Lees voor de eerste inbedrijfname deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig door en neem alle
Gebruiksaanwijzing zorgvuldig bewaren!
Let op:
veiligheidsvoorschriften in acht.
http://www.dolmar.com
MS-340
1
Page 2
Hartelijk dank voor uw vertrouwen!
Wij willen graag dat u een tevreden DOLMAR-klant bent. U
heeft u keuze laten vallen op een der modernste DOLMAR
motorzeisen. DOLMAR is’s werelds oudste fabrikant van benzinemotorzagen (sinds 1927) en heeft daardoor de langste
ervaring op dit gebied, ervaring, die ook vandaag de dag iedere
motorzeis tot in het kleinste detail ten goede komt.
De motorzeis MS-340 biedt u bij een gunstige aanschaffingsprijs
modernste techniek, een ergonomische bouwvorm en een
hoog comfort aan bediening. De motor van de MS-340 met
zijn optimaal cilinderontwerp, computerberekende regelingstijden en een onderhoudsvrije elektronische ontsteking heeft
in de profi-motorzeis DOLMAR MS-3300 reeds sinds jaren
met succes zijn betrouwbaarheid bewezen. Hij blinkt uit door
een hoog vermogen bij een vergelijkenderwijs laag brandstofverbruik.
De aandrijfas is voorzien van een zevenvoudige lagering en
een solide centrifugaalkoppeling voor zeer langdurig gebruik.
Door de vier kegelvormige holle-cel dempingselementen tussen draagbuis en handgrepen worden trillingen in hoge mate
weggehouden van de gebruiker ook bij langdurig gebruik met
een minimum aan inspanning en comfortabel gewerkt kan
worden. Alle belangrijke bedieningselementen zijn gebruikersvriendelijk ondergebracht in de rechter handgreep.
In het apparaat zijn de volgende octrooirechten in de praktijk
gebracht: US 512606, EP 0696414, GBM 9412925.
Om uw persoonlijke veiligheid te waarborgen en optimaal
functioneren en optimale beschikbaarheid van de motorzeis te
garanderen, verzoeken wij u het volgende:
Leest u voor de eerste ingebruikname van de motorzeis
deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig door en neem alle de
veiligheidsvoorschriften in acht! Niet-inachtneming kan
levensgevaarlijke verwondingen veroorzaken!
EU-conformiteitsverklaring
De ondergetekenden Junzo Asada en Rainer Bergfeld
gemachtigd door DOLMAR GmbH, verklaren hiermede, dat
de apparaten van het merk DOLMAR,
Type: MS-340
vervaardigd door DOLMAR GmbH, Jenfelder Str. 38, D-22045
Hamburg, aan de fundamentele veiligheids- en gezondheidseisen van de desbetreffende, EU-richtlijnen voldoen:
EU-machinerichtlijn 98/37/ EG,
EU-EMV-richtlijn 89/336/ EEG (gewijzigd door 91/263 EWG,
92/31 EEG en 93/68 EEG),
Geluidsemissie 2000/14/EG.
Ter vakkundige realisering van de in deze EU-richtlijnen
vervatte eisen zijn doorslaggevend de volgende normen als
grondslag genomen: EN 1 1806, CISPR 12, EN 50082-1, DIN
VDE 0879 T1.
Het conformiteitsbeoordelingsprocédé 2000/14/EG is volgens
appendix V doorgevoerd. Het gemeten peil van geluidsniveau
(Lwa) bedraagt 112 dB(A). Het gegarandeerde peil van
geluidsniveau (Ld) is 113 dB(A).
Uw DOLMAR motorzeis is afzonderlijk in een doos verpakt ter
bescherming tegen transportschade.
Karton is een grondstof en is als zodanig geschikt voor te
hergebruik, of kan in de grondstofkringloop teruggebracht
worden (oudpapierverwerking).
Junzo AsadaRainer Bergfeld
DirecteurDirecteur
2
RE Y
Page 3
Omvang van de levering
max.
10.000 1/min
max.
11.500 1/min
3
1
2
4
1. Motorzeis
2. Schoudergordel
3. 4-tandsmes slagmes
4. Beschermkap
5. Werktuigbescherming (niet afgebeeld)
6. Onderhoudsgereedschap (niet afgebeeld)
7. Gebruiksaanwijzing (niet afgebeeld)
Indien een van de hier afgebeelde onderdelen bij de levering ontbreekt, wendt u zich dan tot uw verkoper!
Verklaring van de symbolen
Op de machine en bij het lezen van de gebruiksaanwijzing treft u de volgende symbolen aan:
Gebruiksaanwijzing lezen en de waarschuwings- en veiligheidsaanwijzingen
opvolgen!
Chokehendel
Opgelet!
Verboden!
Beschermende handschoenen dragen!
Veiligheidsschoenen dragen!
Helm, gezichts-, ogen- en
oorbeschermers dragen!
Veiligheidsafstand van 15 meter
aanhouden!
Gevaar:
Let op wegvliegende delen!
Attentie:
Terugslag (Kickback)!
STOP
RE Y
Motor starten
Motor afzetten!
Roken verboden!
Geen open vuur!
Brandstofmengsel (mengsmering)
Eerste hulp
Recycling
Max. toerental van het snijgereedschap
CE-Norm
Draairichting van het snijgereedschap
3
Page 4
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
4
5
6
7
1
2
3
Algemene voorschriften
Om een veilig gebruik te garanderen moet degene die het
apparaat bedient altijd deze gebruiksaanwijzing te lezen, om
zich met de werking ervan vertrouwd te maken (1). Onvoldoende geïnstrueerde gebruikers kunnen zichzelf en anderen
door ondeskundig gebruik in gevaar brengen.
-De motorzeis alleen uitlenen aan personen met ervaring in
het gebruik van een motorzeis. De gebruiksaanwijzing dient
daarbij overhandigd te worden.
-Voor nieuwe gebruikers is het aan te bevelen, zich door de
verkoper wegwijs te laten maken, om met de eigenschappen
van het motormaaien vertrouwd te raken.
-Kinderen en jeugdige personen van beneden de 18 jaar
mogen de motorzeis niet gebruiken. Voor jeugdigen boven 16
jaar geldt dit verbod niet als zij in het kader van hun opleiding
onder toezicht staan van een vakman.
-Het werken met de motorzeis vereist een hoge mate van
concentratie.
-Alleen in goede lichamelijke konditie werken. Alle werkzaamheden rustig en precies uitvoeren. De gebruiker is verantwoordelijk ten opzichte van derden.
-Nooit onder invloed van alcohol, drugs of medicijnen werken
(2).
1
Persoonlijke beschermingsuitrusting
-De kleding moet doelmatig zijn, d.w.z. nauw aansluitend,
maar mag niet hinderen. Geen sieraden of kleding dragen
waarmee u in struikgewas verstrikt kunt raken. Alleen goedgekeurde helmen gebruiken. Bij lang haar een haarnet dragen.
-Om bij het maaien verwondingen aan hoofd, ogen, han-
den, of voeten en schade aan het gehoor te vermijden
moet de hierna omschreven beschermende uitrusting
gedragen worden.
-Het dragen van een veiligheidshelm wordt aangeraden; bij
het werken in bosgebieden is dit beslist noodzakelijk. De
veiligheidshelm (1) moet regelmatig op beschadigingen
gecontroleerd worden en moet na maximaal 5 jaar vervangen worden. Alleen goedgekeurde helmen gebruiken.
-De gezichtsbeschermer (2) van de helm houdt opstuivend
snijdsel of wegvliegende voorwerpen tegen. Om verwonding
van de ogen te vermijden, moet bovendien een veiligheidsbril
als gezichtsbeschermer worden gedragen.
-Om gehoorschade te voorkomen moet geschikte persoonlijke
gehoorbescherming gedragen worden. (Oorbeschermers
(3), oorproppen, oorwatten etc.). Octaafbandanalyse op aanvraag.
-De bosbouw-veiligheidsjas (4) heeft signaalrode schouder-
passen. De armen en de hals te allen tijde door kleding
beschermen.
-De veiligheidsbroek (5) bestaat uit 22 lagen nylonweefsel
en beschermt tegen snijwonden. Het gebruik ervan wordt
dringend aanbevolen. In ieder geval een lange broek dragen
van een stevige stof.
-Werkhandschoenen (6) van een zware kwaliteit leer beho-
ren tot de voorgeschreven uitrusting en moeten bij het werken
met de motorzeis altijd gedragen worden.
-Bij het werken met de motorzeis moeten veiligheidsschoe-nen of veiligheidslaarzen (7) met profielzool, stalen neus en
beenbeschermers gedragen worden. Veiligheidsschoeisel
met een beschermende inleg biedt bescherming tegen snijverwondingen en zorgen ervoor dat men stabiel staat.
4
2
3
4
Page 5
De omgang met brandstoffen / tanken
-Bij het aftanken van de motorzeis moet de motor afgezet
worden (11).
-Roken en open vuur niet toegestaan (5).
-Laat de motor afkoelen alvorens te tanken.
-Brandstoffen kunnen oplosmiddelachtige substanties
bevatten. Huid- en oogcontact met mineraalolieprodukten
vermijden. Draag bij het aftanken handschoenen. Vervang
en reinig beschermende kleding regelmatig. Adem de
brandstofdampen niet in. Het inademen van motorbrandstofdampen kan lichamelijk letsel veroorzaken.
-Motorzeis vóór het bijtanken in een
-Mors geen brandstof of kettingolie. Als er toch brandstof of
olie gemorst is moet de motorkettingzaag direct
schoongemaakt worden. Zorg dat er geen brandstof op uw
kleding terecht-komt. Als dat toch gebeurt kleedt u zich dan
direct om.
-Let erop dat er geen brandstof of kettingolie in de grond
wegloopt (bescherming van het milieu). Leg iets op de grond
ter bescherming.
-Tank niet in afgesloten ruimten. Brandstofdampen verzamelen
zich op de bodem (explosiegevaar).
-Sluit de tankdoppen van brandstoftank goed en regelmatig op
lekkage controleren.
-Start de motorkettingzaag niet op dezelfde plek als waar u
getankt heeft (tenminste 3 meter verwijderd van de tankplaats)
(6).
-Brandstof is niet onbeperkt houdbaar. Koop niet meer dan u
binnen een redelijke tijd zult gebruiken.
-Vervoer en bewaar brandstof alleen in goedgekeurde en
gewaarmerkte jerrycans. Sla brandstof zo op dat kinderen er
niet bij kunnen.
stabiele ligging brengen.
5
3 meter
6
Schema
afbeelding
Inbedrijfname
-Werk niet alleen, in noodgevallen moet er iemand in de
buurt zijn (gehoorafstand).
-Verzeker u ervan dat er zich geen kinderen of andere personen binnen een straal van 15 meter van het apparaat bevinden. Let hierbij ook op dieren.
-Voor besin van de werkzaamheden de motorzeis contro-leren op de volgende punten. Controleer: stevig zitten van
het snijgereedschap, de gashendel moet bij het loslaten
vanzelf naar 0 teruggaan, functie van de gashendelblokkering, snijgereedschap mag niet onbelast draaien, schone en
droge handvatten, functie van de start/stopschakelaar, bescherminrichtingen niet beschadigd en op de juiste plaats
vast gemonteerd zijn. Anders bestaat er gevaar van letsel!
-Motorzeis alleen starten volgens gebruiksaanwijzing. Andere
start-technieken zijn niet toegestaan!
-De motorzeis en de snijgereedschappen mogen alleen voor
het beschreven gebruiksdoel ingezet worden.
-De motorzeis eerst na volledige montage en controle
starten. De machine mag uitsluitend geheel gemonteerd
gebruikt worden!
-Het snijgereedschap moet voorzien zijn van de bijbehorende beschermkap. Machine nooit zonder beschermkap
gebruiken!
-Bij stationair draaien mag het snijgereedschap niet
meedraaien; zo nodig op standgas zetten.
-Vóór het starten erop letten dat het snijgereedschap niet in
contact komt met harde voorwerpen, b.v. takken, stenen etc.
-Bij merkbaar veranderd gedrag van het apparaat de motor
onmiddellijk afzetten.
-Als het snijgereedschap met stenen of andere harde voorwerpen in aanraking gekomen is, direct de motor afzetten en
het snijgereedschap inspecteren.
-Het snijgereedschap moet regelmatig op beschadigingen
gecontroleerd worden (eventuele haarscheuren door kloppen
-klanktest- vaststellen). Na langer gebruik kunnen haarscheurtjes in het bereik van de getande wortel (9) optreden. Bescha-
digt snijgereedschap en snijgereedschap met haarscheurtjes mogen in geen geval meer worden gebruikt!
o
360
15 meter
7
8
9
5
Page 6
-De motorzeis alleen met schoudergordel gebruiken, en deze
vóór aanvang van de werkzaamheden aanbrengen. Een
goede afstelling van de schoudergordel is noodzakelijk, om
onnodig vermoeid raken te voorkomen. De motorzeis nooit
met één hand bedienen.
-Bij het werken met de motorzeis deze altijd met beide handen
vasthouden (10). Let er voordurend op dat u stavig staat!
-De motorzeis moet zodanig gehante erd worden dat er geen
uitlaatgassen ingeademd kunnen worden. Met de motorzeis
mag niet in gesloten ruimtes worden gewerkt; hij mag er ook
niet in gestart worden. (vergiftigingsgevaar). Koolmonoxidegas is reukloos. Uitsluitend op goed geventileerde plaatsen
werken.
-Gedurende pauzes tijdens het werk en vóór de motorzeis
alleen gelaten wordt, moet hij uitgeschakeld (11) en zo
neergezet worden, dat niemand gevaar kan lopen.
-De hete motorzeis niet in droog gras of bij brandbare voorwerpen leggen.
-Bij het veranderen van werkplek tijdens het werken moet
de motor afgezet (11).
-Machine niet gebruiken bij defecte uitlaatpot.
10
STOP
• Werkonderbreking
• Transport
• Tanken
• Onderhoud
• Wisselen van gereedschap
11
STOP
Terugslag (kickback)
Bij het werken met de motorzeis kan ongecontroleerde terugslag
voorkomen.
Dit is vooral het geval, als er in het bereik tussen 12 en 2 uur
gesneden wordt. (12).
Bij vast materiaal (struiken, bomen etc.) met een doorsnede
groter dan 2 cm, mag in dit bereik nooit aangezet worden voor het
snijden.
De motorzeis wordt daarbij ongecon troleerd met grote energie
naar de zijkant weggeslingerd respectievelijk versneld (gevaar
van letsels!).
In het bereik 12-2 (Afb. 12) uur nooit aanzetten voor snijden!
Terugslag vermijden (13):
-Om terugslag te voorkomen, moet op het volgende gelet
worden:
-Het snijden altijd observeren. Wees voorzichtig als bij reeds
begonnen sneden verder gewerkt wordt.
-Het snijgereedschap moet het volle werktoerental bereikt
hebben voordat met maaien mag worden begonnen.
-In het bereik tussen 12 en 2 uur bestaat verhoogd gevaar voor
terugslag, in het bijzonder bij gebruik van metalen snijwerktuigen!
-Werkzaamheden in het bereik 11-12 uur en 2-5 uur mogen
alleen door geschoolde personen op eigen risico uitgevoerd
worden!
-In het bereik 8-11 uur kan gemakkelijk en met weinig gevaar
voor terugslag gemaaid worden.
ATTENTIE:
Terugslag
12
ATTENTIE:
Terugslag
13
9
12
3
6
6
Page 7
Werkomstandigheden en -techniek
-Alleen bij goed zicht en goede verlichting werken. In de
winter bijzonder letten op gladheid, nattigheid, ijs en sneeuw (uitglijgevaar). Zorg ervoor dat u stabiel staat.
-Nooit boven schouderhoogte maaien.
-Nooit staande op een ladder werken.
-Nooit met de motorzeis in een boom klimmen en werkzaamheden uitvoeren.
-Nooit werken op een onstabiele on dergrond.
-Het maaibereik van vreemde voorwerpen, b.v. stenen,
ontdoen. Vreemde voorwerpen kunnen terugstuiten (gevaar
van verwondingen, 14), zij beschadigen het snijgereedschap
en kunnen tot gevaarlijke terugslag (kickback) leiden.
-Het snijgereedschap moet het volle werktoerental bereikt
hebben voordat met maaien mag worden begonnen.
Gebruiksgebied van de snijgereedschappen
De snijgereedschappen (15) alleen voor het aangegeven doel
gebruiken!
Snoersnijkop met 2 snoeren:
Uitsluitend voor het maaien nabij muren, hekwerken, graskanten, bomen, palen etc. (afwerken na het grasmaaien).
Wervelblad met 8 tanden, Slagmes met 4 tanden en
struikgewasmes:
Voor het snijden van stevig materiaal zoals: onkruid, hoog
gras, hakhout, struiken, wildgroei e.d. met een maximale
doorsnede van 2 cm. Bij deze werkzaamheden wordt de
motorzeis van rechts naar links in een halve cirkel heen en
weer bewogen (16, zoals bij een handzeis).
14
4-tands slagmes
Snoersnijkop met
15
2 snoeren
8-tands wervelblad
Struikgewasmes
Vervoer
-Bij het vervoer en bij plaatsverandering tijdens het
werk moet de motorzeis stil worden gezet om te
voorkomen, dat het snijgereedschap ongewild begint
te draaien.
-Draag of vervoer de motorzeis nooit bij lopend
snijgereed-schap!
-Bij vervoer over een grotere afstand moet in ieder geval de
meegeleverde snijderbeschermkap worden aangebracht.
-Bij vervoer in de auto moet de motorzeis zo geplaatst
worden, dat er geen brandstof kan uitlopen.
-Bij verzending van de motorzeis moet de brandstoftank
geheel leeg zijn.
16
7
Page 8
Opslag
-De motorzeis veilig in een droge ruimte opslaan en de
beschermkap voor metalen snijwerktuigen aanbrengen. Berg
de motorzeis ontoegankelijk voor kinderen op.
-Bij langere opslag de motorzeis door een DOLMAR
servicewerkplaats grondig laten nakijken en een onderhoudsbeurt laten ondergaan.
-Bij langere opslag van de motorzeis moet de brandstoftank
geheel worden leeggemaakt en de vergasser leeggedraaid.
Brandstoffen zijn slechts beperkt houdbaar en kunnen in de
tank of in de vergasser afzetting vormen.
-Brandstofresten in reservetanks voor andere motoren
gebruiken of ontzorgen.
Onderhoud
-De goede werking van de machine, in het bijzonder van
snijgereedschap, beschermingsinrichting en schoudergordel, moet telkens vóór aanvang van de werkzaamheden
gecontroleerd worden. In het bijzonder moet erop gelet worden dat het snijgereedschap volgens voorschrift is geslepen.
ATTENTIE: Metalen snijgereedschappenn mogen enkel en
alleen door een servicewerkplaats worden nageslepen!
Een niet vakkundig nageslepen snijwerktuig kan tot onbalans
leiden en wordt daardoor tot een aanzienlijk verwondingsrisico. Bovendien kunnen door vibraties schade aan het
apparaat ontstaan.
-Bij het wisselen van snijgereedschap, het schoonmaken van
het apparaat en van het snijgereedschap etc. moet de motor
worden afgezet en de bougiestekker afgenomen.
-Beschadigd snijgereedschap mag niet gericht of gelast worden.
-De machine moet zo geluidsarm mogelijk en met zo min
mogelijk schadelijke uitlaatgassen gebruikt worden. Hierbij is
een correcte afstelling van de vergasser zeer belangrijk.
-De motorzeis regelmatig reinigen en alle schroeven en moeren controleren op loszitten.
-Onderhoud en opslag van de motorzeis moet niet in de
nabijheid van open vuur geschieden (17)!
-De motorzeis mag uitsluitend met lege tank en leeggedraaide
vergasser in gesloten vertrekken worden opgeborgen.
Veiligheidsvoorschriften van de Arbeidsinspektie en
verzekeringsmaatschappijen in acht nemen.
In geen geval veranderingen in de constructie van de
motorzeis aanbrengen. Uw brengt daarmee uw veiligheid
in gevaar.
Onderhouds- en montagewerkzaamheden mogen alleen uitgevoerd worden voorzover deze in deze gebruiksaanwijzing
beschreven zijn. Alle verdere werkzaamheden moeten door de
DOLMAR service uitgevoerd worden (18).
Slechts originele DOLMAR onderdelen en toebehoren gebruiken.
Bij gebruik van nietoriginele DOLMAR onderdelen, toebehoren
of gereedschappen moet er met een groter gevaar van ongelukken
rekening worden gehouden. Bij ongelukken of schade als gevolg van
niet geautoriseerde snijgereedschappen, bevestigingen van snijgereedschappen of accessoires vervalt iedere aansprakelijkheid.
Eerste Hulp (E.H.B.O.)
Voor eventuele ongevallen dient altijd een verbanddoos op de
werkplek aanwezig te zijn. Gebruikt materiaal direct weer aanvullen.
Als u om hulp vraagt, geeft u dan de volgende informatie:
-Waar gebeurde het
-Wat gebeurde er
-Hoeveel gewonden
-Aard van de verwondingen
-Noem uw naam!
Aanwijzing: Bij personen met circulatiestoornissen kunnen vaak
optredende vibraties tot beschadiging van do bloedvaten of van
het zenuwstelsel leiden. Door vibraties aan vingers, handen of
polsen kunnen de volgende symptomen optreden: inslapen van
lichaamsdelen, prikkelen, pijn steken, verandering van de
huidkleur of van de huid.
Bij het waarnemen van zulke symptomen moet u een dokter
opzoeken.
ATTENTIE: Bij alle werkzaamheden aan de motorzeis te
allen tijde de motor afzetten, de bougiestekker
eraf trekken en werkhandschoenen dragen!
ATTENTIE: De motorzeis mag alleen na volledige montage
en controle worden gestart!
2
1
B
-Het greepklemstuk (B/2) aanbrengen en door gelijkmatig
indraaien van de schroeven (B/1) evenwijdig met de
buishandgreepconsole in lijn brengen.
-De schroeven slechts lichtelijk aandraaien.
-De buishandgreep ca. 10 tot 20° naar voren zwenken
(Afb. C) en de schroeven (B/1) vast aandraaien.
A
-De schroeven (A/1) en het buishandgreepklemstuk (A/2)
vindt u in de bijpakking.
-Buishandgreep (A/3) zoals afgebeeld in de buishandgreepconsole (A/4) leggen (de knik in de buis ca. 1 cm
buiten de console).
1
2
10 - 20°
C
OPMERKING:
De schuine stand van de buishandgrepen moet op de lichaamsgrootte worden ingesteld. Daarbij moet erop worden
gelet, dat de handgrepen bij licht gebogen ellebogen en niet
gebogen pols goed bereikbaar moeten zijn.
Montage van de beschermkap
Let op:Op grond van de bestaande veiligheidsbepalingen uitsluitend de in de tabel staande gereedschaps/
-beschermkapcombinaties gebruiken! Bij het vervangen van snijgereedschap moet absoluut de passende
beschermkap gemonteerd worden!
Waarschuwing: Alleen de hier aanbevolen snijgereedschappen gebruiken! Het gebruik van andere snijgereedschappen
kan tot verhoogd ongevalrisico en tot schade aan het apparaat leiden en is daarom niet toelaatbaar!
Gereedschap / beschermkap-combinaties
SnijgereedschapBeschermkap
Slagmes met 4 tanden Onderdeel-no 385 224 140
Uitwendige diameter: 255 mm, boring: 20,0 mmOnderdeel-no 010 341 202
Uitwendige diameter: 255 mm, boring: 20,0 mmOnderdeel-no 010 341 202
2-Snoersnijkop Onderdeel-no 385 224 500
Snijgebied: (ø 400 mm / Reservesnoeren uitsluitend met ø 2,4 mm gebruiken!Onderdeel-no 010 341 202
15 m Onderdeel-no 369 224 070* Snoersnijmes
120 m Onderdeel-no 369 224 072Onderdeel-no 957 341 010 monteren!
10
*
Page 11
STOP
STOP
3 2
1
A
Positie A Positie B
Montage van het struikgewasmes, van het 4tands slagmes of van het 8-tands wervelblad
2
1
De bevestigingsplaat (A/1) heeft, afhankelijk van de keuze van
snijgereedschap (snoersnijkop of metalen snijgereedschappen), een bepaalde montagepositie. De beschermkap kan in
hoge of lage positie gemonteerd worden.
Positie (A) moet gekozen worden bij gebruik van de snoersnijkop (A/3).
Positie (B) van de bevestigingsplaat moet gekozen worden
bij gebruik van de volgende metalen snijgereedschappen:
• 4-tands slagmes
• 8-tands wervelblad
• 3-tands mes
-Ter montage de beschermkap op de opname aan het
hoekdrijfwerk leggen, de bevestigingsplaat al naar gelang
het gekozen snijwerktuig (A of B) op de beschermkap
zetten en de bevestigingsschroeven (A/2) met de hoeksleutel (onderhoudsgereedschap) vastdraaien.
Bij gebruik van de bovenstaande gereedschappen de
beschermkap met de bevestigingsplaat in de montagestand
(B) monteren (zie “Montage van de beschermkap”)!
4
3
2
B
-
Bevestigingsmoer (B/1) met de klok mee van de as afdraaien.
Opgelet: De bevestigingsmoer heeft link se draad!
-Drukschijf (B/2) en opnameschijf (B/3) eraf halen.
-De spoelbescherming (B/4) monteren (zie afbeelding),
waarbij het gat (B/5) op één lijn met de uitsparing (B/6)
aan het hoekdrijfwerk moet staan.
6
5
1
Bij de montage van metallieke gereedschappen beslist de
motor uitschakelen en veiligheids-handschoenen dragen.
3
7
C
-Opnameschijf (C/3) er weer opleggen (let op de montagestand).
-De hoeksleutel (C/7 - het korte eind) door de spoelbeschermer en de opneemschijf in de uitsparing (B/6) aan het
hoekdrijfwerk steken (hoekdrijfwerk blokkeren).
D
-Gereedschap (D/8) en daarna de drukschijf (D/2) zoals op
de afbeelding getoond wordt erop leggen.
-Bevestigingsmoer (D/1) erop schroeven en met de combi-
8
2
1
sleutel tegen de klok in vastdraaien.
Attentie! De afbeelding toont het 4-tands slagmes. Bij
het opleggen van het wervelblad met 8 tanden beslist
op de draairichting letten (pijl op gereedschap en
beschermkap)!
Attentie: De bevestigingsmoer (D/1) is zelfborgend en
moet om veiligheidsredenen bij merkbaar licht lopen onmiddellijk, uiterlijk echter nadat het gereedschap 10 keer
vervangen is, door een nieuwe bevestigingsmoer worden
vervangen (Bestell-Nr. 387 228 040)!
-De hoeksleutel wegnemen en het vrijlopen van het
snijgereedschap controleren.
11
Page 12
Montage van de snoerkop
Vóór het monteren van de snoerkop
in elk geval de motor uitschakelen
en de bougiestekker aftrekken.
STOP
Bij gebruik van de snoerkop de beschermkap met bevestigingsplaat in de montagestand (A) zetten (zie „Montage van
de beschermkap“)! Het snoermes moet beslist gemonteerd
worden. (Zie „Montage van het snoermes“)!
9
E
Montage van het
snoersnijmes
12
STOP
10
F
-De bevestigingsmoer (E/1) met de klok mee van de
as afschroeven. Drukschijf (D/2) afnemen. De
bevestigingsmoer en de drukschijf samen met het
onderhoudsgereedschap opbergen.
-Zo nodig moet de spoelbeschermer worden gemonteerd
(zie Afb. B).
-Snoerkop (E/9) tegen de klok in op de as schroeven.
-De hoeksleutel in het gat in de spoelbeschermer steken
(zie ook Afb. C), de snoerkop tegen de klok in draaien totdat
de hoeksleutel de as blokkeert.
-Vervolgens de snoerkop met de hand vast aandraaien.
-De hoeksleutel wegnemen en het vrijlopen van de snoerkop
controleren.
Het snoersnijmes met de bijbehorende schroef bevindt zich in
de bijverpakking.
-Het snoermes (F/10) wordt, zoals op de afbeelding te zien
is met schroef aan de beschermkap bevestigt.
Opgelet:
Als de snoerlengte bijgesteld is (zie „Nastellen van de snoer“,
snijdt het snoermes de snoereinden tijdens het werk automatisch op dezelfde lengte af.
Let op:
De snoerlengte alleen bij uitgeschakelde motor bijstellen!
Nastellen van het snoer
G
12
13
STOP
12
Schematische Darstellung
Schema afbeelding
11
-Huis (G/11) vasthouden en het deksel van het huis (G/12)
stevig tegen de veerdruk in, in de richting van de pijl trekken tot het deksel van het huis (G/12) tegen de richting van
de wijzers van de klok in gedraaid kan worden.
-Deksel van het huis weer loslaten en nu zover tegen de
richting van de wijzers van de klok verder draaien, tot het
vanzelf weer inklikt.
-Snoereinden (G/13) tot de aanslag eruit trekken. Handeling
herhalen tot een snoerlengte van ongeveer 15 cm verkregen is.
Een uitgebreide beschrijving voor het vervangen van het
snoer wordt met de snoersnijkop meegeleverd.
Page 13
Brandstof / olie mengsel
Brandstof
1000 cm3(1 liter)25 cm
5000 cm3(5 liter)125 cm3100 cm
A
10000 cm3(10 liter)250 cm
De motor van de motorzeis is een tweetaktmotor met een
groot vermogen die werkt op een mengsel van brandstof en
tweetaktolie.
De motor is ontworpen voor gebruik van normale benzine met
een minimaal octaangetal van 91 ROZ. Is deze brandstof niet
beschikbaar, dan kunnen ook brandstoffen met een hoger
octaangetal gebruikt worden. Hierdoor ontstaat geen schade
aan de motor, wel moet rekening gehouden worden met een
vermindering van de prestaties.
Dit is ook het geval bij gebruik van loodhoudende benzine.
Gebruik daarom voor een optimale motorwerking en ter
bescherming van gezondheid en leefmilieu alleen loodvrije brandstof!
Voor de smering van de motor wordt tweetaktmotorolie
(kwaliteitsklasse API-TC) gebruikt; deze wordt bij de benzine
gemengd. De motor is ontworpen voor DOLMAR HP 100
tweetaktolie met een milieuvriendelijke mengverhouding van
100:1. Hierdoor wordt een lange levensduur en een
betrouwbare, rookarme werking van de motor gewaarborgd.
DOLMAR HP 100 kwaliteitstwee-takt olie is leverbaar in de
volgende verpakkingen:
0,5lBestelnummer 980 008 109
DOLMAR kwaliteitstwee-olie is afhankelijke van het verbruik
leverbaar in de volgende verpakkingen:
1lBestelnummer 980 008 107
100 mlBestelnummer 980 008 106
Indien er geen DOLMAR tweetaktolie beschikbaar is moet een
mengverhouding van 40:1 bij gebruik van andere tweetaktoliën aangehouden worden, aar anders problemen kunnen
optreden.
Het verkrijgen van de juiste mengverhouding:
50:1Bij gebruik van DOLMAR tweetaktolie, d.w.z. 50 delen
brandstof mengen met 1 deel olie.
100:1 Bij gebruik van DOLMAR HP 100 tweetaktolie, d.w.z.
100 delen brandstof mengen met 1 deel olie.
40:1Bij gebruik van andere tweetaktoliën, d.w.z. 40 delen
brandstof mengen met 1 deel olie
Aanwijzing:
Voor een juist brandstof/olie mengsel de olie voormengen in
de helft van de totaal gewenste hoeveelheid brandstof, daarna
de rest van de brandstof toevoegen. Voor het vullen van de
tank van de motorzeis eerst het mengsel goed schudden.
Het is niet zinvol uit overdreven veiligheidsbewustzijn het
olie-aandeel in het tweetaktmengsel te vergroten ten opzichte
van de aangegeven mengverhouding. Hierdoor ontstaan
meer verbrandingsresten, deze belasten het milieu en verstoppen het uitlaatkanaal in de cilinder evenals de geluidsdemper. Verder stijgt het brandstofverbruik en neemt het
vermogen af.
+
40:1
50:1
3
20 cm
3
200 cm3100 cm
.
100:1
HP 100
3
3
10 cm
50 cm
3
3
3
HUID- EN OOGCONTACT VERMIJDEN!
Met brandstoffen dient voorzichtig en zorgvuldig te worden
omgegaan. Brandstoffen kunnen stoffen bevatten die als oplosmiddel werken. Alleen in goed geventileerde ruimten of in de
open lucht tanken. Brandstofdampen niet inademen, huidcontact met brandstof en minerale oliën vermijden. Minerale
olieprodukten, ook oliën, ontvetten de huid. Bij herhaaldelijk en
langdurig contact droogt de huid uit. Diverse huidziekten
kunnen hiervan het gevolg zijn. Bovendien zijn allergische
reacties bekend. Contact van de ogen met olie veroorzaakt
irritaties. Bij oogcontact direct het betreffende oog met schoon
water uitspoelen.
Bij aanhoudende irritatie direct een arts bezoeken!
Brandstofopslag
Brandstoffen zijn niet onbeperkt houdbaar. Telkens slechts
een hoeveelheid brandstof inkopen voor ongeveer 4 weken
gebruik.
Alleen voor brandstof goedgekeurde tanks gebruiken.
Tanken
STOP
NEEM ALLE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN IN ACHT!
De omgang met brandstoffen vereist een voorzichtige
en zorgvuldige handelwijze.
Uitsluitend bij uitgeschakelde motor!
2
B
-Om de tankdop heen (B/1) goed schoonmaken, opdat
geen vuil in de brandstoftank terecht komt.
-Tankdop (B/2) eraf schroeven en het brandstofmengsel
voorzichtig tot aan de onderkant van de vulopening
invullen. Voorzichtig vullen om geen brandstof te morsen.
-Tankdop weer goed vastdraaien.
Tankdop en omgeving na het tanken reinigen!
1
13
Page 14
Aanleggen van de draagriem
3
C
4
D
-Schoudergordel over beide schouders leggen, zodat de
heupplaat (C/3) aan de rechterzijde hangt.
-Schoudergordel zodanig afstellen dat de borstplaat (C/4)
op de borstkas rust.
Uitbalanceren van de motorzeis
5
E
-Motorzeis tanken en aan de bevestigingshaak (E/5) van
de heupplaat inhangen.
-Voor het uitbalanceren van de motorzeis kunnen de 5
boringen in het gatenprofiel gebruikt worden.
-Met de borstriemen de hoogte van de heupplaat zodanig
afstellen dat de bevestigingshaak ongeveer een handbreedte boven het heupbot zit.
-Voor het openen van de schoudergordel borstplaten van
elkaar nemen. Schoudergordel en borstplaten kunnen dan
snel afgelegd worden.
6
F
-Voor het afnemen van de motorzeis eerst de sper (F/6)
indrukken, en dan de motorzeis afhaken.
14
-De afstand tot de grond is afhankelijk van het gekozen
snijgereedschap.
-Bij het gebruik van de snoersnijkop op vlak terrein moet de
snoerkop lichtelijk op de grond staan, zonder daarbij het
apparaat met de hand te bewegen.
-Bij het werken met slagmes of wervelblad, evenals bij
moeilijk terrein moet: het snijgereedschap ca. 30 cm vrij
van de grond blijven wanneer de machine niet met de
handen wordt vastgehouden.
G
Page 15
Motor starten
Voorschriften voor ongevalpreventie in acht nemen!
De motorzeis mag alleen na volledige montage en controle
worden gestart!
Starten
-Op minstens 3 m afstand van de plek waar getankt wordt.
-In een veilige positie gaan staan en de motorzeis zó
neerleggen, dat het snijgereedschap de grond of andere
voorwerpen niet aanraakt.
Koude start
1
4
2
3
A
-Schakelaar (A/1) in pijlrichting bedienen.
-Halfgasvastzetter inklikken; hiertoe bij ingedrukte veiligheids-blokkeerknop (A/2) de gashendel (A/3) en daarna
de vastzetter (A/4) indrukken. Dan de gashendel (A/3) en
daarop de blokkeerknop (A/2) loslaten.
5
B
-Chokehendel (B/5) tot aan de aanslag uittrekken.
-Motorzeis met een hand, zoals afgebeeld, vasthouden.
-Startergreep langzaam uitrekken totdat u weerstand voelt,
dan snel en krachtig verder uittrekken.
-Starterkabel niet helemaal tot het einde uittrekken en de
greep niet vrij terug laten schieten, maar langzaam
terugbrengen.
-Het starten herhalen totdat de eerste ontstekingen te
horen zijn.
-Chokehenbel (B/5) er weer indrukken en opnieuw aan
de starterkabel trekken tot de motor aanloopt.
-Nadat de motor begint te lopen de gashendel (A/3)
doordrukken en onmiddellijk weer loslaten, de halfgasstand
klikt uit.
-Voor gebruik met vol gas de motor ca. 1 minuut met
middelmatig toerental warm laten lopen.
Start bij warme motor
Starten zoals bij koude motor, echter zonder choke.
Het uitzetten van de motor
Schakelaar (A/1) naar de positie schuiven.
STOP
Instellen op standgas
ATTENTIE: Het afstellen van de vergasser moet uitsluitend door een
DOLMAR Servicewerkplaats geschieden.
6
C
SERVICE
De motorzeis moet vóór het instellen op standgas 3 tot 5
minuten warmlopen.
Het indraaien (met de klok mee) van de standgasschroef
(S,C/6) leidt tot sneller lopen van de motor; terugdraaien
(tegen de klok in) laat de motor langzamer lopen.
In de stationairgang mag het snijgereedschap niet meedraaien!
Als het snijgereedschap bij de stationairgang toch meedraait
moet de servicewerkplaats worden opgezocht.
15
Page 16
REPARATIE EN ONDERHOUDSTAKEN
STOP
ATTENTIE: Bij alle werkzaamheden aan de motorzeis te
allen tijde de motor afzetten, de bougiestekker
eraf trekken en beschermende handschoenen
dragen!
ATTENTIE: De motorzeis mag alleen na volledige montage
en controle worden gestart!
Periodieke onderhouds- en reingingsvoorschriften
Voor een lange levensduur en ter voorkoming van schade moeten de hieronder vermelde onderhoudswerkzaamheden regelmatig
uitgevoerd worden. Aanspraken op garantie worden alleen geaccepteerd als deze werkzaamheden regelmatig en volgens de
voorschriften uitgevoerd zijn.
Gebruikers van motorzeisen mogen alleen de onderhouds- en reinigingswerkzaamheden uitvoeren die beschreven zijn in deze
gebruiksaanwijzing. Alle overige werkzaamheden mogen alleen worden uitgevoerd door een DOLMAR service werkplaats.
Iedere keer na 50 tankvullingen een grondige onderhouds- en een volledige nakijkbeurt van de motorzeis door een DOLMAR
service werkplaats laten uitvoeren.
Bladzijde
AlgemeenMotorzeis in zijn geheelVan buiten schoonmaken en op beschadigingen controleren.
Voor iedereSnijgereedschapOp beschadigingen, scherpte en vastzitten controleren11
inbedrijfname
Schroeven en moerenToestand en vastzitten controleren10,11,12,
STOP-schakelaar,18,19
BougieWerking en staat controleren, indien nodig vervangen.18
Iedere 3 maandenBenzine filterVervangen19
BrandstoftankReinigen
JaarlijksMotorzeis in zijn geheelDoor een vakwerkplaats laten nakijken
Vóór een langereMotorzeis in zijn geheelOnderhoud door een DOLMAR servicewerkplaats laten8
buitenbedrijfstellinguitvoeren. Veilig in een droge ruimte opbergen.8
en opslag
BrandstoftankLeegmaken en reinigen8
CarburateurLeeg draaien8
Metalen snijgereedSchoonmaken en licht inoliÎn.
schappenBeschermkap snijgereedschap aanbrengen.
Bij beschadigingen direct een vakkundige reparatie laten
uitvoeren.
Snijgereedschap slijpen
D
16
Opgelet: De volgende snijgereedschappen mogen alleen door
een servicewerk-plaats geslepen worden, omdat het met de
hand slijpen onbalans in het snijge-reedschap en trillingen
en schade aan de machine veroorzaakt.
• 4-tands slagmes
• 8-tands wervelblad
• struikgewasmes
Vakkundig slijpen en uitbalanceren wordt door iedere
DOLMAR service-werkplatts uitgevoerd.
Opmerking: het 4-tands slagmes kan ter verlenging van
de gebruiksduur één keer worden omgedraaid, totdat de
beide snijkanten bot zijn.
Page 17
Starterkabel vernieuwen
STOP
A
1
5
2
B
4
3
-Vier schroeven (A/1) losdraaien en de starterkabel (A/2)
afnemen.
Als de starterkabel niet stuk is, moet de remveer worden
ontspand.
-De startergreep er ca. 30 cm uittrekken. Kabeltrommel
vasthouden en de kabel met een schroevedraaier of dergelijke uit de behuizing halen. De kabel in de kerving (D/10)
haken en vasthouden. De kabeltrommel
de veerkracht terug laten draaien.
7
voorzichtig door
6
8
5
C
-Een nieuwe kabel (ø 3,0 mm, 1150 mm lang) zoals in Afb.
C getoond inrijgen en aan beide uiteinden een knoop
leggen.
-Knoop (C/6) in de kabeltommerl (C/5) aanbrengen.
-Knoop (C/7) door de startgreep (C/8) halen.
-De kabeltrommel in het starterhuis plaatsen en daarbij op
de opname van de remveer (C/9) letten. De kabeltrommel
bij het inzetten zo nodig iets verdraaien totdat deze voelbaar inklikt.
-Schijf (B/4) inzetten en schroef (B/3) erin- en vastdraaien.
9
-Schroef (B/3) eruitdraaien en met schijf (B/4) verwijderen.
ATTENTIE: Gevaar van verwonding! Die remveer kan eruit
springen. Vóór het aftrekken van de kabeltrommel (B/5)
het starterhuis met een lap afdekken.
-De kabeltrommel (B/5) er voorzichtig aftrekken.
-Oude kabelresten verwijderen.
10
D
-De kabel in de kerving (D/10) aan de kabeltrommel haken
en de trommel met de kabel 7 tot 8 slagen tegen de klok
in opwikkelen.
-Kabeltrommel vasthouden en met de startergreep de kabel
straktrekken. Verdraaiingen in de kabel wegwerken.
-Kabel door de gespannen kabeltrommel laten opwikkelen.
ATTENTIE: Gevaar van letsel! De uitgetrokken startgreep
vastmaken, daar deze terugschiet als de kabeltrommel per
ongeluk losgelaten wordt.
OPMERKING: Bij een volledig uitgetrokken starterkabel
moet de kabeltrommel minstens één volle slag tegen de
veerkraft in verder kunnen worden gedraaid.
ATTENTIE: Gevaar van verwonding! De gebroken veer kan
eruit springen. Vóór het aftrekken van de kabeltrommel
(B/5) het starterhuis met een lap afdekken.
Reserve-terughaalveren zijn bij levering reeds in een draadring gespannen. De nieuwe terughaalveer moet vóór het
aanbrengen met universeelvet, Bestelnr. 944 360 000, lichtelijk
ingevet worden.
-De gespannen veer met de draadring in het ventilatorhuis
drukken. Daarbij wordt de draadring er automatisch
afgestroopt.
Voor montage van de kabeltrommel en de starterkabel, zie
„Starterkabel vernieuwen“).
OPMERKING:
Oude veren in de recycling-afval ontdoen.
17
Page 18
Luchtfilter schoonmaken
13
STOP
14
12
11
E
-Schroef (E/11) losdraaien en de filterdeksel (E/12) naar
beneden kippen. Chokehendel (E/13) uittrekken om te
voorkomen dat er vuil of stof in de vergasser komt.
-Verwijder het filterdeksel (E/14) en met een kwast of zachte
borstel reinig.
ATTENTIE:
Om verwondingen aan de ogen te vermijden, vuildeeltjes
er niet uitblazen.
-Sterk vervuilde luchtfilters in lauwwarm water met een
gewoon afwasmiddel uitwassen.
-Bij grove vervuiling vaker schoonmaken (meermaals per
dag), daar alleen een zuivere luchtfilter garandeert een
optimale werking van de motor.
-Vóór het aanbrengen van de luchtfilter: aanzuigopening
op eventueel erin gevallen vuildeeltjes controleren. Deze
met een kwast verwijderen.
-Houd de uitgeschroefde bougie stevig aangesloten op de
bougiekabel met een geïsoleerde tang tegen de cilinderkop (niet in de buurt van het bougiegat!).
-Start/Stop schakelaar in de stand „I“ zetten.
-De starterkabel krachtig doortrekken.
Bij een correct functioneren moet er een vonk zichtbaar zijn
tussen de elektroden.
18
Page 19
Uitlaatdemperschroeven controleren
1
STOP
3
4
2
A
Achtung: De schroeven van de geluiddemper mogen niet
aangedraaid worden zolang de motor heet is!
-Schroeven (A/1) losdraaien.
-Snapsluitingen (A/2) oplichten en de afdekkap (A/3) iets
oplichten en naar bezijden zwenken.
Benzine filter vervangen
STOP
5
C
B
-Schroeven van de geluiddemper (B/4) met sleutel op
loszitten controleren. Bij loszitten handvast aandraaien.
(Opgelet: niet te strak aandraaien).
De door de vergasser aangezogen brandstof wordt via het
vilt (C/5) van de zuigkop gefilterd.
Het vilt moet regelmatig bekeken worden. Hiervoor moet de
zuigkop met een draadhaak door de tankdopopening getrokken worden. Verhard, vervuild of verkleefd filtervilt vervangen door nieuw vilt.
Bij onvoldoende aanvoer van brandstof bestaat het gevaar dat
het maximaal toegestane toerental van de motor overschreden wordt. Om een probleemloze brandstoftoevoer aan
de vergasser te garanderen moet het filtervilt ongeveer eens
per kwartaal vervangen worden.
Storingzoeken
storingsysteemconstateringoorzaak
motor start slechtontstekingvonk aanwezigfout in brandstof toevoer,
of helemaal nietcompressie systeem, mechanische fout
geen vonkSTOP-schakelaar bediend, fout of kortsluiting
in de bekabeling, bougiedop defect, bougie
defect, ontstekingsmodule defect
brandstof-brandstoftank is volchoke in verkeerde positie, vergasser defect,
toevoerzuigkop vervuild, brandstofleiding geknikt of
onderbroken
compressie-inwendige van de machine cilindervoet pakking defect, beschadigde radiale
systeemafdichtringen, cilinder of zuigerringen
beschadigd
uitwendige van de machine
mechanischestarter grijpt niet aanveer in de starter gebroken, gebroken
foutonderdelen in de motor
problemen met warmevergasserBrandstof in tankvergasser instelling incorrect
startvonk aanwezig
motor start, stopt echterbrandstofbrandstof in de tankstationaire instelling niet correct, zuigkop of
dadelijk weerverzorgingvergasser vervuild.
systemen kunnenuitlaatdemper aangekoekt, uitlaatkanaal in de
tegelijkertijdcilinder aangekoekt
betrokken zijn
bougie dicht niet goed af
Tankbeluchting defect, brandstofleiding onderbroken, kabel beschadigd, STOP-schakelaar be
schadigd
19
Page 20
Werkplaatsservice, reservedelen en garantie
Onderhoud en reparaties
Onderhoud en reparatie van moderne motorzeisen evenals de veiligheidsgevoelige hoofdonderdelen vereisen een gekwalificeerde
vakopleiding en een van speciaal gereedschap en testapparatuur voorziene gespecialiseerde werkplaats.
DOLMAR adviseert daarom alle niet in deze gebruiksaanwijzing omschreven werkzaamheden door een DOLMAR servicewerkplaats uit te laten voeren. De vakman beschikt over de noodzakelijke opleiding, ervaring en uitrusting om u steeds met zo weinig
mogelijk kosten een oplossing te bieden en helpt u met raad en daad.
In de bijgeleverde lijst vindt u de dichtstbijgelegen servicewerkplaats.
Reserveonderdelen
Betrouwbaarheid, levensduur en veiligheid van uw machine is ook afhankelijk van de kwaliteit van de gebruikte reserveonderdelen.
Alleen originele DOLMAR-reserveonderdelen gebruiken, die door het teken zijn gekenmerkt.
Alleen de originele onderdelen komen uit dezelfde fabriek als de machine en garanderen daarom de beste kwaliteit van materiaal,
maatvastheid, werking and veiligheid.
Originele reserveonderdelen en accessoires zijn verkrijgbaar bij uw vakhandelaar. Deze beschikt over de noodzakelijke reserveonderdelenlijsten en wordt doorlopend op de hoogte gehouden van verbeteringen en veranderingen in het aanbod van
reserveonderdelen.
Houdt u ook rekening met het feit dat, bij gebruik van niet originele DOLMAR onderdelen, het verlenen van garantie door de
DOLMAR-organisatie niet mogelijk is.
Garantie
DOLMAR garandeert een uitstekende kwaliteit en vergoedt de kosten van verbeteringen door vervanging van de beschadigde
onderdelen in geval van materiaal- of fabricagefouten die binnen de garantie na de datum van aankoop optreden.
Houdt u er rekening mee dat in sommige landen specifieke garantievoorwaarden gelden. Vraagt u dit na bij de verkoper in geval van
twijfel. Deze is als verkoper van het produkt verantwoordelijk voor de garantie.
De volgende schadeoorzaken vallen buiten de garantie. Wij vragen hiervoor uw begrip:
•Niet opvolgen van de gebruiksaanwijzing.
•Achterwege laten van noodzakelijke onderhouds- en reinigingswerkzaamheden.
•Overschrijden van het maximale toegestane motortoerental als gevolg van foutieve vergasserafstelling.
•Schade als gevolg van een onjuiste vergasserinstelling.
•Normale slijtage.
•Duidelijke overbelasting door aanhoudende overschrijding van de maximaal toegestane belasting.
•Gebruik van geweld, onoordeelkundige behandeling, misbruik of ongevallen.
•Schade door oververhitting door vervuilde koelluchttoevoer.
•Ingrepen door ondeskundige personen of ondeskundige reparatiepogingen.
•Gebruik van ongeschikte reserveonderdelen, resp. niet-originele DOLMAR onderdelen, voorzover deze schade kunnen
veroorzaken.
•Gebruik van ongeschikte of te lang opgeslagen brandstoffen.
•Schade die terug te voeren is tot voorwaarden bij verhuur.
•Schade veroorzaakt door het niet tijdig aandraaien van uitwendige schroef-verbindingen.
Reinigings-, onderhouds- en afstelwerkzaamheden vallen niet onder de garantie. Alle voorkomende garantiewerkzaamheden
moeten worden uitgevoerd door een DOLMAR vakhandelaar.
Uittreksel uit de reserveonderdelenlijst.
Alleen originele DOLMAR-reserveonderdelen gebruiken. Voor reparaties en vervanging
van andere onderdelen is uw DOLMAR service-werkplaats verantwoordelijk.