Garmin RV 9"" Fixed Display, RV 7"" Fixed Display Installation manual [nl]

Page 1
RV FIXED DISPLAY
INSTALLATIE-INSTRUCTIES

Belangrijke veiligheidsinformatie

WAARSCHUWING
Lees de gids Belangrijke veiligheids- en productinformatie in de verpakking voor productwaarschuwingen en andere belangrijke informatie.
Verwijder bij het aansluiten van de voedingskabel niet de geïntegreerde zekeringhouder. Om het risico van letsel of schade aan het product door brand of oververhitting te voorkomen, dient de juiste zekering te worden gebruikt, zoals vermeld in de productspecificaties. Als de voedingskabel wordt aangesloten zonder gebruik van de juiste zekering, vervalt de garantie op het product.
VOORZICHTIG
Draag altijd een veiligheidsbril, oorbeschermers en een stofmasker tijdens het boren, zagen en schuren.
LET OP
Controleer voordat u gaat boren of zagen wat zich aan de andere kant van het oppervlak bevindt.
VOORZICHTIG
Om de beste prestaties te garanderen en om schade aan uw boot te voorkomen, moet u het toestel aan de hand van de volgende instructies installeren.
Lees alle installatie-instructies zorgvuldig door voordat u met de installatie begint. Neem contact op met Garmin® Product Support als u problemen ondervindt tijdens het installeren.

De nieuwe software op een geheugenkaart laden

Plaats een geheugenkaart in de kaartsleuf van de computer.
1
Ga naar www.garmin.com en zoek de productpagina.
2
Selecteer Software op de productpagina.
3
Selecteer Download.
4
Lees en accepteer de voorwaarden.
5
Selecteer Download.
6
Selecteer Voer uit.
7
Selecteer het station van de geheugenkaart en selecteer
8
vervolgens Volgende > Voltooi.

De software van het toestel bijwerken

Voordat u de software kunt bijwerken, moet u beschikken over een software-update op een geheugenkaart of de nieuwste software zelf op een geheugenkaart laden.
Schakel het toestel in en wacht tot het startscherm verschijnt.
1
OPMERKING: De instructies voor de software-update
verschijnen alleen als het toestel volledig is opgestart voordat u de kaart plaatst.
Open het klepje van de geheugenkaart .
2
Plaats de geheugenkaart en druk erop tot deze vastklikt.
3
Sluit de klep.
4
Volg de instructies op het scherm.
5
Wacht enkele minuten totdat de software-update is voltooid.
6
Het toestel werkt weer normaal zodra het software­updateproces is voltooid.
Verwijder de geheugenkaart.
7
OPMERKING: Als de geheugenkaart wordt verwijderd
voordat het toestel opnieuw is opgestart, is de software­update niet voltooid.

Contact opnemen met Garmin Support

• Ga naar support.garmin.com voor hulp en informatie, zoals producthandleidingen, veelgestelde vragen video's en klantondersteuning.
• Bel in de VS met 913-397-8200 of 1-800-800-1020.
• Bel in het VK met 0808 238 0000.
• Bel in Europa met +44 (0) 870 850 1241.

Benodigd gereedschap

• Boormachine
• Boor van 6 mm (1/4 inch)
• Boor van 4 mm (3/16 in.)
• Kruiskopschroevendraaier, nr. 2
• Decoupeerzaag of slijptol
• Vijl en schuurpapier

Aandachtspunten bij de montage

LET OP
Dit toestel dient te worden gemonteerd op een locatie die niet wordt blootgesteld aan extreme temperaturen of omstandigheden. Het temperatuurbereik voor dit toestel wordt vermeld in de productspecificaties. Langdurige blootstelling aan temperaturen boven het opgegeven temperatuurbereik, in opslag- of gebruiksomstandigheden, kan tot storingen in het toestel leiden. Schade door extreme temperaturen en gerelateerde gevolgen vallen niet onder de garantie.
Houd rekening met deze aandachtspunten wanneer u een montagelocatie selecteert.
• De locatie moet eenvoudig toegang bieden tot alle interfaces van het toestel, zoals de knoppen, het aanraakscherm en de kaartlezer, indien van toepassing.
GUID-D7562D38-5D0D-465B-8FF1-97809D4F9CA6 v1Maart 2020
Page 2
• De locatie moet sterk genoeg zijn om het gewicht van het toestel te dragen en te beschermen tegen overmatige trillingen of schokken.
• Op de locatie moet ruimte beschikbaar zijn voor het geleiden en aansluiten van alle kabels.
• De locatie mag geen plat, horizontaal oppervlak zijn. De locatie moet in een verticale hoek zijn.
De locatie en zichthoek moeten worden getest voordat u het toestel plaatst. Hoge zichthoeken van boven- en onderaf kunnen leiden tot een slechter beeld.

Het toestel verzonken monteren

LET OP
Wees voorzichtig wanneer u het gat zaagt om het toestel verzonken te monteren. Er is slechts weinig ruimte tussen de behuizing en de montagegaten. Als u het gat te groot zaagt, kan het toestel mogelijk niet stabiel worden bevestigd.
U kunt gaten boren en de meegeleverde sjabloon, moerplaten en machineschroeven gebruiken om het toestel verzonken te monteren. De moerplaten kunnen stabiliteit toevoegen aan een dunner oppervlak en worden sterk aanbevolen voor de meeste RV-installaties.
Snijd de montagesjabloon uit en controleer of deze past op
1
de locatie waar u het toestel wilt monteren. Bevestig de sjabloon op de montageplek.
2
Maak met een boor van 13 mm (1/2 in.) een of meer gaten in
3
de hoeken van de ononderbroken lijn op de sjabloon om het montageoppervlak voor te bereiden voor zagen.
Zaag met een decoupeerzaag of slijptol het
4
montageoppervlak uit langs de binnenkant van de streepjeslijn op de sjabloon.
Plaats het toestel in de opening om te testen of dit past.
5
Gebruik indien nodig een vijl en schuurpapier om de opening
6
heel precies op maat te krijgen. Verwijder indien nodig de trimkapjes.
7
LET OP
Gebruik indien mogelijk plastic gereedschap. Als u metalen gereedschap gebruikt, zoals een schroevendraaier, kunt u de trimkapjes of het toestel beschadigen.
Als het toestel goed in de opening past, dient u te controleren
8
of de montagegaten op het toestel zijn uitgelijnd met de grotere gaten op de sjabloon.
Markeer de nieuwe locaties van de montagegaten als deze
9
niet zijn uitgelijnd met het toestel. Boor gaten van 6 mm (1/4 inch) in de plekken voor grotere
10
gaten. Plaats vanaf één hoek van de sjabloon een moerplaat
11
over het grotere gat dat u in de vorige stap hebt geboord.
Plaats vanaf één hoek van de montagelocatie een moerplaat
16
op de achterzijde van het montageoppervlak, waarbij u de
grote en kleine gaten uitlijnt. Het hogere gedeelte van de moerplaat moet passen in het
grotere gat.
Bevestig de moerplaten stevig aan het montageoppervlak
17
door de kleinere machineschroeven vast te draaien door de kleinere gaten.
Installeer de schuimrubberen pakking aan de achterzijde
18
van het toestel. De delen van de schuimrubberen pakking hebben een
zelfklevende strip aan de achterzijde. Verwijder de beschermfolie voordat u deze delen bevestigt aan het toestel.
Als u geen toegang hebt tot de achterzijde van het toestel
19
nadat u dit hebt gemonteerd, verbindt u alle benodigde kabels met het toestel voordat u dit in de opening plaatst.
Plaats het toestel in de opening.
20
Bevestig het toestel aan het montageoppervlak met de
21
meegeleverde schroeven . Bevestig de trimkapjes door deze op hun plaats te klikken
22
rondom het toestel.

Aandachtspunten bij de aansluiting

Nadat u de kabels op het toestel hebt aangesloten, draait u de borgringen aan om elke kabel vast te zetten.

Voedings-/kabelgeleiderskabel

• De kabelgeleider verbindt het toestel met de voeding.
• Als de kabelgeleider moet worden verlengd, moet u een draad van 0,33 mm² (22 AWG) gebruiken.
Het kleinere gat op de moerplaat moet worden uitgelijnd met het kleinere gat op de sjabloon.
Markeer de nieuwe locatie van het gat als het kleinere gat op
12
de moerplaat niet is uitgelijnd met het kleinere gat op de sjabloon.
Boor een gat van 4 mm (3/16 in.) in de plekken voor kleinere
13
gaten. Herhaal de stappen om de plaatsing van de resterende
14
moerplaten en gaten op de sjabloon te controleren. Verwijder de sjabloon van het montageoppervlak.
15
2
Onderdeel Draadkleur Draadfunctie
Rood Aan/uit
Zwart Aarde
Blauw Niet gebruikt
Grijs Niet gebruikt
Bruin Niet gebruikt
Paars Niet gebruikt
Oranje Accessoire ingeschakeld
Geel Niet gebruikt
Page 3

De kabelgeleider verbinden met voeding

WAARSCHUWING
Verwijder bij het aansluiten van de voedingskabel niet de geïntegreerde zekeringhouder. Om het risico van letsel of schade aan het product door brand of oververhitting te voorkomen, dient de juiste zekering te worden gebruikt, zoals vermeld in de productspecificaties. Als de voedingskabel wordt aangesloten zonder gebruik van de juiste zekering, vervalt de garantie op het product.
Leid de kabelgeleider naar de voedingsbron en naar het
1
toestel. Sluit de rode draad aan op de positieve pool van de accu (+)
2
en de zwarte draad op de negatieve pool van de accu (-). Plaats zo nodig de borgring en O-ring aan het uiteinde van
3
de kabelgeleider. Steek de kabel in de POWER connector op de achterzijde
4
van het toestel en druk deze stevig vast. Draai de borgring met de klok mee om de kabel aan het
5
toestel te bevestigen.

Overweging bij aanvullende aarding

Deze overweging is alleen van toepassing op toestellen die een aardingsschroef hebben. Niet alle modellen hebben een aardingsschroef.
In de meeste installatie-situaties hoeft het chassis van dit toestel niet aanvullend te worden geaard.
FUSION stereo
RV Fixed Display
Digitale schakelserver
In-line schakelaar
NMEA 2000 voedingskabel
NMEA 2000 kabel van stereo-installatie Deze kan worden verlengd tot een maximum lengte van 6 m (20 ft.)
met een NMEA 2000 kabel.
NMEA 2000 netwerkkabel
NMEA 2000 netwerkkabel
NMEA 2000 afsluitweerstand of backbone-kabel
NMEA 2000 T-connector
NMEA 2000® aandachtspunten
LET OP
Als u verbinding maakt met een bestaand NMEA 2000 netwerk, moet u de NMEA 2000 voedingskabel identificeren. Er is slechts één NMEA 2000 voedingskabel benodigd voor het NMEA 2000 netwerk om goed te werken.
Er moet een NMEA 2000 Power Isolator (010-11580-00) worden gebruikt in installaties waar de bestaande NMEA 2000 netwerkfabrikant onbekend is.
Als u een NMEA 2000 voedingskabel installeert, moet u deze verbinden met de RV-contactschakelaar van de boot of via een andere onderbrekingsschakelaar. NMEA 2000 toestellen zullen uw accu leegtrekken indien de NMEA 2000 voedingskabel rechtstreeks is aangesloten op de accu.
Dit toestel kan worden aangesloten op een NMEA 2000 netwerk op uw boot om gegevens te delen van NMEA 2000 compatibele toestellen zoals een VHF-radio. Met de meegeleverde NMEA 2000 kabels en connectors kunt u het toestel aansluiten op uw bestaande NMEA 2000 netwerk. Als u geen bestaand NMEA 2000 netwerk heeft, kunt u een basisnetwerk maken met de kabels van Garmin.
Als u een FUSION® stereo- en digitale schakelserver wilt gebruiken, moet u de toestellen op hetzelfde NMEA 2000 netwerk aansluiten.
Als u niet vertrouwd bent met NMEA 2000, lees dan het hoofdstuk “NMEA 2000 Network Fundamentals” in de Technical Reference for NMEA 2000Products. U kunt dit document vinden via de koppeling Handleidingen op de productpagina van uw toestel op www.garmin.com.
De poort met het label NMEA 2000 wordt gebruikt om het toestel te verbinden met een standaard NMEA 2000 netwerk.

Overwegingen bij composite video

Deze kaartplotter is geschikt voor invoer van composite videobronnen via de poort met het label CVBS IN. Houd rekening met deze overwegingen als u composite video aansluit.
• De CVBS IN poort maakt gebruik van een BNC-connector. U kunt een BNC-naar-RCA-adapter gebruiken om een composite videobron met RCA-connectors aan te sluiten op de CVBS IN poort.
• Video wordt niet gedeeld via het NMEA 2000 netwerk.

De instellingen van de RV Builder openen

Selecteer Instellingen > My RV.
1
Houd de linkerbovenhoek van het scherm ingedrukt
2
De optie RV Builder Settings verschijnt in het menu. Selecteer RV Builder Settings.
3
De RV Builder Settings zijn toegankelijk totdat u het toestel in­en uitschakelt of de linkerbovenhoek van het scherm opnieuw ingedrukt houdt.

Het startscherm aanpassen

U kunt het bedrijfslogo of een andere afbeelding instellen die wordt weergegeven terwijl het toestel wordt ingeschakeld. Voor de beste pasvorm moet de afbeelding 50 MB of minder zijn, geen transparantie hebben, en voldoen aan de aanbevolen afmetingen (Aanbevolen afmetingen beginafbeelding,
pagina 4).
Plaats een geheugenkaart met de afbeelding die u wilt
1
gebruiken. Selecteer vanuit RV Builder Settings, Beginafbeelding >
2
Selecteer afbeelding.
Selecteer de kaartsleuf voor de geheugenkaart.
3
Selecteer de afbeelding.
4
3
Page 4
Selecteer Stel in als beginafbeelding.
5
Als u het startscherm met de nieuwe afbeelding wilt weergeven, schakelt u het toestel uit en weer in.

Aanbevolen afmetingen beginafbeelding

Gebruik voor de beste pasvorm van de beginafbeeldingen een afbeelding met de volgende afmetingen, in pixels.
Schermresolutie Breedte afbeelding Hoogte afbeelding
WVGA 680 200
WSVGA 880 270
WXGA 1080 350
HD 1240 450
WUXGA 1700 650

Startpagina aanpassen

De startpagina aanpassen

Selecteer vanuit RV Builder Settings, Startpagina
1
aanpassen > Startpagina bewerken > Item toevoegen.
Selecteer een item:
2
• Als u een knop wilt toevoegen om een pagina te openen,
selecteert u de Paginaknop.
• Selecteer Schakelaar om een schakelaar toe te voegen.
• Selecteer Meter om een meter toe te voegen.
• Als u een overlay-balk wilt toevoegen, selecteert u
Overlaybalk.
Selecteer een optie om een item te openen:
3
• Als u een item wilt verplaatsen, sleept u het naar de nieuwe locatie.
• Als u het item voor een ander item wilt plaatsen, selecteert u Naar voorgrond.
• Als u het item achter een ander item wilt plaatsen, selecteert u Naar achtergrond.
• Als u de pagina wilt wijzigen die de knop opent, selecteert u Lay-out vervangen en selecteert u de pagina die u wilt openen.
• Als u het item wilt wijzigen dat door een schakelaar wordt bediend, selecteert u Vervang schakelaar en selecteert u het item.
• Als u de gegevens in een meter wilt wijzigen, selecteert u Vervang gegevens en selecteert u de gegevens.
• Als u de gegevens in een overlay-balk wilt wijzigen, selecteert u Overlaybalk vervangen en selecteert u de balk.
• Als u het item wilt verwijderen, selecteert u Verwijder.
Selecteer Start om uw aangepaste startpagina weer te
4
geven.

De achtergrond van de startpagina aanpassen

U kunt de achtergrondafbeelding aanpassen. Voor de beste pasvorm moet de afbeelding 50 MB of minder zijn, geen transparantie hebben, en voldoen aan de aanbevolen afmetingen (Aanbevolen afmetingen achtergrondafbeelding,
pagina 4).
Plaats een geheugenkaart met de afbeelding die u wilt
1
gebruiken. Selecteer vanuit RV Builder Settings, Startpagina
2
aanpassen > Startpagina bewerken > Achtergrond > Selecteer afbeelding.
Selecteer de kaartsleuf voor de geheugenkaart.
3
Selecteer de afbeelding.
4

Aanbevolen afmetingen achtergrondafbeelding

Gebruik voor de beste pasvorm van de achtergrondafbeeldingen een afbeelding met de volgende afmetingen, in pixels.
Schermresolutie Breedte afbeelding Hoogte afbeelding
WVGA 800 430
WSVGA 1024 535
WXGA 1380 723
HD 1920 991
WUXGA 1920 1111

Een digitale schakelpagina toevoegen en bewerken

U kunt digitale schakelpagina's toevoegen en aanpassen voor sommige compatibele digitale schakelsystemen.
Selecteer Overschakelen > Menu.
1
Stel de pagina naar wens in:
2
• Voer een naam voor de pagina in en selecteer Naam.
• Selecteer Wijzig schakelaars om de schakelaars in te
stellen.

Problemen oplossen

Ik kan mijn toestel niet inschakelen of mijn toestel gaat steeds uit

Als uw toestel steeds uitgaat of niet kan worden ingeschakeld, kan dit wijzen op een probleem met de voeding. Controleer het volgende om te proberen de oorzaak van het voedingsprobleem te vinden en het probleem te verhelpen.
• Controleer of de voedingsbron stroom geeft. U kunt dit op verschillende manieren controleren. U kunt
bijvoorbeeld controleren of andere toestellen op dezelfde voedingsbron wel goed functioneren.
• Controleer de zekering in de voedingskabel. De zekering bevindt zich in een houder die deel uitmaakt van
de rode draad van de voedingskabel. Controleer of de geïnstalleerde zekering de juiste capaciteit heeft. Op het label op de kabel of in de installatiehandleiding staat aangegeven welke capaciteit de zekering moet hebben. Controleer of de zekeringsdraad in de zekering niet kapot is. U kunt de zekering testen met een multimeter. Als de zekering in orde is, geeft de multimeter 0 ohm aan.
• Controleer of het toestel ten minste 12 V ontvangt. U kunt het voltage controleren door de gelijkstroomspanning
te meten tussen het contrabusje en de aarde van de voedingskabel. Als de spanning minder bedraagt dan 12 Volt, gaat het toestel niet aan.
• Als het toestel voldoende stroom krijgt, maar niet kan worden ingeschakeld, kunt u contact opnemen met Garmin productondersteuning.

Specificaties

Alle modellen
Specificatie Afmetingen
Temperatuurbereik Van -15° tot 55°C (van 5° tot 131°F)
Ingangsspanning Van 10 tot 32 V gelijkstroom
Zekering 6 A, 125 V snel
NMEA 2000 LEN bij 9 V gelijkstroom
NMEA 2000 stroomverbruik Max. 75 mA
Geheugenkaart 2 SD® kaartsleuven, voor kaarten van
Draadloze frequentie 2,4 GHz bij 17,6 dBm
2
maximaal 32 GB
4
Page 5
Modellen van zeven inch
Specificatie Afmetingen
Afmetingen (B × H × D) 224 × 142,5 × 53,9 mm (8 13/
× 5 5/8 × 2 1/8 in.)
16
Schermgrootte (B × H) 154 × 86 mm (6,1 × 3,4 in.)
Gewicht 0,86 kg (1,9 lb.)
Max. vermogen bij 10 V gelijkstroom 24 W
Nominale opgenomen stroom bij 12 V
1,5 A
gelijkstroom
Max. opgenomen stroom bij 12 V
2,0 A
gelijkstroom
Modellen van negen inch
Specificatie Afmetingen
Afmetingen (B × H × D) 256,4 × 162,3 × 52,5 mm (10 1/
× 6 3/8 × 2 1/16 in.)
8
Schermgrootte (B × H) 197 × 114 mm (7,74 × 4,49 in.)
Gewicht 1,14 kg (2,5 lb.)
Max. vermogen bij 10 V gelijkstroom 27 W
Nominale opgenomen stroom bij
1,3 A
12 V gelijkstroom
Max. opgenomen stroom bij 12 V
2,3 A
gelijkstroom
© 2020 Garmin Ltd. of haar dochtermaatschappijen Garmin®, het Garmin logo en FUSION® zijn handelsmerken van Garmin Ltd. of haar dochtermaatschappijen, geregistreerd in de Verenigde Staten en andere landen. Deze handelsmerken mogen niet worden gebruikt zonder uitdrukkelijke toestemming van Garmin.
NMEA®, NMEA 2000® en het NMEA 2000 logo zijn geregistreerde handelsmerken van de National Maritime Electronics Association. HDMI® is een geregistreerd handelsmerk van HDMI Licensing, LLC.
5
Page 6
© 2020 Garmin Ltd. of haar dochtermaatschappijen
support.garmin.com
Loading...