1.VOORZORGSMAATREGELEN MET BETREKKING TOT DE VEILIGHEID
Lees deze "VOORZORGSMAATREGELEN MET BETREKKING TOT DE VEILIGHEID" aandachtig voordat
u de airconditioningapparatuur installeert en zorg ervoor dat u alles juist installeert.
Wanneer de installatie beëindigd is, controleert u de werking op problemen en legt u de klant met behulp van
de gebruiksaanwijzing uit hoe hij de airconditioner kan gebruiken en er zorg kan voor dragen. Vraag de klant
om de montagehandleiding bij de gebruiksaanwijzing te bewaren voor latere naslag.
Deze airconditioner valt onder de bepaling "toestellen die niet toegankelijk zijn voor iedereen".
Betekenis van de symbolen WAARSCHUWING en VOORZICHTIG.
WAARSCHUWING...Het niet goed naleven van deze instructies kan leiden tot persoonlijk letsel of de
dood.
VOORZICHTIG
..........Het niet goed naleven van deze instructies kan leiden tot schade aan voorwerpen
of persoonlijk letsel (afhankelijk van de omstandigheden kan dit ernstig zijn).
• Vraag uw dealer of bevoegd personeel om de installatie uit te voeren.
Probeer de airconditioner niet zelf te installeren. Een slechte installatie kan waterlekken, elektrische
schokken of brand veroorzaken.
• Installeer de airconditioner zoals beschreven in de instructies in deze montagehandleiding.
Een slechte installatie kan waterlekken, elektrische schokken of brand veroorzaken.
1Nederlands
• Gebruik bij de installatiewerkzaamheden alleen de opgegeven accessoires en onderdelen.
VOORZICHTIG
Wanneer u toch andere onderdelen zou gebruiken, kan dit leiden tot waterlekken, elektrische schokken,
of brand, of kan de unit vallen.
•
Wanneer u de unit in een kleine ruimte installeert, moet u maatregelen nemen om de concentratie aan
koelmiddel onder de toelaatbare veiligheidslimiet te houden wanneer zich een koelmiddellek zou voordoen.
Voor meer informatie, gelieve contact op te nemen met de dealer waar u de unit hebt gekocht. Een te hoge
concentratie aan koelmiddel in een afgesloten ruimte kan een zuurstofgebrek veroorzaken.
• Installeer de airconditioner op een basis die het gewicht van de unit kan dragen.
Wanneer de basis niet sterk genoeg is, kan het toestel naar beneden vallen en iemand verwonden.
• Houd bij de installatiewerkzaamheden rekening met sterke windstoten, stormen of aardbevingen.
Anders kan het toestel naar beneden vallen en iemand verwonden.
• Zorg altijd voor een afzonderlijk voedingscircuit voor deze unit en laat alle elektrische werkzaamheden
uitvoeren door erkend personeel in overeenstemming met de lokale wetten en regelgeving.
Een voedingscircuit met onvoldoende vermogen of een verkeerde elektrische installatie kan leiden tot
elektrische schokken of brand.
• Zorg ervoor dat alle bedrading goed is aangesloten, dat de voorgeschreven bedrading werd gebruikt en dat
de klemaansluitingen of bedrading niet worden belast.
Een verkeerde aansluiting of een verkeerde bevestiging van de draden kan abnormale warmte of brand
veroorzaken.
• Bij het aanleggen van de bedrading van de voeding en die tussen de binnen- en buitenunits, moet u de
draden zo leiden dat het deksel van de besturingskast goed kan worden vastgemaakt.
Als het deksel van de besturingskast niet goed wordt aangebracht, kan dit leiden tot een elektrische schok,
brand of oververhitting van de klemmen.
• Verlucht de ruimte onmiddellijk als er tijdens de installatie koelgas lekt.
Wanneer het koelgas in contact komt met vuur kunnen er giftige gassen vrijkomen.
• Controleer na de installatie of er geen koelgaslekken zijn.
Wanneer het koelgas in de ruimte vrijkomt en in contact komt met een kachel of een fornuis, kan een giftig
gas worden geproduceerd.
• Schakel de unit altijd uit alvorens elektrische onderdelen aan te raken.
• Vergeet niet de airconditioner te aarden.
Aard het toestel niet op een nutsleiding, een bliksemafleider of een telefoonaarding.
Een slechte aarding kan elektrische schokken of brand veroorzaken.
Een stroompiek veroorzaakt door de bliksem of een andere bron kan de airconditioner beschadigen.
• Installeer een aardlekschakelaar.
Wanneer u geen aardlekschakelaar installeert, kan dit leiden tot elektrische schokken of brand.
• Raak koelmiddel dat uit de koelmiddelleidingen of andere delen is gelekt niet aan. Anders kunt u
vrieswonden oplopen.
• Installeer de afvoerleiding zoals beschreven in deze montagehandleiding om voor een goede afvoer
te zorgen, en isoleer de leiding om condensvorming te voorkomen.
Een slechte installatie van de afvoerleiding kan waterlekken in de woning en schade aan eigendommen
veroorzaken.
• Installeer de binnen- en buitenunits, het netsnoer en de verbindingsdraden op minstens 1 meter van
televisietoestellen of radio's om beeldstoringen of ruis te voorkomen.
(Afhankelijk van de inkomende signaalsterkte volstaat een afstand van 1 meter soms niet om ruis te
voorkomen.)
• Het bereik van de afstandsbediening (draadloze set) kan kleiner dan verwacht zijn wanneer er zich
fluorescerende lampen in de ruimte bevinden (type met inverter of snelstart).
Installeer de binnenunit zo ver mogelijk uit de buurt van fluorescerende lampen.
English2
• Installeer de airconditioner niet op de volgende plaatsen:
1. Waar een hoge concentratie minerale oliedeeltjes of damp is (bijv. in een keuken).
Plastic onderdelen worden aangetast, delen kunnen loskomen van het toestel en er kunnen
waterlekken ontstaan.
2. Waar corrosieve gassen, zoals zwavelzuurgassen worden geproduceerd.
Corrosie van de koperen leidingen of gesoldeerde delen kan leiden tot koelmiddellekken.
3. In de buurt van machines die elektromagnetische straling produceren.
Elektromagnetische straling kan de werking van het besturingssysteem storen en problemen met de
unit veroorzaken.
4. In de aanwezigheid van mogelijke lekken van ontvlambare gassen, van koolstofvezels of ontvlambare
stofdeeltjes in de lucht of waar wordt gewerkt met vluchtige ontvlambare stoffen, zoals thinner of
benzine.
Wanneer de unit in dergelijke omstandigheden wordt gebruikt, kan er brand ontstaan.
• De airconditioner is niet bedoeld voor gebruik in een omgeving met ontploffingsgevaar.
3English
2.VOORAFGAAND AAN DE INSTALLATIE
Oefen bij het openen van de unit of bij het verplaatsen na het openen geen druk uit op de plastic
onderdelen.
Controleer het voorgeschreven type R410A-koelmiddel alvorens u begint. (De unit zal niet normaal
werken met een verkeerd koelmiddel.)
• Wanneer u de unit beweegt terwijl u ze uit het karton haalt, hef ze dan alleen op met de vier hefogen en
oefen geen druk uit op andere onderdelen, en vooral niet op de draaiklep, de koelmiddelleiding,
afvoerleiding, en andere plastic onderdelen.
• Houd de accessoires vereist voor installatie bij tot de installatie compleet is. Gooi ze niet weg! Bescherm
de binnenunit na de levering met verpakkingsmateriaal tot de installatie zodat ze niet gekrast wordt.
• Overleg over het transport.
• Laat de unit in de verpakking tijdens het verplaatsen totdat de installatieplaats is bereikt. Als u de unit toch
moet uitpakken, gebruik dan een draagband van zacht materiaal of beschermende platen met een touw om
ze te heffen, om zodoende schade aan of krassen op de unit te voorkomen.
• Raadpleeg het papierpatroon bij de keuze van de installatieplaats.
• Zie de bij de buitenunit geleverde montagehandleiding voor de installatie van een buitenunit.
• Gebruik de unit niet op plaatsen met een hoog zoutconcentratie in de lucht, zoals bijvoorbeeld aan de kust,
op plaatsen met spanningsschommelingen (bijv. in een fabriek), of in auto's of schepen.
2-1ACCESSOIRES
Controleer of de volgende accessoires met de unit zijn meegeleverd.
Houd alle accessoires bij tot de installatie voltooid is.
Benaming
Aantal1 stuk1 stuk8 stuks7 stuks1 stuk
Vorm
Benaming
Aantal1 van elk1 van elk1 stuk2 stuks2 stuks
Vorm
1) Afvoerslang2) Metalen klem
Isolatiemateriaal
voor fitting
6) Voor gasleiding
7) Voor
vloeistofleiding
Afdichting10) Bus
8) Groot
9) Klein
3) Pakking voor
ophangbeugel
11) Spanklem
4) Klem
12) M4-schroef
5) Papierpatroon
voor installatie
(Overige)
• Gebruiks-
aanwijzing
• Montage-
handleiding
• Conformiteits-
verklaring
English4
2-2OPTIONELE ACCESSOIRES
OPMERKING
• Voor deze binnenunit is een afstandsbediening vereist (Tabel 1).
• Er zijn twee soorten afstandsbedieningen: met kabel en draadloos. Kies een afstandsbediening in Tabel 1
volgens de wensen van de klant en installeer ze op een geschikte plaats.
Tabel 1
Type met kabelBRC1E51A7, BRC1D528
Draadloos typeBRC7G63
• Als u een afstandsbediening wilt gebruiken die niet in Tabel 1 voorkomt, kies dan een geschikte
afstandsbediening na het raadplegen van catalogi en technisch materiaal.
LET TIJDENS DE CONSTRUCTIE SPECIAAL OP DE VOLGENDE PUNTEN EN CONTROLEER
NA INSTALLATIE.
a. Controlepunten na het beëindigen van de werkzaamheden
Te controleren punten
Zijn de binnen- en buitenunit stevig
bevestigd?
Is de installatie van de binnen- en
buitenunit compleet?
Is de gaslekproef volledig uitgevoerd?
Is het toestel volledig geïsoleerd?
Loopt de afvoer vlot?
Stemt de voedingsspanning overeen met
de waarde op het naamplaatje?
Zijn de bedrading en de leidingen correct
uitgevoerd?
Is het toestel veilig geaard?
Is de dikte van de bedrading zoals
voorgeschreven?
Wordt de luchtuitblaasopening of de
luchtinlaat van de binnen- of buitenunit
geblokkeerd?
Heeft u de lengte van de koelleiding en de
hoeveelheid extra koelstof genoteerd?
Wat kan er gebeuren indien niet goed
uitgevoerd
De units kunnen vallen, trillen of lawaai
produceren.
Het toestel zal misschien slecht werken of
de onderdelen kunnen doorbranden.
Het toestel zal misschien onvoldoende
koelen.
Er zal misschien condenswater naar
beneden druppelen.
Er zal misschien condenswater naar
beneden druppelen.
Het toestel zal misschien slecht werken of
de onderdelen kunnen doorbranden.
Het toestel zal misschien slecht werken of
de onderdelen kunnen doorbranden.
Anders kunt u een elektrische schok
oplopen.
Het toestel zal misschien slecht werken of
de onderdelen kunnen doorbranden.
Het toestel zal misschien onvoldoende
koelen.
Het is niet duidelijk hoeveel koelstof het
systeem nog bevat.
Controle
5English
b. Controlepunten bij de levering
∗ Controleer ook de "VOORZORGSMAATREGELEN MET BETREKKING TOT DE VEILIGHEID"
Te controleren puntenControle
Is de lokale instelling uitgevoerd (zoals vereist)?
Zijn het deksel van de besturingskast, het luchtfilter en het aanzuigrooster aangebracht?
Wordt er bij het koelen (verwarmen) goed koude (warme) lucht uitgeblazen?
Hebt u de functies uitgelegd met de behulp van de gebruiksaanwijzing aan uw klant
uitgelegd?
Hebt u de gebruiksaanwijzing aan uw klant gegeven?
c. Te verklaren punten over de bediening
Punten aangegeven met WAARSCHUWING en VOORZICHTIG in de gebruiksaanwijzing wijzen
op handelingen waarbij lichamelijk letsel of materiële schade mogelijk zijn. Leg deze punten dan ook
uitvoerig uit aan uw klanten en vraag hen om de gebruiksaanwijzing te lezen.
2-3OPMERKING VOOR DE INSTALLATEUR
Leer de klanten hoe ze de unit goed kunnen gebruiken (vooral het schoonmaken van filters, het gebruik van
allerlei functies en instellen van de temperatuur) door ze de handelingen zelf te laten uitvoeren met behulp
van de gebruiksaanwijzing.
English6
3.KEUZE VAN DE INSTALLATIEPLAATS
OPMERKING
VOORZICHTIG
≥300 mm
≥2500 mm
1
2
3
4
5
6
(1) Kies een installatieplaats waar aan de volgende voorwaarden wordt voldaan en waar de klant het
mee eens is.
• Waar een optimale luchtspreiding verzekerd is.
• Waar de luchtstroom niet is belemmerd.
• Waar condenswater goed kan worden afgevoerd.
• Waar het plafond stevig genoeg is om het gewicht van de binnenunit te dragen.
(Wanneer het plafond niet stevig genoeg is, kan de binnenunit gaan trillen en in contact komen met het
plafond, met als gevolg een zoemend geluid.)
• Waar het vals plafond niet zichtbaar afhelt.
• Waar er geen risico op lekken van een ontvlambaar gas bestaat.
• Waar er voldoende speling is voor onderhoud en herstellingen.
• Als er ruimte genoeg is in het deel met ∗, voorzie dan 200 mm om de servicewerkzaamheden te
vergemakkelijken.
∗≥30 mm∗≥30 mm
1
Luchtuitblaas
2
Vereiste installatieruimte
3
Luchtinlaat
4
Belemmering
5
Vloer
6
Voor installatie in een hoge ruimte
• Waar de lengte van de leidingen tussen de binnen- en buitenunits binnen de grenzen kan worden
gehouden. (Raadpleeg de montagehandleiding van de buitenunit.)
• Installeer de binnen- en buitenunits, het netsnoer en de verbindingsdraden op minstens 1 meter van
televisietoestellen of radio's om beeldstoringen of ruis te voorkomen.
(Afhankelijk van de radiogolven volstaat een afstand van 1 meter soms niet om ruis te voorkomen.)
• Wanneer de draadloze set is geïnstalleerd kan het bereik van de afstandsbediening kleiner dan verwacht
zijn wanneer er zich fluorescerende lampen in de ruimte bevinden (type met inverter of snelstart). Installeer
de binnenunit zo ver mogelijk uit de buurt van fluorescerende lampen.
(2) Gebruik ophangbouten voor de montage. Controleer of het plafond sterk genoeg is om het
gewicht van de unit te dragen. Als er enig risico bestaat, versterk dan eerst het plafond en
installeer dan pas de unit.
(De installatieafstanden zijn aangeduid op het papierpatroon voor installatie. Raadpleeg het
papierpatroon om na te gaan welke punten verstevigd dienen te worden.)
(3) De maximum plafondhoogte voor installatie bedraagt 3,5 m voor type 71 en 4,3 m voor type 100,
125 en 140.
7English
4.VOORBEREIDINGEN VÓÓR DE INSTALLATIE
200
175
5
GH
J
1
2
3
4
A
B
C
D
E
F
30
87
163
189
210
260
690
1
2
2
3
3
4
5
6
7
4
10
9
1
2
3
(1) Gaten voor binnenunit, positie van de hangbouten, leidingen en bedrading.
1
Vooraanzicht
2
Leidinggat linkerkant
3
Leidinggat achterkant (Ø100)
4
Draaddoorvoergat achterkant
1
Aanzicht vals plafond
2
Binnenunit
3
Afstand tussen hangbouten
4
Afvoerleidinggat bovenkant
5
Gasleidinggat bovenkant
6
Vloeistofleidinggat bovenkant
7
Hangbouten (x4)
8
Draaddoorvoergat bovenkant
9
Luchtuitlaat
10
Eenheid: mm
ModelABCDEFGHJ
Type 7112701230533479425530553532415
Type 100, 125, 14015901550693639585690713692575
(2) Maak gaten voor de hangbouten, koelmiddel- en afvoerleidingen en de bedrading.
• Zie het papierpatroon voor de installatie.
• Bepaal de plaats voor elk gat en breng de gaten aan in het plafond.
(3) Verwijder de delen van de binnenunit.
(3-1) Maak het aanzuigrooster los.
• Schuif de vergrendelknoppen (x3) op het aanzuigrooster naar binnen (in de richting van de pijlen) en hef
het rooster omhoog.
(Zie afbeelding 1)
• Neem het geopende aanzuigrooster uit naar voren, en houd hierbij de achterste tabs van het aanzuigrooster vast. (Zie afbeelding 2)
Afbeelding 1Afbeelding 2
1
Vergrendelknoppen
2
Aanzuigrooster
3
Achterste tabs
English8
(3-2) Verwijder de sierpanelen (links en rechts).
VOORZICHTIG
OPMERKING
VOORZICHTIG
1
2
3
4
5
6
4
≤10
1
2
2
4
3
25-55 mm
1
2
3
4
• Verwijder de bevestigingsschroeven van de sierpanelen (één per paneel), trek de panelen naar voor (in
de richting van de pijl) en verwijder ze. (Zie afbeelding 3)
• Verwijder de accessoires.
• Maak een pengat aan de invoerzijde van de bedrading aan de achterkant of bovenkant, en installeer
dan de voorziene bus (10).
Afbeelding 3<Pengat verwijderen>
1
Sierpaneel
2
Bevestigingsschroef sierpaneel (M4)
3
Accessoires
4
Bus (10) (accessoire)
5
Verwijderbaar deel (voor invoer vanaf de bovenkant)
6
Verwijderbaar deel (voor invoer vanaf de achterkant)
(3-3) Verwijder de ophangbeugels.
• Draai de 2 bouten (M8) van de ophangbeugels aan weerszijden (4 plaatsen links en rechts) 10 mm los.
(Zie afbeelding 4, 5)
• Verwijder de bevestigingsschroeven (M5) van de ophangbeugels aan de achterkant, trek de ophangbeugels naar achter (in de richting van de pijl), en verwijder ze. (Zie afbeelding 5)
Afbeelding 4Afbeelding 5
1
Binnenunit
2
Ophangbeugel
3
Bevestigingsschroef ophangbeugel (M5)
4
Instelbout ophangbeugel (M5)
Verwijder de tape (doorschijnend wit) niet van de buitenkant van de binnenunit.
(Wanneer er water binnendringt kan dit elektrische schokken of brand veroorzaken.)
(4) Bevestig de ophangbouten. (Gebruik M8-M10 ophangbouten.)
• Regel de afstand van de ophangbouten tot het plafond op voorhand. (Zie afbeelding 6)
• Gebruik voor bestaande plafonds een anker en voor nieuwe plafonds een verzonken inzetstuk, verzonken
anker of andere lokaal aan te kopen onderdelen. Op die manier kunt het plafond versterken zodat die het
gewicht van de unit kan dragen. Pas de speling tegenover het plafond aan vooraleer verder te gaan.
Afbeelding 6
Als de ophangbouten te lang zijn, kunnen de binnenunit of de optionele accessoires beschadigd worden.
9English
1
Vals plafond
2
Plafondtegel
3
Anker
4
Ophangbout
Alle bovenvermelde onderdelen zijn lokaal aan te kopen.
5.INSTALLATIE VAN DE BINNENUNIT
OPMERKING
4
3
2
1
Het kan gemakkelijker zijn om accessoiredelen vóór de installatie van de binnenunit aan te brengen.
Lees daarom ook de handleiding van de accessoires.
Wat de installatiewerkzaamheden betreft, mag u alleen de bijgeleverde accessoires en de door uw
onderneming opgegeven onderdelen gebruiken.
(1) Bevestig de ophangbeugels aan de ophangbouten. (Zie afbeelding 7)
•
Gebruik de bijgeleverde vulringen en bevestig de ophangbeugels met dubbele moeren zodat ze zeker goed
vast zitten.
(2) Hef de binnenunit op, steek de bouten (M8) voor de ophangbeugels in het bevestigingsdeel van de
beugels en verschuif de binnenunit vanaf de voorkant. (Zie afbeelding 8)
(3) Breng de eerder verwijderde schroeven (M5) voor de ophangbeugels weer goed aan op 2 plaatsen
links en rechts. Dit is nodig om te voorkomen dat de binnenunit naar voor of achter zou schuiven.
(Zie afbeelding 8)
(4) Draai de bouten van de ophangbeugels (M8) weer goed aan op 4 plaatsen, links en rechts.
(Zie afbeelding 8)
Afbeelding 7Afbeelding 8
1
Moer (lokaal te voorzien)
2
Vulring (3) (accessoire)
3
Dubbele moeren (lokaal te voorzien)
4
Ophangbeugel
5
Bevestigingsdeel
6
Instelbout ophangbeugel (M8)
7
Bevestigingsschroef ophangbeugel (M8)
8
Verstevigingsplaat (links/rechts)
Draag de unit niet aan de verstevigingsplaten.
4
7
8
5
6
English10
Loading...
+ 25 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.