding........................................................................... 1
Overzicht handset....................................................................... 1
Startscherm................................................................................ 1
Systeemstatuspictogrammen.................................................1
Basisbediening............................................................... 1
Het toestel inschakelen en uitschakelen.................................... 1
Het volume aanpassen............................................................... 1
Het squelch-niveau aanpassen.................................................. 2
Een frequentieband selecteren................................................... 2
Een kanaal selecteren................................................................ 2
Uitzenden met de marifoon.........................................................2
Kanalen scannen en opslaan..................................................... 2
Alle kanalen scannen............................................................. 2
Een kanaal opslaan............................................................... 2
Een opgeslagen kanaal verwijderen...................................... 2
Opgeslagen kanalen scannen............................................... 2
Meerdere kanalen bewaken.................................................. 2
Een ander tweede-prioriteitskanaal selecteren.......................... 3
Overschakelen naar prioriteitskanalen....................................... 3
Ontvangstgevoeligheid instellen................................................. 3
Schakelen tussen de uitzendmodi 1 W en 25 W........................ 3
De instelling Laag uitzendvermogen omzeilen...................... 3
De megafoonfunctie gebruiken................................................... 3
Misthoorn.................................................................................... 3
De misthoorn automatisch laten afgaan................................ 4
De misthoorn handmatig laten afgaan................................... 4
De geluidsfrequentie van de misthoorn afstellen................... 4
Tekst invoeren............................................................................ 4
NOAA®-weeruitzendingen en -waarschuwingen........ 4
Afstemmen op weerkanalen....................................................... 4
Weerwaarschuwingen in- en uitschakelen................................. 4
Digital Selective Calling (DSC)...................................... 4
Digital Selective Calling (DSC)................................................... 4
Uw MMSI-nummer invoeren....................................................... 4
Uw MMSI-nummer weergeven................................................... 5
Noodoproepen............................................................................ 5
Een algemene noodoproep verzenden.................................. 5
Een specifieke noodoproep verzenden................................. 5
Wachten op een bevestiging voor een noodoproep en deze
bevestiging ontvangen........................................................... 5
Automatische heruitzending van noodoproepen
beëindigen............................................................................. 5
Een DSC-noodoproep intrekken............................................ 6
Gesprekken plaatsen.................................................................. 6
Individuele oproepen plaatsen............................................... 6
Groepsoproepen plaatsen..................................................... 6
Oproepen aan alle schepen plaatsen.................................... 6
Kanalen voor persoonlijke oproepen of groepsoproepen...... 6
De positie van een vaartuig opvragen................................... 6
Oproepen ontvangen.................................................................. 6
Noodoproepen en doorgegeven noodoproepen
ontvangen.............................................................................. 6
Spoed- en veiligheidsoproepen aan alle schepen
ontvangen.............................................................................. 7
Persoonlijke standaardoproepen ontvangen......................... 7
Positieaanvragen ontvangen................................................. 7
Positieoproepen ontvangen................................................... 7
Groepsoproepen ontvangen.................................................. 7
Positie bijhouden........................................................................ 7
Vaartuigen selecteren en positie bijhouden activeren........... 7
Schepen op de lijst voor positie bijhouden weergeven en
deactiveren............................................................................ 8
Een vaartuig verwijderen uit de lijst met bijgehouden
posities................................................................................... 8
Oproeplog................................................................................... 8
De oproepen in het oproeplog weergeven............................. 8
Een oproep plaatsen vanuit een oproeplog........................... 8
Een schip of station vanuit het oproeplog opslaan in de
schepenlijst............................................................................ 8
Een item uit het oproeplog verwijderen................................. 8
Schepenlijst................................................................................ 8
Vaartuigen en stations bekijken die zijn opgeslagen in de
schepenlijst............................................................................ 8
Een item toevoegen aan de schepenlijst............................... 8
Een item in de schepenlijst bewerken................................... 8
Een item uit de schepenlijst verwijderen................................ 8
Een groep toevoegen............................................................ 8
Een groep bewerken.............................................................. 9
Een groep verwijderen........................................................... 9
DSC-instellingen......................................................................... 9
Handmatig ingevoerde positie-informatie.............................. 9
Automatisch overschakelen naar kanaal 16.......................... 9
Automatische antwoorden verzenden................................... 9
Automatic Transmitter Identification System.............. 9
Uw ATIS-identificatienummer invoeren...................................... 9
ATIS in- en uitschakelen............................................................. 9
Uw ATIS-identificatienummer weergeven.................................10
NMEA 0183 en NMEA 2000®....................................... 10
Extra functionaliteit met andere Garmin toestellen................... 10
Communiceren via NMEA 0183 of NMEA 2000....................... 10
DSC NMEA uitzendingen configureren.................................... 10
Systeeminstellingen..................................................... 10
Instellingen voor getallen.......................................................... 10
Eenheden instellen................................................................... 10
Tijdsverschil configureren.................................................... 11
Een frequentieband selecteren................................................. 11
Een kanaalnaam wijzigen......................................................... 11
De fabrieksinstellingen herstellen............................................. 11
Appendix....................................................................... 11
Waarschuwingen en berichten................................................. 11
Kanalenlijst............................................................................... 11
VHF 315-serie specificaties...................................................... 11
NMEA....................................................................................... 11
NMEA Ondersteunde 0183 IN telegrammen....................... 11
NMEA Ondersteunde 0183 OUT telegrammen................... 12
NMEA 2000 PGN informatie................................................ 12
De behuizing schoonmaken..................................................... 12
Index.............................................................................. 13
Inhoudsopgave i
Inleiding
WAARSCHUWING
Lees de gids Belangrijke veiligheids- en productinformatie in de
verpakking voor productwaarschuwingen en andere belangrijke
informatie.
Overzicht handset
Onderdeel Knop Beschrijving
À
Á
Â
Ã
PTT Houd deze knop ingedrukt om te zenden.
DISTRESS Til de klep op en druk op de knop om een
ENTER Draai de knop in het startscherm om een
PWR
Noord-
Amerika: 16/9
Internatio-
naal: 16+
HI/LO Druk op deze knop om de zendmodus en
CLEAR Druk op deze knop om terug te keren naar
MENU Druk op deze knop in het startscherm om
DSC Druk op deze knop om een menu met
VOL/SQ Druk op deze knop om te schakelen tussen
DSC-noodoproep te verzenden met een
geprogrammeerd MMSI-nummer (Uw
MMSI-nummer invoeren, pagina 4).
Druk op de knop die hoort bij het item op
het scherm om dat item te selecteren.
ander kanaal te selecteren.
Druk op het startscherm om de
weerkanalen in of uit te schakelen (NOAA®-
weeruitzendingen en -waarschuwingen,
pagina 4).
Draai de knop om het volume of squelchniveau te wijzigen na het indrukken van de
knop VOL/SQ.
Draai om een item in een lijst te markeren.
Druk op deze knop om een item te
selecteren.
Houd deze knop ingedrukt om de marifoon
in of uit te schakelen.
Druk op de knop om te schakelen tussen
voorkeuzezenders.
vermogensinstellingen te wijzigen.
de vorige menuoptie.
Druk op deze knop om een inkomende
DSC-oproep te annuleren of te dempen.
configuratieopties weer te geven.
Druk op deze knop in een menu om terug
te keren naar het startscherm.
DSC-opties weer te geven.
volume en squelch.
Startscherm
Radio-systeemstatus, instellingen en waarschuwingen.
À
Internationale, Canadese of Amerikaanse frequentieband
Á
*Breedtegraad
Â
*Lengtegraad
Ã
*Tijd
Ä
**Snelheid over de grond (SOG) of koers over de grond (COG)
Å
Afhankelijk van uw huidige activiteit veranderen de functies van de
Æ
schermknoppen
Werkkanaal
Ç
*De breedtegraad, lengtegraad en tijd verschijnen wanneer de
marifoon een GPS-signaal heeft ontvangen. U kunt gegevens
handmatig invoeren wanneer de marifoon geen GPS-signaal
heeft.
** De SOG en COG verschijnen wanneer de marifoon een GPSsignaal heeft, en de optie is ingeschakeld in het menu
(Instellingen voor getallen, pagina 10).
Systeemstatuspictogrammen
Pictogram Status
Een inkomend signaal ontvangen
Uitzenden
Uitzenden op 25 W
Uitzenden op 1 W
Opgeslagen kanaal
Modus voor lokale ontvangst, vaak gebruikt in gebieden
met interferentie op de marifoonfrequentie (zoals havens)
ATIS ingeschakeld
Positietracering ingeschakeld
Automatische kanaalwisseling uitgeschakeld
Inkomende of gemiste DSC-oproep
Weerwaarschuwing
GPS-signaal gevonden
Basisbediening
Het toestel inschakelen en uitschakelen
Houd de knop PWR ingedrukt.
TIP: U kunt instellen dat het toestel automatisch wordt
ingeschakeld (Systeeminstellingen, pagina 10).
Het volume aanpassen
Stel het squelch-niveau in op MIN voordat u het volume
1
aanpast (optioneel).
Selecteer VOL/SQ tweemaal.
2
VOLUME wordt op het scherm weergegeven.
Draai aan de knop om het volume te verhogen of te verlagen.
3
Inleiding 1
Het squelch-niveau aanpassen
U kunt het gevoeligheidsniveau van de squelch aanpassen om
achtergrondgeluiden uit te filteren. Als u het squelch-niveau
verhoogt, hoort u tijdens ontvangst minder achtergrondruis.
Selecteer VOL/SQ.
1
SQUELCH wordt op het scherm weergegeven.
Draai de knop linksom tot u geluid hoort.
2
Draai de knop rechtsom tot u geen achtergrondruis meer
3
hoort.
Een frequentieband selecteren
U kunt schakelen tussen de Amerikaanse, internationale en
Canadese frequentiebanden (Kanalenlijst, pagina 11).
OPMERKING: Niet alle frequentiebanden zijn beschikbaar op
alle modellen.
Selecteer MENU > CHANNEL > FREQUENCY BAND.
1
Selecteer een frequentieband.
2
Een kanaal selecteren
U kunt een internationaal, Canadees of Amerikaans kanaal
selecteren (Een frequentieband selecteren, pagina 2).
Draai de knop.
Uitzenden met de marifoon
Selecteer een geschikt kanaal.
1
Controleer of het kanaal vrij is.
2
OPMERKING: U mag volgens de regels van de Federal
Communications Commission (FCC) en internationale
richtlijnen de communicatie van andere personen niet
hinderen.
Selecteer PTT op de handset.
3
Bovenaan het scherm wordt weergegeven.
Spreek in de handset.
4
OPMERKING: U kunt maximaal vijf minuten uitzenden. Na
vijf minuten uitzenden wordt PTT uitgeschakeld tot u PTT
loslaat.
Laat PTT los.
5
Kanalen scannen en opslaan
Alle kanalen scannen
Als u kanalen scant, zoekt de marifoon naar kanalen die
uitzenden. Als er op een kanaal wordt uitgezonden, stopt de
marifoon bij dat kanaal tot de uitzending wordt beëindigd. Na
vier seconden inactiviteit op een kanaal hervat de marifoon het
scannen.
OPMERKING: Als u ATIS (Automatic Transmitter Identification
System, pagina 9) inschakelt, zal de radio geen kanalen
scannen of opslaan.
Selecteer SCAN > ALL.
1
Selecteer een optie:
2
• Als u het huidige actieve kanaal wilt uitsluiten van
volgende scans en het scannen wilt hervatten, selecteert
u SKIP.
• Als u elke keer dat een kanaal wordt gescand ook kanaal
16 wilt scannen, selecteert u +CH16.
De radio scant dan bijvoorbeeld kanaal 21, kanaal 16,
kanaal 22, kanaal 16, enzovoort.
Op het scherm van het toestel wordt +CH16
weergegeven .
• Als u kanaal 16 wilt scannen in de gebruikelijke volgorde,
selecteert u -CH16.
De radio scant dan bijvoorbeeld kanaal 14, kanaal 15,
kanaal 16, kanaal 17, enzovoort.
• Selecteer EXIT als u het scannen wilt beëindigen.
De radio stopt met scannen en stemt af op het laatst
gebruikte, actieve kanaal.
Een kanaal opslaan
U kunt elk kanaal opslaan, behalve de weerkanalen (WXkanalen). Er is geen limiet aan het aantal kanalen dat u kunt
opslaan.
Selecteer SCAN.
1
Draai de knop ENTER tot u een kanaal vindt dat u wilt
2
opslaan.
Selecteer SAV CH.
3
Boven een opgeslagen kanaal wordt weergegeven.
Een opgeslagen kanaal verwijderen
Selecteer SCAN.
1
Draai de knop ENTER tot u een opgeslagen kanaal hebt
2
gevonden.
OPMERKING: Boven een opgeslagen kanaal wordt
weergegeven.
Selecteer SAV CH.
3
Opgeslagen kanalen scannen
U kunt alleen de kanalen scannen die u hebt opgeslagen. Als er
op een opgeslagen kanaal wordt uitgezonden, stopt de marifoon
bij dat kanaal tot de uitzending wordt beëindigd. Na vier
seconden inactiviteit op een kanaal hervat de marifoon het
scannen.
OPMERKING: Als u ATIS (Automatic Transmitter Identification
System, pagina 9) inschakelt, zal de radio geen kanalen
scannen of opslaan.
Selecteer SCAN > SAVED.
1
Selecteer een optie:
2
• Als u het huidige actieve kanaal wilt uitsluiten van
volgende scans en het scannen wilt hervatten, selecteert
u SKIP.
• Als u elke keer dat een opgeslagen kanaal wordt gescand
ook kanaal 16 wilt scannen, selecteert u +CH16.
De marifoon scant dan bijvoorbeeld opgeslagen kanaal
21, kanaal 16, opgeslagen kanaal 25, kanaal 16,
enzovoort.
Op het scherm van het toestel wordt +CH16
weergegeven .
• Selecteer -CH16 als u het scannen van kanaal 16 wilt
stoppen.
De marifoon scant dan bijvoorbeeld opgeslagen kanaal
21, opgeslagen kanaal 25, enzovoort.
• Selecteer EXIT als u het scannen wilt beëindigen.
De marifoon stopt met scannen en stemt af op het laatst
gebruikte, actieve kanaal.
Meerdere kanalen bewaken
Voordat u meerdere kanalen kunt bewaken, moet u ATIS
(Automatic Transmitter Identification System, pagina 9)
uitschakelen.
U kunt prioriteitskanalen en het momenteel geselecteerde
kanaal bewaken op uitzendactiviteit. Kanaal 16 is het eersteprioriteitskanaal op de marifoon. Kanaal 9 is het standaard
tweede-prioriteitskanaal. U kunt een ander kanaal
programmeren als uw tweede-prioriteitskanaal (Een ander
tweede-prioriteitskanaal selecteren, pagina 3).
Selecteer WATCH.
2 Basisbediening