Alle rechten voorbehouden. Volgens copyrightwetgeving mag deze handleiding niet in zijn geheel of gedeeltelijk worden gekopieerd zonder schriftelijke toestemming van Garmin. Garmin
behoudt zich het recht voor om haar producten te wijzigen of verbeteren en om wijzigingen aan te brengen in de inhoud van deze handleiding zonder de verplichting te dragen personen of
organisaties over dergelijke wijzigingen of verbeteringen te informeren. Ga naar www.garmin.com voor de nieuwste updates en aanvullende informatie over het gebruik van dit product.
Garmin®, het Garmin logo, Alpha®, ANT®, ANT+®, City Navigator®, inReach® en Xero® zijn handelsmerken van Garmin Ltd. of haar dochtermaatschappijen, geregistreerd in de Verenigde Staten en
andere landen. BaseCamp™, Garmin Explore™, Garmin Express™, Garmin HuntView™, MapShare™, en tempe™ zijn handelsmerken van Garmin Ltd. of haar dochtermaatschappijen.
Aangedreven door Garmin® IERCC. Deze handelsmerken mogen niet worden gebruikt zonder uitdrukkelijke toestemming van Garmin.
Apple® en Mac® zijn handelsmerken van Apple Inc., geregistreerd in de Verenigde Staten en andere landen. Het woordmerk en de logo's van BLUETOOTH® zijn eigendom van Bluetooth SIG,
Inc. en voor het gebruik van deze merknaam door Garmin is een licentie verkregen. Iridium® is een geregistreerd handelsmerk van Iridium Satellite LLC. microSD® en het microSDHC logo zijn
handelsmerken van SD-3C, LLC. Wi‑Fi® is een geregistreerd merk van Wi-Fi Alliance Corporation. Windows® is een geregistreerd handelsmerk van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten
en andere landen. Overige handelsmerken en merknamen zijn het eigendom van hun respectieve eigenaars.
Inhoudsopgave
Aan de slag..................................................................... 1
Het Alpha systeem instellen....................................................... 1
Overzicht van toestellen............................................................. 1
Lees de gids Belangrijke veiligheids- en productinformatie in de
verpakking voor productwaarschuwingen en andere belangrijke
informatie.
Het Alpha systeem instellen
Voordat u gebruik kunt maken van het Alpha systeem, moet u
de toestellen instellen.
Laad het handheld-toestel op (Het handheld-toestel opladen,
1
pagina 2).
Laat het halsbandtoestel op (Het halsbandtoestel opladen,
2
pagina 2).
Schakel de toestellen in (Het toestel inschakelen,
3
pagina 2).
Selecteer een taal (Een taal selecteren, pagina 2) .
4
Koppel indien nodig het halsbandtoestel met het handheld-
5
toestel (Methoden om een halsbandtoestel toe te voegen aan
een handheld-toestel, pagina 3).
Kalibreer indien nodig het kompas op het handheld-toestel
6
(Het kompas kalibreren, pagina 13).
Overzicht van toestellen
Alpha handheld-toestel
Alpha Knoppen op toestel
Aan-uitknop
Aanpasbare trainingsknoppen
Training omhoog
Training omlaag
Training invoeren
SOS-knop (onder beschermkapje)
Halsbandtoestel
OPMERKING: Uw halsbandtoestel ziet er mogelijk anders uit
dan het afgebeelde toestel.
LET OP
Gebruik nooit een radiozender met hoog vermogen (meer dan 5
Watt) in de buurt van het handheld-toestel. Dit kan tot
onherstelbare schade aan het handheld-toestel leiden.
Satellietantenne
VHF-antenne
Bevestigingsclip
microSD® kaartuitsparing (onder de batterij)
D-ring van de batterijklep
Micro-USB-poort (onder beschermkapje)
VHF-antenne
GPS-antenne
Aan-uitknop
Statuslampje en knipperende bakenlampjes
Het batterijpak plaatsen
Draai de D-ring tegen de klok in en trek deze omhoog om de
1
klep te verwijderen.
Zoek de metalen contactpunten aan het uiteinde van de
2
lithium-ionbatterij.
Plaats de batterij in het compartiment door eerst de
3
contacten tegen elkaar te plaatsen.
Aan de slag1
Druk de batterij op zijn plaats.
4
Plaats de batterijklep terug en draai de D-ring met de klok
5
mee.
Het handheld-toestel opladen
LET OP
U voorkomt corrosie door de USB-poort, de beschermkap en de
omringende delen grondig af te drogen voordat u het toestel
oplaadt of aansluit op een computer.
OPMERKING: Opladen is alleen mogelijk binnen het
goedgekeurde temperatuurbereik (Alpha handheld-toestel -
specificaties, pagina 17).
U moet de batterij volledig opladen voordat u het toestel voor de
eerste keer gaat gebruiken. Het opladen van een geheel lege
batterij duurt circa 4 uur.
Trek het beschermkapje omhoog.
1
Sluit het smalle uiteinde van de voedingskabel aan op de
2
USB-poort op het toestel.
Sluit het andere uiteinde van de voedingskabel aan op een
3
geschikte stroomvoorziening.
Het LCD-scherm van het handheld-toestel geeft het actuele
oplaadniveau van de batterij aan.
Het halsbandtoestel opladen
LET OP
Om corrosie te voorkomen, dient u de contactpunten op de
halsband en het omliggende gebied grondig droog te maken
voordat u oplaadclip aansluit.
OPMERKING: Uw halsbandtoestel ziet er mogelijk anders uit
dan het afgebeelde toestel.
U moet de batterij volledig opladen voordat u het toestel voor de
eerste keer gaat gebruiken. Het opladen van een lege batterij
duurt circa vijf uur.
Klik de oplaadclip op het toestel .
1
Het statuslampje brandt rood wanneer de halsband wordt
opgeladen.
Wanneer het statuslampje groen wordt, kunt u de oplaadclip
4
van de halsband verwijderen.
Het toestel inschakelen
• Selecteer aan-uitknop op het handheld-toestel.
• Houd de aan-uitknop op het halsbandtoestel ingedrukt totdat
het statuslampje knippert en de halsband piept.
Het toestel uitschakelen
• Houd de aan-uitknop op het handheld-toestel ingedrukt totdat
het LCD-scherm wordt uitgeschakeld.
• Houd de aan-uitknop op het halsbandtoestel ingedrukt totdat
het statuslampje rood wordt.
Een taal selecteren
Wanneer u uw toestel voor de eerste keer inschakelt, kunt u de
taal voor het toestel kiezen uit een lijst met beschikbare talen. U
kunt de taalinstelling wijzigen via de Systeem instellingen.
Selecteer vanuit het hoofdmenu Stel in > Systeem > Taal
1
voor tekst.
Selecteer een taal.
2
Het aanraakscherm gebruiken
• Selecteer om een menu te openen.
• Selecteer om terug te keren naar het startscherm.
• Selecteer om terug te keren naar de vorige pagina.
• Als u meerdere menu's moet doorlopen om terug te keren
naar het startscherm, kunt u ingedrukt houden om direct
terug te keren naar het startscherm.
• Als de bladerknoppen zijn ingeschakeld, selecteert u en
om te bladeren (Toegankelijkheidsinstellingen, pagina 15).
De pagina Status gebruiken
Op de statuspagina worden de tijd, de sterkte van het GPSsignaal en de levensduur van de batterij van het toestel
weergegeven. Hiermee kunt u ook instellingen aanpassen en
snelkoppelingen openen. U kunt de statuspagina vanaf elke
andere pagina openen door op de aan-uitknop te drukken.
Schermhelderheid: Hiermee past u de helderheid van het
scherm aan.
Berichten: Hiermee kunt u inReach® berichten verzenden en
ontvangen berichten weergeven.
Vergr. schrm: Hiermee wordt het aanraakscherm vergrendeld
om te voorkomen dat u per ongeluk op het scherm tikt en
functies activeert.
Vergr. knp: Vergrendelt de toestelknoppen om te voorkomen
dat de knoppen per ongeluk worden ingedrukt.
Mijn id: Geeft uw toestel-id weer en stelt u in staat uw
toestelinformatie naar een compatibel handheld-toestel te
verzenden. U kunt de zender ook in- en uitschakelen.
Zowel de halsband als het handheld-toestel moeten
satellietsignalen ontvangen voordat u de halsband omdoet bij
uw hond. Het zoeken naar satellieten kan enkele minuten duren.
Ga naar buiten naar een open gebied.
1
Schakel beide toestellen in (Het toestel inschakelen,
Sluit het smalle uiteinde van de voedingskabel aan op de
2
mini-USB-poort van de laadclipkabel.
Sluit de voedingskabel aan op een voedingsbron.
3
2Aan de slag
2
pagina 2).
in de statusbalk geeft de GPS-signaalsterkte weer.
Als de halsband satellietsignalen ontvangt, knippert het
statuslampje twee of drie keer in het groen.
Iridium® satellietnetwerk
Uw toestel moet vrij zicht hebben op de lucht om berichten en
spoorpunten te kunnen verzenden via het Iridium
satellietnetwerk. Zonder vrij zicht op de lucht probeert uw toestel
de gegevens te verzenden tot het satellietsignalen ontvangt.
TIP: Voor de beste verbinding met satellieten houdt u het toestel
vast met de antenne naar de lucht gericht.
Het toestel activeren
WAARSCHUWING
Voordat u de inReach functies van uw Alpha 200i toestel kunt
gebruiken, moet u het activeren (inReach functies, pagina 7).
Maak een account en kies een satellietabonnement op
1
explore.garmin.com.
Het toestel inschakelen.
2
Selecteer Activeer.
3
Volg de instructies op het scherm.
4
OPMERKING: U moet het IMEI-nummer en de
verificatiecode van het toestel invoeren om het online
gedeelte van de activering te voltooien voordat u op pad
gaat.
Ga naar buiten naar een open ruimte met vrij zicht op de
5
lucht en richt de antenne naar de lucht voor optimale
prestaties.
Wacht tot het toestel verbinding heeft met het Iridium
6
satellietnetwerk.
OPMERKING: Het activeren van uw toestel kan tot 20
minuten duren. Het toestel moet diverse berichten verzenden
en ontvangen, wat langer duurt dan het verzenden van een
enkel bericht bij normaal gebruik. U moet buiten blijven totdat
de activering is voltooid.
Halsbandtoestel instellen
Methoden om een halsbandtoestel toe te
voegen aan een handheld-toestel
Als u de halsband en het handheld-toestel apart hebt gekocht,
moet u de halsband aan het handheld-toestel toevoegen. U kunt
maximaal 100 halsbandtoestellen aan één handheldtoestel
toevoegen door MURS/VHF te gebruiken, het nummer en de
stuurcodes in te voeren of door draadloos te delen met behulp
van ANT+® technologie. Er kunnen maximaal 20 toestellen
tegelijk actief zijn.
Via MURS/VHF: Hiermee kunt u een halsband toevoegen nadat
u de halsband in de koppelmodus hebt gezet door op de aanuitknop te drukken.
Deze methode is handig als u een nieuwe halsband aan het
systeem toevoegt voordat u op jacht gaat (Een hond
toevoegen aan de Alpha handheld via draadloze koppeling,
pagina 3).
De volg- en trainingscodes invoeren: Op deze manier kunt u
een halsband toevoegen die niet van u is en zich niet in de
buurt bevindt. De eigenaar van de hond moet bepalen of u de
hond alleen kunt volgen of volgen en trainen. Voor deze
methode moet de eigenaar van de hond de codes opzoeken
en doorgeven aan de persoon die de halsband toevoegt.
Deze methode is handig als u tijdens een jachtpartij een
halsband wilt toevoegen terwijl u niet in de buurt van de hond
bent. U kunt hiermee bijvoorbeeld de hond van een andere
deelnemer aan de jachtpartij aan uw handheldtoestel
toevoegen. (Een hond toevoegen met behulp van de volg- en
trainingscodes, pagina 4)
OPMERKING: Deze functie is afhankelijk van het type
halsbandtoestel en de beschikbaarheid van de functie in uw
gebied. Het is mogelijk dat u alleen volgcodes of zowel volgals trainingscodes ziet.
Draadloos delen via ANT+ draadloze technologie: Op deze
manier kunt u een halsband toevoegen die niet van u is en
zich niet in de buurt bevindt. De eigenaar van de hond moet
bepalen of u de hond alleen kunt volgen of kunt volgen en
trainen. Bij deze methode hoeft de eigenaar van de hond de
codes niet op te zoeken en door te geven aan de persoon die
de halsband toevoegt. Met deze methode wordt ook
hondinformatie, zoals de naam van de hond, communicatieinstellingen en startpositie, toegevoegd vanaf het zendende
handheld-toestel naar uw handheld-toestel. De beide
handheld-toestellen moeten zich binnen een afstand van 3 m
(10 ft.) van elkaar bevinden om draadloos gegevens te delen.
Deze methode is handig als u tijdens een jachtpartij een
halsband wilt toevoegen, maar niet in de buurt van de hond
bent. De honden zijn bijvoorbeeld al losgelaten en u bent in
de buurt van de eigenaar die zijn hond draadloos kan delen
(Een hond draadloos delen, pagina 3).
Een hond toevoegen aan de Alpha handheld via
draadloze koppeling
Schakel het halsbandtoestel uit indien het is ingeschakeld
1
(Het toestel uitschakelen, pagina 2).
Houd de aan-uitknop op het halsbandtoestel ingedrukt totdat
2
u twee series pieptonen hoort (ongeveer 2 seconden) en laat
vervolgens de aan-uitknop los.
Het statuslampje knippert snel in groen. Het halsbandtoestel
is nu gereed om te worden gekoppeld met een handheldtoestel.
Selecteer op het handheld-toestel Hondenlijst > Voeg hond
3
toe.
Selecteer een optie:
4
• Als u zich in de buurt van de halsband bevindt, selecteert
u Halsband koppelen en volgt u de instructies op het
scherm.
• Als u een halsbandtoestel wilt koppelen door de informatie
van een ander handheldtoestel te ontvangen, selecteert u
Ontvangen van handheld.
OPMERKING: Om het toestel met succes te kunnen
koppelen, moet het andere handheldtoestel de gegevens
van het halsbandtoestel draadloos delen (Een hond
draadloos delen, pagina 3).
Nadat het halsbandtoestel is toegevoegd, voert u de naam
5
van de hond in en selecteert u .
Een hond draadloos delen
Voordat u gegevens draadloos kunt delen via ANT+, moet u uw
Alpha handheldtoestel binnen een afstand van 10 ft (3 m.) van
uw andere handheldtoestel brengen.
Selecteer Hondenlijst.
1
Selecteer de hond die u wilt delen.
2
Selecteer > Draadloos delen.
3
Selecteer een optie:
4
• Als u de andere persoon de locatie van uw hond via de
kaart en het kompas wilt laten volgen, selecteert u Alleen volgen.
• Als u wilt toestaan dat de andere persoon niet alleen uw
hond kan volgen, maar ook het gedrag van uw hond kan
corrigeren, selecteert u Volgen en trainen.
Om het halsbandtoestel met succes te kunnen delen, moet
het andere handheldtoestel de toestelinformatie ontvangen
(Een hond toevoegen aan de Alpha handheld via draadloze
koppeling, pagina 3).
Het toestel activeren3
Een hond toevoegen met behulp van de volg- en
trainingscodes
OPMERKING: Deze functie is afhankelijk van het type
halsbandtoestel en de beschikbaarheid van de functie in uw
gebied.
Voordat u een hond kunt toevoegen met behulp van de volg- en
trainingscodes, moet de eigenaar van de hond de volg- en
trainingscodes opzoeken (Het id-nummer en de volg- en
trainingscodes van uw hond opzoeken, pagina 4) en aan u
doorgeven.
U kunt volg- en bedieningscodes gebruiken om uw handheld-
toestel toestemming te geven om gegevens uit te wisselen met
uw halsbandtoestel. Als u niet in de buurt van de hond bent die
u wilt toevoegen of niet de koppelmodus kunt inschakelen op de
halsband, kunt u de hond toevoegen met behulp van de volg- en
bedieningscodes.
Selecteer Hondenlijst > Voeg hond toe.
1
Selecteer Voer volg- of bed.code in.
2
Voer de volg- of trainingscode voor de halsband in en
3
selecteer .
Met de volgcode kunt u de hond volgen. Met de
bedieningscode kunt u de hond zowel volgen als trainen.
Voer de naam van de hond in en selecteer .
4
Het id-nummer en de volg- en trainingscodes van uw hond
opzoeken
U kunt de volgcode van uw hond delen, zodat iemand anders
uw hond kan volgen. U kunt ook de bedieningscode van uw
hond delen, zodat een ander uw hond kan volgen en trainen.
Selecteer Hondenlijst.
1
Selecteer een hond.
2
De trackcode en de bedieningscode worden onder de naam
van de hond weergegeven.
Informatie over VHF-radio
Dit product mag alleen worden gebruikt bij bepaalde
radiofrequenties die per land verschillen. De gebruiker kan een
andere antenne plaatsen op het handheld-toestel en het
hondentoestel. Een andere antenne kan de radioprestaties
verbeteren en het vermogen vergroten. Gebruik geen antenne
van derden of een antenne die niet is goedgekeurd voor het
toestel door Garmin®. Ga naar www.garmin.com/tracking-legal
voor meer informatie over de prestaties en radiofrequentie van
dit product, goedgekeurde accessoires en voedingslimieten per
land.
Een groep beheren
Voordat u een groep kunt maken, moet u een of meer
hondentoestellen aan uw handheld koppelen.
Selecteer Hondenlijst.
1
Selecteer .
2
Selecteer zo nodig Maak groep en voer de naam van een
3
groep in.
Selecteer een groep in de lijst.
4
Selecteer een optie:
5
• Selecteer Groep activeren om de groep te activeren.
• Selecteer Groep deactiveren om de groep te
deactiveren.
• Selecteer Groep beheren > Voeg toestel toe om een
toestel aan de groep toe te voegen.
• Selecteer Wijzig naam en voer een nieuwe naam in om
de naam van de groep te wijzigen.
• Selecteer Verwijder groep om de groep te verwijderen.
Hondinformatie bewerken
Statistieken en sporen van de hond herstellen
Voor een nieuwe jacht wilt u de vorige statistieken en sporen
van de hond wellicht wissen.
Selecteer Hondenlijst.
1
Selecteer een hond.
2
Selecteer > Herstel.
3
De naam van de hond wijzigen
Selecteer Hondenlijst.
1
Selecteer een hond.
2
Selecteer de naam van de hond.
3
Voer de naam in en selecteer .
4
De kleur van het spoor van de hond wijzigen
U kunt de kleur van het spoor van de hond wijzigen. Het is
handig als de kleur van het spoor, zo mogelijk, overeenkomt met
de kleur van de halsband.
Selecteer Hondenlijst.
1
Selecteer een hond.
2
Selecteer het gekleurde vierkantje naast de naam van de
3
hond.
Selecteer een kleur.
4
Het type hond wijzigen
Voordat u het type hond kunt wijzigen, moet de halsband zijn
ingeschakeld en zich binnen bereik van het handheld-toestel
bevinden.
Selecteer Hondenlijst.
1
Selecteer een hond.
2
Selecteer > Wijzig type hond.
3
Selecteer een type hond.
4
Het id-nummer van de hond wijzigen
Voordat u het id-nummer van de hond kunt wijzigen, moet de
halsband zijn ingeschakeld en zich binnen bereik van het
handheld-toestel bevinden.
Als u last hebt van interferentie van andere halsbanden of
handhelds in de buurt, moet u mogelijk het id-nummer van de
hond wijzigen.
Selecteer Hondenlijst.
1
Selecteer een hond.
2
Selecteer > Wijzig id.
3
Selecteer een beschikbaar id-nummer.
4
Als deze hond met een ander handheld-toestel wordt gevolgd,
kunt u voor een optimaal resultaat de hond uit het toestel
verwijderen en de hond opnieuw toevoegen met de volg- en
trainingscodes. (Een hond toevoegen met behulp van de volg-
en trainingscodes, pagina 4).
Een hond verwijderen
Selecteer Hondenlijst.
1
Selecteer een hond.
2
Selecteer > Verwijder.
3
De halsband omdoen
VOORZICHTIG
Spuit geen agressieve chemische stoffen op het toestel of de
halsband, zoals anti-vlooien of anti-teken spray. Wacht tot de
anti-vlooien of anti-teken spray waarmee u de hond hebt
ingespoten volledig is opgedroogd, voordat u de hond de
halsband omdoet. Ook kleine hoeveelheden agressieve
4Halsbandtoestel instellen
chemische stoffen kunnen de plastic onderdelen en
beschermende laag van de halsband beschadigen.
Voordat u de hond de halsband omdoet, moet u het handheldtoestel en de halsband koppelen (Een hond toevoegen aan de
Alpha handheld via draadloze koppeling, pagina 3), en
satellietsignalen zoeken (Satellietsignalen ontvangen, pagina 2).
Plaats de halsband en zorg dat de communicatie-antenne en
1
de GPS-antenne omhoog wijzen, en de lampjes naar voren.
Doe de halsband om het midden van de hals.
2
Trek de halsband strakker rond de hals van de hond.
3
OPMERKING: De band moet stevig vastzitten, zodat deze
niet kan verdraaien of verschuiven. De hond moet zijn voer
en water normaal kunnen doorslikken. Observeer het gedrag
van uw hond om te controleren of de band niet te strak zit.
U kunt de slaapmodus op het compatibele halsbandtoestel
uitschakelen als u uw hond niet actief volgt.
Selecteer Hondenlijst.
1
Selecteer een hond.
2
Selecteer > Slaapmodus halsband aanp. > Actief.
3
Honden volgen
Met het handheldtoestel kunt u uw hond of meerdere honden
volgen met behulp van een trackingkompas of kaart. De kaart
toont uw locatie en de locatie en sporen van uw hond. De wijzer
op het kompas wijst in de richting van de huidige locatie van de
hond.
Uw hond volgen op de kaart
Voordat u een hond op de kaart kunt volgen, moet u deze
toevoegen op het handheld-toestel (Een hond toevoegen aan de
Alpha handheld via draadloze koppeling, pagina 3).
U kunt de locatie van de hond op de kaart bekijken.
Selecteer in het startscherm .
1
Als de band te lang is, kunt u deze inkorten tot er nog
4
minimaal 7,62 cm (3 in.) band uitsteekt.
Communicatie met de halsband
Zorg er voor het beste signaal voor dat er zich tussen uw
handheld-toestel en de halsband geen obstakels bevinden. Voor
de beste communicatieverbinding moet u op een hoog punt
staan (zoals op een heuvel).
Best
Goed
Slecht
Slaapstand inschakelen
OPMERKING: Deze functie is niet op alle
halsbandtoestelmodellen beschikbaar.
Voordat u de slaapmodus kunt inschakelen, moet u met het
compatibele halsbandtoestel traceren waar uw hond zich
bevindt.
Indien gekoppeld met het handheld-toestel, kan het
halsbandtoestel in de slaapmodus worden gezet om de batterij
te sparen als u uw hond niet actief volgt.
Selecteer Hondenlijst.
1
Selecteer een hond.
2
Selecteer > Slaapmodus halsband aanp. > Slaap.
3
Slaapstand uitschakelen
OPMERKING: Deze functie is niet op alle
halsbandtoestelmodellen beschikbaar.
Selecteer zo nodig en om in en uit te zoomen op de
2
kaart.
TIP: Selecteer zo nodig om de hond te volgen via het
hondenvolgkompas (Hondenvolgkompas, pagina 5).
Hondstatuspictogrammen
Zit
Rent
Wijst
Wacht bij boom
Onbekend
1
Hondenvolgkompas
Selecteer om het hondenvolgkompas te openen.
1
Het statuspictogram Onbekend geeft aan dat de halsband geen satellietsignaal
heeft opgevangen en dat het handheld-toestel de locatie van de hond niet kan
bepalen.
Honden volgen5
Loading...
+ 19 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.